Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
Jeugdopleidingsplan SKV Overmere seizoen 2013 – 2014
1
Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
Inhoud Missie en visie ......................................................................................................................................... 3 Missie................................................................................................................................................... 3 Visie en doelstellingen......................................................................................................................... 3 Opleidingsvisie......................................................................................................................................... 4 Algemeen............................................................................................................................................. 4 Zonevoetbal ......................................................................................................................................... 4 Veldbezetting ...................................................................................................................................... 5 Wedstrijdvisie ...................................................................................................................................... 6 Leerplan ............................................................................................................................................... 7 Gedragscode ............................................................................................................................................ 9 Aanwezigheid en stiptheid .................................................................................................................. 9 Coaching .............................................................................................................................................. 9 Douche ................................................................................................................................................ 9 Gedrag ................................................................................................................................................. 9 Kledij .................................................................................................................................................. 10 Kleedkamer........................................................................................................................................ 10 Activiteiten ........................................................................................................................................ 11
2
Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
Missie en visie Missie SKVO stelt zich tot doel alle jongeren de mogelijkheid bieden te voetballen, plezier te scheppen in deze sporttak en er zich in de best mogelijke omstandigheden in te bekwamen onder leiding van bekwame en gemotiveerde trainers. Daarbij worden enerzijds jeugdspelers ‘voetbal specifiek’ opgeleid maar zal hen anderzijds ook attitudes worden aangeleerd die zij op maatschappelijk vlak goed kunnen gebruiken. SKVO is een familiale club waar iedereen zich thuisvoelt.
Visie en doelstellingen Om onze doelstellingen te bereiken streven we naar een goed bestuur, en een goede infrastructuur om de aantrekkingskracht van SKVO als familiale club te verhogen. Door voortdurende evaluatie van onze jeugdwerking proberen we minstens evengoed te doen en zo de aansluiting te verwezenlijken met de jeugdopleidingen uit de buurt, die in een hogere reeks actief zijn. Het is duidelijk dat we ons willen profileren als een familiale club voor iedereen. Zowel getalenteerde spelers als minder begaafden en eventueel sociaal zwakkeren kunnen bij onze club terecht om te voetballen en vooral plezier te scheppen in het voetbal. Doelstellingen: -
-
Het is de bedoeling, bekwame trainers aan te werven en minstens één jeugdploeg in te schrijven in competitie in elke leeftijdscategorie van debutantjes tot en met junioren. We willen de jeugdopleiding naar een hoger niveau tillen, zodat iedereen daar voordeel van heeft, de club, iedere speler, maar ook iedere supporter. Elke speler die lidgeld betaald heeft en de trainingen regelmatig volgt heeft de garantie van minstens 50% van de speeltijd over de ganse competitie daadwerkelijk te voetballen! Educatief willen we een voorbeeldfunctie vervullen als het gaat over waarden en normen, respectvolle bejegening, verantwoord omgaan met materialen en eigendommen van anderen en hygiëne. Er is aandacht voor de sociale vorming (contacten met leeftijdsgenoten, omgaan met regels, etc.) en aandacht voor de emotionele ontwikkeling (ontwikkelen van zelfvertrouwen, omgaan met winst en verlies). Enkele van de meer getalenteerde spelers kunnen waarschijnlijk een niveau hoger aan en het moet dan ook de betrachting zijn om deze spelers, in de beste verstandhouding, de kans te geven en aan te moedingen dit te proberen.
Dit alles willen we verwezenlijken in een boven alles ‘kindvriendelijke omgeving’ waarin iedere medewerker en speler oog dient te behouden voor plezier en kameraadschap in alle lagen van de club.
