E-Tech ADSL modem/router, Annex A
Inhoudsopgave: •
1. Welkom
3
•
2. Belangijke informatie vooraf
4
•
3. Verbinding maken met de modem • 3.1 Fysieke aansluiting • 3.2 PC instellingen
5 5 5
•
4. Instellen van de modem • 4.1 WAN • 4.2 LAN • 4.3 NAT • 4.4 Virtual Server • 4.5 Bridge filtering • 4.6 DNS • 4.7 WAN status • 4.8 PPP status, Route table, Learned MAC-address • 4.9 ADSL configuration • 4.10 RIP configuration • 4.11 Password configuration • 4.12 Misc configuration • 4.13 Reset to factory defaults • 4.14 Diagnostic test • 4.15 (Network) code image update • 4.16 System log • 4.17 Reboot • 4.18 Status
6 6 8 9 9 9 10 10
•
5. Verbinding maken met internet
13
•
6. Vragen en antwoorden
13
•
7. Servers en adressen
15
•
8. Modem retour formulier
16
2
10 10 11 11 11 12 12 12 12 12 12
Handleiding E-Tech
ADSL modem/router, Annex A
1. Welkom Geachte klant, Deze handleiding behandelt de verschillende mogelijkheden en instellingen van de E-Tech ADSL modem/router, Annex A. De relevante instellingen worden doorlopen, uitgaande van een Cistron ADSL verbinding. Mocht u nog specifieke vragen over de modem hebben, dan kunt u deze emailen naar
[email protected]. Ook voor vragen en opmerkingen over deze handleiding kunt u hier terecht. Cistron Broadband Helpdesk
3
Handleiding E-Tech ADSL modem/router, Annex A
2. Belangrijke informatie vooraf In dit doe-het-zelf-pakket zitten de volgende onderdelen: • • • • •
ADSL modem/router, Annex A Voedingsadapter E-Tech handleiding Crossed UTP kabel RJ11 telefoonlijn E-Tech
Voordat u begint: •
Zet bij het instellen van de modem nooit het protocol op iets anders dan RFC1483 Bridging. Foutieve instellingen kunnen resulteren in een lijn die vastloopt, wat alleen door interventie van de helpdesk verholpen kan worden.
•
Het verdient de voorkeur om de telefoonlijn pas op het modem aan te sluiten nadat deze is ingesteld. Laat u dus de ADSL-poort op de modem vooralsnog ongebruikt.
•
Let u erop dat u bij elk van de gewijzigde instellingen rechtsonder op “Save” klikt en even wacht voor u verder gaat.
4
Handleiding E-Tech
ADSL modem/router, Annex A
3. Verbinding maken met de modem 3.1 Fysieke aansluiting Om te beginnen verbindt u uw netwerkkaart middels de bijgeleverde UTP-kabel met de ethernetpoort. De ADSL-poort verbindt u pas met de telefoonlijn nadat de modem is ingesteld. Verbind nu de modem met het lichtnet. De aansluiting van een analoge ADSL-lijn is niet erg ingewikkeld. In dit hoofdstuk zal worden uitgelegd hoe u te werk moet gaan, en waarop u moet letten. Het is belangrijk dat alle telefoontoestellen achter de splitter komen. Als dit niet gebeurt zal dat uitlopen op een niet of slecht werkende ADSL-lijn, en een irritante storing in uw telefonie. Het is aan te raden dat u zo ver mogelijk naar het begin van uw telefonieaansluiting binnenshuis gaat. Vaak is dit in de meterkast, of de wandcontactdoos in de huiskamer. Laten we uitgaan van de aansluiting via de wandcontactdoos. Trek alles uit de wandcontactdoos. Neem nu de stekker die wij bij het pakket meeleveren, en steek die in de lege (originele) wandcontactdoos. Verbind de splitter met de nieuwe stekker door middel van een van de snoeren die u ook in het pakket vindt. U dient hiervoor de line-aansluiting van de splitter te gebruiken. U kunt nu met één van de andere snoertjes het modem verbinden met de splitter. Hiervoor moet u in de splitter de DSLaansluiting gebruiken, en in het modem de A/DSL-aansluiting. * Vervolgens moet u de telefoontoestel(len) weer aanlsuiten. Gebruik hiervoor de nieuwe contactdoos en verbind die met de 'phone'-aansluiting van de splitter. U moet nu alle telefoontoestellen op de nieuwe wandcontactdoos aansluiten om de bovengenoemde problemen te voorkomen. U kunt nu de PC aansluiten op het modem, en het modem aanzetten. U dient hiervoor de 'straight' ethernetkabel te gebruiken. Als u de PC nu instelt zoals in het volgende hoofdstuk beschreven is, kunt u genieten van een echte ADSL-verbinding.
