jaargang 14 / nr 47 / juli 2005
In dit nummer o.a: // Heeft u al nagedacht over uw pensioen? / pag. 3 // Werk aan de winkel voor etnische ondernemers / pag. 7 // In gesprek met consuls en ambassadeurs / pag. 8
Srebrenica 10 jaar later 11 juli 2005 is het tien jaar geleden dat de stad Srebrenica in Bosnië-Herzegovina viel. In Nederland, maar ook in Srebrenica, zal deze tragische gebeurtenis herdacht worden. De Nederlandse politiek heeft de afgelopen jaren geworsteld en worstelt nog steeds met deze zwarte bladzijde uit haar geschiedenis. Een man die de consequenties van de val van Srebrenica aan den lijve heeft ondervonden is Besim Ibi˘sevi´c, historicus en de laatste democratisch gekozen burgemeester van Srebrenica. Hij woont nu in Nederland en zet zich als historicus in om de waarheid over de gebeurtenissen in en rond Srebrenica levend te houden.
Dobrak - Srebrenica Besim Ibi˘sevi´c is in Dobrak geboren, een dorp aan de rivier de Drina ten zuidwesten van Srebrenica. De middelbare school heeft hij doorlopen in Bajina Basta, aan de Servische kant van de rivier. Daarna heeft hij aan de universiteit van Sarajevo geschiedenis gestudeerd. ‘Ik ben geschiedenis gaan studeren omdat ik in de officiële geschiedenisboeken een heel ander verhaal las dan dat ik uit de overlevering en de gesprekken met talloze streekgenoten te horen kreeg. Ook werden de Bosniakken niet genoemd in de documenten, terwijl ze als bevolkingsgroep al meer dan duizend jaar bestaan. In de periode
(Lees verder op blz. 2)
Interview met Besim Ibi˘sevi´c
Srebrenica 10 jaar later
(Vervolg van blz. 1) van 1918 tot 1990 was het gebruik van de nationale naam Bosnjak (Bosniak) verboden, evenals het gebruik van de Bosnische taal. Na jarenlang verzet hiertegen, werd bij Constitutioneel Amendement van 1971 en de Grondwet uit 1974 aan deze bevolkingsgroep de religieuze naam Moslims toegekend. Vanaf 1993 zijn de naam Bosniaks en de Bosnische taal officieel erkend en verankerd in de Grondwet van BosniëHerzegovina en het Dayton Verdrag’.
Museum in de Dom Kulture
ingewilligd en de inwoners van de regio Srebrenica gingen zichzelf bewapenen. De dreiging van de Serviërs werd alsmaar groter en zij kregen snel de regio Srebrenica in hun macht. De politieke bestuurders van Srebrenica, waaronder Besim, werden naar Bratunac ontboden voor een gesprek. Besim zag op de grens met Bratunac Servische para-militairen in nieuwe uniformen, die alle namen en de nummerborden van de auto’s noteerden. Tijdens het gesprek werd Besim en de zijnen duidelijk gemaakt dat zij twee keuzes hadden, de wapens in-
van mijn auto kenden. Mijn vrouw zat voorin de auto naast de buurman. Ik zat achterin met mijn zoontje in mijn armen. Om Tuzla veilig te bereiken moesten we vijf controles passeren. Bij de controles werden alle personen en auto’s gecheckt. De spanning was iedere keer ondragelijk. De regen, die de met potlood geschreven namenlijst onduidelijk had gemaakt en de afwezigheid van een Servische politieagent die mij kende, zorgden ervoor dat we veilig in Tuzla aankwamen.’
In Nederland
In 1986 werd Besim gevraagd een museum op te zetten binnen het reeds bestaande Cultureel Centrum ‘Dom Kulture’ van Srebrenica. De Dom Kulture bestond uit een bioscoop, bibliotheek en een radiostudio. Besim toog enthousiast aan het werk. Al wandelend door Srebrenica en de bergdorpen er omheen en al pratend met de dorpsbewoners bracht hij de gehele regio in kaart. Op zijn vele wandelingen verzamelde hij ook het cultureel erfgoed van de mensen. Dit materiaal werd geconserveerd en later tentoongesteld. Het museum kreeg een aparte plaats binnen de regio Srebrenica, een regio van twintig gemeenten, en daarbuiten. In mei 1990 stond het museum op de vijfde plaats van de toptien lijst van beste musea in Bosnië-Herzegovina.
