Introductie van de krantenautomaat in Nederland Jan Mey
2
Deze publicatie werd mede mogelijk gemaakt door het Stimuleringsfonds voor de Pers.
© 2010 J.M. Mey
3
Inhoud
DEEL I Inleiding
7
Ontwikkeling van de betaalde oplage Meten is Weten
13
13
Oorzaken van het abonnementenverval Jongeren en de krant
16
24
De nieuwsconsument van de toekomst
26
De losse verkoop, een ondergeschoven kind.
27
DEEL II De krantenautomaat in Nederland: een wild plan Een korte geschiedenis van de krantenautomaat Doelstellingen van het onderzoek
33 34
38
Plaats van de krantenautomaat in het mainstream losse verkoopkanaal
38
Profiel van de consument: wie zal gebruik maken van de krantenautomaat? Eisen aan de krantenautomaat
40
Inventarisatie van beschikbare automaten
41
40
4
Betaalsystemen aan de krantenautomaat Jaaromzet en verdienmodellen Locaties
46
48
Operationele aspecten
49
Toetsing van de veronderstellingen: een test Conclusies
44
53
50
5
Deel 1 De gedrukte krant in een nieuwe tijd
6
7
Inleiding
G
edrukte media zijn van alle tijden en kunnen dat blijven als ze meegaan met hun tijd.
Kranten en tijdschriften zien zich gesteld voor grote uitdagingen.
Nieuws kan nu vergaard worden uit veel verschillende bronnen en het komt steeds sneller op ons af via mobiele toepassingen. We kunnen zo vaak als we willen bestookt worden door RSS feeds en tweets, gebeurtenissen op duizenden kilometers afstand komen vrijwel zonder tijdverschil binnen op onze smartphones, ooggetuigen sturen hun foto’s over de hele wereld en bloggers staan klaar om hun persoonlijke commentaar te leveren. Televisie probeert die ontwikkelingen bij te benen door tussen de nieuwsbulletins breaking news te brengen. Maar dan moet er ook wel iets aan de hand zijn. Ondertussen moet een krant nog geredigeerd worden, gedrukt en verspreid. Is er nog wel plaats voor een krant in al dit digitale geweld dat zich met de snelheid van het licht voorplant? Dagbladuitgevers zijn aan het ontwaken. Een oude garde wordt allengs vervangen door een nieuwe lichting. Die heeft internet met de paplepel opgediend gekregen en is er ook als uitgever van printmedia niet bevreesd voor. In tegendeel, hij of zij ziet eerder voordelen, mogelijkheden. Het is niet of/of. Het is en/en. Om te beginnen hoeft Introductie van de krantenautomaat in Nederland
8
de krant van de toekomst niet van papier te zijn. Van vrijwel iedere krant is tegenwoordig al een complete digitale versie voor handen. Maar de nieuwe dagbladuitgevers zullen alle registers gaan opentrekken. Hun product zal de apotheose zijn van een heel proces van fragmentarische, digitale vormen van nieuwsvoorziening dat uiteindelijk eenmaal per dag uitmondt in een groot, overzichtelijk, samenhangend en zeer veelzijdig geheel: De Krant. Goed gedoseerd en op elkaar afgestemd zullen alle RSS feeds, de foto’s en video’s die doorgezonden worden, of welke vorm ook het digitale nieuws heeft en in de toekomst nog zal krijgen, een ideaal marketinggereedschap vormen, dat nieuwsgierig maakt naar het eindproduct, de krant. Dit hele proces zal ook voor adverteerders interessant zijn. Hun boodschap zal op de stroom van digitale berichten kunnen meedrijven om mogelijk paginagroot in de krant te eindigen. En daarmee kunnen de dagbladuitgevers een groot probleem oplossen. Want het is niet zozeer een gestadige oplagedaling die zorgen baart, de grote klappen vallen bij de advertentie-inkomsten. Steeds meer verschuiven de advertentie-uitgaven in de richting van het internet, waar doelgroepen nauwkeuriger te definiëren zijn. Door het internet onderdeel te maken van zijn totale bedrijfsvoering, zal de dagbladuitgever zijn adverteerders een samenhangend geheel van mediavormen kunnen bieden. Hoe zal de krant van de toekomst eruit zien? Wordt hij geheel digitaal of zal de papieren versie overleven? Ongetwijfeld zal de zogenaamde ePaper, de complete digitale krant, in betekenis toenemen. Maar we zullen zien dat de papieren versie hardnekkig stand blijft houden, al zal de nadruk meer komen te liggen op de los verkrijgbare exemplaren. Met het oog op de teruglopende abonnementenbestanden kan het geen kwaad om in het kader van oplagebehoud over de hele linie, de waarde van de losse verkoop te heroverwegen. In het verlengde Introductie van de krantenautomaat in Nederland
9
daarvan doet de uitgever er goed aan om eens na te gaan hoe het aantal punten waar zijn uitgaven te verkrijgen zijn, aanmerkelijk uitgebreid kan worden, terwijl ze ook nog eens op een vroeg tijdstip beschikbaar zijn Omdat er niet veel rek meer zit in het bestaande mainstream losse verkoop kanaal, zou bekeken moeten worden hoe krantenautomaten de capaciteit in deze sector kunnen vergroten. In dit onderzoek zullen we in eerste instantie trachten aan te tonen dat als gevolg van de grote veranderingen die het krantenbedrijf te wachten staat, de rol van los verkrijgbare gedrukte krant in de hele constellatie van de betaalde oplage van toenemend belang zal zijn. (Deel 1.) Vervolgens zullen we nader ingaan op de eisen waaraan de moderne krantenautomaat dient te voldoen om een wezenlijke bijdrage te kunnen leveren aan de capaciteitsverhoging van het losse verkoopkanaal. (Deel 2.)
Introductie van de krantenautomaat in Nederland
10
11
Deel 1
12
13
Ontwikkelingen in de betaalde oplage
I
n vrijwel heel de westerse wereld staan de oplagen van kranten onder druk. Nogal wat futuristen zien de gedrukte krant uiteindelijk
helemaal verdwijnen. Inderdaad, de voortekenen lijken niet gunstig. Maar voordat we gaan meehuilen met de wolven in het bos, doen we er goed aan ons eens te realiseren wat zich zoal in het laatste decennium, toen alles in een stroomversnelling geraakte, aan veranderingen voltrokken heeft in de wereld van de gedrukte media. En wat ons nog te wachten staat. Fluctuaties in de oplagen kunnen aan een aantal oorzaken, of combinaties daarvan worden toegeschreven. We zullen elk van hen aan de orde stellen en bekijken van hoeveel invloed zij zijn.
1. Meten is weten Als we tendensen en structuren van oplagefluctuaties willen vaststellen, zijn we gebaat bij cijfers die in zelfde categorieën thuishoren en die tegen elkaar kunnen worden afgezet. We willen geen appels met peren vergelijken. In Nederland zijn we twee onderzoeksinstituten rijk die periodiek mediagerelateerde resultaten publiceren.
