Watermanagementcentrum Nederland Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW)
Droogtebericht 28 april 2015 | Nummer 2015-2
Ondanks droge aprilmaand voldoende water beschikbaar De maand april is tot op heden droog verlopen. Desondanks zijn er nauwelijks problemen op droogtegebied. Naar verwachting is er ook de komende tijd voldoende water beschikbaar. Na een droge herfst en een natte winter is de maand april tot op heden droog verlopen. Sinds het weekeinde van 26 en 27 april trekken er echter storingen over de stroomgebieden van Rijn en Maas. De verwachte neerslaghoeveelheden voor de komende weken zijn normaal. De temperatuur ligt eerst nog onder normale waarden voor deze tijd van het jaar, later rond meer normale waarden. De afvoer van de Rijn bedraagt circa 1850 m3/s en zal de komende dagen enigszins toenemen. Deze afvoer is normaal voor de tijd van het jaar. Van groot belang voor de afvoer van de Rijn bij langdurige droogte zijn de watervoorraden in het Zwitserse deel van het stroomgebied, dit zijn met name de stuwmeren. Deze watervoorraden zijn normaal voor de tijd van het jaar. De afvoer van de Maas bij St. Pieter bedraagt 185 m3/s. Naar verwachting zal de afvoer de komende week rond deze waarde blijven schommelen. Ook deze afvoer is normaal voor de tijd van het jaar. Door voldoende rivieraanvoer en neerslag en omdat er geen grote problemen zijn met de grondwaterstanden, zijn Rijkswaterstaat en de waterschappen tot op heden niet genoodzaakt om bijzondere maatregelen te nemen.
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 1 van 14
Waterbeeld De maand april is tot op heden droog verlopen. Sinds het weekeinde van 26 en 27 april trekken er echter storingen over de stroomgebieden van Rijn en Maas. De verwachte neerslaghoeveelheden voor de komende weken zijn normaal. De temperatuur ligt eerst nog onder normale waarden voor deze tijd van het jaar, later rond meer normale waarden. De afvoer van de Rijn bedraagt momenteel circa 1850 m3/s en zal de komende dagen enigszins toenemen. Deze afvoer is normaal voor de tijd van het jaar. De watervoorraad in de Zwitserse stuwmeren is normaal voor de tijd van het jaar. De sneeuwvoorraad is echter lager dan normaal. De afvoer van de Maas bij St. Pieter bedraagt 185 m3/s. Naar verwachting zal de afvoer de komende week rond deze waarde blijven schommelen. Ook deze afvoer is normaal voor de tijd van het jaar. Het beeld van de grondwaterstanden loopt uiteen. In traag reagerende gebieden met diepe grondwaterstanden zoals de Veluwe zijn de grondwaterstanden lager dan normaal, vooral door de afgelopen droge herfst. In andere, meer snel reagerende systemen worden ook grondwaterstanden boven normale waarden gemeten. De waterschappen melden geen watertekorten en verwachten die gelet op de huidige uitgangspositie en weersverwachting ook niet op korte termijn De watertemperaturen zijn normaal en daarmee is de kans op blauwalgen of botulisme nog gering. Er zijn geen problemen met zoutindringing. Conclusie De aanvoer vanuit de grote rivieren is en blijft op orde. De verwachte neerslaghoeveelheden voor de komende twee weken zijn normaal. Er zijn vanuit de verschillende regio’s ook geen meldingen van (dreigend) watertekort gesignaleerd. De komende twee weken worden ook geen knelpunten verwacht. De watervoorziening is dus goed op orde.
RWS en de waterschappen blijven de situatie volgen en brengen wanneer daar aanleiding voor is een nieuw droogtebericht uit.
