Postbus 2705 6401 DE Heerlen T 045 - 5739 600 F 045 - 5739 606 Postbus 2296 5600 CG Eindhoven T 040 - 2657 700 F 040 - 2657 707
Polisvoorwaarden
www.aevitae.com
[email protected]
Onderdeel Opstal UNOPS06
Inhoudsopgave Bijzondere voorwaarden Opstal
Bijzondere voorwaarden Glas
1
Begripsomschrijvingen
3
2
Dekking 2.1 Omvang van de dekking 2.2 Garantie tegen onderverzekering 2.3 Dekking boven het verzekerde bedrag
3 4 4
3
Uitsluitingen
4
4
Schade 4.1 Verdeling bewijslast 4.2 Bepaling van de schadeomvang 4.3 Schadebetaling
5 5 5 5
5
Premie 5.1 Indexering
5 5
6
Einde van de verzekering
5
1
Begripsomschrijvingen
7
2
Omvang van de dekking
7
3
Uitsluitingen
7
4
Schade
7
5
Einde van de verzekering
7
Onderdeel woonhuis, UNOPS06 Behorende bij de Algemene voorwaarden.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze voorwaarden wordt verstaan onder:
1.1
gebouw het op het polisblad omschreven onroerend goed, dienende tot particulier gebruik, met al hetgeen volgens de algemeen aanvaarde verkeersopvatting daarvan deel uitmaakt. Hierin zijn alle bouwsels begrepen die naar hun aard en inrichting bestemd zijn om duurzaam ter plaatse te blijven;
1.2
herbouwwaarde het bedrag benodigd voor herbouw van het verzekerde gebouw onmiddellijk na het voorval op dezelfde plaats en met dezelfde bestemming;
1.3
onderverzekering de werkelijke waarde van een gebouw is hoger dan de verzekerde waarde;
1.4
verkoopwaarde het bedrag dat door de meest biedende gegadigde voor het gebouw (exclusief de grond) zou zijn betaald, bij aanbieding ten verkoop op de meest geschikte wijze en na de beste voorbereiding.
Artikel 2 Dekking
2.1
omvang van de dekking De verzekering dekt de materiële schade aan het op het polisblad genoemde gebouw veroorzaakt door: a brand en brandblussing, alsmede de gevolgen van brand ongeacht of de brand is veroorzaakt door eigen gebrek, eigen bederf of een uit de aard en de natuur van de verzekerde zaken zelf onmiddellijk voortspruitende oorzaak; b zengen, schroeien, smelten, verkolen en broeien als gevolg van hitte-uitstraling van een brandend, gloeiend of heet voorwerp of de aanraking daarmee. Deze dekking geldt niet voor schade aan elektrische apparaten of onderdelen daarvan als gevolg van kortsluiting, doorbranden, doorbreken of oververhitting; c blikseminslag, alsmede overspanning of inductie, als dit het gevolg is van bliksem; d ontploffing, ongeacht of de ontploffing is veroorzaakt door eigen gebrek, eigen bederf of een uit de aard en de natuur van het gebouw of groep van gebouwen waarvan het gebouw een onderdeel uitmaakt zelf onmiddellijk voortspruitende oorzaak; e lucht- en ruimtevaartuigen, waaronder wordt verstaan het getroffen worden door een vertrekkend, vliegend, landend of vallend lucht- of ruimtevaartuig, dan wel een daaraan verbonden, daarvan losgeraakt, daaruit geworpen of daaruit gevallen projectiel, ontploffingsmiddel of ander voorwerp, alsmede enig ander voorwerp dat getroffen is door enig hier genoemd voorwerp; f diefstal van bouwmaterialen verwerkt in of aan het gebouw; g braak of een poging daartoe; h vandalisme aangericht door iemand die wederrechtelijk het gebouw is binnengedrongen. Deze dekking geldt niet voor leegstaande gebouwen; i storm; bij de vergoeding geldt een eigen risico van 2‰ van de verzekerde som met een minimum van f 225,- en een maximum van f 450,- per gebeurtenis. Bij stormschade aan antennes en zonneschermen vindt vergoeding op basis van dagwaarde plaats zonder aftrek van het eigen risico; j water of stoom onvoorzien gestroomd en/of overgelopen uit de binnen en buiten het gebouw gelegen waterleiding(en) en de centrale verwarmingsinstallatie(s) en uit daarop aangesloten aan- en