Over 2014 Arq Psychotrauma Expert Groep
Jaaroverzicht 2014
O pl ei di ng
Arq Psychotrauma Expert Groep
Zorg waar nodig
O nd er zo ek
Preventie waar mogelijk
Arq jaaroverzicht 2014 | 1
Arq
Arq Psychotrauma Expert Groep De oprichting van Arq Psychotrauma Expert Groep op initiatief van Stichting Centrum ’45 vond plaats in 2007. In de loop der jaren sloten 9 instellingen zich aan die zich, ieder op hun eigen terrein en op hun eigen wijze, bezig houden met de gevolgen van schokkende gebeurtenissen of psychotrauma’s. Arq brengt de specialismen van de partners samen, faciliteert en verbindt. Daarnaast zoekt Arq het maatschappelijk debat over deze materie. Arq groeide uit tot een internationaal toonaangevende groep van experts op het gebied van schokkende gebeurtenissen en psychotraumatologie voor individu, organisatie en samenleving. Arq zet kennis en ervaring in voor preventie, opvang en zorg. Om structuur te brengen in het onderzoek koos Arq ervoor te werken met 8 ontwikkellijnen die gekoppeld zijn aan de verschillende fasen van psychotrauma. De thema’s zijn: Veerkracht & interventie, Nafase van crises & rampen, Screening & diagnostiek, Evidence based behandeling, Complex trauma, Kind & gezin en trauma en Diversiteit & trauma, Mental Health and Psycho Social Support in Emergencies (MHPSS). De partners in Arq ondersteunen, stimuleren en inspireren elkaar hierbij. Arq biedt zijn partners synergie op facilitair gebied en op het vlak van psychotraumazorg. Arq bundelt, ontwikkelt en verspreidt kennis en levert specialistische diensten en zorg. In dit jaaroverzicht vindt u vele gerealiseerde projecten en initiatieven met grote maatschappelijke relevantie onder andere op het gebied van terrorisme, radicalisering, e-health, hulp aan ongedocumenteerden en de ondersteuning van de nabestaanden van de MH17-ramp. Het huidige niveau van kennisontwikkeling, wetenschappelijk onderzoek en efficiency is te danken aan de ondersteunende infrastructuur van Arq Psychotrauma Expert Groep. Schaalvergroting en het delen van middelen droegen hier aanzienlijk toe bij. Arq heeft de gedachtevorming over preventie en betere aansluiting in de ketens niet alleen geagendeerd, maar ook buitengewoon bevorderd. Met behulp van onderzoeksbevindingen kunnen interventies en beleidsaanbevelingen op een hoger plan gebracht worden en kunnen lacunes in de zorg en het beleid geanalyseerd worden. Tegelijk kunnen vanuit de praktijk van de zorg nieuwe onderzoeksvragen geformuleerd worden. Wat weten wij wel en wat niet? Wat zijn leemtes in onze kennis? Welke onjuiste aannames hanteren wij in zorg, preventie en beleid? Het gaat heel duidelijk om tweerichtingsverkeer:
2 | Arq jaaroverzicht 2014
onderzoek voedt de zorg en de zorg stimuleert onderzoek. Wetenschappelijk onderzoek slaat zo een brug tussen praktijk en wetenschap. Arq wil immers een rol spelen om te verbinden, te versterken en te ondersteunen. Arq streeft ernaar zich een plek te verwerven als internationaal gerespecteerd onderzoeksinstituut door antwoorden te zoeken op belangrijke vragen als: Hoe moeten wij de problemen van ernstig getraumatiseerde getroffenen van geweld en terreur diagnosticeren en behandelen en kunnen wij deze problemen voorspellen? Hoe kunnen wij herstelmechanismen bevorderen? Wat is het samenspel van biologische en psychologische processen en hoe passen wij in onderzoek verworven inzichten rond zorg en preventie in de praktijk toe? In het afgelopen jaar was het onderzoek van Arq productief en herkenbaar. In mei werd in de Pieterskerk in Leiden het congres ‘The Impact of Great Wars and Beyond. Medical and Military Psychotraumatology: Past, Present and Future’ gehouden. Op 23 mei sprak prof. dr. H.G.J.M. (Eric) Vermetten zijn oratie uit bij het aanvaarden van zijn bijzonder hoogleraarschap aan de Rijksuniversiteit Leiden/LUMC. In november werd prof. dr. M. (Miranda) Olff, eerder al voorzitter van de ESTSS, gekozen tot voorzitter van de ISTSS. Medewerkers en hoogleraren produceerden een continue stroom van publicaties over kindermishandeling, de effectiviteit van noodhulp in door oorlogen en rampen getroffen gebieden, het belang van het hormoon oxytocine bij het verminderen van traumareacties, problematische rouwreacties en de zorg voor uitgezonden militairen. Belangrijk was de verdere onderbouwing van het concept ‘Complexe PTSS’ door middel van diagnostiek, behandeling en speciaal daarop gericht beleid. Arq investeerde met de publicatie van het boek over Narrative Exposure Therapie in verdere verbetering en vernieuwing van psychotherapie. Door de herkenbaarheid van al dit onderzoek benaderen relevante maatschappelijke partijen als ministeries en GGZ-instellingen Arq actief voor ondersteuning en advies.
Organogram Arq Psychotrauma Expert Groep
Stichting Arq Raad van Toezicht per 31-12-2014 drs. F.W. Weisglas, voorzitter drs. J.B.M. Streppel, lid mw. drs. M.L. Bot, lid drs. J.J.M. Goderie, lid mr. R.J. van der Kluit, lid Raad van Bestuur drs. J.W. Reerds MBA, voorzitter drs. J. Schaart MHA, lid
Stichting Arq Psychotrauma Onderzoek Hoogleraren prof. dr. R.J. Kleber mw. prof.dr. M. Olff
Centrale Ondernemingsraad
prof. dr. H.G.J.M. Vermetten
mw. P.H. Laban, voorzitter
em. prof. dr. B.P.R. Gersons
Arq jaaroverzicht 2014 | 3
4 | Arq jaaroverzicht 2014
Kennis- en onderzoekspartners in Arq
IMPACT
Impact
— • Herdenkingspenning MH17 (foto: Erik Kottier)
Arq jaaroverzicht 2014 | 5
Kennis- en onderzoekspartners in Arq
Impact Impact bundelt en documenteert kennis en onderzoek over de psychosociale zorg en veiligheid na schokkende gebeurtenissen. Op basis hiervan adviseert Impact betrokkenen hoe hun veerkracht te versterken en negatieve gevolgen in te perken. De ramp met de MH17 speelde een hoofdrol. Bij alle werkzaamheden staan de inrichting van hoogwaardige psychosociale zorg aan de getroffenen en de versterking van de veerkracht van hoog-risico organisaties en hun medewerkers centraal. Naast praktische advisering, vertaalt Impact (inter)nationaal wetenschappelijk onderzoek naar de praktijk en vice versa. Impact is binnen Arq verantwoordelijk voor de ontwikkellijnen Veerkracht & Interventie en Nafase van crises en rampen.
Maatschappelijke positionering Impact is binnen Arq een samenwerkingspartner pur sang, met IVP binnen de crisis- en agressiehantering en met Stichting Centrum ’45/PDC bij INPREZE, het kennisplatform internettoepassing t.b.v. preventie en zelfhulp in de GGz, en het Nazorg Contact Punt t.b.v. nabestaanden van de MH17 ramp. De afgelopen jaren hield Impact zich steeds breder bezig met psychosociale zorg en veiligheid bij schokkende gebeurtenissen De vliegramp in de Oekraïne echter noodzaakte Impact zich te concentreren op zijn hoofddoelstelling: de advisering en ondersteuning van in dit geval de ministeries van VWS, Veiligheid en Justitie en de hulporganisaties die betrokken waren bij de ramp. Het Arq-crisisteam, waarvan Impact deel uitmaakt, richtte allereerst samen met Slachtofferhulp Nederland het Informatie- en Verwijscentrum (IVC) in. Het IVC stelt nabestaanden in staat om direct psychosociale hulp te zoeken. Vervolgens formeerde Impact in opdracht van VWS het Nazorg Contactpunt (NCP) ter ondersteuning van de medewerkers van Slachtofferhulp Nederland, huisartsen en andere hulpverleners van nabestaanden. Het NCP is op Europees niveau een unieke dienst. Impact adviseerde verder over de organisatie en uitvoering van de alom gewaardeerde Nationale Herdenking van de ramp MH17. Op verzoek van het ministerie van VWS schreef Impact in lijn met de Multidisciplinaire Richtlijn psychosociale hulp bij rampen en crises, het nafaseplan MH17.
