NAAM: Mehreme Ibrahimi VERLOOP ASIELAANVRAAG: − datum interview DVZ viermaal verschoven − asielcentrum Kapellen: vuil, te druk − asielcentrum Westende: dertien maanden, Nederlandse lessen − eerste interview (3 u.): negatieve beslissing − advocaat: beroep − tweede interview: ondervrager is niet overtuigd van het gevaar dat de familie zou lopen in hun thuisland − 24 juni 2002: negatieve beslissing, uitgeprocedeerd − sinds 14 april 2003: aanvraag tot regularisatie, laatste strohalm − weg uit Westende uit angst voor uitwijzing, naar flatje van zus in Namen − vader woont apart − illegaal: geen recht op kinderbijslag of leefloon − vandaag: ? (geregulariseerd?)
STATUS:
uitgeprocedeerd regularisatieaanvraag in behandeling
HUIDIGE VERBLIJFPLAATS: Namen, België
Ik durf niet over de toekomst na te denken. De toekomst bezorgt me vreselijke hoofdpijnen. Ik hoop dat we ooit legaal in België mogen blijven. Ik ben bereid alles op te offeren voor de toekomst van mijn kinderen. Het is niet erg dat ik arm ben en eventueel voor de rest van mijn leven arm blijf. Maar mijn kinderen moeten het in ieder geval beter hebben dan ik. Ik heb drie prachtige kinderen die een schitterende toekomst verdienen.
NAAM: Mohsen Sekander Ali VERLOOP ASIELAANVRAAG: − asielcentrum Florennes − asielcentrum Westende − elf visites aan DVZ − eerste interview (2 u.): negatieve beslissing − tweede interview (9 u.): ’geen nieuwe positieve elementen’, ’je hebt geen officiële papieren om je verhaal te bevestigen’: Mohsen legt uit dat hij geen tijd had om zijn identiteitskaart mee te nemen toen hij vluchtte, hij wordt boos en zegt dat de dame in kwestie misschien wel ’Master in de Rechten’ is, maar hij een ’Master in het Afghaanse leven’. Mohsen eist een degelijke vraagstelling. De dame is onder de indruk en voert gedurende 9 uur een ’echt gesprek’ met Mohsen − na 16 maanden wachten, waarbij Mohsen optreedt als tolk voor andere centrumbewoners en ook interviews geeft aan o.a. de BBC, krijgt hij ’een positief’
STATUS: erkend vluchteling
HUIDIGE VERBLIJFPLAATS: Mariakerke−Bad, België
Ik ben nu dus op zoek naar echt werk. Ik wil eindelijk als een werkende geregistreerd en dus ook gerespecteerd worden. Ik wil officieel betaald worden en zoals iedereen in dit land belastingen betalen. Ik ben geen profiteur of een leegloper. Ik ben Ali! Mohsen Sekander Ali! Mét papieren en mét een toekomst!
NAAM: Irinel Gurau VERLOOP ASIELAANVRAAG: − militair hospitaal Neder−over−Heembeek: explosieve sfeer, veel te druk − eerste interview uitgesteld − asielcentrum De Lier in Ieper − botscan: onderzoek wijst uit dat Irinel minstens 19 jaar oud is, terwijl hijzelf op basis van de hem toegeschreven geboortedatum ervan overtuigd is dat hij amper 17 jaar oud is − eerste interview (1 u.): botscan wordt tegen Irinel gebruikt, medewerker meent dat Irinel veel te gespierd is voor een 17−jarige, Irinel protesteert: zware handarbeid vanaf je 12de heeft effect! − negatieve beslissing: geen politieke redenen om het thuisland te verlaten, geen recht om in België te blijven omdat de motivatie achter de asielaanvraag van persoonlijke aard is en Irinels leven niet in gevaar is − Irinel heeft het moeilijk in De Lier en vertrekt op 2 augustus 2004 uit Ieper, vlak voordat hij naar DVZ gaat
STATUS: ? negatief advies, beroep in behandeling
HUIDIGE VERBLIJFPLAATS: ?
Mijn hele leven heb ik rondgezworven. Ik ben alleen op zoek naar een rustig bestaan en de mogelijkheid om ergens een toekomst uit te bouwen. Waar moet ik naartoe als ik word uitgewezen? Naar Moldavië waar ik geen enkel familielid heb? Naar Roemenië of Turkije waar ik illegaal aan het werk moet? Mag ik mijn geluk niet ergens anders gaan zoeken?
NAAM: Yolanda Zuluwaska VERLOOP ASIELAANVRAAG: − interview DVZ tweemaal uitgesteld − België erkent de problemen in Tsjetsjenië, maar aarzelt niet om bij Tsjetsjeense vluchtelngen waar mogelijk de Dublin−verordening toe te passen. Die zegt dat een asiel− zoeker slechts bij één EU−land kan aankloppen voor asiel. Een Tsjetsjeense asielzoeker die dus eerst tot in Polen (lidstaat vanaf 2004)gevlucht is en wegens het ongunstige asielklimaat aldaar doorreist naar België, wordt toch teruggestuurd naar Polen. Gelukkig kwamen Yolanda en Dimli niet voor deze toepassing in aanmerking, vermits ze rechstreeks naar België gevlogen zijn. − de asielaanvraag wordt ontvankelijk verklaard en na zes maanden wordt er een positief advies gegeven − Yolanda werkt nu als poetsvrouw in verschillende huishoudens via het systeem van dienstencheques, Dimli kon na enkele bijscholende cursussen als verpleger aan de slag in het Middelheimziekenhuis − Yolanda en Dimli hebben begin dit jaar een aanvraag tot naturalisatie ingediend, met een goede kans op succes
STATUS: erkend vreemdeling naturalisatieaanvraag in behandeling
HUIDIGE VERBLIJFPLAATS: Antwerpen, België
België is onze nieuwe thuis geworden. Mijn man en ik zijn vertrouwd met Antwerpen en de Vlaamse mentaliteit. Onze kindjes zijn opgevoed in het Nederlands. Naturalisatie is een logische volgende stap. Via onze advocaat proberen we nu ook mijn ouders en broer een betere toekomst te bieden.