In Nederland heeft Besim zich als historicus ingezet bij het onderzoek van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) naar de gebeurtenissen in en rond Srebrenica. Al snel bleek dat zijn visie een andere was dan die van de Nederlandse historici. Besim vertelt dat hij ondermeer door historicus Duijzings werd neergezet als een Bosnische nationalist, die door de geheime dienst van Joegoslavië werd gevolgd en Informatie over de activiteiten die in het kader later via de SDA een nationale povan de herdenking van 10 jaar Srebrenica worden litieke leider werd. ‘Als historicus ben je dan vanzelf verdacht’. Om georganiseerd vindt u op de naar zijn mening onterechte www.srebrenica2005.com kritiek van Duijzings en medestanders te pareren, heeft Besim een eigen boek geschreven. In dit boek leveren of vertrekken naar Tuzla, een stad in het noorden van Bosnië-Herzegovina. ’Srebrenica, 1987- 1992’ geeft hij zijn visie. ‘In mijn gebied was ik één van de eersten Het boek is in het Bosnisch geschreven. In die een voorgevoel had over het onheil dat Nederland kon hij geen uitgever vinden De dood van Tito op komst was uit de naburige republiek. voor de vertaling en de uitgave. Ook het De dood van Tito in 1980 bracht politieke Ik heb getracht iedereen te waarschuwen. NIOD gaf niet thuis. Wel schijnt er een onrust en de oude etnische geschillen Sommigen geloofden mij, anderen niet. Ik Engelstalige versie te circuleren bij het Joekwamen weer naar boven. Een voorbeeld heb gevochten voor de soevereiniteit van goslavië Tribunaal in Den Haag. ‘Ik ben hiervan was de tekst op een muur in Bosnië-Herzegovina en gelijke rechten somber over de toekomst. Ik geloof niet Montenegro ‘Moslim, moslim, zwarte dagen voor het Bosnische volk. Ik geloofde dat dit dat de Nederlanders de waarheid over de komen voor jou, omdat er geen Tito meer is op democratische wijze kon met steun van gebeurtenissen in Srebrenica willen weten. om je te beschermen’. De nieuwe leiders de internationale democratische wereld. Maar gelukkig bestaan er ook objectieve probeerden door verkiezingen de politieke Hierin heb ik me vergist.’ Besim zag geen historici, die de geschiedenis voor het naonrust in Bosnië-Herzegovina enigszins te geslacht zullen bewaren. stabiliseren. Op 18 november 1990 vonden andere mogelijkheid dan te vluchten. Historische de eerste (vrije) verkiezingen plaats na de vervalsingen tweede wereldoorlog. Besim stond op de Vlucht uit Srebrenica zijn nu eenmaal lijst van de SDA (Partij voor DemocratiSlechts in het bezit van zijn agenda geen lang leven sche Actie) en werd in de gemeenteraad vluchtte Besim samen met zijn vrouw beschoren’, aldus gekozen. Op 28 februari 1991 werd hij, na- en twee maanden oude zoon in 1992 Besim Ibi˘sevi´c. dat de eerdere burgemeester was afgezet, naar Tuzla. Hij kan zich die tocht nog tot burgemeester gekozen van Srebrenica. heel precies herinneren: ‘Het begon De politieke situatie in de regio Srebrenica donker te worden en het regende. De verslechterde steeds meer. Het verzoek buurman had aangeboden om met // Boudewijn Sittrop vanuit Srebrenica om meer militaire zijn auto naar Tuzla te rijden, omdat bescherming vanuit Sarajevo, werd niet de Serviërs zeker het nummerbord
Lizebulletin / nr 47 / juli 2005
2
De meeste mensen denken dat het met hun pensioen wel goed zit. Vooral degenen die jaren gewerkt hebben, kunnen zich niet voorstellen dat zij na hun 65ste jaar in financiële problemen kunnen raken. Maar het opbouwen van een goed pensioen gaat niet vanzelf. Mensen die bijna met pensioen gaan, kunnen niet zoveel meer aan hun situatie veranderen. Jongeren hebben nog wel mogelijkheden om eventuele gaten te dichten. Het pensioensysteem in Nederland is te vergelijken met een lekkere kop cappuccino en bestaat uit drie delen. Het begint natuurlijk met de koffie oftewel de AOW. De AOW wordt betaald door de overheid en vormt de basis van uw inkomen als u 65 bent. Ook mensen die nooit gewerkt hebben, bouwen in de jaren dat ze in Nederland wonen, AOW op. Op de koffie hoort een laag geklopte melk, het aanvullende pensioen. Mensen die gewerkt hebben, hebben vaak recht op een aanvullend pensioen. De meeste werkgevers zijn aangesloten bij een pensioenfonds; het pensioen wordt uitbetaald door het pensioenfonds. Tot slot de cacao om het af te maken. Dit is alles wat iemand individueel regelt, bijvoorbeeld door een individuele pensioenverzekering af te sluiten of door te sparen voor de oude dag.