3.2 PC instellingen De modem wordt in fabrieksinstellingen geleverd. Deze houden onder andere in dat de ingebouwde DHCP server inschakeld is. Om de modem via de webinterface te kunnen bereiken volstaat het dus om uw netwerkkaart op de standaardinstellingen te zetten of te laten staan: automatisch een IP-adres verkrijgen, geen gateway specificeren, en DNS uitschakelen. Dit doet u in Windows 95/98/ME door te gaan naar configuratiescherm – netwerk – TCP/IP behorend bij uw netwerkkaart – eigenschappen. In Windows 2000/XP gaat u bij de netwerkinstellingen naar de eigenschappen van de LAN-verbinding en vervolgens naar de eigenschappen van het IP-protocol. Er dient ingesteld te staan dat een IP-adres automatisch moet worden verkregen; er moet geen gateway gespecificeerd zijn; en DNS moet uitschakeld staan. Was dit niet het geval, dan verandert u het en in het geval van Windows 95/98/ME reboot u vervolgens. 5
Handleiding E-Tech ADSL modem/router, Annex A
Gegeven dat uw netwerkkaart functioneert en goed is ingesteld, dan hebt u een IP-adres van de router toegewezen gekregen. Dit controleert u door naar een command prompt te gaan (start - uitvoeren - command) en hier ipconfig in te tikken. Hier ziet u als het goed is iets van de volgende strekking staan: Ethernet adapter : IP Address 10.0.0.xxx Subnet Mask 255.255.255.0 Default Gateway 10.0.0.2 “xxx” dient in het bereik van 3 – 254 te liggen. Klopt dit, dan is de router nu via de webinterface in te stellen. Hiertoe start u een browser op en surft u naar http://10.0.0.2/ ; dit is standaard het IP-adres waarop het modem bereikbaar is. Let u erop dat geen proxyservers staan ingesteld, en dat “offline werken” (onder “bestand”) niet aangevinkt staat. Het uitzetten van eventuele firewalls is ook wenselijk. Als het goed is krijgt u nu een login-scherm te zien: Standaard is de loginnaam admin en het wachtwoord epicrouter.
4. Instellen van de modem De instellingen zijn opgedeeld in een aantal categorieën; elk van deze categorieën wordt in het kort behandeld. Vergeet u niet om na elke gewijzigde instelling op “Submit”,”Save Settings” en “submit” te klikken.
4.1 WAN Deze instellingen betreffen het externe gedeelte van de modem.
6
Handleiding E-Tech
ADSL modem/router, Annex A
De VCI-setting stelt u zo in dat de VCI op 34 staat voor BabyXL en op 35 voor BBNed. Laat de static IP address, Subnet Mask en Gateway velden onveranderd. U kunt ook gebruik maken van MAC-spoofing. Weet u niet wat dit is, of wilt u het niet gebruiken, dan kunt u deze instellingen negeren.
De encapsulatie dient te allen tijde op 1483 Bridged IP LLC te staan, dus ook wanneer u de modem als router wilt instellen.
Bridge Wilt u de modem als bridge gaan gebruiken, dan zet u bridge op enabled. Router Moet de modem als router fungeren, dan zet u bridge op disabled. De PPP-velden kunt u leeglaten; automatic reconnect moet uitgevinkt zijn.
Bridge In het geval van bridging dient de DHCP-client uitgeschakeld te zijn. Het is nl. uw netwerkkaart die het IP-adres van moet gaan krijgen, niet de modem. Router Wanneer u de modem als router wilt gaan gebruiken, vinkt u DHCP-client aan. Maakt u gebruik van MAC-spoofing, dan dient u hier ook de hostname behorende bij de na te bootsen netwerkkaart in te vullen.
