G E B R U I K S A A N W I J Z I N G
Bestnr.: 30 05 57 30 05 58 30 05 59
Draadloze microfoonset WMS 40
Impressum
Omwille van het milieu 100% recyclingpapier
Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatisch gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van CONRAD ELECTRONIC NEDERLAND BV. Nadruk, ook als uittreksel is niet toegestaan. Druk- en zetfouten voorbehouden. Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische eisen bij het in druk gaan. Wijzigingen in de techniek en uitvoering voorbehouden. © Copyright 1995 by CONRAD ELECTRONIC NEDERLAND BV Windmolenweg 42, 7548 BM Boekelo Internet: www.conrad.nl E-mail:
[email protected]
Belangrijk! Beslist lezen! Deze gebruiksaanwijzing is een integraal onderdeel van dit product. Er staan belangrijke aanwijzingen in betreffende de ingebruikname en het gebruik. Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door! Bij schades, die ontstaan door het niet opvolgen van de handleiding, vervalt het recht op garantie. Voor volgschades, die hieruit ontstaan zijn wij niet aansprakelijk. Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig!
Inhoudsopgave
Pagina
1
4
Veiligheid en milieu
3.3 Rackmontage van een ontvanger
10
3.4 Rackmontage van twee ontvangers naast elkaar
11
3.5 Aansluiting ontvanger op een mengpaneel
11
3.6 Aansluiting ontvanger op een versterker
12
3.7 Aansluiting ontvanger op het stroomnet
12
3.8 Batterijen in de hand-/zakzender plaatsen en testen
12
3.9 Handzender in gebruik nemen
13
3.10 Zakzender in gebruik nemen
13
3.11 Kleurcodeclip van de handzender omruilen
15
3.12 Voordat u een soundtest uitvoert
15
1.1 Veiligheid
4
4
Microfoontechniek
16
1.2 Milieu
4
4.1 Handzender HT 40
16
4.2 Lavaliermicrofoon C 417 L
17
4.3 Headset-microfoons C 420L, C 444L
17
18
2
Beschrijving
4
2.1 Introductie
4
2.2 Omvang levering
5
5
2.3 Aanbevolen accessoires
5
5.1 Buitenkanten
18
2.4 Ontvanger SR 40
5
5.2 Binnenkant windbescherming van de handzender
18
2.5 Handzender HT 40
7
2.6 Zakformaatzender PT 40
8
6
Oplossen van fouten
18
2.7 Kleurcode-tabel
9 7
Technische gegevens
20
3
In gebruik nemen
10
3.1 Ontvanger plaatsen
10
3.2 Voetjes monteren aan de ontvanger
10
2
Reiniging
3
1 Veiligheid en milieu
2.2 Omvang levering De WMS 40 bestaat uit 2 verschillende systemen
1.1 Veiligheid 2.2.1 Handheld systeem: • •
Giet nooit vloeistoffen over het apparaat en let op, dat er geen voorwerpen door de ventilatiegleuven in het apparaat kunnen vallen. Stel het apparaat niet bloot aan extreme temperaturen zoals radiatoren, verwarmingsbuizen, versterkers en zorg ervoor dat het apparaat niet beinvloed wordt door direct zonlicht, sterke stof- en vochtigheidsontwikkeling, regen, vibraties of schokken.
1.2 Milieu •
•
Lege batterijen en accu’s vallen onder klein chemisch afval en moeten daarom volgens de wettelijke voorschriften verwijderd worden. Werp geen batterijen in het vuur (explosiegevaar) en verwijder deze niet via het normale huisvuil. Als het apparaat verwijderd wordt moet u de batterijen resp. accu’s er uithalen. Demonteer de behuizing, elektronica en kabel en verwijder deze componenten volgens de wettelijke voorschriften.
1 Handzender HT40
1 Netadapter voor 12 V DC
2 Batterijen 1,5V grootte AA
1 Schroevendraaier
1 Statiefaansluiting kleurcode-clip, zwart
2.2.2 Bodypack systeem: 1 Ontvanger SR 40
1 Zakzender PT40
1 Netadapter voor 12 V DC
2. Beschrijving 2.1 Introductie
1 Schroevendraaier
Hartelijk dank voor de aankoop van dit product. Lees eerst deze gebruiksaanwijzing volledig en zorgvuldig door voordat u dit draadloze microfoonset WMS 40 van AKG in gebruik neemt.
