Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief Mrt.2012
84
Nieuwsbrief no 84 pag. 1
Beste vrienden, Met recht kunnen we zeggen dat Masja Dragt in Februari uit haar lijden verlost werd. We denken aan haar als een bevlogen gastdocente en een meevoelend mens. In de vorige nieuwsbrief kon ik niet meer vermelden dat aan het einde van het vorige jaar Tobias van Beek en Mick van Ee ook overleden zijn. Beiden altijd bereid om naar een school te gaan en hun verhaal te vertellen. Een groot verlies. In de vorige nieuwsbrief heb ik al gemeld dat de subsidie in 2011 niet toegekend werd en dus mijn vraag was wie de nieuwsbrief per e-mail wilde ontvangen om de kosten te besparen. Eén derde heeft geantwoord en er blijft mij niets anders over om maar verder te gaan met verspreiding zoals me redelijk lijkt. Het merendeel van de mensen die al antwoordde wil de landelijke dag het liefst in Bronbeek houden, het bleek ook de goedkoopste optie. Willen jullie daarom vast noteren dat de landelijke dag 30 Oktober in de Koempoelan zal zijn. Het thema van het Nationaal Comité 4 en 5 mei is dit jaar “Vrijheid geef je door”. Onze penningmeester, helaas een tijdje in het ziekenhuis, doet er alles aan om een heroverweging bij de subsidiegever los te krijgen. Nu het Nationaal Comité 4 en 5 mei door het Ministerie van VWS de mogelijkheid gekregen heeft om zelf over kleinere subsidie’s te beslissen hebben de voorzitter JW Hoegen en ik de mogelijkheid aangegrepen om vanouds weer met de directeur van 4 en 5 mei een gesprek aan te gaan. De Oorlogsgravenstichting is bezig om een jeugdwebsite te maken met medewerking van onze gastdocenten (zie bijlage). Ook is er door de OGS een monument in Loenen opgericht voor de 251 KNIL militairen die op 19 Januari (Tarakan) door de Japanners werden gedood. Op verzoek is er een bladzijde uit de boeken die Teun Heystek uitgaf : Fotoalbum WO II Zuidoost-Azië overgenomen. Verder nog allerlei waar jullie wellicht interesse voor hebt Mede namens het bestuur hartelijke groet,
Inhoud.
Communicatiebericht Indisch Platform december 2011 .......................................................... 2 Niet alleen Indonesiërs waren slachtoffer van geweld. .......................................................... 4 Rawa Gedeh ......................................................................................................................... 4 Waren de Politionele Acties in het voormalig Nederlands Indië noodzakelijk? ........................ 5 Boeddhisme,de mythe van een geweldloze religie ....................................................................... 6 K XVI (onderzeeër) ............................................................................................................... 6 Eer voor vergeten dode KNIL-kapitein in ’42 door Japanners op Tarakan gefusilleerd. ........... 7 TARAKAN. Monument voor zeelieden ............................................................................................. 7 Geschiedenis ....................................................................................................................... 8 Pearl Harbour ...................................................................................................................... 8 Opvolger (M/V) gezocht. ....................................................................................................... 8 Boek ‘Het ruisen van de tjemara’s’ ........................................................................................ 9 Bandoeng zendstation en laboratoria .................................................................................. 10 Belangrijke adressen uit BEGO-Contact .............................................................................. 10 Stichting Centrum ’45 .................................................................................................................... 10 SLAG IN DE JAVAZEE ......................................................................................................... 11 Kinderboek “Weg uit Indië”................................................................................................... 13 DVD-Diederick van Vleuten................................................................................................... 13 Oorlogsgravenstichting jeugdwebsite. ................................................................................ 14
Onze activiteiten worden mede mogelijk gemaakt door de opbrengsten uit de Giroloterij en de Bankloterij. Uw deelname aan de Giro- c.q. Bankloterij wordt daarom van harte aanbevolen.
secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 2
Communicatiebericht Indisch Platform december 2011 Mededelingen vanuit de aangesloten organisaties Stichting Nederlands Indisch Cultureel Centrum Het NICC binnenkort waarschijnlijk een officiële locatie zal krijgen in Den Haag waar een Indische woongroep zal worden opgezet. Inmiddels zijn onderhandelingen gaande met de gemeente om hieraan invulling te geven. LV-INOG Men wil zich vooral gaan richten op de cultuur- en de geschiedenisoverdracht naar de tweede generatie. Dit wordt gedaan in samenwerking met de Stichting Gastdocenten. Stichting Mata Hari Aangezien er voor de Masuk Sadja die door Pelita (afdeling Groningen) wordt georganiseerd geen subsidie meer beschikbaar is heeft de Stichting Mata Hari zich bereid verklaard om de groep op te vangen. Iedereen is welkom, maar zodra men binnen is wordt men geacht een Matahariaan te zijn. De maatschappelijk werker van Pelita (Theo Boite) blijft ondersteuning geven bij uitvoering van de wetten voor oorlogsgetroffenen voor de aanvragers hiervan. Stichting Halin Na het overlijden van twee bestuursleden de Stichting Halin zijn nieuwe bestuursleden aangetrokken. Geprobeerd wordt om de Stichting Halin wat beter te structureren. Zo wordt aan degenen die nu steun ontvangen om een Attestatie da Vita gevraagd. In februari zal weer een bezoek gebracht worden aan Jakarta. Op dit moment ontvangen 759 personen een uitkering, maar er is weer een toename van aanvragen voor uitkeringen geconstateerd. De uitgaven op zich vallen mee, maar deze zijn uiteraard wel afhankelijk van wat de mensen zelf melden en aanvragen, zoals voor medische kosten. Stichting Verfilming Japanse Bezetting 1942-45 Men bezig is druk om fondsen te werven voor de documentaire over de buitenkampers. Tevens zullen binnenkort twee boeken (van Theo Blokland en van Nel van der Graaf) worden uitgegeven over dit onderwerp. Men hoopt voldoende middelen te verkrijgen om ook in Indonesië opnamen te kunnen maken. Stichting Jongenskampen “Bangkong-Gedungjati” De organisatie heeft besloten om zeker nog tot 2015 door te gaan. Jaarlijks zal er nu maar één reünie worden gehouden voor de 400 leden die deze organisatie nog heeft. Ook het blad de “Bangkonger” komt nog steeds uit. Stichting Budi Santoso 1995 De Stichting wil doorgaan met het organiseren van de jaarlijkse herdenking op 15 augustus, maar stopt met het organiseren van de sociale bijeenkomsten. De jongeren hebben geen behoefte meer aan 'Tempo Doeloe', hoewel zij wel graag bij elkaar komen. Deze activiteit zal per 1 januari 2012 worden beëindigd.
Stichting Japanse Ereschulden. Tijdens de 205de demonstratie van JES werd in de petitie aan de Eerste Minister van Japan aandacht gevraagd voor de 1.000ste demonstratie van de Grandma's (Koreaanse Comfort Women). Daarnaast is de Stichting bezig om bezig om een 'monumentuitgave' te realiseren. Het betreft de namen van hen die als KNIL-militair, verzetsman/vrouw of lid van de Koopvaardij in Indië of anderszins onder Nederlandse vlag zijn omgekomen. In de Erelijst die eigendom is van de Tweede Kamer en werd geschonken door Koningin Juliana zijn naar schatting 6.000 namen niet opgenomen. De Tweede Kamer heeft gevraagd aan het NIOD om de lijst te beheren, maar gebleken is dat het NIOD daar geen tijd/geld voor heeft. Ouderenzorg Door de bezuinigingen wordt er steeds meer gevraagd om mantelzorg en thuiszorg. Men komt moeilijker binnen in een zorginstelling, omdat de indicatienorm om hiervoor in aanmerking te komen hoger is gelegd. De dagverzorging loopt terug en is voor een deel afhankelijk van vrijwilligers, die bijvoorbeeld de mensen van en naar de dagverzorging brengen. De ouderen moeten nu een beroep doen op de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. De gemeenten bepalen zelf waaraan zij geld willen besteden. Zo mag de gemeente zelf bepalen of zij er lantaarnpalen voor wil aanschaffen of er ouderen mee wil helpen. Hoewel het een algemeen probleem is is het ook voor het IP wel een punt van aandacht voor de ouderen uit Indië. Gebleken is dat men bij dementie verschijnselen vaak terug valt naar de taal van de jeugd, het Maleis. Dit betekent dat er verzorgers moeten zijn die deze taal spreken. Politieke Contacten over materiële zaken De delegatie van het Indisch Platform heeft gesproken met de fractievoorzitters van de VVD, de CDA en de PVV. Niet alle fractievoorzitters waren evengoed geïnformeerd door de woordvoerders over dit onderwerp. Het bleek erg nuttig te zijn om deze gesprekken te voeren, om zo meer duidelijkheid te krijgen over het tot stand komen van de beslissing om de motie Dijkstra, om een commissie van wijzen aan te stellen, af te wijzen. Gewezen is in deze gesprekken op de manier waarop men het probleem van de Molukkers indertijd heeft erkend, waarbij naast de de Rietkerkpenning een jaarlijkse uitkering wordt gegeven. De angst voor claims speelt een rol, hoewel de politici van de regeringspartijen wel gevoelig zijn voor de morele kant van de Indische Kwestie. Het Indisch Platform gaat door met besprekingen om met de Kamer een oplossing te vinden voor dit probleem. Ambtelijke contacten over immateriële zaken Voorzitter, vicevoorzitter en secretaris hebben gesproken met ambtenaren van VWS over immateriële problemen van de Indische Gemeenschap.
secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË Aan de orde kwamen de volgende onderwerpen. Onderwijs Het onderwijs over Nederlands Indië en de dekolonisatie is nog steeds ondermaats. Met name is gewezen op de volgorde die in de enquête van Elsevier naar voren kwam over wat men belangrijk vond in het geschiedenisonderwijs. Het blijkt dat de Holocaust op de eerste en de dekolonisatie op de laatste plaats komt. In de jaren 2010 tot 2012 is de dekolonisatie en de koude oorlog aan de orde. Het gaat hierbij dan wel over de dekolonisatie van Vietnam. Indië wordt totaal niet genoemd. De officiële examencommissie bepaalt het thema bij het geschiedenisonderwijs. Een onderwijsproject zou kunnen zijn om een dag te organiseren voor docenten geschiedenis waarbij informatie wordt gegeven met daarbij behorend materiaal. Nationaal Comité 4 en 5 mei De stem van de Indische Gemeenschap wordt te weinig gehoord vanuit het Nationaal Comité dat naar onze mening erg eurocentrisch denkt. Het IP probeert een mogelijkheid te vinden om hier iets aan te doen. Indisch Herinneringscentrum Bronbeek In het convenant tussen de Ministeries van VWS en Defensie was afgesproken dat het IHCB mocht beschikken over de gehele boerderij op het landgoed Bronbeek. Nu heeft men slechts de bovenverdieping, omdat er nog allerlei voertuigen staan opgeslagen die van Defensie zijn. Het IHCB heeft geen museale functie, maar er is natuurlijk wel werkruimte en opslagruimte nodig. Het IHCB zou mogelijk wel een rol kunnen spelen bij het verwijzen naar de plaats waar men met het museale materiaal naar toe kan gaan. De Vlaginstructie De vlaginstructie die dateert van 1999, wordt slecht nageleefd, hoewel deze datum een nationale herdenkingsdag is. Door het Nationaal Comité is een steekproefsgewijs onderzoek gedaan naar het uitvoeren van de vlaginstructie bij een 100-tal gemeenten. Onderscheid is gemaakt tussen de stadhuizen en de overige gemeentelijke gebouwen. Het blijkt dat de vlaginstructie op 15 augustus niet goed wordt nageleefd, zeker in vergelijking tot die van 4 en 5 mei. Het Ministerie van BiZa zal naar alle gemeenten een brief sturen om hen hierop te wijzen. Financiën De begroting opgesteld door de penningmeester wordt goedgekeurd. De organisaties dragen ieder 100 Euro per jaar bij. Verder is het zaak nu er geen subsidie meer wordt gegeven om zoveel mogelijk donateurs te werven om de administratiekosten te dekken. Alles wordt gedaan door vrijwilligers die hiervoor slechts onkostenvergoeding ontvangen. Er is behoefte aan administratieve ondersteuning van het IP. Het IP doet een beroep op mensen die in Den Haag en omgeving wonen en een halve dag in de week (of langer) bereid zijn zich als vrijwilliger voor het IP in te zetten. U kunt zich bij het IP-secretariaat aanmelden. Beeldvorming IP De Indische Gemeenschap heeft weinig informatie
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 3
over wat het IP doet en hoe het functioneert. Men heeft er een andere voorstelling van. Statutair behartigt het IP de belangen en is behulpzaam bij het faciliteren van lopende zaken, maar onderneemt zelf geen acties op bijvoorbeeld de Indische Cultuur. Tot nu toe is nagelaten om deze doelstelling van het IP duidelijker zichtbaar te maken. Zo heeft de organisatie Indisch Erfgoed Apeldoorn afgehaakt. Dit is spijtig, maar men heeft zelf verzuimd om haar inbreng te geven. Het IP stelt zich veel breder op dan men denkt. Voorgesteld wordt om ad hoc bepaalde groepen samen te stellen, zoals nu de delegatie voor de back pay en oorlogsschade en de PR werkgroep. Wanneer er andere organisaties samen willen werken is de vergaderruimte bij JES beschikbaar. Het is denkbaar dat er een groep ontstaat die zich bezig houdt met herdenkingen, Indische cultuur of met onderwijs. Public relations/Mediacontacten. Nog steeds is het moeilijk om de aandacht te trekken van de media. In de regionale bladen worden wel artikelen geplaatst. Deze worden wel erg vaak gelezen. Naar aanleiding van de Rawagede zaak is een persbericht uitgegaan. Helaas ijn de media daarop niet ingegaan. Naar de mening van het IP moet er duidelijker naar buiten toe worden uitgedragen dat het IP meer doet. Het IP behartigt ook de belangen voor het behoud van het Culturele erfgoed, naast de politieke items. Wat betreft de publicaties in de kranten blijkt dat de journalist wel over een item kan schrijven maar de hoofdredacteur beslist of een artikel wordt geplaatst. Overige zalen die aandacht hebben van het IP De herdenking in Roermond is niet van de grond gekomen, omdat er gebrek is aan menskracht. Alle faciliteiten zijn aanwezig, maar er moeten wel een paar vrijwilligers bereid zijn om het een en ander voor te bereiden. De herdenking werd voorheen gehouden op de eerste zondag na 15 augustus. Nu wordt samen met de veteranen de burgerslachtoffers uit de bersiap herdacht. Mevrouw Verbeet legt haar krans bij het burgermonument. Een aantal musea wordt met sluiting bedreigd. (Nusantara en het KIT). Nusantara valt onder de subsidie van de gemeente Delft. Het is zaak goed op te letten wat er met de collectie zal gebeuren. Wordt deze opgeslagen of overgedragen bijvoorbeeld aan het museum van Leiden of het Wereldmuseum in Rotterdam? Het stripboek de “Terugkeer” was er een uit een serie van drie. De eerste hadden betrekking op Anne Frank. Het is nu gebleken dat het alleen naar de openbare scholen is gestuurd. Veelal zijn ze blijven liggen bij de scholen. Beter was geweest om er extra aandacht voor te vragen. Het boek had ook naar de basisscholen gestuurd kunnen worden. Het is onbekend of de stripboeken een plaats hebben gekregen in de schoolbibliotheken. Door persoonlijk de leraren te benaderen om dit onderwerp als les materiaal te gebruiken blijkt dat het toch een project is dat aanslaat. Anneriet de Pijper
<<<>>>
secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 4
Niet alleen Indonesiërs waren slachtoffer van geweld. Extremisten zaaiden dood en verderf onder blanken in voormalig Nederlands-Indië. Dat moet niet worden vergeten. Tienke Klein, lezeres, Amstelveen
Nu na de vrouwen uit Rawagedeh ook weduwen op Celebes, het tegenwoordige Sulawesi, een schadeclaim overwegen, vooral vanwege de noodzaak tot erkenning van de opgedane trauma’s, is het belangrijk de situatie van toen in Indonesië niet uitsluitend met de moraal van nu en de onbekendheid met de feiten van toen te benaderen. Daarom een ooggetuigenverslag. Eind augustus 1945, Japan was net gecapituleerd, ik was bijna zes jaar. Nederlandse vrouwen en kinderen moesten in de Japanse interneringskampen blijven, omdat het daarbuiten levensgevaarlijk voor hen was. De Jappen hadden tijdens de bezetting stelselmatig het Indonesische volk opgestookt tegen de blanken. Groepjes jongemannen, soms bijna nog kinderen, werden tot terreureenheden omgevormd en getraind met bamboesperen en geweren: de extremisten. De situatie in ons kamp, Ambarawa werd onhoudbaar. Indonesische sluipschutters beschoten vanuit klapperbomen buiten het kamp de open toilethokjes. Er vielen steeds meer doden, vrouwen en kinderen. Mijn moeder nam een baan aan als verpleegster in het burgerhospitaal in Magelang. Daar werden wij belegerd door extremisten. Met bamboesperen beukte een woedende menigte de ramen aan diggelen. De moeder van een vriendje werd voor mijn ogen neergeschoten. Op het moment dat het hospitaal in hun handen zou zijn gevallen en iedereen zou zijn afgemaakt, schoten Britse gevechtseenheden te hulp. Maar de situatie bleef onhoudbaar. In de volgende nachten werden groepen vrouwen en kinderen in het geheim uit het ziekenhuis geëvacueerd met vrachtwagens. We liepen in de val. Vanuit bomen aan de kant van de weg werd benzine gegoten tussen de vrouwen en kinderen in de open laadbakken en werden brandende lappen tussen hen in gegooid. Vijf van de zeven vrachtauto’s ontploften voor onze ogen. Nonnen vlogen als fladderende zwarte vogels door de lucht. In de vuurzee werden afgehouwen hoofden op palen zichtbaar aan de kant van de weg. In een wilde rit wisten twee vrachtauto’s te ontkomen. Na uren rijden kwamen we aan in een veldhospitaal waar de gewonden werden verzorgd. Ik lag daar naast een Indonesisch jongetje, zijn been hing in een katrol