Hoe sterk is uw koffie? De verschillende delen van het inkomen na het 65ste zijn niet voor iedereen gelijk. Als u niet uw hele leven in Nederland heeft gewoond en daardoor geen volledige AOW heeft opgebouwd, dan heeft u een AOW-gat. Mensen die niet gewerkt hebben of gewerkt hebben bij een bedrijf met een slechte pensioenregeling zullen uiteindelijk geen of weinig aanvullend pensioen opbouwen. Dat noemen we een pensioengat. Om te voorkomen dat u straks voor vervelende verrassingen komt te staan, is het de moeite waard om nú stil te staan bij uw pensioen. De eerste stap is om goed te kijken naar uw eigen situatie en uit te
����������������
�������������
Het is nooit te vroeg om na te denken over uw pensioen! rekenen hoe uw inkomen er na het 65ste uit zal zien. Pak alle papieren bij elkaar, vraag informatie bij de Sociale Verzekeringsbank en bekijk het laatste jaaroverzicht van uw pensioenfonds. Het aantal jaren dat u in Nederland hebt gewoond, bepaalt hoe hoog uw AOW-uitkering zal zijn. Daar bovenop komt dan eventueel het aanvullende bedrijfspensioen. Voor veel migranten is het eindresultaat echter teleurstellend.
Even oud, maar niet hetzelfde penioen
De gemiddelde autochtone 65-plusser heeft een volledige AOW omdat hij zijn hele leven in Nederland heeft gewoond. Het bedrijfspensioen is dan echt een extra aanvulling. Voor veel migranten die 65 worden, ziet het inkomensplaatje er heel anders uit. Als de onvolledige AOW en een klein aanvullend pensioen samen minder zijn dan het sociaal minimum, dan is aanvullende bijstand mogelijk tot aan dat minimum. Aan aanvullende bijstand zitten echter nogal wat beperkende voorwaarden. ��������������� Het maximaal vrij te laten �������������������� vermogen in de Wet werk en bijstand is nu ongeveer ���������������� 5000 euro (voor een alleenstaande) en 10.000 ��������������� euro (voor een echtpaar).
Iemand die naast zijn AOW een aanvullende bijstandsuitkering ontvangt, mag niet langer dan drie maanden per jaar in het buitenland verblijven, anders vervalt die aanvullende bijstand. (Bij remigratie vervalt de - aanvullende - bijstand gelijk op het moment van vertrek.) De LOMsamenwerkingsverbanden en de vakbonden werken samen aan oplossingen voor de problemen die migranten hebben met hun pensioen. Dat doen we door te overleggen met het kabinet, door overleg met Tweede Kamerleden en door betrokkenen te informeren over hun situatie. De AbvaKabo en de FNV zijn in mei 2005 een voorlichtingscampagne gestart, speciaal om migranten te informeren over hun pensioen. De AbvaKabo heeft hiervoor een aparte brochure gemaakt, met de titel ‘Je oude dag begint vandaag’. De FNV heeft ‘de beste tips en de meest gestelde vragen’ verwerkt in hun folder ‘Migranten en hun pensioen’. Ook organiseren zij op verzoek voorlichtingsbijeenkomsten, bij voorkeur is samenwerking met plaatselijke zelforganisaties. Aan deze bijeenkomsten kunnen ook niet-vakbondsleden deelnemen. Voor informatie over deze bijeenkomsten kunt u contact opnemen met Lize.
// Gonnie Kaptein (met dank aan Linda Rigters, FNV)
3
Lizebulletin / nr 47 / juli 2005
Praten doet geen pijn
Jongeren om mee te praten en trots op te zijn Minister Verdonk wil graag met allochtone jongeren praten over onderwerpen die hen aangaan. Samen met minister Maria van der Hoeven van Onderwijs spreekt zij op 29 juni met jongeren over de knelpunten die zij signaleren in het onderwijs en op de arbeidsmarkt, over hoe jongeren het huidige maatschappelijke en politieke klimaat in Nederland ervaren en welke oorzaken ten grondslag liggen aan de radicalisering bij jongeren. Om het overleg met de ministers goed voor te bereiden hebben de samenwerkingsver-
banden jongeren uit hun achterban gevraagd om in een tweetal voorbereidingsbijeenkomsten eerst met elkaar over deze thema’s te discussiëren. Wat opviel bij de discussies is dat de jongeren serieus willen worden genomen en dat zij vinden dat minister Verdonk ook trots op hen mag zijn. ‘Tenslotte zijn wij allemaal Nederlandse jongeren, ook al hebben we een meervoudige identiteit. De minister moet ons meer betrekken bij de uitvoering van haar beleid. Wij hebben haar nodig en zij heeft ons nodig’, aldus één van de jongeren.
Huiselijk geweld komt voor in alle lagen van de bevolking. Onder huiselijk geweld verstaan we geweld dat door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer gepleegd wordt. We maken onderscheid tussen psychisch, lichamelijk en seksueel geweld. De ‘huiselijke kring’ bestaat uit (ex)-partners, gezinsleden, familieleden en huisvrienden. In allochtone gezinnen wordt, net zoals in veel autochtone gezinnen, nauwelijks over huiselijk geweld gesproken. Slachtoffers én hun omgeving houden uit schaamte hun mond en zijn vooral bang voor het bekend worden van hun ‘geheim’. Problemen erkennen en bespreken is de eerste stap bij het oplossen ervan. Het werkt bevrijdend als iemand weet dat zij niet de enige is die lijdt onder een dergelijk probleem.
