REGLEMENT MARCHING & MUSIC CONTEST Inleiding
De landelijke muziekorganisaties (FKM, KNFM en NFCM), Bond van Orkestdirigenten en Unisono hebben vanuit het Masterplan voor de Slagwerk, Marching en Showsector de opdracht gekregen te onderzoeken hoe ontwikkelingen te initiëren die bijdragen aan een nieuw elan en vernieuwde inzichten ter stimulering van slagwerk in de breedste zin van het woord. De Technische Commissie van Unisono (later Regie Commissie) en de Algemene Commissie hebben deze opdracht voortvarend ter hand genomen en zijn in 2003 begonnen met het ontwikkelen van een geheel nieuw concept voor het marsconcours. Het resultaat van veelvuldig overleg en verschillende pilots ligt thans voor u. Het nieuwe reglement is uiteraard een ‘dynamisch’ reglement. Zowel de LMO’s als ook Unisono zullen de ontwikkelingen met betrekking tot dit reglement en de organisatie van de concoursen kritisch volgen. Op basis van toekomstige ervaringen zal dit reglement door de diverse organisaties worden geëvalueerd en, wanneer wenselijk/nodig, worden bijgesteld. Uiteraard worden ook de reacties van de deelnemers meegenomen in de evaluatie. Het voor u liggende reglement is door de Landelijke Muziekorganisaties goedgekeurd en vastgesteld en zal op 1 januari 2007 officieel in werking treden. Opmerkingen, reacties en ervaringen kunt u kwijt bij één van de Landelijke Muziekorganisaties en bij Unisono.
Utrecht, oktober 2007
Artikel 1. Algemeen
1.Het concours kent twee onderdelen: een marcherend gedeelte en een concerterend gedeelte. Deze onderdelen worden separaat van elkaar gehouden. Het marcherend gedeelte vindt bij voorkeur buiten plaats, het concerterend gedeelte bij voorkeur binnen. Wanneer het marcherend gedeelte buiten plaatsvindt is er sprake van een verplicht vastgesteld parcours. Wanneer het marcherend gedeelte binnen plaatsvindt is er een vrij parcours met dien verstande dat de deelnemende korpsen wel uitvoering moeten geven aan de verplichte figuren zoals genoemd in artikel 7 van dit reglement. Alle onderdelen vinden plaats op dezelfde dag. 2.Korpsen kunnen deelnemen aan: • Het marcherend gedeelte. • Het stilstaand gedeelte (optioneel)*. • Het marcherend en stilstaand gedeelte. 3.Op beide onderdelen en op de combinatie daarvan (mits beide onderdelen uitgevoerd zijn binnen dezelfde divisie) wordt aan het eind van het concours aan de hoogstgeplaatste per divisie de titel “Kampioen van het Concours” toegekend. * = organisaties zijn vrij om te bepalen of ze wel of geen gebruik maken van de mogelijkheid korpsen alleen aan het stilstaande onderdeel toe te laten.
Artikel 2. Deelname
Aan het concours kan worden deelgenomen door: 1.Slagwerkkorpsen, bestaande uit alle voorkomende melodische en/of niet-melodische slaginstrumenten. 2.Signaalinstrument - korpsen, bestaande uit signaalinstrumenten zonder ventielen of met één ventiel in alle voorkomende stemmingen, uitgebreid met alle voorkomende melodische en/of niet-melodische slaginstrumenten. Uitbreiding met chromatisch gestemde koperen blaasinstrumenten is toegestaan, mits de samenstelling in notaties als voorgeschreven in de partituur strikt wordt opgevolgd. 3.Blaasorkesten, bestaande uit alle voorkomende chromatisch gestemde houten en/of koperen blaasinstrumenten, aangevuld met alle voorkomende melodische en/of niet-melodische
slaginstrumenten, niet zijnde hafabra-korpsen. 1. Pijper-/ piccolokorpsen 2. Hafabra-korpsen 3. Pipebands, bestaande uit doedelzakken of schalmeien, aangevuld
met alle voorkomende melodische en/of niet melodische slaginstrumenten. Artikel 3. Divisies
De divisie-indeling luidt als volgt: a.