7
Handleiding E-Tech ADSL modem/router, Annex A
4.2 LAN In deze sectie staan de lokale instellingen.
Het lokale IP-adres van het modem kunt u het beste op 10.0.0.2 laten staan. Dit om verwarring te voorkomen; mocht u het wijzigen en later vergeten wat het ook alweer was, dan kunt u het modem niet meer in.
Bridge In dit geval dient u DHCP-server uit te vinken. De rest van de bovenstaande instellingen kunt u negeren. Router In routermode staat de DHCP-server in principe aan. De DHCP-server is standaard aangeschakeld; PC's die worden aangesloten op de modem krijgen hiermee automatisch alle vereiste gegevens voor een werkende (internet-) 8
Handleiding E-Tech
ADSL modem/router, Annex A
verbinding. Draait u een soort van firewall op één of meer PC's, of wenst u om een andere reden lokaal geen gebruik te maken van DHCP, dan kunt u dit hier uitschakelen. U dient dan op alle aangesloten PC's handmatig lokale IP-adressen uit te delen in het bereik van die van de modem, met de modem (10.0.0.2) als gateway en met onze DNS-servers bij de DNS-configuratie. Met de DHCP address pool selection op user defined kunt u de range specificeren waarin lokale IP adressen moeten vallen. Let u erop dat vanaf het moment dat u de DHCP-server uitschakelt, de modem vanaf nu alleen nog maar bereikbaar is wanneer u handmatig lokale IP-gegevens hebt ingevoerd op een aangesloten PC.
4.3 NAT Hier kunt u desgewenst NAT instellen. NAT is alleen van toepassing op modems in routermode.
Bridge In dit geval moet NAT op disabled staan. Router In de routermode dient u NAT op dynamic NAPT te zetten.
4.4 Virtual server Dit is waar u zogenaamde poort forwarding (of poort mapping) instelt. Wanneer u op een lokale PC b.v. een FTP-server draait op de standaardpoort (21), en u wilt dat deze FTPserver van buitenaf bereikbaar is op deze poort, dan stelt u dat in zoals hierboven is weergegeven. U dient te specificeren om welk(e) van de twee protocollen, TCP en/of UDP, het gaat. Welk protocol wordt gebruikt bij een bepaalde service hangt van de service af. Bij FTP is dit alleen TCP; bij b.v. een Quake3-server betreft het zowel TCP als UDP. Ook moet u het doel IP-adres ingeven waarheen de packets geforward moeten worden. Hieronder is een voorbeeld gegeven voor het geval dat u lokaal een FTP-server draait, op een PC met 10.0.0.15 als IP-adres.
4.5 Bridge filtering Bridge filtering kunt u uitgeschakeld laten staan.
9
Handleiding E-Tech ADSL modem/router, Annex A
4.6 DNS
DNS Proxy selection zet u op use auto discovered DNS servers only. Dit omdat de gegevens in kwestie automatisch via DHCP worden verkregen.
4.7 WAN status
Hier vindt u in het geval van een werkende verbinding wat uw externe IP-adres is. Ook hebt u de mogelijkheid dit adres vrij te geven (“release”) en te vernieuwen (“renew”). Dit is van belang wanneer u de de modem van routermode in bridgemode wilt gaan zetten; zonder vooraf te releasen zal uw netwerkkaart niet het externe IP kunnen krijgen zolang de modem nog haar twee-urige lease op het IP heeft. Wanneer u een van deze acties kiest dient u nog op execute te klikken.
4.8 PPP status, Route table, Learned MAC address Deze geavanceerde instellingen kunt u overslaan.
4.9 ADSL configuration Ook deze instellingen staan standaard goed. Het handshake protocol moet op Autosense – G.DMT first staan.
10
Handleiding E-Tech
ADSL modem/router, Annex A
4.10 RIP configuration Deze geavanceerde instellingen kunt u overslaan.
4.11 Password configuration
Hier kunt u de gebruikersnaam en wachtwoord van het modem wijzigen. Het beste is om alleen het wachtwoord aan te passen, en de gebruikersnaam “admin” te laten blijven. Het wijzigen van het standaard wachtwoord wordt sterk aanbevolen om te voorkomen dat derden vanaf internet op uw modem kunnen inloggen. Wilt u kunnen FTPen naar het modem (nodig voor het updaten van firmware), dan moet het wachtwoord minimaal 8 karakters lang zijn. Vergeet u niet ergens uw wachtwoord te noteren, want wanneer u het modem niet meer inkunt zal deze geretourneerd moeten worden en daar worden kosten aan verbonden.