afvoerleidingen, sanitaire en andere toestellen, alsmede uit putten en riolen; k vorst, met dien verstande dat uitsluitend zijn gedekt de herstelkosten van de schade ontstaan aan de zich in het gebouw bevindende waterleidingen en daarop aangesloten toestellen en sanitair met bijbehorende aan- en afvoerleidingen alsmede aan de centrale verwarmingsinstallatie(s); l regen, sneeuw, hagel of smeltwater (verder te noemen neerslag) onvoorzien het gebouw binnengedrongen. Uitgesloten is evenwel schade ontstaan door: • overstroming; • neerslag binnengedrongen door openstaande ramen, deuren of luiken; • vochtdoorlating van muren; • constructiefouten of slecht onderhoud van het gebouw; • grondwater, tenzij binnengedrongen via afvoerleidingen en daarop aangesloten installaties en toestellen; • instorting van het gebouw als gevolg van overdruk door neerslag. Bovendien zijn uitgesloten reparatiekosten van daken, dakgoten, dakbedekking en afvoerpijpen; m water onvoorzien gestroomd uit aquaria door breuk of defect daarvan; n water onvoorzien gestroomd uit zit-/slaapmeubelen zoals waterbedden tengevolge van een plotseling optredend defect; o olie onvoorzien gestroomd uit een op de schoorsteen aangesloten verwarmingsinstallatie met bijbehorende leidingen en tanks; p aanrijding of aanvaring van het gebouw door voer- of vaartuigen, alsmede schade veroorzaakt door van voer- of vaartuigen vallende lading; q rook en roet, plotseling uitgestoten door een op de schoorsteen aangesloten verwarmingsinstallatie; r het omvallen van bomen, kranen en heistellingen; s rellen, relletjes en opstootjes, zijnde incidentele geweldmanifestaties; t het losraken van enig deel van belendende gebouwen;
2
Onderdeel opstal
3
2.2
u kosten van opsporing van breuk of defect aan de waterleidingsinstallatie of centrale verwarming en de daarop aangesloten leidingen en toestellen, indien hieruit onvoorzien water of stoom is gestroomd én hierdoor schade is ontstaan, alsmede de kosten van het daarmee verband houdende breek- en herstelwerk aan muren, vloeren en andere onderdelen van het woonhuis. Tevens zijn gedekt de herstelkosten van de breuk of het defect; v ieder plotseling van buiten komend onheil.
Artikel 4 Schade
garantie tegen onderverzekering
4.2
4.1
Indien zich een schade aan het verzekerde gebouw voordoet, zal verzekerde aan dienen te tonen dat deze schade niet veroorzaakt is door of een gevolg is, noch indirect, noch direct van de omstandigheden zoals genoemd in artikel 3.1.b.
a Indien op het polisblad vermeld is dat er garantie tegen onderverzekering van toepassing is, geldt dat bij schade geen beroep op onderverzekering zal worden gedaan indien de herbouwwaarde van het verzekerde gebouw is vastgesteld aan dehand van een taxatierapport niet ouder dan 3 jaar of indien de herbouwwaarde is bepaald aan de hand van de woonhuiswaardemeter. b Verzekeraar kan herwaardering vragen door middel van het opnieuw invullen van de woonhuiswaardemeter: • na een verbouwing; • na een schade; • na verloop van 6 jaar sinds de laatste waardebepaling. c Vanaf het moment waarop gedurende de garantietermijn in- of externe verbouwingen plaatsvinden vervalt de garantie, tenzij de woonhuiswaarde hierop wordt aangepast. Indien door middel van de woonhuiswaardemeter of een taxatierapport garantie tegen onderverzekering is verkregen, zal artikel 2.2.d (25% overdekking) niet van toepassing zijn. d Indien bij schade blijkt dat de waarde van de woning hoger is dan het op de laatste premievervaldag overeenkomstig het indexcijfer vastgestelde bedrag, dan wordt voor de regeling van de schade het op de laatste premievervaldatum vastgesteld verzekerd bedrag verhoogd met maximaal 25%.