Jeugddivisie
b.
4e divisie (3e divisie ouder reglementering)
c.
3e divisie (2e divisie oude reglementering)
d.
2e divisie (1e divisie oude reglementering)
e.
1e divisie (eredivisie oude reglementering)
Artikel 4. Indeling in divisies
1a.De korpsen zijn bij een eerste deelname vrij om te bepalen in welke divisie zij uit wensen te komen. De korpsen zijn bovendien vrij in de keuze voor: Marcheren of Concerteren alleen (de laatste is optioneel), of de combinatie van die twee. Het te spelen repertoire bepaalt in welke divisie het korps per onderdeel (mars/concert of combinatie) beoordeeld gaat worden. Bij meerdere composities (bij het marcherend gedeelte) bepaalt het laagst geklasseerde werk (volgens het voor dat jaar geldende repertorium voor de marswedstrijden van Unisono) in welke divisie het korps beoordeeld gaat worden. 1b.Bij een volgende deelname bepaalt het resultaat op een voorgaand geldend concours in welke divisie het korps kan uitkomen. 1c.Een korps mag vrijwillig lager uitkomen dan waarvoor het zich
volgens dit reglement gekwalificeerd heeft. Het dient dan wel werken uit die divisie te spelen (zie lid 1a.). 1d.In de jeugdklasse kunnen korpsen deelnemen waarvan tenminste ¾ van de leden de leeftijd van zeventien jaar niet hebben bereikt.
HET MARCHEREND GEDEELTE Artikel 5. Uit te voeren marcherende werken 1. Elk korps is verplicht minimaal één marcherend werk uit te voeren
welke is opgenomen in het geldende repertorium voor de marswedstrijden van Unisono. Het/de andere eventueel uit te voeren marcherende werk(en) mag (mogen) vrij gekozen worden. 2. Tijdens de uitvoering van het (de) marcherende werk(en) dient het korps rekening te houden met de uitvoering van de verplichte figuren zoals genoemd in artikel 7 van dit reglement. Het is toegestaan dat het korps meerdere marcherende werken uitvoert of in het marcherende werk een 'da capo' of 'dal segno' (eventueel in combinatie met een 'al fine') maakt om te kunnen voldoen aan de eisen gesteld met betrekking tot het uitvoeren van de verplichte figuren en de lengte van het parcours. 3. Voor korpsen die uitkomen in de jeugddivisie gelden geen verplichtingen met betrekking tot de moeilijkheidsgraad van het (de) uit te voeren marcherende werk(en). 4. Korpsen die uitkomen in 4e t/m de 1e divisie zijn verplicht tenminste één marcherend werk te kiezen uit het geldende repertorium ten behoeve van marswedstrijden, of een werk dat incidenteel door Unisono is goedgekeurd voor de divisie waarin het korps uitkomt. 5. Het is toegestaan dat korpsen werken uitvoeren die niet in het repertorium zijn opgenomen. Zij dienen dan de partitu(u)r(en) van het (de) uit te voeren werk(en) ter beoordeling aan te bieden aan Unisono. Uitvoering van het ter beoordeling aangeboden werk is eerst toegestaan, nadat Unisono heeft bepaald dat het werk voor de betreffende sectie en divisie is goedgekeurd. 6. Een partituur van het (de) marcherend uit te voeren werk(en) dient in drievoud aan de organisator ten behoeve van de jury te worden aangeboden. 7. Het is korpsen verboden kopieën van partituren te gebruiken, behoudens schriftelijke toestemming van de rechthebbenden.
Artikel 6. Jury marcherende deel 1. De jury voor het marcherend gedeelte bestaat uit drie personen:
Alle juryleden beoordelen zowel de muziekanalyse alsook de marsanalyse.