HOI Fluctuaties in de oplage worden in Nederland nauwkeurig bijgehouden. Introductie van de krantenautomaat in Nederland
14
HOI Instituut voor Media Auditing, een Joint Industry Committee waarin de Bond van Adverteerders, de mediabureaus en de overkoepelende organisaties van uitgevers vertegenwoordigd zijn, meet en publiceert per kwartaal de oplage van vrijwel alle landelijke en regionale titels, gedifferentieerd naar betaalde en gratis oplage, abonnementen en losse verkoop en vele andere schakeringen die met elkaar kunnen worden vergeleken. Veranderingen in oplage worden in vergelijkbare kwartalen weergegeven, om seizoensinvloeden uit te sluiten. Het zijn vooral deze exacte gegevens van HOI, die de laatste jaren tot somberheid stemmen.
NOM In NOM Print Monitor zijn de zelfde partijen vertegenwoordigd als in HOI Instituut voor Media Auditing, versterkt evenwel met Cebuco. HOI meet oplagen. NOM Print Monitor meet het bereik van de gedrukte media. Door middel van steekproeven onder personen ouder dan 13 jaar wordt vastgesteld hoeveel lezers een enkel exemplaar van een krant of tijdschrift daadwerkelijk heeft. Een krant gaat in de praktijk door meerdere handen, in een gezin, op kantoor, in de trein, bij de kapper of in het café. Voor adverteerders is dat van belang om te weten. Omdat deze meting de betaalde oplage met een factor 2,5 tot 3 overschrijdt, is de toon van NOM aanmerkelijk optimistischer dan die van het alarmerende HOI. In het bereik van kranten valt geen zorgwekkend verval vast te stellen. Met Cebuco, de marketingorganisatie van de dagbladuitgevers in de gelederen, hoeft dat niet zo verwonderlijk te zijn. Conclusies van Cebuco als: “bijna 70% van personen boven de 13 lezen een krant, dat zijn er meer dan 9 miljoen “, zijn dan wel niet bezijden de waarheid, maar er valt mogelijk wel iets op af te dingen. En dat wordt ook gedaan. Niettemin mogen we de bereikcijfers niet zonder meer als te roosIntroductie van de krantenautomaat in Nederland
15
kleurig afschilderen. Integendeel, een betere vraagstelling leidde naar verluidt zelfs in begin 2009 tot een toename van het bereik. Als we het over oplage hebben, bedoelen we in dit onderzoek hoofdzakelijk de betaalde oplage. En daarin maken we weer onderscheid tussen abonnementen en losse verkoop. Het aantal abonnementen daalt door opzegging, emigratie of een natuurlijke oorzaak, terwijl anderzijds minder mensen zich op een krant abonneren. Er is een negatief saldo. Dit proces is al jaren gaande. Van de losse verkoop kunnen we geen langjarige ontwikkelingen vaststellen, omdat HOI Instituut voor Media Auditing begin 2006 een aantal definities voor dagbladen en tijdschriften harmoniseerde. Voor de dagbladen had dit tot gevolg dat voortaan onderscheid gemaakt werd tussen losse verkoop met recht op retour en losse verkoop zonder recht op retour, waardoor de hele bruto losse verkoop bij de dagbladen verschoof en geen deugdelijke vergelijking van de kernoplage met voorgaande periodes meer mogelijk was. In grote lijnen komt het er op neer dat bij recht van retour alleen de daadwerkelijk verkochte exemplaren meetellen bij de betaalde oplage en in het andere geval bijna het volledige aantal afgenomen kranten wel gefactureerd wordt, maar voor de zuiverheid van het beeld tot de verspreide oplage gerekend moet worden. Uit de cijfers van HOI over 2008 bleek bijvoorbeeld dat in dat jaar de oplage van de dagbladen gemiddeld met 2,6% was gedaald ten opzichte van het jaar daarvoor. Van de in totaal ruim 86.000 exemplaren die in 2008 minder gedrukt werden, kwamen 12.000 voor rekening van de losse verkoop. Grosso modo zou je kunnen zeggen dat de pijn gelijk verdeeld werd ervan uitgaande dat de hele losse verkoop gemiddeld 15 tot 20% van de totale oplage bedraagt. De betaalde oplage van de losse verkoop Introductie van de krantenautomaat in Nederland
16
(recht van retour) is volgens HOI evenwel in de orde van grootte van 5%, dus we kunnen niet uitsluiten dat er nog steeds correcties gaande waren in de verspreide oplage. In het algemeen kunnen we gevoeglijk stellen dat de oplagedaling in de abonnementensector de uitgever meer zorgen baart dan die in de losse verkoop, al was het maar omdat de verhouding aan inkomsten grofweg 80/20 is. Een abonnement is een waardevol bezit voor een uitgever. Het stelt hem beter in staat een financiële prognose te maken voor een boekjaar, terwijl de abonnementsgelden in de regel vooraf geïnd worden. Eventuele negatieve ontwikkelingen bij de losse verkoop hebben geen prioriteit in de overkoepelende bedrijfsvoering. We zullen vaststellen dat dit een misvatting is. Terloops is het wetenswaardig dat ook de gratis kranten niet aan oplagedalingen ontkwamen. 2009 Liet een forse daling in de sector in het algemeen zien, wat grotendeels toe te schrijven was aan het ter ziele gaan van De Dag en de heroriëntering van De Pers. Maar ook Metro en Spits lieten veren. Hun oplagen stegen in 2010 wel weer in de orde van 10.000 exemplaren , maar zijn nog steeds niet terug op het oude niveau.
2. Oorzaken voor het abonnementenverval De onverbiddelijke HOI cijfers geven nog geen verklaring waarom de oplagen van vrijwel alle betaalde dagbladen van jaar tot jaar dalen. Verklaringen zijn er evenwel te over: Ontlezing Conjuncturele factoren Demografische factoren De gratis kranten Nieuwe media Introductie van de krantenautomaat in Nederland
17
Ad 1. Ontlezing Dit begrip kunnen we onmiddellijk naar het rijk de fabelen verwijzen. De bereikcijfers wijzen al daar op. Daarbij komt dat met het verschijnen van de gratis kranten in 1999 een kleine miljoen nieuwe krantenlezers geboren werden, de terugloop in losse verkoop van de betaalde titels ten spijt.
Ad 2. Invloeden van de Conjunctuur We zitten midden in een crisis. Dus oorzaken van conjuncturele aard spreken haast voor zichzelf. De eerste bezuiniging op het huishoudbudget betreft vaak het abonnement, luidt een volkswijsheid. Dat valt te bezien. Medio 2007 bracht het Centraal Bureau Statistiek de resultaten uit van een onderzoek naar het verloop van krantenabonnementen over een reeks van jaren. Het bleek dat daar al sinds 1997 de klad in gekomen was. Had in dat jaar 62% van de huishoudens een abonnement, in 2006 was dat nog maar 51%.
