ONTWERP OVEREENKOMST
Deze overeenkomst bestaat uit twee delen: de algemene voorwaarden en de bijzondere voorwaarden. 1. De algemene voorwaarden Op deze overeenkomst zijn van toepassing de “algemene voorwaarden van toepassing op de concessie van stadseigendommen”. De concessiehouder verklaart uitdrukkelijk een kopie van deze algemene voorwaarden te hebben ontvangen en hiervan geen verdere opsomming in deze overeenkomst te verlangen. Een exemplaar van de algemene voorwaarden wordt als bijlage aan de huidige overeenkomst gehecht na door iedereen te zijn geparafeerd. 2. De bijzondere voorwaarden De bijzondere voorwaarden beschrijven de persoonlijke gegevens en variabelen van de overeenkomst en eventuele aanvullingen op en afwijkingen van de algemene voorwaarden. De bijzondere voorwaarden hebben voorrang op de algemene voorwaarden voor zover zij daarmee tegenstrijdig zouden zijn.
BIJZONDERE VOORWAARDEN Artikel 1 : Voorwerp De stad geeft in concessie aan de concessiehouder die aanvaardt een gedeelte van een terrein met een maximale oppervlakte van 20m², gelegen op de ligwei van het zwembad De Molen, tussen de wandeldijk en de Kastanjedreef, zoals aangeduid op bijgevoegd plan.
Artikel 2 : Bestemming Het goed wordt in concessie gegeven voor de uitbating van een mobiele snackbar; de tijdelijke uitbating heeft als functie de bezoekers van het zwembad en de ligwei te voorzien van drank en hapjes. Het is verboden het goed te gebruiken voor de organisatie van andere activiteiten dan het verkopen van drankjes en hapjes.
De concessiehouder is verplicht het kraam te exploiteren bij warm weer en temperaturen boven de 20°C. Om de bezoekers ook bij koud weer te verzekeren van een drankje en een hapje moet de uitbater voor die dagen dat hij zijn snackbar niet opent, in een automaat voorzien met drankjes en versnaperingen. Deze voorwaarde is een essentiële voorwaarde zonder dewelke de stad deze overeenkomst niet aangaat.
1
De verkoop van alcoholische dranken is uitdrukkelijk verboden. De uitbating zal in een aanbod van frisdrank, warme drank en versnaperingen voorzien. De prijslijst die de concessiehouder indiende bij de bieding wordt contractueel vastgelegd; hij wordt als bijlage toegevoegd aan de overeenkomst. De concessiehouder mag zijn waren slechts te koop aanbieden vanuit het in concessie gegeven goed. Hij zal steeds zuivere en onvervalste waren van eerste kwaliteit gebruiken. Hij respecteert de geldende reglementering over de verkoop van producten die hij verwerkt en/of te koop stelt, waaronder de reglementering over voedingsmiddelenhygiëne. Het is de concessiehouder verboden om zonder voorafgaande schriftelijke toelating reclame aan te brengen. Hij dient wel goed zichtbaar naam, adres, handelsregister en ondernemingsnummer te vermelden. De concessiehouder is verplicht de standplaats te laten registreren als vestigingseenheid in de Kruispuntbank van Ondernemingen
Artikel 3: Termijn De concessie loopt tijdens het openingsseizoen van het zwembad in 2016, vanaf mei tot september, zonder dat een stilzwijgende verlenging mogelijk is. De ingangsdatum wordt bepaald bij de toewijzing van de concessie en in samenspraak met de stedelijke sportdienst. Indien het project succesvol wordt geëvalueerd kan de uitbating later verlengd worden voor een nieuw recreatief seizoen. De concessie is te allen tijde intrekbaar wegens het feit dat de standplaats niet wordt uitgebaat voor de verkoop van snacks en drankjes, zonder dat de concessiehouder op enige vergoeding aanspraak kan maken.
