Landgoed Wellenseind – Locatie Schaapskooi Compensatieplan EHS
Juni 2014
Landgoed Wellenseind – Locatie Schaapskooi Compensatieplan EHS Project
Landgoed Wellenseind
Onderwerp
Compensatieplan EHS
Opdrachtgever
Familie Zeeman
Datum
Juni 2014
Auteur
Paul van Limpt (Praedium Coöperatie UA)
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ........................................................................................................................................ 3 Kader ....................................................................................................................................................... 4 1.
Locatiebeschrijving .......................................................................................................................... 6
2.
Beschrijving voorgenomen ontwikkeling ........................................................................................ 7
3.
Negatieve effecten op natuurwaarden ........................................................................................... 8 3.1.
Inleiding ................................................................................................................................... 8
3.2.
Afname oppervlakte EHS ......................................................................................................... 8
3.3.
Verstoring en versnippering .................................................................................................... 8
3.4.
Beschermde flora en fauna (uit: Hendrikx, 2014) ................................................................... 8
3.5.
Natura 2000 gebied Kempenland-‐West .................................................................................. 8
3.6.
Natte Natuurparel De Utrecht ................................................................................................ 8
4.
Mitigerende maatregelen ............................................................................................................. 10
5.
Compensatie ................................................................................................................................. 11 5.1.
Inleiding ................................................................................................................................. 11
5.2.
Wettelijk kader ...................................................................................................................... 11
5.3.
Voorwaarden voor compensatie (Verordening Ruimte, artikel 5.6.) .................................... 11
5.4.
Toeslag bij compensatie ........................................................................................................ 12
5.5.
Beschrijving compensatievlak ............................................................................................... 12
5.6.
Beschrijving ontwikkelings-‐ en regulier beheer .................................................................... 14
5.7.
Termijn van uitvoering .......................................................................................................... 14
5.8.
Boeteclausule ........................................................................................................................ 14
5.9.
Financiële onderbouwing ...................................................................................................... 14
Literatuurlijst ......................................................................................................................................... 15
Kader In juni 2014 is het nieuwe bestemmingsplan voor landgoed Wellenseind opgesteld. Het bestemmingsplan voorziet in een aantal ontwikkelingen die bijdragen aan de duurzame instandhouding van het landgoed (zie: Praedium Coöperatie, 2013). De ontwikkelingen binnen het landgoed bestaan enerzijds uit investeringen in cultuurhistorische-‐, waterhuishoudkundige, ecologische en landschappelijke waarden en anderzijds uit investeringen in nieuwe economische dragers. De nieuwe economische dragers moeten ervoor gaan zorgen dat de exploitatie van het landgoed positief wordt en dat de opbrengsten uit de economische dragers voldoende hoog worden om alle waarden op het landgoed te behouden door middel van een passend beheer. De voorgenomen ontwikkelingen bestaan uit het investeren in schoon water door het aankopen van 10 hectare grond buiten het landgoed langs de beek de Reusel en de Raamsloop, het herstel van twee bakstenen bruggen, de gedeeltelijke openstelling van het landgoed voor het publiek, en de renovatie en functieverandering van de Schaapskooi. Hiermee wordt de vroegere woonfunctie hersteld en kan het gebouw bewaard blijven. Daarnaast wordt elders op het landgoed een nieuw gebouw gerealiseerd en een oude veestal herbouwd. Ook dit gebouw krijgt een nieuwe functie. De schaapskooi is gelegen binnen de ecologische hoofdstructuur (EHS). Conform artikel 5 van de Verordening ruimte past de renovatie van de schaapskooi en de toekomstige woonfunctie niet binnen de EHS. Om deze reden wordt een verzoek tot wijziging van de begrenzing van de EHS aangevraagd. Omdat de renovatie en de verandering naar een woonfunctie van de schaapskooi deel uitmaakt van een combinatie van onderling samenhangende handelingen (Bestemmingsplan Landgoed Wellenseind, zie Praedium Coöperatie, 2013) waarvan de gecombineerde uitvoering leidt tot een verbetering van de kwaliteit (en kwantiteit) van de EHS als geheel, wordt bij de wijziging van de begrenzing van de EHS de saldobenadering toegepast. Voorliggend compensatieplan licht de herbegrenzing van de EHS en de bijbehorende compensatieverplichting toe. In hoofdstuk 1 wordt een beschrijving van locatie ‘schaapskooi’ gegeven. In hoofdstuk 2 worden de voorgenomen ontwikkelingen op locatie ‘schaapskooi’ behandeld. Hoofdstuk 3 gaat in op de negatieve effecten op de natuurwaarden van deze ontwikkelingen. De te nemen mitigerende maatregelen ter voorkoming van negatieve effecten op de natuurwaarden worden in hoofdstuk 4 behandeld. Hoofdstuk 5 gaat verder in op de manier van compenseren. Afgesloten wordt met de literatuurlijst.