Fig. 1 Algemeen verloop in abonnementen 1997 tot 2007. Bron CBS
Introductie van de krantenautomaat in Nederland
18
In die periode bereikte de AEX in 2000 de 700 punten en rukten de koersen vervolgens vanaf een dieptepunt in de lente van 2003 onstuitbaar op naar de 500 punten in 2007, toen de bankencrisis zich begon af te tekenen en een nieuw ravijn zich aandiende. Tegenover het adembenemende berglandschap dat de AEX statistiek ons biedt, staat het vals plat omlaag van de CBS grafiek. Dus het verval in krantenabonnementen is al lange tijd gaande en heeft geen eenduidige en doorslaggevende conjuncturele oorzaak.
Fig. 2 Bron AEX /Behr.nl
Niet alle uitgevers zullen zich in de CBS cijfers herkennen en hun abonnementsbestand met een tiental procenten verhoogd willen zien. Maar het CBS zal wellicht niet geneigd zijn geweest de cosmetische getallen van proefabonnementen en dergelijke mee te laten wegen in zijn statistieken. Overigens is het wel zo, blijkens dezelfde CBS meting, dat het verval minder groot is onder hoger opgeleiden en dat in het verlengde daarvan bij titels die relatief meer lezers in deze groep hebben, enige nuancering op zijn plaats is. Ook is het waar dat in rurale gebieden, nog steeds volgens het CBS, meer mensen een abonIntroductie van de krantenautomaat in Nederland
19
nement hebben dan in de grote steden, wat in het voordeel zou zijn van regionale titels. Maar het is ons nu om de grote lijnen te doen. Bovendien is oplagedaling een verschijnsel waar alle titels mee te maken hebben, zij het dan in meer of mindere mate.
Ad 3. Demografische factoren Hier vragen we ons af of het verlies van oudere abonnementhouders door natuurlijke oorzaak (hoge ouderdom of overlijden) in gelijke mate gecompenseerd wordt door een nieuwe generatie, of dat die aanwas aan de jongerenkant juist achterblijft. We begeven ons hier op glad ijs, omdat de interpretatie van demografische gegevens buitengewoon ingewikkeld is, maar het gaat ons nu even om een algemeen beeld, zonder dat we daar zwaarwichtige conclusies aan verbinden. Dat is ook niet nodig als we de onderstaande tabel bekijken. Leeftijd
1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008
<20
% 24,3 24,3 24,4 24,4 24,4 24,5 24,5 24,5
24,5 24,3 24,2
24,0
20-45
% 38,9 38,5 38,1 37,7 37,3 36,9 36,4 35,9
35,4 34,9 34,4
34,0
45-65
% 23,4 23,7 24,0 24,4 24,7 25,0 25,3 25,7
26,1 26,5 26,9
27,3
65-80
% 10,3 10,3 10,4 10,4 10,4 10,4 10,4 10,4
10,5 10,7 10,8
11,0
80>
% 3,1
3,5
3,7
3,1
3,1
3,2
3,2
3,3
3,4
3,4
3,3
3,7
Bron CBS
Wat ons in de eerste plaats opvalt, is vooral de stabiliteit in de leeftijdsgroepen boven de 80, waar we het natuurlijke verloop kunnen verwachten en de groep tot 20 jaar van waaruit de toekomstige abonnee gerekruteerd moet worden. Het is in ieder geval niet zo dat uit een aanmerkelijke terugloop van de generatie tot 20 jaar, Introductie van de krantenautomaat in Nederland
20
gemeten naar aantallen mensen, een inzinking in potentiële krantenlezers te verwachten is. Wat dat betreft is er hoop. In de groep van 20 tot 45 jaar, om meer dan één reden belangrijk voor krantenuitgevers, zien we wel een daling van een half procent per jaar. De hieronder afgebeelde CBS statistiek (fig. 3), waarin het verloop in abonnementen naar leeftijdscategorie wordt weergegeven, laat zien dat onder 65+ers het krantenabonnement deel van hun leven uitmaakt, een aspect dat uitgevers niet ontgaan zal zijn en mogelijk een verklaring is voor het hardnekkige conservatieve uiterlijk van de krant. De krant is kennelijk met zijn oude, trouwe lezers meegegroeid. (Het kan ons evenmin ontgaan dat nog altijd 45% van de kinderen tot 15 jaar op enig blad geabonneerd is.)
Fig. 3 Verloop in abonnementen naar leeftijdscategorie. Bron CBS.
Introductie van de krantenautomaat in Nederland
21
De CBS gegevens zijn afkomstig uit Permanent Onderzoek Leefsituatie (POLS). Deze enquête is gebaseerd op een steekproef van jaarlijks ongeveer 10 duizend personen (0 jaar en ouder).In POLS wordt aan respondenten gevraagd: “Bent u, of is één van de leden van uw huishouden, geabonneerd op een dagblad?”. Het betreft hier dus alleen huishoudens die daadwerkelijk geabonneerd zijn op een dagblad. Losse verkoop en dagbladen die worden doorgegeven aan bijvoorbeeld de buren tellen niet mee.
Ad 4. De gratis kranten Is het denkbaar dat abonnementen worden opgezegd, omdat een gratis krant minstens zo’n goed alternatief biedt? Er zijn bij ons weten geen harde cijfers beschikbaar die deze veronderstelling kunnen onderbouwen. Voor opzegging is een krachtiger impuls nodig, lijkt ons, een die nogal emotioneel is. Spits en Metro kunnen inhoudelijk de vergelijking met de betaalde titels niet doorstaan. De Dag en De Pers die op latere tijdstippen met meer ambities gelanceerd werden, waren klassieke voorbeelden van too little too late. De Dag verdween van de een op de andere dag, een compleet krantenconcern in zijn kielzog meesleurend, en De Pers lijdt heden ten dage een kwijnend bestaan, maar zoekt met groeiend resultaat wel meer zijn doelgroep actief op. Dus nee, abonnementen op betaalde titels komen niet onder druk te staan door het bestaan van de gratis kranten. In dit verband kunnen we de invloed van de gratis kranten op de losse verkoop niet buiten beschouwing laten. Een duidelijke oorzaak, bijna meetbaar op de schaal van Richter, was de komst van Metro en Spits halverwege 1999. De Volkskrant en de Telegraaf verloren onmiddellijk 10% van hun losse verkoop. Bij de kleinere landelijke en regionale edities viel de schade mee, maar het gemiddelde verlies was nog altijd minstens zo’n 5%. Het is zeer de vraag in hoeverre de statistische dip van 1999 in de Introductie van de krantenautomaat in Nederland
22
losse verkoop iets blootlegt van onderliggende maatschappelijke structuren waar het ons om te doen is, en meer zegt over de dagbladuitgevers die overrompeld werden door de komst van de gratis kranten en geen of de verkeerde oplossingen hadden voor deze invasie, terwijl ze wel over een onaantastbare machtspositie beschikten. Het is interessant om weten dat de grote dagbladuitgevers in Duitsland bij de komst van Metro de handen ineen sloegen en hun eigen kranten gratis aanboden, overal waar de nieuwkomer verscheen. Na 3 maanden wierp Metro de handdoek in de ring. In Duitsland is de gratis krant tot op de dag van vandaag een marginaal verschijnsel.