3
Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
Opleidingsvisie Algemeen We willen attractief combinatievoetbal spelen. Dat doen we bij voorkeur op de helft van de tegenstander door vooruit te verdedigen en druk naar voren te zetten. Combinatievoetbal als speelwijze garandeert het best de ontwikkeling van het technische vermogen van de spelers. Iedereen moet meespelen, niemand mag bang zijn (worden) om de bal in de voet te krijgen. Iedereen moet “durven” fouten maken, want enkel op die manier kan je leren. Alle teams bouwen op vanaf de doelman, ook al ‘kost’ dit tegendoelpunten. De wedstrijd is een middel en geen doel. Elke training moet een leerdoelstelling hebben. Op die doelstelling (het maken van een ingeoefende passeerbeweging, inspelen van een strakke bal, één – twee beweging, enz.) wordt gecoacht. Een gerichte coaching is uitermate belangrijk om het leerproces van de spelers te versnellen. De trainer moet tevens via vraagstelling de spelers stimuleren om zelf oplossingen voor een bepaalde spelsituatie te zoeken. Hij moet nu en dan het spel stilleggen wanneer een veel voorkomend spelprobleem zich voordoet en de spelers laten nadenken over een oplossing. Maar hij moet ook ruimte laten voor zelfontdekking. Niet constant voorzeggen wat er moet gebeuren. Op het tactisch vlak moeten we het op ons niveau en met de beperkte trainingstijd die er is, niet te ingewikkeld maken. Het meegeven van enkele basistaken als team, per linie en per positie samen met de grondbeginselen van zonevoetbal is voldoende. Beter een paar basisprincipes goed aanleren dan alles half. Fun als fundament voor de opleiding: de trainingsinhoud, volledig gericht op het aanleren van techniek moet voldoen aan de verwachtingen van de spelers. Alles moet uitdagend, maar haalbaar zijn, zodat ze het gevoel hebben dat ze bijleren. ‘Niet voetballen maar voetbal spelen’: wedstrijdvormen en wedstrijdjes spelen is leerrijk omdat alle weerstanden (zoals tijd, ruimte en tegenstanders) aanwezig zijn. Zo leren spelers hun techniek onder druk uit te voeren en leren ze spelsituaties herkennen waarvoor ze oplossingen moeten vinden. Elk kind is even belangrijk. Minder getalenteerde spelers krijgen evenveel aandacht en evenveel speelgelegenheid. Net die kinderen kunnen de meeste vooruitgang maken. Van meer getalenteerde spelers kunnen en moeten we ook meer eisen. Voetbal spelen is collectief, voetballers opleiden doe je individueel. Een team is méér dan de som van 11 individuen.
Zonevoetbal Zorgt voor een evenwichtige verdeling van de inspanningen onder alle spelers over de volledige wedstrijd. Stimuleert de creativiteit, lef en polyvalentie van de spelers. 4
Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
Zeer snelle omschakeling van balbezit naar balverlies en omgekeerd. Gedeelde collectieve verantwoordelijkheid. Bevordert het communicatievermogen en technisch vermogen. Enkele principes: DEFENSIEF - Een compact blok oprichten - Beheersen van de waarheidszone (gevarenzone) - Afsluiten van de speelhoeken - Collectieve pressing (high pressing – medium pressing – low pressing) OFFENSIEF - Speelruimte groot maken - Aanspeelbaar zijn - Zoveel mogelijk vooruit spelen - Posities overnemen
Veldbezetting Alle teams zullen zich engageren om te spelen volgens de gangbare hedendaagse veldbezetting van het moderne voetbal. Vanaf U12 zullen de teams functioneren in een 1 – 4 – 3 – 3 veldbezetting waarbij het middenveld zal bevolkt worden door een defensieve of offensieve driehoek. 9 9 11 7 11 7 8 10 10 6
8
5
2 4
3 K
6
5
2 4
3 K
In de defensie speelt men met 2,3,4 en 5 op één lijn met 2 en 5 als moderne offensieve vleugelverdedigers en 3 en 4 als centrale verdedigers. Daarvoor staat positie 6 als meest defensieve centrale middenvelder met 8 en 10 ervoor als 2 offensieve middenvelders om de driehoek te verkrijgen. Wanneer er geopteerd wordt voor een defensieve driehoek staat 8 naast 6 en 10 ervoor als meest offensieve centrale middenvelder. Op de flanken moeten 7 en 11 als flankaanvallers voor de offensieve impulsen zorgen en zal positie 9 als diepe centrale spits fungeren. De posities worden bij alle jeugdploegen aangeduid (gevisualiseerd) met dezelfde vaste nummering. Alle spelers dienen van jongs af aan aangeleerd te worden dat een bepaalde nummering gelinkt is aan een bepaalde positie. Dit is een deel van de uniformiteit waar de opleiding naar streeft en maakt het de spelers eenvoudig om hun aandacht op het sportieve te focussen.
5
Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
Voor U10 en U11 is de veldbezetting aangepast aan het spelersaantal en aan de terreinafmetingen. Deze groep zal functioneren in een veldbezetting die het de spelers mogelijk moet maken om de overstap naar de 1-4-3-3 te vereenvoudigen. De veldbezetting bestaat uit positie 1 (doelman) met daarvoor 3 verdedigers: positie 2 en 5 als flankverdedigers en positie 3 als centrale verdediger. Daarvoor hebben we met positie 6 een centrale middenvelder, met positie 7 en 11 de offensieve flankmiddenvelders en met positie 9 een diepe spits. Deze veldbezetting heeft de mogelijkheid om te functioneren in een dubbele ruit waardoor heel veel driehoeken kunnen ontstaan. 9 11
7 6
5
2 3 K
Voor U6 tot en met U9 zal de veldbezetting tevens in een ruit worden opgemaakt. Positie 1 als doelman, positie 3 als centrale verdediger, positie 2 en 5 als flankspelers en positie 9 als spits. 9 Om het de debutantjes makkelijker te maken kan je deze veldbezetting illustreren als “een 5 2 vliegtuigje vormen”, waarbij positie 9 de piloot is, positie 2 en 5 de vleugels en positie 3 de 3 staart; K In deze jongste categorieën mag en moet er veel gewerkt worden met wijzigen van spelers in functie van de positie. FUN en spelers laten proeven van alle posities is hier de belangrijkste visie. Vanaf U10 kan men al iets gerichter naar positie toe gaan werken zodat men specifiek positiegericht kan coachen, oefenen en spelen.
