U moet contact opnemen als: • u regelmatige weeën hebt, dat wil zeggen gedurende een uur om de 5 minuten; • de vliezen breken: is het hoofd van de baby nog niet ingedaald, ga dan liggen en bel direct! • u bloed verliest; • u ongerust bent of de baby niet goed voelt bewegen. U neemt in bovenstaande gevallen contact op met de kraamafdeling (Oost 1) locatie Lucas: telefoon: b.g.g.:
088 – 066 1158 088 – 066 1160
2
Controleboekje zwangeren
Naam
: ……………………………………………………………………………
Adres
: ……………………………………………………………………………
Postcode
: ……………………………………………………………………………
Plaats
: ……………………………………………………………………………
Telefoon
: ……………………………………………………………………………
Huisarts
: ……………………………………………………………………………
Dag
Datum
Tijd
Gynaecoloog / verloskundige
3
4
Beste zwangere, Gefeliciteerd met uw zwangerschap! We hopen dat u met onze begeleiding een goede zwangerschap en bevalling heeft. In dit controleboekje vindt u belangrijke informatie over uw zwangerschap, bevalling en kraambed. Daarnaast houden we de zwangerschapscontroles en afspraken bij in dit boekje. Mocht u na het lezen van deze informatie nog vragen hebben, aarzelt u dan niet om contact op te nemen. Met vriendelijke groet,
Polikliniek Gynaecologie
Gynaecologen: Dhr. F. Koettnitz Mevr. D. Kampe Dhr. P. Ohlmann Mevr. L. van der Schoor Dhr. S. Schwaiger Verpleegkundig specialist: Mevr. S. Smit Verloskundigen: Mevr. J. Buiting Mevr. L. Dijkstra Mevr. T. Hammenga-Meuleman Mevr. M. Joosten Mevr. J. Schouten
5
Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13.
Controles Bloed prikken Moeders voor Moeders Onderzoek naar aangeboren en erfelijke aandoeningen Adviezen voor het dagelijks leven Cursussen en informatieavonden Kalender Bevalling Keizersnede Inleiden van de bevalling Pijnstilling Voeding voor uw baby Kraambed
7 8 8 8 10 14 16 20 23 24 24 25 26
6
1.
Controles
De zwangerschapscontroles worden uitgevoerd door een gynaecoloog, klinisch verloskundige of verpleegkundig specialist. De eindverantwoordelijkheid ligt echter altijd bij de gynaecoloog. Aan het begin van de zwangerschap vragen we u een anamneselijst in te vullen over uw medische achtergrond, eventuele voorgaande zwangerschappen en uw familie. Deze informatie is belangrijk voor het leveren van goede verloskundige zorg. Daarnaast bepalen we tussen de negende en twaalfde zwangerschapsweek de uitgerekende datum met behulp van een echo. Tijdens de volgende afspraken voeren we een aantal controles uit bij u en de baby. Bij elke controle moet u een potje van uw urine meenemen. Verder wegen we u, meten we de bloeddruk en maken we een echo om de groei en conditie van de baby te beoordelen. Ook is er tijdens elke controle tijd voor vragen. Mocht er tussendoor iets zijn dan kunt u ons altijd - 24 uur per dag, 7 dagen in de week – bereiken van 08.00 tot 16.30 uur: - Klant Contact Centrum - Verpleeg- en kraamafdeling (spoed en bevallingen)
088 – 066 1000 088 – 066 1158
Studenten Zowel op de polikliniek als op de afdeling kunt u stagiaires tegen komen. Dit zijn co-assistenten, verloskundigen in opleiding of verpleegkundigen in opleiding. Mocht u bezwaar hebben tegen de aanwezigheid van een student dan respecteren wij dat en kunt u dit altijd aangeven.
7
2.
Bloed prikken
Tijdens één van de eerste controles krijgt u een formulier voor bloedonderzoek. Landelijk worden alle zwangeren getest op: • • • • • • •
hemoglobinegehalte; glucosegehalte; bloedgroep en Rhesus C en D – factor; bloedgroepantistoffen; syfilis (lues); hepatitis B; HIV.
Op indicatie kunnen hier eventueel andere onderzoeken aan toegevoegd worden. 3.
