Protocol gewenst gedrag Scouts
Scouting Jutters Willemsoord Den Helder
Werk mee aan gewenst gedrag
Voorwoord Het is maar al te vaak in het nieuws. Scoutsleider misbruikt…….etc. Het is ook allemaal veel makkelijker om het openbaar te maken en voor de slachtoffers die het overkomt is het beter dat er over gesproken kan worden. Maar nooit krijg je in het nieuws; scoutsleider gestalkt door scout…… En toch is dat geen onwaarschijnlijkheid…… Maar wat doen wij er aan en waar kunnen we op letten. 1. Indien er gemengd jongens en meisjes gedraaid wordt, moet de leiding ook gemengd zijn. Voorbeeld; Een meisje zal minder snel tegen een man vertellen dat zij ongesteld is……… 2. Zorg dat alles wat er gebeurd, open en bloot is, sluit geen deuren, zonder je niet af alleen met een kind tenzij er iets besproken moet worden wat niet voor alle oren geschikt is, zorg dan dat je met zijn twee leiders bent. Voorbeeld: het stuurhuis op de Poseidon is leidinggebied, daar mogen scouts alleen komen als je “uitgenodigd” bent, daar iets bespreken kan prima de ramen geven genoeg doorkijk dat iedereen kan zien “wat er plaats vind” in het stuurhuis, maar een scheepsraad achter in de roef vind plaats met minimaal 2 man leiding, de dagcoördinator van vandaag en de dagcoördinator van morgen. 3. aanhalingen, knuffel, op schoot, troosten moet natuurlijk allemaal kunnen. Stelregel hiervoor is dat het vanuit het kind moet komen…… voorbeeld: het insmeren met aftersun op een matje op de tafel in het ruim. Ze hebben zeggenschap met welke aftersun en door welke handen het gedaan wordt. Één groot feest. Onze scouts zijn al van de leeftijd dat ze zelf beter kunnen aangeven wat ze bezighoudt en laten we dat zo houden. Laten we proberen alles open en eerlijk te benaderen en geen taboes te creëren. Geen menselijk gedrag is ons vreemd, we zijn allemaal maar mensen.
i
Inhoudsopgave Voorwoord ............................................................................................................................ i 1. Inleiding ......................................................................................................................... 1 2. Veiligheid ....................................................................................................................... 2 2.1 Gezondheid en hygiëne ............................................................................................ 2 2.1.1 Eten en drinken .................................................................................................. 2 2.1.2 Hygiëne en persoonlijke verzorging ................................................................... 2 2.1.3 Gebruik van water en toiletten ........................................................................... 2 2.1.4 Ziekte en ongevallen .......................................................................................... 3 2.1.5 Weer .................................................................................................................. 5 2.2
Brandalarm op een schip……………………………………………………………………………………….5 2.3 Brandalarm in een tentenkamp………………………………………………………………………..…….5 2.4
Zwemmen................................................................................................................. 6
3. Organisatie .................................................................................................................... 7 3.1
Taakomschrijving leiding .......................................................................................... 7
3.1a De kapitein of te wel de varende schipper ................................................................ 6 3.1.1 Stuurman van de wacht...................................................................................... 7 3.1.2 Stuurman van het dek ........................................................................................ 7 3.1.3 Koken................................................................................................................. 7 3.1.4 Algemene leidingtaken .....................................................................................7/7 3.1.5 Wachtindeling .................................................................................................... 8 3.2 Dagelijkse routine ..................................................................................................... 9 3.2.1 Bootsman van de wacht ..................................................................................... 9 3.2.2 Leidingbesprekingen .......................................................................................... 9 3.2.3 Scheepsraad ...................................................................................................... 9 4. Programma .................................................................................................................... 9 4.1
Algemeen dagrooster ..............................................................................................10
ii
1.