De openingsuren voor 2016 zijn de volgende: •
Mei, enkel open bij mooi zwemweer (vanaf 20°C) van 12.00 uur tot 18.00 uur;
•
Juni, juli, augustus, alle dagen van 10.00 uur tot 20.00 uur;
•
September, alle dagen open van 10.00 uur tot 18.00 uur.
Artikel 4: Vergoeding De basisvergoeding is gelijk aan het bedrag waarvoor de concessie wordt toegewezen + BTW. De vergoeding is betaalbaar per maand en volgens de instructies van de facturen. Bij het overschrijden van de betalingsdatum is van rechtswege en zonder dat een ingebrekestelling noodzakelijk is, aan de stad een intrest verschuldigd gelijk aan de wettelijke intrest. Bovendien kan, indien de concessiehouder na aanmaning door de stad verder in gebreke blijft de vergoeding te voldoen, een einde worden gesteld aan de concessie.
Artikel 5: Indexering
2
De vergoeding kan eenmaal per jaar worden aangepast op de verjaardag van de aanvang van het eerste jaar van de concessie volgens de formule: Nieuwe vergoeding = basisvergoeding x nieuw indexcijfer Basisindexcijfer Het basisindexcijfer is het indexcijfer van de maand april 2016. Het nieuwe indexcijfer is het indexcijfer van de maand vóór de maand van aanpassing. De basisvergoeding is de vergoeding vermeld in deze overeenkomst. De nieuwe vergoeding kan nooit lager zijn dan de laatst aangerekende geïndexeerde basisvergoeding.
Artikel 6 : Waarborg De concessiehouder stelt een waarborg voor een bedrag gelijk aan 3 maanden vergoeding. De concessiehouder stelt de waarborg op de hierna vermelde wijze en conform punt 4 van de algemene voorwaarden. De concessiehouder stort de waarborg op een geïndividualiseerde en geblokkeerde rekening. De concessiehouder stelt de waarborg door middel van een bankgarantie.
Artikel 7: Belastingen en taksen De onroerende voorheffing valt ten laste van de stad.
Artikel 8: Lasten en kosten Energieverbruik Het energieverbruik is ten laste van de concessiehouder conform punt 6 van de algemene voorwaarden. Voor het elektriciteitsverbruik zal een nader te bepalen forfaitair bedrag worden bepaald in functie van het aantal en het verbruik van de installaties van de concessiehouder.
Artikel 9. Onderhoud en herstelling – uitvoering werken 9.1 Richtlijnen inplanting De concessiehouder aanvaardt, zonder uitzondering noch voorbehoud, de ligging van het goed, zoals het zich voordoet, met al de gevolgen die er zouden kunnen uit voortvloeien. Hij wordt geacht de ligging van het goed te kennen. De snackbar bestaat uit een mobiele unit of constructie, door de exploitant zelf te voorzien in overleg met de stad. Volgende specifieke voorschriften zijn van toepassing op de locatie: de inrichting van de snackbar bevindt zich op de ligwei tussen de wandeldijk en de Kastanjedreef op drie meter afstand van de perceelgrens;
3
de inrichting moet ook zichtbaar zijn zowel vanaf de Wandeldijk als vanaf de Kastanjedreef; de inrichting moet zich op drie meter afstand van de perceelgrens bevinden (om wildgroei van rommel te vermijden); de inrichting dient 4 afgewerkte zijkanten te hebben en de afvalberging mag zich niet buiten bevinden; de inrichting mag niet verankerd worden en moet verplaatsbaar zijn; de inrichting moet op een charmante manier bijdragen aan de uitstraling van deze recreatiezone.