2.3
bepaling van de schadeomvang a Schadeomvang Als schade aan het gebouw zal worden aangemerkt het verschil tussen de waarde onmiddellijk vóór en onmiddellijk na de gebeurtenis of, naar keuze van verzekeraar, de onmiddellijk na de gebeurtenis vastgestelde herstelkosten, voor zover het gebouw naar het oordeel van de experts voor herstel vatbaar is. b Herbouwen of niet herbouwen Als waarde onmiddellijk vóór de gebeurtenis zal worden aangehouden het bedrag van de voortaxatie of de herbouwwaarde, mits binnen 1 jaar na de schadedatum aan verzekeraar schriftelijk wordt medegedeeld dat verzekeringnemer zal herbouwen op dezelfde plaats en met dezelfde bestemming. De verkoopwaarde zal worden aangehouden als: verzekeringnemer niet herbouwt of niet binnen 1 jaar schriftelijk mededeling doet van herbouw of wanneer reeds vóór de schade: 1 de verzekeringnemer het voornemen had het gebouw af te breken; 2 het gebouw bestemd was voor afbraak of onteigening; 3 het gebouw door de gemeente onbewoonbaar of onbruikbaar was verklaard; 4 een als zelfstandig aan te merken deel van het gebouw leegstond of al langer dan 60 dagen buiten gebruik was en hetgebouw bovendien ten verkoop stond aangeboden; 5 het gebouw geheel of gedeeltelijk gekraakt was; 6 de verzekeringnemer het voornemen had het gebouw te verkopen; tenzij verzekeringnemer een herbouwplicht heeft. In ieder geval wordt van de herbouwwaarde uitgegaan indien deze lager is dan de verkoopwaarde. c Zonneschermen, markiezen en antennes Bij schade aan zonneschermen, markiezen en antennes zal schadevergoeding gedurende één jaar na aanschaf plaatsvinden op basis van nieuwwaarde. Daarna zal schadevergoeding plaatsvinden op basis van dagwaarde.
dekking boven het verzekerde bedrag a Verzekeraar vergoedt tot ten hoogste 20% van het verzekerde bedrag elk van de navolgende punten: 1 huurderving veroorzaakt door het geheel of gedeeltelijk onbruikbaar worden van het gebouw tengevolge van een verzekerde gebeurtenis gedurende een periode gelijk aan de volle tijd nodig voor herstel of herbouw tot ten hoogste een jaar. Indien niet wordt hersteld of herbouwd, wordt 3 maanden huurderving vergoed; 2 hotel- en/of pensionkosten, indien verzekeringnemer het gebouw zelf gebruikt en de extra kosten een gevolg zijn van een gedekte gebeurtenis; 3 schade aan tuinaanleg en beplanting in de tuin van het gebouw ten gevolge van de gevaren brand, blikseminslag, ontploffing, lucht- en ruimtevaartuigen, aanrijding, aanvaring of het omvallen van kranen of heistellingen; 4 extra kosten van herstel van het gebouw, na een gedekte gebeurtenis tengevolge van voorschriften van Bouw- en Woningtoezicht of andere bevoegde overheidsorganen; 5 extra kosten voor verhuizing, huur of financiering als gevolg van het op de opleveringsdatum niet kunnen betrekken van een gekocht gebouw ten gevolge van de gevaren brand, ontploffing, lucht- en ruimtevaartuigen, aanrijding, aanvaring of het omvallen van kranen of heistellingen; 6 schade aan eigendommen van derden als gevolg van een gedekte gebeurtenis en mits deze eigendommen zich binnen het gebouw bevinden en daaraan nagelvast zijn bevestigd; 7 de noodzakelijke kosten van bewaking. b Verzekeraar vergoedt tot een maximum van f 500,- per gebeurtenis: de extra kosten die verband houden met een door deze verzekering gedekte gebeurtenis, voor zover niet vallend onder 2.3.a1 t/m 7. Deze kosten dienen door verzekerde te worden aangetoond en niet door een andere verzekering te zijn gedekt. c Verzekeraar vergoedt ongelimiteerd: 1 opruimingskosten; 2 bereddingskosten; 3 honoraria en kosten van experts. Indien echter de honoraria en kosten die voortvloeien uit de opdracht van verzekeringnemer hoger zijn dan die voortvloeiende uit de opdracht van verzekeraar, is het meerdere voor rekening van verzekeringnemer.
verdeling bewijslast
4.3
schadebetaling Met betrekking tot het gebouw heeft verzekeraar het recht bij schadevergoeding op basis van herbouwwaarde eerst 100% van de naar verkoopwaarde berekende schadevergoeding te voldoen. Verzekeraar heeft het recht het meerdere eerst te voldoen na overlegging van nota’s; de totale op de materiële schade betrekking hebbende uitkering(en) zal/zullen nooit meer bedragen dan de werkelijk betaalde kosten.
Artikel 5 Premie
5.1
indexering Elk jaar op de premievervaldatum kan verzekeraar de premie en de verzekerde som wijzigen overeenkomstig het laatste door het Centraal Bureau voor de Statistiek bekend gemaakte prijsindexcijfer voor woonhuizen.