1 Ontvanger SR 40
2 Batterijen 1,5V grootte AA
Controleer a.u.b. bij het uitpakken of alle onderdelen voor uw systeem aanwezig zijn.
2.3 Aanbevolen accessoires U dient zich beslist te houden aan de aanwijzingen betreffende de veiligheid en het gebruik. Bij vragen kunt u zich wenden tot onze Technische Dienst, Nederland: 053 - 428 54 80 Ma. - vr. 09.00 : 20.00 uur of via E-mail:
[email protected]
4
• •
19”-montageset RMU 60 voor 2 ontvangers SR 40 Kunststofkoffer CH 40 voor een compleet WMS 40 systeem.
2.4 Ontvanger SR 40 De SR 40 is een stationair non-diversity-ontvanger voor alle zenders van het WMS 40-systeem. De SR 40 werkt op een vaste, kwartsgestabiliseerde 5
frequentie in het 710 MHz tot 865 MHz UHF-frequentiebereik en is geschikt voor een 19”-rackmontage.
voor u de ontvanger voor de eerste keer inschakelt (zie hiervoor eveneens hfdst. 3.12).
2.4.1 Bedieningselementen aan de voorzijde (zie fig. 1)
2.5 Handzender HT 40
1 2
De handzender HT 40 werkt op een vaste kwartsgestabiliseerde overdrachtfrequentie in het UHF (ultra-high-frequentie)-frequentiebereik en is uitgerust met een in de behuizing geïntegreerde antenne. De met de zender verbonden microfoonkop is akoestisch identiek met de vocaalmicrofoon D 880 van AKG. Deze microfoon bezit een ingebouwde wind- en popfilter voor het onderdrukken van pop- en ademgeluiden en kenmerkt zich door de minimale gevoeligheid bij handgeluiden, goede onderdrukking van de terugkoppeling (feedback) en een uitstekende overdrachtskwaliteit.
3
4
5
POWER: aan/uit-toets en controle-LED. Antenne: de UHF-antenne, met een vaste lengte, is aan de voorzijde vast gemonteerd. VOLUME: met de VOLUME-regelaar kunt u het uitgangsniveau van de ontvanger van microfoonniveau tot lineniveau instellen en zodoende aanpassen aan de ingangsgevoeligheid van uw mengpaneel of versterker RF: deze LED licht op als een signaal ontvangen wordt. Indien geen signaal ontvangen wordt of de squelch is actief, gaat de RF-LED uit en de audiouitgang wordt stom geschakeld. Kleurcode: zie hfdst. 2.7, kleurcode tabel. De kleur komt overeen met de overdrachtfrequentie van uw ontvanger. Zenders met dezelfde overdrachtfrequentie zijn met dezelfde kleur gekenmerkt.
2.5.1 Bedieningselementen (zie fig. 3) 13
2.4.2 Bedieningselementen op de achterzijde (zie fig. 2) 6
Etiket overdrachtsfrequentie: op de achterkant van de ontvanger vindt u een plaketiket met de overdrachtsfrequentie en het keurmerk. 7 MIC OUT: symmetrische audio-uitgang aan de 3-polige XLR-bus. Deze uitgang kunt u bijvoorbeeld verbinden met een microfooningang van een mengpaneel. 8 LINE OUT: asymmetrische audio-uitgang met 6,3-mm-mono-jackplug. Hier kunt u b.v. een gitaarversterker aansluiten. 9 Schroevendraaier: voor het instellen van de SQUELCH-regelaar aan de ontvanger en de GAIN-regelaar aan de zakzender. 10 Trekontlasting: voor de voedingskabel van de meegeleverde netadapter. 11 DC IN: hier wordt de meegeleverde netadapter aangesloten. 12 SQUELCH: de ruisonderdrukking (“Squelch”) schakelt de ontvanger bij een zwak ontvangstsignaal uit, hiermede worden de stoorgeluiden onderdrukt die ontstaan bij, b.v. het eigen ruisen van de ontvanger indien de zender uitgeschakeld is. Zet de SQUELCH-regelaar op minimum, 6
14
15
16 17
Aan/uitschakelaar: deze schuifschakelaar bezit drie schuifposities die telkens in het zichtvenster weergegeven worden: ON: de voedingsspanning voor de zender is ingeschakeld. MUTE: het audiosignaal vanaf de microfoonkop is stom geschakeld. De voedingsspanning en de HF-overdrachtfrequentie blijven echter ingeschakeld. Hierdoor wordt de ontvanger door andere zenders niet gestoord. OFF: De voedingsspanning van de zender is uitgeschakeld. Controle-LED: deze LED toont de batterijstatus. De LED licht na het inschakelen kort op en gaat daarna weer uit, dit betekend dat de batterijen in orde zijn. LED licht permanent op: de batterijen zijn bijna leeg (in ca. 50 minuten). Kleurcode: zie hfdst. 2.7: kleurcode-tabel. De kleur van de kunststofclip komt overeen met de overdrachtfrequentie van uw zender. Ontvangers met dezelfde overdrachtfrequentie zijn gekenmerkt met dezelfde kleur. De kleurcodeclip van de HT40 kan afgehaald worden en kan vervangen worden door de meegeleverde zwarte clip. Batterijvakdeksel: zie hfdst. 3.8: inleggen van de batterijen. Etiket overdrachtsfrequentie: boven het batterijvak vindt u het etiket met de overdrachtsfrequentie van de zender.