Eén van de juryleden kan tevens belast worden met het beoordelen van de Tambour-maître (het beoordelen van de Tambour-maître is optioneel). Alle juryleden bevinden zich tijdens het optreden in de nabijheid van het korps in het veld. 2.Tijdens de uitvoering van het/de marcherende werk(en) wordt door de juryleden geen partituur gebruikt. De partituur dient ter bestudering vooraf en raadpleging achteraf. 1. De jury geeft een op band ingesproken verslag van het
marcherende optreden. 2. De door de jury ingesproken cassettebanden en ingevulde puntenlijsten alsmede de door het jurysecretariaat ingevulde puntenverzamelstaat komen ter beschikking van het deelnemende orkest. 3. De uitspraak van de jury is bindend en onherroepelijk. Artikel 7. Het marcherende optreden 7.1. Buiten
Het marcherende optreden (buiten), waarbij de orkesten over een tevoren vastgesteld parcours marcheren (zie bijlage 1), bestaat achtereenvolgens uit: a.OPMARS zonder beoordeling. Het orkest marcheert al musicerend tot aan de startmarkering en houdt daar halt terwijl de muziek op dat zelfde moment gestopt wordt; vervolgens presenteert het orkest zich "staande in de houding" aan jury en publiek. b.de UITVOERING met beoordeling. Alle orkesten dienen het tevoren vastgesteld parcours, behorend bij hun divisieniveau, musicerend af te leggen, waarbij elk deelnemend orkest uitsluitend in voorwaartse richting mag bewegen en het aantal geledingen van het orkest tijdens het gehele parcours gelijk moet blijven. Aan het einde van het van het parcours maakt elk korps al musicerend halt.
1e divisie
Het optreden bestaat uit het musicerend afleggen van het tevoren vastgesteld parcours waarbinnen de volgende verplichte marsfiguren dienen te worden uitgevoerd (zie bijlage 3): -
hoofd der colonne rechts (2x);
-
hoofd der colonne links (3x);
-
Amerikaanse Counter (1x);
-
Engelse Counter (2x).
-
Halt houden
2e divisie
Het optreden bestaat uit het musicerend afleggen van het tevoren vastgesteld parcours waarbinnen de volgende verplichte marsfiguren dienen te worden uitgevoerd (zie bijlage 2): -
hoofd der colonne rechts ( 2x);
-
hoofd der colonne links ( 3x);
-
1x Engels of Amerikaanse Counter naar keuze.
-
Halt houden
Jeugd- 4e en 3e divisie
Het optreden bestaat uit het musicerend afleggen van een vrij parcours binnen het stratenparcours (zie bijlage 1), waarbinnen tenminste de volgende verplichte marsfiguren dienen te worden uitgevoerd: -
hoofd der colonne rechts (1x)
-
hoofd der colonne links (1x)
-
Engelse of Amerikaanse counter naar keuze (1x)
-
Halt houden.