Ad 5. Nieuwe Media Het begrip nieuwe media is rekbaar en het einde is nog niet in zicht. De oudste onder de nieuwe media, televisie, is zo langzamer hand even ingeburgerd als de krant zelf. Haar invloed op de oplage van gedrukte media is inmiddels al lang gestabiliseerd. Evenmin als de gratis krant een abonnee ertoe zal verleiden zijn abonnement op te zeggen, zal dit bij televisie het geval zijn. Dat geldt overigens evenzeer voor de verstokte TV-kijker, die in de nieuwsberichten en de actualiteitenrubrieken alles van zijn gading vindt: die zal niet zo gauw geneigd zijn zich te gaan abonneren op een krant. Tussen deze twee media is er sprake van co-existentie. Sterker nog, in veel opzichten verwijzen ze naar elkaar en vullen ze elkaar aan. Zo blijft, naar het schijnt, het internet over als de grote bedreiging van de gedrukte krant. We onthullen daarmee geen schokkende feiten. Het is ons erom te doen om vast te stellen dat oplagedaling van betaalde kranten geen samenspel van meer oorzaken is. (Behalve Introductie van de krantenautomaat in Nederland
23
dan dat in de leeftijdsgroep van 25 tot 45 jarigen mogelijk een lichte demografische factor meespeelt.). Over de invloed van internet op print media zijn inmiddels bibliotheken volgeschreven en over de oplossingen eveneens. We hebben daar in dit bestek niets aan toe te voegen, anders dan vast te stellen dat dagbladuitgevers lange tijd blind zijn geweest voor de veranderingen die het internet teweeg zou brengen. De zogenaamde content van kranten was op zo ongeveer iedere willekeurige website terug te vinden, zonder dat er enige vergoeding tegenover stond. De muziek- en film industrie bijvoorbeeld nam geen genoegen met het gratis downloaden van hun geestelijk eigendom en wist er paal en perk te stellen. Ondertussen was er wel een generatie opgegroeid die niet beter wist dat nieuws een gratis product was. De uitgaven per huishouden aan dagbladabonnementen daalden, van gemiddeld 124 euro in 2003 tot 110 euro in 2007. Wanneer rekening wordt gehouden met de inflatie is de afname tweemaal zo sterk (bron CBS). Inmiddels zijn de dagbladuitgevers tot bezinning gekomen. Of het tij van de gratis content nog te keren, valt te bezien, maar in ieder geval heeft vrijwel ieder krant tegenwoordig een digitale versie, de zogenaamde ePaper. De technologie om de digitale krant 24 uur per dag te ontvangen gaat met sprongen vooruit. Afgezien van de Smartphones, zijn er grotere applicaties beschikbaar als iPad en Kindle. Wie een abonnement neemt op een ePaper, zal in de regel de papieren versie opzeggen of er in ieder geval niet een nemen. In die zin bedreigt de ePaper de gedrukte krant. Wie daarom treurt, niet de uitgever. Hij kan een abonnement op de digitale versie goedkoper aanbieden omdat hij bespaart op dure kosten zoals drukken en distributie. Bovendien is je ePaper om 6 uur in de ochtend geladen, terwijl de tijdige komst van de krantenbezorger een steeds ongewissere zaak wordt. Introductie van de krantenautomaat in Nederland
24
Gedrukt of digitaal, een krant blijft een krant, ongeacht de vorm waarin hij de lezer onder ogen komt. Als de slinkende oplage van de gedrukte versie volledig gecompenseerd wordt door de digitale versie, is er per saldo geen sprake van verlies. Zonder succes is deze koerswending niet gebleven. Steeds meer Nederlanders benutten het media-aanbod op internet. Het aandeel Nederlandse internetgebruikers dat kranten of nieuwsbladen op internet leest of downloadt, steeg tussen 2005 en 2008 met ruim een derde. Ruim de helft van de 25 tot 45-jarigen leest kranten of nieuwsbladen op internet. Bij de andere leeftijdsgroepen ligt dit aandeel op iets meer dan 40 procent. Een op de acht personen die digitale kranten lezen, heeft zich daarop geabonneerd. (CBS)
Fig.4 Gebruik internetmedia naar achtergrondkenmerken, 2008
3. Jongeren en de krant Wanneer we ons afvragen hoe de toekomst van de krant eruit ziet, dan zouden we ons een beeld moeten vormen van de generatie die deze toekomst mede gaat bepalen. Wat heeft de krant van de Introductie van de krantenautomaat in Nederland
25
toekomst hen te bieden, en welke gedaante neemt die aan? Terwijl door ouderdom lezers verdwijnen, vaak ook nog abonnee, houdt de aanwas van jongeren geen gelijke tred. Het nemen van een abonnement gedrukt of digitaal is ook wanneer de jonge nieuwsconsument de arbeidsmarkt betreedt geen uitgemaakte zaak. In dit bestek willen we kortheidshalve verwijzen naar een onderzoek onder ruim duizend Nederlandse jongeren in de leeftijd van 15 tot 29 jaar, uitgevoerd door van Nico Drok en Fifi Schwarz. Het rapport getiteld Jongeren, nieuwsmedia en betrokkenheid kwam onder meer onder auspiciën van het Stimuleringsfonds voor de Pers tot stand. Het hele onderzoek is te vinden op www.jongerennieuwsmediaenbetrokkenheid.nl. Enkele conclusies willen we nader belichten. Dat jongeren zich niet zouden interesseren voor nieuws, blijkt een hardnekkig misverstand. Jongeren vinden nieuws volgen juist belangrijk. Ze zijn meer dan vroeger het geval was gericht op vergelijking van informatie. In hun nieuwsvoorziening zitten jongeren niet gebakken aan de krant. Ze halen het nieuws overal vandaan, hoofdzakelijk van televisie. Jongeren willen graag kennis kunnen nemen van een brede en gevarieerde selectie aan bronnen, opvattingen en invalshoeken. De auteurs omschrijven dat als “grazen”. Naarmate ze ouder worden en meer maatschappelijk betrokken, zal de krant een belangrijker rol gaan spelen in hun leven, verwachten ze. Ofschoon televisie de voornaamste informatiebron is voor jongeren stellen de auteurs vast dat kranten van alle media onder hen het beste scoren als het gaat om ‘diepgang’. En daarin zien ze ook de toegevoegde waarde van kranten: uitleg en achtergronden geven bij het nieuws. Verder zijn speciale jongerenpagina’s aan hen niet besteed. Onderwerpen die hen interesseren, zoals film, muziek, computers, auto’s, willen ze over de hele krant verspreid zien. Als ze de krant lezen, willen ze ook voor vol aangezien worden. De problemen die jongeren met de krant hebben liggen op het terrein van het gebruiksplezier en van
Introductie van de krantenautomaat in Nederland
26
de relevantie, wat sterk te maken heeft met herkenning en erkenning. Vooralsnog zegt slechts een kwart van de jongeren die regelmatig een krant leest, bereid te zijn om te betalen voor een kwaliteitskrant. Als je met gratis nieuws bent opgegroeid dat overal voor het oprapen ligt, valt het grotemensen-leven tegen.