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 2 van 14
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 3 van 14
Bijlage: Nadere informatie voor waterprofessionals Maandverwachting weer De vooruitzichten geldig van 28-05-2015 tot en met 05-05-2015 Vandaag, dinsdag 28 april, komen in het oosten van het land enkele buien voor. In de stroomgebieden van Rijn en Maas is het droog. Daarna zorgt een rug van hoge druk voor droog weer op woensdag, waarna vanaf donderdag de neerslagkansen weer toenemen. Ook later in deze periode trekken er storingen over de stroomgebieden, die van tijd tot tijd voor neerslag zorgen. De neerslaghoeveelheden liggen rond de normale klimatologische waarden, de temperaturen liggen daar onder. De vooruitzichten geldig van 06-05-2015 tot en met 24-05-2015: De neerslaghoeveelheden liggen in deze periode rond de klimatologische waarden voor beide stroomgebieden. De temperaturen liggen aanvankelijk iets onder, later rond de normale waarden.
De gepresenteerde kleurenverdeling is een indicatie voor temperatuur-/neerslagafwijkingen tussen de real-time prognoses van het ECMWF numerieke weermodel t.o.v. de numerieke modelklimatologie. De voorgaande figuren geven de resultaten weer van het ECMWF-model waarmee de maandverwachtingen worden berekend. In de bovenste 4 figuren wordt per week de verwachte temperatuurafwijking ten opzichte van de gemiddelde (of normale) situatie weergegeven. In de onderste 4 figuren wordt per week de verwachte afwijking in de neerslag weergegeven. De kleur wit betekent dat er geen significante afwijkingen van de normale situatie zijn. De verwachte afwijkingen in graden Celsius respectievelijk millimeters worden weergegeven in de schaalverdeling boven de kaarten.
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 4 van 14
Neerslagtekort Van 1 april tot en met 30 september wordt in Nederland het gemiddelde neerslagtekort berekend over dertien meetstations (figuur 1A). In deze grafiek toont de zwarte lijn het verloop van het neerslagtekort (mm) in de tijd. Op dit moment is het landelijk gemiddelde neerslagtekort in Nederland 50 mm en behoort daarmee tot de 5% droogste jaren. De verwachting is dat het neerslagtekort in de komende periode redelijk constant zal blijven waardoor de situatie enigszins normaliseert (zie grijze gebied en trendlijn). Figuur 1B geeft een schatting van het potentieel neerslagoverschot in Nederland. Het doorlopend potentieel neerslagoverschot wordt verkregen door het verschil te berekenen tussen de hoeveelheid gevallen neerslag en de berekende referentiegewasverdamping. Dit verschil wordt dagelijks gesommeerd in het tijdvak van 1 april tot en met 30 september. Een negatief getal geeft een tekort aan, een positief getal een overschot. In figuur 1B is te zien dat de ruimtelijke spreiding over Nederland beperkt is.
Figuur 1A. Landelijk gemiddeld neerslagtekort
Figuur 1B. Doorlopend potentieel neerslagoverschot
Afvoeren Rijn en Maas Rijn Het afvoerverloop van de Rijn wordt sterk beïnvloed door het smelten van sneeuw en gletsjers in de Alpen. Dit smeltwater stroomt via natuurlijke meren en stuwmeren af richting Duitsland. Deze meren houden het water tijdelijk vast en hebben zo een dempende werking op de afvoer. Het grootste en belangrijkste meer is de Bodensee. Een goed beeld van de hoeveelheid water die de Alpen via de meren verlaat wordt verkregen aan de hand van de afvoer bij Basel. Benedenstrooms van Basel bevinden zich slechts middelgebergten en kleine stuwmeren. In tijden van droogte wordt de bijdrage van dit deel van het stroomgebied vooral bepaald door toestroming vanuit grondwater. Het aandeel van het Alpine deel van het stroomgebied aan de totale afvoer van de Rijn bedraagt in de maand april ca. 45%. Laagwater wordt in het voorjaar vooral beïnvloed door de vorming van ijs en sneeuw in de winter en het smelten van de sneeuw vanaf het voorjaar. Bij uitblijvende neerslag in het stroomgebied zal de afvoer bij Lobith in het voorjaar afkomstig zijn uit de watervoorraad in de Alpen en de aanvoer uit grondwater in de rest van het stroomgebied.
