Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
Compensatieplan EHS Maart 2015
project
Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
onderwerp
Compensatieplan EHS
opdrachtgever
Natuurbegraven Nederland
datum
Maart 2015
opsteller
Paul van Limpt
contactgegevens
Praedium Coöperatie UA Huize Muyserick, Maurick 1, 5261NA Vught
Inhoudsopgave Samenvatting
5
1. Kader
7
2. Locatiebeschrijving
9
3. Beschrijving voorgenomen ontwikkeling
11
4. Effecten op natuurwaarden
12
5. Mitigerende maatregelen
13
6. Afweging van alternatieven
14
7. Compensatie
15
7.1 Inleiding
15
7.2 Wettelijk kader
15
7.3 Voorwaarden voor compensatie (Verordening Ruimte, artikel 5.6)
15
7.4 Toeslag bij compensatie
15
7.5 Beschrijving compensatievlak
16
7.6 Beschrijving compensatiemaatregelen
18
7.7 Beschrijving ontwikkelings- en regulier beheer
18
7.8 Termijn van uitvoering
18
7.9 Boeteclausule
19
7.10 Financiële onderbouwing
19
Literatuurlijst
20
3
Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
Luchtfoto van de planlocatie met globale aanduiding van de ligging van de te compenseren percelen
Compensatieplan EHS
4
.
Samenvatting Natuurbegraven Nederland (NBN) is voornemens een natuurbegraafplaats te ontwikkelen in de gemeente Heeze-Leende aan de Somerenseweg, in het bosgebied ten zuiden van crematorium Heeze. Door het gebied de functie natuurbegraven te geven wordt natuurontwikkeling mogelijk gemaakt en wordt een impuls gegeven aan verschillende waarden van het gebied. Het inrichtings- en beheerplan beschrijft deze waarden (Praedium Coöperatie UA, 2014).
In het kader van de ontwikkeling van de natuurbegraafplaats wordt het areaal bos dat netto ten behoeve van deze ontwikkeling wordt verwijderd, elders herplant. Op deze manier wordt zorg gedragen voor de instandhouding van het totale bosareaal van Nederland. Het herplanten van deze 10,35 ha bos is vastgelegd in een privaatrechtelijke overeenkomst tussen NBN en de gemeente Heeze-Leende.
Omdat er bij dit plan natuur uit de EHS wordt verwijderd, is het noodzakelijk de EHS te herbegrenzen en dit verlies te compenseren. De compensatie moet plaatsvinden in de niet-gerealiseerde delen van de EHS. Bij de ontwikkelingen op natuurbegraafplaats Heeze-Leende is door de initiatiefnemer en gemeente gekozen voor de wijziging van de begrenzing EHS op verzoek bij kleinschalige ingrepen. Dit houdt in dat er sprake is van een individuele, kleinschalige ingreep die slechts leidt tot een beperkte aantasting van de ecologische waarden en kenmerken van de ecologische hoofdstructuur in het desbetreffende gebied en waarmee door de nieuwe begrenzing een versterking van de EHS ontstaat (Verordening Ruimte, artikel 5.5.). Voor de bouw van een informatiecentrum/ceremonieruimte en de aanleg van een halfverharde parkeerplaats wordt 3.950m2 natuur uit de EHS verwijderd. Het huidige natuurtype van het te compenseren deel is N16.01 Droog bos met productie en N16.02 Vochtig bos met productie. Dit heeft een ontwikkelingsduur in jaren van 30 (-100) jaar, dus moet bij compensatie een toeslag van 2/3 in oppervlak en ontwikkelingsbeheerkosten worden gerealiseerd. Dit komt overeen met 6.596,5m2. Gemeente Heeze-Leende heeft een perceel in eigendom in de niet-gerealiseerde EHS dat in aanmerking komt als compensatieperceel. Het ligt binnen de Natte Natuurparel Strijper Aa, Het Goor en heeft volgens de provinciale CHW-kaart hoge cultuurhistorische waarden (landschap Dommeldal). Het ligt vlakbij Natura 2000 gebied Leenderheide, Groote Heide & de Plateaux. In het provinciale natuurbeheerplan heeft het perceel het ambitietype N00.01 Zoekgebied 2 algemeen, met hoge cultuurhistorische waarden. Afspraak met de gemeente Heeze-Leende is dat Natuurbegraven Nederland op perceel Leende H 714 circa 6.596,5m2 Dennen-, eikenen beukenbos (N15.2) ontwikkelt en gaat beheren. Het beheer zal bestaan uit de aanplant van het bosplantsoen, het aanbrengen van wildgaaskoker, het inboeten van uitgevallen bomen en een aanvullend maai- en afvoerbeheer in de eerste jaren na omvorming.
5
Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
Inrichtingsschets natuurbegraafplaats met aanduiding van de te compenseren percelen
Compensatieplan EHS
6
1. Kader
Verordening Ruimte (kwaliteitsverbetering van het landschap) is aan de orde bij het mogelijk maken van begraven in de EHS, maar niet bij de compensatie van EHS ter plaatse van het informatiecentrum/ ceremonieruimte, omdat hier de compensatie al voorziet in een kwaliteitsverbetering.