Moeders voor Moeders
Moeders voor Moeders is een organisatie die urine inzamelt van zwangere vrouwen. Uit deze urine wordt het zwangerschapshormoon HCG gehaald dat vervolgens gebruikt wordt voor het vervaardigen van geneesmiddelen voor vruchtbaarheidsbehandelingen. Mocht u zich hier voor willen aanmelden dan kan dat vanaf de zesde tot de zestiende zwangerschapsweek. Voor meer informatie: gratis telefoonnummer 0800 - 022 80 70 of www.moedersvoormoeders.nl. 4.
Onderzoek naar aangeboren en erfelijke aandoeningen in de zwangerschap
Prenatale screening Veel aanstaande ouders vragen zich af of hun kind wel gezond zal zijn. Dat is begrijpelijk. Gelukkig worden de meeste kinderen gezond geboren. Als zwangere vrouw heeft u in Nederland de mogelijkheid om voor de geboorte uw kind te laten onderzoeken op een aantal aangeboren aandoeningen. Dit noemen we een prenatale screening. Onder deze screening vallen twee onderzoeken: de combinatietest en de 20-weken echo.
8
• de combinatietest Met de combinatietest wordt vroeg in de zwangerschap onderzocht wat de kans is dat uw kind het syndroom van Down (trisomie 21) heeft. De test bestaat uit twee onderzoeken: - een bloedonderzoek tussen de 9 en 13 weken zwangerschap; - een echo waarbij de dikte van de nekplooi van het kind wordt gemeten, tussen 11+3 en 13+6 weken zwangerschap. De echo wordt uitgevoerd op locatie Delfzicht door onze echoscopisten. De uitslagen bepalen, in combinatie met uw leeftijd en zwangerschapsduur, hoe groot uw kans is op een kind met het syndroom van Down. Ook kan – als u dit wilt - met de combinatietest de kans op het Patausyndroom (trisomie 13) en het Edwardssyndroom (trisomie 18) berekend worden. • de 20-weken echo Deze echo vindt plaats omstreeks de 20ste zwangerschapsweek. Er wordt uitgebreid gekeken naar de ontwikkeling van de organen van het kind, de groei van het kind en de hoeveelheid vruchtwater. In de meeste gevallen vindt dit onderzoek plaats op locatie Delfzicht. Sommige zwangeren (bijvoorbeeld zwangeren met diabetes) hebben recht op een specialistische echo in het UMCG. Voordat u besluit deze testen te laten uitvoeren, is het belangrijk om te beseffen dat niet alle aandoeningen voor de geboorte ontdekt kunnen worden. De vraag of uw kindje volledig gezond is, kan daarom nooit met zekerheid worden beantwoord. Voor meer informatie kunt de website van het RIVM bezoeken www.rivm.nl en de folders ‘Informatie over de screening op Downsyndroom’ en ‘Informatie over het Structureel Echoscopisch Onderzoek’ van het RIVM lezen.
9
Prenatale diagnostiek (vlokkentest en vruchtwaterpunctie) Zwangeren die ouder zijn dan 36 jaar, zwangeren bij wie in de naaste familie een bepaalde aangeboren afwijking (bijvoorbeeld een open rug) voorkomt of zwangeren die een verhoogde kans uit de combinatietest krijgen, hebben de mogelijkheid om de volgende test(en) te laten doen: - de vlokkentest (tussen 10-12 weken); - de vruchtwaterpunctie (tussen 15-17 weken). Met deze testen wordt onderzoek gedaan naar aangeboren chromosomale aandoeningen bij het kind. Het nadeel van prenatale diagnostiek is dat er een risico bestaat dat er door de test een miskraam wordt veroorzaakt. Dit risico is zo’n 0,3% - 0,5%. 5.