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 5 van 14
De watervoorraad in de Alpen wordt in het voorjaar gekarakteriseerd door de hoeveelheid sneeuw in het stroomgebied, de invloed van de waterstand in de Bodensee op de hoofdstroom en de invloed van de overige Alpenmeren op de Zwitserse zijrivieren. Bij een lage stand van de meren treedt er een grotere demping van de afvoer uit de Alpen op, waardoor smelt- en regenwater pas veel later tot afstroming komt. Richting de zomermaanden wordt door de afnemende sneeuwvoorraad het smelten van sneeuw steeds minder belangrijk voor het bepalen van de basisafvoer.
Sneeuw De winter 2014/2015 was qua temperatuur hoger dan het langjarig gemiddelde. De hoeveelheid gevallen sneeuw was normaal en het aantal uren zon was minder dan normaal. De hoeveelheid gevallen sneeuw was over de gehele winter meer dan normaal, waarbij de sneeuw met name vanaf midden januari is gevallen. Met een gemiddelde sneeuwhoogte circa 1 meter op dit moment is de sneeuwhoeveelheid in Zwitserland lager dan normaal. Op dit moment is de sneeuwvoorraad over de gehele Alpen lager dan gemiddeld.
Sneeuwhoogte in cm, peildatum 23-04-2015 [Bron: Institut für Schnee- und Lawinenforschung, Davos]
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 6 van 14
Sneeuwhoogte als percentage van het langjarige gemiddelde, peildatum 23-04-2015 [Bron: Institut für Schnee- und Lawinenforschung, Davos]
Zwitserse Meren Het peil van de meeste Zwitserse stuwmeren is normaal voor de tijd van het jaar. Een maat hiervoor is de z.g. ‘Füllungsgrad’ die nu 12% bedraagt. Een belangrijke bijdrage aan de Rijnafvoer is de afvoer vanuit de Bodensee. De huidige stand van de Bodensee is normaal voor de tijd van het jaar. Op basis van de weersverwachting zal het peil van de Bodensee in de komende week licht stijgen maar blijft rond het langjarig gemiddelde niveau.
Waterstandsverloop Bodensee, station Romanshorn met langjarig gemiddelde, maximale en minimale waarden [Bron: Bundesamt für Umwelt, Bern]
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 7 van 14
Actuele afvoersituatie In een normaal jaar bedraagt het aandeel vanuit de Alpen aan de totale afvoer van de Rijn in april ca. 40%. Op dit moment is dit aandeel 55%, hoger dus dan normaal voor deze tijd van het jaar. De afvoer van de Rijn bij de uitstroming uit de Bodensee bedraagt 365 m3/s, een normale waarde voor de tijd van het jaar. Afvoerverwachting (29 april 2015 tot en met 6 mei 2015) Na een week van dalende afvoeren, bedraagt de afvoer te Lobith op 28 april 1830 m3/s. Dit weekend is er in het stroomgebied circa 20 mm neerslag gevallen. De aankomende week zal de afvoer te Lobith stijgen richting de 2300 m3/s. Afvoerverwachting (6 mei 2015 tot en met 13 mei 2015) Volgens de laatste meteorologische verwachtingen lijkt de afvoer te Lobith een tijdelijk maximum te bereiken op 8 mei (tussen de 2500 en 3000 m3/s) waarna de afvoer gaat afnemen.
Afvoerverloop Lobith/Rijn
Conclusie Op basis van de huidige situatie en de weersverwachtingen wordt verwacht dat de afvoer van de Rijn de komende periode rond het langjarig gemiddelde zal blijven. De basisafvoer is normaal en de hoeveel sneeuw in het Alpengebied is lager dan normaal. Alles overziend geeft het Rijngebied een gemiddeld normaal beeld. De kans op droogteproblemen is dit voorjaar ongeveer gemiddeld.