De lengte van het parcours is vrij. De maximale tijdsduur voor het marcherende gedeelte voor de jeugd- en 4e en 3e divisie bedraagt 6 minuten c. De AFMARS zonder beoordeling met muziek, waarbij het orkest al marcherend en musicerend in formatie het wedstrijdterrein dient te verlaten. De deelnemende orkesten zijn verplicht binnen de lijnen van het parcours te blijven. Wanneer orkesten zich buiten deze lijnen begeven, brengen de juryleden dit tot uitdrukking in hun punten. Wanneer de verplichte figuren, zoals vermeld in dit Reglement, niet of anders dan voorgeschreven in dit reglement (7.1 lid b) worden uitgevoerd, vindt per niet of anders uitgevoerd verplicht figuur een aftrek van twee punten plaats op de eindscore. 7.2. Binnen
Het marcherende optreden (binnen), waarbij de orkesten een over het wedstrijdterrein een vrij parcours mogen afleggen. De maximale tijdsduur van het marcherende optreden bedraagt voor alle divisies 8 minuten. Het marcherende optreden bestaat achtereenvolgens uit: a.OPMARS zonder beoordeling. Het orkest marcheert al musicerend tot aan de startmarkering en houdt daar halt terwijl de muziek op dat zelfde moment gestopt wordt; vervolgens presenteert het orkest zich "staande in de houding" aan jury en publiek. b.de UITVOERING met beoordeling. Alle orkesten dienen een vrij parcours, behorend bij hun divisieniveau, musicerend af te leggen, waarbij elk deelnemend orkest uitsluitend in voorwaartse richting mag bewegen en het aantal geledingen van het orkest tijdens het gehele parcours gelijk moet blijven. Aan het einde van het optreden maakt elk korps al musicerend halt. 1e divisie
Het optreden bestaat uit het musicerend afleggen van een vrij parcours waarbinnen de volgende verplichte marsfiguren dienen te worden uitgevoerd: -
hoofd der colonne rechts ( minimaal 2x);
-
hoofd der colonne links ( minimaal 3x);
-
Amerikaanse Counter ( minimaal1x);
-
Engelse Counter ( minimaal 2x).
-
Halt houden
2e divisie
Het optreden bestaat uit het musicerend afleggen van een vrij parcours waarbinnen de volgende verplichte marsfiguren dienen te worden uitgevoerd: -
hoofd der colonne rechts ( minimaal 2x);
-
hoofd der colonne links ( minimaal 3x);
-
minimaal 1x Engels of Amerikaanse Counter naar keuze.
-
Halt houden
4e en 3e divisie
Het optreden bestaat uit het musicerend afleggen van een vrij parcours waarbinnen de volgende verplichte marsfiguren dien te worden uitgevoerd: -
hoofd der colonne rechts (1x)
-
hoofd der colonne links (1x)
-
Engelse of Amerikaanse counter naar keuze (1x)
-
Halt houden.
De lengte van het parcours is vrij. De maximale tijdsduur voor het marcherende gedeelte voor alle divisies bedraagt 8 minuten. c.de AFMARS zonder beoordeling met muziek, waarbij het orkest al marcherend en musicerend in formatie het wedstrijdterrein dient te verlaten. Wanneer de verplichte figuren, zoals vermeld in dit Reglement, niet of anders dan voorgeschreven in dit reglement (7.2 lid b) worden uitgevoerd, vindt per niet of anders uitgevoerd verplicht figuur een
aftrek van twee punten plaats op de eindscore. Artikel 8. De beoordeling
1.Het maximaal te behalen aantal punten is 100. De jury zoals genoemd in Artikel 6 beoordeelt de in Artikel 7.1 lid b en 7.2, lid b, bedoelde uitvoering naar de volgende rubrieken: a.
Technische Uitvoering maximaal 100 punten (klankverhouding, klankgehalte en (voor zover van toepassing) zuiverheid, techniek, articulatie, samenspel en ritmiek)
b.
Artistieke Uitvoering maximaal 100 punten (Muzikale uitvoering en interpretatie, frasering, dynamiek, nuancering en tempo)
c.
Marsvaardigheid maximaal 100 punten (houding en paslengte, zij- en voorwaartse richtingen, onderlinge afstanden, uitvoering van de verplichte figuren, presentatie, discipline en algehele verzorging)
1.De toekenning van de punten geschiedt in hele punten.
2.Het door de juryleden toegekende totale aantal punten (maximal 900) wordt gedeeld door 9 en afgerond op 2 decimalen. 3.(optioneel) Tamboer-maître: Het maximaal te behalen aantal punten is 100. Het jurylid wat belast is met het beoordelen van de Tamboer-maître beoordeelt de verrichtingen van de tamboer-maître naar de volgende beoordelingsrubrieken: a. Houding en uitstraling maximaal 100 punten b.