aan het plafond. Hij had prachtige bruine ogen. We keken elkaar aan en werden op slag vriendjes. Toen ik naar hem keek zag ik achter hem extremisten de hospitaalingang binnen rennen. Mijn moeder rukte me uit het hospitaalbed, sleepte me mee naar de twee vrachtauto’s die gelukkig achter stonden, en al gas gaven. Achter ons ging het ziekenhuis in vlammen op. Alle patiënten, Hollands of Indonesisch, die niet naar de vrachtauto’s hadden kunnen rennen kwamen om het leven. Ook het jongetje. Terug naar Ambarawa, daar was tenminste een kampement. We kwamen dagenlang onder mortiervuur te liggen en verscholen ons onder matrassen. Weer vluchten. Uiteindelijk bereikten we de kust, waar een schip bij de kade klaar lag. Extremisten hielden dat onder mitrailleurvuur. Uiteindelijk werd de kade door de Britten ‘schoongeveegd’ en bereikten we buitengaats Batavia. Het is zeer goed te begrijpen dat de weduwen uit Celebes getekend zijn door hun trauma’s. Maar zolang Indonesië monumenten heeft staan ter ere van de extremisten, met bamboe- speer en al, getuigt dat niet van enig besef voor het immense leed dat deze getrainde moordenaars hebben aangericht zowel onder blanken als onder de eigen bevolking. Hollandse militairen kwamen in een waanzin van haat terecht, waar Nederland geen idee van had en heeft. Oorlogswaanzin is besmettelijk, al rechtvaardigt het ene geweld het andere niet. Erkenning voor het leed dat Indonesische weduwen is aangedaan, is terecht. Maar het kan niet zonder erkenning van het leed dat talloze blanke vrouwen en kinderen is aangedaan. Eenzijdige schadevergoeding voor Indonesische getraumatiseerden en eenzijdige veroordeling van Nederlandse oorlogsveteranen - dat klopt niet. Het doet geen recht aan de totaal verwrongen, door de Japanners aangejaagde haat die Nederlands-Indië toen in zijn greep had, waardoor aan beide zijden rauwe oorlogswonden zijn toegebracht. Wil er werkelijk recht gedaan worden dan zal er aan twee kanten gekeken moeten worden naar de begane oorlogsmisdaden die talloze onschuldigen het leven kostten. Trouw donderdag 5 januari 2012
<<<>>> Rawa Gedeh Nabestaanden van het Javaanse dorp Rawa Gedeh (nu Balong Sari) hebben eindelijk van de Nederlandse Regering excuses aangeboden gekregen voor de moordpartij door Nederlandse militairen in hun dessa op 9 december 1947. Direct betrokken nabestaanden ontvingen tevens 20.000 Euro als genoegdoening voor het aangedane leed. Wij gunnen deze weduwen die nu over de tachtig en negentig jaar oud zijn hun compensatie van harte. Onrecht dient hersteld te worden, waar en voor zover dit mogelijk is. Bij ons rijst echter ook de vraag of de Republiek Indonesië nu bereid is, over de brug te komen. We denken dan met name aan excuses voor niet in het gevecht gedode Nederlandse militaire en burgers die tevens onderhevig waren aan martelingen door Indonesiërs. Bij de burgers denken we vooral aan degenen die tijdens de Bersiapperiode werden vermoord en getjingtjangd en vervolgens in de kali werden gegooid. Hierover heerst in Nederland een oorverdovende stilte. Wie van onze jonge Nederlandse nabestaanden neemt deze onverkwikkelijke zaak ter afdoening op zich? Freddie Cochius BEGO-Contact 81/82 - december 2011 www.begobondgenoten.nl
<<<>>>
secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 5
Waren de Politionele Acties in het voormalig Nederlands Indië noodzakelijk? De vraag die vaak gesteld werd en feitelijk nog steeds actueel is: “Waren de z.g. politionele acties vanaf 21 juli 1947 eigenlijk wel noodzakelijk?” Om twee redenen kan dit wel degelijk, zeker gezien het tijdsgewricht, bevestigend beantwoord worden. Voor de eerste reden moeten wij terug naar augustus 1945. In die maand bevonden zich in de Japanse concentratiekampen nog 40.000 Nederlandse krijgsgevangenen. (militairen en mannen vanaf 12 jaar), • bijna 80.000 Nederlandse vrouwen, kinderen en oudere mannen, met daarnaast een dodental van bijna 33.000. Een Japanse legerorder uit 1944, door keizer Hirohito in het diepste geheim uitgevaardigd, gaf opdracht aan alle commandanten van de Japanse concentratiekampen om bij een Amerikaanse of Britse invasie ALLE geallieerde gevangenen om het leven te brengen. Dr. Linda Goetze Holmes, expert op het gebied van de oorlog in de Grote Oceaan, ontdekte dit in geheime documenten van de Amerikaanse Militaire Inlichtingendienst in 1997. De datum van deze massamoord was gepland op 26 augustus 1945. Niet alleen om de enorme verliezen aan geallieerde zijde te beperken, maar ook omdat de Amerikaanse Militaire Inlichtingendienst duidelijk op de hoogte was van deze misdadige legerorder, werd uiteindelijk besloten om het einde van de oorlog te bespoedigen met het werpen van twee atoombommen die 6 augustus Hiroshima, en 9 augustus 1945 Nagasaki troffen. Japan capituleerde hierdoor op 15 augustus 1945 en direct vanaf deze datum werd door de geallieerden opdracht gegeven om alle gevangenen vrij te laten. Echter op 17 augustus 1945 kondigden de Indonesische nationalisten Soekarno en Hatta de onafhankelijkheid af, de z.g. ‘Hari Proklamasi’. En vanaf dat moment begon feitelijk de Bersiap periode en daarmee de chaos. Bersiap was een revolutionaire strijdkreet van Indonesische, door Japanners opgeleide en bewapende jongeren (de ‘pemuda’s) en betekende “wees paraat”. Tegen allen die beschouwd werden als bedreigend voor de revolutie werd gestreden. D.w.z. de Nederlanders die veelal totaal verzwakt uit de Japanse interneringskampen kwamen, de Indische Nederlanders en de Ambonezen werden aangevallen, vermoord, gemarteld en afgemaakt. De vrouwen en kinderen die uit de kampen werden gehaald en in militaire trucks en treinen werden vervoerd, werden onderweg tot stilstand gedwongen en met handgranaten, automatische vuurwapens, klewangs en bamboe speren door de pemuda’s beschoten, ingehakt en gespiest. Tot overmaat van ramp verklaarde Soekarno op 2 oktober 1945 Nederland de oorlog. En nu trokken de
pemuda’s die hier een vrijbrief in zagen, plunderend, verkrachtend, verminkend en moordend door het land (met name Java) op zoek naar blanken en bevolkingsgroepen die zich in de oorlog anti-Japans hadden opgesteld. Hieronder waren eveneens Chinezen, IndoEuropeanen en aanhangers van een christelijke godsdienst. Alleen al in de laatste drie maanden van 1945 zijn naar schatting 3.500 geregistreerde burgers omgekomen en circa 4.000 vrouwen en kinderen die alsnog in de bersiapkampen terecht waren gekomen, door honger, ziekte en uitputting omgekomen. Ten slotte waren er 16.000 vermisten, w.o. Chinezen met de Nederlandse nationaliteit. Een totaal van 23.500 personen. Tel daar nog bij op de ruim 33.000 doden uit de Japanse interneringskampen en het onstellende getal van ruim 56.500 slachtoffers in de 5 jaar die de oorlogshandelingen in het voormalige Nederlands-Indië duurden (dit waren 11.200 slachtoffers, per jaar, ruim 307 mensen per dag!). De chaos die was ontstaan en het vogelvrij verklaren van Nederlandse Staatsburgers leidde ertoe dat de voorbereidingen voor een militaire expeditie al in 1945 geïntensiveerd werden. Te meer daar de Nederlandse burgers geen enkele veiligheid meer bezaten en op ieder moment van de dag gemolesteerd of vermoord konden worden. Hun veiligheid kon alleen door de inzet van militairen min of meer gegarandeerd worden en door de transporten van gerepatrieerde burgers naar Nederland te beveiligen. Maar zeer veel burgers die na de concentratiekampperiode na een aantal weken c.q. maanden weer aangesterkt waren, vertrokken weer naar hun werkplekken zoals de koffie, thee, suikerriet- en tabaksplantages en niet te vergeten de olievelden en raffinaderijen om daar de productie weer op gang te brengen. Ook deze voor de naoorlogse Nederlandse economie uiterst belangrijke plekken moesten beveiligd worden door Nederlandse militairen. Dit economisch belang brengt ons naar de tweede reden. Vrijwel onmiddellijk na de Indonesische onafhankelijkheidsverklaring op 17 augustus 1945 laaide het debat over de betekenis van Nederlands-Indië voor Nederland op, Nu met grotere intensiteit en urgentie dan ooit. Immers Nederland ontleende zijn zelfbewustzijn voor een groot deel aan het bezit van Indië. Er leefde sterk de angst dat Nederland de verwoesting van de Tweede Wereldoorlog niet te boven zou komen zonder de Indische inkomsten. Een aanzienlijk deel van het nationaal inkomen werd uit Indië verkregen en vele Nederlanders waren voor hun werk afhankelijk van de kolonie. Verlies kwam neer op verpaupering, een schrikbeeld dat doorklonk in de leus “Indië verloren, rampspoed geboren”. De toenmalig vermaarde minister van Financiën Pieter Lieftinck stelde dat het wegvallen van deviezen uit Indonesië catastrofaal zou uit-
secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË pakken: Het reeds ernstige dollartekort zou nog erger worden en dit zou de wederopbouw hier te lande in gevaar brengen en delen van de industrie platleggen. Deze stelling was niet zo vreemd aangezien de hele belastingopbrengst over 1945 maar iets meer dan 300 miljoen gulden bedroeg. De Marshallhulp kwam later, vanaf 1948 (tot 1951) echt op gang en heeft het naoorlogse herstel natuurlijk mede bespoedigd. Maar de deviezen uit toen nog steeds Nederlands- Indië bedroegen jaarlijks 1 miljard (!) gulden en droegen duidelijk bij aan de Nederlandse opbouw. Dit werd o.a. decennia later bevestigd door de toenmalige minister van Economische Zaken J.R.M. van den Brink die aangaf dat: “Zolang de wederopbouw nog niet voltooid was en de industriële heroriëntatie zijn vrucht nog niet afwierp, de inkomsten uit Indonesië een onmisbare additionele financiële bron vormden voor de Nederlandse economie.” Resumerend: de Nederlandse militairen die naar Indonesië werden gestuurd, hebben een grote bijdrage geleverd aan niet alleen de veiligheid van de Nederlandse Staatsburgers daar, van de plantagegebieden en de olievelden in Indonesië, maar ook droeg hun aanwezigheid ertoe bij, dat in Nederland de wederopbouw versneld van de grond kon komen. Hiervan heeft tot vandaag de dag iedere Nederlander geprofiteerd.