7
2.5.2 Aanbevolen accessoires • Schuimrubber-windbescherming W 880
25 26
2.6 Zakformaatzender PT 40 Op de zender PT 40 kunt u dynamische alsook condensatormicrofoons aansluiten, die werken op een voedingsspanning van ca. 3,8 Volt. Uiteraard kunt u ook een E-gitaar, een E- bas of een portable keyboard aansluiten. De PT 40 werkt op een vaste kwartsgestabiliseerde overdrachtsfrequentie in het UHF-frequentiebereik van 710 MHz tot 865 MHz 2.6.1 Bedieningselementen aan de bovenkant (zie fig. 4) 18
19
20
21
Aan/uitschakelaar: deze schuifschakelaar bezit 3 schuifposities: ON: de voedingsspanning voor de zender is ingeschakeld. MUTE: het audiosignaal vanaf de microfoon resp. instrument is stom geschakeld. De voedingsspanning en de HF-overdrachtfrequentie blijven echter ingeschakeld. Hierdoor wordt de ontvanger door andere zenders niet gestoord, ook dan niet als de microfoon stom geschakeld is. Controle-LED: deze LED toont de batterijstatus. De LED licht na het inschakelen kort op en gaat daarna weer uit, dit betekend dat de batterijen in orde zijn. LED licht permanent op: de batterijen zijn bijna leeg (nog ca. 50 minuten). Audio-ingang: 3-polige mini-XLR-bus met contacten voor microfoonen lineniveau. Door het aansluiten van de aanbevolen AKG-microfoon resp. de gitaarkabel MKG/L (niet meegeleverd) worden automatisch de juiste contacten geactiveerd. Antenne: vast gemonteerde flexibele antenne.
2.6.2 Bedieningselementen op de achterzijde (zie fig. 5) 22 23 24 8
Riemclip: voor het bevestigen van de zakzender aan een broekriem. Batterijvakdeksel: zie hoofdstuk 3.8 Batterijen plaatsen. MIC/LINE: deze schuifschakelaar schakelt het audiogedeelte tussen
microfoonniveau (MIC”) en line-niveau (“LINE”). GAIN: hiermede wordt de gevoeligheid van het audiogedeelte op het niveau van de aangesloten microfoon resp. instrument geregeld. Etiket overdrachtsfrequentie: zie hfdst. 2.7, kleurcode tabel. Op de achterkant van de zender vindt u een plaketiket met de overdrachtfrequentie van de zender volgens de overeenkomstige kleurcode en het keurmerk (ontvangers met dezelfde overdrachtfrequentie zijn met dezelfde kleur gekenmerkt).
2.6.3 Microfoons en gitaarkabel (niet meegeleverd) Onderstaande AKG-microfoons kunt u zonder problemen aansluiten op de audio-ingang van de PT 40: C 417 L C 420 L C 444 L D.m.v. de gitaarkabel MKG/L van AKG kunt u een E-gitaar, een E- bas of een portabele keyboard aansluiten. 2.6.4 Aanbevolen accessoires Tasje CB 40
2.7 Kleurcodetabel Frequentie
Kleur
710.400 MHz
roodbruin
734.600 MHz
purper
802.525 MHz
bordeauxrood
812.800 MHz
geel
854.900 MHz
violet
858.200 MHz
groen
863.100 MHz
meloengeel
864.375 MHz
grijs 9
3 In gebruik nemen
3.