Culturele manifestatie Bosnië-Herzegovina Zaterdag 21 mei, een zonnige dag in Almere-Haven. Veel Nederlandse Bosniërs zijn naar Almere gekomen om de feestelijke opening bij te wonen van de culturele manifestatie Bosnië-Herzegovina in Cultureel Centrum Corrosia. Minister Rita Verdonk opende deze manifestatie in aanwezigheid van de nieuwe ambassadeur van Bosnië-Herzegovina, de heer Fuad Šabeta, wethouder Frits Huis en meer dan tweehonderd belangstellenden. In haar toespraak complimenteerde de minister het bestuur van het Platform van Bosnische Organisaties in Nederland en het Cultureel Centrum Corrosia voor het organiseren van deze manifestatie. Volgens haar leveren kunst en cultuur een positieve bijdrage aan de Nederlandse samenleving en zijn ze middel bij uitstek om gevoelens en gedachten over te brengen, om met elkaar te communiceren. ‘En we weten allemaal hoe belangrijk dat is. Zodat we niet langs elkaar heen leven, maar met elkaar samenleven’, aldus de minister. Zij beëindigde haar toespraak
Lizebulletin / nr 47 / juli 2005
4
met een paar zinnen uit een gedicht van Naida Ribi´c, Bosnisch kunstenaar in Nederland, en zei: ’Dit gedicht gaat over Bosnië. Maar ik hoop van harte dat u en alle Nederlandse Bosniërs zich ook hier in Nederland zo zullen voelen. Dat u ook hier kunt genieten van de mensen, de bloemen, de zon en de sneeuw die we hier hebben. Dat u hier thuis bent.’
Mijn thuis Daar ergens in de verte Waar de mooiste morgens wakker worden Waar de mooiste bloemen bloeien Waar de mooiste sneeuw sneeuwt En het warmst lacht de zon Daar is mijn thuis
Na de officiële opening was er buiten, op het marktplein, een spetterend optreden van de folkloristische dansgroep AZOT uit Gorazde uit Bosnië-Herzegovina. En de minister? Die danste gewoon mee.
In april 2005 is door Transact een bruikbaar handboek uitgegeven. Het handboek komt voort uit het project ‘Praten doet geen pijn’ wat door Transact in samenwerking met minderhedenorganisaties is uitgevoerd. Het boek geeft een overzicht van allerhande methodieken die gebruikt kunnen worden om huiselijk geweld bespreekbaar te maken. Het is bedoeld voor zelforganisaties, vrouwenorganisaties, beleidsmedewerkers en GGZ/GGD, kortom voor ieder die zich inzet voor het voorkómen van huiselijk geweld en voor de eerste opvang van slachtoffers van huiselijk geweld. Meer informatie is te vinden op www.transact.nl
Tiende congres Spaanse Federatie Zondag 29 mei hield de Federatie van Spaanse verenigingen in Nederland (FAEEH) haar tiende ledenvergadering. Naast het kiezen van een nieuw bestuur werd op die dag ook gesproken over het vergroten van de bestuurlijke en politieke participatie van Spanjaarden in Nederland, over het verblijfsrecht en over de gevolgen van het ouder worden van de eerste generatie Spanjaarden voor de verenigingen. Aan het einde van de vergadering nam de FAEEH officieel afscheid van twee heren die zich door de jaren heen zich enorm hebben ingezet voor de Spaanse gemeenschap. Beiden hebben besloten te remigreren bij het bereiken van
de pensioengerechtigde leeftijd. Modesto Camoeiras heeft sinds zijn komst naar Nederland in de jaren ’60 als amateurfotograaf het leven van Spanjaarden en andere migranten middels duizenden foto’s vastgelegd. Herminio Alvarez was betrokken bij de oprichting van de Spaanse Federatie en sindsdien bestuurslid, maar ook daarbuiten door de jaren heen actief in het bestuur van LSOBA, Lize, het migrantenplatform in Venray en de cliëntenraad van het UWV. Na zijn terugkeer naar Spanje blijft Herminio overigens actief als vrijwilliger. Hij is namelijk lid geworden van één van de vele remigrantenverenigingen die Spanje inmiddels kent. ‘Want als je
je een leven lang hebt ingezet voor anderen, kan je je geen leven meer zonder vrijwilligerswerk voorstellen’, aldus Herminio.