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 6
Over de oorlogshandelingen die zijn ontstaan vanaf 1945 tot 1950 zijn boekdelen geschreven met nadruk op de excessen die wederzijds ontstonden. Veel te weinig is de nadruk gelegd op economische en veiligheidsredenen die legitiem konden zijn in een tijdsgewricht waarin verwoesting en chaos heersten. In latere decennia is veel te veel moralistische nadruk gelegd op dit verleden en zijn zij moreel en ethisch onterecht aan de kant geschoven. Gelukkig is hierin terecht verandering gekomen door erkenning van hun bijdrage, helaas voor velen te laat. Gedenk hen met respect, want ook hun bijdrage heeft ertoe geleid dat Nederland een welvarende natie is geworden en daar past alleen maar dankbaarheid bij! Maar bedenk bij dit alles dat geen enkele oorlog, op welke wijze dan ook gevoerd winnaars kent, maar uitsluitend verliezers. De geschiedenis en met name onze geschiedenis geeft daar tot heden getuigenis van. Het is zaak om daar van te leren en in te zien dat geweld slechts een tijdelijke oplossing brengt maar dit met vele, vele slachtoffers. Leo Tho Neijenhuijs BEGO-Contact 81/82 - december 2011, januari 2012 www.begobondgenoten.nl
<<<>>>
Boeddhisme,de mythe van een geweldloze religie. In het Westen wordt het boeddhisme vaak gezien als een vreedzame religie. Er zijn weinig oude teksten bewaard en die er zijn , zijn niet eenduidig. Aan de ene kant kun je wijzen op de vijf geloftes waar een boeddhist zich moet houden, en waarvan de eerste een verbod op het doden van levende wezens is. Anderzijds, in het Mahayana bestaat het concept van de Bodhisattva ,wiens plicht het is een moordenaar te doden voordat deze tot zijn daad over kan gaan. Omdat hij zijn daad niet doet uit eigenbelang , zal hij verschoond blijven van de wedergeboorte in de hel. Voor alle boeddhisten zijn de intenties belangrijker dan de daden. Op Sri Lanka kregen de boeddhistische soldaten van de monniken te horen dat het verhaal uit de Palicanon , dat wie op het slagveld overlijdt, in een hel herboren wordt , voor hen niet opging. De intentie van hun was niet het doden van de tegenstander maar bescherming van het land, en daarom hoefden zij zich geen zorgen te maken. Het Shaolin-klooster in China is bekend om zijn demonstraties van kung-fu vechttechniek.
De monniken van dit klooster waren in oude tijden de kern van het keizerlijke leger in China vanaf de Tangdynastie. Gevechtstraining was een vast onderdeel van het klooster leven. Toen de Qing-dynastie aan de macht kwam werden wapens verboden bezit in kloosters. Maar gevechtstraining ging gewoon door , maar nu in gevechtstechnieken zonder wapens. Tot aan het einde van de Tweede Wereldoorlog werd in Japan de vijand als de vijand van het boeddhisme neergezet, waardoor de oorlog waarin Japan verwikkeld was een heilige oorlog was en het doden van de vijand de plicht van elke Japanner was. Van het vogelvrij verklaren van andersdenkende tot aan heilige oorlogen , lijfstraffen en zelfs terroristische aanslagen (Aum Shinrikyo aanslagen met het zenuwgas sarin in de metro van Tokyo in 1995) – wat geweld betreft lijkt het boeddhisme niet onder te doen voor enige andere religie. De Academische Boekengids 8-9 November 2011. The Shaolin monastery, Honolulu, 2008; Bouddhisme et violence , Parijs , 2008; Buddhist warfare , Oxford , 2010
<<<>>>
K XVI Op 4 oktober 2011 is het wrak van de onderzeeër K XVI teruggevonden voor de kust van Borneo (nu Kalimantan). De locatie bleef bijna zeventig jaar lang onbekend. Na een tip van een lokale visser is het schip dat met men en muis verging na torpedering door de Japanners eindelijk terecht. Het ligt op een diepte van ongeveer veertig meter in de Chinese Zee. Veertien december 2011 konden de nabestaanden eindelijk afscheid nemen van hun omgekomen geliefden. De herdenkingsplechtigheid vond plaats in marinestad Den Helder. BEGO-Contact 81/82 - december 2011
www.begobondgenoten.nl
<<<>>>
secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 7
Eer voor vergeten dode KNIL-kapitein in ’42 door Japanners op Tarakan gefusilleerd. door CHARLES SANDERS , LISSE De epauletten met drie sterren liggen op in het hevigste vuur. Hij liep langs zijn tafel in zijn werkkamer, naast de poslinie, vrolijk fluitend onder een vijandelijtuum toegekende onderscheiding en de ke kogelregen’. De avond voor zijn dood foto: een jonge kapitein in het uniform schudde hij zijn mannen de hand. Afvan het Koninklijk Nederlandsch-Indisch scheid van elkaar, afscheid van het leLeger (KNIL). ven.” Frits Treffers wordt dit jaar tachtig en is Toen de Nederlandse stellingen werden blij dat dankzij de inspanningen van overlopen, gaf Treffers zijn manschapWieteke van Dort vorige week een mopen opdracht de olievoorraden in brand nument voor Nederlandse slachtoffers te steken. Uiteindelijk moest hij zich van een gruwelijk oorlogsdrama op Taovergeven en werd hij in koelen bloede rakan werd onthuld. door woedende Japanners gefusilleerd. De gepensioneerde ingenieur is de zoon Vergeten dode in een vergeten oorlogsvan kapitein Treffers, die januari 1942 drama. Tot vorige week het monument een compagnie van 177 infanteristen op de militaire erebegraafplaats van leidde in de strijd tegen de Japanners. Loenen werd onthuld. Precies zeventig jaar geleden vond op De Japanners pleegden in de strijd om het kleine eilandje voor de kust van BorTarakan op grote schaal oorlogsmisdaneo een amper voorstelbare moordpartij Inzet: Frits Treffers als klein den. Het verlies van twee mijnenvegers, plaats. in combinatie met de in brand gestoken jochie met zijn ouders en zusje „Vader wist al weken dat hij ging ster- Lisse, voordat het gezin door de raffinaderijen, leidde tot de Japanse exven, ik heb hier nog de brief die hij een oorlog uiteen werd gerukt. cessen. Honderden KNIL-militairen wermaand voordat de ongelijke strijd met den vermoord. Een aantal ter plekke, de Japanners losbarstte aan moeder schreef”, vertelt geblinddoekt voor executiepelotons, 215 anderen rug Treffers. „’Het ga jou en de kinderen goed, wij zullen aan rug vastgebonden en vanaf een marineschip in elkaar waarschijnlijk niet meer zien’. Zijn macabere zee gegooid. voorspelling kwam helaas uit.” „Later in 1942 stonden er opeens twee Japanse militaiKapitein Treffers was gelegerd op eenzaam Tarakan. ren bij ons aan de deur in het inmiddels ook bezette Vrouwen en kinderen waren eerder al naar Java geë- Batavia”, weet Frits Treffers nog. „Ze brachten vaders vacueerd. Want de legerleiding kapiteinssterren en zijn koppel. Ik realiseerde zich terdege dat het was tien jaar en net als mijn zusje eiland vanwege de rijke DjoeataIlse doodsbang. Moeder niet. Een olievelden van de Bataafse Petrofelle vrouw, ze zou later van koninleum Maatschappij een belangrijke gin Juliana het Verzetskruis krijprooi was voor Japanners op oorgen. ’Uw man is als een held logspad. gestorven’, zeiden die Jappen. De vijand viel 10 januari 1942 aan Mijn moeder nam de spullen met met een machtige invasievloot; het ijzige blik in ontvangst. Door hen ruim zesduizend man sterke Savermoord, maar vanwege zijn kaguchi Detachement. Kapitein moed gerespecteerd. Zelfs door de Treffers en collega-officieren hadvijand.” den vanuit Batavia, toen nog de Nu het bloedbad na zeventig jaar hoofdstad, een duidelijke oplandelijk bekend is, zegt Frits Trefdracht: „Geen druppel olie naar de Frits Treffers is blij dat er eindelijk een monu- fers: „Vader werd herbegraven en vijand. Als het misgaat, de fik ment voor Nederlandse slachtoffers van een ligt op het ereveld in Jakarta, een gruwelijk oorlogsdrama op Tarakan is onterin!” mooie en rustige plek. Ik ben daar huld. FOTO: HENK BOUWMAN Zoon Frits: „Hij vocht tot de laatste met mijn vrouw Ria geweest. Net kogel. Een andere kapitein, veilig als al die andere op Tarakan geop de staf, deserteerde en vluchtte uiteindelijk naar sneuvelde Nederlanders heeft kapitein Treffers eindeAustralië. In De Locomotief, lokale krant van Batavia, lijk eer en respect gekregen.” werd mijn vader op zaterdag 24 januari van dat fatale Telegraaf, 24 januari 2011 <<<>>> oorlogsjaar geroemd. ’Treffers stond rechtop, midden TARAKAN. Monument voor zeelieden De 251 militairen van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (Knil) die op 19 januari 1942 door de Japanners op volle zee werden gedood, kregen 70 jaar na dat drama een eigen monument. Het gedenkteken staat op het Ereveld in Loenen op de Veluwe en werd op 19 januari onthuld door actrice Wieteke van Dort. De zeevarende militairen werden krijgsgevangen genomen bij Tarakan, een eilandje voor de kust van Borneo, en werden op gruwelijke wijze vermoord. BEGO-Contact 81/82 - december 2011 www.begobondgenoten.nl