Belangrijk: Voordat u uw WMS 40 in gebruik neemt moet u controleren of de zender en de ontvanger op dezelfde frequentie werken. Via de kleurcode kunt u dit heel gemakkelijk controleren.
4. 5.
3.1 Opstellen van de ontvanger Reflecties van het zendsignaal op metalen delen, wanden, plafonds of schaduweffecten door menselijke lichamen kunnen het directe zendsignaal afzwakken resp. afbreken. Voor het beste resultaat plaatst u de ontvanger als volgt: 1. Plaats de ontvanger altijd in de buurt van het werkgebied (podium), let hierbij echter op een minimale afstand tussen zender en ontvanger van 3 m tot optimaal 5 m. 2. Controleer of u de zender kunt zien vanuit de plek waar u de ontvanger wilt gebruiken. 3. Houd met de ontvanger een afstand van meer dan 1,5 m vanaf grote metalen voorwerpen, wanden, podiumstellages, plafonds of derg.
3.4 Rackmontage van twee ontvangers naast elkaar (zie fig. 7) 1. 2. 3. 4. 5.
U kunt de ontvanger vrijstaand opstellen of met behulp van het montageset RMU 60 (als optie verkrijgbaar) in een 19”-rack monteren.
3.2 Voetjes voor de ontvanger monteren (zie fig. 6) 1. 2. 3.
Leg de ontvanger met de achterkant naar boven op een vlakke ondergrond. Schuif de twee zijpanelen (27) met de voetjes naar boven wijzend in de rails aan de ontvanger. Bevestig de zijpanelen met de meegeleverde kruiskopschroeven.
3.3 Rackmontage ontvanger (zie fig. 7a en 7b, 7c, 7d) 1.
2.
10
Leg telkens een klemslede (28) op een montagehoek (29) zodat de pennen op de klemslede (28) precies in de openingen van de montagehoek passen. Schuif de klemslede (28) met de montagehoeken (29) vanaf de achterkant in de bevestigingsrails van de ontvanger.
Draai de twee kruiskopschroeven in de klemslede (28), met de wijzers van de klok mee, tot de montagehoeken (29) goed vastzitten aan de ontvanger. Bevestig de afdekking op de linker of rechter montagehoek (29). Gebruik hiervoor de meegeleverde schroeven. Bevestig de ontvanger in het rack met behulp van de meegeleverde montageschroeven.
Bevestig aan de buitenpanelen van beide ontvangers telkens een montagehoek (29) zoals omschreven in hoofdstuk 3.3 onder punt 1 tot 3. Schuif aan de binnenkant van een ontvanger een klemslede (28) ZONDER MONTAGEHOEK in de bevestigingsrail van een ontvanger. Schuif de eerste ontvanger met de klemslede (28), zonder montagehoek (29), in de bevestigingsrails van de tweede ontvanger. Draai de twee kruiskopschroeven in de middelste klemslede vast om de twee ontvangers met elkaar te verbinden. Bevestig de ontvangers met de meegeleverde montageschroeven in het rack.
3.5 Aansluiting ontvanger op een mengpaneel (zie fig. 8a, 8b) Er zijn twee mogelijkheden voor het aansluiten van de ontvanger op een mengpaneel: A. Verbind via een XLR-kabel de MIC OUT-bus (7) op de achterkant van de ontvanger met een symmetrische microfooningang (XLR-bus) van de mengpaneel. Draai de VOLUME-regelaar (3) van de ontvanger helemaal naar links (microfoonniveau). B. Verbind via een 6,3 mm jackplugkabel de LINE OUT-bus (8) op de achterkant van de ontvanger met een symmetrische LINE-ingang (6,3 mm jackplug) op het mengpaneel. Draai de VOLUME-regelaar (3) van de ontvanger helemaal naar rechts (line-niveau) Belangrijk: Gebruik nooit beide uitgangsbussen tegelijkertijd! Dit kan leiden tot signaalverlies of een verhoogde ruis. 11
3.6 Aansluiting ontvanger op een versterker (zie fig. 9) 1.
2.
Verbind via een 6,3 mm jackplugkabel de LINE OUT-bus (8) aan de achterkant van de ontvanger met een asymmetrische LINE-ingang (6,3 mm jackplug) op de versterker. Draai het VOLUME (3) aan de ontvanger helemaal naar rechts (line-niveau).
4.