4.12 Misc configuration De services die hier staan weergegeven zijn niet zo belangrijk, en kunt u het beste allemaal uitschakelen, met name die aan de WAN-kant. De rest van de instellingen kunt u laten voor wat ze (standaard) zijn.
11
Handleiding E-Tech ADSL modem/router, Annex A
4.13 Reset to factory defaults Wanneer u het nodig acht kunt u hier de modeminstellingen resetten naar de fabrieksinstellingen. Dit kan alleen via deze web-interface.
4.14 Diagnostic test Hier kunt u wat tests laten uitvoeren ter controle van de lokale verbinding en de internetconnectie. Het betreft hier de “sync” die uw modem al dan niet heeft met de wijkcentrale, ook wel af te lezen op het modem (sync-lampje).
4.15 (Network) code image update Wanneer u door de helpdesk wordt aangeraden om de firmware te upgraden, kunt u dat hier doen. Doet u dit uit eigen beweging, dan is dat op eigen risico.
4.16 System log In het logbestand dat de modem bijhoudt kunt u zien wat er recentelijk is gewijzigd in de modem. Op deze manier kunt u ook zien of derden bezig (geweest) zijn de instellingen van uw modem te veranderen.
4.17 Reboot Wanneer u klaar bent met instellen kunt u hier alle wijzigingen laten opslaan en het modem laten rebooten.
4.18 Status
Op de hoofdpagina ziet u o.a. uw firmware versie staan. Van de menu's is ADSL status de belangrijkste. Hier vindt u informatie over de verbinding en de snelheid waarop de modem al dan niet synchroniseert. Het onderstaande plaatje illustreert een werkende verbinding die op 8mbit down en 512kbit up synchroniseert. De aangegeven sync-snelheid kan waardevol zijn bij het analyseren van snelheidsproblemen.
12
Handleiding E-Tech
ADSL modem/router, Annex A
5. Verbinding maken met internet Nu de modem helemaal correct is ingesteld moet u de modem uit zetten. Dan kunt u de telefoonlijn verbinden met de ADSL-poort van de modem. Zet u het modem nu weer aan, dan zal deze in routermode een IP-adres bij Cistron opvragen en krijgen. In het geval van bridgemode moet uw netwerkkaart op automatisch staan en de PC gereboot worden. Als het goed is ziet u in de modem bij de status (rechtsboven) – wan status dat er een extern IP-adres is verkregen.
6. Vragen en antwoorden 1. Hoe reset ik de modem naar de fabrieksinstellingen? Dit kan door in de webinterface naar het betreffende menu te gaan en daar opdracht hiertoe te geven. Ook kunt u aan de voorkant van de modem een paperclip in het gaatje steken totdat de lampjes gaan knipperen. 13
Handleiding E-Tech ADSL modem/router, Annex A
2. Hoe geef ik mijn Cistron IP-adres vrij? Let u erop dat dit alleen mogelijk is wanneer er een werkende verbinding is, anders komt de release niet door. Hoe u uw externe IP-adres vrijgeeft, indien mogelijk, hangt er vanaf hoe uw modem staat ingesteld. Modem in Bridge mode In Windows 95/98/ME gaat u naar start - uitvoeren - winipcfg , selecteert u de netwerkkaart die de internetverbinding heeft en klikt u op vrijgeven of release. In Windows 2000/XP gaat u naar start - uitvoeren - command , en tikt u "ipconfig /release". Modem in Router mode Hoe u de modem haar externe IP-adres laat vrijgeven vindt u in sectie 4.7 . 3. Ik kan de modem niet (meer) benaderen in mijn browser. Opent u eerst een command prompt (start - uitvoeren - command) om hier vervolgens "ping 10.0.0.2" te tikken. Krijgt u antwoorden ("ping replies"), dan staat er alleen maar iets uw browser niet goed ingesteld. In Internet Explorer dient in het menu "bestand" geen vinkje te staan voor "offline werken". Verder moet onder extra - internet opties verbindingen ingesteld staan dat er nooit ingebeld dient te worden, en hier moet verder bij "lan instellingen" geen proxyserver gespecificeerd zijn. Reageert de modem niet op pings, dan zijn er een aantal mogelijke oorzaken: - er is geen fysieke verbinding met de modem; - het lokale IP-adres van de modem is veranderd; - de netwerkkaart staat niet goed ingesteld; - de netwerkkaart functioneert niet. Kijkt u even bij Apparaatbeheer of er geen foutmeldingen staan bij de netwerkkaart. Voor de instellingen van de netwerkkaart dient u hoofdstuk 3 nogmaals even door te nemen. Verder kenmerkt een fysieke verbinding zich door een brandend ledje achterop de netwerkkaart. Hebt u het lokale IP-adres van de modem (per ongeluk) veranderd en bent u deze vergeten, dan dient u het modem terug te zetten naar factory defaults (6.1) 4. Ik weet mijn wachtwoord niet meer. Bent u uw wachtwoord vergeten en is het niet het standaard wachtwoord “epicrouter” ? Dan dient u het modem terug te zetten naar factory defaults (6.1) 5. De modem werkt als bridge, maar niet in routermode (of vice versa). Voor u de modem van bridge in router verandert of omgekeerd, moet de IP-lease worden opgeheven. Zie hiervoor vraag 2.