Inleiding
Voor je ligt een handleiding voor gewenst gedrag voor een kamp. Aangezien deze speltakken dezelfde leeftijd als doelgroep hebben, de stijl van leiding geven, gelijkwaardig is, is het mogelijk deze handleiding voor allemaal te gebruiken. Dit draaiboek heeft tot doel de veiligheid en de organisatie van het kamp/ activiteiten en opkomsten te bevorderen. Het is dan ook de bedoeling dat iedereen het bestudeert. De betekenis van bestuderen is dat je een tekst aandachtig doorleest en de tekst ten volle probeert te begrijpen. Opdat het doel van het draaiboek ook tot uiting komt tijdens kampen. Veiligheid Het hele kamp zal er door de leiding gelet worden op veiligheid. Door de veiligheid van tevoren al zorgvuldig te behandelen in het draaiboek, zullen wij zelf onveilige situatie kunnen voorkomen. En hiermee bijdragen aan een ongevalvrij kamp. Organisatie. We gaan met voldoende man/vrouw leiding. Het is handig dat iedereen zijn taak goed kent. In het draaiboek zijn daarom alle taken uitgebreid uitgelegd. Het voordeel hiervan is dat iedereen weet wat hij/zij moet doen, er geen werk blijft liggen en er een goede sfeer blijft gedurende het kamp.
1
2.
Veiligheid
2.1 Gezondheidsbeleving en instandhouding Als we op een kamp gaan met de (zee)scouts en hun leiding zullen er dus veel personen op een kleine ruimte leven(in vergelijking met thuis) Met zoveel mensen op een betrekkelijk kleine ruimte betekend tevens dat de kans op besmetting op eventuele ziekte groter is dan normaal. Het is daarom zaak om op de volgende gezondheidspatronen (van gordon) te letten; 2.2 Eten en drinken Uitgaande van het feit dat voorkomen beter is dan genezen, zal de leiding continu op moeten letten, dat iedereen er alles aan doet om gezond te blijven. Dat houdt in, dat er op gelet moet worden dat de scouts voldoende eten en drinken. Hiermee worden de door ons voorgeschotelde maaltijden bedoeld en op gezette tijden voldoende vocht in de vorm van soep, thee, melk of limonade naar binnen krijgen. De stuurman van de wacht zorgt ervoor, dat de hele dag een jerrycan gevuld met limonade in de keukentent of ruim aanwezig is waaruit onbeperkt limonade getapt kan worden. 2.3 Gebruik van water en toiletten aan boord Het gebruik van water aan boord is aan banden gelegd. Het is de bedoeling dat aan het begin van het kamp water wordt geladen en daarna niet meer. Het gebruik van water wordt dan ook beperkt tot koken, afwassen, schoonmaken en het noodzakelijke water voor de persoonlijke verzorging. De stuurman van de wacht moet er dan ook op toezien dat er niet onnodig water wordt verspild. De toiletten aan boord werken door een handpomp op buitenboord water. We gebruiken makkelijk oplosbaar toiletpapier en volgen de instructie op de deur. Ook verwijderen we onze “rem”sporen in de pot. We spoelen niets door het toilet, maar gebruiken hiervoor in het toilet geplaatste emmertje. Gebruik van water en toiletten op kampterreinen gebruiken we gedurende kamp toiletten op de kant dan delen we die met andere mensen, we maken er dus geen rommel van, en let goed op je eigen spullen. Ook staan er douches die op bepaalde tijden van de dag geopend zijn. Onze scouts hebben de leeftijd dat wij niet meer gaan controleren of zij zich ook daadwerkelijk verschonen of wassen. Zij hebben de leeftijd dat dit hun eigen verantwoordelijkheid is. Wel scheppen we alle voorwaarden dat dames met maandelijkse ongemakken zich bij “leiding*” kunnen melden om te douchen of wat warm water en wat privacy. De praktijk wijst uit dat hier zelden gebruik van wordt gemaakt of er openlijk over gesproken wordt. 