NAAM: Andras en Vera X VERLOOP ASIELAANVRAAG: − eerste gesprek bij DVZ in 1994: negatief advies − ’onze papieren zijn er blijven liggen’ − in 1999, na de vorming van de nieuwe regering, weer aandacht voor hun papieren − er worden ’onregelmatigheden’ opgemerkt in de interviews met Vera en Andras: zo zegt Vera dat ze verkracht werd op de 10de, Andras zegt dat het op de 20ste was, Vera spreekt over 4 politiemannen, Andras over 3 − het officiële antwoord blijft negatief − Andras en Vera gaan in beroep, maar de tegenstrijdigheden in hun interviews doen hen de das om − Andras en Vera krijgen een uitwijzingsbevel, ze duiken onder bij vrienden ergens in België − Vera heeft een certificaat voor haar verwondingen kunnen bemachtigen bij een Belgische dokter − Indien Andras en Vera geen nieuwe elementen kunnen aanbrengen bij hun nieuwe asielaanvraag, riskeren ze te worden opgepakt en opgesloten in Opvangcentrum 127bis, waarna ze zullen worden gerepatrieerd − In België kregen gedurende de laatste 10 jaar enorm weinig Roma−asielzoekers een positief antwoord, omdat ze als economische vluchtelingen worden beschouwd i.p.v. als een vervolgde minderheid
Maar als je zoveel agressie hebt meegemaakt, dan kan het toch dat je de zin voor de werkelijkheid verliest, dat je zoiets als data gaat verwarren? Niet dat je die dingen vergeet, maar de tijd waait daarover en sommige details trekken krom. Je gaat er zo makkelijk van uit dat mensen je verhaal niet in twijfel zullen trekken. Wij zijn slechts twee asielzoekers uit die hele rij die ‘ morgens in Brussel aan de deur klopt, nietwaar? Piepjonge mensen moeten je daar ondervragen. Ze gaan er sowieso van uit dat een zigeuner iemand is die betere oorden opzoekt. We leven nu al een paar jaar ondergedoken.
STATUS: uitgeprocedeerd, uitgewezen nie nieuwe asielvraag in behandeling
HUIDIGE VERBLIJFPLAATS: ?, België
NAAM: Pat Ayoma VERLOOP ASIELAANVRAAG: − asielprocedure op vraag van Payoke en politie herzien − april 2002: tijdelijk v erblijf drie, later zes maanden − erkend als vluchteling − verscheidene cursussen gevolgd: 3 cursussen Nederlands voor anderstaligen, cursus Professionele Schoonmaaktechnieken VDAB − vast werk in een kringloopwinkel
STATUS: erkend vluchteling
HUIDIGE VERBLIJFPLAATS: Borgerhout, België
Zodra het mogelijk is, vraag ik de Belgische nationaliteit aan. Eerlijk gezegd voel ik me meer Belgische dan Nigeriaanse. Ik heb hier veel kennissen en vrienden en ik heb hier ook ontzettend veel geleerd. Ik ben dit land heel dankbaar.
Dit paspoort is gebaseerd op een interview met de familie Ibrahimi door Bart Demyttenaere in de zomer van 2004.
Dit paspoort is gebaseerd op een interview met Irinel Gurau door Bart Demyttenaere in de zomer van 2004.
NAAM: Mehreme Ibrahimi
GESLACHT: GESLACHT: V
GEBOORTEDATUM: 6 juni 1964
NATIONALITEIT: Albanese KINDEREN: Enis (1988), Aida (1990), Anesa (1993)
NAAM: Irinel Gurau GESLACHT: M
GEBOORTEDATUM: 27 februari 1987 ? (vondeling)
NATIONALITEIT: Moldaviër
Achtergrond JEUGD Mehreme is geboren in Skopje, een stad in het voormalige Joegoslavië en nu de hoofdstad van Macedonië. Ze maakt deel uit van een groot, islamitisch opgevoed gezin. De familie behoort tot de Albanese minderheid. Deze minderheid is tijdens Mehremes jeugd goed geassimileerd met de rest van de bevolking. Bovendien doet het er niet erg toe wat je precieze afkomst is. HUWELIJK Mehreme studeert pedagogie gedurende twee jaar. Ze leert ondertussen Adem kennen. De twee trouwen in 1987, wanneer Mehreme 23 is. Volgens de traditie schenkt de familie van de bruidegom een vooraf vastgestelde bruidsschat aan de familie van de bruid.
Onder indruk van zijn vasthoudendheid ben ik tenslotte voor Adem bezweken. Geheel volgens aloude Albanese tradities is een neef van Adem mijn ouders officieel om de hand van hun dochter komen vragen.
Achtergrond JEUGD Wellicht heeft de staat ook mijn geboortedatum Irinel is door zijn ouders te vondeling gelegd. De bedacht. Ik ben absoluut geen uitzondering. In staat heeft hem zijn naam gegeven. Het grootste Moldavië worden steeds vaker baby’s deel van zijn jeugd brengt Irinel door in een weggegeven, omdat de ouders niet genoeg weeshuis, waar men zich afgezien van het voeden middelen hebben om hun kinderen groot te en wassen amper met de kinderen bezig houdt. brengen. De wezen en vondelingen worden ook erg ruw behandeld. Wanneer Irinel tien is, mag hij de Het leven in het weeshuis was hard. Hard en saai. schoolvakanties doorbrengen bij een gastgezin. Ik heb geen gelukkige en onbezorgde kindertijd Irinel komt zo voor de eerste keer buiten de gehad. muren van het weeshuis. Irinel sluit vriendschap met Cristi, de zoon van het gastkoppel. Tijdens Irinels tweede verblijf beginnen de problemen. De Twaalf jaar heb ik in het weeshuis doorgebracht. Twaalf jaar lang was ik geïsoleerd van de rest van gastouders drinken erg veel en zijn agressief. de wereld. Uiteindelijk wordt Irinel tijdens zijn ‘vakantie’ ingeschakeld om de tuin, varkens en stallen te onderhouden.