Fig. 1. Overzichtskaart landgoed Wellenseind en locatie ‘Schaapskooi’
1. Locatiebeschrijving De schaapskooi is een in 1918 gebouwde schuur en ligt midden op landgoed Wellenseind, aan de onverharde bosweg genaamd ‘Vogelenzang’. Omstreeks 1960 is een deel van het gebouw afgebroken voor de bouw van een veestal in de noordoosthoek van het landgoed. De schaapskooi, de omringende weilanden en de schaapsdrift die vanuit het buurtschap Wellenseind naar de schaapskooi leidt, bezitten een hoge cultuurhistorische ensemblewaarde. De locatie maakt deel uit van natura 2000-‐gebied Kempenland-‐West, Natte Natuurparel de Utrecht en ligt geheel in de EHS. Op de beheertypekaart van het Natuurbeheerplan van Provincie Noord-‐ Brabant is het perceel aangewezen als N12.02 Kruiden-‐ en faunarijk grasland. Ook op de ambitiekaart is het gebied aangewezen als N12.02 Kruiden-‐ en faunarijk grasland. De locatie maakt deel uit van een groter gebied met het beheertype N12.02. Samen met de aansluitende weide ten noorden van het perceel (liggende in de EHS, agrarische natuurdoeltype A02.01 Botanisch waardevol grasland) vormt het een geheel door bos omringd, ca. 3,5 hectare groot weidegebied. Het hele gebied kan geschaard worden onder de plantengemeenschap 16Bc01 Kamgrasweide. Het beheer op de locatie bestaat een extensief begrazingsbeheer met runderen en incidenteel maaien (mondelinge mededeling Van Haaren, 2014). De huidige bestemming van locatie ‘schaapskooi’ is een natuurbestemming.
Fig. 2. De schaapskooi (Bron: Ecologica)
Fig. 4. Ambitiekaart Natuurbeheerplan 2014 – Locatie ‘Schaapskooi’ krijgt het natuurbeheertype N12.02 Kruiden-‐ en faunarijk grasland
Fig. 3. Zicht op locatie ‘schaapskooi’.
2. Beschrijving voorgenomen ontwikkeling In de toekomstige opzet wordt de schaapskooi weer bewoond. Met de renovatie van de schaapskooi wordt het gebouw zoveel mogelijk in zijn oude luister hersteld en wordt ook het oorspronkelijke stalgedeelte weer teruggebouwd. Het perceel zal verder nog bestaan uit een tuin met dezelfde afmetingen als het bebouwingsvlak en een klein bijgebouw dat gebruikt kan worden als garage, los van de schaapskooi zelf. Door de plaatsing ervan ontstaat een klein erf. In het bestemmingsplan wordt uitgegaan van ontsluiting door middel van de oude schaapsdrift (‘Vogelenzang’). Dit pad is onverhard en dit zal in de toekomst zo blijven. De oprit vanaf de oude schaapsdrift zal in de toekomst mogelijk half-‐verhard worden. De schaapskooi wordt een stenen gebouw met een rieten dak, het bijgebouw zal van hout zijn gemaakt. De weide waarin de schaapskooi is gelegen zal qua gebruik en beheer niet veranderen. De afmetingen van de diverse inrichtingsmaatregelen zijn in de tabel samengevat. Onderdeel Schaapskooi Binnenplaats/erf Bijgebouw (Moes-‐)tuin Oprijlaan Totale oppervlakte
Breedte (m) 10,50 10,50 10,50 10,50 3
Lengte (m) 15 14 6,50 35,50 63
Oppervlakte (m2) 157,5 147 68,25 372,75 189 934,5
Tabel 1. Afmetingen nieuwe inrichting locatie ‘Schaapskooi’
Fig. 5. Maatvoering van het toekomstige bouwblok
Fig. 6. Inrichtingsschets met omliggende grasland
3. Negatieve effecten op natuurwaarden 3.1.
Inleiding
De negatieve effecten op de natuurwaarden door de renovatie van de schaapskooi zullen zoveel mogelijk worden voorkomen (mitigatie, zie volgend hoofdstuk) en gecompenseerd. Hieronder staan de te verwachten negatieve effecten op de natuurwaarden rondom de bouwlocatie opgenoemd.