NBN maakt een persoonlijke en eigentijdse wijze van begraven in de schoonheid van de natuur voor iedereen mogelijk. Hiertoe opent zij op verschillende locaties in Nederland natuurbegraafplaatsen: Plekken waar mensen de ruimte hebben om een persoonlijke invulling aan de afscheidsceremonie te geven, waar eeuwigdurende rust gegarandeerd is en waar duurzame aandacht is voor natuurontwikkeling en natuurbehoud. Er wordt bij het beheer van natuurbegraafplaatsen expliciet ingezet op een duurzaam en ecologisch verantwoord beheer tijdens de exploitatie van de natuurbegraafplaats én daarna. NBN is een particulier natuurbeheerder en bij het beheer van haar natuurbegraafplaatsen onafhankelijk van overheidssubsidies. NBN is voornemens een natuurbegraafplaats te ontwikkelen in de gemeente Heeze-Leende aan de Somerenseweg, in het bosgebied ten zuiden van crematorium Heeze. Door het gebied de functie natuurbegraven te geven wordt natuurontwikkeling mogelijk gemaakt en wordt een impuls gegeven aan verschillende waarden van het gebied. Het inrichtings- en beheerplan beschrijft deze waarden (Praedium Coöperatie UA, 2014).
Leeswijzer Voorliggend compensatieplan licht de herbegrenzing van de EHS en de bijbehorende compensatieverplichting toe. In hoofdstuk twee wordt een beschrijving van locatie van de ceremonieruimte/informatiecentrum en parkeerplaats gegeven. In hoofdstuk drie worden de voorgenomen ontwikkelingen op locatie van de ceremonieruimte/ informatiecentrum en parkeerplaats behandeld. Uit hoofdstuk vier ‘Effecten op natuurwaarden’ blijkt dat de voorgestelde ingreep slechts leidt tot een beperkte aantasting van de ecologische waarden en kenmerken van de EHS in het desbetreffende gebied. In hoofdstuk vijf ‘Mitigerende maatregelen’ worden de maatregelen opgenoemd die zorgen voor een goede landschappelijke en natuurlijke inpassing van de ingreep. In hoofdstuk zes ‘Afweging van alternatieven’ wordt de voorgestelde ingreep onderbouwd met een afweging van alternatieven. Hoofdstuk zeven ‘Compensatie’ gaat verder in op de manier van compenseren en beschrijft de kwalitatieve en kwantitatieve versterking van de ecologische waarden en kenmerken van de ecologische hoofdstructuur als geheel. Afgesloten wordt met de literatuurlijst.
Samengevat omvat deze natuurontwikkeling de volgende maatregelen: Op een groot deel van de planlocatie wordt het bestaande monotone naaldbos gekapt en omgevormd naar droog schraalland en heidevegetaties. In het lage gedeelte in het westen van het plangebied wordt een grondwater gevoed ven gegraven. Het bosgebied dat niet gekapt gaat worden, zal worden omgevormd naar een structuurrijk gemengd loofbos met op de overgangen naar de open ruimte goed ontwikkelde mantel-zoom vegetaties. Ten behoeve van de functie als natuurbegraafplaats is het nodig een informatiecentrum/ceremonieruimte te bouwen en parkeerplaats aan te leggen. Het gebouw kan maximaal 950m2 worden. Ten behoeve van dit gebouw is in het bestemmingsplan voor de natuurbegraafplaats een bouwvlak van 2.000m2 opgenomen. De parkeerplaats en inrit naar de parkeerplaats zal in halfverharding worden aangelegd. In totaal gaat het hier over 1.950m2. Voor de ontwikkeling van het gebied naar natuurbegraafplaats is een bestemmingsplanprocedure opgestart. Het informatiecentrum/ ceremonieruimte en parkeerplaats zullen binnen de ecologische hoofdstructuur (EHS) worden gebouwd. De bouw van het informatiecentrum/ceremonieruimte is conform de Verordening ruimte 2014 van de provincie niet mogelijk in de EHS. Om deze reden wordt een verzoek tot wijziging van de begrenzing van de EHS aangevraagd. Bij de bouw van het informatiecentrum/ceremonieruimte en de aanleg van de parkeerplaats is sprake van een individuele, kleinschalige ingreep die slechts leidt tot een beperkte aantasting van de ecologische waarden en kenmerken van de ecologische hoofdstructuur in het desbetreffende gebied. Om deze reden is gekozen voor de wijziging van de begrenzing EHS op verzoek bij kleinschalige ingrepen (Verordening Ruimte artikel 5.5). Artikel 3.2. van de
7
Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
Begroeiing op locatie. Met de klok mee: Ondergroei van Pijpenstrootje en Brede stekelvaren; Natte sloot met Riet; Begroeiing van Blauwe bosbes onder Grove dennen; Veel Fijnsparren in de boomlaag en als verjonging; Takafval als overblijfsel van bosbeheer productiebos
Compensatieplan EHS
8
2. Locatiebeschrijving Algemeen De te compenseren percelen maken deel uit van het bosgebied ten zuiden van crematorium Heeze, in de gemeente Heeze-Leende. Het gehele bosgebied wordt gebruikt als productiebos en er is recreatief medegebruik (wandelen). De percelen liggen in de noordwest-hoek van het plangebied voor de natuurbegraafplaats, direct tegen het strooiveld van het crematorium. Het perceel van de parkeerplaats grenst gedeeltelijk aan het bospad dat de westelijke grens van het plangebied voor de natuurbegraafplaats markeert. Het perceel van het informatiecentrum/ceremonieruimte wordt in het noorden begrensd door het bospad dat de westelijke grens van het plangebied voor de natuurbegraafplaats markeert. De zuidelijke grenzen van de percelen liggen in de huidige bosopstanden. De percelen zijn te bereiken via het zandpad vanaf de parkeerplaats van het crematorium. Ecologie
Sfeerbeeld associatie 42Aa01 Berken-Eikenbos
