VAK
: NATUURONDERWIJS
DATUM : VRIJDAG 20 JULI 2012 TIJD : 09.15 – 10.00 UUR
3
Drugs 1
Men vraagt aan vier tieners waarom zij roken. Hier volgen de antwoorden van de tieners:
Een jongeman leeft, door het gebruik van een drug, nu met HIV het virus dat AIDS veroorzaakt.
1. “Ik rook sinds kort en merk dat het niet slecht is voor mijn gezondheid.” 2. “Ik rook als ik met mijn vrienden ben, want ik wil geen ‘vriendje’ zijn.”
Welke drug zou hij gebruikt kunnen hebben en hoe heeft hij dit virus opgelopen?
A B C D
soort drug cocaïne cocaïne heroïne heroïne
opgelopen door het slikken van bolletjes te roken in te spuiten op te snuiven 2
Het vaak gebruiken van een bepaalde drug kan behalve verslaving ook andere gevolgen hebben zoals: een opgewekte stemming, slaperigheid, een trage reactie, grotere kans op het veroorzaken van ongelukken.
3. “Als ik rook, voel ik me prettig; daarom heb ik altijd sigaretten bij me.” 4. “Ik ben nog jong en wil ‘fun’(plezier) hebben; daarom rook ik af en toe.” Welke tiener geeft een antwoord waaruit blijkt dat deze reeds verslaafd kan zijn aan sigaretten? Tiener… A B C D
1. 2. 3. 4.
Voeding
Welke drug kan deze klachten veroorzaken?
4 A B C D
alcohol cocaïne heroïne tabak
De tekening stelt de doorsnee van een kies voor. Enkele delen zijn genummerd.
Als je kiespijn hebt, dan liggen de zenuwen van de kies bloot. Welke delen van de kies zijn dan al aangetast ? A B C D
1 en 2 1 en 4 2 en 3 3 en 4
5
8
Conserveren wil zeggen dat we iets met de voedingsmiddelen doen waardoor ze…
Vier kinderen in een gezin gebruiken de volgende maaltijd:
A B C D
Een portie patat frites (gebakken aardappelen) met mayonaise. Ze drinken daarbij een groot glas kersensap met suiker. Een paar uren na de maaltijd gaat elk kind iets doen (zie het schema).
beter verpakt kunnen worden. langer bewaard kunnen worden. lekkerder worden. niet kunnen bederven. 6
kinderen
De juf schrijft enkele lekkernijen op het bord: 1. ananas 2. kaasstokjes 3. gestoofde kersen 4. gevulde ei
5. ice-cream 6. kauwgum 7. pinda’s 8. cocoskoek
Vier leerlingen krijgen de beurt om alleen gezonde lekkernijen te noemen. Welke leerling heeft het juist gedaan? A B C D
Cindy : 1 – 3 – 6 – 7 Dew : 2 – 4 – 5 – 8 Fauzia : 1 – 2 – 4 – 7 Mario : 3 – 5 – 6 – 8
Earl Halima Jurgen Nancy
activiteiten na de maaltijd speelt computerspelletjes en veegt daarna het huis puzzelt en voert daarna de kippen leert zijn lessen en gaat dan voetballen kijkt t.v en maakt daarna haar huiswerk
Welk kind verbrandt tijdens de activiteiten de meeste brandstof uit de maaltijd? A B C D
Earl Halima Jurgen Nancy 9
James is vegetariër. 7 Welke maaltijd zal hij gebruiken? Bij warung Karso zijn er verschillende gerechten te koop zoals: 1. bami met kip. 2. nasi met gebakken ei en gropesi. 3. petjil (gekookte kouseband, kool en gropesi met pindasaus). 4. teloh (gebakken cassave) met zoute vis. In welk gerecht zitten zowel bouwstof, brandstof als beschermende stof? In gerecht … A B C D
1. 2. 3. 4.