Het jonge koppel trekt bij Adems ouders in. Tijdens deze negen jaren is Mehreme erg Het waren niet de gelukkigste jaren van mijn ongelukkig. Ze wordt gedomineerd door haar leven. Gedwongen samenleven met mijn schoonmoeder, die voortdurend klaagt over het schoonfamilie maakte mijn leven bijzonder ‘gebrek aan vlijt’ van haar schoondochter. Adem moeilijk. Vooral de ziekelijke bemoeizucht van de gelooft zijn moeder keer op keer, wat tot ruzies nog thuis wonende broers en zussen van Adem leidt binnen het huwelijk. De kinderen wogen zwaar op mij. Van mijn schoonouders daarentegen leiden wel een onbezorgd leven. Uiteindelijk ziet Adem de onhoudbaarheid van de mocht ik niet buitenshuis gaan werken. Volgens de Albanese tradities moest de laatst gearriveerde situatie in. Hij bouwt letterlijk een muur volwassen vrouw in de familie alle huishoudelijke doorheen het huis van zijn ouders. Mehreme taken op zich nemen. Ik werd de nieuwe krijgt eindelijk vrijheid. assepoester. LERARES Mehreme mag nu wel buitenshuis gaan werken. Vanaf 1997 doorloopt ze verschillende interims in Als klein meisje droomde ik ervan om lerares te in de lagere school. Ze is ook erg vastberaden om worden. Eén september 1997 was de mooiste dag haar pedagogische studies verder te zetten en van mijn leven. Op die eerste schooldag ging mijn slaagt er in een universitaire graad in de levensdroom in vervulling. pedagogie te behalen aan de universiteit van Skopje.
WEGLOPEN In de zomer van 1999 heeft de twaalfjarige Irinel genoeg van de mishandelingen. Samen met Alexandru, een weesjongen die in gelijkaardige omstandigheden verkeert, loopt Irinel weg. Dankzij het gestolen spaargeld van Alexandru’s gastgezin geraken de twee in Chisinau, een stad in het noorden van Moldavië. Daar worden ze echter onmiddellijk van het merendeel van hun geld beroofd. Ze reizen zo onopvallend mogelijk door naar Iasi, een grote stad in het noordoosten van Iasi. Daar worden ze tegen hun zin ingezet door de maffia in de georganiseerde bedelarij. Wanneer hun werkgever gearresteerd wordt, nemen de twee hun toevlucht tot stelen en bedelen. Irinel maakt bij het bedelen indruk op een wijnhandelaar en gaat bij hem in dienst als illegale verpakker. Hij helpt ook Alexandru aan een job in deze branche. Eind juli gaat de zaak failliet. Irinel wordt afwasser in een restaurant, maar krijgt een ketel kokend water over zich heen en wordt zonder medische hulp weggestuurd.
Ik was opgelucht dat ik veilig uit Moldavië was weggeraakt. Ook was ik bijzonder trots op mezelf. Maar tegelijkertijd voelde ik me bang en onzeker over de toekomst. Officieel werk zat er voor ons niet in. Bovendien hadden we onze leeftijd tegen. Geen enkele Roemeense werkgever zat te wachten op twee twaalfjarige illegale Moldavische weeskinderen. Drie weken lang trokken we doelloos door de stad. Ik leidde het leven van een twintiger, terwijl mijn puberteit nog moest beginnen. Vanaf mei 2000 mocht ik zelfs met de firmawagen rijden! Ik had geen rijbewijs en was amper dertien jaar. Mijn hoofd kwam net boven het dashboard uit. Ik vond het fantastisch.
VLUCHTEN In 2001 breekt er een conflict uit tussen de Albanezen en de Macedoniërs. De Albanese minderheid probeert al enkele jaren tevergeefs op te komen voor de Albanese rechten, die door de Slavische Macedoniërs steeds meer verdrukt worden. Mehremes man Adem is buiten haar weten om lid van de PDD, de Partij van de Democratische Welvaart, die onder andere de erkenning van het Albanees als officiële taal en een eerlijke Albanese vertegenwoordiging in het parlement eist. Door de gevechten tussen Albanezen en Macedoniërs in Mehremes dorp, vlucht de helft van de bewoners voor een maand naar Kosovo, waar NAVO-troepen gelegerd zijn. Na het conflict blijft de sfeer tussen beide bevolkingsgroepen erg gespannen. De fabriek waar Adem werkt, sluit.
Mijn tante heeft me opnieuw leren voelen. Haar liefde was tegelijkertijd helend en pijnlijk. Beetje bij beetjrvoer ik voor het eerst dat ik wel degel het recht had op een leven als Onze persoonlijke problemen begonnen na het krijgsgeweld in het vroege najaar van 2001.