2.4 Hygiëne en persoonlijke verzorging Alle leiding dient er voorts op te letten, dat het kampterrein/schip schoon en opgeruimd is en dat de scouts voldoende aandacht schenken aan hun persoonlijke verzorging. Om te garanderen dat de aandacht hiervoor niet verslapt zal de stuurman van de wacht dagelijks na het ochtendcorvee een inspectie houden en kan van tijd tot tijd plunjetas inspectie/ kastinspectie worden gehouden. (In de tassen worden geen natte zaken gestopt, dit gebeurt uitsluitend aan de drooglijnen bij droog weer buiten en met slecht weer aan de lijnen die ergens onder of binnen hangen.) Natte kleding wordt door betrokkenen buiten uitgetrokken en uitgewrongen en pas daarna naar binnen gebracht. Er moet dus op worden gelet, dat men binnen niet uitdruipt. 2
Ook is het regel dat elke deelnemer voor elke maaltijd de handen wast, en dat (eventueel een desinfecterende als bijvoorbeeld – Unicura) handzeep geplaatst word om handen te reinigen. Ook bedplassen is juist iets wat kan gebeuren als een (zee) scout op kamp is. Door een veranderd slaapritme (laat naar bed, vroeg eruit) en/ of extra drinken. Door van te voren met de scouts, te bespreken dat dit kan gebeuren en hoe ze dat kunnen oplossen, hopen wij dat zij dit aan iemand van de “leiding*” kunnen vertellen, zodat wij dat discreet kunnen oplossen en niemand weer een nat bed in hoeft…. 2.5 Slapen/ rust We draaien een gemengde groep, hebben een gemengd leidingteam en dus slapen we (in principe) ook gemengd. We zijn ons bewust dat er ontluikende seksuele gevoelens zijn, in deze leeftijdsgroep, daar wordt ook over gesproken. - Ieder slaapt in zijn “eigen” slaapzak. (handen boven de deken!?) - De (zee)scouts hebben inspraak in de slaapindeling. - Er wordt rekening houden met persoonlijke voorkeuren, - Worden anderen “gestoord” door herrie of gedrag van anderen, dan kan het gevolg zijn dat er een andere indeling en afspraken wordt gemaakt. Voorbeeld van een gemaakte afspraak; De dames worden 5 minuten eerder naar bed gestuurd, zodat zij zich in alle rust om kunnen kleden. * Zij kunnen dus zelf bepalen welke leiding zij hiervoor uitkiezen, net bij wie zij zich prettig voelen. Aan de leiding de taak om dit soort dingen met elkaar te bespreken, zodat toch iedereen op de hoogte is van de gemaakte afspraken
3
2.6 Overige patronen Cognitie en Waarnemingspatroon. Hiertoe behoort onder andere waarnemen(zien horen, proeven, voelen en ruiken), informatie verwerken, leren denken en problemen oplossen, oordeelsvermogen en de besluitvorming. Zijn zaken waar de (zee)scouts spelenderwijs in onderlegd worden. Tijdens de scoutingactiviteiten proberen wij rekening te houden met de ontwikkelingsleeftijd van de (zee)scouts. De scouts van ± 11 jaar zullen wij volledig leiden; Zo willen we het hebben…) het streven is dat wij de scouts van 16 jaar alleen nog moeten begeleid; Hoe zou je dat anders kunnen doen… Zelfbelevingspatroon en Stressverwerkingspatroon Wij proberen de scouts de nadruk te leggen op hun goede kwaliteiten om hun gevoel van eigenwaarde te ondersteunen. Scouting biedt een breed assortiment van kennis en vaardigheden. Je kan niet overal goed in zijn en durf dat ook toe te geven en een ander de beurt te geven die dat beter beheerst. Rollen en relatiespatroon Zorg voor elkaar, met iedereen kunnen (samen) werken, ook al is hij niet je vriend, zijn belangrijke onderwerpen voor (zee) scouts. Seksualiteitspatroon Onluikende seksuele gevoelens hoort helemaal in de leeftijdsfase van de (zee) scouts. Veranderende lichamen, ongesteld worden en eerste kus en liefdes. Het is een onderwerp waar meer open over gesproken (kan) worden. De eetsituatie is bij