Rapport opheffing Operations Research MSc Een verslag van het verloop dat leidde tot de controversiële opheffing van de masteropleiding Operations Research aan de faculteit Economie en Bedrijfskunde van de Universiteit van Amsterdam
September 2012
Voorwoord Geachte Lezer, De opheffing van de Master Operational Research is voor de Gezamenlijke Vergadering (GV) een omstreden dossier. De verschillende partijen (studenten, docenten, ondernemingsraad (OR), facultaire studentenraad (FSR), facultair bestuur (FB), GV en het College van Bestuur (College)) die betrokken waren bij het proces van de opheffing zijn het nooit eens geworden over de vraag of het nu wel of niet een goed besluit is geweest. Dit rapport heeft als doel om het perspectief van de medezeggenschap te documenteren voor interne (binnen medezeggenschap) en externe evaluatie (met de bestuurders, raad van toezicht enzovoort). Het rapport behandelt de gebeurtenissen en besluiten die hebben geleid tot de opheffing in chronologische volgorde. Op verschillende momenten zullen de acties van de verschillende partijen worden beschreven. Met behulp van de toegevoegde bijlagen wordt gepoogd de uitgebreide interactie tussen de partijen vast te leggen. Met dit rapport hoopt de GV de boodschap te kunnen communiceren dat de besluitvorming omtrent de opheffing van opleidingen de aandacht en betrokkenheid verdient van alle genoemde partijen. De GV hoopt dat de deze partijen hebben geleerd van de problemen die zich hebben voorgedaan. Met vriendelijke groet, Johan de Vries, Commissievoorzitter Onderwijs & Onderzoek van de Centrale Studenten Raad 2011/2012
Periode 2007/2009 College van Bestuur Het College is zich niet bewust van de grootte van de opbouwende schuld bij de Faculteit economie en bedrijfskund (FEB) tot 2009. Als het College de problemen ziet, ontslaat zij de decaan. Faculteit Economie en Bedrijfskunde De faculteit bouwt schulden op waarvan een groot deel niet wordt opgemerkt. Verspreid over vijf jaar betaalde het College van Bestuur een aantal jaren geleden acht miljoen euro bij aan de oprichting van de business school. Op de faculteit heeft men zich blijkbaar niet gerealiseerd dat dit een eenmalig bedrag zou zijn, dus het is uitgegeven aan lopende posten zoals extra wetenschappelijk en ondersteunend personeel. In 2009 wordt de decaan Wansbeek door het College ontslagen omdat er schulden zijn opgebouwd. Er komt een voorlopig bezuinigingsplan. Medezeggenschap De medezeggenschap wordt hier niet bij betrokken. Opleiding (studenten) De master Operational Research heeft al jaren weinig studenten. Gemiddeld schrijven zich tussen de zes à zeven studenten per jaargang in. Opleiding (docenten) In de periode 2002 tot 2005 publiceert de onderzoeksgroep van Operational Research per fte onder de maat van de FEB. Daar komt vanaf 2006 verandering in, waardoor Operational Research nu behoort tot de top van aantal publicaties per fte van de FEB 1. In 2007 is begonnen met een QANU reportage over de kwaliteit van de opleiding van de FEB van 2001 tot 2007. De Master Operational Research krijgt aanbevelingen om de voertaal van Nederlands naar Engels te veranderen en het curriculum te hervormen. De docenten geven het voorstel vorm en zijn klaar om de vernieuwingen door te voeren in de jaargang 2010-2011.
Februari 2010 College van Bestuur Stelt interim decaan Eric Fischer aan. Faculteit Economie en Bedrijfskunde De FEB krijgt een nieuwe decaan, namelijk de heer Eric Fischer. Eric Fischer is een interim decaan met als doelstelling om de financiën van de FEB weer op de rails te krijgen. Hij moet de bezuinigingsmaatregelen, opgesteld in het najaar van 2009, uitvoeren. Medezeggenschap De facultaire studentenraad is niet betrokken bij de aanstelling van de interim 1
PublicatiesTellenNew(1).xls
decaan, ondanks zijn hoorrecht. Toenmalig voorzitter van het College, Karel van der Toorn, biedt per brief zijn excuses aan de studentenraad aan en beloofd in de toekomst beterschap. Opleiding (studenten) De bachelor deelrichting Operationele Research and Management van de bachelor Econometrie & Operationele Research and Management heeft tien studenten die allemaal door willen naar de master, alsmede een aantal hbo- doorstromers. Verder lopen de procedures voor internationale aanmeldingen voor de master voorspoedig. Opleiding (docenten) De docenten krijgen de kans kennis te maken met de nieuwe decaan. Er lijkt nog geen sprake te zijn van reorganisaties.