De twee percelen maken deel uit van een bosperceel met aangeplante naaldhoutsoorten. De Japanse lariks is de oudst aangeplante boomsoort. Hiervan staan er nog enkelen. Daarnaast is veel Douglasspar en Fijnspar aangeplant. Deze vormen de tweede boometage en hebben ook een groot aandeel in de verjongingsfase. Daarnaast komen sporadisch de boomsoorten Zomereik en Ruwe berk voor. Deze lijken zich spontaan te hebben gevestigd en hebben plaatselijk al een vrij forse omvang. In de struiklaag komen naast Fijnspar en Douglas weinig andere soorten voor. Enkele Wilde lijsterbessen en Amerikaanse vogelkers zijn waargenomen. De kruidlaag is slecht ontwikkeld. De grassoort Pijpenstrootje komt verspreid voor en op één plek is Blauwe bosbes aangetroffen. Daarnaast zijn Brede stekelvaren en Adelaarsvaren in beperkte mate waargenomen. Mossen zijn wel goed vertegenwoordigd. Met name in het perceel van de toekomstige parkeerplaats komen veel sloten voor. Een hoofdsloot was bij inventarisatie (november 2014) watervoerend. De anderen stonden droog. In één sloot is Riet waargenomen, wat duidt op langdurig natte omstandigheden (Schamineé, 2010). Langs de noordgrens van de percelen (tegen het terrein van het crematorium) ligt een bospad dat geflankeerd wordt door diverse exemplaren Zomereik en enkele Ruwe berken. De opstanden op de te compenseren percelen zijn in het begin van de 20e eeuw aangelegd op voormalig heideterrein met een veldpodzolgrond, om te dienen als productiebos (Praedium Coöperatie UA, 2014). In de tussentijd is door het bosbouwkundig beheer ervan de bosopstand telkens weer kunstmatig verjongd. Nu wordt het gedomineerd door aangeplante (veelal uitheemse) naaldbomen. Vegetatiekundig gezien behoort het tot de associatie Kussentjesmos-Dennenbos (41Aa03). Bij ongestoorde ontwikkeling gaat zij over in een Berken-Eikenbos (Schamineé, 2010). De bestaande bosopstand is daarmee in een relatief jong ontwikkelingsstadium.
9
Historische kaart 1901 plangebied natuurbegraafplaats
Het Berken-Eikenbos is het bostype dat volgens het Handboek Natuurdoeltypen (2001) van nature op deze standplaats hoort. Het valt onder de categorie H 3.64 ‘Bossen van arme zandgronden’. Dit natuurdoeltype is kenmerkend voor de leemarme delen van het dekzandlandschap op de hogere zandgronden van Nederland met veldpodzolgronden, en een historisch verschralingsgebruik dat leidde tot heidevegetaties.
Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
Resultaten Flora & Fauna Quickscan Tijdens een veldbezoek door ecologisch adviesbureau Eelerwoude (Warringa, 2014) aan het plangebied van de natuurbegraafplaats zijn geen beschermde plantensoorten aangetroffen. Hieronder een opsomming van de resultaten uit de Flora & Fauna Quickscan die ook van toepassing zijn op de te compenseren percelen. Het dichte kronendak in combinatie met een laag slecht verteerbaar strooisel zorgt voor een kruidlaag die nagenoeg ontbreekt. Langs de paden en in het bos groeien grassen zoals Pijpenstrootje. Ook zouden hier relictsoorten van vochtige heide kunnen voorkomen, zoals Gewone dopheide (geen beschermde soort). Gelet op de aanwezige terreintypen, het beheer en de functie van het plangebied is het voorkomen van beschermde of bedreigde plantensoorten redelijkerwijs uit te sluiten. In het plangebied zijn diverse periodiek en permanent waterhoudende slootjes aanwezig. Deze vormen geschikt waterhabitat voor algemene amfibiesoorten zoals Bruine kikker, Bastaardkikker, Gewone pad en Kleine watersalamander. Het bosgebied vormt een geschikt landhabitat. Natuurbeheertypenkaart Natuurbeheerplan met locatieaanduiding natuurbegraafplaats en te compenseren percelen
Belangrijke vliegroutes en foerageergebieden voor vleermuizen zijn in het plangebied niet aangetroffen. Het gebied zal als natuurbegraafplaats een verbeterd foerageergebied voor vleermuizen vormen (Warringa, 2014-1). Beleid De twee percelen liggen geheel binnen de EHS. In de kaart Natuurbeheerplan 2015 van provincie Noord-Brabant zijn deze in de beheertypekaart en ambitiekaart aangeduid als beheertype N16.02 Vochtig bos met productie en voor een klein deel als N16.01 Droog bos met productie.
Ambitiekaart Natuurbeheerplan met locatieaanduiding natuurbegraafplaats en te compenseren percelen
Compensatieplan EHS
10
3. Beschrijving voorgenomen ontwikkeling Natuurbegraafplaats
Informatiecentrum/ceremonieruimte
Door het totale bosgebied ten zuiden van het crematorium de functie natuurbegraven te geven wordt natuurontwikkeling mogelijk gemaakt en wordt een impuls gegeven aan verschillende waarden van het gebied. Het inrichtings- en beheerplan beschrijft deze waarden (Praedium Coöperatie UA, 2014). Op 11,45 hectare van de planlocatie wordt het bestaande monotone naaldbos gekapt. Hiervan wordt circa 1,1 hectare herplant met loofboomsoorten. Het bosgebied dat niet gekapt gaat worden (circa 15,1 hectare), zal geleidelijk worden omgevormd naar een structuurrijk gemengd loofbos met op de overgangen naar de open ruimte goed ontwikkelde mantel-zoom vegetaties. De overblijvende 10,35 hectare open terrein wordt omgevormd naar droog schraalland en heidevegetaties (circa 8,95 hectare) en het lage gedeelte in het westen van het plangebied wordt een zwakgebufferd ven gerealiseerd (circa 1,2 hectare). De veranderingen in het plangebied (creëren van open gebied, structuurrijke bosranden en omvorming naar loofbos) zorgen voor een hogere natuurwaarde (Warringa, 2014).