Stokvoering en/of commando’s en leiding geven maximaal 100 punten
De toekenning van punten geschiedt in hele punten. Het door het jurylid toegekende totale aantal punten (maximaal 200) wordt gedeeld door 2 en afgerond tot 2 decimalen. Het
puntentotaal voor de Tamboer-maître wordt niet meegenomen in het eindresultaat van het korps. HET CONCERTEREND GEDEELTE Artikel 9. Uit te voeren concerterend werk.
1.Elk korps, dat ingeschreven heeft voor het concerterend gedeelte, is verplicht één werk uit te voeren, voorkomend in het geldende repertorium ten behoeve van de marswedstrijden van Unisono (stilstaande werken). 2. De maximale tijdsduur van de werken is als volgt: a. Jeugd-, 4e en 3e divisie – maximaal 6 minuten b. 2e en 1e divisie – maximaal 10 minuten 3.Voor korpsen die uitkomen in de jeugddivisie gelden geen verplichtingen inzake de moeilijkheidsgraad van het uit te voeren concert werk. 4. Korpsen die uitkomen in de 4e t/m 1e divisie zijn verplicht het werk te kiezen uit het geldende repertorium ten behoeve van marswedstrijden), of dat incidenteel door Unisono is goedgekeurd. 5. Het is toegestaan dat korpsen een concert werk uitvoeren dat niet in het marsrepertorium is opgenomen. Zij dienen dan de partituur van het uit te voeren werk ter beoordeling aan te bieden aan Unisono. Uitvoering van het ter beoordeling aangeboden werk is eerst toegestaan, nadat Unisono heeft bepaald dat het werk voor de betreffende sectie en divisie is goedgekeurd. 6. Een partituur van het uit te voeren concertwerk dient ten behoeve elk jurylid aan de organisator te worden aangeboden. 7. Het is korpsen verboden kopieën van partituren te gebruiken, behoudens met schriftelijke toestemming van de rechthebbenden. Artikel 10. Jury concerterend gedeelte
1.De jury voor het concerterend gedeelte bestaat uit minimaal twee en maximaal drie personen. 2.De jury geeft een schriftelijk verslag van het optreden. 3.Het door de jury geschreven verslag en de ingevulde puntenlijsten alsmede de door het jurysecretariaat ingevulde puntenverzamelstaat komen ter beschikking van het deelnemende orkest. 4.De uitspraak van de jury is bindend en onherroepelijk
Artikel 11. Het concerterend optreden
1.Het concerterend optreden vindt binnen plaats en bestaat achtereenvolgens uit: a.
OPSTELLING VAN DE INSTRUMENTEN. Het orkest stelt na het teken van de concourscommissaris het instrumentarium op. Nadat het instrumentarium is opgesteld geeft de dirigent/instructeur van het korps een teken aan de jury dat het korps gereed staat voor de uitvoering van het concert werk.
b.
de UITVOERING met beoordeling: Na de aankondiging kan worden aangevangen met het concert werk.
c.
AFRUIMEN van de instrumenten. Nadat het concert werk is uitgevoerd zorgt het korps er voor dat de instrumenten zo snel mogelijk van uit de zaal worden verwijderd.
2. Ieder deelnemend korps mag maximaal 15 minuten gebruik maken van het wedstrijdterrein. Het betreft hier de totaaltijd van het opstellen, de uitvoering en het afruimen. 3. Wanneer het korps langer dan 15 minuten gebruikt maakt van het wedstrijdterrein, volgen sancties. Een en ander ter beoordeling van de organisator van het concours. Artikel 12. De beoordeling 1. Het maximaal te behalen aantal punten is 100. Alle juryleden,
zoals genoemd in artikel 10 beoordelen het concert optreden zoals genoemd in artikel 11 lid b, naar de volgende rubrieken: 1a. Technische Uitvoering maximaal 100 punten (klankverhouding, klankgehalte en (voor zover van toepassing) zuiverheid, techniek, articulatie, samenspel en ritmiek)
1b. Artistieke Uitvoering maximaal 100 punten (Muzikale uitvoering en interpretatie, frasering, dynamiek, nuancering en tempo)
2.