Adviezen voor het dagelijks leven
Foliumzuur Waarschijnlijk slikt u al foliumzuur. Als dit niet zo is dan kunt u alsnog foliumzuur slikken tot 10 weken zwangerschap: slik elke dag een tablet van 0,4 of 0,5 mg. Deze tabletten zijn zonder recept verkrijgbaar bij de drogist of apotheek. Foliumzuur vermindert de kans op een kind met een open rug. Bent u zwanger van een tweeling dan zal de gynaecoloog u 5 mg foliumzuur per dag gedurende de hele zwangerschap voorschrijven. Voeding U hoeft in de zwangerschap niet ‘voor twee te eten’. Zorg voor een gezonde en gevarieerde voeding. Eet geen kazen die van rauwe melk (au lait cru) zijn gemaakt. In rauwe melk kan de listeria-bacterie groeien. Besmetting met deze bacterie kan gevolgen hebben voor uw kind. Gepasteuriseerde melk of kazen kunt u zonder risico gebruiken. Eet geen rauw vlees (zoals filet Americain of rosbief). Wast u rauwe groenten en fruit goed. In onvoldoende verhit vlees en in 10
ongewassen groenten en fruit komen soms ziekteverwekkers voor die onder andere toxoplasmose veroorzaken. Toxoplasmose kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind. Eet geen lever en hooguit éénmaal per dag een product waar lever in is verwerkt. In lever zit veel vitamine A. Te veel vitamine A heeft schadelijke gevolgen voor het ongeboren kind. Alcohol Gebruik geen alcohol in de zwangerschap. Uit onderzoek is gebleken dat alcohol zelfs in kleine hoeveelheden al schadelijk kan zijn voor uw kind. Roken Roken tijdens de zwangerschap brengt grote risico’s met zich mee. Zelf roken, maar ook veelvuldig verblijf in een rokerige omgeving beïnvloedt de zwangerschap nadelig door de schadelijke stoffen in sigaretten. Deze stoffen zorgen voor een verminderde doorbloeding van de placenta en daardoor voor verminderde zuurstoftoevoer naar de baby. Hierdoor hebben kinderen van rokende moeders vaker een (te) laag geboortegewicht en worden zij vaker te vroeg geboren. De kans op een hazenlip en klompvoeten is groter en tijdens de eerste levensjaren hebben ze vaker ziekten aan de luchtwegen. Wij adviseren beide aanstaande ouders daarom om te stoppen met roken. Als u hierbij ondersteuning nodig heeft, kunnen we u verwijzen naar de ‘stoppen-met-roken-polikliniek’. Drugs Het gebruik van drugs (zowel soft- als harddrugs) geeft grote risico’s voor het ongeboren kind. Afhankelijk van het soort gebruikte drugs kan het kind een aangeboren afwijking of ontwikkelingsstoornis krijgen en / of verslaafd raken. Dat betekent dat het kindje na de geboorte moet afkicken.
11
Medicijnen Tijdens de zwangerschap moet u zorgvuldig omgaan met het gebruik van medicijnen. Informeer daarom altijd uw gynaecoloog of verloskundige over uw medicijngebruik. Bij gebruik van bepaalde medicijnen moet het kindje na de bevalling geobserveerd worden door de kinderarts of mag er geen borstvoeding gegeven worden. Bij pijnklachten mag u eventueel paracetamol gebruiken. Kattenbak en tuinieren In uitwerpselen van katten komt een parasiet voor die toxoplasmose kan veroorzaken. Toxoplasmose kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind. Bij het verschonen van de kattenbak of werken in de tuin is het daarom belangrijk om handschoenen te dragen. Als u ooit toxoplasmose heeft gehad, bent u overigens beschermd tegen deze ziekte. Seksualiteit De beleving van intimiteit en seksualiteit tijdens de zwangerschap wisselt per persoon en per zwangerschap. Bij een normaal verlopende zwangerschap zijn er geen geboden of verboden ten aanzien van seks. Alleen als er sprake is van bloedverlies of gebroken vliezen raden we af om gemeenschap te hebben. Geslachtsgemeenschap kan geen miskraam of beschadiging van het kind veroorzaken. Problemen of vragen over seksualiteit kunt u altijd bespreken met de gynaecoloog of verloskundige. Ongehuwd of geregistreerd partnerschap en erkenning Kinderen van ongehuwde ouders krijgen standaard de achternaam van de moeder. Als u uw kind de achternaam van de vader wilt geven, dan moet deze het kindje eerst erkennen. De vader krijgt dan dezelfde rechten en plichten als wanneer u getrouwd zou zijn. Het is verstandig de erkenning al te regelen vóór de bevalling, het liefst voor de 24e zwangerschapsweek. U moet hiervoor namelijk samen naar de afdeling Burgerzaken van de gemeente. Een kind van gehuwde ouders krijgt automatisch de achternaam van de vader. 12
Als twee vrouwen samen een kind krijgen, krijgt het kind altijd de naam van de biologische moeder (ook wanneer er sprake is van een huwelijk). Het is alleen mogelijk om voor de achternaam van de vrouwelijke partner van de moeder te kiezen, wanneer het kind wordt geadopteerd, of wanneer de partners gezamenlijk het ouderlijk gezag hebben. Sporten Tijdens de zwangerschap kunt u in principe blijven sporten. Maar pas wel uw tempo aan en lever geen maximale inspanning. Sporten waarbij u risico loopt om iets tegen uw buik aan te krijgen (zoals voetbal en volleybal) zijn onverstandig. Verminder of stop als u merkt dat het sporten klachten geeft. Zorg dat u voldoende vocht binnen krijgt. Vliegvakanties Bij een normaal verlopende zwangerschap bestaat er tegen vliegreizen geen bezwaar. Vliegtuigmaatschappijen willen meestal geen zwangere vrouwen na 32-34 weken zwangerschapsduur vervoeren, omdat ze geen bevallingen in de lucht willen riskeren. Zwangerschapsverlof Uitgerust beginnen aan de bevalling is belangrijk. Iedere vrouw in Nederland heeft recht op zestien weken zwangerschapsverlof. Bevalt u eerder dan de uitgerekende datum dan blijft de totale duur van het verlof op zestien weken staan. Bevalt u later dan de uitgerekende datum, dan duurt het verlof langer.