Het informatiecentrum/ceremonieruimte zal voor bezoekers te voet te bereiken zijn vanuit de parkeerplaats en het crematorium en vormt voor hen de entree naar de natuurbegraafplaats. Het informatiecentrum/ceremonieruimte zal een oppervlakte hebben van maximaal 950m2. Voor dit nog te realiseren gebouw is een bouwvlak van 2.000m2 opgenomen in het bestemmingsplan. Bij de bouw van het informatiecentrum/ceremonieruimte worden bestaande waardevolle bomen zo veel mogelijk gehandhaafd. Daarnaast wordt in de noordhoek van het bouwvlak een werkschuur gerealiseerd. De bouw van het informatiecentrum/ceremonieruimte zorgt voor een beperkte aantasting van de ecologische waarden en kenmerken van de EHS. Het bouwvlak zal uit de EHS worden gehaald. Hiervoor wordt een verzoek tot wijziging van de EHS aangevraagd.
Parkeerplaats Ten behoeve van de toekomstige natuurbegraafplaats wordt een parkeerplaats aangelegd en een informatiecentrum/ceremonieruimte gebouwd. De parkeerplaats van de natuurbegraafplaats zal in halfverharding worden aangelegd en een oppervlakte hebben van 1.950m2. Op de parkeerplaats zullen waardevolle bomen zoveel mogelijk gehandhaafd worden. Hierdoor ontstaat een informele setting voor het parkeren, waarbij tussen de bomen wordt geparkeerd en de parkeerplaats zo compact mogelijk blijft (Praedium Coöperatie, 2014). Deze wijze van parkeren is vergelijkbaar met die op natuurbegraafplaats Heidepol in Arnhem (zie afbeelding hiernaast). De aanleg van de parkeerplaats zorgt voor een beperkte aantasting van de ecologische waarden en kenmerken van de EHS. De parkeerplaats wordt uit de EHS gehaald. Hiervoor wordt een verzoek tot wijziging van de EHS aangevraagd.
Halfverharde, landschappelijk ingepaste parkeerplaats natuurbegraafplaats Heidepol
Overzichtstabel herbegrenzing EHS
11
Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
4. Effecten op natuurwaarden Inleiding
Natte Natuurparel
De negatieve effecten op de natuurwaarden door de bouw van de ceremonieruimte/informatiecentrum en de realisatie van de parkeerplaats zullen zoveel mogelijk worden voorkomen (mitigatie, zie volgend hoofdstuk) en gecompenseerd. Hieronder staan de te verwachten negatieve effecten op de natuurwaarden rondom de bouwlocatie opgenoemd. Samenvattend kan worden gesteld dat er sprake is van een beperkte aantasting van de wezenlijke kenmerken en waarden van de EHS.
De percelen liggen in de beschermingszone van een Natte Natuurparel. Voor dit beschermd gebied geldt een strikt beschermingsbeleid. Ingrepen in de waterhuishouding, die niet gericht zijn op behoud of versterking van de natuurwaarden zijn niet toegestaan binnen deze gebieden én in een zone daaromheen van gemiddeld 500 meter. De gedeeltelijke kap van het bos heeft volgens hydrologisch adviesbureau Landslide (2014) geen invloed op de natte natuurparel. Bij de planvorming van de natuurbegraafplaats wordt uitgegaan van volledige afvoer en infiltratie van hemelwater binnen het plangebied. Hemelwater dat afkomstig is van nieuw (half-)verhard oppervlak (het informatiecentrum/ceremonieruimte en parkeerplaats) wordt volledig geborgen en geïnfiltreerd in het plangebied van de natuurbegraafplaats. Daarom heeft het geen negatief effect op het waterhuishoudkundig systeem en daarmee op de Natte Natuurparel (Landslide, 2014).
Afname oppervlakte EHS Door de bouw van het informatiecentrum/ceremonieruimte en de aanleg van de parkeerplaats zal 3.950m2 EHS verdwijnen. Het beheertype op deze locaties in het provinciale Natuurbeheerplan 2015 is ‘N16.02 Vochtig bos met productie’ en in mindere mate ‘N16.01 Droog bos met productie’. Op de percelen staan voornamelijk naaldhoutsoorten (Japanse lariks, Fijnspar, Douglasspar). De aanwezige bosopstand zal voor een groot deel worden gekapt en verwijderd. Hierbij worden de aanwezige loofbomen (Ruwe berk en Zomereik) zoveel mogelijk gespaard. Op de parkeerplaats worden de parkeervakken tussen de (loof-)bomen gelegd. De ondergroei in het bos bestaat met name uit jonge opslag van Fijnspar en Douglasspar, de kruidlaag is slecht ontwikkeld. Door het parkeerterrein en overige verhardingen aan te leggen als halfverharding betreft het een beperkte aantasting van de wezenlijke kenmerken en waarden van de EHS (Warringa, 2014). Verstoring en versnippering De voorgenomen maatregelen zullen leiden tot een geringe mate van versnippering, omdat de te compenseren percelen aan de rand van de planlocatie voor de natuurbegraafplaats liggen, maar ook volledig omsloten zijn door gebieden die wél in de EHS liggen. Na beëindiging van de bouwwerkzaamheden zal de mate van verstoring toenemen door meer verkeersdruk en verhoogd recreatief gebruik. De effecten van verstoring door het gebruik als natuurbegraafplaats zullen naar verwachting relatief laag zijn (Warringa, 2014). Natura 2000 en beschermde flora en fauna Eelerwoude concludeert in haar Flora & Fauna Quickscan dat, gezien de afstand tot Natura 2000-gebieden (op 1 km afstand ligt de Strabrechtse Heide) en de voorgenomen werkzaamheden, geen negatieve invloed verwacht wordt op aangewezen Natura 2000 habitattypen en –soorten (Warringa, 2014). Ook wordt in de Flora & Fauna quickscan geconstateerd dat door de ontwikkeling naar natuurbegraafplaats de natuurwaarden en diversiteit verhoogd zullen worden. De ingrepen zullen naar verwachting leiden tot een beperkt verlies van leefgebied van enkele soorten van tabel 1 van de Flora- en faunawet. Dit heeft echter geen invloed op de gunstige staat van instandhouding van deze soorten omdat er voldoende leefgebied aanwezig blijft (Warringa, 2014).