IMPACT
Activiteiten in 2014 Impact presenteerde in januari de herziene Multidisciplinaire Richtlijn psychosociale hulp bij rampen en crises op een conferentie bij het RIVM. In overleg met de GGD’s stelde Impact uit de richtlijn een praktische handreiking voor GGD’s op. Samen met het RIVM organiseerde Impact vier kenniskringen Psychosociale Hulpverlening (PSH). Ook zijn een PSH-Vakgroep en een PSH-Programmacollege gerealiseerd die vragen uit het veld inventariseren en beantwoorden. Het EU-programma OPSIC verzamelt op zijn beurt deze kennis en verwerkt die in het Operational Guidance System voor crisismanagers. Naast Impact nemen o.a. het Deense Rode Kruis, het TNO en het AMC deel. Met de op stapel staande ‘blauwdruk inrichting PSH organisaties in Nederland’ zal psychosociale hulpverlening ook in 2015 volop in de aandacht staan.
6 | Arq jaaroverzicht 2014
Impact gaat bij het werk uit van de veerkracht van mensen en probeert die te ondersteunen. Het project INPREZE stoelt op dit principe en zoekt onlinetoepassingen die veerkracht bevorderen. Op het Arq-najaarssymposium i.s.m. INPREZE presenteerde Impact een integraal veerkrachtmodel. Impact stelde verder het rapport ‘Bestuur in Actie’ van het programma Veilige Publieke Taak samen en de ‘Implementatiemonitor Richtlijn Geüniformeerden’ voor het ministerie van Veiligheid en Justitie. Daarnaast ontwikkelde Impact binnen het programma Weerbaarheid van de politie en TNO een zelfscreener voor kinderporno- en zedenrechercheurs. In het najaar stond het project Interventies Agressiehantering van de Veilige Publieke Taak centraal. Voor volgend jaar staan twee pilots van dit project gepland bij de Nederlandse Spoorwegen en Nieuw Amstelrade. Na de succesvolle afronding van het project Terrorisme en Radicalisering (TERRA), heeft de Europese commissie TERRA II toegezegd. Scholen en jeugdwerk gebruiken de TERRA toolkit inmiddels in de praktijk. In het verlengde hiervan wist Impact met Arq maatschappelijk draagvlak te creëren om het succesvolle Berlijnse HAYAT familieprogramma in Nederland op te zetten. Dit programma ondersteunt familieleden van geradicaliseerde jongeren en Syriëgangers. Impact sloot zich tevens aan bij het Radicalisation Network voor getroffenen van terroristische aanslagen.
Resultaten Voor Impact en haar medewerkers was het jaar druk en enerverend. Hoewel lopende het jaar twee werknemers vertrokken, één vanwege een verandering in loopbaan en één vanwege een subsidiekorting op een project, was het team aan het eind van het jaar weer op volle sterkte. Het jaar werd met een voordelig exploitatieresultaat van € 8.570 afgesloten op een totaalomzet van € 1.500.000. Daarmee daalde de omzet ten opzichte van 2013 met 19%. Deze daling wordt veroorzaakt door een korting op de instellingssubsidie en lagere andere subsidies
Impact Directeur mw. dr. A.N. Drogendijk
Arq jaaroverzicht 2014 | 7
8 | Arq jaaroverzicht 2014
Kennis- en onderzoekspartners in Arq
COGIS
Cogis
— • Bibliotheek, kennisoverdracht
Arq jaaroverzicht 2014 | 9
Kennis- en onderzoekspartners in Arq
Cogis Het landelijk kennisinstituut Cogis ontwikkelt, verzamelt en verspreidt niet alleen kennis en informatie onder onderwijsinstellingen, universiteiten en het algemene publiek, maar stelt ook adviezen op en ondersteunt hulpverleners in hun werk. De herkenning en erkenning van de getroffenen van WO II en hun nabestaanden is hierbij leidend. Hun ervaringen zijn immers van groot belang voor de omgang met de getroffenen van oorlog, geweld en rampen van vandaag.
Maatschappelijke positionering Cogis werkt organisatorisch samen met Stichting Impact. Cogis vertaalt zijn kennis over oorlog en geweld naar actuele thema’s als radicalisering. Verder ontwikkelde Cogis zijn netwerkfunctie. Samen met de Arq-partners Stichting Centrum ’45, Stichting 1940-1945 en Stichting Pelita bundelt Cogis strategisch de krachten binnen het Arq WO2 programma, waarbij het in 2015 organisaties als de COVVS, het Nationaal Comité 4 en 5 mei en het NIOD nauw zal betrekken. Bij het Aanspreekpunt Naoorlogse Generatie (ANG) werkte Cogis samen met Stichting Centrum ’45, Stichting 19401945 en Stichting Pelita. Het ANG beoogt de immateriële hulpverlening aan kinderen van oorlogsgetroffenen te verbeteren. Soms schakelt het ANG een eigen hulpverlener in, maar in de meeste gevallen verwijst het cliënten door voor verdere behandeling. Het ANG heeft tevens een adviesfunctie in het kader van de Tijdelijke Vergoedingsregeling Psychotherapie Naoorlogse generatie (TVP), waarbij VWS en de PUR (SVB) betrokken zijn. De bezoekersaantallen van de bibliotheek van Cogis, die materiaal over de psychosociale gevolgen van schokkende gebeurtenissen, PTSS, radicalisering en terrorisme verzamelt en ontsluit, nemen toe. Afnemers zijn in hoofdzaak de partners in Arq en aan WO II gerelateerde organisaties. Literatuuronderzoek vindt met regelmaat plaats. Cogis integreerde de in het verleden verworven boekencollecties en de kennisbank van Impact verder.
COGIS
De ontwikkeling van het Psychotraumanet (www.psycho traumanet.nl ) werd bijna voltooid. Via dit digitale kennisnet is er voor Cogis een extra mogelijkheid om zijn kennis laagdrempelig te verspreiden. Zeer verschillende doelgroepen kunnen makkelijk zoeken op relevante thema’s. Omdat de Cogisbiliotheek bij het Psychotraumanet is aangesloten blijft de kennis actueel.
10 | Arq jaaroverzicht 2014
Activiteiten in 2014 Het Aanspreekpunt Naoorlogse Generatie verwerkte 29 aanvragen Tijdelijke Vergoedingsregeling Psychotherapie en bracht 34 adviezen uit. Het blad Cogiscope verscheen vier keer in een oplage van 900. Het blad informeert over de psychosociale gevolgen van schokkende gebeurtenissen en de hulpverlening aan getroffenen. Ook de werkbelasting van mensen die veelvuldig hiermee in aanraking komen kreeg aandacht. In een speciaal nummer stond de MH17-ramp en de Nationale Herdenking ervan centraal.
Resultaten Uiteraard legt Cogis zijn activiteiten financieel vast in de jaarrekening. Daaruit blijkt dat het resultaat over het afgelopen boekjaar € 5.297 negatief is. De totale omzet kwam neer op € 728.293, een stijging van € 18.990 ten opzichte van het jaar ervoor. Dit hangt samen met de vergoeding die Cogis ontving voor de organisatie van de conferentie één WO2. De instellingssubsidie van VWS bedroeg € 647.874. De omzet werd verder gegenereerd door cursussen, congressen, bibliotheekdiensten en abonnementen Cogiscope.
Cogis trainde verder zorgverleners en vrijwilligers in verpleeg- en verzorgingstehuizen in de omgang met oorlogsgetroffenen. Dankzij een bijdrage van Stichting 1940-1945 kon Cogis ook weer een training aan de vrijwilligers van hospices aanbieden. Hiernaast traint Cogis beroepsgroepen die vaak met schokkende gebeurtenissen worden geconfronteerd. In samenwerking met de Vrije Universiteit en de Universiteit van Tilburg ontwikkelde Cogis de cursus Geestelijke Zorg en Trauma. Cogis nam de organisatie op zich van onder andere de presentatie van de Multidisciplinaire Richtlijn psychosociale hulp bij rampen en crises, het Arq Voorjaarssymposium over de Narrative Exposure Therapy, het symposium rond de inauguratie van prof. Eric Vermetten, het Arq Najaarssymposium i.s.m. INPREZE Veekracht Online en de Eén WO2 conferentie samen met de COVVS, het Indisch Platform en Stichting Pelita. De laatste conferentie leverde een publicatie op waarin de presentaties en uitkomsten van het congres beschreven staan. Tenslotte organiseerde Cogis samen met het Nationaal Comité 4 en 5 mei en Centrum ’45 de expertdag Family, Generations and War.