In dit kader mogen we de reactie van Lotte Stegeman en Maarten Hogenstijn respectievelijk hoofdredacteur en adjunct-hoofdredacteur van Kidsweek Junior en 7Days op de conclusies van dit onderzoek niet buiten beschouwing laten. Zo’n 245.000 kinderen in de basisschoolleeftijd lezen al jaren iedere week hun eigen krant, Kidsweek Junior. Nog eens 120.000 jongeren in de middelbareschoolleeftijd lezen 7Days (het voormalige Kidsweek). Die krant is voor jongeren tot achttien jaar, maar een substantieel deel is nog geen vijftien. Over al die jonge krantenlezers worden in het hele onderzoek met geen woord gerept. Terwijl de meeste ‘volwassen’ dagbladen hun oplages de afgelopen jaren gestaag hebben zien dalen, is bij Kidsweek Junior het aantal particuliere abonnees het afgelopen jaar met ruim 25 procent gestegen. Zij zijn daarom helemaal niet zo somber over de toekomst van de kranten. De redding van de dagbladen zal alleen niet komen van het geforceerd blijven proberen ‘de jongeren’ erbij te trekken. Wel door jongeren en kinderen kranten te blijven bieden die van voorpagina tot achterblad speciaal voor hen gemaakt zijn. Zodat ze zo rond hun 18e moeiteloos de overstap kunnen maken naar een van de grote-mensendagbladen. Kortom, het is volgens de redacteuren mogelijk met speciaal toegesneden kranten de jeugd op te leiden tot volwaardig krantenlezer
De nieuwsconsument van de toekomst De jeugd heeft de toekomst. Of de krantenuitgever erin zal slagen deze nieuwe generatie aan zich te binden, zal de toekomst uitwijzen. Introductie van de krantenautomaat in Nederland
27
Het is verre van zeker dat de nieuwe lichting van nieuwsconsumenten, die al grazenderwijs is opgegroeid achter een computerscherm, bereid is om bij het betreden van de arbeidmarkt, het betrekken van een eigen woning en het stichten van een gezin de transformatie zal ondergaan naar de klassieke abonnee. Er zou wel eens een type krantenlezer kunnen ontstaan die zich niet langer wil binden, maar hooi en te gras zijn smartphone raadpleegt, of de krant aanschaft waar in het voorbijgaan zijn oog op valt. Gemiddeld anderhalve euro voor een krantje, waar praten we over?
De losse verkoop, een ondergeschoven kind Te midden van al het internetgeweld en de consequenties voor de betaalde oplage van kranten, is de sector losse verkoop slechts terloops aan de orde geweest. In een reeks van jaren is het abonnementenbestand langzaam, maar structureel teruggelopen. Het weerwerk moest vooral komen door het internet waar mogelijk toe te gaan passen in duurzame verdienmodellen, en door veel geld en energie te steken in proefabonnementen. Op geen moment werd met daadkracht overwogen om het verlies aan de abonnementenkant te compenseren in de losse verkoop sector. We hadden al vastgesteld dat een abonnement een waardevol bezit is voor een uitgever. De bezorgorganisatie die daarvoor nodig is, wordt evenwel een steeds grotere kostenpost, waarop moeilijk te bezuinigen valt zonder de kwaliteit aan te tasten. Die logistieke kosten liggen bij de losse verkoop lager, terwijl de netto verkoopprijs per exemplaar, na aftrek van de provisie voor de wederverkoper, grofweg in de orde van grote ligt van de exemplaarprijs van een kwartaalabonnement. In alle landen om ons heen worden de meeste kranten via het mainstream losse verkoopkanaal verspreid. Abonnementen bestaan wel en worden doorgaans door een postbedrijf bezorgd, in de loop van de Introductie van de krantenautomaat in Nederland
28
dag. Daar moet een goede reden voor zijn, maar die weegt in Nederland kennelijk niet op tegen het gemak de krant voor zeven uur in de ochtend thuis bezorgd te krijgen. Dat mag wel wat kosten. Totdat een generatie opstaat, die weet dat nieuws niet duur hoeft te zijn en voor wie het nemen van een abonnement geen vanzelfsprekende zaak meer is. We kunnen ons in het algemeen afvragen waarom dagbladuitgevers niet meer hun losse verkoop in de strijd gegooid hebben, om het afkalvende abonnementenbestand te compenseren. Natuurlijk zijn er acties genoeg te melden, maar structurele oplossingen kwamen daar niet uit voort. Het is ook geen eenvoudige zaak. Nog steeds zijn bijvoorbeeld de voorpagina’s van kranten geheel afgestemd op de gemiddelde abonnee. Eenmaal in de bus, wordt de krant toch wel gelezen. Er is veel aandacht besteed aan een rustige, evenwichtige opmaak. De krant is nog steeds een meneer die dagelijks op bezoek komt en in een beschaafde conversatie uiteenzet hoe de toestand in de wereld is. Het probleem is dat een jonge generatie niet langer meer op hem zit te wachten. Met een krant in de losse verkoop is het niet anders gesteld dan met welk ander product ook dat in de etalage staat: het moet de aandacht trekken. Dat stelt eisen aan de voorpagina. Die moet in het oog springen. Met andere woorden, als je meer losse nummers wilt verkopen, zal je voorpagina een facelift moeten ondergaan. Die stap gaat de meeste uitgevers te ver. Een speciale editie maken voor de losse verkoop alleen is een te kostbare zaak. Een gulden middenweg moet uitkomst bieden. In dat licht is het interessant dat De Telegraaf, die van oudsher indringender koppen in forse kapitalen op zijn voorpagina voert, een relatief hoger percentage van zijn betaalde oplage haalt in de losse verkoop, dan bij andere titels het geval is. Introductie van de krantenautomaat in Nederland
29