9.2 De concessiehouder is verplicht binnen de week na kennisneming van het hem toegewezen goed een aanvraag tot precaire vergunning in te dienen bij het bedrijf stadsontwikkeling/stedenbouwkundige vergunningen, Bell-toren, Francis Wellesplein 1 te 2018 Antwerpen. 9.3 De concessiehouder staat zelf in voor de inrichting van het goed op zijn kosten. Het inrichtingsplan moet vooraf worden goedgekeurd door de stedelijke sportdienst. 9.4 De concessiehouder moet er voor zorgen dat de standplaats en de omgeving in een straal van 50m daarvan steeds in onberispelijke staat verkeren en papier en alle andere soorten afval steeds onmiddellijk verwijderen. Hij plaatst afvalbakken in de omgeving van de verkoopstand. Het materiaal dat hij gebruikt zal steeds rein en in onberispelijke staat zijn. 9.5 De concessiehouder moet zijn inrichting zo exploiteren dat hij geen schade toebrengt aan bomen en beplantingen en deze niet blootstelt aan schadelijke uitwasemingen of vochten. Hij moet zich gedragen naar de onderrichtingen die het stedelijk bedrijf stads-en buurtonderhoud hem daartoe verstrekt.
Artikel 10: Verzekeringen 10.1 Brandverzekering Door de concessiehouder opgerichte gebouwen en constructies De concessiehouder verbindt er zich toe de door hem opgerichte constructies voor de totale waarde te verzekeren tegen brand en aanverwante gevaren. 10.2 Wijzigingen De stad behoudt zich het recht voor de verzekeringsverplichtingen van de concessiehouder te wijzigen tijdens de duur van de concessie bij aanpassing van de afspraken tussen de stad en haar verzekeraar. De concessiehouder verbindt zich ertoe op eerste verzoek van de stad de door hem afgesloten verzekering te laten aanpassen. 10.3 Burgerlijke aansprakelijkheid De concessiehouder zal een verzekering voor Burgerlijke aansprakelijkheid afsluiten. Deze polis bevat de volgende clausule. “ De verzekeringsmaatschappij verbindt zich de stad te verwittigen ingeval de premie niet zou betaald worden en onderhavige polis zal slechts kunnen vernietigd worden één maand na
4
kennisgeving ervan, bij aangetekend schrijven, door de verzekeringsmaatschappij aan de stad”.
10.4 Inboedel De concessiehouder zal zelf een verzekering afsluiten voor zijn inboedel, bij een verzekeringsmaatschappij naar keuze; in dit verzekeringscontract zal de clausule “afstand van verhaal” opgenomen worden. 10.5 Informatieplicht De concessiehouder zal aan de stad een afschrift van de polissen en het bewijs van betaling van de premies voorleggen.
Artikel 11: Woonstkeuze Voor de uitvoering van deze overeenkomst kiezen de partijen woonst: Stad Antwerpen: Grote markt 1 te 2000 Antwerpen De concessiehouder: ……………………………..
Opgemaakt te Antwerpen op ………….in 2 exemplaren waarvan de stad en de concessiehouder hierbij verklaren elk een exemplaar te hebben ontvangen.
Voor de concessiehouder
…………………………..
Voor de stad Antwerpen, Namens het college van burgemeester en schepenen
De stadssecretaris
Bij machtiging van 8 januari 2013 Voor de burgemeester De afgevaardigde schepen
5
Roel Verhaert
Philip Heylen
Bijlagen algemene voorwaarden plan
6
ALGEMENE VOORWAARDEN
1. Plaatsbeschrijvende staat (niet van toepassing)
2. Bestemming De concessiehouder krijgt het goed in concessie voor de bestemming omschreven in artikel 2 van de bijzondere voorwaarden. Het is de concessiehouder verboden zonder voorafgaande schriftelijke toelating van de stad deze bestemming te wijzigen. Wanneer de concessiehouder zonder toestemming van de stad de bestemming wijzigt, is dit een grond tot de van rechtswege ontbinding van de concessieovereenkomst. De concessiehouder verbindt zich ertoe alle toepasselijke, wettelijke en reglementaire voorschriften over de uitoefening van zijn activiteiten en het gebruik van het goed te eerbiedigen, zoals bijvoorbeeld het aanvragen van de daarvoor noodzakelijke bestuurlijke toelatingen. Hij wordt geacht hierover alle informatie te hebben ingewonnen. De concessiehouder en hij alleen staat in voor het bekomen van de vereiste toelatingen. De stad draagt hiervoor geen enkele verantwoordelijkheid. De concessiehouder kan dan ook op geen enkele wijze aanspraak maken op enige vergoeding of wijziging aan de voorwaarden van deze overeenkomst omwille van het niet of onder voorwaarden verkrijgen van de vereiste bestuurlijke toelatingen.