‘Een kwart eeuw bestaan laat je niet onopgemerkt voorbij gaan’
Nieuwe tarieven voor verblijfsdocumenten per 1 juli 2005
Vakantiereis door de Balkan niet altijd probleemloos
Woensdag 30 maart werden door de Werkgroep tegen de Legesverhogingen waarin ook Lize participeert, onder het motto ‘Leges Omlaag’, meer dan 45.000 handtekeningen aangeboden aan leden van de Tweede Kamer. Op die dag werd het nieuwe voorstel van minister Verdonk over de leges in de Kamer besproken. Het uitgangspunt van dit voorstel is dat de leges voor de eerste toelating tot Nederland veel duurder worden en de leges voor verlengingen of voor een vergunning voor onbepaalde tijd goedkoper. Alle fracties, ook VVD en CDA, toonden zich kritisch over de hoogte van de leges en de manier waarop deze zijn berekend.
Een reis naar het land van herkomst om familie en vrienden op te zoeken is voor veel Zuid-Europeanen de ideale vakantie. Voor velen betekent dit een lange reis met de auto en het passeren van veel grensposten. De reis door de Balkan verloopt bovendien niet altijd probleemloos. Daarom heeft Lize besloten om deze zomer in samenwerking met het Inspraakorgaan Turken (IOT) de ervaringen van reizigers te verzamelen. Op de website van Lize vindt u instructies over hoe te handelen om problemen te voorkomen en in het bijzonder hoe om te gaan met smeergeldpraktijken en pogingen tot afpersing. Daarnaast vindt u ook enkele richtlijnen voor het omschrijven en doorgeven van uw ervaringen. IOT en Lize gaan deze ervaringen bundelen en bespreken met het ministerie van Buitenlandse Zaken, de ANWB en de diplomatieke diensten van de betreffende landen. Zo wordt de kans groter dat er een oplossing komt voor de geconstateerde problemen.
Daarom organiseerde de Griekse vereniging Eindhoven op 9 april een groot feest om haar 25-jarig bestaan te vieren. Met de aanwezigheid van 300 mensen en live muziek was het een gezellige Griekse avond. De vereniging telt ongeveer 150 leden en bestaat grotendeels uit migranten van de eerste generatie. De secretaris van de vereniging, de heer Kostas Kordalis, geeft aan dat de vereniging sinds 1997 geen subsidie meer ontvangt van de gemeente en dat daardoor de activiteiten beperkt zijn. Vooral het ontbreken van een eigen ontmoetingsruimte is een pijnlijk punt. De ruimte die zij tot 2 jaar geleden konden gebruiken in een buurthuis is rookvrij verklaard en daarom zijn de Grieken vertrokken. Want tavli spelen zonder roken is geen tavli! Desondanks worden er nog steeds lessen in de Griekse taal georganiseerd. Elke dinsdag voor de Griekse kinderen en op donderdag voor Nederlanders die de Griekse taal willen leren. Ook is er jaarlijks een feest om elkaar te ontmoeten en gezellig bij te praten.
Inmiddels is bekend dat de nieuwe legestarieven per 1 juli 2005 ingaan. Dit houdt onder meer in dat een EU-document vanaf die datum j 30,- in plaats van j 28,- kost en dat voor een vergunning voor onbepaalde tijd géén j 890,- maar j 201,- betaald moet worden. Meer informatie over verblijfsdocumenten en de kosten ervan kunt u vinden op de website van Lize of op de website van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (www.ind.nl). De Werkgroep tegen de Legesverhogingen vindt de nieuwe bedragen nog steeds veel te hoog en zet daarom haar acties voort.
5
Lizebulletin / nr 47 / juli 2005
Van oudsher is Amsterdam een gekleurde stad, waar inmiddels meer dan honderdzeventig nationaliteiten met elkaar leven, wonen en werken. De Zuid-Europeanen vormen één van de oudste gemeenschappen in Amsterdam. Zij hebben een eigen stedelijke organisatie, de stichting Inspraakorgaan Zuid-Europese Gemeenschappen (ZEG) om hun belangen te behartigen. De ZEG maakt deel uit van het Stedelijk Overleg Diversiteit (SOD) van de gemeente Amsterdam. Jos Bonaci´c, voorzitter, en coördinator Maria Zubizarreta vertellen in dit artikel over de ZEG.