Na Irinels genezing vertrekt hij naar Bacau en Alexandru naar Boekarest. Bacau blijkt een chique stad te zijn met veel controle, waardoor Irinel toch Alexandru achternagaat. In Boekarest werkt hij in de bouw- en verkoopsector. Op 25 augustus 2001 verstopt Irinel zich in een vrachtwagen met Augustus 2001 was voor mij een topmaand. Toen heb ik zelfs negentig euro verdiend! bestemming Turkije. Hij heeft van een kennis gehoord dat de Turkse werkgevers veel beter betalen dan de Roemeense. In Turkije neemt Achteraf beschouwd was 2003 een mooi jaar. Ik Irinel verschillende jobs aan: textielarbeider, deed mijn werk graag en had vele vrienden. Al bij cementarbeider, elektricien, installateur en al was ik betrekkelijk gelukkig. Het was een verkoper van sanitaire voorzieningen. Irinel leert rustgevende periode in mijn leven. uiteindelijk Hakan kennen, een Turkse jongen met familie in Duitsland. Hij besluit op diens aanraden Ik heb enkele weken over Hakans verhalen om naar Europa te trekken. Irinel betaalt meer dan 2000 euro aan een chauffeur en verstopt zich nagedacht. Uiteindelijk besloot ik dat ik deze kans op duurzame rust en een zekere toekomst met op 26 februari 2004 in diens vrachtwagen met beide handen moest grijpen. bestemming België. Irinel brengt tien dagen door achterin een vrachtwagen, tussen stapels behangpapier en zonder ook maar één uitstapmogelijkheid.
Op 25 september 2001 vallen vijf gewapende agenten binnen in Mehremes huis. Adem is er niet. De agenten zeggen dat hij zich onmiddellijk moet komen melden op het politiebureau. Adem gaat niet in op dit verzoek en vertelt zijn vrouw ook niet waarom hij gezocht zou kunnen worden. Op 5 oktober komen er weer vijf agenten langs. Ze halen het hele huis overhoop, op zoek naar Aida: Wij gilden van de angst, maar we werden Adem. Enis wordt geslagen en Mehreme voortdurend afgesnauwd. De mannen zeiden dat uitgescholden. Wanneer na twee uur Adem nog we onze mond moesten houden. steeds niet te bespeuren is, vertrekken de Enis: Ze hielden ons ook voortdurend onder schot. agenten. Bij thuiskomst weet Adem hoe laat het is. Hij duikt onder bij een neef, koopt een illegaal visum voor 3000 euro en komt afscheid nemen vooraleer hij definitief uit Maceondië vertrekt. Zijn bestemming vertelt hij niet, zodat niemand zijn mond zou kunnen voorbijpraten. Mehreme verneemt later via een telefoontje dat Adem in België is.
BELGIË Op 9 maart 2004 stapt Irinel uit in de buurt van Brugge. Drie dagen overleeft hij op niets anders dan vier koekjes. Wanneer Irinel op de trein naar De eerste drie dagen heb ik niets anders gegeten of gedronken. Ik voelde me eenzaam en beroerd. Brussel betrapt wordt op zwartrijden, wordt hij Ik was erg ontgoocheld en bang. overgeleverd aan de politie. Die legt hem de betekenis van asiel uit en brengt hem naar het opvangcentrum van het Rode Kruis in Deinze. De volgende dag krijgt Irinel een treinkaartje om naar de Dienst Vreemdelingenzaken te gaan. Tijdens zijn asielprocedure verblijft Irinel in De Lier, een asielcentrum voor niet-begeleide minderjarigen in Begrijp je nu waarom ik vandaag zo stil was? Ik Ieper. Hij belt geregeld met Adina, zijn vriendin voel me belabberd omdat ik aldoor aan Adina uit Bacau. Zij heeft hem destijds 1200 euro moet denken. Ik voel me machteloos. Hoe kan ik geleend die hij bovenop de 2000 euro aan de haar terugbetalen? Ik vind geen baantje om snel vrachtwagenchauffeur moest betalen als geld te verdienen. Ik mag immers niet werken! ‘risicopremie’. Ondertussen wordt Adina door Dat alles spookt voortdurend door mijn hoofd. haar geldschieter onder druk gezet om het geld Daarom weet ik niet zeker of ik in september nog terug te betalen. Zoniet wordt ze mogelijk in de in Ieper zal zijn. prositutie gedwongen.
Tijdens Adems afwezigheid komt de politie nog twee keer langs. De laatste keer laten ze een bevelschrift voor de rechtbank achter. Mehreme beseft dat het niet langer veilig is in haar geboorteland. Haar zus in Namen stuurt papieren op om een toeristenvisum aan te vragen. Dit duurt uiteindelijk nog vier maanden, omdat de ambassade moeilijk doet over de afwezigheid van Adem. Op 28 maart 2002 worden de reispassen afgeleverd. Drie dagen later nemen Mehreme en haar kinderen het vliegtuig naar Düsseldorf, waar Mehremes schoonbroer hen ophaalt en naar Namen brengt. Mehreme en haar kinderen verblijven sinds 1 april 2002 in België.
We zijn halsoverkop vertrokken. Alles hebben we moeten achterlaten. Ik vond het vooral verschrikkelijk dat ik mijn werk op school moest opgeven. Ik had zo hard gewerkt voor mijn baan in het onderwijs. Maar we hadden geen keuze.
Dit paspoort is gebaseerd op een interview met Mohsen Sekander Ali door Bart Demyttenaere in de zomer van 2004.
Dit paspoort is gebaseerd op een interview met Pat Ayoma door Bart Demyttenaere in de zomer van 2004.
NAAM: Mohsen Sekander Ali GESLACHT: GESLACHT: M
GEBOORTEDATUM: 5 Ramadan 1360, 21 maart 1983
NATIONALITEIT: Afghaan
NAAM: Pat Ayoma GESLACHT: V
GEBOORTEDATUM: 11 november 1979
NATIONALITEIT: Nigeriaanse KINDEREN: Esther (1986) en Sylvester (1986)
Achtergrond JEUGD Mohsen behoort tot een Hawarafamilie. De Over die gouden periode in mijn leven kan ik Hawara’s vormen de oudste bevolkingsgroep van alleen nog droog en feitelijk vertellen. Ik herinner Afghanistan, maar worden niettemin als tweedeme het geluk, maar ik weiger het gevoel op te rangsburgers zonder politieke rechten behandeld. roepen. Dat is te pijnlijk en het helpt me geen stap vooruit. Tot zijn zesde beleeft Mohsen een gelukkige jeugd. Zijn vader heeft een bazaar en Mohsen komt goed overeen met zijn twee oudere broers. Maar dan sterft Mohsens moeder tijdens haar vierde bevalling. Bovendien heerst er na de oorlog tegen de Russen een gewelddadige en onzekere sfeer door de interne machtsstrijd tussen bevolkingsgroepen. De school sluit wanneer Mohsen twaalf is.