3.2.
Afname oppervlakte EHS
De hele locatie, waaronder ook de huidige schuur (oppervlakte ca. 140m2), heeft als beheer-‐ en ambitietype in het provinciale natuurbeheerplan N12.02 Kruiden-‐ en faunarijk grasland. Alle bouwmaatregelen vinden plaats binnen de EHS. Hierdoor neemt de oppervlakte EHS af met 934,5 m2.
3.3.
Verstoring en versnippering
De voorgenomen bouwmaatregelen zullen leiden tot slechts zeer geringe mate van versnippering van het weidegebied, omdat de locatie aan de rand van het weiland, tegen het bos, ligt. Er is op de locatie al een gebouw aanwezig (de huidige schaapskooi). Bij de bouwmaatregelen wordt van deze bestaande bebouwingssubstantie uitgegaan, waardoor verdere versnippering wordt geminimaliseerd. Tijdens het uitvoeren van de bouwmaatregelen zal tijdelijke verstoring plaatsvinden. De negatieve effecten hiervan zijn echter gering. Na beëindiging van de bouwwerkzaamheden zal de mate van verstoring verhoogd worden door een verhoogde verkeersdruk.
3.4.
Beschermde flora en fauna (uit: Hendrikx, 2014)
De huidige schaapskooi staat bloot aan de elementen en is niet geschikt als vaste verblijfsplaats voor vleermuizen. Ook zijn bij veldonderzoek geen sporen van gebruik (in de vorm van uitwerpselen) gevonden. Als gevolg van de plannen gaan geen lijnvormige structuren verloren en wordt de landschapsstructuur niet aangetast. Effecten op eventueel aanwezige vaste vliegroutes van vleermuizen worden niet verwacht. De diverse beschermde plantensoorten die gevonden zijn binnen het landgoed, zijn met name aangetroffen op plaatsen waar geen werkzaamheden zullen worden uitgevoerd. Voor enkele kleinere zoogdiersoorten, zoals muizen en mollen, gaat er mogelijk leefgebied verloren. Dit heeft echter geen invloed op de populatie. Er zijn geen jaarrond beschermde vogelnesten aangetroffen en worden ook niet verwacht. Tijdens een veldbezoek is een adulte bruine kikker waargenomen. Voor deze soort geldt een algemene vrijstelling (art. 75 Flora-‐ en faunawet) bij ruimtelijke ontwikkeling en inrichting zoals hier het geval is. Het grasland op de locatie is te voedselrijk en heeft te weinig structuur, dekking en foerageermogelijkheden voor eventueel aanwezige reptielen. Beschermde bosmiersoorten worden niet in het grasland verwacht.
3.5.
Natura 2000 gebied Kempenland-‐West
De oude schaapskooi ligt binnen het Natura 2000 gebied Kempenland-‐West. Er zijn op deze locatie echter geen van de aangewezen habitattypen of soorten aanwezig. Negatieve effecten van de voorgenomen renovatie worden dan ook niet verwacht (Hendrikx, 2014).
3.6.
Natte Natuurparel De Utrecht
De schaapskooi ligt binnen Natte Natuurparel De Utrecht. Met het ‘verdrag van Cork’ is een bestuurlijke basis gelegd om het herstel van bepaalde prioritaire natte natuurgebieden (Natte Natuurparels genaamd) als eerste te realiseren. Hydrologisch herstel van deze gebieden diende te zijn gerealiseerd in 2012 (Waterschap de Dommel, 2011). De ontwikkelingsplannen op landgoed Wellenseind (zie: Praedium Coöperatie, 2013) zijn mede bedoeld om de Natte Natuurparel De
Utrecht te herstellen. Aangezien er bij de renovatie van de schaapskooi geen verdrogende maatregelen plaats zullen vinden en de schaapskooi hydrologisch neutraal wordt gebouwd, worden negatieve effecten op de Natte Natuurparel dan ook niet verwacht.