Zuid-Europeanen in Amsterdam Van advies naar inspraak Vele Zuideuropese zelforganisaties geven sinds jaar en dag inhoud en kleur aan het Amsterdamse verenigingsleven; zij werkten samen in het adviesorgaan Zuid-Europese gemeenschappen. De gemeente Amsterdam besloot echter de functionele relatie tussen het gemeentelijk bestuur en de toenmalige adviesraden te herstructureren. Alléén gemeenschappen met minimaal 35.000 personen werden tot het nieuwe SOD toegelaten. ‘We hebben veel en lang moeten lobbyen bij het gemeentebestuur en de gemeenteraad. In het begin zag het er niet naar uit dat de gemeente bereid was het criterium van 35.000 personen te verlagen. Door druk op de ketel te houden, stemde het gemeentebestuur van Amsterdam er uiteindelijk mee in om het aantal te verlagen naar 17.500 personen. De Zuid-Europeanen met een achterban van 20.000 personen in Amsterdam, zijn daarom toegelaten tot het SOD en krijgen voor twee jaar subsidie,’ vertelt Jos Bonaci c´ . Vervolgens brak er een turbulente periode aan. In korte tijd moest een nieuwe organisatie worden opgezet, er moesten ZuidEuropese vrijwilligers gevonden worden voor het bestuur, er moest verhuisd worden
Lizebulletin / nr 47 / juli 2005
6
en de nieuwe stichting Inspraakorgaan Zuid-Europese Gemeenschappen (ZEG) moest zich presenteren bij haar achterban en bij politiek en maatschappelijk Amsterdam. Na maanden van hard werken is het gelukt om een nieuwe organisatie op te zetten en een nieuw bestuur te vormen. Het bestuur bestaat uit Jos Bonaci c´ , voorzitter, Victor López, penningmeester en de bestuursleden Mira Cerenich, Valdemiro Costa Baioa, Antonio Cogoni en Besim Ibi˘sevi´c. De secretarisfunctie is kortgeleden vacant geworden. Halil Dzananovi´c en Mujo Midzi c´ ondersteunen de redactie van het informatieblad ZEGnieuws’. Tot coordinator is Maria Zubizaretta benoemd.
Wat doet de ZEG? Het bestuur van de ZEG wil de belangen behartigen van alle Zuid-Europeanen en hun zelforganisaties in Amsterdam. De signalen vanuit de achterban wil de ZEG zichtbaar maken bij de politieke bestuurders en ambtenaren van Amsterdam. De eigen culturele identiteit maar ook maatschappelijke binding zijn kernbegrippen in het beleid van de ZEG. ‘Een probleem dat de ZEG ondervindt bij de uitvoering van haar werkzaamheden is dat het ge-
Zuideuropese radio
Na de reorganisatie van Radio Zera heeft de ZEG sinds 1 november 2005 de organisatie en de uitvoering van de Nederlandstalige radioprogramma’s op zich genomen. Dankzij de inzet van Renée van Vlaardingen en andere Zuideuropese radiomakers is de toekomst van de Zuideuropese radio in Amsterdam nu verzekerd. De Nederlandstalige uitzendingen zijn elke week op woensdag en donderdag van 21.00 tot 22.00 uur te beluisteren op kanaal StadsFM van Salto, 88.1 kabel en 106.8 ether en via internet. Naast deze Nederlandstalige uitzendingen zijn er ook uitzendingen in de eigen taal te beluisteren op het wereldkanaal van Salto, 104.6 kabel en 99.4 ether. Italiaanse uitzending: maandag en dinsdag van 20.00 tot 21.00 uur Griekse uitzending: dinsdag van 21.00 tot 22.00 uur Spaanse uitzending: donderdag van 20.00 tot 21.00 uur Portugese uitzending: zondag van 20.00 tot 21.00 uur Kroatische uitzending: vrijdag van 20.00 tot 21.00 uur Bosnische uitzending: zaterdag van 19.00 tot 20.00 uur meentelijk beleid van Amsterdam gedecentraliseerd is naar stadsdeelniveau. De Zuid-Europeanen wonen echter verspreid over heel Amsterdam. Daarom blijven wij er bij de wethouder en de ambtenaren op aandringen dat voor Zuid-Europeanen stedelijk beleid en uitvoering noodzakelijk blijft’, aldus Maria Zubizarreta. Volgens Jos Bonaci c´ moeten de Zuid-Europeanen in Amsterdam zich in de komende jaren ook meer zichtbaar maken en deelnemen in besturen van maatschappelijke instellingen en politieke partijen. ‘Blijf niet wachten, maar neem zelf het initiatief’, is zijn devies. Daarbij hoopt het bestuur van de ZEG dat de inzet van de vele vrijwilligers om de nog bestaande Zuideuropese zelforganisaties in Amsterdam te behouden, op meer waardering kan rekenen van het gemeentebestuur. // Boudewijn Sittrop
Stichting ZEG, Balboastraat 20 C6, 1057 VW Amsterdam, Tel. 020 412 55 06, E-mail
[email protected], www.i-zeg.nl
Er is werk… aan de winkel! Etnische minderheden hebben al geruime tijd geleden ontdekt dat zelfstandig ondernemerschap een uitstekende manier is om een bestaan op te bouwen. Binnen 20 jaar is het aandeel van etnische ondernemers dan ook verviervoudigd. Toch blijven ze procentueel gezien achter bij de autochtone bevolking. Dit gegeven, samen met de veranderde bevolkingssamenstelling, is voor het kabinet reden geweest om een actieplan op te stellen om te zorgen voor meer en beter toegeruste etnische ondernemers. Het actieplan ‘Nieuw ondernemerschap: kansen benutten’ heeft drie doelen: • Meer economische groei: het vergroten van het aandeel allochtonen met een eigen bedrijf zal een positief effect hebben op de duurzame economische groei in Nederland. • Meer integratie: ondernemerschap als middel om binding en betrokkenheid bij de samenleving te vergroten. • Lagere werkloosheid: door het stimuleren van ondernemerschap onder uitkeringsgerechtigden. Hieronder zullen we enkele punten uit het actieplan toelichten en op basis van de ‘Monitor Etnisch Ondernemerschap’ uit het jaar 2000 en 2004 een beeld geven van de stand van zaken met betrekking tot de Zuideuropese ondernemers.