Achtergrond JEUGD Pat is de jongste van vier kinderen. Haar vader werkt als bewaker op een fabrieksterrein in Benin-City, een stad ten westen van de Nigeriaanse hoofdstad Lagos. Haar moeder heeft een klein groeten- en fruitkraam op de markt. Pats familie behoort tot de lagere klasse in Nigeria. Haar ouders vinden onderwijs een belangrijke prioriteit. Toch kunnen ze het schoolgeld van hun kinderen niet blijven betalen. Pats broers kunnen hun opleiding niet voltooien, Pat zelf wordt na haar vijfde jaar in het secundair onderwijs ook gedwongen om te stoppen. Deze tegenslag maakt haar depressief.
Als klein meisje droomde ik van een mooie toekomst als dokter of advocaat! Van de ene op de andere dag werden mijn dromen stukgeslagen.
Mohsen en zijn familie leven jaren geïsoleerd en in onzekerheid. Het feit dat ze Hawara’s zijn, helpt hen niet vooruit. Een rivaliserende Op een dag werd ik samen met drie vrienden in de bevolkingsgroep, bergen door een groep Kochy’s omsingeld. We de Kochy’s, heeft het op hen gemunt. De vochten de hele nacht zij aan zij tegen ongeveer fundamentalistische Kochytak zal later bekend twintig goed getrainde en zwaar bewapende worden als de Taliban. Op een dag moet Mohsen strijders. We hebben de hele nacht zich met zijn vrienden verschuilen in de bergen. standgehouden. De volgende ochtend trokken de Het komt tot een gevecht en één van Mohsens Kochy’s zich terug. Een van mijn vrienden is in de vrienden sterft in zijn armen. strijd gesneuveld. Hij is in mijn armen gestorven. Als bij wonder was ik ongedeerd. Ik heb vaak geluk gehad. Wellicht is ‘geluk’ niet het meest Kort daarna sterft Mohsens vader zeer plots door geschikte woord. Ik kon mij moeilijk ‘gelukkig’ een ziekte. Nauwelijks bekomen van dit verlies, voelen terwijl de mensen die ik liefhad uit mijn hoort Mohsen vervolgens dat zijn oudste en leven verdwenen. favoriete broer Mohammed Sadek in de bazaar van hun vader geëxecuteerd is. Mohsens wereld stort in. Hij en zijn broer Mohammed Ali kunnen nu niet anders dan vluchten.
Pat leert Benedict kennen. Hij helpt haar door de moeilijke periode. Op haar zeventiende wordt Pat ongewenst zwanger. Een abortus is voor haar onbespreekbaar, wat tot een breuk met Benedict leidt. In 1986 wordt de tweeling Esther en Sylvester geboren. Pats ouders zorgen voor de kindjes terwijl zij een kapsteropleiding volgt tussen 1999 en 2001. WERK Ondanks haar diploma, krijgt Pat weinig werkaanbiedingen. Als zelfstandige verdient ze te weinig om haarzelf en haar kinderen te onderhouden. Op een dag komt een chique vrouw langs voor haar kapsel. Ze prijst Pats talenten en vraagt of ze interesse heeft om in een gerenommeerd kapsalon in België te werken. Pat vraagt bedenktijd, maar de vrouw komt steeds vaker terug en dringt aan. Ze zegt dat er zoveel kandidaten zijn dat Pat nu moet beslissen.
Ik zou nooit dokter of advocaat worden, maar wel een hele goede kapster.
VLUCHTEN In 1999 vlucht Mohsen samen met zijn broer Mohammed Ali via Peshawar (Pakistan) naar familie in Teheran (Iran). Vermits Afghaanse vluchtelingen hier opgejaagd worden, moeten de twee broers hier ook onderduiken. Na acht maanden vluchten ze naar Karachi (Pakistan), waar ze onderdak krijgen bij hun oom en tante. Wanneer enkele ‘vrienden’ van Mohsen een moord in zijn schoenen schuiven, reist hij Mohammed Ali achterna, die inmiddels is teruggekeerd naar Afghanistan. Mohsen en Mohammed worden opgevangen door hun grootouders, een warm weerzien. Kort daarna ontdekt een rondsnuffelende mullah (hoge geestelijke) echter verboden boeken over het christendom tussen de spullen van de familie. Iedereen wordt opgepakt en weer vrijgelaten, maar ’s nachts vindt er een raid plaats op het huis van Mohsens grootouders. Zij helpen hem om te vluchten.
Mijn tante heeft me opnieuw leren voelen. Haar liefde was tegelijkertijd helend en pijnlijk. Beetje bij beetje ervoer ik voor het eerst dat ik wel degelijk het recht had op een leven als volwaardig Mijn tante heeft me opnieuw leren voelen. Haar liefde was tegelijkertijd helend en pijnlijk. Beetje bij beetje ervoer ik voor het eerst dat ik wel degelijk het recht had op een leven als volwaardig mens. Door alle tragische gebeurtenissen was mijn identiteitsgevoel immers zwaar aangetast. Ik moest het verleden definitief kunnen plaatsen om de toekomst te kunnen grijpen.