A B C D
cassavesoep met zoutvlees gebakken aardappelen met worstjes gele pesi moksi-alesi met garnalen rijst met kouseband en gele pesi
Voortplanting 10 Bij welk antwoord zijn de gegevens over eicellen en zaadcellen onjuist? A B C D
eicellen kunnen zich voortbewegen zijn met het blote oog te zien zijn gemaakt in de eierstokken zijn vanaf de geboorte aanwezig
zaadcellen kunnen zich niet voortbewegen kun je alleen onder een microscoop zien worden gemaakt in de zaadballen zijn bij de geboorte nog niet aanwezig
11
13
In de vier tekeningen zie je hoe een bloem er van binnen kan uitzien.
“Uit een plantenzaad en een plantenei Daar groeit een nieuw leven uit Zo zorgeloos en vrij” Uit: Natuuronderwijs deel 5
Het schema hieronder stelt de voortplanting voor zoals in het gedicht is beschreven . bloem plantenzaad of ..I..
plantenei of ..II..
bevruchting Op welke bloemen heeft er bestuiving plaatsgevonden en in welke bloem ook bevruchting?
A B C D
bestuiving op bloem 1 en 4 2 en 3 1, 2 en 3 2, 3 en 4
Wat moet er bij I en II worden ingevuld?
A B C D
bevruchting in bloem 2 3 1 4
bij I meeldraden stamper vruchtbeginsel stuifmeelkorrel
bij II stamper meeldraden zaadknop zaadknop
Heelal
12
14
Bekijk de foto’s.
De zon, de maan en de aarde zijn hemellichamen. Enkele eigenschappen van hemellichamen zijn:
1
1. ze hebben een bolvorm. 2. ze weerkaatsen licht. 3. ze zijn satellieten.
2
Deze drie eigenschappen gelden… Deze dieren ademen beide door longen en voelen koud aan. Hoe vindt bij hun de voortplanting plaats? A Zij krijgen beide levende jongen. B Ze leggen beide eieren. C Dier 1 krijgt levende jongen en dier 2 legt eieren. D Dier 1 legt eieren en dier 2 krijgt levende jongen.
A B C D
alleen voor de aarde. alleen voor de maan. alleen voor de aarde en de maan. voor de aarde, de maan en de zon.
15
Energie
Boven een krantenartikel stond:
17 Bekijk de foto uit een krantenartikel.
Uit: Dagblad Suriname 2008
Deze omroepsatellieten zijn … A communicatiesatellieten met een omlooptijd van 12 uur. B communicatiesatellieten met een omlooptijd van 24 uur. C observatiesatellieten met een omlooptijd van 12 uur. D observatiesatellieten met een omlooptijd van 24 uur.
De Suralco opent ‘deuren’ van de Afobakadam. Met ‘deuren’ bedoelt men hier de ..1..
16 Om de zon draaien planeten. De zwaartekracht van de zon trekt aan deze planeten.
Venus Jupiter
diameter
12.000 km 142.000 km
omwentelings tijd 243 dagen 9,8 uren
baansnelheid 35 km / sec 13 km /sec
omlooptijd 225 dagen 12 jaren
Op welke planeet is de zwaartekracht van de zon het grootst? Welk gegeven uit de tabel heb je voor je antwoord gebruikt?
A B C D
Als het water van het stuwmeer door deze ‘deuren’ stroomt dan wordt er ..2.. stroom opgewekt. Wat moet er bij 1 en 2 worden ingevuld?
Bekijk de volgende tabel: planeet
Uit: De Ware Tijd 2010
op planeet het gegeven Jupiter diameter Venus baansnelheid Jupiter omlooptijd Venus omwentelingstijd
A B C D
bij 1 omleidopeningen waterinlaat omleidopeningen waterinlaat
bij 2 geen geen wel wel
18
20
Bij de viering van 35 jaar onafhankelijkheid waren er vele attracties zoals parachuttespringen en een show van Braziliaanse vliegtuigen (zie tekeningen).