13
6. Cursussen en informatieavonden Het volgen van een zwangerschapscursus is niet verplicht, maar zeker nuttig. Door een goede voorbereiding weet u beter wat u te wachten staat en kunt u zich beter ontspannen. Een aantal mogelijkheden in de omgeving: Informatieavonden OZG Zowel op de locatie in Delfzijl als op locatie in Winschoten worden informatieavonden gegeven over ‘de bevalling’ en over ‘borstvoeding’. In de wachtkamer vindt u een flyer met daarop de data en tijden. De avonden zijn gratis. Locatie Delfzicht 088 – 066 1000 Locatie Lucas 088 – 066 1000 Website www.ozg.nl ‘Samen Bevallen’ Uitgebreide cursus voor zwangere en partner Contactpersoon Delfzijl Nita Verwilligen Telefoonnummer 0596 - 670 310 Website www.praktijk-nijske.nl Contactpersoon Winschoten Telefoonnummer Website
Ingeborg Kiewiet 06 - 1918 8119 www.goed-bevallen.nl
‘Klaar voor de start’ Uitgebreide cursus voor de zwangere Contactpersoon Winschoten Ingeborg Kiewiet Telefoonnummer 06 - 1918 8119 Website www.goed-bevallen.nl ‘Kort maar krachtig’ of ‘Spoedcursus bevallen’ Korte cursus voor zwangeren die geen tijd hebben voor een volledige cursus Contactpersoon Winschoten Ingeborg Kiewiet Telefoonnummer 06 - 1918 8119 Website www.goed-bevallen.nl
14
Zwangerschapsyoga Yogacentrum Monique van Velze in Woltersum Telefoonnummer 050 - 3022 899 Website www.moniquevanvelze.nl Yogacentrum YogaStyle in Noordbroek Telefoonnummer 06 - 50212 614 Website www.yogastyle.nl 9 maanden fit Sportprogramma voor zwangere vrouwen Contact Kraamzorg Het Groene Kruis Telefoonnummer 050 - 3666 422 Sportcentrum Nico de Jager Telefoon Website
0597 - 417 744 www.sportcentrumnicojager.nl
Diverse cursussen Georganiseerd door de GGD Groningen in Delfzijl, Veendam en Winschoten. Telefoonnummer 050 - 3674 990 Website www.ggd.groningen.nl/jeugdopvoeding
15
7.
Kalender
Maand 1: De eerste maand van de zwangerschap is de periode voordat de menstruatie uitblijft. Na de bevruchting in de tweede week zijn de eicel en zaadcel samengesmolten en zijn ze zich gaan delen. Ondertussen nestelen de cellen zich in de baarmoederwand en groeien uit tot een kindje. De dooierzak wordt gevormd. Deze voorziet het kindje de eerste weken van zuurstof en voedingsstoffen.
Het kindje is nu ongeveer 1 mm
Vanaf de 4e zwangerschapsweek is het zwangerschapshormoon HCG aantoonbaar in uw urine en kan een zwangerschapstest positief zijn. Ook kunt u last krijgen van de eerste zwangerschapsverschijnselen als misselijkheid, moeheid, gespannen borsten of vaak moeten plassen. Maand 2: Tijdens de tweede maand van de zwangerschap worden alle organen en het zenuwstelsel van het kindje aangelegd. Ook wordt de basis voor de bloedsomloop gelegd. Het hartje gaat kloppen en de armpjes en beentjes worden gevormd. U zult merken dat u sneller moe bent dan normaal. Dit komt deels door de hormonen Het kindje is nu ongeveer 3 cm en deels doordat het lichaam veel energie besteedt aan de groei van het kindje. Een groot deel van de vrouwen heeft last van misselijkheid tijdens deze maand.