Cogis Directeur mw. dr. A.N. Drogendijk
Arq jaaroverzicht 2014 | 11
12 | Arq jaaroverzicht 2014
Kennis- en onderzoekspartners in Arq
WAR TRAUMA FOUNDATION
War Trauma Foundation
— • Vrouwen in Soedan nemen deel aan een narratief theater bijeenkomst – een samenwerking met Ahfad University for Women
Arq jaaroverzicht 2014 | 13
Kennis- en onderzoekspartners in Arq
War Trauma Foundation War Trauma Foundation (WTF) werkt als kennisorganisatie samen met vele anderen. Allereerst met de partners in Arq Psychotrauma Expert Groep. Conflict landen vormen het werkveld van WTF waardoor de organisatie sterk internationaal georiënteerd is. Met o.a. universiteiten, NGO’s en gouvernementele organisaties ontwikkelt WTF kennis en ervaring in psychosociale ondersteuning van mensen en gemeenschappen die zijn getraumatiseerd door oorlog en geweld. War Trauma Foundation beschouwt hierbij het vergroten van de veerkracht en het zelfvertrouwen van mensen als essentieel en de verspreiding van kennis en ‘best practices’ in ‘Mental Health and Psychosocial Support’ (MHPSS) als cruciaal.
Maatschappelijke positionering We zien de beelden van de ontheemden in de Centraal Afrikaanse Republiek, de migranten in Mexico, de slachtoffers van de ebola-epidemie, de vluchtelingen in Syrië, Irak, de vluchtelingen die aanspoelen aan de grenzen van Europa. Hoe gaan lokale overheden en humanitaire organisaties in deze conflictgebieden om met de grootschalige traumatische gebeurtenissen en wat betekent WTF hierin? WTF traint hulpverleners en ontwikkelt opleidingen om psychosociale vaardigheden te versterken. Met de uitgave van ‘Intervention: the International Journal of Mental Health and Psychosocial Support in Conflict Affected Areas’ verbindt WTF wetenschap en onderzoek met hulpverlening. Een externe evaluatie van het blad leidde tot een plan van aanpak gericht op uitbreiding van het aantal auteurs en lezers uit lage- en middeninkomen landen. WTF werkt op mondiaal niveau samen met onder andere de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de International Organisation for Migration Geneva. Internationale humanitaire organisaties nodigen WTF regelmatig uit om zijn expertise in MHPSS toe te lichten. Dit varieert van het geven van Psychological First Aid trainingen aan internationale organisaties als Plan International in Londen, Handicap International in Lyon en de Summer School in Pisa tot het trainen van medewerkers van organisaties in Pakistan, Mongolië en Noord-Irak.
War Trauma Foundation Directeur
WAR TRAUMA FOUNDATION
M. Schouten, MPH Comité van aanbeveling H.H.J. Dijkhuizen, vm. voorzitter raad van bestuur KPMG Drs. P.J.A.M. Jongstra RA, vm. voorzitter raad van bestuur Ernst & Young Prof. drs. R.F.M. Lubbers, vm. minister-president Dr. P.W. Moerland, vm. voorzitter raad van bestuur Rabobank Nederland Dr. A.H.G. Rinnooy Kan, hoogleraar Economie en Bedrijfskunde UvA J. van der Weerd, vm. directeur Artsen zonder Grenzen Mr. B.E.M. Wientjes, vm. voorzitter Vereniging VNO-NCW Prof. dr. W.H.G. Wolters, klinisch psycholoog, psychotherapeut Drs. H.H.F. Wijffels, vm. Nederlands Bewindvoerder Wereldbank Ir. A.R. Wynaendts, voorzitter raad van bestuur en CEO AEGON N.V.
14 | Arq jaaroverzicht 2014
Vanwege teruglopende middelen en de veranderende rol die maatschappelijke organisaties hebben in tijden van crises heroverweegt WTF zijn positionering als kennisorganisatie. Het staat echter vast, dat kennisontwikkeling over de psychosociale gevolgen van traumatiserende crises nodig blijft. Daarom organiseerde WTF als co-chair van de IASC Reference Group of Mental Health and Psychosocial Support een rondetafel-bijeenkomst in Nederland met beleidsmakers van WHO, UNICEF, UNHCR en de Nederlandse overheid. Het pleidooi om MHPSS een structurele plaats te geven bij noodhulp en noodhulpgelden daartoe te oormerken stond centraal. Coaching van lokale hulpverleners, intervisie en onderzoek naar evidence based psychosociale interventies zijn lang durige trajecten. WTF zoekt daarom steeds naar versterking van zijn netwerk. Bij MHPSS staat ‘resilience’, weerbaarheid van mensen en gemeenschappen centraal. Kwetsbare overheden in conflictgebieden voeren vaak een restrictief beleid ten aanzien van hulporganisaties en vormen een
extra uitdaging. Hulpverleners zijn in toenemende mate kwetsbaar voor gewapende groepen of regimes. Dit belemmert de ontwikkeling van lokaal relevante MHPSS-interventies.
Activiteiten in 2014 WTF ontwikkelt en verspreidt MHPSS-best practices en leidt hulpverleners op in het Midden Oosten, Noordelijk Afrika en de Great Lakes Region, Azië en Europa. Op de Westelijke Jordaanoever leidde WTF samen met de Birzeit University Ramallah trainers en lokale hulpverleners op in de Multi Family Therapy/Approach in Community Based Rehabilitation. WTF coördineert en financiert met hulp van particuliere fondsen het programma waarvoor ook Stichting Centrum ’45 input levert. In Israël werkte WTF samen met ASSAF (Organisation for Care of Asylumseekers and Refugees) en de Universiteit van Tel Aviv bij de psychosociale ondersteuning van vluchtelingen uit Noordelijk Afrika. WTF levert de inhoudelijke kennis en ervaring in MHPSS. In Libië evalueerde WTF op verzoek van de International Organisation for Migration Libya en AMICA Germany/Libië succesvol twee psychosociale programma’s, maar kon er geen follow up aan geven door de snel verslechterende politieke situatie en oplaaiende gevechten. In het geteisterde Soedan versterkte WTF de MHPSScapaciteit door psychologen, psychiaters en medewerkers van humanitaire organisaties op te leiden. WTF, de Ahfad University for Women en het Ahfad Trauma Centre leidden 10 trainers op die op hun beurt medewerkers van NGO’s scholen in basic counseling skills en de toepassing van narratief theater. Zij publiceerden een trainingsvideo, zetten een digitaal platform voor studenten op en schreven een handboek. In de instabiele situatie van de Democratische Republiek Congo verzorgde WTF scholing voor onderwijzers, verzorgers en medewerkers van het Leger des Heils in het geven van psychosociale ondersteuning aan kinderen. WTF voerde tevens een assessment uit naar de aard en effecten van de dagelijkse stress die kinderen en hun verzorgers ervaren.
In Sri Lanka sloot WTF een tweejarig programma af om Psychological First Aid (PFA) bekendheid te geven. Van de ‘PFA Application Guide’ kwam een vertaling in het Singhalees en Tamil beschikbaar. Deze methode leert hoe kennis in een specifiek culturele context toe te passen. Zo’n 24 trainers volgden er een opleiding in. De vier partnerorganisaties in de Noordelijke Kaukasus publiceerden al hun trainingsmodules op het gebied van huiselijk geweld. Een grote groep psychologen en counselors volgden de opleiding en staan ter beschikking. WTF zal volgend jaar zijn inzet afbouwen vanwege gebrek aan financiële mogelijkheden voor deze regio. Dichter bij huis onderzoekt WTF hoe wij in Nederland omgaan met vluchtelingen die moeten terugkeren naar het land van herkomst terwijl zij psychiatrische problemen hebben en gebukt gaan onder schaamte en stigmatisering. In het project Terugkeer op Maat onderzoekt WTF welke GGZ-voorzieningen die landen hebben. Centrum ’45 hielp WTF medewerkers van terugkeerorganisaties te trainen in de omgang met terugkerende migranten.