Evenzeer interessant is de voorpagina van het jonge NRC Next, jong in dubbel opzicht. De hele lay-out is gericht op het wekken van nieuwsgierigheid. Er staat weinig informatie op, maar moedigt meer dan bij andere titels in het krantenrek van de kiosk het geval is, aan om gekocht te worden. Vooral door de voor dagbladen zo belangrijke groep jonge lezers van 20 tot 35. Kennelijk zijn de scheppers van dit blad zich van de meet af bewust geweest van het belang van de losse verkoop. Aan het in de markt zetten van een nieuw blad, gaat een uiterst gedegen marktonderzoek vooraf. De beoogde doelgroep van jonge, hoog opgeleide mensen, die met internet is opgegroeid, is in het geval van NRC Next zeer grondig doorgelicht op zijn consumentengedrag. De veelal bondige artikelen linken vaak door naar het internet en de voorpagina is ontegenzeggelijk gemodelleerd naar een hip verkoopvehikel. Als de uitgevers van dagbladen in het algemeen een zwaarder belang willen gaan hechten aan hun losse verkoop, dan ontkomen ze er op termijn niet aan om hun voorpagina’s meer verkooppotentie te geven. Het voorbeeld van De Telegraaf, hoe succesvol ook, zal de meeste andere uitgevers waarschijnlijk niet aanspreken, maar NRC Next laat zien hoe het wel kan, zonder de eigen identiteit en merknaam geweld aan te doen. Voor marketeers en vormgevers liggen dus nog interessante uitdagingen in het verschiet. In heel Nederland zijn er ongeveer 10.000 wederverkopers in de weer om dagelijks ongeveer 300.000 kranten te slijten. (In Duitsland nemen 6000 automaten dat aantal voor hun rekening) Met uitzondering van de kiosken op de NS stations die om 6:30 openen, ontgrendelt de gemiddelde wederverkoper zijn deur tussen 8:00 en 8:30 uur, een tijdstip waarop iedereen met een baan op weg naar zijn werk is. Snel een krantje kopen op het station is er in de regel niet bij. Krantenverkoop is voor de kiosken op de stations dan Introductie van de krantenautomaat in Nederland
30
ook geen core business. Voor de aankoop van een krant heeft gemiddelde reiziger geen tijd omdat er altijd wel een paar mensen voor hem bij de kassa staan. De kiosken moeten het vooral hebben van lucratieve reizigers op de grote trajecten, voor wie een boek en een aantal magazines welkom tijdverdrijf beloven. De forens is daarom vooral aangewezen op de gratis kranten die hem van alle kanten in handen gedrukt worden, of in vele bakken voorradig zijn. De wederverkopers elders in de stad of het dorp, die na achten openen zullen hoofdzakelijk winkelend publiek zien binnen komen, waarbij de krant niet het doel van het bezoek is, maar een bijproduct. Als je dus de potentie van je losse verkoop wilt verstevigen, zal je als dagbladuitgever naar een instrument moeten zoeken dat om te beginnen het losse verkoopkanaal aanmerkelijk fijnmaziger maakt, vanaf 6:00 uur je krant kan leveren, laagdrempelig houdt en bovendien de gehaaste klant geen oponthoud in de weg legt. Zo’n instrument kan de moderne krantenautomaat worden. Daarover zullen we het in het tweede deel hebben.
Introductie van de krantenautomaat in Nederland
31
Deel 2 Een haalbaarheidsonderzoek .
32
33
De krantenautomaat in Nederland: een wild plan
I
n 2008 nam Jaap Schoorl na een 20 jarige carrière afscheid bij het Distributiebedrijf van PCM Uitgevers (Nu Persgroep Nederland). Het
ondernemerschap lokte en het lag voor de hand dat hij de ideeën die hij bij een groot en statisch krantendistributiebedrijf niet kon realiseren, op eigen houtje verder zou uitwerken. Een van de eerste verzoeken die hij kreeg kwam van Het Parool dat onderzocht wilde hebben of het zijn distributie in de regio Amsterdam niet kon verzelfstandigen. Er was onvrede met het feit dat de krant reeds om 12:30 uur gedrukt was, maar moest wachten op verspreiding tot ook het NRC Handelsblad gedrukt was. Deze krant sloot veel later, met als gevolg dat ook Het Parool vaak pas tegen 17:00 uur de bezorging in ging. Een team rondom directeur/ uitgever Frits Campagne meende groei van het aantal abonnees te kunnen verwezenlijken door aanmerkelijk eerder in de bus te komen. De krant was immers al rondom half twee in de winkels verkrijgbaar. Voor deze opdracht werd ook Jan Mey van Projects in Progress aangezocht, die op zelfstandige basis veel met krantendistributie te maken heeft gehad, onder meer bij eveneens PCM, alsmede in beoogde samenwerkingsverbanden tussen deze uitgeverij, De Telegraaf en Wegener. Het businessplan voor een eigen bezorgorganisatie kwam uiteindelijk veel duurder uit dan Het Parool tot dan toe aan PCM betaalde, maar Introductie van de krantenautomaat in Nederland
34
het leidde er mogelijk wel toe dat de distributieovereenkomst die op punt stond herzien te worden, voor de uitgever gunstiger uitviel. Onderdeel van dit plan was ook de inzet van krantenautomaten in de stad die uitsluitend op een pasjessysteem werkten. Deze automaten die vroeg gevuld werden, zouden als een soort intermediair kunnen fungeren tussen de het losse verkoopkanaal en het volledige abonnement. Het was bedoeld als een instrument om de zwevende lezer te vangen. De krantenautomaat als autonoom instrument in het losse verkoopkanaal, dus losgekoppeld van een samenhangende bezorgstructuur, leek aanvankelijk een wild plan, doch bleek bij nader inzien niet op de voorhand kansloos, als alle valkuilen uit het verleden vermeden zouden worden en lessen werden geleerd. Dat is de reden geweest waarom het project voor onderzoek bij het Stimuleringsfonds voor de Pers voor onderzoek werd aangemeld. Om voldoende draagkracht voor een eventueel vervolgtraject te creëren, zijn vooruitlopend gesprekken gevoerd met Het Parool, De Telegraaf, De Stentor, Het Financieele Dagblad en het Dagblad van het Noorden. Van alle partijen stond De Telegraaf het meest sceptisch tegenover de nieuwe mogelijkheden van de krantenautomaat. Een eerdere ervaring stemde niet hoopvol. De overige grote dagbladen, onderdeel van PCM Uitgevers, konden niet bij het initiatief betrokken worden, omdat het concern wankelde en andere prioriteiten aan de orde van de dag waren.