16
Maand 3: Al voelt u hier nog niks van, het kindje beweegt al veel. De spieren van het kindje worden krachtiger en de botten steviger. Alle organen zijn gevormd. Op het hoofd groeien de eerste donshaartjes en de placenta heeft de functie van de dooierzak overgenomen. Met behulp van het echoapparaat of doptone is het hartje al goed te horen. Het slaat zo’n 140 tot 160 keer per minuut, twee keer zo snel als het hart van een volwassene.
Het kindje is nu ongeveer 8 cm en weegt 50 gram.
De misselijkheid, moeheid en hoofdpijn worden vanaf deze periode vaak minder. Langzaamaan zal u buik zichtbaar gaan groeien. Maand 4: Tijdens deze maand begint het kindje ademhalingsbewegingen te maken. Niet om zuurstof binnen te krijgen – dat gebeurt via de navelstreng – maar om de longen te vullen met vruchtwater zodat deze zich kunnen ontwikkelen en ontplooien. Daarnaast worden zo de ademhalingsspieren getraind. Om de huid te beschermen maakt het kindje nu huidsmeer aan.
Het kindje is nu ongeveer 17 cm en weegt 150 gram.
U kunt last krijgen van zogenaamde ‘bandenpijn’. De baarmoeder zit vast aan banden. Door de groei van de baarmoeder komt er op deze banden spanning te staan. Maand 5: De bewegingen van het kindje zijn inmiddels zo sterk dat u ze kunt voelen. De placenta werkt op volle kracht, want het kindje heeft veel voeding nodig. Per dag wordt er zo’n 25 liter bloed door de navelstreng gepompt. Het gehoor is ontwikkeld. Het kindje hoort uw hartslag en darmen, maar ook geluiden van buitenaf. De baarmoeder reikt nu tot net
Het kindje is nu ongeveer 29 cm en weegt 450 gram.
17
onder de navel. Maand 6: Het schoppen van de baby is nu ook aan de buitenkant van de buik te voelen. De ogen van het kindje gaan open en het kan daardoor licht van donker onderscheiden. Na eerst vooral in de lengte gegroeid te zijn, maakt het kindje nu onderhuids vet aan en neemt het vooral in gewicht toe. Het zenuwstelsel rijpt steeds verder waardoor het kindje een ritme van rust en activiteit ontwikkelt.
Het kindje is nu ongeveer 35 cm en weegt 1000 gram.
U kunt last krijgen van harde buiken. Een harde buik is het samentrekken van de baarmoeder. Dit kan zomaar ontstaan of doordat u te druk bent geweest. Een harde buik is een natuurlijk verschijnsel zolang er geen regelmaat in zit en het niet pijnlijk is. Ook kunt u striae (zwangerschapsstriemen) ontwikkelen. Door de groei van de buik wordt het onderhuids bindweefsel opgerekt en kunnen paars-witte strepen ontstaan op uw buik, borsten of dijen. U moet vanaf week 26 het kindje dagelijks voelen bewegen. Maand 7: De placenta heeft zijn volle omvang bereikt en weegt bijna een pond. In de hersenen van de baby ontstaan steeds meer verbindingen met de zenuwen. Hoe meer verbindingen, hoe beter. De baby probeert daarom zo goed mogelijk de hersenen te beschermen. Als de baby te weinig zuurstof krijgt doordat de placenta slecht werkt of doordat de moeder rookt, stuurt de baby Het kindje is nu zoveel mogelijk bloed naar het hoofd en minongeveer 40 cm en weegt 1800 gram. der naar buik, armen en benen. Hierdoor groeit hij minder hard, maar blijven de hersenen gespaard.
18
In de longen komt een vetachtige stof vrij die zorgt dat de longblaasjes open blijven als het kindje wordt geboren en begint te ademen. Het zwaartepunt van uw lichaam verandert rond deze periode waardoor u met een holle rug kunt gaan lopen. Probeer dit echter niet doen. Let erop dat u met een rechte rug loopt en uw schouders ontspannen zijn. Maand 8: De meeste kinderen nemen rond deze tijd hun definitieve positie in. Meestal is dit met het hoofd naar beneden, een klein deel van de kinderen ligt met de billen naar beneden of dwars in de baarmoeder. De donshaartjes op het lichaam verdwijnen en er ontstaat een duidelijk waak- en slaapritme. Het kindje leert geuren, smaken, geluiden en stemmen herkennen.