3. Concessievergoeding (opgenomen in de bijzondere voorwaarden)
4. Waarborg Om de goede en volledige uitvoering van zijn verplichtingen te waarborgen stelt de concessiehouder de waarborg bepaald in artikel 6 van de bijzondere voorwaarden op één van de hierna vermelde wijzen en conform de daaraan verbonden voorwaarden. De waarborg zal eveneens bij de progressieve opbouw van de vergoeding en/of op het einde van elke driejarige periode door de concessiehouder worden aangepast zodat hij opnieuw overeenstemt met het aantal maanden vergoeding bepaald in artikel 6 van de bijzondere voorwaarden. Ingeval de stad de verstrekte waarborg zou moeten aanspreken en geheel of gedeeltelijk gebruiken, zal de concessiehouder binnen de maand de waarborg tot het in artikel 6 van de bijzondere voorwaarden vastgestelde bedrag of in toepassing van deze alinea aangepast bedrag hernieuwen of aanvullen.
7
4.1 Geblokkeerde rekening De concessiehouder zal onmiddellijk na het volstorten van deze waarborg de stad op de hoogte brengen van de naam van de bank en het nummer van de rekening. Op verzoek van de stad zal de concessiehouder het stortingsbewijs van de waarborgsom voorleggen. Over de waarborgsom inclusief de gekapitaliseerde intresten kan alleen worden beschikt na voorlegging van een geschreven akkoord tussen de concessiehouder en de stad opgemaakt ten vroegste na beëindiging van de overeenkomst of afschrift van een rechterlijke beslissing. De borgsom zal worden vrijgegeven bij het einde van onderhavige concessie, voor zover de concessiehouder aan al zijn verplichtingen zal hebben voldaan. 4.2 Bankgarantie De bankgarantie wordt verstrekt door een Belgische financiële instelling. De bankgarantie dient geldig te blijven tot minstens 90 dagen na het beëindigen van de concessieovereenkomst. Ingeval de stad de verstrekte waarborg zou moeten aanspreken en geheel of gedeeltelijk gebruiken, zal de concessiehouder binnen de maand de waarborg tot het in artikel 6 van de bijzondere voorwaarden vastgestelde bedrag of aangepast bedrag hernieuwen of aanvullen.
5. Belastingen en taksen De concessiehouder draagt de kosten van alle taksen en belastingen, van welke aard ook, verbonden aan het gebruik en het genot van het in concessie gegeven goed. In artikel 7 van de bijzondere voorwaarden is opgenomen ten laste van welke partij de onroerende voorheffing valt. De concessiehouder wordt verondersteld bij aanvang van de overeenkomst alle nuttige inlichtingen te hebben ingewonnen over de aard en het bedrag van de belastingen en taksen; de concessiehouder zal uit dien hoofde niet het minste bezwaar kunnen doen gelden tegenover de stad, noch daarin aanleiding vinden om vermindering van de vergoeding of aanpassing van de overige voorwaarden te eisen. Ook eventueel in de toekomst verschuldigd zijnde BTW komt volledig ten laste van de concessiehouder.