Maart 2010 – augustus 2010 College van Bestuur Nadat aan het licht komt dat er grotere schulden zijn dan gedacht, besluit het College dat de faculteit drie jaar krijgt om weer op een positief saldo te komen. De doelstelling is dus dat een verliesgevende faculteit, met een tekort van rond de 25%, nu om moet buigen naar een faculteit die 10% overschot aan reserves heeft. Hier krijgt de faculteit drie jaar de tijd voor. De kosten voor de reorganisatie neemt het College wel voor zijn rekening. Faculteit Economie en Bedrijfskunde Gegeven de doelstelling om in drie jaar de schuld terug te betalen, besluit het FB dat er een sterke reductie in het werknemers moet komen middels een reorganisatieplan 2. Dit plan zou er ook voor moeten zorgen dat er op de lange termijn een financieel gezonde en kwalitatief betere faculteit uitkomt. Implicaties van het reorganisatieplan zijn dat er een aantal van de minder sterke onderzoeksgroepen (binnen de drie domeinen: bedrijfskunde, economie en kwantitatieve economie) zal worden opgeheven. Om te bepalen welke onderzoeksgroepen er dienen te worden opgeheven binnen de domeinen, wordt gebruik gemaakt van de QANU visitatie die de gegevens analyseerde van 2001 tot 2007. Er wordt afgestapt van de gebruikelijke LIFO (last-in, first-out) methode om te bepalen welke posities opgeven zouden moeten worden. De redenatie hierachter zit hem erin dat de faculteit kwaliteit wil behouden. Het opheffen van de onderzoeksgroepen heeft pas vervolgens tot gevolg dat de bijbehorende masteropleidingen worden opgeheven2. Medezeggenschap In deze periode ontvangt de OR een instemmingsverzoek aangaande het reorganisatieplan. De OR besluit niet in te stemmen. Als voorwaarde om in te stemmen vraagt de OR in zijn brief de volgende toezeggingen2: -Er dient een heldere onderbouwing van de noodzaak tot reorganisatie te komen, 2
100909 FEB Reorganisatieplan[1].pdf
die gebaseerd is op een weloverwogen meerjaren-prognose (punten 1-5). - Er dient een strategisch plan te komen waarin wordt aangegeven hoe de doelstellingen ten aanzien van de kwaliteit van onderwijs en onderzoek kunnen worden verwezenlijkt (punten 6-8). - Er dient een ruimhartig sociaal plan te zijn en aan de genoemde voorwaarden om LIFO te verlaten dient voldaan te zijn (punten 9 en 10). - De financiële organisatie van de FEB dient in orde te zijn en conform de UvA systematiek te verlopen (punt 11). - Er dient rekening gehouden te worden met het feit, dat veel personeelsleden inmiddels met de vakantie zijn gegaan. Hun recht om hun zienswijze enz. kenbaar te maken mag daardoor niet in het gedrang komen. (punt 12). Ondanks dat in het reorganisatieplan staat dat de implicatie van de opheffing van de onderzoeksgroepen is dat de bijbehorende masters ook zullen worden opgeheven, wordt er geen adviesaanvraag over de opheffingen naar de FSR gestuurd of een instemmingsverzoek aan de GV, zoals verplicht volgens de WHW. Opleiding (studenten) De bachelor studenten van de voorgaande bachelor Econometrie zijn in deze periode nog niet op de hoogte van de aanstaande opheffing van één van hun drie doorstroom Masters. Opleiding (docenten) De docenten beginnen geruchten te horen van de aanstaande opheffing. Het reorganisatieplan is echter nog niet definitief.