Op de foto zie je een waterval.
I
II
1 parachutte springen
Waar heeft het water meer zwaartekrachtenergie? Op plaats I of op plaats II? Welke energie-omzetting vindt er van I naar II plaats? meer zwaartekrachtenergie op 2 vlieg-show
Bij welke attractie wordt de zwaartekrachtenergie minder en bij welke meer?
A B C D
zwaartekrachtenergie minder bij 1 bij 2 bij 1 en 2 bij geen van beide
zwaartekrachtenergie meer bij 2 bij1 bij geen van beide bij 1 en 2
19 Romeo doet mee aan een trimloop. Voor goede resultaten heeft hij voldoende energie nodig. Romeo haalt die energie uit ..1.. Energiesoorten die tijdens de trimloop vrijkomen zijn ..2.. Wat moet er bij 1 en 2 worden ingevuld? A B C D
bij 1 bouwstof en zuurstof brandstof en bouwstof zuurstof en brandstof zuurstof en bouwstof
bij 2 alleen warmte alleen beweging beweging en warmte beweging en warmte
A
plaats I
B
plaats I
C
plaats II
D
plaats II
energie-omzetting van I naar II beweging wordt omgezet in zwaartekrachtenergie zwaartekrachtenergie wordt omgezet in beweging beweging wordt omgezet in zwaartekrachtenergie zwaartekrachtenergie wordt omgezet in beweging
Milieu 21 Afval kan op verschillende manieren worden weggewerkt. Vier personen doen het als volgt: persoon 1 maakt compost van gras,takjes en vruchtenschillen. persoon 2 gooit gebruikte smeerolie in een trens. persoon 3 verbrandt plastic cups en borden. persoon 4 gooit lege blikken en flessen op een vuilnishoop. Welke persoon heeft het afval weggewerkt op een manier die niet schadelijk is voor het milieu? A B C D
1 2 3 4
22 De leerlingen oogsten amsoi uit de schooltuin en zien aan de onderkant van de bladeren witte poederachtige vlekken.
24 Bekijk de foto.
Heeft deze aanplant last van een ziekte of een plaag en waardoor wordt deze veroorzaakt? De amsoi heeft last van een … A B C D
plaag veroorzaakt door bladluizen. plantenziekte veroorzaakt door rupsen. plaag veroorzaakt door virussen. plantenziekte veroorzaakt door schimmels.
23 Het schema stelt de kringloop van voedingstoffen in de natuur voor.
De vervuiling van deze trens kan de afvoer verstoppen, waardoor er bij een regenbui wateroverlast kan ontstaan. Jouw gedrag kan meehelpen om deze problemen te voorkomen. Welk gedrag zal geen oplossing brengen in deze problemen?
1
2
3
4
Waar spelen bacteriën en schimmels een rol in deze kringloop? A B C D
bij 1 bij 2 bij 3 bij 4
A De goten schoonhouden. B Huisvuil in zakken stoppen voor de vuilophaal. C Lege cups, blikjes en zakjes op de berm gooien en niet in de trens. D Lege petflessen verzamelen en inleveren.
25
27
In de tekening zijn er twee voedselketens afgebeeld.
Op de tekening zie je de wortels van een plant. 4
3 2 1
5
6
De korenaanplant heeft last van een torrenplaag en wordt daarom enkele keren bespoten met een bestrijdingsmiddel. In welke organismen in de voedselketens zal dit bestrijdingsmiddel voorkomen? A B C D
alleen 1 en 2 alleen 1, 2 en 5 alleen 1, 2, 3 en 4 1, 2, 3, 4, 5 en 6
Sorteren
Is deze plant een eenzaadlobbige of een tweezaadlobbige plant en welke nerven zullen de bladeren hebben? De plant is een … A eenzaadlobbige plant met netnervige bladeren. B eenzaadlobbige plant met parallelnervige bladeren. C tweezaadlobbige plant met netnervige bladeren. D tweezaadlobbige plant met parallelnervige bladeren.