6. Energieverbruik - Lasten en kosten Het privatieve verbruik van gas, elektriciteit, brandstof, water, telefoon en andere nutsvoorzieningen evenals de huur en de kosten van de meters en toestellen, zoals abonnement, plaatsing of afsluiting of vervanging bij opname van de standen zijn ten laste van de concessiehouder. De hierboven vermelde lasten en kosten worden bij voorkeur rechtstreeks door de maatschappijen aan de concessiehouder gefactureerd Artikel 8 van de bijzondere voorwaarden bepaalt of het energieverbruik en deze lasten en kosten rechtstreeks door de maatschappijen aan de concessiehouder worden gefactureerd dan wel of de stad deze kosten doorrekent aan de concessiehouder.
8
Indien rechtstreekse facturatie door de maatschappijen onmogelijk is zal de stad deze kosten doorrekenen aan de concessiehouder, of de kosten voor dit verbruik terugvorderen op basis van tussenmeters of op basis van de verdeelsleutel(s) opgenomen in artikel 8 van de bijzondere voorwaarden. De concessiehouder zal de stad vergoeden voor elk nadeel dat voor de stad zal ontstaan uit de vertraging te wijten aan de concessiehouder bij het betalen van de door de concessiehouder te dragen kosten. Bij het overschrijden van de betalingsdatum van de energiefacturen zal de concessiehouder van rechtswege en zonder dat een ingebrekestelling noodzakelijk is, een intrest, gelijk aan de wettelijke intrest, verschuldigd zijn. De stad behoudt zich het recht voor om bij ontstentenis van betaling, in samenspraak met de betrokken energieleverancier, maatregelen te nemen of de levering van energie te staken.
7. Onderhoud en herstelling – uitvoering werken (opgenomen in de bijzondere voorwaarden)
8. Uithangborden – Antennes (opgenomen in de bijzondere voorwaarden)
9. Overdracht - subconcessie De concessiehouder kan de concessie overdragen of het in concessie gegeven goed in subconcessie geven met de uitdrukkelijke voorafgaande en geschreven toestemming van de stad wiens toestemming zal afhankelijk kunnen worden gesteld van de voorwaarden die zij nodig acht. Deze bepaling is niet van toepassing op terbeschikkingstellingen van korte duur in het kader van de bestemming opgenomen in artikel 2 van de bijzondere voorwaarden.
10. Verhuring of concessie voor gelijkaardige bestemming De stad en/of de stad kunnen in de nabije omgeving goederen voor een gelijkaardige bestemming verhuren of in concessie geven, zonder dat de concessiehouder enig bezwaar kan doen gelden of aanspraak kan maken op enige schadevergoeding, vermindering van de concessievergoeding of verbreking van de overeenkomst.
11. ( Brand)veiligheid Algemeen De concessiehouder moet zijn overeenkomst op het eerste verzoek van politie of stadsafgevaardigden kunnen tonen. De concessiehouder moet zich stipt gedragen naar de bevelen en onderrichtingen, die de politie, brandweer en afgevaardigden van de stad of de stad hem geven.