4. Mitigerende maatregelen De volgende getroffen maatregelen op de locatie zullen voor een deel het verlies van ecologische waarden mitigeren: •
•
•
•
• •
De verschillende bouweenheden (woonhuis, bijgebouw, erf, tuin en oprijlaan) zijn zoveel mogelijk geclusterd, zodat een strak omlijnd kader ontstaat, waarbinnen alle elementen worden gebundeld. Rond het tuingedeelte word een haag gezet. Zo blijft de verstorende invloed op de ecologische waarden beperkt. Er wordt aan de rand van het graslandperceel gebouwd, zo dicht mogelijk tegen de bosrand aan en rondom de bestaande bebouwing, om versnippering van het weiland zo veel mogelijk te voorkomen. De erf-‐ en tuinbeplanting bestaat uit inheems plantmateriaal waarbij zoveel mogelijk wordt aangesloten bij de oorspronkelijke boerderijbeplanting. Voorbeelden van beplanting zijn Gewone vlier en hoogstamfruitbomen. Graaf-‐ en sloopwerkzaamheden en bouwmaatregelen waarbij vegetatie wordt verwijderd vinden in principe plaats buiten het broedseizoen (half februari – half juli). Op deze manier wordt rekening gehouden met broedvogels en in het bijzonder met de recentelijk in de schaapskooi broedende bosuil. Bij het uitvoeren van de bouwmaatregelen wordt gewerkt volgens de gedragscode natuurbeheer De oprijlaan blijft onverhard, of kan worden half-‐verhard met een mengsel van zand, grind en leem. De ontsluiting van de Schaapskooi zal gebeuren via de oude schaapsdrift (‘Vogelenzang’). Dit pad is onverhard en zal in de toekomst ook onverhard blijven. Door deze keuzes zal de snelheid van naderend verkeer minder hoog zijn in vergelijking met een asfaltweg en is de verstoring geringer.
5. Compensatie 5.1.
Inleiding
Op locatie ‘schaapskooi’ wordt met de renovatie van de schaapskooi een woonfunctie gerealiseerd. Het bouwvoornemen bestaat uit: • • • • •
De renovatie van de huidige schaapskooi, De terugbouw van het oorspronkelijke stalgedeelte, De bouw van een bijgebouw, De aanleg van een erf De aanleg van een (moes-‐)tuin
De gehele bouwlocatie valt binnen de EHS. 934,5m2 EHS wordt aangetast met het bouwvoornemen (zie tabel 1).
5.2.
Wettelijk kader
Omdat er bij de ontwikkelingsplannen natuur uit de EHS wordt verwijderd, is het noodzakelijk de EHS te herbegrenzen en dit verlies te compenseren. Dit behoort te worden gedaan volgens de regels opgesteld in de Verordening Ruimte 2014 van provincie Noord-‐Brabant. Hierin staat dat het opstellen van een compensatieplan noodzakelijk is. Dit plan vormt een onderdeel van het bestemmingsplan. De uitvoering ervan wordt vastgelegd in een privaatrechtelijke overeenkomst tussen initiatiefnemer en gemeente. Bij de ontwikkelingen op landgoed Wellenseind is door de initiatiefnemer gekozen voor de wijziging van de begrenzing EHS met toepassing van de saldobenadering. Dit houdt in dat er sprake is van onderling samenhangende plannen en handelingen (de ontwikkelingen op landgoed Wellenseind, beschreven in Praedium Coöperatie, 2013) waarvan er één (de renovatie van de schaapskooi) een negatief effect heeft op de EHS, maar waarvan de gecombineerde uitvoering leidt tot een verbetering van de kwaliteit of kwantiteit van de EHS als geheel (Verordening Ruimte, artikel 5.4.). Voorgenomen ontwikkelingen op het landgoed zijn onder andere de aankoop van 10 hectare grond buiten het landgoed langs de Reusel en de Raamsloop, waarmee een impuls wordt gegeven aan de uitvoering van de ‘Visie Reuseldal’ van het Waterschap. Daarnaast wordt de actieve bestrijding van exoten op het landgoed nagestreefd en wordt in bepaalde bospercelen hakhoutbeheer herintroduceerd.
5.3.
Voorwaarden voor compensatie (Verordening Ruimte, artikel 5.6.)
De Verordening Ruimte zegt het volgende over de voorwaarden voor compensatie: •
•
•
De omvang van de compensatie wordt bepaald door de omvang van het vernietigde areaal waarbij een toeslag op de omvang van het vernietigde areaal wordt berekend, zowel in oppervlak, als in budget. De fysieke compensatie vindt plaats in de niet gerealiseerde delen van de ecologische hoofdstructuur. In afwijking hiervan kan fysieke compensatie ook plaatsvinden in, aansluitend op of nabij het aangetaste gebied indien een wijziging van de begrenzing plaatsvindt met toepassing van de saldobenadering. Een verzoek tot wijziging van de herbegrenzing EHS gaat vergezeld van een compensatieplan. Dit plan omvat ten minste: o Het netto verlies aan ecologische waarden en kenmerken dat optreedt o De wijze waarop het netto verlies wordt gecompenseerd o De ruimtelijke begrenzing van het te compenseren gebied en de compensatie
o o o o
5.4.