Maas De Maas is een snel reagerende regenrivier. Invloed van sneeuw op de afvoer van de rivier is er alleen in de winter. Anders dan bij de Rijn neemt de afvoer in het voorjaar niet toe door het smelten van sneeuw en gletsjers in het brongebied. Het stroomgebied van de Maas kent geen grote watervoorraden in de vorm van gletsjers en stuwmeren. Omdat het water in een groot deel van het stroomgebied snel wordt afgevoerd, kan de basisafvoer relatief klein worden in een periode zonder neerslag.
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 8 van 14
Actuele afvoersituatie Het jaar 2015 is begonnen met verhoogde afvoeren door de vele neerslag die gevallen is in het begin van het jaar. Ook aan het eind van de maand februari was de afvoer verhoogd, waarbij sneeuwsmelt een belangrijke rol speelde. Vanaf begin maart is de afvoer naar een normale waarde voor de tijd van het jaar gedaald. De afvoer te St. Pieter schommelde de afgelopen week tussen de 100 en 200 m3/s en bedraagt 28 april 185 m3/s. Dit is een normale hoeveelheid voor de tijd van het jaar. De uitgangsituatie voor het voorjaar van 2015 is hiermee normaal. Op basis van de weersverwachting voor de aankomende week blijft de afvoer op het huidige niveau.
Afvoerverloop Luik/Maas
Conclusie Droogteproblemen zijn de komende tijd voor de Maas niet waarschijnlijk.
Grondwater De grondwatervoorraad is in het grootste deel van Nederland op peil of wat aan de natte kant. Uit de in de provincies Gelderland en Noord-Brabant beschikbare actueel waargenomen freatische grondwaterstanden is af te leiden dat de freatische grondwaterstand momenteel boven normaal is (figuur 1 en 2). Traag reagerende grondwatersystemen zoals de Veluwe laten lagere grondwaterstanden zien dan langjarig gemiddeld, hier werkt de droge herfst van 2014 nog door in de grondwaterstanden (figuur 3). Gemiddeld genomen zet in het voorjaar een daling van de freatische grondwaterstanden in, als gevolg van een afname van de neerslag en een stijging van de temperatuur. Echter, op basis van de verwachte wisselvallige weersomstandigheden, zal het freatisch grondwater op korte termijn op de meeste locaties boven het langjarig gemiddelde blijven.
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 9 van 14
Figuur 1: Karakteristieke tijdreeks van een meetpunt in Noord-Brabant in 2015; donkerblauw: 25 e75e percentiel, lichtblauw: 10e-25e en 75e-90e percentiel (Boxtel, De Kampina B51A0501-001; bron: http://grondwaterstand.brabant.nl/)
Figuur 2: Karakteristieke tijdreeks van een meetpunt in Gelderland in 2015; blauw: 25 e-75e percentiel, grijs: 10e-25e en 75e-90e percentiel (Zelhem, B41A0192; bron: www.grondwaterstand.nl)
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 10 van 14
Figuur 3: Karakteristieke tijdreeks van een meetpunt in Gelderland in 2015; blauw: 25 e-75e percentiel, grijs: 10e-25e en 75e-90e percentiel (Otterlo, B33C0163-001; bron: www.grondwaterstand.nl)
Watertemperatuur Momenteel bedraagt de watertemperatuur ruim 14 graden Celsius bij Lobith en 16 graden Celsius bij Eijsden. Gezien de weersverwachting zijn problemen vanwege een hoge watertemperatuur niet waarschijnlijk.
Chloride De chloridegehalten in het noordelijk Deltabekken worden bepaald door de beschikbaarheid van zoet oppervlaktewater om de indringing van zout zeewater te beperken. Rijkswaterstaat monitort de chloridegehalten regelmatig. Op dit moment zijn de chloridegehalten normaal en in de komende periode wordt verwacht dat deze waarden ook normaal blijven. Voorlopig zijn er geen knelpunten als gevolg van te hoge chloridegehalten te verwachten.