<<<>>>
secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 8
Geschiedenis. Bij het symposium van de Oorlogs Graven Stichting in het Vredespaleis te den Haag op woensdag 7 september 2011, stelde de Amerikaanse hoogleraar Winter dat Afrikaanse en Aziatische volkeren geen interesse hebben in geschiedenis. Bij de NIOD studie “Van Indië tot Indonesië “, was bij hun vraag naar assistentie bij archief onderzoek het aanbod van studenten het tienvoudige van de vraag. Ze klaagden dat ze nergens wat vanaf wisten. Het NIOD organiseerde dan ook excursies naar bijvoorbeeld de Burubudur-tempels. In de NRC van 24 december 2011 stelt Adriaan van Dis in zijn interview voor de televisie serie “Van Dis in Indonesië “ : ”Ik had gehoopt dat mensen in Indonesië meer zouden weten over 350 jaar Nederlandse aanwezigheid in hun land. Dat was niet het geval. Indonesiërs geven sowieso weinig om hun geschiedenis. Beter gezegd : geen moer.” Mythologie en nationalistische verzinsels slaan beter aan. Het is pijnlijk om te zeggen , maar het intellectuele niveau van academici viel me bitter tegen. Boven de tachtig jarigen kwam je mensen tegen die enorm veel wisten , daaronder vrijwel niet. Het leek er veel op dat het de intellectuelen die nog onder Nederland gevormd zijn , weinig zin hadden om hun kennis te delen met de volgende generaties. j.w.hoegen.
<<<>>>
Pearl Harbour Donderdag 8 december schreef ik kopij voor het laatste nummer van BEGO-contact in dit jaar. Precies zeventig jaar geleden opende Japan de aanval op de Amerikaanse marinebasis op Hawaï. Een verrassingsaanval of een onverhoedse actie, zegt men in de Verenigde Staten. De Indische Geheime Dienst, de NEFIS had echter de Japanse code gekraakt en dit aan de Amerikanen kenbaar gemaakt. Hoewel de exacte datum van de voorgenomen aanval nog niet bekend was, zouden de Yankees wellicht minder verrast zijn geweest als ze het bericht van de NEFIS serieus hadden genomen. Militair gezien was de aanval een kunststuk, maar hij vernietigde wel ca. 2400 mensenlevens en vele marineschepen. Zeven december herdacht Amerika deze agressieve daad van Japan die de Verenigde Staten in de Tweede Wereldoorlog betrok. Bij deze herdenking waren enkele overlevenden aanwezig, thans ver over de tachtig of al in de negentig. Twee inmiddels overleden overlevenden kregen een zeemansgraf bij hun oorlogskameraden op de plaats waar zeventig jaar geleden hun schip ten onder ging. Om de oorlogsgeschiedenis op jongeren over te dragen was tevens een groep studenten uitgenodigd om deze plechtigheid bij te wonen. Wat zou het mooi zijn als wij óók Pearl Harbour zouden herdenken. Immers, op zeven december 1941 begon in Nederlands Indië de Tweede Wereldoorlog. Nederland was zelfs de Amerikanen nog voor met haar oorlogsverklaring aan Japan. BEGO-Contact 81/82 - december 2011 www.begobondgenoten.nl
<<<>>>
OPVOLGER (M/V) GEZOCHT Voor de “Stuurgroep Dialoog” zoek ik een opvolger voor de plaats die ik in deze stuurgroep ingenomen had. De stuurgroep Dialoog organiseert eenmaal per jaar een conferentie “DIALOOG Nederland-Japan-Indonesië”. Voor mensen die afkomstig zijn uit Nederlands-Indië, Nederland, Japan en Indonesië. Doel is om met elkaar te praten over de oorlogen die wij in het verleden hebben meegemaakt. Het gaat vooral over de persoonlijke ervaringen tijdens Japanse bezetting van het voormalige Nederlands-Indië en de strijd voor de onafhankelijkheid van Indonesië. We praten over de sporen die dat in ons heeft nagelaten en over de toekomst. Door elkaars culturen beter te begrijpen willen wij uitzicht geven op hoop, op verzoening, op bevrijding van haat, tot vriendschap en vrede. Bij sommigen helpt de Dialoog om het verleden te verwerken, voor anderen is het een kans om de geschiedenis van het eigen land direct van echte getuigen te leren. Begonnen is in 2000, maar er blijkt nog steeds veel belangstelling hiervoor. Ook bij jongeren die dit alleen van “horen zeggen” hebben meegekregen. Daarom willen wij de Dialoog behouden om de ervaringen van de oorlog over te dragen aan de naoorlogse generatie. Als Gastdocent en als ex KJBB lid heb ik graag hieraan bijgedragen. Door omstandigheden moet ik zelf hiermee stoppen. Maar het is zeer gewenst dat er een “ervaringsdeskundige” mijn plaats inneemt om te werken aan de vormgeving van de jaarlijkse conferentie. Als u interesse hebt, kunt u voor informatie terecht bij mij, Ton Stephan (040 2481304 of ton.stephan@onsneteindhoven), of bij Hans Lindeijer (040 2439786 of
[email protected] . U kunt zich ook oriënteren op onze website https://sites.google.com/site/dialoognljp/dialoog Ik hoop op een positieve respons. Ton Stephan <<<>>> secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 9
Uitgeverij en redactiebureau Persbericht www.palmslag.nl Groningen, 31 januari 2012
Boek ‘Het ruisen van de tjemara’s’ Ciska Feekes op ‘terugreis’ naar Nederlands-Indië Op 11 februari 2012 verschijnt ‘Het ruisen van de tjemara’s’ van Ciska Feekes bij uitgeverij Palmslag. In deze autobiografische roman kijkt de auteur (1936) terug op haar kindertijd in Nederlands-Indië en haar gevangenschap in Jappenkampen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het boek valt in twee delen uiteen: in deel één neemt Feekes de lezer mee op haar reizen als bioloog en haar terugreis naar Nederlands-Indië, in het tweede deel vertelt ze haar verhaal door de kinderogen van vroeger. Herinneringen en ervaringen leren de lezer meer over haar en hoe ze is geworden tot wie ze nu is. ‘Het ruisen van de tjemara’s’ (ISBN 978-90-814838-7-2) kost 15,95 euro en is te bestellen via de website www.palmslag.nl of op aanvraag in de boekhandel. Voordat de herinneringen vervagen, wil Feekes haar verleden vangen. Door flashbacks van haar leven en reizen in Suriname en Latijns-Amerika als bioloog en uiteindelijk een terugreis naar voormalig Nederlands-Indië, krijgt de lezer in het eerste deel van het boek een beeld van Ciska Feekes en haar leven als klein meisje in Indië op Java; voor de oorlog in de stad Malang, tijdens en na de oorlog op verschillende plaatsen. Ze licht stukje bij beetje de sluier op hoe ze haar verloren kindertijd heeft ervaren en aan welke personen en familieleden ze zich moest vastklampen om die tijd heelhuids door te komen. Maar ook hoe die ervaring haar vormde tot wie ze nu is. Kinderogen In het tweede deel van het boek vertelt ze haar verhaal door de kinderogen van toen. In korte verhalen beschrijft ze wat ze meemaakt en hoe dat als kind op haar overkomt. Zoals een kind het zou doen, voorziet Ciska Feekes de gebeurtenissen niet van commentaar; ze vertelt het gewoon zoals ze het zich herinnert. Daardoor blijven haar observaties puur en zonder overbodige afleidingen. Japanse bezetting ‘Het ruisen van de tjemara’s’ draagt door Feekes’ verhalen bij aan de beeldvorming van de Japanse bezetting en het leven in kampen. Met name over het kamp Banjoebiroe 10, omdat daar weinig (proza) over geschreven is. Het boek vult in dat opzicht een gat voor zowel oudere als jongere generaties die meer willen weten over die tijd. Bovendien staat het boek vol met gedetailleerde, realistische beschrijvingen van de cultuur en de natuur in Nederlands-Indië. Nawoord Jet Bussemaker Speciaal voor ‘Het ruisen van de tjemara’s’ schreef Jet Bussemaker, oud-staatssecretaris van VWS, een nawoord. In die functie was zij verantwoordelijk voor oorlogsgetroffenen. Bussemaker publiceerde in 2011 zelf het boek ‘Dochter van een kampkind. Ervaringen van een staatssecretaris met de oorlog in Nederlands-Indië’. De auteur Ciska Feekes Franciska (Ciska) Feekes werd in 1936 geboren in Batavia. Tegenwoordig woont ze in de provincie Groningen. Feekes studeerde biologie in Utrecht, Wageningen en Oxford. In 1971 promoveerde ze aan de Rijksuniversiteit Groningen op het natuurlijk gedrag van dieren. Ze deed veel onderzoekswerk in Zuid-Amerika, vooral in Suriname en Mexico. Daarna zette ze zich in voor natuurbescherming in Latijns-Amerika. Boekpresentatie De presentatie van het ‘Het ruisen van de tjemara’s’ is op zaterdag 11 februari in Het Heerenhuis (Spilsluizen 9, Groningen) en start om 14.30 uur (inloop vanaf 14.00 uur). Geïnteresseerden zijn welkom. Voor meer informatie kan men contact opnemen met uitgeverij Palmslag (www.palmslag.nl). EINDE BERICHT Noot voor de redactie: Voor vragen of het opvragen van een digitaal of gedrukt lees- of recensie-exemplaar kunt u contact opnemen met uitgever Maurice van Dijk: telefoon 06 - 218 263 97 / e-mail