Resultaten WTF heeft 6 medewerkers in dienst (3,8fte) van wie er twee een tijdelijk contract hebben. Daarnaast zijn er 3 medewerkers met een ZZP-contract. Ook contracteert WTF diverse trainers slechts voor de duur van een training. De verwachting is dat de fte’s verder afnemen terwijl de vraag naar MHPSS-experts zal toenemen. WTF zet steeds vaker ZZP-ers en freelancers in om kosten te drukken, al is dit nadelig voor kennisoverdracht. De vraag naar evidence-based psychosociale steun tijdens en na oorlog en georganiseerd geweld, blijft groot, terwijl de financiële middelen beperkt zijn. WTF inventariseert daarom strategische partners voor wie WTF als kennispartner kan fungeren, zoals IOM, MedAir, War Child en anderen. WTF zal ook binnen de Arq-groep op zoek gaan naar MHPSS-experts die het kan inschakelen. De opbrengsten zijn lager dan begroot. De bijdragen vanuit bedrijven lopen sterk terug. De personeels- en andere kosten liggen laag, maar mogen veelal niet ten laste komen van de doelbesteding. Hierdoor moest het WTF zijn continuïteitsreserve verder aanspreken.
Arq jaaroverzicht 2014 | 15
16 | Arq jaaroverzicht 2014
Praktijkpartner in Arq
IVP
IVP
— • IVP ondersteunde een Unesco oefening
Arq jaaroverzicht 2014 | 17
Praktijkpartner in Arq
IVP Het Instituut voor Psychotrauma (IVP), de bv binnen de Arq-groep, handhaafde zich met zijn trainingen en opleidingen opvallend goed in de competitieve markt. De klantrelaties met de ministeries van OCW en van Veiligheid en Justitie en met organisaties als de NS, Ahold, ING, COA, Justitiële inrichtingen, het brandweercorps, de nationale politie en vele andere
IVP
bleven in stand. In 2015 bestaat het IVP 30 jaar.
18 | Arq jaaroverzicht 2014
Maatschappelijke positionering Naast klantenbinding richtte het IVP zich op productontwikkeling en professionalisering van organisatie en medewerkers . De EMD-app, twee nieuwe trainingen op het gebied van ‘zeden en verleden’ en ‘compassiemoeheid’ en onderwijsprojecten over radicalisering en suïcidepreventie zijn hiervan het overtuigend bewijs. Het voornemen om minimaal drie grote projecten op jaarbasis uit te voeren is met de totstandkoming van het Registratiepunt Suïcide Politie, het programma agressiehantering Veilige Publieke Taak van het ministerie van Binnenlandse Zaken en de toolkit ‘Seksueel grensoverschrijdend gedrag’ voor scholen, gerealiseerd. Deze projecten voert IVP met Impact uit, waarbij Impact de onderzoeks- en beleidsaspecten uitvoert en IVP de link maakt naar de praktijk. Ook de samenwerking tussen IVP en PDC is, in het bijzonder bij de politiepoli, hecht. Hierdoor kunnen agenten met werkgerelateerd trauma na diagnose snel bij het IVP terecht voor therapie.
Activiteiten in 2014 De Oekraïne stond voor het IVP in dit jaar centraal. In juni vroeg het ministerie van Buitenlandse Zaken om ondersteuning van de OVSE voor drie gegijzelde teams van waarnemers in Oost-Oekraïne. Niet lang daarna volgde de ramp met de MH17. Beide zaken en dan met name de vliegramp, vergden veel tijd en inspanning, maar schonken, hoe paradoxaal dit ook mag klinken, een zekere voldoening. De jarenlange ervaring en kennis bij het Arq crisisteam, dat bestaat uit medewerkers van Impact en IVP, boden betrokkenen waar mogelijk houvast bij de verwerking. De ondersteunende activiteiten na de vliegramp lopen in 2015 door. De Oekraïnse afdeling van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) vroeg IVP om mee te denken over de organisatie van de opvang en nazorg van hun medewerkers. Dit resulteerde in een conceptplan. Dichter bij huis viel de training met 18 groepen tegelijk voor drie basisscholen in Den Haag op.
Resultaten IVP reorganiseerde zijn binnendienst en intensiveerde de samenwerking met het PDC. Bij de afdeling Training & Opleiding trad een nieuwe trainer in dienst met kennis van de politie en andere geüniformeerde diensten. De hulpverlening breidde zijn netwerk van therapeuten uit en verstevigde daarmee de landelijke dekking. IVP investeerde ruimhartig in de ontwikkeling van zijn medewerkers, onder andere op het vlak van e-learning, coaching en supervisie. De omzet nam toe met 10%. Het positieve resultaat van de afgelopen twee jaar daalde door investeringen in hulpmiddelen en professionalisering licht tot ruim 3 ton. Waar de resultaten bij Hulpverlening door een daling van het gemiddeld aantal sessies per cliënt iets daalden stegen die bij Training & Opleiding met 15% juist aanmerkelijk. Projecten droegen met 10% van het totaal fors bij aan de gehele omzet. Het IVP wil dit ook in het komend jaar realiseren om het resultaat op peil te houden.
Het IVP leidt verder het project Agressiehantering voor Veilige Publieke Taak. Samen met Impact en de Utrechtse School voor Bestuurs- en Organisatiewetenschap onderzoekt het IVP welke aspecten een rol spelen bij agressie tegen werknemers in de publieke sector. Het leverde een simulatiespel, apps en e-learning modules op. Deze tools zullen beschikbaar komen voor algemeen gebruik.
IVP Directeur mw. drs. G.E.T. van Bellen
Arq jaaroverzicht 2014 | 19
20 | Arq jaaroverzicht 2014
Zorgpartners in Arq
PDC
Psychotrauma Diagnosecentrum
— • PDC onderzoekt de gevolgen van schokkende gebeurtenissen (foto: Hollandfoto)
Arq jaaroverzicht 2014 | 21
Zorgpartners in Arq
Psychotrauma Diagnosecentrum Het Psychotrauma Diagnosecentrum (PDC) onderzoekt de psychische gevolgen van traumatische gebeurte nissen. Het PDC adviseert over behandelmogelijkheden
PDC
en baseert zich daarbij op specialistische kennis.
22 | Arq jaaroverzicht 2014
Maatschappelijke positionering Het PDC heeft een belangrijke functie als het gaat om second opinion en consultatie voor collega-instellingen en de eerste- en tweedelijnsgezondheidszorg. Binnen één onderzoeksdag verricht het PDC psychodiagnostisch onderzoek, waarbij de aandacht gericht is op de traumatische gebeurtenissen in het leven van de betrokkene. Aan het eind van de onderzoeksdag volgt een bespreking van de diagnose met de cliënt. Hierna stuurt het PDC binnen twee weken een advies aan de verwijzer met suggesties voor de beste behandeling. Tijdens de onderzoeksfase blijft de behandelverantwoordelijkheid bij de verwijzer.
Activiteiten in 2014 Binnen het PDC is een belangrijke rol voor de politiepoli weggelegd. Deze vormt het landelijk verwijsadres voor politiemedewerkers met trauma-gerelateerde klachten. Uit heel Nederland komen politiemedewerkers voor diagnostiek en behandeling van posttraumatische stress-stoornis (PTSS) naar deze poli. De medewerkers van het PDC zijn volledig ingevoerd in de organisatie en cultuur van de politie. De PDC politiepoli werkt samen met het AMC, dat als onderdeel van de Universiteit van Amsterdam (UVA) het wetenschappelijk onderzoek voor zijn rekening neemt, en Stichting Centrum ’45 die TOPGGz-zorg levert. Begin jaren negentig ontwikkelde de toenmalige, bij het AMC gevestigde, politiepoli de Korte Eclectische Psychotherapie (KEP) die ook in de huidige PDC-politiepoli nog altijd wordt toegepast. Naast KEP biedt PDC tegenwoordig ook andere behandelvormen aan, zoals ‘Eye Movement Desensitization and Reprocessing’ (EMDR). PDC beschikt over een netwerk van over Nederland verspreide psychotherapeuten. De organisatie streeft ernaar om altijd een behandelaar in te schakelen in de buurt van de woonplaats van de cliënt, tenzij het beter is de cliënt door te verwijzen naar een gespecialiseerde behandelinstelling. Vanwege de samenwerking met het AMC van de UVA levert PDC ook een bijdrage aan onderwijs. Die bestaat eruit dat stagiaires aanwezig kunnen zijn bij de intake of het diagnostisch onderzoek, mits de cliënt toestemming verleent. PDC vraagt cliënten soms op vrijwillige basis mee te werken aan wetenschappelijk onderzoek naar preventie en behandeling van PTSS.
Resultaten De resultaten van het PDC zijn samen met die van Equator Foundation toegevoegd aan die van Stichting Centrum ’45. In 2014 waren er 100 aanmeldingen algemeen en 240 voor de politiepoli.
Het PDC intensiveerde binnen Arq de samenwerking met het IVP. Het IVP is immers vaak betrokken bij de opvang na traumatische gebeurtenissen bij bedrijven en overheidsinstellingen. Het PDC stelt desgevraagd diagnoses voor het IVP, dat voor kortdurende PTSS-behandelingen gebruik maakt van het therapeutennetwerk het PDC.