Wedstrijdvisie Een wedstrijd zal als zodanig niet worden beschouwd als een tijdspanne waarin het resultaat primeert! In alle categorieën zal men steeds zoeken naar voetballende oplossingen van achteruit. Bij aanvang van het spel bij de doelman start de ploeg met de opbouw. Dit gebeurt in eerste instantie via 3 en/of 4. Indien de tegenstander zich daar goed op instelt en de opbouw via 3 en 4 niet mogelijk is, kan de opbouw gebeuren via 2 en 5. Ook als dit onmogelijk wordt zal de opbouw worden aangevat door een lijn over te slaan. Na de opbouwstart probeert men zo snel mogelijk de diepe spits, positie 9, te zoeken.
6
Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
Leerplan U6 – U9 In de basisfase denken we aan het vormen van het balgevoel. De persoonsontwikkeling en de leeftijdskenmerken zorgen ervoor dat de jongste spelers nog erg balgericht zijn. Daarom is het spel bij balbezit het uitgangspunt. Hoewel ze nog nauwelijks weet hebben van balbezit van de tegenstander, weten ze wél dat ze de bal moeten afpakken als ze hem kwijt zijn. Hier gaat het om doelpunten maken, balgevoel, dribbelen en de bal langs een tegenstander naar een medespeler spelen. Let in deze fase er op dat je niet teveel ineens doet, leg het accent op één thema tegelijk: dat komt het leerproces ten goede. U10 - … De opbouwfase is voor een voetballer de belangrijkste fase. In deze levensfase doet een speler een groot aantal indrukken op en ontwikkelt hij zich snel. Hier wordt de basis voor het waarnemen binnen een voetbalsituatie gelegd. 7 – 13 jaar = gouden leeftijd! Ideale leeftijd om de psycho-motorische capaciteit te ontwikkelen. Vanaf U17 De wedstrijdfase. Het winnen van wedstrijden was al belangrijk, maar nu krijgt dit ook echte waarde toegekend. De gemiddelde speler kijkt op deze leeftijd objectiever en de eigen prestatie als wel de teamprestatie kunnen beter worden ingeschat. Als ze de vorige fases zelf redelijk hebben doorlopen, kunnen ze ook zelf aangeven wat globaal wel en wat niet functioneerde. Sommige spelers kunnen al scherp analyseren. De keuze voor de inhoud van de trainingen worden nu vaker bepaald door de wedstrijden (de vorige of de aankomende); je gaat wedstrijdgerichter trainen. Kwaliteiten van spelers worden nu gebruikt voor het team. In deze fase is het belangrijk dat een speler weet met welke gedachte het team speelt (welk concept men hanteert) én dat iedereen binnen dat concept wil spelen. Het team stelt gezamenlijk een doel en dan pas zijn verschillende keuzes te maken en kunnen de spelers de spelbedoelingen realiseren en samenwerken om dit doel te bereiken. Het begrijpen van elkaar, het aanvoelen in een spelsituatie wordt zo eenvoudiger en te begrijpen. Het begint bij een paar simpele afspraken en kan heel ver doorgevoerd worden. Er wordt nu met meer weerstanden getraind, de uitvoering wordt heel belangrijk en de handelingssnelheid moet omhoog. Dit bereik je als trainer door het speelveld te verkleinen, het verplicht minder of juist meer raken van de bal en spelen met meer tegenstanders. Als trainer moet je nu de ploeg heel goed kunnen analyseren, tekortkomingen van je ploeg bloot leggen om deze dan via gerichte trainingen weg te werken. Uiteraard moet er ruimte ingebouwd blijven om de speelwijze te trainen en individuele spelers te verbeteren. Steeds meer zal er taakgericht en positiespecifiek getraind moeten worden. Ploegtactiek is nu zeer bepalend voor de inhoud van de training. Belangrijk wordt nu ook hoe spelers elkaars voetbalmogelijkheden inschatten. Het samenwerken en presteren als team wordt ontzettend belangrijk. 7
Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
In alle categorieën wordt zoveel mogelijk met bal getraind. In de jongste categorieën wordt daarentegen uitsluitend met bal getraind. Alle trainingen dienen voldoende wedstrijdvormen te omvatten (denk aan het FUN-aspect).