3.7 Aansluiting ontvanger op het stroomnet 1. 2. 3.
Richt de antenne (2) naar boven. Zet de SQUELCH-regelaar (12) op minimum (helemaal naar links). Controleer of de netspanning van de meegeleverde netadapter overeenkomt met de plaatselijke netspanning. Als u de netadapter op een andere spanning laat werken kan dit leiden tot onherstelbare schade aan het apparaat. Sluit de voedingskabel van de netadapter aan op de DC IN-bus (11) van de ontvanger. Leg de kabel in een lus en steek deze door de bovenkant van de trekontlasting en leg deze om de haak van de trekontlasting (10). Trek de kabel vast. (zie fig. 19) Plaats de netadapter in een netstopcontact. Schakel de ontvanger via de POWER-toets (1) in.
5.
3.8 Batterijen van de hand-/zakzender plaatsen en testen (fig. 11)
3. 4.
4. 5.
6. 7.
1. 2.
Druk het klepje aan het batterijvakdeksel (16)(23) naar beneden. Trek het deksel af van de zender.
Belangrijk: Het schuimrubber aan de binnenkant van het batterijvakdeksel houd de batterijen op hun plaats. Verwijder het schuimrubber niet, omdat anders de batterijen niet goed vastzitten en daardoor ongewenste rammelgeluiden verorzaakt kunnen worden. 3.
12
Plaats de meegeleverde batterijen in het batterijvak en let hierbij op de juiste polariteit van de batterijen.
Indien de batterijen verkeerd geplaatst worden, zal de zender niet met stroom gevoed worden. Schakel de zender in, door de aan-/ uitschakelaar (13)(18) op “ON” te zetten. De controle-LED (14)(19) flitst kort op. Indien de batterijen nog voldoende vol zijn gaat de controle-LED (14)(19) uit. Indien de controle-LED (14)(19) blijft branden, zijn de batterijen bijna leeg (nog ca. 50 minuten).Vervang de batterijen zo gauw mogelijk. Indien de controle-LED (14)(19) niet kort opflitst zijn de batterijen leeg. Plaats nieuwe batterijen. Sluit het batterijvak door deze vanaf de onderkant op het batterijvak te schuiven tot deze inklikt.
3.9 Handzender in gebruik nemen 1.
2.
Schakel de ontvanger in en controleer de positie van de VOLUMEregelaar (3): Ontvanger met de microfooningang verbonden = linker aanslag. Ontvanger met de line-ingang verbonden = rechter aanslag. Schakel de handzender in doordat u de aan/uitschakelaar (13) op “ON” zet. Omdat de handzender HT 40 speciaal voor de ingebouwde microfoonkop vervaardigd is, wordt een niveau-instelling overbodig. Vandaar bezit de handzender ook geen niveau- of “Gain”-regelaar. Schakel uw geluidsinstallatie resp. uw versterker in. Spreek of zing in de microfoon en stel het volume van de geluidsinstallatie resp. de versterker volgens hun gebruiksaanwijzing in of naar gehoor. (Zie eveneens hoofdstuk 4 microfoontechniek).
3.10 Zakzender in gebruik nemen 3.10.1 Aansluiten microfoon De zakzender PT 40 is bedoeld voor gebruik met de AKG-microfoon C 417L, C 420L en C 444L. Indien u een andere microfoon van AKG of van een ander merk op de PT 40 wilt aansluiten, moet u eventueel de stekker van uw microfoon vervangen door een 3-polige mini-XLR-stekker. Contactbezetting van de audio-ingang (20): 13
Contact 1: afscherming Contact 2: audio (in fase) Contact 3: audio
resp. de versterker volgens hun gebruiksaanwijzing in of naar gehoor.
3.11 Kleurcode-clip van de handzender omruilen (zie fig. 13)
Aan contact 2 staat een positieve voedingsspanning van 3,8 V voor condensatormicrofoons ter beschikking.
1. 2. 3.
Belangrijk: De firma AKG kan niet garanderen, dat de zakzender perfect zal functioneren indien andere fabrikaten aangesloten worden. Bij gebruik van andere merken wordt een eventueel hierdoor ontstane schade uitgesloten van garantie.
3.12 Voordat u een soundtest uitvoert
1. 2.
3. 4. 5. 6.