[email protected] Ook u bent van harte welkom om de boekpresentatie van ‘Het ruisen van de tjemara’s’ bij te wonen. ———————— secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 10
Bandoeng zendstation en laboratoria In Bandoeng stonden moderne elektrotechnische laboratoria bij het aldaar aanwezige zendstation. Eén van de laboratoria werd uitbesteed voor proeven met vloeibare lucht. De leiding daarvan hadden Ir. W.F.Einthoven en Ir. H. Lels. Verder werkten er Ir. G.J. Levenbach, Mta. Leunis en Mta. A. Hasenstab. Gezien het belang van deze laboratoria werd besloten het laboratorium voor proeven met vloeibare lucht een dag voor de capitulatie te vernietigen. Hetgeen is gebeurd. Bij deze AVC, (algemene vemielingscorps), behoorde Ir. Claus Pieter Johannes Suverkropp, overleden te Kinsayok te Thailand op 8 juni 1943. De Japanners onderkenden de tecbnische kennis van de medewerkers van het laboratorium en probeerden die kennis te bemachtigen,Daarvoor namen zij het besluit de technici met hun gezinnen naar Japan over te brengen in de hoop, dit werd gespeculeerd, eventueel te ruilen met in de Verenigde Staten van Amerika gevangengenomen Japanse intelligentsia. In Japan, Tokyo, overleed Ir. Willem Frederik Einthoven op 15 februari 1945. <<<>>>
Belangrijke adressen uit BEGO-Contact Citeren uit het blad BEGO-Contact is toegestaan met bronvermelding. Overname van artikelen uitsluitend met schriftelijke toestemming van het BEGO-Bestuur. Plaatsing van ingezonden stukken betekent niet, dat het bestuur en de redactie het eens zijn met de hierin naar voren gebrachte meningen. ISSN:339240466/hvp/p. BEGO Bestuur BEGO: Voorzitter: Mw. F. Cochius Vice-voorzitter en Waarnemend Penningmeester: Mw. L. Harwig, tevens webmaster. Plaatsvervangend Secretaris: Mw. M. Cochius. Aspirant Secretaris: Mw. R. Doop-Kopetzky. Afdeling Spanje: Dhr. E.J.E. Hemi Adres secretariaat: Mw. R. Doop-Kopetzky Mgr Bekkerslaan 339 2286 CM Rijswijk (ZH) E-mail secretariaat: bego .rita.kopetzky@gmail. com
De activiteiten van de BEGO worden mede mogelijk gemaakt door het Nationaal Fonds voor Vrijheid en Veteranenzorg met middelen uit de Bank-Giro-Loterij en de Lotto. Deelname aan deze loterijen wordt dus van harte aanbevolen. Voorts wordt BEGO gesteund door Stichting COGIS. BELANGRIJKE ADRESSEN: STICHTING PELITA Javastraat 52 Postadres: Postbus 85747 2508 CK Den Haag Tel.: 070-3305111 COGIS Nienoord 5 1112 XE Diemen Tel.: 020-6601930 E-mail: infocogis.nl
BEGO-Werkgroep: Mw. M.H. Cochius Mw. Th. Haighton Mw. G.F.R. Klamer.
OORLOGSGRAVENSTICHTING Zeestraat 85, 2518 AA Den Haag Postadres: Postbus 85981 2508 CR Den Haag Tel.: 070-3131080
Secretariaat Herdenking Slachtoffers Japanse Zeetransporten om Z.O.-Azie: 1942-1945: Mw. M. Cochius Van Slingelandstraat 168 2582 XV Den Haag E-mail secr. herdenking Ztrsp.:
[email protected]
NIOD (Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie) Herengracht 380 1016 CJ Amsterdam Tel: 020-5233800 <<<>>>
Stichting Centrum ’45, Landelijk behandel- en expertisecentrum voor getroffenen door vervolging, oorlog en geweld. Stichting Centrum '45 is het landelijk centrum voor de medisch-psychologische behandeling van verzets- deelnemers, oorlogsgetroffenen en slachtoffers van georganiseerd geweld. Voor de behandeling van getroffenen van de tweede wereldoorlog, hun partners en de naoorlogse generatie beschikt Centrum ’45 over het volgende behandelaanbod: • Mogelijkheden voor individuele en groepstherapie. • Ambulante, eendaagse- of meerdaagse behandeling. • Bij de groepsgerichte behandeling speelt de onderlinge herkenning van zowel de ervaringen als de klachten een belangrijke rol. Het lotgenootschap is dan ook een cruciaal element binnen de behandeling. • Enkele behandeldagen in de dagbehandeling en groepen binnen de poliklinische behandeling zijn volledig bestemd voor de naoorlogse generatie • Enkele behandeldagen en groepen zijn speciaal georiënteerd op cliënten die op jonge leeftijd de Japanse bezetting en/of Bersiap hebben meegemaakt. Informatie en aanmelding is mogelijk tijdens het telefonisch spreekuur van maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 12.00 uur (071 519 1560). secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 11
923 Nederlanders sneuvelden 70 jaar geleden bij de SLAG IN DE JAVAZEE VERNIETIGENDE NEDERLAAG Hoge marineofficieren, veteranen, nabestaanden. Ze zijn maandag in de Haagse Kloosterkerk om de Slag in de Javazee te herdenken. Op 27 februari 1942 probeerde een geallieerd eskader onder commando van schoutbijnacht Karel Doorman de Japanse invasievloot te stoppen. Het werd een vernietigende nederlaag; 923 Nederlanders sneuvelden. „De dood wachtte op zee, dat beseften die mannen bij vertrek uit Soerabaja…” DEN HAAG, zaterdag De Japanners wisten alles, de Nederlanders niets. Belangrijkste reden voor de dramatische nederlaag was niet eens de overmacht van de vijand, maar het gebrek aan inlichtingen en onderling contact tussen de 41 Nederlandse, Amerikaanse, Britse en Australische marineschepen die voor de kust van Java opereerden. Jacques Brijl, toen een schooljongen, weet nog dat het op het eiland wemelde van de Japanse spionnen. „Ze werkten er zogenaamd als kappers en speelgoedverkopers”, zegt de Hagenaar. Hij is er maandag bij als de slag in de Kloosterkerk wordt herdacht. „In werkelijkheid waren het spionnen. Ik zie nog die vent in Malang, in de bergen, voor me. Ook een kapper. In zijn zaak hing een foto met twee Japanse kruisers. Als de vloot de belangrijke haven van Soerabaja verliet, wisten Japanse admiraals dat binnen de kortste tijd. Hun ogen en oren aan de wal waren van onschatbare waarde.” Brijl verloor zijn oom, commandant van de torpedobootjager Hr. Ms. Piet Hein. Luitenant ter zee der eerste klasse Naas Chömpff sneuvelde nog voor de echte slag op 27 februari in alle hevigheid losbarstte. „Hij was 37, oom Naas, toen hij omkwam. De Piet Hein, deel uitmakend van de Combined Striking Force van schoutbij-nacht Karel Doorman, kreeg een week eerder opdracht de vloot te verlaten en koers te zetten naar de Straat van Bandoeng. Daar stuitte het schip op sterke Japanse marine-eenheden, die op Bali troepen aan land wilden zetten.” De strijd werd uiteindelijk beslist door de tot dat moment bij de Nederlanders volkomen onbekende langeafstandtorpedo’s van de schepen Asashio en Oshio. Daar waar geallieerde torpedo’s alle kanten op zwenkten en soms zelfs terugkeerden richting eigen