Compensatieplan EHS
12
5. Mitigerende maatregelen De negatieve effecten op de ecologische waarden van het gebied door de aanleg van de parkeerplaats en bouw van het informatiecentrum/ceremonieruimte worden zoveel mogelijk gemitigeerd (verzacht). De volgende maatregelen zorgen voor een goede landschappelijke en natuurlijke inpassing: •
Bij beheerwerkzaamheden tijdens de exploitatiefase wordt gewerkt volgens een ‘Protocol Natuurbegraven’ zoals dat voor natuurbegraafplaats Heidepol ook is gehanteerd (Thomassen et al., 2012). Dit protocol omvat een op een natuurbegraafplaats toegespitste werkinstructie die o- vertreding van verbodsbepalingen van de Flora- en fauna wet voorkomt en waarmee invulling wordt gegeven aan het begrip ‘zorgvuldig handelen’.
•
Er worden huisregels voor de natuurbegraafplaats opge- steld, vergelijkbaar met de huisregels op natuurbegraaf plaats Heidepol, zoals het verbod op het beschadigen of plukken van planten, het verbod op het verstoren van de rust van dieren, een verplichte aanlijning van honden, het verbod op gemotoriseerd verkeer. Bezoekers van de natuurbegraafplaats worden bij betreding hierop gewezen.
•
De bestaande waardevolle loofbomen in het te kappen bosperceel worden zoveel mogelijk gespaard (bomen met hoge ecologische waarde)
•
De kap van bomen en struiken vinden altijd plaats buiten het broedseizoen (15 maart – 15 juli)
Huisregels bij de ingang van natuurbegraafplaats Heidepol
•
De gehele natuurbegraafplaats is alleen toegankelijk tussen zonsopkomst en zonsondergang. Na zonsondergang wor den lichtbronnen gedoofd, zodat de duisternis gewaar borgd blijft, de nachtrust voor dieren geborgd blijft en schade aan mogelijk aanwezige vaste vliegroutes en foerageergebied van vleermuizen wordt voorkomen.
•
Het informatiecentrum/ceremonieruimte wordt na be- ëindiging van de functie natuurbegraven verwijderd.
•
Er wordt zo dicht mogelijk tegen het bestaande bestemmingsvlak crematorium Heeze gebouwd, om de verstorende invloed op het natuurgebied zo laag mogelijk te houden.
•
Het informatiecentrum/ceremonieruimte wordt een duur zaam gebouw dat passend zal zijn in de omgeving. Hierbij wordt onder andere gelet op kleur- en vormgeving.
•
Parkeervakken worden zoveel mogelijk tussen de bomen gelegd, met behoud van waardevolle bomen en struiken (zie afbeelding parkeerplaats Heidepol).
•
De parkeerplaats en paden rondom het informatiecentrum/ceremonieruimte worden aangelegd in halfverharding, afgestrooid met aarde en ingezaaid met een mengsel van tredvegetaties. De impact op de natuur wordt daarmee verlaagd.
Halfverharde beukenlaan op natuurbegraafplaats Heidepol
13
Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
6. Afweging van alternatieven Het gehele plangebied van de natuurbegraafplaats ligt binnen de EHS. Bij de keuze voor de realisatie van de parkeerplaats en informatiecentrum/ceremonieruimte van natuurbegraafplaats Heeze-Leende is nadrukkelijk geprobeerd rekening te houden met het behoud van de ecologische waarden van de EHS. Na een afweging van alternatieven is ervoor gekozen de parkeerplaats en informatiecentrum/ ceremonieruimte binnen het plangebied te realiseren. In de ontwerpfase van de natuurbegraafplaats is het medegebruik van de bestaande parkeerplaats en faciliteiten van het crematorium Heeze overwogen. Uit nader onderzoek is echter gebleken dat medegebruik van de bestaande parkeerplaats en faciliteiten door ruimtegebrek geen optie is. De parkeerplaats van het crematorium kan de verwachte aantallen auto’s van bezoekers aan de natuurbegraafplaats niet aan. Ook is overwogen het informatiecentrum/ceremonieruimte elders buiten de EHS te realiseren. Dit gebouw maakt echter een essentieel deel uit van het concept ‘natuurbegraven’. Het gebouw is nodig om te voldoen aan de wens van de mens om op een mooie, natuurlijke plek afscheid te nemen van dierbaren. Een ceremonieruimte buiten de natuur zou afbreuk doen aan deze wens. Daarnaast is er geen mogelijkheid om het informatiecentrum/ceremonieruimte op het terrein van het crematorium te realiseren. De natuurbegraafplaats zou bij de plaatsing van het informatiecentrum/ceremonieruimte buiten het plangebied moeilijk bereikbaar worden voor een rouwstoet. Concluderend kan gesteld worden dat alternatieven voor de situering van de parkeerplaats en informatiecentrum/ceremonieruimte buiten de natuurbegraafplaats geen opties zijn.