Verwijder het batterijvakdeksel (23). Zet de MIC/LINE-schakelaar (24) op “MIC” en draai m.b.v. de meegeleverde schroevendraaier (9) de GAIN-regelaar (25) open tot aan het midden tussen de linker en rechter aanslag. Sluit de mini-XLR-stekker van uw microfoon aan op de audio-ingangsbus (20) van uw zakzender. Schakel de zakzender in, door de aan/uitschakelaar (18) op “ON” te zetten. Schakel uw ontvanger en uw geluidsinstallatie resp. versterker in. Spreek of zing in de microfoon en stel het volume van de geluidsinstallatie resp. de versterker volgens hun gebruiksaanwijzing in of naar gehoor. (Zie eveneens hoofdstuk 4 microfoontechniek).
3.10.2 Een instrument aansluiten (zie fig. 12) 1. 2.
3.
4. 5. 6. 14
Verwijder het batterijvakdeksel (23). Zet de MIC/LINE-schakelaar (24) op “LINE” en draai m.b.v. de meegeleverde schroevendraaier (9) de GAIN-regelaar (25) open tot aan het midden tussen de linker en rechter aanslag. Steek de jackplugstekker van de gitaarkabel MKG/L (als optie) in de uitgangsbus van uw instrument en de mini-XLR-stekker van de gitaarkabel in de audio-ingangsbus (20) van de zakzender (zie fig. 12). Schakel de zakzender in, door de aan/uitschakelaar (18) op “ON” te zetten. Schakel de ontvanger en uw geluidsinstallatie resp. versterker in. Speel op uw instrument en stel het volume van de geluidsinstallatie
1.
2.
Hef de kleurcode-clip (15) met een schroevendraaier iets omhoog. Trek de Kleurcode-clip er af. Plaats nu de meegeleverde zwarte clip op de handzender en druk hem aan tot hij inklikt.
Loop door het bereik in welke u de zender wilt gebruiken. Let hierbij op die plaatsen, waarbij de veldsterkte vermindert en daardoor een korte uitval in de ontvangst optreedt (“drop-outs”). Zulke uitvallers kunt u opheffen, doordat u de ontvanger anders positioneert. Als dit niet helpt, moet u zulke kritieke plaatsen vermijden. Indien storingen optreden, draait u de SQUELCH-regelaar (12) aan de ontvanger net zo ver open (met de klok mee), tot de storingen verdwijnen. Indien de squelch de audio-uitgang van de ontvanger stom schakelt, gaat de RF-LED (4) uit.
Belangrijk: Stel het squelchniveau nooit hoger dan echt nodig. Hoe hoger het squelchniveau is des te minder wordt de gevoeligheid van de ontvanger en zodoende de reikwijdte tussen zender en ontvanger. 3.
Als op de ontvanger de RF-LED (4) uitgaat, betekend dit, dat er een signaal ontvangen wordt of de squelch actief is. Schakel de zender in, ga dichter bij de ontvanger staan resp. draai de SQUELCH-regelaar (12) zo ver (tegen de klok in) terug tot de RF-LED (4) oplicht.
15
4 Microfoontechniek 4.1 Handzender HT 40 Een vocaal microfoon biedt u vele mogelijkheden om de klank van uw stem via het soundsysteem te veranderen. Voor een optimaal gebruik van uw handzender HT 40 moet u beslist onderstaande aanwijzingen in acht nemen. 4.1.1 Spreekafstand en dichterbijeffect Principieel wordt uw stem des te voller en zachter weergegeven hoe kleiner de afstand tussen uw lippen en de microfoon is. Bij een grotere afstand darentegen zal uw stem galmend en ver weg klinken omdat de akoestiek van de ruimte overhand krijgt. U kunt zodoende uw stem agressief, neutraal of vleiend laten klinken als u steeds de microfoonafstand verandert. Een dichterbijeffect ontstaat in de directe nabijheid van de microfoon (minder dan 5 cm) veroorzaakt een sterke bastoon. Hierdoor krijgt uw stem een vollere, intieme en lage klank.
zijkanten of aan de achterkant opgevangen wordt (b.v. van monitorluidsprekers) het minste is. De minste kans op een feedback bereikt u door de luidsprekers van de geluidsinstallatie voor de microfoons op te stellen (b.v. aan de rand van het podium). Als u monitorluidsprekers gebruikt, mag uw microfoon nooit direct op de monitor of geluidsinstallatie wijzen. Een feedback kan eveneens door het galmeffect (door de akoestiek in de ruimte) ontstaan, vooral in het lage frequentiebereik, dus indirect door het dichtbijeffect. In dit geval kunt u dit vaak oplossen door de afstand tot de microfoon te vergroten. 4.1.4 Begeleidend choor (zie fig. 16) Probeer nooit met twee personen door een microfoon te zingen. Let er op, dat de klankinvalshoek nooit groter is dan 35°. Aan de zijkant van de microfoon is de klank heel ongevoelig. Als er twee vocalisten buiten een hoek van 35° op de microfoon zingen, zou de niveauregelaar van de microfoonkanaal zo ver open moeten staan dat het gevaar voor een feedback te groot wordt.