9
De stad vestigt de aandacht op volgende reglementeringen die hij moet respecteren in verband met de veiligheid. 1. De concessiehouder leeft de verkeersreglementering op de “Politie van het Wegverkeer” na vervat in het KB van 1 december 1975. 2. De snackbar mag geen overlast betekenen voor de omgeving op gebied van lawaai, geur en afval. 3. De concessiehouder houdt zich aan de bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991, houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning (Vlarem) en het Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II). Tevens dient de concessiehouder zich te schikken naar de bepalingen van de Politiecodex, in het bijzonder de artikelen 285-288. 4. De concessiehouder mag op geen enkele wijze de bezoekers van het zwembad hinderen. 5. De concessiehouder mag zijn waren slechts te koop aanbieden vanuit de hem toegewezen standplaats; hij mag zich daartoe niet verplaatsen. 6. Indien de concessiehouder personeel tewerkstelt dient de Codex voor het Welzijn op het werk te worden nageleefd, specifiek het artikel 52 van het ARAB. 7. De infrastructuur mag geen gevaar vormen voor de omgeving; bij een ongeval met bijvoorbeeld brand dient de omgeving gevrijwaard te blijven. 8. De concessiehouder moet een vrije doorgang (minstens 4 meter) van hulp- en veiligheidsdiensten waarborgen. 9. De concessiehouder mag andere manifestaties op eenzelfde plaats en datum niet storen. De concessiehouder dient zijn voorstel vooraf ter goedkeuring aan de brandweer voor te leggen. Volgende reglementeringen voor brandveiligheid zijn van toepassing: 1. De concessiehouder zal de brandvoorschriften uit de politiecodex, titel 3, hoofdstuk 6, pg 6265, stipt naleven (zie bijlage). 2. De concessiehouder zal de nodige maatregelen treffen om in geval van brand, de eerste bluswerken te kunnen verrichten. 3. De watermonden in de buurt moeten steeds bereikbaar blijven; een bedrijfsklaar snelblustoestel van 6 kg poeder ABC (conform de norm NBN S 21.014) dient evenwichtig verdeeld aangebracht a rato van 1 BE per 150 m².
12. Bewaking De stad neemt geen beveiligingsplicht op zich. De concessiehouder staat zelf in voor een degelijke beveiliging die rekening houdt met de aard van het goed en de bestemming waarvoor de concessie werd toegestaan. De concessiehouder alleen is aansprakelijk, ter algehele ontlasting van de stad, voor alle schade en ongevallen, die rechtstreeks of onrechtstreeks en aan gelijk wie of wat veroorzaakt zouden worden als gevolg van het gebruik van het in concessie gegeven goed door zijn aangestelden, vertegenwoordigers, ondergeschikten en in het algemeen alle personen waarvoor de concessiehouder wettelijk aansprakelijk is.
10
13. Nazicht De stad behoudt zich het recht voor op eenvoudig verzoek het in concessie gegeven goed te allen tijde door haar afgevaardigden te doen bezoeken om na te gaan of de concessiehouder de voorwaarden van deze overeenkomst naleeft. De concessiehouder moet zich gedragen naar de aanwijzingen van de afgevaardigden van de stad voor alle kwesties die buiten het beheer, werking en beleid van zijn exploitatie vallen.
14. Einde openbaar nut Om reden van openbaar nut kan de stad eenzijdig de bij onderhavige akte verleende concessie beëindigen of de voorwaarden ervan wijzigen. De stad zal alsdan aan de concessiehouder een schadevergoeding verschuldigd zijn, waarvan het bedrag bij onderling akkoord tussen de stad en de concessiehouder zal bepaald worden. Wanneer in onderling overleg geen overeenstemming kan worden bereikt, wordt de schadevergoeding bepaald door een onafhankelijke deskundige, die in gemeen overleg tussen de stad en de concessiehouder wordt aangesteld.
15. Ontbinding - wederverhuringsvergoeding In geval van ontbinding van onderhavige overeenkomst ten laste van de concessiehouder zal deze aan de stad een forfaitaire schadevergoeding betalen gelijk aan zes maanden concessievergoeding (zoals van toepassing op het moment van de ontbinding), naast de concessievergoeding en de lasten van het lopende kwartaal verhoogd met de onkosten, uitgaven en ongeacht welke kosten voortvloeien uit de ontbinding.
16. Hoofdelijkheid De concessiehouders en hun erfgenamen of rechthebbenden ten welke titel ook, zijn hoofdelijk en ondeelbaar gehouden met betrekking tot de uitvoering van deze overeenkomst.