September 2010 College van Bestuur Controleert vermoedelijk de laatste versie van het reorganisatieplan. Faculteit Economie en Bedrijfskunde Rond reorganisatieplan af. Medezeggenschap De FSR verneemt nog niets. De OR stemt nog niet in met de reorganisatie. Opleiding (studenten) De master Operational Research wordt nu in het Engels gegeven. Er zijn vijftien internationale studenten en tien nederlandse studenten, waardoor het aantal studenten van 25 aanzienlijk hoger licht dan de gebruikelijke zeven. Het onderzoek loopt goed en in de bachelor afstudeerrichting zitten veertien studenten met de intentie de master te gaan doen. Opleiding (docenten) Druk bezig met invoeren nieuw programma.
Oktober 2010 College van Bestuur Het reorganisatieplan gaat van start en wordt nu officieel aangenomen. Faculteit Economie en Bedrijfskunde Het reorganisatieplan gaat van start en wordt nu officieel aangenomen. Medezeggenschap De GV en de FSR zijn nu officieel gepasseerd, aangezien het besluit om de onderzoeksgroepen op te heffen is genomen, met als gevolg de opheffing van de bijbehorende masteropleidingen, zonder dat om instemming respectievelijk advies is gevraagd. Opleiding (studenten) De studenten horen van de docenten dat het FB voornemens is hun master op te heffen. Een aantal bachelorstudenten besluit een actiegroep op te richten om dit besluit tegen te gaan. Opleiding (docenten) De docenten verenigen zich ook om hun opleiding te redden. Zij willen in gesprek met het FB om hen te laten inzien dat de QANU reportage juist is gebruikt om de kwaliteit te verbeteren, doormiddel van een herzien onderwijsprogramma in de master met Engels als voertaal. Daarbij is de groep in de periode van 2007 tot 2009 wat betreft publicaties per fte op de FEB de beste en is het aantal studenten in de master verhoogd naar 25 waarbij verdere groei verwacht wordt. Het FB geeft geen gehoor aan deze argumenten.
November 2010 College van Bestuur Reageert niet op geluiden vanuit de faculteit, en besluit dit over te laten aan de decaan. Faculteit Economie en Bedrijfskunde De decaan zegt niet te kunnen afwijken van het reorganisatieplan. Gegeven de doelstelling om in drie jaar weer een positief eigen vermogen te hebben, lijkt dit inderdaad geen optie. In een bespreking benadrukt de decaan dat de extra inkomsten van de 25 studenten niet binnen drie jaar worden uitgekeerd, waardoor de opleving in het aantal studenten niet meetelt voor de opgelegde doelstellingen van winstgevendheid in drie jaar. De inschrijvingen voor de master Operations Research voor buitenlandse studenten wordt gesloten. Op de website wordt vermeld dat de opleiding niet meer zal worden aangeboden. Medezeggenschap Ondanks dat de opheffing al wordt doorgevoerd doormiddel van sluiting van de inschrijvingen, is de FSR en de centrale medezeggenschap nog niet betrokken in
deze fase. Opleiding (studenten) De studenten stellen een brief op met een betoog om de opleiding Operational Research te behouden 3, dit betoog met handtekeningen en ramingen voor de toekomstige aantallen studenten wordt ook behandeld in de Folia 4. Daarnaast proberen de studenten in contact te komen met de decaan om met hem te praten over de opheffing. Ze willen dit echter niet doen zonder een extern persoon die toezicht kan houden en de argumentatie kan toetsen. De decaan is niet bereid een zodanig gesprek aan te gaan. De actiegroep treedt in contact met de FSR-FEB. Facultair raadslid Timo Klein, die tevens in de CSR en dus de GV zit, wordt contactpersoon. Opleiding (docenten) De docenten zijn ondertussen ook bezig om te kijken naar de opheffing en maken een berekening van de kosten. Deze berekening wordt uitgevoerd door prof. dr. Jan van de Wal 5. Daarnaast worden er veel gesprekken gevoerd. Het bestuur is niet gevoelig voor de argumentatie (noch het College, noch de Decaan).