NAAR BELGIË Pat hapt toe. Enthousiast tekent ze een document dat de vrouw haar geeft en dat over haar toekomstig arbeidscontract in België gaat. De organisatie zorgt ervoor dat Pat in 2001 via Togo, Ghana en Frankrijk in België terechtkomt. Onderweg wordt zij steeds vergezeld door een begeleider. Pat wordt uiteindelijk naar een huis in Aan mijn ouders vertelde ik niet wat ik van plan Antwerpen gebracht. De hospita vertelt haar wat was. Ze zouden me immers nooit laten vertrekken. te doen: naar de Dienst Vreemdelingenzaken Achteraf heb ik me dat vaak beklaagd. gaan en daar een verhaaltje opdissen waarbij Pat zich voordoet als een Soedanese vluchtelinge die haar hele familie verloren heeft in de bloedige burgeroorlog. Pat twijfelt, maar de vrouw zegt dat dit de enige mogelijkheid is om in België te blijven. Op DVZ rammelt Pat het verhaaltje af, maar de medewerker gelooft haar niet en geeft een negatief advies. De hospita schakelt een advocaat in om in beroep te gaan, maar dat is het laatste wat Pat ervan hoort.
Gekleed in een boerka slaagt Mohsen erin om via Pakistan en Iran naar Turkije te vluchten. Daar steekt hij samen met enkele vluchtelingen de Bosporus over in een rubberbootje. Van zijn oom heeft hij inmiddels gehoord dat zijn grootouders en broer het goed maken. Na enkele dagen in een Griekse gevangenis, krijgt Mohsen een tijdelijke verblijfsvergunning van 15 dagen. Hij verstopt zich in een vrachtwagen die naar Milaan rijdt. Daar verschuilt hij zich in een trein naar Parijs, Ik schrok van mezelf. Strikt genomen stelde ik maar wordt betrapt door een politieman. Omdat mezelf op dat ogenblik als een mensensmokkelaar het oudejaarsavond is, laat deze hem gaan. op! Mohsen overtuigt enkele vluchtelingen ervan dat hij weet wat te doen. In ruil voor hulp krijgt hij geld om eten en kleren te kopen. Op 1 januari 2002 neemt Mohsen de nachttrein in Parijs, waar hij zijn oom belt. Op dat moment krijgt Mohsen te horen dat zijn grootouders en broer wel degelijk gedood zijn tijdens de raid. Zijn oom wilde hem dit nieuws sparen tot hij in Europa was.
ONDER DWANG Pat beseft dat haar keuze de foute was. De hospita eist in naam van ‘de organisatie’ de eerste 45 000 euro die Pat zal verdienen. Er is geen sprake meer van een kapsalon, Pat moet in de prostitutie gaan. Het papier dat ze getekend heeft in Nigeria, is eigenlijk een schuldbekentenis. Om te voorkomen dat Pat weigert, wordt haar familie in Nigeria onder druk gezet. De Nigeriaanse identiteitskaart van Pat wordt haar afgenomen. Gedurende de week werkt ze als ‘Coleen’ in Bar Eden, op zondag wordt ze afgezet in het Schipperskwartier. In januari 2002 klopt ze op aanraden van een vriend aan bij Jan en Lilianne, die naar haar verhaal luisteren en haar in huis nemen. Uiteindelijk kunnen zij Pat overtuigen om naar de politie te stappen met haar verhaal. Pat wordt ondergebracht in een vluchthuis van de vereniging Payoke. Het huis van de hospita wordt uitgekamd, maar zij weet te ontkomen.
Later op de avond vroeg de dame naar mijn toekomstplannen in België. Ik keek haar verbaasd aan. Toen ik haar vertelde dat ik in een hypermodern en trendy kapsalon ging werken, begon ze heel luid en vals te lachen. Ze noemde me dom en naïef.
Mohsen valt flauw. Zo trekt hij de aandacht van enkele politieagenten, die hem naar het ziekenhuis brengen. Mohsen is uitgedroogd en oververmoeid. Na een maand vlucht hij uit het ziekenhuis. Met geld dat zijn oom hem via een Pakistaanse kennis in Parijs heeft opgestuurd, wil hij naar een ‘geschikt’ land vluchten. Na de Amerikaanse interventie in Afghanistan wordt immers het bericht verspreid dat de situatie terug normaal is in dit land. Mohsen weet wel beter. Toch nemen vele landen dit bericht aan als handige reden om zich te ontdoen van Afghaanse vluchtelingen. Drie landen stellen zich milder op: Zweden, Noorwegen en België. In februari 2002 komt Mohsen aan in Brussel en trekt hij naar de Dienst Vreemdelingenzaken.
Payoke neemt Pats asielprocedure in handen. In mei 2003 gaat Pat voor enkele maanden terug naar Nigeria. Ze vertelt alles aan haar familie, die ondertussen door de aanhoudende pesterijen is moeten verhuizen. Dankzij Pats aanwijzingen wordt bijna het hele netwerk opgerold. Pats kinderen blijven voorlopig bij hun grootouders in Nigeria, omdat dat hun vertrouwde omgeving is.
Mijn familie verwijt me niets. Integendeel. Mama en papa zijn zelfs bijzonder trots op mij.Trots omdat ik het lef had een bende misdadigers voor de rechtbank te slepen. Trots omdat ik het goed maak en de kans krijg om in België aan mijn toekomst te werken.
Dit paspoort is gebaseerd op een interview met Andras en Vera door Jennie Vanlerberghe in 2003.
Dit paspoort is geïnspireerd op verschillende personen uit onze kennissenkring en op meer algemene bespiegelingen over Tsjetsjeense asielzoekers in België (www.vluchteling.org en www.caritas-int.be). Yolanda Zuluwaska is een fictieve naam.
NAAM: Andras en Vera X
GESLACHT: M en V
GEBOORTEDATUM: ?