uitstek een plaats waar er graag over gesproken wordt, samen met het uitscheidingspatroon. Ook werken we wel eens met dit Thema; het Explorer katern bevat een programma “vrijen enzo” dit gaat anders dan de titel suggereert niet over voorlichting maar over de gevoelens (gewenst of ongewenst) waar je mee te maken (kan) krijgen en hoe je hier mee om kan gaan. Ook hier besteden wij soms aandacht aan. (Na interesse vraag van de wacht) Waarden en levensovertuiging Scouting kan je zien als een levensovertuiging. Scouting doe je met hart en ziel, met al je kunde en onkunde, gewoon als mens. De leiding is zich ten VOLLE BEWUST van de voorbeeldfunctie die zij vertolken. Als het woord en het gedrag elkaar tegenspreken, wordt men niet serieus genomen als leiding. Hiervoor zijn enkele handwijzers toegevoegd die wij toepassen;
4
2.7 Handelingswijzers voor de Leiding: Spreekt heldere verwachtingen uit (check of ze gehoord en begrepen zijn) Visualiseert (; regels afspraken, lesstof) Duidelijke instructie: Korte en heldere opdrachten Is voorspelbaar, communiceert positief Gebruikt humor Heeft oog voor wat goed gaat en benoemt dit ook steeds Blijft de zeeverkenner stimuleren zelf initiatieven te ondernemen Minimaliseer de aandacht voor “licht” ongewenst gedrag Keurt negatief gedrag af, maar niet de persoon Realiseert zich dat je de grote stimulator en het voorbeeld bent! 3.1 Ziekte en ongevallen Gedurende het kamp zijn 2 stuks leiding, (degene met opleiding of interesse) onze EHBOers. Alle zieken en gewonden worden direct aan hen gemeld. In principe vindt de behandeling alleen door hen plaats. Indien een doktersbezoek noodzakelijk is, wordt door de desbetreffende leiding: - Het medisch formulier met De verzekeringsgegevens, medicijngebruik en bijzonderheden (Die map ligt op een afgesproken plek, beschikbaar voor de Leiding) Afhankelijk van de urgentie worden de ouders voor of na het doktersbezoek ingelicht. 3.2 Weer Natuurlijk hopen wij op de ideale combinatie van veel zon en wind, tijdens het kamp. Toch kan dat ook nadelen opleveren. Op het water verbrandt iedereen sneller dan op het land. Door de leiding moet er daarom op worden gelet, dat scouts niet te lang onbedekt in de zon gaan liggen. Bij het zonnen en zo vaak als de leiding dat nodig acht moet men zich insmeren met zonnebrandcrème. Bij een langdurig verblijf in de zon is het goed een hoofddeksel te dragen en ook een zonnebril. Na een dag met veel zon wordt er ’s avonds verplicht ge-aftersunned. Met dit weer droogt men ook sneller uit dan normaal. Daarom zal de stuurman van de wacht er zorg voor dragen dat er elke dag een jerrycan met limonade aan boord van elke vlet aanwezig is. Een andere combinatie is natuurlijk ook mogelijk, namelijk veel regen en weinig wind. Dit is de slechte combinatie. En ook dit levert nadelen op. Met dit weer moet erop worden toegezien dat iedereen zich goed kleed en daardoor droogt blijft. Met andere woorden een regenpak is verplicht. Omdat weer altijd een onberekenbare factor blijft zijn een regenpak, trui, zonnebrand en een zonnebril verplicht bij een wat langere zeiltocht. Het reddingvest wordt ALTIJD meegenomen in de boot, het is de instructie dat het met slecht weer aangetrokken wordt. 3.3 Brandalarm op een schip De varende schipper is verantwoordelijk voor de opvarende en het schip. Bij het verblijven op een schip zijn er enkele extra gevaren en dat zijn de gasflessen en al de brandstof die aan boord is. Het schip heeft 1 hoofd in/uitgang en 2 nooduitgangen. Daarom is een goede en deugdelijke brandrol essentieel. Om deze reden zal ik mijn best doen dit onderdeel zo nauwkeurig mogelijk te beschrijven. Brand zal de doorgang van de hoofd in/uitgang sneller belemmeren. Bij een mogelijke brand wordt dit (de stuurman van de wacht is altijd aan boord en het makkelijkst te bereiken) direct gemeld aan de stuurman van de wacht. De stuurman van de 5