December 2010 College van Bestuur Reageert niet op geluiden vanuit de faculteit, en besluit dit over te laten aan de decaan. Faculteit Economie en Bedrijfskunde De decaan schrijf een reactie op de begroting van prof. dr. Jan van der Wal. Er wordt gezegd dat het logisch is om er vanuit te gaan dat de opleving in studentenaantallen een tijdelijk verschijnsel is 6. De hele vernieuwingsslag binnen de Operational Research wordt genegeerd en zelfs het gegeven dat de voertaal is veranderd, acht de decaan onvoldoende bewijs dat er wel degelijk iets permanents is veranderd. De decaan geeft aan dat de inschrijvingen weer geopend worden en de tekst op de website genuanceerd. 7 Medezeggenschap Nadat de studenten van de opleiding de FSR heeft gewezen op de aanstaande afschaffingen, is de FSR er pas achter gekomen dat op de website wordt vermeld dat de inschrijvingen zijn gesloten en de opheffing een feit is. De FSR gaat verhaal halen bij de decaan en wijst hem op hun advies recht en de instemmingsrecht die de 3
101129 Betoog behoud ORM.pdf
4
http://folia.nl/nieuws/studenten-komen-in-actie-tegen-reorganisatie-feb-1567.html
5
101129 Betoog behoud ORM.pdf (Onderaan brief)
6
101208 Reactie Decaan.pdf
7
101223 in decaan feb aan fsr en csr reactie protest afschaffing master operations research.pdf
GV geniet bij opheffingen van opleidingen 8. Ook de Folia publiceert weer een artikel om dit bericht kracht bij te zetten 9. In een Overlegvergadering met de decaan en de Rector, stelt de Rector tegenover de FSR dat de GV hierin geen instemmingsrecht geniet, omdat het om een reorganisatie gaat. Opleiding (studenten) De studenten zien in dat hun verzet nu vooral via de FSR zal worden gekanaliseerd. Vanaf dit moment is FSR-FEB raadslid Timo Klein de dossierhouder van dit dossier. De studenten proberen nog bij de OR hun zaak te bepleiten. Zij geven aan verdeeld te zijn over de kwestie van de opheffing. Een aantal internationale studenten die in de aanmeldingsprocedure zitten komen niet verder door de sluiting van de inschrijving. Opleiding (docenten) De docenten verzoeken de administratie om de inschrijvingen weer te openen 10. Ook schrijft prof. dr. Jan van der Wal een reactie op het antwoord van de decaan op zijn begroting 11.
Januari 2011 College van Bestuur Het College is nog steeds van mening dat er niet hoeft te worden ingegrepen op de faculteit. Verder is de Rector van mening dat de GV geen instemmingsrecht heeft op de opheffing omdat deze voortvloeit uit een reorganisatie, zoals gesteld tegenover de FSR in een Overlegvergadering tussen de decaan en de FSR. Wanneer de Centrale Studentenraad (CSR) in een regulier overleg met de Rector hierop terug komt, komt de Rector terug op dit standpunt en zegt toe dat de CSR een instemmingsverzoek zal ontvangen. Daarnaast ontvangt de Rector een brief van het bedrijf ORTEC dat aangeeft dat afgesturdeerdenstudenten van de master Operational Research erg belangrijk zijn voor hun bedrijf 12 Faculteit Economie en Bedrijfskunde Hoewel de inschrijvingen weer worden geopend, worden mogelijke toekomstige studenten gewezen op een aanstaande opheffing en dus ontmoedigd zich in te
8
101213 Brief FEB ORM.pdf
9
http://www.folia.nl/nieuws/decaan-schaft-master-af-zonder-instemming-studentenraad-1611.html
10
Reactie program director OR op maatregelen FEB OR.doc
11
101214 Weder-reactie Jan van der Wal.pdf
12
110125 brief ORTEC.pdf
schrijven 13. Medezeggenschap FSR-FEB stelt in een ongevraagd advies aan het FB dat hij het niet eens is met de opheffnig van de opleiding omdat 1) de kwaliteit niet onder de maat is, en 2) de inkomsten gelijk zijn aan de uitgaven en opheffing daardoor niet bijdraagt aan de bezuinigingsdoelstellingen van de faculteit 14. Nadat bekend is dat de GV in dient te stemmen met de opheffing, ontvangt de FSR een advies aanvraag. Op 31 januari stuurt de FSR-FEB een officieel advies 15 Opleiding (studenten) De inschrijvingen blijven voorlopig nog dicht. De studenten worden sterk ontmoedigd om aan de UvA hun master te vervolgen. Een aantal studenten zoekt elders een alternatief. Nog meer internationale studenten haken af. Opleiding (docenten) De docenten verzoeken met klem of de administratie gehoor wil geven aan de wederopenstelling van de inschrijfmogelijkheid.