Het kindje is nu gemiddeld 45 cm en weegt 2900 gram.
De bovenkant van de baarmoeder reikt tot aan de ribben.Door de druk van de baby op de blaas moet u waarschijnlijk vaker plassen. Ook kunt u last hebben van maagzuur, bekkenklachten en vocht (oedeem) in handen en voeten. Maand 9: De laatste loodjes breken aan tijdens deze maand. De baby daalt tijdens deze laatste zwangerschapsmaand in het bekken. De hoeveelheid vruchtwater neemt af. Het opgeloste huidsmeer kleurt het vruchtwater troebel. Het kindje is straks in staat zichzelf warm te houden en te voeden. Nu is het afwachten tot de bevalling zich aandient!
Het kindje is nu gemiddeld 50 cm en weegt 3400 gram.
19
8.
Bevalling
Verloop bevalling Het normale tijdstip van een bevalling ligt tussen de 37 en 42 weken. Een bevalling kan op verschillende manieren beginnen. De een begint met weeën, de ander met het breken van de vliezen. Het verloop is afhankelijk van vele factoren. Een eerste bevalling duurt vaak langer dan een volgende. Een • • •
bevalling is op te delen in drie fasen: de ontsluiting; de uitdrijving; het nageboorte.
Ontsluiting Tijdens deze fase zal de baarmoedermond korter worden (verstrijken), weker worden en open gaan zodat de baby uiteindelijk de baarmoeder kan verlaten. Dit gebeurt onder invloed van hormonen en weeën. Afbeelding ontsluiting Baarmoeder Vliezen Baarmoedermond Vagina
Geen ontsluiting niet - verstreken baarmoedermond
1 cm verstreken baarmoedermond
4-5 cm
10cm
De weeën zullen aan het begin van de ontsluiting onregelmatig komen en wisselend zijn van duur en frequentie. Vervolgens zult u merken dat de weeën steeds vaker komen en sterker worden. Heeft u regelmatige weeën om de 5 minuten dan is de bevalling waarschijnlijk begonnen en neemt u contact met ons op. Krachtige, regelmatige weeën zorgen voor ontsluiting. De ontsluitingsfase eindigt wanneer de baarmoedermond helemaal geopend (10 cm) is en de baby de baarmoeder kan verlaten.
20
Wanneer u uw eerste kindje krijgt, duurt deze fase zo’n 8 -24 uur. Bent u vaker bevallen zo’n 3-10 uur. Uitdrijving Wanneer volledige ontsluiting is bereikt, begint de uitdrijvingsfase. U krijgt in deze fase meestal een onhoudbaar drukgevoel tijdens de weeën. Tijdens deze persweeën drukt u het kindje naar beneden door het geboortekanaal heen. Tussen de weeën kunt u uitrusten. Wanneer u van uw eerste kindje bevalt, duurt deze fase gemiddeld een uur. Bent u vaker bevallen dan gaat ook deze fase vaak sneller. Nageboortetijdperk Als het kindje geboren is, moet de placenta de baarmoeder nog verlaten. Door samentrekkingen van de baarmoeder zal de placenta losraken van de baarmoederwand en met hulp van een beetje persen naar buiten komen. Het nageboortefase mag maximaal een uur duren.
baarmoeder placenta
navelstreng
Het is goed om van te voren na te denken over wie u graag wil dat tijdens de bevalling aanwezig is. Eventueel kunt u dit vastleggen in een zogenaamd geboorteplan zodat wij op de hoogte zijn van uw wensen. Voor zover (medisch) mogelijk houden wij dan rekening met uw wensen. Contact opnemen U moet contact opnemen als: • u regelmatige weeën hebt, dat wil zeggen gedurende een uur om de 5 minuten; • de vliezen breken: is het hoofd van de baby nog niet ingedaald, ga dan liggen en bel direct! • u bloed verliest; • u ongerust bent of de baby niet goed voelt bewegen.
21
U neemt in bovenstaande gevallen contact op met de kraamafdeling (Oost 1) locatie Lucas: telefoon: b.g.g.:
088 – 066 1158 088 – 066 1160
22
9.