wacht laat onmiddellijk de varende schipper waarschuwen (vangt zelf aan met blussen, indien de omvang van de brand dit toelaat.) Met ons hypermoderne brandmeldsysteem zal het alarm meteen weerklinken door het gehele schip. Na het weerklinken van dit alarm spoeden alle scouts en leiding zich aan dek gekleed in een lange broek, schoenen, overhemd, trui en reddingsvest. Hierna is het de te volgen rol afhankelijk van de ligplaats van de Poseidon. Ligt het schip aan de kant. Stelt de leiding zich op voor het stuurhuis en de scouts baksgewijs op de kant. De kwartiermeesters controleren hun bakken en melden aan de schipper zodra hun bakken compleet zijn. Vervolgens beslist de schipper over het definitief verlaten van het schip. Op het order “schip verlaten” gaan de stuurlui ook van boord. Ligt het schip voor anker. Stellen de scouts naast hun eigen vlet. De kwartiermeesters controleren hun bakken en melden aan de schipper zodra hun bakken compleet zijn en wanneer de vletten vaargereed. Hierna beslist de varende schipper over het al dan niet het verlaten van het schip. Moet het schip verlaten worden voegt ook alle leiding zich bij zijn vlet. De bakken gaan aan boord van hun eigen vlet. Op het order “schip verlaten” gaat iedereen aan boord van de vletten en wordt er afgevaren. Bij brand geldt dat de orders van de varende schipper voor alles gaan.
3.4 Brandalarm in het tentenkamp Op het kampterrein staan op vaste plaatsen brandblussers, deze worden alleen bediend door subkampstaf en/of leiding. Je gaat naar de verzamelplaatsen welke aangegeven zijn, maar dit altijd met toestemming van of melding aan de eigen leiding. Brandbeveiliging Vanuit zowel de organisatie als de overheidsdiensten wordt brand gezien als de grootste calamiteit voor de deelnemers, medewerkers en het evenement en daarom is er alles aan gelegen om brand te voorkomen. Op het kampterrein zijn paden aangelegd, dit zijn de brandpaden. Deze paden moeten te allen tijde vrij blijven van obstakels. Het team Brandbeveiliging zal dit dagelijks inspecteren en indien noodzakelijk de leiding of groepsleiding aanspreken indien er een obstructie wordt geconstateerd. Vanuit de vergunning van de gemeente gelden er eisen ten aanzien van de kooktoestellen. Zo moeten de gasflessen voorzien zijn van een keurmerk en mogen ze niet ouder zijn dan 10 jaar. De reduceerventielen moeten ook zijn voorzien van een keurmerk en deze mogen niet ouder zijn dan 5 jaar. De gasslangen mogen niet ouder zijn dan 2 jaar. Op het terrein is een groot aantal brandblussers aanwezig die bij brand kunnen en moeten worden gebruikt. Naast de aanwezige brandblusser van de organisatie moet elke groep een goedgekeurde brandblusser van minimaal 5 kg meenemen en direct beschikbaar hebben voor een calamiteit. 3.5 Zwemmen De stuurman van de wacht beslist na overleg met de varende schipper of er al dan niet gezwommen wordt. Hij overlegt met de stuurman van het dek aangezien deze toezicht moet houden op het zwemmen. Er wordt altijd gezwommen onder toezicht en met schoenen aan. Ook hiervan ligt de verantwoordelijkheid bij de stuurman van de wacht. Er moet rekening worden gehouden met eventuele grindbergen in het zwemgebied, nadrukkelijk moet vermeld worden dat daar in geen enkel geval op gestaan mag worden. Begint het grind af te schuiven, trekt het alles op zijn weg mee, ook zeeverkennertjes.