4.1.2 Invalshoek (zie fig. 14)
4.2 Lavaliermicrofoon C 417L
Als u zijwaarts van de microfoon of over de microfoonkop heen zingt, is het effect een uitgebalanceerde en natuurgetrouwe klank. Indien u direct op de voorkant van de microfoon zingt, is niet alleen het ademgeruis te horen, maar bovendien worden de klankgeluiden met “p”,”t”, “s”, “sch”, “ts” onnatuurlijk geaccentueerd.
1. 2.
3. 4.1.3 Feedback (terugkoppeling) (zie fig. 15) Een feedback ontstaat als het geluid uit de luidsprekers gedeeltelijk opgenomen wordt door de microfoon en deze het weer versterkt terugleidt naar de luidsprekers. Vanaf een bepaald volume (de feedback limiet) loopt dit signaal in zekere zin in een cirkel, de installatie loeit en fluit en alleen nog het terugdraaien van het volume kan deze weer tot rust brengen. Om een feedback te voorkomen bezit de microfoon van de handzender HT 40 een supernierkarakteristiek. Dit betekent, dat de klank (uw stem) via de voorkant van de microfoon de gevoeligste is, terwijl het geluid dat via de 16
Bevestig de microfoon aan de clip H40/1 of aan de speld H 41/1 zoals dit in de gebruiksaanwijzing van de C 417L beschreven staat. Bevestig de microfoon aan de kleding en zo dicht mogelijk bij de mond. Hoe dichter de microfoon bij de mond is des te kleiner is de kans op een feedback. Let er op, dat de microfoon op de mond gericht is.
4.3 Headset-microfoons C 420L, C 444L De bediening voor deze twee headset-microfoons van AKG vindt u in de gebruiksaanwijzing van de betreffende microfoon.
17
5 Reiniging 5.1 Buitenkanten Voor het schoonmaken aan de buitenkant van de zenders en ontvngers neemt u het beste een iets met water bevochtigd, zachte doek.
de ontvanger of de
staan of draai de squelch-
SQUELCH is te hoog
regelaar terug.
11. Obstakels tussen zender
11. Verwijder de obstakels.
en ontvanger.
Draai de kap van de handzender los (tegen de klok in). Verwijder de windbescherming (schuimrubber) uit de kap. Was de windbescherming in een sterk verdund zeepsopje. Zodra de windbescherming droog is plaats u deze terug in de kap en schroeft u deze weer op de handzender.
12. Geen zichtverbinding tussen zender en ontvanger.
12. Vermijdt plekken waarbij u de ontvanger niet kunt zien.
13. Ontvanger te dicht bi
13. Verwijder storende voor-
metalen voorwerpen.
werpen of zet de onvanger verder weg.
Ruisen, kraken,
6 Oplossen van fouten
9. Vervang de zenderbatterijen. 10. Ga dichter bij de ontvanger
ingesteld.
5.2 Binnenkant windbescherming van de handzenders 1. 2. 3. 4.
9. Zenderbatterijen zijn leeg. 10. Zender is te ver weg van
1. Antennepositie.
1. Plaats de ontvanger op een
2. Storingen door andere
2. Storende resp. beschadigde
ongewenste signalen
andere plek.
Probleem
Mogelijke oorzaak
Oplossing
draadloze systemen, tv,
apparaten uitschakelen of
Geen geluid
1. Netadapter is niet aan
1. Netadapter aan de ontvanger
radio, zendapparatuur of
de WMS 40 met een andere
de ontvanger resp. stroom-
en aan het stroomnet aansluiten.
beschadigde elektrische
overdrachtsfrequentie gebruiken;
apparaten of installaties.
laat de elektrische installatie nakijken.
1. (Alleen zakzender:) GAIN-
1. GAIN-regelaar omhoog of
net aangesloten. 2. Ontvanger is uitgeschakeld.