Keizersnede
In bepaalde situaties kan de gynaecoloog besluiten dat uw kind via een keizersnede ter wereld moet komen. Dit gebeurt alleen als er een goede reden voor is. Bijvoorbeeld wanneer een vaginale bevalling niet mogelijk is vanwege een bekkenvernauwing of wanneer een vaginale bevalling te grote risico’s voor uzelf en/of uw baby met zich meebrengt. Een geplande keizersnede Soms is al vóór de zwangerschap of tijdens de zwangerschap bekend dat een keizersnede noodzakelijk is. Bijvoorbeeld wanneer er sprake is van een bekkenvernauwing of als de placenta (moederkoek) voor de baarmoedermond ligt. In deze gevallen kan er een keizersnede gepland worden. Men spreekt dan van een geplande of primaire keizersnede. Een keizersnede tijdens de bevalling Wanneer er tijdens de bevalling duidelijk wordt dat een keizersnede nodig is, spreekt men van een secundaire keizersnede. De meest voorkomende redenen hiervoor zijn het niet vorderen van de bevalling of dreigend zuurstofgebrek bij de baby. De operatie Een keizersnede is een operatie waarbij het kind via de buikwand ter wereld komt. U wordt tijdens de operatie verdoofd met behulp van een ruggenprik of algehele narcose. Meestal maakt de gynaecoloog een horizontale snede vlak boven het schaambot. Via deze snede wordt de baby –binnen een kwartier- geboren. De hele operatie duurt gemiddeld 45 minuten. Meer informatie over de keizersnede leest u de folder ‘Keizersnede’.
23
10. Inleiden van de bevalling Soms verwacht de gynaecoloog dat de situatie voor een kind buiten de baarmoeder beter is dan in de baarmoeder. Bijvoorbeeld wanneer er sprake is van een groeivertraging bij de baby of wanneer de placenta (moederkoek) niet meer goed werkt. Er wordt dan besloten om de bevalling op te wekken. Dit wordt ‘inleiden’ genoemd. Er zijn verschillende manieren van inleiden. Door een inwendig onderzoek kan de gynaecoloog of verloskundige bepalen welke vorm voor u het meest geschikt is. Wanneer u al veel ontsluiting heeft, kan het voldoende zijn om de vliezen door te prikken. Meestal is dit echter niet voldoende. Vaak moet de baarmoederhals eerst ‘rijper’ en zachter gemaakt worden voordat u voldoende ontsluiting hebt om de werkelijke inleiding op te starten. Dit zachter maken doen we met behulp van het natuurlijke hormoon prostaglandine. Prostaglandines kunnen worden toegediend in de vorm van gel (Prepidil) of tabletten (Cytotec). Mocht de gynaecoloog besluiten om de bevalling in te leiden dan krijgt u ook schriftelijke informatie over de gang van zaken rondom de inleiding. 11. Pijnstilling Bevallen doet pijn, dat zal niemand ontkennen. Het is wel heel wisselend per persoon hoe deze pijn wordt ervaren en hoe met de pijn wordt omgegaan. Hoeveel pijn u heeft tijdens de bevalling is daarom niet te voorspellen. Er zijn veel mogelijkheden om de pijn te “verzachten”. Allereerst maakt uw lichaam tijdens de bevallig een hormoon aan met een pijnstillend effect (endorfine). Daarnaast is het belangrijk om zo ontspannen mogelijk te zijn. Warmte (bad, douche, kruik), vertrouwde personen en het aannemen van verschillende houdingen tijdens de bevalling kunnen hierbij helpen. 24
Mocht dit niet voldoende zijn dan kunnen we met medicijnen wat aan de pijn doen. Binnen de OZG doen we dat op twee manieren: • twee pijnstillende en ontspannende injecties in het been (pethidine en dormicum); • epidurale pijnstilling (ruggenprik). Rond de 30ste zwangerschapsweek bespreken we het onderwerp pijnstilling met u. Zonodig gaan we dan dieper in op de voor- en nadelen van de verschillende pijnstillingsmogelijkheden. 12. Voeding voor uw baby Bij de voorbereiding op de komst van uw baby hoort ook het nadenken over de keuze voor borstvoeding of flesvoeding. Uit diverse onderzoeken is gebleken dat borstvoeding veel voordelen biedt voor zowel moeder als baby. Redenen voor borstvoeding Belangrijke redenen om voor borstvoeding te kiezen zijn: • er is veel lichamelijk contact tussen u en uw baby en dus extra warmte en geborgenheid; • borstvoeding bevat alle voedingsstoffen die uw baby in ieder geval het eerste half jaar nodig heeft; • borstvoeding beschermt uw baby tegen allerlei infecties zoals middenoorontsteking en aandoeningen aan het maag/darmstelsel en de luchtwegen; • borstvoeding is altijd klaar, op de goede temperatuur en het kost niets; • de samenstelling verandert vanzelf met de behoefte en leeftijd van uw baby; • borstvoeding geeft minder kans op allergieën en op latere leeftijd op overgewicht; • voor de moeder geldt dat zij na de bevalling minder vloeit, dat de baarmoeder sneller terug is in de oude positie en dat het geven van borstvoeding beschermt tegen het ontstaan van osteoporose en sommige vormen van kanker.