Vader en zoon Nobre in hun winkel in Den Haag
Momenteel heeft 8% van de niet-westerse allochtonen en 10% van de autochtone
bevolking een eigen onderneming. Bij de Zuid-Europeanen zien we opmerkelijke verschillen: 10% van de Grieken tegenover 2% van de Kaapverdianen heeft een eigen bedrijf. Om de groei van het aantal allochtone ondernemers te stimuleren gaat de regering in het voortgezet onderwijs en bij de inburgering meer aandacht besteden aan ondernemerschap. Ook uitkeringsgerechtigden zullen op deze mogelijkheid worden geattendeerd. Daarnaast besteedt het actieplan ook aandacht aan twee grote knelpunten waarmee ondernemers te maken hebben: de omvangrijke en soms tegenstrijdige wetgeving en de financieringsmogelijkheden. Een specifiek knelpunt bij etnische ondernemers is dat zij vaak niet aangesloten zijn bij formele netwerken zoals de Kamer van Koophandel, MKB-Nederland of een
Enkele opvallende gegevens over Zuideuropese ondernemers • Zullen we ooit nog een pizza uit Italiaanse handen eten? Van de ongeveer 900 Italiaanse restaurants was er in 1989 58% in handen van Italianen. In 2000 was dit nog maar 38% en de dalende lijn zet door. • Hoe kunnen ondernemers uit voormalig Joegoslavië bijdragen aan de opbouw van hun regio? Door de handelsrelatie met het land van herkomst te versterken. In het jaar 2000 viel 35% van de ondernemingen van voormalig Joegoslaven onder de sector handel. De indruk bestaat dat dit aandeel stijgende is. • Kunnen de Grieken alleen maar gyros bakken? Van alle Griekse ondernemers viel ongeveer 55% onder de branche horeca. De bijna 300 Griekse restaurants zijn voor meer dan 80% Griekse ondernemingen.
bedrijfsvereniging. Voor de Zuid-Europeanen bestaat overigens de indruk dat ze wel aangesloten zijn bij de formele netwerken, maar dat ze er weinig gebruik van maken. Een uitzondering hierop vormen de Italiaanse ondernemers die redelijk georganiseerd zijn binnen de formele kanalen. Met een landelijke conferentie, een handboek ‘Netwerken’ en een voorlichtingscampagne wil het kabinet de reguliere ondernemersnetwerken meer toegankelijk maken voor allochtone ondernemers. Uit het actieplan blijkt dat etnische ondernemers in de regel wel goede netwerkers zijn, maar dat hun netwerken vaak informeel zijn en binnen de eigen groep. Hun beperkte externe oriëntatie heeft als resultaat dat zij (nieuwe) mogelijkheden onvoldoende benutten. Ook richten zij zich met hun producten met name op de eigen groep, waardoor hun groeipotentieel beperkt is. Deze laatste conclusie is minder van toepassing op de Zuideuropese ondernemers. De omvang van de eigen groep speelt hierbij een rol, evenals de variatie en de bekendheid van de Nederlandse bevolking met producten uit Zuid-Europa. Dit wordt ook duidelijk als we naar de spreiding van Zuideuropese ondernemingen per branche kijken. Behalve de concentraties van Griekse en Italiaanse ondernemingen in de sector horeca, is de spreiding onder alle andere sectoren groot. Uit het actieplan blijkt tot slot dat de komende vijf jaar zo’n 130.000 bedrijven van eigenaar zullen wisselen. Daaronder zijn veel bedrijven van Nederlandse ondernemers die in de oudere wijken een wijkfunctie vervullen. De praktijk leert dat autochtone Nederlanders deze bedrijven niet overnemen. Inwoners met een etnische achtergrond zijn over het algemeen meer gericht op de eigen wijk en voor hen kan overname van een dergelijk bedrijf aantrekkelijk zijn. Met andere worden: genoeg winkels, grijp uw kans! Denkt u erover om een eigen bedrijf te starten? De Kamer van Koophandel (www.kamervankoophandel.nl) helpt u op weg met informatie en advies.