2. Schakel de ontvanger via de POWER-toets in.
3. Ontvanger is niet op de
Vervormingen
3. Verbind de ontvangeruitgang
mengpaneel of versterker
met de mengpaneel- of
aangesloten.
versterkeringang.
4. VOLUME-regelaar van de
4. Draai de VOLUME-regelaar open.
ontvanger staat op nul. 5. Microfoon of instrument
5. Verbind de microfoon resp.
regelaar te hoog of te laag
omlaag draaien tot de
ingesteld.
vervormingen verdwijnen.
2.. Storingen door andere
2. Storende resp. beschadigde
draadloze systemen, tv,
apparaten uitschakelen of
radio, zendapparatuur of
de WMS 40 met een andere
beschadigde elektrische
overdrachtsfrequentie gebruiken;
apparaten of installaties.
laat de elektrische installatie nakijken.
zijn niet op de zakzender
instrument met de audio-ingang
aangesloten.
van de zakzender.
Korte uitval van
6. Zender heeft een andere
6. Gebruik dezelfde kleurcode
het geluid (“drop-
plek. Indien dit niet helpt, markeer dan
kleurcode dan ontvanger.
voor zender en ontvanger.
outs”) op sommige
de kritieke plaaten en vermijdt deze.
7. Aan/uitschakelaar van de
7. Zet de aan/uitschakelaar op “ON”.
plekken van het
zender staat op “OFF” of
1. Antennepositie
1. Plaats de ontvanger op een andere
toepassingsgebied.
“MUTE”. 8. Batterijen verkeerd in de zender geplaatst
8. Plaats de batterijen volgens polariteitskenmerken (+/-) opnieuw in het batterijvak.
18
19
7
Technische gegevens
Fig. 3
HT 40 HT 40
PT 40
SR 40
Overdrachtsfrequentie
710 - 865 MHz
710 - 865 MHz
710 - 865 MHz
Modulatie
FM
FM
FM
Bandbreedte audiooverdracht
40 - 20.000 Hz
40 - 20.000 Hz
40 - 20.000 Hz
Frequentiestabiliteit (-10°C tot +50°C)
± 15 kHz
± 15 kHz
± 15 kHz
Nom. snelheid
15 kHz
15 kHz
-
Ruisfactor bij 1 kHz
typ. 0,8%
typ. 0,8%
typ. 0,8%
Compander
ja
ja
ja
Signaal-/ruisafstand
typ. 103 dB(A)
typ. 103 dB(A)
typ. 103 dB(A)
RF-output
10 mW
10 mW
10 mW
Stroomverbruik
typ. 70 mA
typ. 70 mA
96 ±15 mA
Voedingsspanning
2x 1,5 V batterijen grootte AA
2x 1,5V batterijen grootte AA
120/230V AC 50/60 Hz
14 13
17
OFF
typ. 30 uur
typ. 30 uur
Ingangsgevoeligheid
-
-
typ. -95 dBm
Audio-ingangsniveau voor nom.snelheid
300 mV (MIC); 110 mV (LINE)
-
100 mV/1 kHz
typ. 140 kΩ/450pF (LINE)
-
220 kΩ
Ingangsimpedantie Voeding microfoonomhulsel
3,8 V/4,7 kΩ (pen 3)
ON MUTE
Levensduur batterij
-
16 Fig. 11 HT 40
Fig. 13
2 x 1.5V +
– +
–
-
Squelch-begindrempel
-
-
-70 tot -98 dBm
Audio-uitgang
-
-
XLR symm. en 6,3 mm-jackplug asymm.: regelbaar v. microfoon- tot line-niveau: max. 2 Veff
Afmetingen (bxdxh)
258 x Ø 40 mm
64x22x96mm
235x142x43mm
Gewicht netto
245 g
76 g
470 g
20
15
Fig. 14
Fig. 15
Fig. 16
21
Fig. 4
PT 40
WMS 40
Fig. 5
SR 40
Draadloze microfoonset
21 Fig. 1
22
2
26
19
4
1
3
5
20 18 24
Fig. 11 PT 40
25
Fig. 10
23 Fig. 2
2 x 1.5V
2
–
7
+
+ –
Fig. 8a
20
10
Fig. 12
10
8
24
11
12
9
6
29
28
27
25
Fig. 8b
29 28
1
a
b
c
d
Fig. 9
27 2
Fig. 7
27
22
3
Fig. 6
23