schip, waren die van de vijand van superieure kwaliteit. Uiteindelijk konden slechts 33 van de 149 opvarenden van Hr. Ms. Piet Hein worden gered. Ondergeschikte „Oom Naas gaf zijn reddingsvest aan een ondergeschikte”, zegt Jacques Brijl. „De drenkelingen werden in zee op meedogenloze wijze beschoten door Japanse piloten in hun Z er oj a ch tv l i egt ui g e n. D a a r bi j we r d o ok Chömpff getroffen. Hij stierf aan zijn verwondingen en werd op Bali begraven. Later is hij bijgezet op het ereveld Kembang Kuning, vak KDA, nummer 49.” De jongste zoon van Chömpff vertelde onlangs nog dat zijn vader een zestienjarig scheepsmaatje had getroost, toen hij hem huilend aan boord trof. De marinemensen in Nederlands-Indië waren nog voor de strijd losbarstte al uitgeput door het wekenlang patrouilleren op zee, zoekend naar de vijand. Angst en vermoeidheid waren groot. „Die jongen zei tegen vader dat hij zo bang was. Pa heeft hem toen aangeboden dat hij van boord mocht. Maar de jonge matroos vermande zich en bleef. Ook hij overleefde het zeegevecht niet.” Nog datzelfde jaar, 16 april 1942, kreeg luitenant ter zee der eerste klasse Chömpff van koningin Wilhelmina postuum de Militaire Willemsorde der 4e klasse. In Koninklijk Besluit nummer 5488 schrijft de vorstin: ’Moedig en beleidvol gedrag als commandant van Hr. Ms. Piet Hein in het zeegevecht van 19 op 20 februari 1942, waarbij zijn schip met het grootste deel der bemanning strijdend onderging tegen een vijandelijke overmacht van zware kruisers en torpedobootjagers’. Precies een week na het verlies van de Piet Hein zou zich verderop, in de Javazee, een nog veel grotere ramp voltrekken. Verhalen dat de Japanners aanzienlijk sterkere vlooteenheden op pad hadden gestuurd, zouden later onjuist blijken. Het aantal kruisers en torpedobootjagers van beide partijen was ongeveer hetzelfde, maar de vijand beschikte over beter uitgerust perso-
secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË neel, luchtverkenning, zwaarder geschut en kon vanaf veel grotere afstand het vuur openen. Tekenend voor de zwakte van de geallieerde slagkracht was het vlaggenschip van het eskader, Hr. Ms. De Ruyter. De kruiser werd in de jaren dertig gebouwd bij scheepswerf Wilton-Feijenoord en had als hoofdbewapening het merkwaardige aantal van zeven kanons – bij de marine spreekt met niet over kanonnen – van 150 mm. In plaats van een vierde dubbeltoren te plaatsen, werd daarvan uit zuinigheid afgezien. Voor zijn grootte was de kruiser licht bewapend en licht gepantserd. Ook hier de reden: kostenbeperkingen... Er konden twee watervliegtuigen aan boord, maar Karel Doorman liet zijn luchtwapen aan de vooravond van de grote slag thuis. Waarom is nooit duidelijk geworden. De zwakte van het geallieerde eskader zou dodelijk blijken. Aan Nederlandse zijde werden de jager Kortenaer en de kruisers De Ruyter en Java tot zinken gebracht. 923 mannen van de Koninklijke Marine zouden sneuvelen. Het commando waarmee schout-bij-nacht Karel Doorman voor de aanval koos – „All ships, follow me” – werd wereldberoemd. Het totale aantal doden aan geallieerde zijde zou uiteindelijk op ruim 2300 uitkomen. Hoe vernietigend de nederlaag was, blijkt uit het geringe aantal gesneuvelde Japanners; niet meer dan tien van hen kregen een zeemansgraf. Ook het vlaggenschip van het eskader, Hr. Ms. De Ruyter, werd door Japanse torpedo’s tot zinken gebracht. De strijd duurde ruim zeven uren. Karel Doorman koos ervoor om met zijn schip ten onder te gaan. Aan boord was ook de 32-jarige telegrafist Antonie Nahuijsen. De matroos zou zes maanden later vader worden, maar maakte de geboorte van zijn tweede kind nooit mee. Hij kwam om in de explosies die de Hr. Ms. De Ruyter ruim 65 meter diep naar de zeebodem zou voeren. Zoon Joop heeft zijn vader dus nooit gezien, alles wat rest zijn herinneringen en verhalen, al zijn leven lang. Nahuijsen is na zijn pensionering in Bandoeng, op Java, gaan wonen. Maandag zal hij op de plek waar zijn vader sneuvelde herdenken. Precies zeventig jaar later, precies dezelfde locatie in de Javazee. „Van 2001 tot 2011 heb ik elk jaar op 27 februari een krans gelegd bij het Karel Doormanmonument op ereveld Kembang Kuning”, vertelt ingenieur Joop Nahuijsen. Nu ga ik met een schip naar de plek waar mijn vader met Hr. Ms. De Ruyter naar de zeebodem zonk. Op locatie 06.00 graden zuiderbreedte en 112.05 graden westerlengte, zestig mijl noordelijk van Soerabaja. De herdenking op zee moet traditie worden. In elk geval tot 2017.” Terug Zijn moeder Charlotje wilde lang niet anders weten dan dat haar man ooit terug zou komen, dat hij door de Japanners krijgsgevangen was gemaakt en na de oorlog weer gewoon op het tuinpad zou
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 12
staan. Maar er kwam nooit iemand terug. Nahuijsen: „Als jochie heb ik in de periode van 1945 tot 1949 vreselijke dingen meegemaakt. Criminelen die zich vrijheidsstrijders noemden, hadden het gemunt op iedereen met Nederlands bloed. Ik moest onder begeleiding naar school, anders werd ik door de ’pemuda’s’ in elkaar geslagen. Dat is ook twee keer gebeurd. In mei 1952 vertrok ik met mijn moeder en broer naar Nederland.” Pas in 1997 keerde hij voor het eerst terug, ook om het Karel Doormanmonument in Soerabaja te bezoeken. Hij zorgde er in de jaren die volgden voor dat alle 923 namen van de Nederlandse gesneuvelden op het monument kwamen te staan. En nu gaat hij dus naar de plek des onheils. „Ik heb de Vereniging van Overlevenden en Nabestaanden van de Slag in de Javazee opgericht”, vertelt Joop Nahuijsen. „Al die opofferingen mogen nooit worden vergeten. Want dan zijn deze zeehelden pas echt overleden.” Kansloos De verloren Slag in de Javazee luidde het begin in van het einde van Nederlands-Indië. Want ook na de Japanse capitulatie zou het nooit meer hetzelfde worden op al die eilanden van de grootste archipel in de wereld. Nahuijsen en Brijl weten dat als geen ander. Zij waren er toen en zijn sindsdien teruggegaan. Was het beter geweest als het geallieerde opperbevel niet de kansloze strijd me de Japanners was aangegaan? Jacques Brijl, voor zijn militaire handelen tijdens de politionele acties onderscheiden met de Bronzen Leeuw, zegt: „Onze onderzeeboten hebben het relatief goed gedaan, de O16 van luitenant ter zee 1 A.J. Bussemaker boorde in de Golf van Siam vier Japanse vrachtschepen in de grond. De KXIV en KXVI deden het ook goed. En onze koopvaardijvloot verrichtte jarenlang uitmuntende prestaties, onder andere tijdens levensgevaarlijke konvooien in alle uithoeken van de wereld. Maar die successen nemen de pijn en het verdriet van de allesvernietigende nederlaag in de Javazee natuurlijk niet weg.” Als hij terugdenkt aan zijn oom Naas, staat de vrolijkheid van de gesneuvelde marineofficier op zijn netvlies. „Hij wilde altijd al naar zee, daarom werd hij adelborst in Nederland en kon uiteindelijk op een torpedobootjager in Indië dienen”, vertelt Jacques Brijl. „Hr. Ms. Piet Hein, werd binnen de marine ook wel het ’zwarte schip’ genoemd, omdat bijna alle opvarenden Indisch bloed hadden. Naas Chömpff diende eerst op Hr. Ms. Van Ghent, zijn hele bemanning is mee overgestapt toen hij commandant werd van de Piet Hein, zo populair was hij. Kon oom Naas maandag een kijkje nemen in de Kloosterkerk, dan zou hij trots zijn op alle mensen die terugkijken op het drama van toen. Jong gestorven, jong gebleven in de herinnering van iedereen die hem heeft gekend.” De Telegraaf, Zaterdag 25 februari 2012
<<<>>>
secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 13
Kinderboek “Weg uit Indië”
DVD