Artikel 6 Einde van de verzekering 60 dagen na eigendomsoverdracht van het gebouw, tenzij verzekeraar met de nieuwe belanghebbende anders is overeengekomen.
Artikel 3 Uitsluitingen
3.1
Van de verzekering is uitgesloten schade aan het gebouw indien dit veroorzaakt is door of het gevolg is van: a ongedierte, insekten, schimmels, bacteriën, virussen en andere micro-organismen; b herstelwerkzaamheden, aan- of verbouw, constructiefouten, verzakking of instorting van het gebouw; c dieren die door verzekerde of één van de huisgenoten worden gehouden of door deze werden toegelaten; d slijtage, achterstallig onderhoud of ontwerpfouten; e geleidelijke aantasting van het woonhuis of delen daarvan door verontreiniging of aantasting van bodem, lucht of water; f geleidelijk werkende weersinvloed; g of ontstaan bij het gebruik van oliën (behalve olie onvoorzien gestroomd uit een op een afvoerkanaal aangesloten verwarmingsinstallatie alsmede uit de zich binnenshuis bevindende leidingen of tanks), vetten, verven, invretende stoffen e.d.; h regen, hagel, sneeuw of smeltwater, binnengedrongen door openstaande deuren, ramen of luiken; i wissen of vervorming van informatie in elektronische systemen of op informatiedragers; j instorten, zetten, verzakken, krimpen of uitzetten van gebouwen met inbegrip van funderingen.
3.2
Niet vergoed wordt schade waarbij de overheid is gehouden tot schadeloosstelling, omdat na een gedekte gebeurtenis het woonhuis van overheidswege niet op de onbeschadigde fundamenten mag worden herbouwd.
3.3
Niet vergoed worden de reparatiekosten van daken, dakgoten of afvoerpijpen, indien tijdens neerslag schade blijkt te zijn ontstaan.
3.4
Niet vergoed wordt schade uitsluitend ontstaan aan het in het woonhuis aanwezige glas.
4
Onderdeel opstal
Onderdeel opstal
5
Bijzondere voorwaarden glas Behorende bij de Algemene voorwaarden. Opmerking: Deze bijzondere voorwaarden vormen een onlosmakelijk geheel met de voorwaarden van de rubriek Opstal.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze voorwaarden wordt verstaan onder:
1.1
glas ruiten dienende tot lichtdoorlating aanwezig in ramen en deuren van het op het polisblad omschreven gebouw. Onder ruiten wordt mede verstaan: • glas functionerend als ramen en deuren • lichtdoorlatend kunststof aanwezig in of functionerend als ramen, deuren en koepels;
1.2
liggend glas tot afdekking en lichtdoorlating dienend glas geplaatst onder een hoek van 45 graden of minder;
1.3
noodvoorziening voorlopige voorziening om na een verzekerde gebeurtenis een daardoor ontstane opening te dichten in afwachting van definitief herstel.
Artikel 2 Omvang van de dekking a Verzekerd is de materiële schade aan het omschreven glas door breuk, alsmede de gevolgschade aan de kozijnen veroorzaakt door elke onvoorzien en plotseling op het glas inwerkende gebeurtenis. b Verzekerd zijn de kosten van een noodvoorziening. c Verzekerd is liggend glas, zowel in samenstelling als uit een geheel, onderdeel vormend van of bestaande uit een totale oppervlakte van niet meer dan 4m2.
Artikel 3 Uitsluitingen
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
Naast de in de verzekeringsvoorwaarden voor opstal opgenomen uitsluitingen, is bovendien uitgesloten schade ontstaan aan: glas in windschermen, balkon- en terreinafscheidingen; versieringen op glas, waaronder begrepen etswerk; gebrandschilderd glas; glas in lood, draadglas, kunststof en thermopane door eigen gebrek; glas tijdens verplaatsing, verwerking en bewerking; glas tijdens aanbouw, verbouwing of leegstand van het gebouw.
Artikel 4 Schade
4.1 4.2
De schadevergoeding omvat: het doen plaatsen van glas qua grootte, soort en kwaliteit gelijk aan de toestand zoals die was voor de breuk. In plaats van vergoeding in natura staat het verzekeraar vrij de kostprijs van het glas vermeerderd met het inzetloon in geld te vergoeden; de door verzekerde verrichte uitgaven terzake van noodvoorziening.
Artikel 5 Einde van de verzekering 60 dagen na eigendomsoverdracht van het gebouw, tenzij verzekeraar met de nieuwe belanghebbende anders is overeengekomen.
6
Onderdeel glas
7