NATIONALITEIT: Roemeens, Roma
NAAM: Yolanda Zuluwaska GESLACHT: V
GEBOORTEDATUM: 5 maart 1974
NATIONALITEIT: Russische, Tsjetsjeense herkomst KINDEREN: Elizabeth (2000) en Marlena (2002)
Achtergrond ROMA IN ROEMENIË In 1982 krijgt het koppel Andras en Vera regelmatig de politie over de vloer. Andras en Vera zijn Roma-zigeuners die in een klein dorpje in Roemenië wonen. Zelfs twintig jaar later vertellen ze liever niet welk dorp. Ook willen ze niet gefotografeerd worden en mag het interview Het werd een gewoonte dat om de twee weken de politie binnenviel. Ze waren nogal ruw, vooral in enkel schriftelijk opgenomen worden. In 1982 hun taalgebruik. Zigeuners zijn wat verwijten heerst de dictator Ceauşescu over het land. De gewoon, ik zou liegen als ik nu vertel dat zoiets Roma-zigeuners vormen een minderheid, die al grote indruk op ons maakt. Maar om de één of langer scheef wordt bekeken. Maar door het andere reden viseerden ze mij het meest. slechte landsbestuur wordt een groot deel van de bevolking steeds armer. De bevolking beschouwt de Roma steeds meer als geschikte zondebokken. Dat jaar besluit Andras’ broer om naar WestEuropa te trekken. Het regime beschouwt zo’n vlucht als verraad aan het land. Daarom komen politie en ‘Securitate’, een soort geheime politie, vaak bij Andras en Vera aankloppen op zoek naar informatie over de verrader.
Achtergrond JEUGD Yolanda is op 5 maart 1974 geboren in Grozny, de hoofdstad van Tsjetsjenië. In die periode is Tsjetsjenië een soort deelrepubliek van de Sovjetunie. Yolanda groeit op als tweede kind van een eenvoudig gezin. Het leven in Tsjetsjenië is niet makkelijk, maar Yolanda’s ouders doen al het mogelijke om Yolanda en haar broer Isa een zorgeloze kindertijd te geven. Yolanda heeft een heel goede band met Isa, die slechts twee jaar ouder is. Na de secundaire school gaat Yolanda op zoek naar een degelijke job, geen makkelijke taak in Tsjetsjenië. Ze maakt indruk op de personeelsdirecteur van een ziekenhuis in Grozny en kan daar aan het werk als kuisvrouw. In dit ziekenhuis leert ze Dimli kennen, een jonge verpleger voor wie Yolanda onmiddellijk een boontje heeft. Tot haar verrassing blijkt deze affectie wederzijds. Yolanda en Dimli trouwen in 1995.
Het was erg moeilijk om een deftige baan te vinden in Grozny. Ik had geen diploma van het hoger onderwijs, omdat mijn ouders al veel moeite hadden moeten doen om hun beide kinderen naar de secundaire school te kunnen sturen. Ik was dan ook erg blij met het redelijk goed betaalde baantje in het ziekenhuis. Toen ik Dimli ontmoette, dacht ik dat hij geen oog zou hebben voor iemand als ik. Gelukkig had ik het fout. Dimli vervolledigde mijn leven.
Op een dag in 1985 breken de politiemannen Vera’s arm. Andras dient klacht in bij het gemeentehuis, waarna het aantal bezoeken vermindert. Toch kan Andras het voorval niet vergeten. Hij gaat met een groepje zigeuners betogen voor het huis van de man in kwestie. De politie komt onmiddellijk ter plaatse en pakt iedereen op behalve Andras, die kan ontsnappen. Het leven in Roemenië wordt hierna steeds armzaliger. De Roma lijden hier het meest onder, vermits andere arme Roemenen de ellende op hen afreageren. In april 1989 nemen Andras en Vera een belangrijke beslissing. Andras zal het land uitvluchten, een geschikte woonplaats zoeken en terugkomen om Vera te halen. Net voor de grens loopt het mis. Andras wordt opgepakt, opgesloten en mishandeld. Enkele weken later moet hij voor de rechtbank verschijnen. Als zigeuner heeft hij geen recht op een advocaat. De rechter veroordeelt Andras tot één jaar opsluiting. Maar in december 1989 sterft Ceauşescu, waardoor Andras vrijgelaten wordt.
DE TSJETSJEENSE KWESTIE Ondertussen zijn de politieke omstandigheden in Tsjetsjenië erg gewijzigd. Wanneer in 1991 de Sovjetunie valt, roept Tsjetsjenië, net als enkele andere deelrepublieken, de eigen onafhankelijkheid uit. Rusland erkent deze onafhankelijkheid niet en beschouwt Tsjetsjenië als een deelrepubliek van de Russische federatie. Tsjetsjeense rebellen strijden sindsdien voor hun politieke onafhankelijkheid. Dit alles gaat niet zomaar aan Yolanda en Dimli voorbij. In 1994 vallen Russische troepen Tsjetsjenië binnen. De hoofdstad Grozny krijgt het zwaar te verduren. Gelukkig blijft het ziekenhuis waar Yolanda en Dimli werken, gespaard. Toch ziet het koppel vele vrienden sneuvelen in de voortdurende gevechten. In 1996 volgt dan eindelijk een vredesbestand. Yolanda begint opgelucht vertrouwen te krijgen in een vreedzame oplossing van het conflict. Dit vertrouwen zal echter niet lang stand houden.
Mijn moeder en vader waren gestorven, we hadden geen kinderen. Dat is voor mij ook een grote ontgoocheling. En mijn broer spiegelde ons zoveel rust en weelde in een verdraagzame omgeving voor.
Die periode blijft een zwarte bladzijde in ons leven. De Tsjetsjeense burgers boetten voor het conflict. Mijn familie is toen flink uitgedund. Gelukkig bleven mijn ouders, broer en man gespaard. Al bij al hebben wij ‘geluk’ gehad.
Na de dood van deze dictator geloven Andras en Vera sterk in de komst van een nieuwe democratie en een leefbare wereld voor de Roma-zigeuners. Daarom gaat Andras in de plaatselijke politiek. Samen met enkele andere mannen sticht hij de Democratische partij van de Roma-zigeuners van Roemenië. De partij komt op voor het recht voor Roma op grondbezit, maar ook bijvoorbeeld voor water en elektriciteit voor iedereen. Als partijsecretaris onderhandelt Andras in 1991 met de meerderheid over de teruggave van gronden aan de Roma-zigeuners. Er worden zang- en dansgroepen opgericht, mede om de andere dorpsbewoners gunstig te stemmen. Toch gebeurt dit alles zeer voorzichtig. Elk incident kan immers aanleiding geven tot een rel.