// Dimitris Grammatikas
7
Lizebulletin / nr 47 / juli 2005
Lize in gesprek met consuls en ambassadeurs Voor vragen over dit blad of andere zaken: Lize Postbus 14065 3508 SC Utrecht tel. 030 233 21 00 fax 030 232 25 71 e-mail
[email protected] www.lize.nl
In 2004 heeft het bestuur van Lize besloten om naast de formele achterbangesprekken met de zelforganisaties van Zuid-Europeanen, ook formele gesprekken te voeren met de officiële vertegenwoordigers van de diverse Zuideuropese overheden in Nederland. Niet alleen om met elkaar kennis te maken, maar vooral om te bezien op welke wijze we elkaar kunnen ondersteunen bij het verbeteren van de positie van de Zuid-Europeanen in Nederland. De eerste gesprekken die in 2004 werden gevoerd met de ambassadeurs van Spanje, Griekenland en Portugal gingen vooral over het onderwijs in eigen taal en cultuur. In 2004 is ook gesproken met de consul van Macedonië, mevrouw M. Muftarovska, met de ambassadeur van Kroatië, de heer F. Krni c´ en met de ambassadeur van Slovenië, mevrouw T. Petrin. Het eerste gesprek in 2005 was in februari met de consul van Griekenland, de heer K. Amiridis. Met hem is informatie uitgewisseld over het onderwijs in eigen taal, pensioenen, de Remigratiewet, de mogelijkheid om de folder van Lize over het verblijfsrecht van EU-burgers in het Grieks te vertalen en over de problemen die sommige Griekse arbeidsmigranten in Nederland ondervinden.
Op 10 mei kreeg Lize de consul, de heer Kopij voor het Lize bulletin M. Prcovi c´ , en de ambassadeur van Serviëkan gestuurd worden naar Montenegro, mevrouw M. Mitrovi c´ , op bezoek bovenstaand adres. aan de Maliebaan (zie linker foto). Met hen is onder meer gesproken over de tekortkomingen Eindredactie Gonnie Kaptein in de registratie van voormalig Joegoslaven Foto’s Lize bij de gemeentelijke basisadministratie Vormgeving C&P Communicatie (GBA), het actualiseren van paspoorten, de eigen taal en cultuur, de zelforganisaties en ISSN 1571-6384 tot slot over de aanpak van problemen die reizigers kunnen ondervinden in ServiëMontenegro. De ambassadeur van Bosnië-Herzegovina, de heer F. ˘Sabeta (zie rechterfoto rechts), was erg blij dat hij, net aangekomen in Nederland, meteen in gesprek kon gaan met Lize. Het gesprek met Lize vormde een goede voorbereiding voor zijn komende gesprek met minister Verdonk. De ambassadeur wil graag middels culturele activiteiten het eenzijdige beeld over Bosnië-Herzegovina veranderen. Lize behartigt bij de landelijke overheid de belangen van personen afkomstig uit Bosnië-Herzegovina, Griekenland, Italië, Kaapverdië, Kroatië, Macedonië, Portugal, Servië-Montenegro, Slovenië en Spanje, en hun nakomelingen. Lize maakt deel uit van het Landelijk Overleg Minderheden dat de belangen behartigt van alle doelgroepen van 24 mei was de laatste bestuursvergadering van Goce Naumoski en Eleftheria Dimadoni. het rijks-integratiebeleid. Goce maakte twee jaar deel uit van het bestuur van Lize, terwijl Eleftheria drie jaar Lize vervult met haar kennis van en haar relatie bestuurslid was. Beiden gaven met veel inzet en enthousiasme invulling aan hun met de Zuideuropese gemeenschappen een functie. Hiervoor is Lize hen zeer erkentelijk. beleidsbeïnvloedende rol bij de overheid. Lize Vanwege zijn verhuizing naar het zuiden van het land vindt Goce het beter om de functioneert tevens als informatiemakelaar tussen fakkel over te dragen aan een andere Macedoniër. Wel wil hij betrokken blijven bij overheid en achterban. In haar belangenbehartiging het werk van Lize. Ook Eleftheria wil graag bij Lize betrokken blijven, maar dan zoekt Lize de balans tussen het belang van de achterop afstand. Na ruim 13 jaar in Nederland te hebben gewoond, keert zij terug naar ban en het politiek haalbare. Om haar kerntaak uit te Griekenland. Hiermee verliest ook de Federatie van Griekse Gemeenschappen voeren, voert Lize regelmatig overleg met de minister Nederland een kundige en enthousiaste voorzitter. van integratiebeleid, bewindslieden, ambtenaren en leden van de Tweede Kamer. Daarnaast werkt Lize nauw Lizebulletin / nr 47 / juli 2005 8 samen met andere landelijke partners.
Lize neemt afscheid van twee bestuursleden