2. Een korte geschiedenis van de krantenautomaat Om te zeggen dat we met een krantenautomaat een revolutionair wapen in de strijd gooien om de oplage te verhogen, zou wat overdreven zijn. De eerste machine werd al rondom 1899 ontworpen. Er bestaat een vage foto uit 1921 van een krantenautomaat in Montreal Introductie van de krantenautomaat in Nederland
35
(Can.) waarop duidelijk het woord “VIDE” te lezen is, ten teken dat laatste krant verkocht was, wat voor kenners een aanwijzing is dat het al een betrekkelijk geavanceerde machine betrof. Toch zou pas na de Tweede Wereldoorlog de krantenautomaat de krantenjongen (eerste stap naar het miljonairsschap) verdrijven uit het straatbeeld in het de Verenigde Staten. Ook Japan kent een lange traditie van verkoop via automaten. In Europa is de machine veel later ingevoerd. De Amerikaanse automaten worden gekenmerkt door en grote eenvoud. Het zijn vrijwel allemaal muntautomaten. Na betaling wordt een klep ontgrendeld, waarna met geacht wordt een krant van de stapel te nemen, iets waar de doorsnee Amerikaan zich keurig aan houdt. Er komt geen rocket science aan te pas, ze zijn goedkoop in het gebruik, hebben geen last van storingen, en hebben een lange levensduur. De noodzaak van technologische vernieuwing doet zich pas sinds korte tijd voor, mede op grond van antiterrorisme maatregelen. Enkelvoudige automaten die slechts één krant verschaffen, zijn niet meer inwendig toegankelijk voor de klant. Duitsland was het eerste land in Europa waar de automaat vanaf de negentiger jaren structureel werd ingezet bij de verspreiding van kranten. Dagelijks worden al geruime tijd ongeveer 300.000 lezers bediend door zogenaamde halfautomaten, naar Amerikaans voorIntroductie van de krantenautomaat in Nederland
36
beeld. Het zijn voornamelijk de grote populaire bladen als Bild en Express die er gebruik van maken. Er worden meer kranten afgenomen dan de machines aan geld incasseren, wat hen de naam van Raubkasten heeft bezorgd, een verschijnsel waar geen uitgever overigens wakker van ligt. In de praktijk wordt de oplage kostenneutraal opgevijzeld. Niettemin vindt er de laatste tijd een oriëntatie plaats in de richting van modernere enkelvoudige automaten, ook door het Springer concern. In Frankrijk waren al sinds 1970 plannen om met krantenautomaten te beginnen, maar pas in 1998 startte een proef met 80 automaten in de Parijse metro, waaraan Le Monde, Le Figaro, Le Parisien, Libération en L’Equipe meededen. Aan deze machines werden voor die tijd te hoge eisen gesteld. Ze dienden onder meer alle deelnemende titels te kunnen verschaffen en in staat te zijn geld te retourneren. Dit maakte de automaten veel te kostbaar en er kon ook op de langere termijn weinig aan verdiend worden. Een bijkomend probleem was het feit dat de klant nogal wat handelingen moest verrichten om zijn exemplaar te verwerven. Voor vervoersbewijzen wil de reiziger noodgedwongen nog wel een beroep doen op zijn bevattingsvermogen, bij kranten is dat net een station te ver. In 2003 kwam een einde aan dit gezamenlijke project. Italië en Spanje kennen van oudsher een fijnmazig kioskensysteem die een brede publieke functie vervullen. In de openbare ruimte zullen daar niet binnen afzienbare termijn krantenautomaten te verwachten zijn. In Spanje worden vooral in openbare gebouwen en ziekenhuizen meer en meer automaten gesignaleerd. De ontwikkeling in Groot Brittannië is vergelijkbaar met Spanje: een Introductie van de krantenautomaat in Nederland
37
toenemend aantal moderne automaten, in openbare gebouwen en ziekenhuizen. De krantenautomaat is ook in Nederland en België geen onbekend fenomeen. Al halverwege de jaren 90 begonnen De Telegraaf en het voormalige PCM hiermee te experimenteren. De ervaringen waren niet om over naar huis te schrijven. Danielle Meijers, trademarketeer bij De Telegraaf verwoordt het als volgt: “De automaten leverden meer klachten in verband met storingen op dan dat het iets opleverde. Storingen konden niet snel worden verholpen, waardoor we verkoop misliepen. Er was te weinig draagvlak in de organisatie. Er was geen dedicated personeel om de automaten te vullen. Bovendien hadden we vaak te maken met diefstal van het muntgeld.” Bij PCM was het niet anders. De krantenautomaten stierven een geruisloze dood. Begin 2000 evenwel werd er in Nederland een volautomatische machine ontwikkeld die zelfs vandaag nog niet onder doet voor de meest geavanceerde Europese modellen. Dit apparaat leverde één enkele krant, accepteerde zowel muntgeld als bankkaarten en abonneekaarten en was zo solide gebouwd dat met geen mogelijkheid bij het muntgeld gekomen kon worden. Alle krantenformaten konden worden verwerkt met een eenvoudige aanpassing. Voor zowel de klant als het personeel dat belast was met het dagelijkse vullen van nieuwe kranten was de machine buitengewoon eenvoudig te bedienen. Behalve de enkelvoudige automaat werden ook meervoudige ontwikkeld, gebaseerd op dezelfde technologie. Zowel Van Gelderen Distributie, onderdeel van het Audax concern als de Belgische Persgroep, in samenwerking met de Delhaize supermarkten, hebben in 2002 proeven gedaan met deze machine. In dit geval liep het experiment niet uit op een mislukking vanwege storingen en ander ongemak. Deze automaten hadden echter omgerekend een prijsIntroductie van de krantenautomaat in Nederland
38
kaartje van ongeveer ? 10.000 en moesten enorme hoeveelheden kranten verkopen, om alleen al uit de kosten te komen. Je moest dus wel over een grenzeloos optimisme beschikken om anno 2009 weer bij een Nederlandse dagbladuitgever aan te kloppen met het idee krantenautomaten in het mainstream losse verkoop kanaal in te zetten.
3. Doelstellingen van het onderzoek 1. De primaire doelstelling van het onderzoek was het bepalen of een krantenautomaat daadwerkelijk een versterking kan bieden aan het mainstream losse verkoopkanaal. 2. Secundair werd onderzocht of er voldoende geavanceerde automaten op de markt waren die konden voldoen aan de eisen die de moderne consument stelt aan bedieningsgemak, snelheid en betrouwbaarheid. 3. En tertiair wilden we bevestigd zien dat de automaten voldoende verkooppotentie hadden om hun investering te rechtvaardigen
4. Plaats van de krantautomaat in het mainstream losse verkoopkanaal Voordat er met enige realiteitszin overwogen kan worden of het opnieuw proberen met krantenautomaten in Nederland een kans van slagen heeft, moeten we ons eerst afvragen of er daadwerkelijk behoefte aan is, of hij voorziet in een leemte. In het eerste deel van dit verslag hebben we aangetoond dat, wil het mainstream losse verkoop kanaal een belangrijker rol gaan spelen bij het op peil houden van de oplage in het algemeen, er niet te ontkomen is aan het creëren van een fijnmaziger netwerk. Het bestaande netwerk van wederverkopers zal nauwelijks meer kunnen toenemen.