Ondanks de wapenstilstand is de Russische regering niet van plan om de Tsjetsjeense onafhankelijkheid te erkennen. De vrede is erg relatief en instabiel. De nieuwe Tsjetsjeense president slaagt er niet in een economische bloei tot stand te brengen. Yolanda verliest haar werk in het ziekenhuis. De criminaliteit in het land neemt afschrikwekkende proporties aan. Meerdere ontvoeringen, gijzelingen en aanslagen op Russische doelwitten worden op naam van Tsjetsjeense rebellen geschreven. In 1999 geeft de nieuwe Russische premier Poetin de Russische troepen het bevel om Tsjetsjenië opnieuw binnen te vallen om ‘het terrorisme te verslaan’. Tijdens deze tweede Tsjetsjeense oorlog bedient de Russische regering zich van smerige technieken zoals marteling, plotse ‘verdwijningen’, en executies zonder proces. De reactie van de Tsjetsjeense rebellen is al even hard: er worden aanslagen gepleegd op Russische doelen en de gijzelingen van Russen en andere buitenlanders nemen toe.
Mijn tante heeft me opnieuw leren voelen. Haar liefde was tegelijkertijd helend en pijnlijk. Beetje bij beetjrvoer ik voor het eerst dat ik wel degel het recht had op een leven als Het was een utopie. We zijn een opgejaagd en vervolgd volk. Blijft de levenssituatie van de meeste Roemenen al op nul steken, dan zitten wij daar nog heel veel graden onder. Waarmee ik wil zeggen dat er voor ons niet veel veranderd is.
Ik werkte erg graag als poetsvrouw. Toen ik mijn job verloor, begon mijn hoop op een leefbaar Grozny stilaan af te brokkelen.
VLUCHTEN Op 20 juli 1994 betogen Vera en Andras voor betere leefomstandigheden. De betoging verloopt vreedzaam. Toch krijgt het koppel ’s nachts bezoek van drie politiemannen. De politiemannen vragen waarom Andras en Vera betogen en mensen opruien. Andras antwoordt dat ze enkel voor hun rechten opkomen. De agenten binden Andras vast, verkrachten Vera en drukken hun sigarettenpeuken op haar uit. De dag nadien weigert een dokter om een certificaat af te leveren dat Vera’s verwondingen beschrijft. Hij zegt zich niet te willen moeien met politieke zaken. Ook andere familieleden zijn die nacht lastiggevallen. Andras beseft dat de situatie onhoudbaar geworden is. Samen met enkele familieleden vertrekken Vera en Andras uit Roemenië. Ze slagen er makkelijk in om de grens met Hongarije over te steken. De grens met Tsjecho-Slowakije is moeilijker te passeren. Daarom splitst de groep zich op. In ruil voor ‘een royale vergoeding’ mogen Andras en Vera mee in de vrachtwagen van een Belgische chauffeur.
Op het einde van datzelfde jaar verwachten Yolanda en Dimli hun eerste kindje. De omstandigheden zijn verre van perfect. Grozny is nog niet hersteld van de vorige oorlog, de hoge werkloosheid en criminaliteit zorgen voor een groot gevoel van onveiligheid en het heropgestarte Russische offensief belooft weinig goeds. In oktober 1999 vluchten duizenden Tsjetsjenen uit hun land weg. Yolanda en Dimli besluiten hetzelfde te doen. Van een Franse journalist die Dimli in het ziekenhuis ontmoet, krijgt hij de raad om genoeg geld te sparen en een rechtstreekse vlucht naar een West-Europees land te proberen nemen. De meeste Tsjetsjenen vluchten immers naar andere deelstaten van de Russische federatie. Daar worden ze in gebrekkige vluchtelingenkampen gestopt en worden ze voortdurend onder druk gezet om zo snel mogelijk terug naar huis te keren. Hun leven in het kamp is niet veel beter dan in het verscheurde Tsjetsjenië.
Ze hebben ons onteerd. Mijn vrouw verkracht, terwijl ik daarbij moest toekijken! Is er iets erger dat een man kan overkomen? De familie-eer op die manier geschonden!
Mijn zwangerschap veranderde ons hele leven. Hopen op vrede was niet genoeg meer, ik wou mijn kind opvoeden in een stabiele omgeving. Ik besefte dat ik geen andere keus had dan om Grozny te verlaten.
Eind augustus 1994 komen de twee aan in België, waar ze opgevangen worden door familie. De rest van de gevluchte zigeunergroep is minder ver geraakt. Zij zijn noodgedwongen teruggekeerd naar Roemenië.
BELGIË In januari 2000 heeft Yolanda het nodige geld bijeengespaard om, met de hulp van de Franse journalist, een visum en vlucht naar België te regelen. Yolanda’s ouders hebben al hun spaargeld opgeofferd. Zij zullen samen met Isa Mijn familie achterlaten was het moeilijkste dat ik hun dochter volgen wanneer ze er de middelen ooit heb moeten doen. Maar ik had geen keuze. Ik toe hebben. heb mezelf toen beloofd dit later goed te maken. Op 24 januari 2000 komen Dimli en Yolanda aan op de luchthaven van Zaventem, vanwaar ze naar Mijn familie laten kennismaken met mijn dochters is mijn grootste wens. de Dienst Vreemdelingenzaken gaan. De daaropvolgende maand vallen Russische troepen Grozny binnen en laten er bijna niets van heel. Pas twee maanden later verneemt Yolanda dat haar ouders en broer het goed maken. Op 6 juni 2000 wordt Elisabeth geboren. Twee jaar later volgt Marlena.