De kwaliteit en kwantiteit van de compensatie De termijn van uitvoering De inhoud en realisatie van de voorgenomen mitigerende en compenserende maatregelen Een beschrijving van het reguliere beheer en het ontwikkelingsbeheer
Toeslag bij compensatie
De regels voor de grootte van de toeslag die gerealiseerd moet worden bovenop het vervangende gebied wordt gehaald uit de Spelregels EHS (2006) en aanvullend uit Schaminée et al. (2010). Voor het kwaliteitsverlies van de bestaande natuurwaarden gedurende de ontwikkelingsfase van het vervangende gebied wordt een toeslag op de fysieke compensatie berekend, zowel in oppervlak als in budget. Hiertoe worden categorieën natuur onderscheiden met verschillende ontwikkelingsduur. Het gebied op de bouwlocatie wordt omschreven als natuurdoeltype 3.29 ‘Bloemrijk grasland van het zand-‐ en veengebied’, omdat het grasland valt onder de plantengemeenschap 16Bc01 – Kamgrasweide. Volgens de Spelregels EHS (2006), heeft het ‘bloemrijk grasland van het zand-‐ en veengebied’ een ontwikkelingsduur van 25 jaar. Schaminée et al. (2010) echter rekenen voor het herstel van een kamgrasland, uitgaande van een sterk bemest en intensief beheerd grasland, een ontwikkelingsduur van 10 jaar. Om deze reden is bij de compensatietoeslag bij de schaapskooi uitgegaan van een toeslag van 1/3 in oppervlakte, plus de gekapitaliseerde kosten van het ontwikkelingsbeheer. Bij de renovatieplannen van de schaapskooi worden 934,5m2 uit de EHS verwijderd. Dit betekent dat een vervangend gebied van ca. 1246 m2 moet worden gerealiseerd. In figuur 9 is dit vervangend gebied ingetekend.
5.5.
Beschrijving compensatievlak
De compensatiemaatregelen, inclusief toeslag, worden gerealiseerd door een nieuw stuk natuur aan te leggen op ca. 50 meter verwijderd van de bouwlocatie, in de huidige EHS. Het perceel maakt deel uit van een groter weidegebied wat nu nog in agrarisch gebruik is. Het aangewezen compensatievlak ligt in de aansluitende weide ten noorden van de schaapskooi. Dit perceel heeft een agrarische functie, een agrarische bestemming, en ligt binnen de EHS. In het Natuurbeheerplan 2014 van provincie Noord-‐Brabant heeft het perceel het agrarische natuurbeheertype A02.01 Botanisch waardevol grasland. Hiervoor ontvangt landgoed Wellenseind op dit moment geen subsidie. De beheermaatregelen bestaan op dit moment uit 3-‐5x per jaar maaien in combinatie met beweiding en bemesting.
Fig. 7. Zicht op het compensatievlak
Fig. 8. Beweiding op het compensatievlak
Fig. 9. Locatieaanduiding Schaapskooi en compensatievlak
De oppervlakte van het compensatievlak is, zoals voorgeschreven, 1246 m2. Aansluitend bij de beheerambitie van het te compenseren stuk EHS, wordt de ambitie voor dit nieuwe stuk natuur een flora-‐ en faunarijk grasland (natuurbeheertype N12.02). Gestreefd wordt naar een kamgrasweide (16Bc01 associatie van kamgrasweiden). Dit graslandtype, waar beweiding door runderen of schapen doorslaggevend is voor het voortbestaan ervan (Weeda et al., 2002, Schaminée et al., 2010), past cultuurhistorisch gezien op deze locatie. Het uitvoeren van extra inrichtingsmaatregelen is niet nodig, daar het huidige compensatievlak al deel uitmaakt van een grasland.
5.6.