Verbindingsweg vanaf het crematorium naar de natuurbegraafplaats Compensatieplan EHS
14
7. Compensatie 7.1. Inleiding
7.3. Voorwaarden voor compensatie (Verordening Ruimte, artikel 5.6.)
Het bouwvoornemen bestaat uit: •
De bouw van het informatiecentrum/ceremonieruimte
•
De aanleg van een halfverharde parkeerplaats
De gehele bouwlocatie valt binnen de EHS. 3.950m2 EHS wordt aangetast met het bouwvoornemen.
7.2. Wettelijk kader Omdat er bij de ontwikkelingsplannen natuur uit de EHS wordt verwijderd, is het noodzakelijk de EHS te herbegrenzen en dit verlies te compenseren. Dit behoort te worden gedaan volgens de regels in de Verordening Ruimte 2014 van provincie Noord-Brabant. Hierin staat dat het opstellen van een compensatieplan noodzakelijk is. Dit plan vormt een onderdeel van het bestemmingsplan. De uitvoering ervan wordt vastgelegd in een privaatrechtelijke overeenkomst tussen initiatiefnemer en gemeente. Bij de bouw van het informatiecentrum/ceremonieruimte en de aanleg van de parkeerplaats is sprake van een individuele, kleinschalige ingreep die slechts leidt tot een beperkte aantasting van de ecologische waarden en kenmerken van de ecologische hoofdstructuur in het desbetreffende gebied. Om deze reden is gekozen voor de wijziging van de begrenzing EHS op verzoek bij kleinschalige ingrepen (Verordening Ruimte artikel 5.5). Artikel 3.2. van de Verordening Ruimte (kwaliteitsverbetering van het landschap) is aan de orde bij het mogelijk maken van begraven in de EHS, maar niet bij de compensatie van EHS ter plaatse van het informatiecentrum/ ceremonieruimte, omdat hier de compensatie al voorziet in een kwaliteitsverbetering. In dit hoofdstuk wordt verder ingegaan op de manier van compenseren en worden de kwalitatieve en kwantitatieve versterking van de ecologische waarden en kenmerken van de ecologische hoofdstructuur als geheel beschreven.
De Verordening Ruimte zegt het volgende over de voorwaarden voor compensatie: •
De omvang van de compensatie wordt bepaald door de omvang van het vernietigde areaal waarbij een toeslag op de omvang van het vernietigde areaal wordt berekend, zowel in oppervlak, als in budget.
• De fysieke compensatie vindt plaats in de niet gerealiseer de delen van de ecologische hoofdstructuur. In afwijking hiervan kan fysieke compensatie ook plaatsvinden in, aansluitend op of nabij het aangetaste gebied indien een wijziging van de begrenzing plaatsvindt met toepassing van de saldobenadering. • Een verzoek tot wijziging van de herbegrenzing EHS gaat vergezeld van een compensatieplan. Dit plan omvat ten minste: o Het netto verlies aan ecologische waarden en kenmerken dat optreedt o De wijze waarop het netto verlies wordt ge- compenseerd o De ruimtelijke begrenzing van het te compen- seren gebied en de compensatie o De kwaliteit en kwantiteit van de compensatie o De termijn van uitvoering o De inhoud en realisatie van de voorgenomen mitigerende en compenserende maatregelen
7.4. Toeslag bij compensatie De regels voor de grootte van de toeslag die gerealiseerd moet worden bovenop het vervangende gebied wordt gehaald uit de Spelregels EHS (2006) en aanvullend uit Schaminée et al. (2010). Voor het kwaliteitsverlies van de bestaande natuurwaarden gedurende de ontwikkelingsfase van het vervangende gebied wordt een toeslag op de fysieke compensatie berekend, zowel in oppervlak als in budget. Hiertoe wordt onderscheid gemaakt tussen categorieën natuur met verschillende ontwikkelingsduur. Bij natuur met een ontwikkelingstijd tussen 25 en 100 jaar wordt een toeslag van 2/3 in oppervlak en ontwikkelingsbeheerkosten berekend. Het natuurtype van de twee percelen die uit de EHS worden gehaald is N16.01 Droog bos met productie en N16.02 Vochtig bos met productie. Het bostype dat volgens het Handboek Natuurdoeltypen (2001) van nature op deze standplaats hoort zijn ‘Bossen van arme zandgronden (3.64), associatie Berken-Eikenbos (42Aa01). Dit natuurdoeltype heeft een ontwikkelingsduur in jaren van 30 tot 300 jaar. De opstanden op de percelen zijn in het begin van de 20e eeuw aangelegd op voormalig heideterrein, om te dienen als productiebos (Praedium Coöperatie UA, 2014). In de tussentijd is door het bosbouwkundig beheer ervan de bosopstand telkens weer verjongd en wordt het gedomineerd door aangeplante (exotische) naaldbomen. Het behoort tot de associatie Kussentjesmos-Dennenbos (41Aa03).
Uitsnede inrichtingsschets met te compenseren percelen
15
Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
Bij ongestoorde ontwikkeling gaat zij over in het Berken-Eikenbos. Het bos is daarmee in een jong ontwikkelingsstadium en de ontwikkelingsduur zal daarom relatief kort zijn, tussen de 30 en 50 jaar. Dit betekent dat er een toeslag van 2/3 in oppervlak en ontwikkelingsbeheerkosten wordt berekend. Bij de bouw van de ceremonieruimte/informatiecentrum en aanleg van de halfverharde parkeerplaats wordt 3.950 m2 uit de EHS verwijderd. Dit betekent dat een vervangend gebied van ca. 6.596,5 m2 moet worden gerealiseerd.