Februari 2011 College van Bestuur Het College stuurt de GV alsnog een instemmingsverzoek voor de opheffing van master Operational Research 16. KLM stuurt ook een brief naar de Rector om aan te geven hoe belangrijk afgestudeerden en de onderzoeksgroep van Operational Research is voor de Mainport Schiphol, KLM en daarmee de Amsterdamse economie 17. De Rector schrijft naar aanleiding van een informeel overleg met de CSR een brief met argumentatie over de opheffing van de master Operational Research 18. Daarbij gaat ze niet in op de argumentatie van de FSR-FEB uiteengezet in hun negatieve advies14 , te weten dat de kwaliteit niet onder de maat is en de opleiding kostenneutraal draait met 25 studenten. In de argumentatie van de Rector is de opheffing van de onderzoeksgroep nu een uitgangspunt en niet de beslissing die aan de orde is. Hiermee is de stap genomen dat bespreking van de inhoudelijke argumenten waarop de opheffing van de master is gestoeld onmogelijk is geworden, omdat de opheffing van de onderzoeksgroep als vaststaand gegeven wordt gezien. Daarnaast ontvangt de Rector een brief van Prof. dr. J.K. Lenstra en Prof. Dr. A.H.G. Rinnooy Kan 19 waarin de heren het belang van de studie voor het Nederlandse 13
101213 Brief FEB ORM.pdf
14
110104 Letter SR ORM.pdf
15
110131 advies aan FEB van FSR FEB.pdf
16
110211 in cvb instemmingsverzoek opheffing master operations research.pdf
17
110216 in klm aan cvb protest opheffing orm.pdf
18
110223 argumentatie afschaffing vanuit rector.doc
19
110222 brief rinnooy kan en lenstra opheffing orm.pdf
bedrijfsleven en de FEB nog eens benadrukken. Ook wordt in de brief gesuggereerd om met een externe commissie de mogelijkheid van samenwerking tussen de groepen van kwantitatieve economie van de UvA en de VU te bekijken. Deze suggestie wordt genegeerd. Faculteit Economie en Bedrijfskunde Op de faculteit is het besluit doorgevoerd, de decaan heeft niet schriftelijk gereageerd op het advies van de FSR-FEB. Medezeggenschap De GV besluit het advies van de FSR-FEB op te volgen en stemt niet in met de opheffing van Operational Research. De GV geeft daarnaast aan dat ze de aannames van het College niet deelt en dat de opheffing van de onderzoeksgroep niet zou moeten doorgaan als de opleiding daardoor in het gedrang komt. Verder geeft de GV aan dat er onvoldoende inhoudelijke argumenten voor de opheffing worden genoemd. Opleiding (studenten) Verkeren in onzekerheid of ze komend jaar hun master nog wel op niveau kunnen volgen. Opleiding (docenten) Worden schriftelijk ingelicht over de vaststelling en inwerkingtreding van het reorganisatieplan. Tegen de inhoud van het plan kunnen ze formeel bezwaar indienen. De voornaamste weerklank vanuit de wetenschappers is de ondoorzichtige besluitvorming waarbij de te reorganiseren onderzoeksgroepen zijn aangewezen. Deze bezwaren worden door de decaan uiteindelijk geheel afgewezen.
Maart 2011 - mei 2011 College van Bestuur De opheffing wordt in praktijk doorgezet. Het College voelt zich hierin niet gehinderd door het niet instemmen van de GV. Er volgt geen verdere toenadering van het College naar de GV om alsnog in te stemmen met de opheffing. Faculteit Economie en Bedrijfskunde De onderzoekers ontvangen bericht dat zijn per 1 april 2012 ontslagen worden. Een aantal docenten krijgen een nieuwe aanstelling om toch nog onderwijs te kunnen aanbieden in de bachelor en aankomend collegejaar de master nog te kunnen aanbieden. De decaan gaat de discussie met de FSR niet meer aan, omdat hij meent dat deze discussie nu op centraal niveau licht. Dit omdat de GV dient in te stemmen. Het negatieve advies van de FSR wordt slechts mondelijk tegengesproken, zonder nieuwe argumenten. Medezeggenschap Zowel op facultair en centraal niveau ontvangt de medezeggenschap geen schriftelijke reactie op zijn respectievelijke negatieve advies en niet instemming met de opheffing van de opleiding.