PDC Directie drs. A.C.H.G. Driessen MHA, algemeen directeur drs. R.A. Jongedijk, directeur zorg en innovatie dr. W.F. Scholte, directeur transculturele zorg
Arq jaaroverzicht 2014 | 23
24 | Arq jaaroverzicht 2014
Zorgpartners in Arq
STICHTING CENTRUM ʼ45
Stichting Centrum ’45
— • Psychotraumaklachten, het kan iedereen overkomen
Arq jaaroverzicht 2014 | 25
Zorgpartners in Arq
Stichting Centrum ’45 Stichting Centrum ’45 streeft naar een steeds effectiever behandeling van psychotrauma’s. Behandelingen gaan hand in hand met kwaliteitsmetingen en wetenschappelijk onderzoek. Dit maakt innovatie mogelijk. Kennisoverdracht aan andere organisaties die zich met psychotraumaproblematiek bezig houden is van groot belang. Dit blijkt wel uit het brede aanbod aan opleidingen vanuit Centrum ’45 en uit het opzetten van een netwerk ten behoeve van psychotrauma-centra. Aansprekende resultaten hiervan zijn het keurmerk TOPGGz en de HKZ-certificering, het e-health project dat met zorgverzekeraar CZ tot stand kwam en de databank die is ingericht ten behoeve van wetenschappelijk STICHTING CENTRUM ʼ45
onderzoek.
Stichting Centrum ’45 Directie drs. A.C.H.G. Driessen MHA, algemeen directeur drs. R.A. Jongedijk, directeur zorg en innovatie dr. W.F. Scholte, directeur transculturele zorg Cliëntenraad mw. mr. M.C. Bruggeling, extern voorzitter
26 | Arq jaaroverzicht 2014
Maatschappelijke positionering De minister van VWS verklaarde nogmaals dat Centrum ’45 in Nederland hèt kennis- en expertise-instituut is op het gebied van de psychotraumatologie. Het rapport van de Gezondheidsraad van 7 mei 2014, waarin de raad pleit voor een netwerk van GGZ-instellingen rondom een kennis- en expertise-instituut in een specifiek domein van de geestelijke gezondheidszorg, bevestigt deze visie. De raad stelt verder, dat dit instituut de zorg moet toebedelen afhankelijk van de fase waarin het ziektebeeld zich bevindt en moet investeren in innovatie, preventie en vroegtijdige signalering. In het kader van de kennis- en expertisefunctie en de daaraan gekoppelde specialistische zorg, zijn een aantal ontwikkelingen van belang. Ruim voordat de Gezondheidsraad zijn rapport openbaar maakte, bracht Centrum ’45 al de relevante behandelcentra bij elkaar in het Netwerk Psychotrauma Nederland (NPN). Twee ontwikkelingen versnelden dit proces. Allereerst ontwikkelde Stichting Centrum ’45 plannen om met het NPN een landelijke zorgstandaard Psychotrauma te ontwikkelen. Deze zorgstandaard past in de opdracht van het Netwerk Kwaliteitsontwikkeling GGZ om partijen uit het veld samen met het kennisinstituut in de periode van 2014 tot 2017 kwaliteitsstandaarden te laten ontwikkelen. Vervolgens bracht Centrum ’45, binnen het geheel van de transitie van de jeugdzorg, de landelijke specialistische zorg aan getraumatiseerde gezinnen onder in het, door de VNG geïnitieerde, landelijk arrangement hoogspecialistische jeugdzorg. Deze jeugdzorg en de koppeling daarvan met de regionale specialistische jeugdtraumazorg-instellingen zal ook onderdeel uitmaken van de zorgstandaard Psychotrauma. Al in 2013 initiëerde Centrum ’45 in samenwerking met de behandelcentra voor asielzoekers bij GGZ Drenthe en GGZ Den Bosch en Phoenix een plan om de asielzoekerszorg op GGZ-gebied in Nederland te verbeteren. Omwille van de gewenste objectiviteit schakelde zorgverzekeraar Menzis een extern bureau in. De verwachting is dat er in 2015 een blauwdruk voor de zorg ligt die recht doet aan de behoeften van deze doelgroep. Hierbij zijn duurzame inzet van specialistische kennis en goede scholing van het personeel op de AZC’s nodig. Zij verlenen specialistische zorg en consultatie waar nodig en versterken de veerkracht waar mogelijk. Het landelijk zorgsysteem voor veteranen is een voorbeeld van hoe met gezamenlijke inspanning binnen een netwerk kwalitatief goede zorg geleverd kan worden. Arq-partners droegen met hun ervaring en kennis bij aan de verdere
verbetering van de veteranenzorg. E-health, inzet op preventie, het door effectmeting achterhalen van de meest effectieve behandeling en gericht onderzoek spelen hierbij een belangrijke rol.
Activiteiten in 2014 Parallelle interne ontwikkelingen ondersteunen de externe ontwikkelingen. De ontwikkellijnen van de zorggroep leverden talrijke vernieuwende producten op, die enerzijds voor innovatie zorgen en anderzijds de zorgstandaard Psychotrauma helpen definiëren. Een voorbeeld is de de inzet van multi-family therapy bij diverse groepen van door trauma getroffen gezinnen, zoals asielzoekersgezinnen en gezinnen van veteranen en politiepersoneel. Binnenkort volgen de publicaties van de effectenstudie en een handleiding voor de preventieve inzet van deze methodiek. Aangepaste vormen van effectmeting zijn ontwikkeld voor groepen patiënten waarvoor de reguliere meetinstrumenten ontoereikend zijn. Verder heeft Centrum ’45 vormen van complexe traumatisering helder geformuleerd waarbij het handvatten geeft voor de behandeling van deze ziektebeelden. Er is een stapsgewijze opbouw van screening en diagnostiek vastgesteld voor de verschillende fasen van klachtenpatronen ten gevolge van traumatisering. Ook zijn er apps ontwikkeld voor diagnostiek en behandeling die ook bruikbaar zijn voor chronische restklachten na behandeling van psychotrauma klachten. Binnen diezelfde ontwikkellijnen vinden vele onderzoeken plaats die de behandelpraktijk verder verbeteren. Zo onderzoekt Centrum ‘45 de toegevoegde waarde van vaktherapie, de rol van traumatische rouw, de behandelvoorspellers bij veteranen, de voorspellende waarde van ORS/SRS metingen, de rol van slaap bij psychotrauma, de waarde van virtual reality behandeling (3MDR), de problematiek bij slachtoffers van mensenhandel, de gelimiteerde behandeling bij uitgeprocedeerde asielzoekers en de relevante factoren in het kader van de problematiek van de naoorlogse generatie. Centrum ’45 zal in samenwerking met het kenniscentrum Kind & Jeugd en het Verwey Jonker Instituut een module Diversiteit ontwikkelen, die bruikbaar is binnen behandeltrajecten waarin cultuur een prominente rol speelt. Op internationaal niveau doet Centrum ’45 samen met Jonathan Bisson van de Cardiff University onderzoek naar de aard van complexe traumaklachten.
de Coöperatie eLab op om de ontwikkeling van e-healthproducten op het gebied van psychotrauma mogelijk te maken. Dit samenwerkingsverband neemt ook bestaande producten zoals de vroegsignalering-app, de diagnostiek- app en de EMD-app op in zijn aanbod. De coöperatie ontwikkelt verder een ‘serious game’ dat bij patiënten met chronische klachten de eigen veerkracht ondersteunt zodat zij een acceptabel niveau van functioneren behouden. De coöperatie zorgt voor een ‘koppeltaal’, waardoor ieder patiëntenplatform met een willekeurig EPD en/of leverancier van e-health behandelmodules kan communiceren. Quli wordt hét digitale platform ter ondersteuning van een behandeling. Niet alleen de voorlichting over Centrum ’45, maar ook de introductie van en de voorbereiding op een behandeling zullen in de toekomst digitaal verlopen als aanvulling op het face-to-face contact.