6
4. Organisatie 4.2 Taakomschrijving leiding 3.1A Varende schipper de wet zegt dat de varende schipper verantwoordelijk is voor opvarende en schip en dat allen zijn orders terstond moeten uitvoeren. 4.2.1 Stuurman van de wacht De stuurman van de wacht is verantwoordelijk voor de dagelijkse goede gang van zaken aan boord. Zijn dag begint als eerste en eindigt als laatste, zijn verantwoordelijkheid is de gehele dag door. Uit overleg met de leiding blijkt welke werkzaamheden de aandacht moeten hebben. Hij zorgt dat de keukenploeg tijdig met de voorbereidingen voor het koken begint. Hij zorgt dat de corveewerkzaamheden in het beneden schip tijdig worden uitgevoerd. Hij is het eerste aanspreekpunt voor scouts bij moeilijkheden, ziekte, EHBO en dergelijke. De stuurman van de wacht heeft de leiding over de volgende dagelijks terugkerende routinehandelingen: Let er op dat het aan boord, in het beneden schip en in de hutten geen wanordelijke puinhoop wordt Maakt ’s avonds voor de eerst nachtrust een controleronde over het hele schip Let er op dat de werkzaamheden van missie keuken, missie ruim, missie op behoorlijke wijze worden uitgevoerd Kan toestemming geven om te zwemmen of anderszins af te wijken van het programma 4.2.2 Stuurman van het dek Stuurman van het dek is verantwoordelijk voor de vletten en het schoon en netjes houden van het dek. Verder is hij verantwoordelijk voor het halen van eten en het eventueel doen van boodschappen in de stad. 4.2.3 Koken Spreekt voor zich. Dit alles op aanwijzingen van de stuurman van de wacht. En helpen mee met het halen van het eten en doen van boodschappen. Vervangt en controleert de nieuw geplaatste gasfles op lekkage/ meldt dit aan de varende schipper. 4.2.4 Algemene leidingtaken Alle leiding letten er op dat alle normale veiligheidsregels aan boord strikt gehandhaafd worden. Dit houdt in dat er door ieder van hen wordt toegezien, dat: Er aan boord niet gerend of gesprongen wordt Niemand op de reling zit Er bij het aan en van boord gaan uitsluitend via de poortjes in de reling gebruik wordt gemaakt Dat de poortjes gesloten zijn na het gebruik. Alle leiding let er op dat alle normale veiligheidsregels strikt gehandhaafd worden en spreekt, bij het niet voldoen hieraan elkaar er op aan, om dit te verbeteren. (Leidingoverleg is het moment om dit te doen. Normale veiligheidsregels zijn: * De reddingsvesten op juiste wijze worden gedragen en gebruikt. Er niemand op blote voeten of slippers met open tenen loopt 7
Als iemand weg wil van het tententerrein meldt deze zich altijd bij de stuurman van de dag
Alle leiding zorgt er ook voor dat indien er zaken voordoen aangaande persoonlijke problematiek en hygiëne van kinderen, en het bespreken hiervan met het kind er altijd een 2e leider aanwezig is als begeleiding/helper om problemen voor te zijn.