25
Goede voorbereiding op borstvoeding Ook al is borstvoeding iets heel natuurlijks; elke vrouw moet zich erop voorbereiden, zeker bij een eerste kindje. Een goede voorbereiding draagt bij aan een succesvolle en plezierige borstvoedingsperiode. Op het geven van borstvoeding kunt u zich als volgt voorbereiden: • bijwonen van een voorlichtingsavond over borstvoeding; • informatiefolders en/of boeken lezen of op internet informatie zoeken; • een informatief gesprek vragen met de lactatiekundige van de OZG. Welke voeding u uiteindelijk ook kiest voor uw baby, de verpleegkundigen en lactatiekundigen op de kraamafdeling kunnen en zullen u hierbij graag ondersteunen tijdens de periode dat u bij ons verblijft. 13. Kraambed Na de bevalling blijft u meestal een nacht op de kraamafdeling. Mochten er bijzonderheden met u of de baby zijn, kan u langer blijven. Bent u door middel van een keizersnede bevallen dan verblijft u gemiddeld vier dagen op de kraamafdeling. Na thuiskomst nemen de verloskundige van de verloskundigenpraktijk en de kraamzorg de zorg voor u en de baby over. Aangifte Na de bevalling moet uw kindje binnen drie werkdagen aangegeven worden op het gemeentehuis afdeling Burgerzaken in Winschoten (ongeacht uw woonplaats). Na de bevalling krijgt u van de verpleegkundige meer informatie. Kraamzorg Na het verblijf op de kraamafdeling komt er in het algemeen een kraamverzorgster bij u thuis om te helpen met de verzorging van de baby. Daarnaast voert de kraamverzorgster een aantal belangrijke controles bij u en de baby uit. 26
U moet al tijdens de zwangerschap, het liefst voor de 20ste week, de kraamzorg aanvragen. U bent vrij in de keuze bij welke organisatie u kraamzorg wilt aanvragen. Een aantal mogelijkheden: Het Groene Kruis Telefoon: Website:
050 - 666 422 www.kraamzorghetgroenekruis.nl
De Kraamvogel Telefoon: Website:
0900 - 5151 575 www.dekraamvogel.nl
Isis Kraamzorg Telefoon: Website:
088 - 5122 000 www.isiskraamzorg.nl
Hielprik en gehoorscreening In de eerste week na de bevalling, tussen de vierde en achtste dag, komt iemand van de wijkverpleging bij u thuis om de hielprik en gehoorscreening uit te voeren. Uit de hiel van uw baby wordt bloed afgenomen. Dit bloed wordt opgestuurd naar een laboratorium en daar getest op een aantal zeldzame, maar ernstige aandoeningen. Voor meer informatie: www.rivm.nl/hielprik. Tijdens hetzelfde bezoek doet de wijkverpleegkundige de gehoorscreening. Dit is een test waarmee via een zacht dopje in het oor wordt gemeten of uw baby goed genoeg hoort om te leren praten. De uitslag hiervan is direct bekend. Voor meer informatie: www.rivm.nl/gehoorscreening. 27
Controles Datum
Gewicht Bloeddruk
G …… P …...
Urine Eiwit Suiker
a.t.:………….
Hb
Zw. duur
Baar m Gr.
Harttonen
Ligging
Geschat gewicht
Bloedgroep:……….
Bijzonderheden: ………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………
28
Ruimte voor vragen en opmerkingen …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………
29
30
31
Ommelander Ziekenhuis Groep
locatie Delfzicht
locatie Lucas
Jachtlaan 50, Delfzijl Postbus 30.000 9930 RA Delfzijl Telefoon 0596 - 644 444
Gassingel 18, Winschoten Postbus 30.000 9670 RA Winschoten Telefoon 0597 - 459 111
E-mail:
[email protected] Web: www.ozg.eu
OZG (01-13) GYN 089
32