17. Faillissement - Statutenwijziging In geval van faillissement, vrijwillig of gerechtelijk, concordaat, bankroet, nietigverklaring of in vereffeningstelling van de concessiehouder, zal de stad het recht hebben, indien zij dit wenst, zonder opzeggingstermijn een eind te maken aan de concessieovereenkomst, door bij post aangetekende brief. In dat geval is de concessiehouder een wederverhuringsvergoeding verschuldigd gelijk aan zes maanden concessievergoeding, zonder vermindering van de andere verplichtingen van deze overeenkomst, die hem ten laste worden gelegd in geval van vroegtijdige ontbinding. In dat geval zal bovendien de waarborg aan de stad verworven blijven. Elke met betrekking tot de uitvoering van onderhavige overeenkomst relevante wijziging van de statuten van de concessiehouder dient onmiddellijk ter kennis van de stad te worden gebracht.
11
18. Naleving voorwaarden contract De concessiehouder machtigt de stad om op zijn kosten en gevaar te handelen, indien hij nalatig blijft in het stipt naleven van één der opgelegde voorwaarden. Hij zal al de daardoor veroorzaakte kosten onmiddellijk betalen, op eerste verzoek van de stad. Indien de concessiehouder zich niet gedraagt naar de beschikkingen van de concessieovereenkomst of naar de bevelen van de stad in deze, wordt hem, na een formele ingebrekestelling voor elke overtreding of nalatigheid, een schadevergoeding van 50 euro per dag aangerekend. Deze schadevergoeding is slechts opeisbaar na verloop van de termijn vermeld in de ingebrekestelling, met 1 maand als minimumtermijn. De termijn dient in verhouding te staan met de aard van de overtreding of nalatigheid en de tijd nodig om deze recht te zetten. De ingebrekestelling wordt per aangetekend schrijven gericht aan de ondertekenaar van de overeenkomst of diens rechtsopvolgers. Het niet naleven van de verplichtingen kan onder meer leiden tot aanrekening van noodzakelijke herstellingskosten of de tijdelijke aanrekening van een hogere concessievergoeding. Bij herhaalde vastgestelde zwaarwichtige inbreuken heeft de stad het recht de concessieovereenkomst te verbreken, zonder recht op enige vergoeding voor de concessiehouder.
19. Einde overeenkomst Bij het beëindigen van de concessie zijn volgende regels van toepassing. De concessiehouder moet het goed volledig ontruimd en in een degelijke staat van onderhoud, ter beschikking stellen van de stad. De concessiehouder mag geen verontreiniging veroorzaken en dient bij de beëindiging van de concessie elke door zijn toedoen aanwezige vervuiling of gevaarlijke stof op zijn kosten en risico te verwijderen; de concessiehouder is eveneens aansprakelijk voor vervuiling die wordt vastgesteld na het beëindigen van de concessie en die aan hem kan worden toegeschreven.
20. Deelbaarheid Indien één van de clausules van huidige overeenkomst nietig wordt verklaard, zal deze nietigheid de geldigheid van andere clausules niet aantasten. In het geval dat dergelijk nietige clausule de aard van de overeenkomst zou aantasten zal elke partij zijn best doen om onmiddellijk en te goeder trouw een geldige clausule te onderhandelen ter vervanging.
21. Kosten akte Het zegel- en registratierecht en alle andere kosten waartoe deze akte kan aanleiding geven, zijn uitsluitend voor rekening van de concessiehouder.
22. Registratie en verklaring pro fisco De concessiehouder staat in voor registratie van de overeenkomst. De registratierechten, eventuele geldboeten wegens laattijdigheid en zegelrecht alsmede alle gevolgen bij verzuim van registratie vallen volledig ten laste van de concessiehouder.
12
Partijen verklaren voor de heffing van de registratierechten de niet in getallen uitgedrukte last met betrekking tot deze overeenkomst te schatten op 5% van de jaarlijkse concessievergoeding.
23. Geschillen en betwistingen Voor de beslechting van geschillen voortvloeiend uit onderhavige overeenkomst, zijn enkel de rechtbanken van Antwerpen bevoegd.
13