(= aansprakelijkheid. Het is vervelend maar zorg dat je altijd je rug dekt, als leiding van jeugdleden. Zorg dat er iemand die met jou meekijkt (die persoon hoeft niets te zeggen, te doen, maar kan jou verhaal steunen indien er een aanklacht tegen je ingediend wordt)
4.2.5 Wachtindeling Voor de wachtindeling wil ik verwijzen naar de het Excel bestand (.xls) Voorbeeld; SvdW SvhD koken Maandag
Pietje
Pietje
Pietje Pietje
Dinsdag
Pietje
pietje
Pietje Pietje
Woensdag Pietje
Pietje
Pietje Pietje
Pietje
Pietje
pietje
Donderdag pietje Pietje
Vrijdag
Lidia
Peter
Erik
Wijnand
Erik
zaterdag Linda Lidia
Zondag
Linda
Peter
Lidia
Maandag
Lidia Wijnand
Erik Linda Erik
Erik
Peter
Wijnand Lidia
Lidia
Wijnand
Linda Erik
Linda
Peter
Lidia
Dinsdag Woensdag Donderdag
Linda
8
4.3 Dagelijkse routine Het koken gebeurt op aanwijzingen van de stuurman van de wacht. Er is dagelijks een kombuisdienst, een bak ruimdienst, een bak slaapverblijven/wc’s en een bak dek/tbl. Zo heeft elke bak een functie en kan het corvee snel gedaan worden, wat voor iedereen een stuk fijner is. Kombuisdienst zet water op voor de afwas, spoelt en wast alles af en maakt de keuken schoon. Ruimdienst zorgt voor het dekken/ afruimen van de tafels het schoon maken van het ruim en de tafels. slaapverblijven/wc’s zorgt voor de slaapverblijven en als we er gebruik van maken de toiletten en douches. Dek/tbl staat ter beschikking van de stuurman van het dek die een tweetal aanwijst voor het schoonmaken van het dek en de rest is voor eventuele andere taken. De stuurman van de wacht ziet toe op het naar behoren uit voeren van de corvees Overal voor de ruimdienst is een kwartier voor het algemeen overal. Om de dien op in staat te stellen op tijd voor het ontbijt de tafels gedekt te hebben, koffie en thee te zetten. Iedereen zorgt dat de slaapverblijven vrij blijven van snoep, koek of chips, of de verpakkingen daarvan. Als het de spuigaten uitloopt dan stellen wij een algemeen eetverbod op in de slaapverblijven. Elke bootsman is verantwoordelijk voor zijn eigen vlet in de meest ruime zin van het woord. 4.3.1 Bootsman van de wacht De bootsman van het dek/ tbl is tevens bootsman van de wacht. De bootsman van de wacht heeft tot taken: Zorgt ervoor dat de vlaggen dagelijks op tijd (8:00) gehesen en met zonsondergang neergehaald worden. Ziet toe dat de vletten model afgemeerd liggen langszij het wachtschip Zorgt dat de hutten zijn opgeruimd en dat de kooien zijn opgemaakt Zorgt voor rust na ingaan van nachtrust 4.3.2 Leidingbesprekingen Elke avond na het ingaan van de nachtrust wordt door alle leiding de dag doorgesproken en de daarop volgende dag. 4.3.3 Scheepsraad Bij de Scheepsraad zijn alle bootslui aanwezig en in ieder geval de stuurman van de wacht van deze dag, en de stuurman van de wacht van de volgende dag. De scheepsraad komt in principe dagelijks bijeen. Het doel van de scheepsraad is dat voorkomende problemen besproken kunnen worden en suggesties vanuit de leden naar voren kunnen komen. Deze zaken kunnen daarna weer behandelt worden in het leidingoverleg en eventueel de subkamp vergadering. Ook zal er een aantal malen een overleg plaatsvinden tussen de leiding en de jongsten onder ons. Dit volgens hetzelfde principe als de scheepsraad. 4. programma
9
4.1 Algemeen dagrooster Een aantal vaste momenten tijdens het NaWaKa zal dagelijks terugkeren. Meestal zal dat op een vaste tijd gebeuren, zodat er bijna van een vaste dagindeling gesproken kan worden. Als uitgangspunt van de dagindeling wordt het volgende schema gehanteerd. De stuurman van de wacht kan na overlegaanpassingen op het programma maken, bijvoorbeeld om gelegenheid te geven tot zwemmen: 6:45 7:00 7:30 8:00 9:00 12:00 12:30 13:00 15:30 – 16.45 16:30 18:00 18:30 19:00 19:30 21:30 22:30 23:00
Dienop opstaan, tafels dekken, koffie en thee zetten Overall Ontbijt Corvee Programma Lunch Corvee Programma Eten halen Voorbereiden avondeten Maaltijd Corvee Maken van dagverslag door tbl Programma Inspectie schip door stuurman van de wacht Stil amusement/ scheepsraad Nachtrust/ leidingoverleg
10