Resultaten Hier noemen we het gezamenlijk resultaat van de drie zorgpartners in Arq. Tegen de achtergrond van het verdwijnen van het representatiemodel hebben de zorgpartners aan alle verzekeraars in Nederland de betekenis en de positie van de kennis- en expertisefunctie moeten verduidelijken en moeten ijveren voor een passende vergoeding van de hoogspecialistische zorg. Ondanks de financiële onzekerheden is het jaar positief afgesloten dankzij prudent beleid en efficiënte inzet van middelen. De personeelsformatie bleef gelijk. De inkomsten onverzekerden en asielzoekerszorg zijn toegenomen ten koste van de inkomsten uit de zorgverzekeringswet. Naast de zorgproductie zijn ook de doelen gehaald met betrekking tot de kennis- en expertisefunctie. Het exploitatieresultaat bedroeg € 237.212. De personeelskosten stegen enigszins door extra inzet van tijdelijk personeel, vroegtijdige vervanging van gepensioneerden en extra administratieve inzet. Hoewel de vraag naar bedden groter was dan het aanbod, bleven de productiecijfers ruim binnen de begroting. De zorg voor vluchtelingen en de privaat gefinancierde zorg namen toe. Dit zijn, naast indexatie van de zorgbudgetten, de belangrijkste oorzaak van de omzetgroei naar € 15,3 miljoen. Dankzij het resultaat en de verbeterde kaspositie is de solvabiliteit sterk verbeterd.
Op het gebied van e-health zijn grote stappen gezet. Samen met Arq en zorgverzekeraar CZ zette Centrum ’45
Arq jaaroverzicht 2014 | 27
28 | Arq jaaroverzicht 2014
Zorgpartners in Arq
EQUATOR FOUNDATION
Equator Foundation
— • Mentaal herstel en sociale binding
Arq jaaroverzicht 2014 | 29
Zorgpartners in Arq
Equator Foundation Equator Foundation maakt zich sterk voor mentaal herstel en sociale binding van getraumatiseerde vluchtelingen en slachtoffers van mensenhandel in Nederland.
Maatschappelijke positionering Equator biedt net als voorgaand jaar twee specialistische programma’s voor vluchtelingen aan: de traumagerichte dagbehandeling en de dagbehandeling voor traumatische rouw. Deze programma’s zijn gebaseerd op drie behandelfasen: stabilisatie, traumaverwerking en resocialisatie. De behandelprogramma’s zijn zorgvuldig afgestemd op verwante behandelprogramma’s van zorgpartner Stichting Centrum ’45.
EQUATOR FOUNDATION
Equator Foundation heeft haar expertise in de hulpverlening aan getraumatiseerden zonder documenten en slachtoffers van mensenhandel versterkt. Ook neemt de stichting de rehabilitatieprogramma’s voor haar rekening. Hiertoe is een methodiek ontwikkeld, gebaseerd op de principes van Systematisch Rehabilitatiegericht Handelen, die ook poliklinisch wordt toegepast. Voor slachtoffers van mensenhandel in de crisisopvang van het Amsterdams Coördinatiepunt tegen Mensenhandel is een model voor getrapte diagnostiek ontworpen en geïmplementeerd. Een groot aantal ongedocumenteerden kampt met psychische klachten, die hun functioneren belemmeren. Zij zijn niet in staat hun leven te overzien en hun toekomst af te wegen. Zij hebben psychiatrische diagnostiek en behandeling nodig. Samen met Arkin, GGZ inGeest en het Amsterdams Solidariteits Komitee Vluchtelingen (ASKV) nam Equator het initiatief de GGZ-zorgketen te verbeteren voor deze groep. Het oprichten van een polikliniek voor ongedocumenteerde vreemdelingen met trauma-gerelateerde klachten is hierin een belangrijke stap. Vanwege hun onzekere bestaanssituatie zijn snelle zorgtoeleiding, een verantwoord en afgebakend zorgtraject en nauwe afstemming met hulp organisaties en overheidsdiensten noodzakelijk om crises te voorkomen en enig toekomstperspectief te hebben. Positief denken over de toekomst wordt veelal ondermijnd door de psychische gesteldheid. Binnen het project ‘De patstelling doorbroken’, dat gefinancierd werd door het Europees Terugkeerfonds en Arq, werkten betrokken partners als ASKV/MOO, DT&V, IND, GGD Amsterdam en Gemeente Amsterdam samen om de situatie te verbeteren voor 35 ongedocumenteerden met psychische problematiek. Zij kregen opvang binnen het project Medische Opvang Ongedocumenteerden (MOO). Er moet voor hen een oplossing gevonden worden, legaal verblijf of terugkeer naar land van herkomst. Vaak is er sprake van ‘onderbehandeling’ van met name de posttraumatische stress-stoornis (PTSS) omdat traumagerichte psychotherapie niet of nauwelijks wordt geboden. 30 | Arq jaaroverzicht 2014
Equator zette daarom in nauwe samenwerking met andere GGZ- en ketenpartners in Amsterdam een polikliniek op. De nadruk ligt bij de diagnostiek en behandeling van traumagerelateerde stoornissen. De behandeling is fasegericht en zet in op psychotherapie en lichaamsgerichte methoden als Tension Releasing Exercises. Tolken helpen taal- en cultuurverschillen overbruggen. De behandelduur ligt tussen de 2 en 12 maanden en de behandeling is afgestemd op de juridisch maatschappelijke context van de betrokkene, die weinig tot geen uitzicht heeft op rechtmatig verblijf in Nederland. Equator onderzoekt of de aanmelding van cliënten een activiteit kan zijn van het nog op te zetten vreemdelingenloket. Een effectieve traumabehandeling werkt het best als die gekoppeld is aan het hebben van onderdak, juridische begeleiding en een duidelijk toekomstperspectief. De juiste informatie over de mogelijkheden in het land van herkomst is van groot belang om daar een toekomst op te bouwen. Het initiatief van Equator om een polikliniek op te zetten voor de behandeling van ongedocumenteerde vreemdelingen kreeg de instemming van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Het ministerie stelde als voorwaarde dat de behandeling zich richt op de vermindering van psychische problematiek. Dit stelt de betrokkene in staat de realiteit te overzien en biedt toekomstperspectief. Behandeling is vaak voorwaarde om tot vrijwillige terugkeer te kunnen besluiten. Omdat de vreemdelingen veelal illegaal zijn, vindt afstemming met de Dienst Terugkeer & Vertrek en de IND plaats.
Activiteiten in 2014 Equator Foundation startte het hiervoor al genoemde project ‘De patstelling doorbroken’ met als inzet specifieke zorg te leveren aan 35 mensen zonder geldige verblijfsdocumenten. De verwachting is dat deze mensen uitgezet zullen worden naar het land van herkomst. Om dit project te kunnen uitvoeren is 5 fte extra formatie gecreëerd. Dit project verklaart de toename van onverzekerdenzorg, zoals dat bij de bespreking van de resultaten van Centrum ’45 al ter sprake kwam. Naast de zorgproductie zijn overigens ook hier de targets gehaald met betrekking tot de kennis- en expertisefunctie. Net als Centrum ’45 werkt Equator samen met RINO Noord-Holland, waar het voor universitaire en hogere beroepsopleidingen vaste modules en jaarlijkse gastcolleges verzorgt.
Resultaten De resultaten van Equator Foundation zijn samen met die van het Psychotrauma Diagnose Centrum toegevoegd aan die van Stichting Centrum ’45. Het resultaat van Equator Foundation over het boekjaar was € 131.652 negatief, in 2013 ging het nog om een negatief resultaat van € 6.310. Het verlies is echter goed verklaarbaar omdat het vooral veroorzaakt wordt door de opstartkosten voor de behandelpoli van illegaal in Nederland verblijvende vluchtelingen. Ook de hoge tolkenkosten die de poli met zich meebrengt spelen een rol. Het Zorginstituut Nederland vergoedt deze kosten niet.
Equator Foundation Directie drs. A.C.H.G. Driessen MHA, algemeen directeur drs. R.A. Jongedijk, directeur zorg en innovatie dr. W.F. Scholte, directeur transculturele zorg
Arq jaaroverzicht 2014 | 31
32 | Arq jaaroverzicht 2014
Belangenpartners in Arq
STICHTING 1940-1945
Stichting 1940-1945
— • Doelgroep activiteit
Arq jaaroverzicht 2014 | 33
Belangenpartners in Arq
Stichting 1940-1945 Stichting 1940-1945 behartigt de belangen van verzets deelnemers, vervolgingsslachtoffers en burger oorlogs getroffenen uit Nederland. De Stichting begeleidt
STICHTING 1940-1945
aanvragen in het kader van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945 (Wbp), Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 (Wuv) en Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers (Wubo) en verzorgt de uitbetaling van buitengewone pensioenen. Waar nodig en mogelijk ondersteunt de Stichting cliënten op medisch of juridisch vlak. Verder voorziet de Stichting in sociale dienstverlening en ondersteunt vrijwilligerswerk.