Opleiding (studenten) De opleiding wordt alsnog aangeboden en de inschrijfmogelijkheden voor internationale studenten zijn weer open, met dien verstande dat er nog steeds ontmoedigende berichten op de website staan. Veel studenten zoeken een andere plek voor hun master. Opleiding (docenten) Krijgen een ontslagaanzegging per 1 maart 2012. Hiertegen kan formeel bezwaar worden aangetekend. Bijna alle betrokkenen tekenen formeel bezwaar aan tegen de ontslagaanzegging. De bezwaren tegen de argumenten om de onderzoeksgroep Operations Research op te heffen worden hierbij onderbouwd en met vele voorbeelden van inconsistentie aangevuld.
Juni 2011 College van Bestuur Naar aanleiding van een klachtbrief van de CSR komt het College met een nieuw instemmingsverzoek voor de GV 20. Het College stelt hierin dat de onderzoekskwaliteit van Operational Research niet goed was als reden voor de opheffing van de opleiding. Daarnaast geeft het College aan dat de gevolgen van opheffing van de onderzoeksgroep bekend waren toen het reorganisatieplan werd gemaakt. Verder komt er geen inhoudelijk argumentatie om aan te tonen dat de kwaliteit ondermaats is of dat de argumenten nog steeds steekhoudend zijn. Faculteit Economie en Bedrijfskunde De decaan stelt nogsteeds dat deze discussie niet op facultair niveau meer hoort, omdat de GV, als centraal orgaan, nu in dient te stemmen, en verwijst door naar de Rector. Medezeggenschap De CSR stuurt een brief 21 om alsnog een bespreking aan te gaan over de opheffing van de master. Daarbij probeert de CSR te laten zien dat het proces verkeerd is gelopen, waardoor de inhoudelijke discussie nooit heeft kunnen plaatsvinden. Daarnaast vraagt de CSR het bestuur te stoppen met het doorzetten van de afschaffing (bijvoorbeeld door het ontslaan van docenten, sluiten van de aanmelding, ontmoedigen van studenten op de website enz.), ondanks dat de GV niet heeft ingestemd. Als reactie hierop stuurt het College opnieuw een instmmingsverzoek aan de GV21. De GV stemt niet in in verband met de onvoldoende onderzochte mogelijkheid van samenwerking met de VU, de onvoldoende beargumenteerde afwijzing van de verplaatsing van de opleiding naar de Faculteit Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica en de niet weersproken argumentatie van de FSR-FEB aangaande de structurele veranderingen in de opleiding 22. 20
110623 in cvb aan gv reactie niet instemmen opheffing or(m).pdf
21
110615 uit cvb brief operations research msc.pdf
22
U2011-015 GV Opheffing ORM getekend.pdf
Opleiding (studenten) De stand van zaken blijft onveranderd. Opleiding (docenten) Alle bezwaarschriften van de onderzoeksgroep Operations Research worden door de bezwaarcommissie afgewezen.
Augustus 2011- April 2012 College van Bestuur Er wordt geen nieuw instemmingsverzoek gestuurd, noch wordt een geschil met GV aangegaan om vervangende instemming te verkrijgen. Faculteit Economie en Bedrijfskunde Informeert studenten dat de opleiding niet wordt gecontinueerd. Medezeggenschap Gedurende het hele jaar is opheffingen van opleidingen een actief dossier. De positie van de medezeggenschap bij opheffingen en instellingen van opleidingen wordt door het College anders gezien dan door de GV 23. Doordat de positie van de medezeggenschap door het College in twijfel wordt getrokken ontstaat er een onzekere situatie en voelt de medezeggenschap zich constant onder druk gezet. Het initiatief om vervangende instemming te vragen bij de Geschillencommissie of de beslissing aangaande Operational Research te heroverwegen ligt sinds het niet instemmen van de GV op 13 juli 2011, bij het College. Er gebeurt echter niets. Leden van de GV vragen meer malen aan het College wat de ontwikkelingen aangaande Operational Research zijn en welke stappen ondernomen zullen worden. Als de GV inziet dat er geen initiatief komt van het College besluit de GV om bemiddeling te vragen van de Raad van Toezicht. Op de faculteit probeert de FSRFEB te zorgen voor goede overgangsvoorwaarden voor de studenten. Opleiding (studenten) Er volgt een nieuwe lichting master studenten, omdat de opleiding op papier nog behouden is en dus studenten toe moet laten. Opleiding (docenten) De docenten winnen een onderzoeksprijs van het American Institute of Operational Research. Hiermee tonen zij aan bij de top van hun vakgebied in de wereld te horen. Tegelijkertijd zijn de meesten ontslagen of hebben ontslag genomen. Het verzet tegen ontslag wordt gestaakt. De meesten zoeken een andere betrekking binnen of buiten de UvA.