Er is bij mijn weten nooit een kinderboek geschreven over wat op 8 maart a.s. 70 jaar geleden plaats vond: de inval van de Japanners in Nederlands-Indië. Terwijl het toch zo'n spannende tijd was! Dus heb ik het geschreven. Weg uit Indië vertelt het verhaal van Hans en Sonja, twee tienjarigen die de oorlog doorbrengen in een Japans interneringskamp, daarna de bloedige Bersiap-tijd meemaken en ten slotte per boot oversteken naar Bibberland, waar de mensen zich slechts éénmaal per week baden. Het is bestemd voor alle leeftijden vanaf 10 jaar en werd proefgelezen door 2 klassen van groep 8. Ze vonden het spannend en ook boeiend omdat het ging over Ned.-Indië, waar zij niets van wisten. Carel Schneider ( F. Springer) die het las mailde me er een week voor zijn overlijden over: Het moeilijkst is de t o o n die je tegenover jeugdige lezers moet aanslaan. Vooral niet die van de oudere betweter. Dit heb je allemaal prima weten te vermijden: je spreekt de lezers aan als gelijkwaardigen die je serieus neemt, en zo moet het ook, want 'kinderen' zijn niet gek of achterlijk. Je weet 'onze' geschiedenis op een spannende manier en zonder teveel uitleggerij op te dienen. (Ook de generaties van 40 en zelfs vijftigjarige totoks zouden je relaas moeten lezen, de meesten weten geen fuck van 'Indië etc') Het boek is verschenen bij Conserve en te bestellen bij alle boekhandels. Omslag en binnenwerktekeningen zijn van Peter van Dongen (van de Rampokanstrips) Ben je in het diepst van je gedachten kind gebleven of zoek je een cadeau voor een (klein) zoon of dochter, aarzel dan niet dit boek te kopen. Hieronder alle gegevens. Met vriendelijke groet, Hans Vervoort, www.hansvervoort.nl Weg uit Indië – het grote avontuur van Hans en Sonja door Hans Vervoort ISBN: 978 90 5429 336 1, Uitgeverij Conserve, Prijs € 17.99, 216 pag. <<<>>>
Gisteren naar Diederik van Vleuten geweest , naar zijn voorstelling Daar werd wat groots verricht. In een vorige Nieuwsbrief werd al aanbevolen de voorstelling te gaan bekijken en naar ik ervoer terecht. Alle lovende kritieken vermeld op zijn website zijn volkomen verdiend. Wat een performance, een indringend verhaal over iemand uit Indië met sobere ern st, v rolijke scherts gebracht en een prima gebruik van visuele hulpmiddelen! Echt 2de generatie verhaal. Iedereen zou naar van Vleuten moeten gaan kijken, om zo te weten te komen wat zich daar aan de andere kant van de wereld voordeed. Immers na de voorstelling van 19 februari in de Koninklijke schouwburg te Den Haag wordt het eerste exemplaar aangeboden aan de zoon van Karel Doorman Theo en zijn moeder. Die moet ver in de negentig zijn. De DVD is op de website : www.bunkertheaterzaken.nl te bestellen. Ik doe dat zeker want ik wil hem nog terugzien en daarmee ook anderen deze bijzondere beschrijving van onze geschiedenis aldaar laten zien. Wellicht kan onze stichting deze DVD omarmen en daarmee onze doelstelling op weer een andere wijze gestalte geven. Zelden werd een solodebuut zo unaniem geprezen. In Daar Werd Wat Groots Verricht vertelt Diederik van Vleuten over de opzienbarende belevenissen van zijn oudoom Jan in voormalig Nederlands-Indië. Als een bevlogen geschiedenisleraar schetst Van Vleuten het overgeleverde liefdesverhaal van oudoom Jan en zijn vrouw Aukje tegen de achtergrond van de Tweede Wereldoorlog, de jappenkampen, de politionele acties en de teloorgang van een kolonie. Daar Werd Wat Groots Verricht werd genomineerd voor de Poelifinario 2011: de cabaretprijs voor het meest indrukwekkende cabaretprogramma van het jaar. De DVD kost 19 euro inclusief verzendkosten. De dv d kan alleen worden besteld via www.bunkertheaterzaken.nl Aldert
<<<>>>
secretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)
Stichting GASTDOCENTEN WO II Werkgroep ZUIDOOST AZIË
Mrt.2012
Nieuwsbrief no 84 pag. 14
Oorlogsgravenstichting jeugdwebsite. Zoek je gegevens voor je spreekbeurt of werkstuk over oorlogsslachtoffers? Wil je iets weten over een bepaald oorlogsslachtoffer? Wil je meer weten over een ereveld? Zoek je de juiste plek van een oorlogsgraf? KIJK DAN OP: www.eenlevenverIoren.nl . Daar vind je verhalen, foto's, filmpjes. De Tweede Wereldoorlog duurde voor Nederland van 1940 tot 1945. Dat is voor de meeste Nederlanders geen herinnering, maar geschiedenis. Met het verstrijken van de jaren vermindert zelfs de kennis over die geschiedenis. De Oorlogsgravenstichting vindt dat die geschiedenis niet vergeten mag worden. En dat met name de herinnering aan de oorlogsslachtoffers niet verloren mag gaan. Zij gaven het hoogste offer voor de vrijheid van ons land. Daarom zorgt de Oorlogsgravenstichting ervoor dat oorlogsgraven voor altijd bewaard blijven en goed onderhouden worden. Naast de graven moeten ook de namen en de verhalen van de oorlogsslachtoffers onthouden worden door mensen die nu leven. Dat is het werk van de Oorlogsgravenstichting, niet alleen voor de mensen die gevallen zijn in de Tweede Wereldoorlog, maar ook de Nederlandse militairen die gesneuveld zijn tijdens vredesmissies, zoals in Korea, Libanon, ex-Joegoslavië, Irak en Afghanistan. Bezoek aan een oorlogsgraf Die geschiedenis krijgt een diepere betekenis, als je een bezoek brengt aan een ereveld of een begraafplaats waar een oorlogsgraf is. Dat kan met je klas, maar ook met je familie. Buiten het klaslokaal, op zo'n ereveld besef je pas hoe hoog de prijs was die velen hebben betaald voor onze vrijheid. Als je de naam op zo'n steen leest, wil je ook weten welk verhaal achter dat oorlogsgraf schuil gaat. Om dat verhaal te achterhalen kan de Oorlogsgravenstichting je helpen. In het informatiecentrum op het Militair ereveld Grebbeberg in Rhenen bijvoorbeeld vind je een moderne audiovisuele tentoonstelling met de titel: Daar spraken wij nooit over. Die gaat over drie Nederlandse militairen. Het is hún levensverhaal, maar je ziet en hoort ook dingen: • over de tijd waarin zij leefden • over jongeren in de jaren voor de Tweede Wereldoorlog • over de mobilisatie en de strijd in mei 1940 • over de naoorlogse periode • maar er wordt ook getoond hoe militairen en nabestaanden de ellende van de oorlog verwerkten.
ting naar gegevens. 2. Ligt er een slachtoffer op een begraafplaats bij jou in de buurt begraven? Zoek in het Slachtofferregister op het trefwoord van je woonplaats. Zo ja, bezoek dan het graf. Ver¬diep je in de activiteiten van die persoon tijdens de oorlog. Via het gemeentearchief en de bibliotheek is vaak achter¬grondinformatie op te zoeken. 3. Ben je wel eens op het Militair ereveld Grebbeberg in Rhe- nen geweest? Denk dan aan een werkstuk over de gebeurte¬nissen die daar hebben plaatsgevonden. 4. Ken je het ereveld Loenen op de Veluwe? Denk eens aan een spreekbeurt over iemand die daar begraven ligt. Veteraan in de klas De Oorlogsgravenstichting werkt samen met het Veteranen in¬stituut in Doorn. Veteranen kunnen een lezing houden op een school over hun belevenissen en over omgekomen dienstkame- raden. Het Veteraneninstituut werkt mee aan de verspreiding van deze folder. www.veteraneninstituut.nl Gastdocent in de klas Ook met de Stichting Gastdocenten WOII in Hilversum wordt samengewerkt. Ooggetuigen van de Tweede Wereldoorlog in Zuidoost-Azië komen als gastdocent in de klas en vertellen over hun ervaringen als kind in een Japans interneringskamp. Zij delen ook deze folder uit. www.gastdocenten.com Gastspreker in de klas Daarnaast doet het Landelijk Steunpunt Gastsprekers WOll-heden mee. Zij organiseren ontmoetingen tussen mensen die de oorlog hebben meegemaakt en jongeren van nu. www.steunpuntgastsprekers.nl Deze folder is mede mogelijk gemaakt door bijdragen van het Nationaal Comité 4 en 5 mei en het V-fonds. Over deze erevelden kun je alles vinden op de site www.eenlevenverloren.nl "Uit verhalen over de Tweede Wereldoorlog kennen we indrukwekkende voorbeelden van persoonlijke moed, toen mensen die zichzelf niet moedig achtten, toch voor hun principes bleven staan. Hun keus had grote gevolgen voor anderen en voor henzelf... Die wereld van de oorlog ligt gelukkig ver achter ons. In het geschiedenisverhaal van jongere generaties spelen dan ook andere voorbeelden een rol. Opnieuw zijn er mensen - ver weg en soms dichtbij - die in actie komen waar onrecht heerst." Kersttoespraak 2010 H.M. de Koningin Nadere informatie Oorlogsgravenstichting Postbus 85981, 2508 CR Den Haag Telefoon: (070) 3131080 • Fax (070) 3621546 Website:
Spreekbeurt of werkstuk Kijk eens op de site www.eenlevenverloren.nl voor een onderwerp voor je spreekbeurt of werkstuk: 1. Is er iemand uit je familie oorlogsslachtoffer? Vraag dat aan je ouders of je grootouders. Zoek dan in het Slachtofferregis- ter van de Oorlogsgravenstichsecretariaat: Mw. C.E. Suverkropp - Bosdrift 148 - 1215 AR Hilversum - tel. (035) 624 96 08 - e-mail:
[email protected] K.v.k. Centr. Gelderland reg. nr. 41053164 Banknummer: 60.17.24.070 (t.n.v. penningmeester Amstelveen)