Maatschappelijke positionering Kerntaak van Stichting 1940-1945 is de wettelijke taak waarbij de Centrale Bestuurscommissie (CBC) belast is met de afgifte van ‘verzets- en waardigheids-verklaringen’ aan de PUR voor de Wbp, zoals vastgelegd in de wetten voor oorlogsgetroffenen. Uit hoofde van haar paraplufunctie voor doelgroepsorganisaties ondersteunt de Stichting organisatorisch en administratief het Centraal Orgaan Voormalig Verzet en Slachtoffers (COVVS), het Comité Vrouwen van Ravensbrück, het Herdenkingscomité Buchenwald, de Stichting ‘Vriendenkring Mauthausen’ en de Vereniging Landelijke Kontaktgroep Verzetsgepensioneerden 1940-1945 (LKG). Sinds de opheffing van de Vereniging van ex-Politieke Gevangenen in 2010 heeft Stichting 1940-1945 de jaarlijkse herdenking op 10 mei op Eerebegraafplaats Bloemendaal georganiseerd. Dit jaar was het de laatste keer en kwam er een einde aan deze traditie. Stichting 1940-1945 ging, onder de voorwaarden van het Nationaal Archief, de uiteindelijke bestemming ervan, voort met de bewerking van haar waardevolle archieven. Inmiddels is ruim 1500 van de 1800 meter archief bewerkt. In 2017 verwacht de Stichting deze werkzaamheden af te ronden. Door vergrijzing nemen de werkzaamheden af. De ‘Commissie Toekomst Stichting 1940-1945’ adviseerde daarom hoe bepaalde taken uit te blijven voeren en andere af te ronden. Uitgangspunt bij de afbouw is: geen gedwongen ontslagen. Arq zoekt vervangende werkzaamheden binnen Arq of begeleidt medewerkers bij het zoeken naar werk buiten Arq. Om hun kansen te vergroten liepen enkele medewerkers een stage of volgden een opleiding. De Commissie adviseerde ook het gedachtegoed van de Stichting, de herinnering aan het verzet, de vervolging en het geweld tegen burgers in de jaren 1940-1945 en de invulling van de begrippen ‘bijzondere solidariteit’ en ereschuld’ te bewaren en uit te gedragen. Het streven is dit (deels) te verwezenlijken met de instelling van een bijzondere leerstoel ‘Stichting 1940-1945’. In verband met de geschetste afname van taken zal de Stichting conform het advies van de Commissie ook haar organisatievorm en statuten wijzigen. Alleen de Raad van Advies, uitgebreid met twee leden op voordracht van de huidige Stichtingsraad, zal blijven bestaan. De Raad van Overleg rondde zijn
34 | Arq jaaroverzicht 2014
werkzaamheden reeds af. In 2015 zullen ook de Stichtings raad en de Districtsraden formeel worden opgeheven. Daarmee komt geen eind aan de contactactiviteiten. Zo lang daar behoefte aan is, zet de Stichting deze voort. De Stichting werkte nauw samen met Cogis en Pelita in het Aanspreekpunt Naoorlogse Generatie (ANG), de uitvoering van de Tijdelijke Vergoedingsregeling Psychotherapie (TvP) en de aanvraagbegeleiding bij Wuv en Wubo. Met Pelita zoekt de Stichting naar mogelijkheden om de samenwerking verder uit te breiden.
Activiteiten in 2014 Bij de Wbp zijn 18 eerste aanvragen voor een buitengewoon pensioen afgehandeld. Ten behoeve van aanvragen van nabestaanden verstrekte de Stichting 28 waardigheidsverklaringen. Voor wat Wubo en Wuv betreft werden 35 eerste en 57 aanvullende rapportages afgehandeld. In het kader van de WBP betaalde Arq onder verantwoordelijkheid van Stichting 1940-1945 maandelijks de buitengewone pensioenen van 1996 mensen uit die ook hun overige inkomsten, met uitzondering van de AOW, langs deze weg kunnen laten uitbetalen. Dit houdt een daling in van 200 cliënten ten opzichte van vorig jaar. Daarnaast licht de Stichting desgevraagd cliënten voor over de regelgeving en berekeningen. De Stichting bood verder 22 keer juridisch advies of ondersteuning bij bezwaar in het kader van de wetten voor oorlogsgetroffenen. Verder bracht de juridisch medewerker in 35 gevallen op ander terrein advies uit.
150 vrijwilligers actief die bezoeken afleggen of mensen begeleiden bij doktersbezoek. Zij organiseren verder lot genotenbijeenkomsten en vakantieweken. Het Contactblad Stichting 1940-1945, dat nu al 25 jaar uitkomt en dat ook voor een groot deel door vrijwilligers wordt verzorgd, verscheen vier keer in een oplage van 9.000 exemplaren.
Resultaten De wettelijke en erkende taken en de conservering van het archief worden in hoofdzaak gefinancierd door het ministerie van VWS. Het vrijwilligerswerk en het Contactblad financiert de Stichting zelf. De Stichting behaalde een positief exploitatieresultaat van € 284.377, dit in contrast tot het negatieve resultaat van € 179.687 een jaar eerder. De begroting hield dan ook rekening met een nadelig resultaat van € 335.000. De ontvangst van enkele legaten veroorzaakte het geboekte voordeel van € 620.000.
Stichting 1940-1945 Directeur drs. J.H.M. Driever Raad van Advies ds. P. Boomsma, voorzitter mw. J.M. Hage-Zoetewei, lid mw. drs. S.E. Scheepstra, lid J.H. de Boef, lid
Stichting 1940-1945 heeft de uitvoering van het maatschappelijk werk overgedragen aan Stichting de Basis in Doorn. De Stichting behield echter een monitor- en verwijsfunctie ten aanzien van dit werk. Daarom vond regelmatig overleg plaats met de Basis. Op het vlak van de sociale dienstverlening kunnen cliënten zich voor informatie, hulp of een ‘luisterend oor’ wenden tot het Dienstencentrum van Stichting 1940-1945. Zij deden dit 361 keer. Daarnaast verzochten 149 cliënten om inzage in dossiers. Het vrijwilligerswerk en de lotgenotencontacten vallen onder de verantwoordelijkheid van de Districtsraden die daarbij worden ondersteund door het Dienstencentrum. Er zijn
drs. E.R. van den Bout RA, lid Stichtingsraad W.J.A. Nieuwenhuijse, voorzitter G.D. Yspeert, vicevoorzitter mw. P.D. Dijkerman mw. R. Hoolt D. de Boef T.J. de Boer A. den Breejen F. Dam H.A. Dijkstra H.J. Goedhart drs. G. Verrijn Stuart drs. J.B. Weitkamp
Arq jaaroverzicht 2014 | 35
36 | Arq jaaroverzicht 2014
Belangenpartners in Arq
STICHTING PELITA
Stichting Pelita
— • Landelijke Molukse Ouderendag
Arq jaaroverzicht 2014 | 37
Belangenpartners in Arq
STICHTING PELITA
Stichting Pelita Stichting Pelita stelt rapportages op in het kader van de wetten voor oorlogsgetroffenen en biedt sociale dienstverlening aan Indische Nederlanders en Molukkers. Pelita ondersteunt vrijwilligersorganisaties en initiatieven op het gebied van welzijn en zorg voor Indische Nederlanders en Molukkers. De dienstverlening is cultuur- en contextspecifiek. Cliënten voelen zich hierdoor herkend in hun culturele achtergrond en erkend
Maatschappelijke positionering Om bij een krimpende doelgroep en afnemende middelen de hulp- en dienstverlening ook op de langere termijn veilig te stellen, heeft Pelita in 2013 besloten het maatschappelijk werk per 1 januari 2014 over te dragen aan Stichting de Basis en zelf aan te sluiten bij Stichting Arq. Pelita garandeert hiermee de continuïteit en kwaliteit van zijn dienstverlening zo goed mogelijk en biedt medewerkers nieuw perspectief.
in hun oorlogs- en geweldservaringen. Om de kwaliteit van het maatschappelijk werk in stand te houden, schoolde Pelita maatschappelijk werkers van de Basis in achtergronden, cultuur en wijze van benadering van de doelgroep. Pelita gaf zijn monitorfunctie, in afstemming met de Basis, gestalte met casuïstiekbesprekingen, structureel overleg en het meten van klanttevredenheid. Pelita richtte een loket in waar cliënten net als voorheen met hun hulpvraag terecht kunnen. De loketmedewerkster maakt een inschatting van de hulpvraag en geleidt deze door binnen Pelita of naar het maatschappelijk werk van de Basis, al naar gelang de aard van de hulpvraag. Pelita en de Basis evalueren de samenwerking per kwartaal. Het COVVS, Stichting Herdenking 15 augustus, het Indisch Platform, Stichting Cogis en Pelita organiseerden op 8 maart 2014 de conferentie Eén WO2. Deze conferentie beoogde een brug te slaan tussen organisaties van groepen WO II-getroffenen uit Europa én Azië. De conferentie nam zich voor een digitaal en fysiek platform van organisaties te realiseren van zowel Europese als Aziatische signatuur. Stichting 1940-1945 en Pelita werkten nauw samen met als doel hun sociaal-rapportagetaak, het archiefbeheer, de ondersteuning vrijwilligersorganisaties, de contactbladen en het aanspreekpunt naoorlogse generatie te integreren. Dit leidt tot versterking van het organisatorisch draagvlak van beide stichtingen. In het Arq WO2 programma werken Cogis, Impact, Stichting 1940-1945, Centrum ’45 en Pelita samen. De partners zetten zich in om de kwaliteit van behandeling, dienstverlening en belangenbehartiging van WO II-getroffenen op peil te houden. Daarnaast beoogt deze samenwerking de expertise betreffende WO II aan te wenden ten behoeve van slachtoffers van actuele conflicten.