7.5. Beschrijving compensatievlak Algemeen De compensatiemaatregelen, inclusief toeslag, worden gerealiseerd door een nieuw stuk natuur aan te leggen. Samen met gemeente Heeze-Leende is gezocht naar geschikte percelen voor invulling van de compensatie. Het is onmogelijk om dicht bij de te realiseren natuurbegraafplaats de EHS te compenseren, omdat op deze plekken de EHS al is ingevuld. Er is daarom in samenspraak met de gemeente gekozen voor een perceel in het landbouwgebied tussen het Leenderbos en de Strijper Aa. Dit landbouwgebied bestrijkt circa 80 hectare en is deels in eigendom van gemeente Heeze-Leende. Het maakt deel uit van de Natte Natuurparel Strijper Aa, Het Goor en heeft hoge cultuurhistorische waarden volgens de CHW kaart (landschap Dommelland). Het landbouwgebied ligt vlakbij Natura 2000 gebied Leenderheide, Groote Heide & De Plateaux. Het kadastraal perceel waar het compensatievlak deel van uitmaakt is Leende H 714 (zie afbeelding kadastraal perceel hiernaast voor de exacte ligging van het compensatievlak).
Ambitiekaart provinciaal Natuurbeheerplan 2015
Provinciaal natuurbeheerplan Het ambitietype in het provinciale Natuurbeheerplan 2015 voor het compensatievlak is ‘N00.01 Zoekgebied 2 Algemeen, hoge cultuurhistorische waarden’. Hierbij is een procentuele verdeling gemaakt van te realiseren natuurdoeltypes in het gehele zoekgebied: • • •
Het is de wens van de provincie om dit gehele landbouwgebied in de toekomst om te vormen naar nieuwe natuur. Om mee te helpen aan de realisatie van de ambitie van de gemeente en provincie wil NBN de compensatie op dit perceel plaats laten vinden. Om de ecologische effectiviteit van invulling van het zoekgebied voor nieuwe natuur zo hoog mogelijk te maken, realiseert NBN het type natuur dat het meest geschikt is voor dit perceel. Omdat er door de voorgenomen maatregelen bos verdwijnt, is ervoor gekozen om op het compensatieperceel ook een bostype te realiseren. Door invulling van het zoekgebied voor nieuwe natuur wordt tevens meegewerkt aan de kwantitatieve versterking van de ecologische waarden en kenmerken van de ecologische hoofdstructuur als geheel.
Kadastraal perceel LEENDE H 714, het compensatievlak is zwart omlijnd.
Overzichtstabel herbegrenzing EHS Compensatieplan EHS
25% Rivier- en beekbegeleidend bos 40% Nat kruiden- en faunarijk grasland 35% Nat ruigteveld
16
Uitsnede geomorfologische kaart. Het compensatievlak is rood omlijnd.
Uitsnede historische kaart 1850. Het compensatievlak is rood omlijnd
Uitsnede Algemene Hoogtekaart Nederland. Rood is hooggelegen gebied, grijs is laaggelegen gebied.
Uitsnede bodemkaart. HN21 = Veldpodzolgrond
17
Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
Abiotische waarden Het compensatievlak ligt geomorfologisch gezien op de oostelijke helling van een dekzandrug. Het Leenderbos (ten westen van het compensatievlak) is aangeplant om de verstuivingen, die op grote schaal plaatsvonden op deze hooggelegen dekzandrug, vast te leggen. Ten oosten van het compensatievlak ligt het beekdal van de Strijper Aa en het laaggelegen bosgebied van Het Goor. In dit beekdal is het van nature zo nat, dat er veenvorming heeft plaatsgevonden. Het compensatieperceel ligt dus tussen deze twee uitersten in. Dit uit zich in de ondergrond, die bestaat uit een veldpodzolgrond met grondwatertrap V (GHG = lager dan 40cm –mv, GLG = dieper dan 120cm – NAP). De veldpodzolgrond wijst op vochtige dekzandgronden waar de grondwaterstand een deel van het jaar invloed heeft op de bodemvorming (Berendsen, 2005). Biotische waarden Het Berken-Eikenbos (42Aa01) is het bostype dat volgens het Handboek Natuurdoeltypen (2001) van nature op deze standplaats hoort. Het valt onder de categorie H 3.64 - ‘Bossen van arme zandgronden. Dit natuurdoeltype is kenmerkend voor de leemarme delen van het dekzandlandschap op de hogere zandgronden van Nederland met veldpodzolgronden, en een historisch verschralingsgebruik dat leidde tot heidevegetaties. De historische vegetatie op dit perceel bestond dan ook uit een afwisseling van droge en natte heide (zie historische kaart). De bodem van het compensatieperceel is op dit moment zeer voedselrijk door het landbouwkundig gebruik. Historisch gebruik Op de historische kaart van 1850 is te zien dat het compensatieperceel deel uitmaakte van het uitgestrekte heidegebied Groote heide. Tussen 1953 en 1931 is het gebied ontgonnen en in gebruik genomen als landbouwgrond. Het landbouwgebied werd vanaf het begin al erg rationeel ingericht, met grote percelen. De hoogtekaart laat zien dat er ten behoeve van de landbouw egalisaties en ontgrondingen hebben plaatsgevonden. Van het oorspronkelijke reliëf is daardoor weinig meer over. Ook van de oorspronkelijk vegetatie is weinig overgebleven.