8
Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
Gedragscode Aanwezigheid en stiptheid Aangezien voetbal een ploegsport is, mogen wij van de spelers verwachten dat zij zich tot het uiterste inspannen om aanwezig te zijn op de training en wedstrijd. Iedere speler ontvangt hiertoe een voetbalkalender waarop alle speeldata zijn vermeld voor het hele seizoen. Mogen wij de spelers en ouders vragen om in de mate van het mogelijke hiermee rekening te houden zodat de spelers tijdig en maximaal aanwezig zijn. Iedere speler zorgt er voor stipt op tijd op alle afspraken voor trainingen en wedstrijden aanwezig te zijn. Elke speler is voor aanvang van de training aanwezig in de kleedkamer. Regelmatige ongewettigde laatkomers op, of wegblijvers van de training kunnen als sanctie niet opgeroepen worden voor een wedstrijd. Indien je niet of niet op tijd kunt aanwezig zijn voor een training of wedstrijd, dan verwittig je altijd de trainer!
Coaching De trainer is “baas” over de ploeg. Hij duidt de spelers aan voor de wedstrijd en geeft hun de nodige richtlijnen. Enkel de richtlijnen die door de trainer worden gegeven worden opgevolgd. Dat spelers mekaar coachen mag en moet uiteraard ook. Richtlijnen geven en coachen doen we op een rustige manier in een beschaafde en verstaanbare taal zonder te roepen. De ouders geven nooit richtlijnen. Dit brengt enkel de spelers (ook hun eigen kind) in verwarring. Van de ouders wordt wel verwacht dat ze hun kind en de ploeg positief aanmoedigen. Positief blijven is de boodschap. Ouders moeten ook durven kritisch zijn ten opzichte van hun eigen kind.
Douche Op uitzondering van de debutantjes (U6 tot U9) is het nemen van een douche na elke training en wedstrijd verplicht. Het nemen van een douche na de wedstrijd is daarentegen verplicht voor iedereen. Er worden hier geen uitzonderingen op toegestaan. Het is immers niet netjes om met je bezwete of vuile voetbalkleren naar huis te gaan. Het is ook niet hygiënisch om niet te douchen na een training of wedstrijd. Badslippers worden aangeraden.
Gedrag 9
Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
We verwachten van iedereen een correct gedrag tegenover medespelers, trainers, begeleiders, tegenstanders, scheidsrechters en publiek. Bij aankomst voor training en wedstrijd groet je de trainers, de medewerkers van de club en de spelers met een handdruk. Voetbal is een ploegsport waarbij we allemaal op elkaar aangewezen zijn. Allen maken we wel eens een foutje. Missen is menselijk en dus moeten we daar begrip voor hebben. De beslissingen van de scheidsrechter worden altijd gerespecteerd. Kritiek op medespelers is ten strengste verboden. Enkel zelfkritiek kan tot betere resultaten leiden. Praten op het veld mag en moet (mekaar coachen of aanmoedigen).
Kledij Iedereen zorgt er steeds voor nette en propere kledij te dragen. De kledij dient ook steeds aangepast te zijn aan de weersomstandigheden. Wanneer het kouder wordt is het dragen van een trainingspak met lange broek verplicht. De trainer zal dit aangeven. Onaangepaste kledij kan er in het belang van de speler toe leiden dat de deelname aan de bewuste training geweigerd wordt! Elk kledingstuk individueel labelen met naam is aangeraden. Draag geen kettingen, uurwerken, oorbellen of andere voorwerpen tijdens de trainingen en wedstrijden die voor jezelf of anderen gevaarlijk kunnen zijn. Het dragen van beenbeschermers is verplicht, zowel op training als wedstrijd. Het trainingspak van SKVO draag je in de mate van het mogelijke om naar elke wedstrijd van je ploeg te komen.
Kleedkamer Met uitzondering bij de allerkleinsten, zijn de kleedkamers enkel toegankelijk voor spelers, trainers en begeleiders. Voor alle andere personen is hier de toegang verboden. Gedraag je in de kleedkamer, ook al zijn de trainers of de begeleiders niet in de kleedkamer aanwezig. Voor de training je rustig aankleden en wacht je tot de trainer je komt halen om naar het veld te gaan. Help ook zorgen voor netheid van de kleedkamer en gooi je blikjes, papiertjes, flesjes, … altijd in de vuilnisbak. Iedereen heeft ook respect voor het gerief van de andere medegebruikers in de kleedkamer.
10
Opgesteld door Peter Cooreman – juni 2012
Activiteiten Je neemt zoveel mogelijk deel aan extra sportieve activiteiten die door de club georganiseerd worden. Dit uit respect voor de intensieve en belangeloze inzet van alle vrijwilligers om het bestaan van de voetbalvereniging mogelijk te maken.
11