De toekenning van punten geschiedt in hele punten
3.
De door de jury toegekende punten (bij twee juryleden maximaal 400 en bij drie juryleden maximaal 600) worden opgeteld en gedeeld door 4 (bij twee juryleden) of door 6 (bij drie juryleden) en afgerond tot 2 decimalen.
Artikel 13. Prijstoekenning
1. 1.Aan korpsen die deelnemen aan alleen het marcherend gedeelte, worden de volgende prijzen toegekend: Bij minimaal 60 punten – 3e prijs Bij minimaal 70 punten – 2e prijs Bij minimaal 80 punten – 1e prijs Bij minimaal 85 punten volgt promotie naar een hogere divisie (uitgezonderd de korpsen die deelnemen in de jeugdof 1e divisie). Bij minimaal 90 punten – 1e prijs met onderscheiding/lof 2.Aan korpsen die deelnemen aan alleen het concerterend gedeelte, worden de volgende prijzen toegekend: Bij minimaal 60 punten – 3e prijs Bij minimaal 70 punten – 2e prijs Bij minimaal 80 punten – 1e prijs Bij minimaal 85 punten volgt promotie naar een hogere divisie (uitgezonderd de korpsen die deelnemen in de jeugdof 1e divisie). Bij minimaal 90 punten – 1e prijs met onderscheiding/lof
3.Aan korpsen die deelnemen aan zowel het marcherend als het concerterend gedeelte wordt de prijstoekenning als volgt geregeld: De eindresultaten behaald tijdens het marcherend gedeelte zoals genoemd onder artikel 8 lid 3 en het concert gedeelte zoals genoemd onder artikel 12 lid 3 worden bij elkaar opgeteld en gedeeld door twee. Het daarna verkregen eindresultaat wordt afgerond op twee decimalen. Aan de deelnemende korpsen worden vervolgens de volgende prijzen toegekend:
Bij minimaal 60 punten – 3e prijs Bij minimaal 70 punten – 2e prijs Bij minimaal 80 punten – 1e prijs Bij minimaal 85 punten volgt promotie naar een hogere divisie (uitgezonderd de korpsen die deelnemen in de jeugd- of 1e divisie). Bij minimaal 90 punten – 1e prijs met onderscheiding/lof
Artikel 14. Bekendmaking van de resultaten en prijstoekenning
Aan het einde van het concours zullen officieel de resultaten bekend gemaakt worden.
Artikel 15. Inwerkingtreding en consequenties
Dit reglement treedt per 1 januari 2007 in werking. Het parcours voor de Jeugd-, basis- en middenklasse kent de volgende verplichte figuren: 1.
hoofd der colonne links;
2.
hoofd der colonne links;
3.
Engelse of Amerikaanse counter (vrije keuze). Wanneer wordt gekozen voor de Engelse counter zijn de posities – na voltooiing – gespiegeld.;
4.
hoofd der colonne links;
5.
hoofd der colonne rechts;
6.
hoofd der colonne rechts.
7.
bij de markering einde beoordeling dient het korps halt te houden.
Het parcours voor de topklasse kent de volgende verplichte figuren: 1.
hoofd der colonne links;
2.
Engelse counter (het korps komt gespiegeld uit!);
3. 4. 5.
Engelse counter (het korps komt weer in de oorspronkelijk marsformatie); hoofd der colonne links; Amerikaanse counter (het korps blijft in de oorspronkelijke formatie);
6.
hoofd der colonne links;
7.
hoofd der colonne rechts;
8.
hoofd der colonne rechts.
9. bij de markering einde beoordeling dient het korps halt te houden.