38 | Arq jaaroverzicht 2014
Activiteiten in 2014 Ondanks de ingrijpende veranderingen en verhuizing slaagde Pelita erin zijn activiteitenplan 2014 volledig uit te voeren. In het kader van de wettelijke taak stelde Pelita 162 eerste en 176 vervolgaanvragen op. Als onderdeel van de sociale dienstverlening organiseerde Pelita vele doelgroepbijeenkomsten. Deze laagdrempelige bijeenkomsten dienen ter bestrijding van sociaal isolement en bieden een platform voor informatie en advies. Ook maken ze het bijtijds signaleren van problematiek mogelijk. De medewerkers en vrijwilligers verwezenlijkten op 25 verschillende locaties Masoek Sadja’s, familiedagen, Molukse contactdagen en Indische eettafels. De frequentie verschilt per bijeenkomst. Sommige vinden maandelijks plaats, andere een keer per kwartaal. De bezoekersaantallen lopen op jaarbasis in de duizenden. Verder organiseerden de medewerkers sociaal-contactgroepen.
Resultaten Door de overdracht van het maatschappelijk werk en de aansluiting bij Stichting Arq traden 8 maatschappelijk werkers van Pelita in dienst van de Basis en gingen 5 medewerkers over naar Arq dienstencentrum. Pelita verhuisde naar Oegstgeest waar het onderdak vond bij Stichting Centrum ’45. Eén maatschappelijk werker ging met vervroegd pensioen. Het financieel resultaat loopt uit de pas met de begroting. Onvoorziene kosten en tegenvallende opbrengsten, opgelopen vakantiesaldi, aanpassingen aan het financieel systeem van Arq en nadere afspraken rond het door VWS toegekende transitiebudget liggen hieraan ten grondslag. VWS is de belangrijkste financier van Pelita, maar ook het V-fonds en het Comité 4 en 5 mei dragen op projectbasis bij.
Het programma Djalan Pienter verzorgde scholing voor Stichting tante Louisa-Vivensis en Woonzorgcentra Haaglanden en tekende ook voor een scholingsprogramma voor 180 medewerkers van Stichting Nusantara. Vooralsnog zijn 80 medewerkers hiervan geschoold, de rest volgt komend jaar. Pelita Nieuws, met als doelgroep Indische Nederlanders en Molukkers, verscheen de gebruikelijke zes keer in een oplage van 5.500. Pelita is bezig zijn vrijwilligersbeleid te actualiseren. In de toekomst zullen waar mogelijk en verantwoord in toenemende mate vrijwilligers de dienstverleningsactiviteiten uitvoeren, waarbij professionals van Pelita hen zullen ondersteunen. Pelita anticipeert ook op de gevolgen van de hervormingen in de langdurige zorg. Deze hebben tot gevolg dat de doelgroep meer aangewezen zal zijn op informele zorg door mantelzorgers en vrijwilligers. De cliënt moet dan wel beschikken over een effectief sociaal netwerk. Een dergelijk netwerk ontbreekt vaak bij kwetsbare leden van de doelgroep. Pelita wil de informele zorg versterken en heeft daartoe de inzet uit de Indische en Molukse groep zelf nodig. Pelita intensiveert daarom de contacten met vrijwilligersorganisaties en ontplooit initiatieven om Indische en Molukse vrijwilligersorganisaties op het gebied van welzijn en zorg met elkaar te verbinden.
Stichting Pelita Directeur mw. drs. H. Ferdinandus Raad van Advies H.J. Verdier, voorzitter P.C.J. Isaak, lid mw. A.W. Everts-Kuik, lid
Arq jaaroverzicht 2014 | 39
40 | Arq jaaroverzicht 2014
KERNCIJFERS
Kerncijfers 2014 bedragen in duizenden euro, tenzij anders aangegeven
De jaarrekeningen 2014 van Stichting Centrum ’45 en – vanwege de consolidatie – Stichting Arq zijn nog niet definitief vastgesteld. De oorzaak hiervan is gelegen in het landelijk spelende probleem binnen de GGZ van normonduidelijkheid in de DBC systematiek waardoor de accountants zich met teveel onzekerheid geconfronteerd zien om een goedkeurende verklaring te kunnen afgeven. Het door VWS, NZa, Zorgverzekeraars en GGZ NL afgesproken traject om deze onzekerheden weg te nemen, loopt nog waardoor op zijn vroegst in het najaar de jaarrekening definitief kan worden vastgesteld. GECONSOLIDEERDE STAAT VAN BATEN EN LASTEN Baten Zorgopbrengsten ZVW inclusief beschikbaarheidsbijdragen Zorgopbrengsten overig Totaal zorgopbrengsten Projectinkomsten Projectinkomsten uit Europese subsidies Trainingen Donaties Overige baten Totaal bedrijfsopbrengsten
2014
11.106
2013
11.691
4.912
3.667 16.018 6.558 1.155 722 737 2.065 27.256
Lasten Personeelskosten Afschrijvingen Overige bedrijfslasten Totaal bedrijfslasten
18.323 864 7.300
15.358 3.882 950 650 113 1.999 22.952
15.156 981 6.127 26.487
22.264
769 61 830
688 193 881
Kasstroom uit operationele activiteiten
4.157
315
BALANS
2014
2013
Brutobedrijfsresultaat Financiële baten en lasten Netto bedrijfsresultaat
Activa Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
694 1.646 2.715
915 2.154 2.791 5.860 5.055
Vlottende activa Voorraden Vorderingen Liquide middelen
0 12.789 5.981
Totaal activa
0 13.403 5.438 18.770
18.842
23.825
24.702
Passiva Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Totaal passiva
MEDEWERKERS 2014 232,92 fte 2013 204,85 fte
9.596 1.182 1.100 11.947
9.115 1.380 1.200 13.007 23.825
24.702
SOLVABILITEIT 2014 40,3% 2013 36,9% Arq jaaroverzicht 2014 | 41
Dankwoord De werkzaamheden van Arq Psychotrauma Expert Groep zijn mede mogelijk door individuele bijdragen van donateurs en door de volgende klanten en (project)financiers: Abbas fonds, Achmea, Albert Heijn, Brandweer, Bureau Jeugdzorg, COA, CZ, DSW, Dusseldorp Kinderfonds, Europese Unie en Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (voor projecten Opsic, TERRA, INPREZE/Kansen voor West), Fonds NutsOhra, Gemeente Amsterdam, Gemeentelijk Vervoersbedrijf (GvB), Gieskes-Strijbis fonds, GGZ NL, Mevrouw Heijn, ING Goede Doelenfonds, Leger des Heils, Lippincott Williams & Wilkins, het Mensenrechtenfonds, Menzis/COA administratie, Ministerie van Binnenlandse Zaken, Ministerie van Buitenlandse Zaken, Ministerie van Veiligheid & Justitie, Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Multizorg, Nederlandse Spoorwegen, Nationale Politie, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), Rijkswaterstaat, Rotterdam Media Centra, Stichting Boo, Sociale Verzekeringsbank (SVB), SSC-Dienst Justitiële Inrichtingen, Staatsbosbeheer, UNHCR, UNICEF New York, United States Institute of Peace, VGZ, V-fonds, Uitgeverij Wolters Kluwer, ZonMw, Zorg en Zekerheid, Zorgverzekeraars Nederland.
42 | Arq jaaroverzicht 2014
Arq Psychotrauma Expert Groep Nienoord 5 1112 XE Diemen T + 31 (0)20 840 76 40
[email protected] www.arq.org