7.6. Beschrijving compensatiemaatregelen Er is gekozen op het compensatieperceel bos te ontwikkelen. Hiermee wordt het verwijderde bos gecompenseerd. Rivier- en beekbegeleidend bos is door de relatief hoge ligging van het compensatieperceel historisch gezien niet voorgekomen op dit perceel. Dit type komt meer voor op de nattere percelen, dichter bij de beek. Door een verschralingsbeheer zal de voedselrijkdom van het perceel dat op dit moment in gebruik is als landbouwgrond wel af kunnen nemen, maar natuurdoeltype Bos van arme zandgronden (3.64) kan niet meer ontwikkeld worden. Het Eiken- en beukenbos van lemige zandgronden (3.65) is het bijbehorende bos (Schamineé et al., 2010). Naar verwachting zal er door het landbouwverleden een elzenrijk eikenbos ontstaan. Dit natuurtype komt overeen met het natuurbeheertype N15.02 Eiken- Dennen- en Beukenbos (Schamineé, 2010). Bij sterke stagnatie van water (bijvoorbeeld door grootschalige
Compensatieplan EHS
vernattingsmaatregelen bij de inrichting van het landbouwgebied als natuur) wordt het bostype vervangen door het natuurdoeltype Eiken-Haagbeukenbos (3.69) en natuurbeheertype Haagbeukenen essenbos (N14.03). Deze ingrepen zijn op dit moment nog niet gepland. De geplande compensatiemaatregelen zijn besproken met gemeente Heeze-Leende. Het past binnen de visie van de gemeente om in dit gebied landbouwgronden om te vormen naar natuur. In het kader van de ontwikkeling van de natuurbegraafplaats wordt het areaal bos dat netto ten behoeve van deze ontwikkeling wordt verwijderd, elders herplant. Op deze manier wordt zorg gedragen voor de instandhouding van het totale bosareaal van Nederland. Het herplanten van deze 10,35 ha bos is vastgelegd in een privaatrechtelijke overeenkomst tussen NBN en de gemeente Heeze-Leende.
7.7. Beschrijving ontwikkelings- en regulier beheer Wanneer de laatste maïs van het land is gehaald, wordt bosplantsoen aangeplant en zal een verschralingsbeheer worden gestart. De beheermaatregelen zullen bestaan uit het uitmijnen van het perceel door een maaibeheer. Na drie jaar wordt met dit verschralingsbeheer gestopt. Het bosplantsoen moet dan concurrentiekrachtig genoeg zijn ten opzichte van opkomende ruigtekruiden. De boomlaag gaat bestaan uit een aanplant van Zomereik, Winterlinde en Haagbeuk. Er worden ca. 500 bomen machinaal geplant in een driehoeks plantverband (plantafstand 3x3 meter). De aangeplante exemplaren zullen ca. 5 jaar oud zijn en ongeveer 200cm hoog. Struikvorming gebeurt spontaan door inwaai van zaden. Alle inrichtings- en beheermaatregelen (zie begroting voor meer gedetailleerde omschrijvingen van de maatregelen): • 3 jaar maai- en afvoerbeheer (1x per jaar) • Aanplant bosplantsoen (machinaal) • Aanbrengen wildgaaskokers • Inboeten bomen na 3 jaar
7.8. Termijn van uitvoering Het compensatieperceel is in eigendom van gemeente Heeze-Leende en is vrij van pacht. NBN is met de gemeente overeen gekomen het compensatieperceel te kopen. Na onherroepelijk worden van het bestemmingsplan ‘natuurbegraafplaats Heeze-Leende’ wordt overgegaan tot inrichting van het compensatieperceel.
7.9. Boeteclausule Wanneer de initiatiefnemer de compensatiemaatregelen niet, niet tijdig of onvolledig zou uitvoeren, moet een boetebedrag worden gestort in de provinciale compensatievoorziening ter uitvoering van de geformuleerde compensatietaakstelling.
18
7.10. Financiële onderbouwing De beheermaatregelen voor het nieuw aan te leggen stuk natuur vallen geheel onder de verantwoordelijkheid van de initiatiefnemer. De kosten ervan bedragen circa €4.140,36 in jaar één, €472,56 in jaar twee en €617,76 in jaar drie. Hierbij is uitgegaan van de normbedragen uit het Normenboek Natuur, Bos en Landschap (2014). Zie hieronder een specificatie van de beheer- en inrichtingskosten.
Sfeerbeeld Eiken- en beukenbos
Typische soort van het Eiken- en beukenbos: Boommarter
19
Natuurbegraafplaats Heeze-Leende
Literatuurlijst Bal, D., H.M. Beije, M. Felliger, R. Haveman, A.J.F.M. van Opstal en F.J. van Zadelhoff (2001). Handboek natuurdoeltypen. Rapport Expertisecentrum LNV 2001/020, Wageningen. Berendsen, H.J.A., 2005. Landschappelijk Nederland – De fysisch-geografische regio’s. Fysische geografie van Nederland. Hermy, M. & de Blust, G., 2004. Natuurbeheer. Argus vzw, Natuurpunt vzw. Leuven. Praedium Coöperatie, 2014. Inrichtings- en beheerplan natuurbegraafplaats Heeze-Leende. Landslide, 2014. Onderzoek naar de variatie in grondwaterpeilen natuurbegraafplaats Heeze. Landslide milieu-adviesbureau, Best. Alterra, 2012. Normenboek Natuur, Bos en Landschap, 2012. Tijden kostennormen voor inrichting en beheer van natuurterreinen, bossen en landschapselementen. Alterra, Wageningen. Provincie Noord-Brabant, 2006. Spelregels EHS - Beleidskader voor compensatiebeginsel, EHS-Saldobenadering en herbegrenzen EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies Schaminée, J., Hennekens, S., Smits, N., 2010. SynBioSys Nederland versie 2.5. Alterra, Wageningen UR Thomassen, E., Van Os, M., Jaspers, D., 2012. Protocol Natuurbegraven – Natuurbegraafplaats Heidepol. Bosgroep Zuid Nederland en Bosgroep Midden Nederland Warringa, M., 2014. Quickscan flora en fauna – Natuurbegraafplaats te Heeze-Leende. Eelerwoude, Culemborg Warringa, M., 2014-01. Nader onderzoek vleermuizen - Natuurbegraafplaats te Heeze-Leende. Eelerwoude, Culemborg
Compensatieplan EHS
20