Beschrijving ontwikkelings-‐ en regulier beheer
Voor de succesvolle omvorming van het bestaande agrarisch gebruikte weiland naar een natuurlijk beheerd weiland zal het beheer ervan veranderen. Er zal niet meer worden bemest, het maai-‐ en afvoerregime zal afnemen naar ca. 1x per jaar, en de beweiding door runderen zal toenemen om dit te compenseren. De beweiding zal hierdoor nog steeds extensief van aard zijn. Het regulier beheer zal ook op deze manier uitgevoerd worden. Het aanvullend maaien en afvoeren en het achterwege laten van extra bemesting past in een verschralingsbeheer van kamgrasweiden (Schaminée et al., 2010). De combinatie van beweiding en maaien levert daarnaast in de regel de grootste soortenrijkdom op (Hermy & de Blust, 2004). Door de begrazing kunnen open plekken ontstaan die ruimte bieden voor de kieming van een-‐ en tweejarige soorten. Daarnaast ontstaat er op deze manier differentiatie in het grasland door verschillen in voedselrijkdom en bodemverdichting (Beije et al., 1994).
5.7.
Termijn van uitvoering
De compensatiemaatregelen worden uitgevoerd bij aanvang van de bouwwerkzaamheden op locatie schaapskooi. Deze staan gepland in het voorjaar van 2015.
5.8.
Boeteclausule
Wanneer de initiatiefnemer de compensatiemaatregelen niet, niet tijdig of onvolledig zou uitvoeren, moet een boetebedrag worden gestort in de provinciale compensatievoorziening ter uitvoering van de geformuleerde compensatietaakstelling. Het boetebedrag is op het moment van vaststelling 150% van de directe en indirecte kosten die samenhangen met de betrokken compensatie.
5.9.
Financiële onderbouwing
De beheermaatregelen voor het nieuw aan te leggen stuk natuur vallen geheel onder de verantwoordelijkheid van de initiatiefnemer. De kosten ervan bedragen €250 per jaar. Hierbij is uitgegaan van de normbedragen uit het Normenboek Natuur, Bos en Landschap (2012) en het begrotingsmodel natuurboeren (2014). Tevens is uitgegaan van een maai-‐ en afvoerbeheer van drie opeenvolgende jaren. Maatregel
1x per jaar maaien en afvoeren (3 jaar lang) Inscharen vee (runderen) en afrastering Verwijderen struiken Totaal per jaar
Totaal excl. BTW (per jaar) €68
Totaal incl. BTW (per jaar) €82
€109
€132
€30 €207
€36 €250
Tabel 2. Financiële onderbouwen beheermaatregelen
Literatuurlijst Begrotingsmodel Natuurboeren, 2014. Exitus BV, Veghel. Beije, H.M., H. van Dam & S. van der Werf (1994). Heiden, vennen en stuifzanden. In: Beije, H.M., L.W.G. Higler, P.F.M. Opdam, T.A.W. van Rossum & H.J.P.A. Verkaar (red), Bos-‐ en Natuurbeheer in Nederland I. Backhuys Leiden, 431 pp: 217-‐272. (Catalogusnummer: 004004) Hermy, M. & de Blust, G., 2004. Natuurbeheer. Argus vzw, Natuurpunt vzw. Leuven. Hendrikx, B., 2014. Quickscan natuurwetgeving Landgoed Wellenseind te Lage Mierde. Ecologica Praedium Coöperatie, 2013. Inrichtings-‐ en beeldkwaliteitsplan Landgoed Wellenseind. Normenboek Natuur, Bos en Landschap, 2012. Tijd-‐ en kostennormen voor inrichting en beheer van natuurterreinen, bossen en landschapselementen. Alterra, Wageningen. Spelregels EHS, 2006. Beleidskader voor compensatiebeginsel, EHS-‐Saldobenadering en herbegrenzen EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies Schaminée, J., Hennekens, S., Smits, N., 2010. SynBioSys Nederland versie 2.5. Alterra, Wageningen UR Van Haaren, K. 07-‐06-‐2014. Mondelinge mededeling Kees van Haaren, rentmeester landgoed Wellenseind Waterschap de Dommel, 2011. Scenariostudie en inrichtingsplan natte natuurparels de Utrecht. Gebiedsdelen Hoogeindse Beek, Broekkant, Reuseldal De Utrecht, Mispeleindsche en Neterselsche Heide. Royal Haskoning, ’s-‐Hertogenbosch. Weeda, E.J., Schaminée, J.H.J., van Duuren, L., 2002. Atlas van plantengemeenschappen in Nederland. Deel 2: Graslanden, zomen en droge heiden. KNNV, Utrecht.