Regionaal waterbeeld Noord-Nederland Er zijn momenteel geen knelpunten en deze worden op korte termijn niet verwacht. Het groeiseizoen komt wat later op gang door de lage temperatuur de afgelopen periode, waardoor de watervraag in sommige regio’s iets minder is dan normaal voor de tijd van het jaar. Bijzonder is, dat in Flevoland extra beregening van bolbloemenvelden plaatsvindt in verband met nachtvorstbestrijding. Dit leidt niet tot een significant grotere watervraag. Het IJsselmeer, Markermeer en Veluwerandmeren zijn op zomerstreefpeil en de IJsselafvoer (circa 360 m3/s) is ruim toereikend om het peil de komende weken te handhaven. Het chloridegehalte geeft geen aanleiding tot problemen, omdat er voldoende water beschikbaar is om te spuien bij de Afsluitdijk. Ter plaatse van het drinkinnamepunt bij Andijk is het chloridegehalte circa 95 mg/l. Twentekanalen en Oost-Nederland De situatie in Oost-Nederland is normaal. Er doen zich geen bijzonderheden voor. Ook vanuit waterschappen zijn er geen bijzonderheden gemeld. Op dit moment is er geen extra vraag vanuit de regio. Gezien de toenemende rivierafvoeren zijn er op de korte termijn geen bijzonderheden te verwachten.
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 11 van 14
West-Midden-Nederland De rivierafvoer is normaal voor de tijd van het jaar. Het Betuwepand is gesloten en op normaal peil. Er is nog een meter verschil tussen Tiel Waal en Tiel kanaal. De Kromme-Rijn inlaat kan daardoor voldoende inlaten. De nachtvorstbestrijding van de fruitteelt in het Krommerijngebied heeft daardoor geen hinder ondervonden. De chloridegehaltes zijn laag. Door de hoge afvoeren en de neerslag worden voorlopig geen problemen verwacht. Het Waaiersluiscomplex (Gouda) is momenteel beperkt inzetbaar (n.b.: dit geldt zowel voor inlaten als uitlaten). Tot week 23 is één spuikoker niet beschikbaar i.v.m. onderhoudswerkzaamheden. Zuid-Oost Nederland Er zijn op dit moment geen knelpunten in de watervoorziening in de regio Zuid-Oost. In het hoofdwatersysteem Maas & kanalen is nog voldoende water beschikbaar om alle belangen van water te voorzien. In het gebied van waterschap Peel en Maasvallei zijn de beekafvoeren al wel redelijk laag, gemiddeld genomen is de afvoer nu 10-15% van de maatgevende afvoer (5 – 10% MA is de basisafvoer). De grondwaterstanden zijn nog behoorlijk gemiddeld, maar wel dalend. De Reusel (Baarschot) en de Broekleij (Cromvoirt) zitten op 15% afvoer, waarbij de Reusel al dichtbij de 10% norm zit (norm voor het instellen van een onttrekkingsverbod oppervlaktewater). Naar verwachting komt er de komende dagen weer neerslag en daarmee zal de situatie voorlopig wel even stabiel blijven. De waterschappen blijven de peilen en afvoeren in de gaten houden en treffen passende maatregelen waar nodig (stuwen omhoog, minder maaien). Zuid-West Nederland In Zuid-West Nederland zijn op dit moment geen bijzonderheden te vermelden. Het VolkerakZoommeer wordt zoveel mogelijk doorgespoeld om het chloridegehalte zo laag mogelijk te houden. Gezien de ontwikkelingen in afvoer en neerslag worden er de komende tijde geen problemen verwacht.
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 12 van 14
Nederland is ingedeeld in zes regionale droogte regio’s. RDO staat daarbij voor regionaal droogte-overleg.
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 13 van 14
droogtebericht voor waterbeheerders
Pagina 14 van 14