26
Spijsvertering/Ademhaling/Hart 28 Vier leerlingen wonen op verschillende afstanden van de school:
De afgebeelde dieren behoren tot de ..1.. en hebben als groepsnaam ..2.. Wat moet er bij 1 en 2 worden ingevuld? bij 1 A gewervelde dieren B gewervelde dieren C ongewervelde dieren D ongewervelde dieren
bij 2 weekdieren geleedpotigen weekdieren geleedpotigen
Leerling 1: woont ver en wordt met de auto gebracht. Leerling 2: woont in dezelfde straat en loopt. Leerling 3: woont enkele straten verder en fietst. Leerling 4: woont in een andere buurt en komt op de bromfiets.
Bij welke leerling zal de hartslag en de ademhaling het snelst zijn bij aankomst op school? Bij leerling … A B C D
1. 2. 3. 4.
29
Zintuigen
Bekijk de tekening goed.
31 De tekening stelt het oor voor. Enkele delen zijn genummerd.
2
1
3
3
4
1
5
2 6 trommelvlies
7
4
Kenny eet een warme maaltijd.
Welk deel van het oor houdt vuil tegen?
Welke weg legt het voedsel af vanaf het slikken totdat de niet verteerbare delen het lichaam verlaten?
Welk deel zorgt ervoor dat het trommelvlies zacht en soepel blijft?
A B C D
1–5–6–7 2–3–4–5 1–5–7–6 2–4–7–6
A B C D
vuil wordt tegengehouden door deel 1 1 2 2
het trommelvlies blijft zacht en soepel door deel 3 4 4 3
30 32 Tijdens de Natuuronderwijsles krijgt Peggy de beurt om twee gegevens van de longen en twee van het hart op het bord te schrijven. Ze doet dit als volgt: 1. Ieder mens heeft twee paar longen. 2. De longen liggen achter het hart in de borstkas. 3. Het hart pompt het bloed door het lichaam. 4. Het hart klopt bij iedereen even snel. Welke gegevens heeft Peggy juist opgeschreven? A B C D
alleen 1en 2 alleen 2 en 3 alleen 1, 2 en 3 alleen 2, 3 en 4
In de tekening zijn enkele delen van het oog aangegeven. Welk deel is niet juist benoemd? A B C D
de iris het ooglid de pupil de wimpers
Veiligheid
Malaria/Dengue
33
35
Voorkom muskieten !! Enkele regels hiervoor zijn: Ruim alle flessen, blikken en autobanden in je omgeving op. 4
Maak regelmatig de dakgoten schoon.
Op de tekening zijn er vier flessen afgebeeld. De etiketten geven aan wat er in de flessen zit.
Zet regelmatig schoon water in vazen met bloemen.
1
2
3
Op welke flessen moet dit symbool staan als je let op de inhoud van de flessen? A B C D
alleen op 1 en 2 alleen op 1 en 4 alleen op 2 en 3 alleen op 3 en 4 34
Brand in woonhuizen kan voorkomen worden!! Bert woont te Commewijne. Hij heeft de volgende gewoonten: 1. Het komt vaak voor dat hij in slaap valt, terwijl hij een pot op vuur heeft. 2. In de stopcontacten stopt hij altijd maar één stekker. 3. Hij controleert regelmatig de rookmelders die hij in zijn huis geplaatst heeft. 4. Om diefstal te voorkomen, plaatst hij zijn kleine gasbom in de keuken. Door welke gewoonten van Bert is de kans op brand groot? A B C D
door 1 en 2 door 1 en 4 door 2 en 3 door 3 en 4
Door ons aan deze regels te houden, kunnen wij ons beschermen tegen … A B C D
de dengue muskiet. de malaria muskiet. de dengue en de malaria muskiet. geen van beide muskieten.