14
Handleiding E-Tech
ADSL modem/router, Annex A
6. De modem is volledig ingesteld als bridge, conform hoofdstuk 4, maar ik heb geen verbinding. •
Indien het “ADSL”-lampje niet constant brandt is er geen fysieke verbinding met de wijkcentrale. Voor u de helpdesk belt kunt u nog even proberen of sync gaat branden wanneer u de modem direct op de lijn aansluit, zonder splitter ertussen en met zo kort mogelijke bekabeling.
•
Brandt de ADSL, dan kunt u in het modem bij de Status (zie 4.18) aflezen op hoeveel kbps de lijn synchroniseert. Zijn dit niet de verwachte waarden (b.v. 2048/512 bij een 2048-abonnement), neemt u dan telefonisch contact op met de helpdesk. (deze waardes kunnen iets afwijken, bij een MAXX abonnement mag hij zelfs tussen de 2 en 8 Mbit liggen
7. Mag ik de firmware upgraden? Het upgraden van de firmware brengt risico's met zich mee. Doet u dit alleen in specifieke probleemgevallen en op aanraden van de helpdesk.
7. Servers en adressen Servers Inkomende mailserver: Uitgaande mailserver: Newsserver 1: Binary Newsserver: Shellserver: Timeserver: IRC server: Homepageserver: Webmail:
pop3.cistron.nl smtp.cistron.nl news.cistron.nl newsbin.cistron.nl cistron.nl ntp0.cistron.net irc.cistron.nl ftp://homepage.cistron.nl https://webmail.cistron.nl
Inbelnummer: (Voor noodgevallen)
06760 70809
Adressen Helpdesk: 0712467900
[email protected] Bezoekadres: Cistron Broadband BV Handelsweg 8 2404 CD Alphen aan den Rijn Postadres: Cistron Broadband BV Postbus 297 2400 AG Alphen aan den Rijn 15
Handleiding E-Tech ADSL modem/router, Annex A
8. Modem Retour Formulier In het geval dat de modem defect is, kan deze met toestemming van een helpdeskmedewerker geretourneerd worden. Modems die zonder dit fomulier worden geretourneerd zullen bij vervanging nogmaals gefactureerd worden. U wordt vriendelijk verzocht niet op de doos te schrijven. Naam klant: Klantnummer:
_________________________ _________________________
Type modem:
_________________________
Naam gesproken Cistron medewerker: Oorzaak voor retourzending:
Cistron ticketnummer:
_________________________ _________________________ _________________________ _________________________ _________________________ _________________________
U kunt de modem terugsturen naar: Cistron Broadband B.V. Antwoordnummer 12043 2400 VD ALPHEN AAN DEN RIJN Datum retourzending:
_________________________
Handtekening klant:
_________________________
De modem zal bij aankomst door een van onze medewerkers getest worden. Hiervan zult u bij het ontvangen van een eventuele nieuwe modem een testrapport ontvangen. Wij zullen de (nieuwe) modem naar u opsturen zodra uw modem bij ons getest is.
16
Handleiding E-Tech
ADSL modem/router, Annex A