23
Brief 27 januari 2012
April 2012 – juli 2012 College van Bestuur Na maandenlange inactiviteit en stilte aan de zijde van het College, stuurt het College in juni 2012 een brief aan de GV met daarin de conclusie dat het opheffen van Operational Research onontkoombaar is en het verzoek in overleg te treden om een geschil uit de weg te gaan. 24 Het College geeft voorts aan dat, wat betreft het tijdpad, de medezeggenschap op centraal niveau niet optimaal is verlopen en belooft beterschap. Faculteit Economie en Bedrijfskunde Geen ontwikkelingen. Medezeggenschap De brief van het College wordt behandeld in de Gezamenlijke Overleg Vergadering van 3 juli 2012. Hoewel het College heeft aangegeven een geschil te willen voorkomen, geeft het geen enkele blijk van bereidheid om nu wel tegemoet te komen aan de eisen en bezwaren van de medezeggenschap. De opmerking uit de brief van juni 2012 over het niet optimale tijdspad blijkt een lege huls, nu erkenning van het feit dat de voorwaarden voor de opheffing door het langslepende proces door het bestuur zelf zijn geschapen, uitblijft. Ook wordt geen verantwoordelijkheid genomen voor de gemaakte fouten in het niet betrekken van de medezeggenschap, niet ingaan op inhoudelijke argumentatie van de studenten, docenten, facultaire en centrale medezeggenschap en het doorvoeren van ontslagen, ontmoedigen van aanmelding en (tijdelijk) sluiten van de inschrijving. Opleiding (studenten) Geen ontwikkelingen. Opleiding (docenten) Geen ontwikkelingen.
Conclusies De medezeggenschap concludeerd dat inzake de opheffing van de master Operations Research zij niet goed is gehoord. De rechten van de medezeggenschap, waaronder het adviesrecht van de facultaire studentenraad en het instemmingsrecht van de gezamenlijke vergadering, zijn in de praktijk niet optijd nageleefd. De controlerende functie van de medezeggenschap is hierdoor vervallen tot mosterd na de maaltijd. Wanneer de medezeggenschap zich uit eigen initatief ging bemoeien met de kwestie, is niet inhoudelijk gereageerd op de argumentatie. Hierbij kan specifiek gedoeld worden op de stellingen van de facultaire studentenraad dat de opleiding kwalitatief niet onder de maat is en financiel in evenwicht is, en daardoor niet bijdraagt aan de bezuinigingsdoelstellingen bij opheffing. Gezien de gezamenlijke 24
Brief College 1 juni 2012
vergadering slechts een veto mag uitspreken, is het College in staat geweest om de opleiding op papier aan te houden, maar in de praktijk van fundamentele onderdelen te ontnemen – zoals marketing van de opleiding, aanhouden van essentieel personneel, et cetera. Dit heeft als gevolg gehad dat de opleiding uiteindelijk inderdaad wél op kwaliteit onderuit is gegaan. De medezeggenschap kan daarom stellen dat het College zo haar eigen argumentatie heeft gecreerd voor de opheffing van de opleiding. De belangrijkste conclusie hieruit zou dan ook zijn dat het College in het vervolg bij vergelijkbare situaties eerder de instemming van de GV, dan wel vervangende instemming via de Geschillencommissie, dient te verkrijgen, zodat ze niet in staat is om de facto door te gaan met een maatregel als het opheffen van een opleiding zonder de formele rechtelijke toestemming.
Navraag over het verloop van de opheffing kan worden gedaan bij de volgende personen: - Johan de Vries (
[email protected]) – Dossierhouder Centrale Studentenraad 2011-2012 - Timo Klein (
[email protected]) – Dossierhouder Facultaire en Centrale Studentenraad 2010-2011 - Jan Bergstra (
[email protected]) – Dossierhouder Centrale Ondernemingsraad - Sindo Nunez Queija (
[email protected]) – Docent Operations Research MSc