Introductie van de krantenautomaat in Nederland
39
– Krantenautomaten in het mainstream losse verkoopkanaal vormen een aanvulling op reeds bestaande verkooppunten. Ze concurreren er in beginsel niet mee Het zijn onbemande winkeltjes die het best gedijen op plaatsen waar ze als een vorm van dienstverlening worden ervaren: wachtruimtes, meeting points, bij de uitgang van groothandelszaken, grote kantoorgebouwen, zwembaden en op strategische punten in het woon-werkverkeer in het algemeen, waar de kioskenketens afwezig zijn. (zie ook punt 9. Locaties). – Een belangrijk aspect voor de ochtendbladen is dat kranten via de automaat vroeg beschikbaar zijn: het verkoopvenster wordt naar voren geschoven wat vanuit kostenoogpunt inderdaad alleen maar mogelijk is met een onbemand verkooppunt. – Op plaatsen waar de gratis kranten de betaalde titels vrijwel hebben verdrongen, moet de krantenautomaat geacht worden 5% marktaandeel terug te winnen. (uit de test op een proeflocatie is gebleken dat dit geen onrealistische inschatting is, zie punt 11) Om die redenen zou het voor kiosken op grotere NS stations het overwegen waard kunnen zijn om voor een aantal ochtendbladen automaten in de strijd te zetten. – Krantenautomaten kunnen door hun grote mobiliteit en zelfstandigheid goed ingezet worden bij grote evenementen, beurzen en voor een aantal maanden op seizoenslocaties. Winkels kunnen een verrijdbaar model overdag voor hun zaak zetten De meerwaarde van krantenautomaten voor het losse verkoopkanaal heeft vooral ook te maken met de flexibiliteit die in het systeem gebracht kan worden. Vooralsnog zullen krantenautomaten niet in de openbare ruimte geplaatst worden. Het vergunningenstelsel waaraan de machines onderworpen zijn, brengt lange procedures met zich mee. Bovendien moeten deze automaten om veiligheidsredenen zonder munten Introductie van de krantenautomaat in Nederland
40
moeten werken. Het invoeren van abonneekaarten zal een moeizame start met zich meebrengen en vanuit rendementsoverwegingen voorlopig geen hoge prioriteit hebben. Op bepaalde seizoenslocaties waar abonnees de hele zomer vertoeven, kunnen kaarten wel voor continuïteit zorg dragen en de omslachtige vakantiebonnen kunnen vervangen. Mogelijk zullen daar in 2011 proeven mee gedaan worden.
5. Profiel van de consument Een moderne krantenautomaat is een geheel nieuw fenomeen in de nieuwsvoorziening. Er zijn voorbeelden te over van producten die als gadget ter wereld kwamen en hun eigen consument in het leven riepen. Was er leven voor het mobieltje? Natuurlijk, maar het hebbedingetje heeft de maatschappij wel doorslaggevend veranderd. In feite richt de krantenautomaat zich tot dezelfde consument die niet meer zonder Smartphone van huis gaat, jong, behoorlijk opgeleid is, open staat voor nieuwe dingen, gericht op snelheid, allergisch voor tegenslagen, geneigd tot een impulsieve aankoop en, om niet te vergeten, in toenemende mate vrouw. Dat laatste is niet onbelangrijk, omdat vrouwen oververtegenwoordigd zijn in het lezende deel van de bevolking.
6. Eisen aan de moderne krantenautomaat Lerend van de fouten van het verleden en met een duidelijke doelgroepvoor ogen kunnen we kenmerken van een krantenautomaat die de eisen van de tijd doorstaat vaststellen. 1. VOLLEDIG GEAUTOMATISEERD EN ELEKTRONISCH. 2. ABSOLUUT STORINGSVRIJ: de automaat die regelmatig defect is, geen Introductie van de krantenautomaat in Nederland
41
krant levert na betaling, is ten dode opgeschreven 3. BEDIENINGSGEMAK: niet meer dan één handeling verrichten voor het verkrijgen van de krant (betaling); bij meervoudige automaten dient de lezer uiteraard eerst een keuze te maken (knop) en vervolgens te betalen, 2 handelingen dus. 4. SNELHEID: de krant moet onmiddellijk na de betalingsimpuls uit de machine komen (maximaal 7 seconden). 5. GOED LEESBARE INSTRUCTIES AAN BUITENZIJDE: geen misverstanden; duidelijke vermelding prijzen door de weeks, zaterdag en van eventuele acties; simpele vermelding muntsoorten en gepast betalen; 0800 storingsnummer in geval van calamiteiten. 6. GOED LEESBARE INSTRUCTIES OP LDC SCHERM: melding indien uitverkocht, eenvoudige en duidelijke betalingsinstructies muntgeld of card. De regelmatige gebruiker van de automaat zal hier geen oponthoud door ondervinden. 7. GELD RETOUR INDIEN UITVERKOCHT. 8. MEER BETALINGSMOGELIJKHEDEN: muntgeld, klantenkaart met saldo, abonnementskaart en eventueel OV-chipkaart op stations (in onderzoek). 9. NIEUWE KRANTEN: beschikbaar op een vroeg tijdstip; ochtendbladen 6:00 uur, avondbladen 15:00, al zal dit niet altijd om logistieke redenen haalbaar zijn. (Het Parool is in Amsterdam beschikbaar om 14:00 uur) 10.GESTILEERDE VORMGEVING.
7. Inventarisatie van beschikbare automaten De eerste automaat waarmee getest werd, was van Amerikaanse makelij. Het was de eerste zogenaamde single vend machine die ontwikkeld was en in de VS, maar daar nog niet in gebruik genomen vanwege de kostprijs. Deze machine was in staat een enkele krant te leveren na betaling en het overhalen van een hefboom. De fabrikant Introductie van de krantenautomaat in Nederland
42
had een vestiging in Düsseldorf, van waaruit het al tien jaar succesvol halfautomaten exploiteerde voor Bild en Express. De markt in Europa leek rijp voor enkelvoudige automaat, temeer daar de contracten voor de halfautomaten op hun einde liepen. In Düsseldorf werden nog wat technische verbeteringen bij de machine aangebracht. Met deze Duits/Amerikaanse automaat werd kennis gemaakt in het kader van het zelfstandig distributieplan voor Het Parool. Omdat automaten voor dit project voornamelijk voor de openbare ruimte bestemd waren, moest een betalingssysteem met cards worden aangebracht, waaronder de chipknip. Dit systeem deed de prijs van de automaat bijna verdubbelen. (Een goedkopere Amerikaanse applicatie kreeg geen certificatie in Nederland) Bovendien waren er problemen met de aansturing van het elektronische betaalsysteem naar het mechanische deel dat verantwoordelijk was voor de doorvoer van de krant. Een tenslotte was het stoomgebruik zo hoog geworden dat de machine niet meer langdurig op eigen energie kon draaien en op het net moest worden aangesloten. Er moest een ingewikkelde en onbevredigende oplossing gevonden worden voor het tabloidformaat in het venster Toen tot overmaat van ramp ook nog eens bleek dat de automaat in de praktijk moeilijk te bedienen was voor de operator, doemde het spookbeeld uit het verleden op: een onbetrouwbare, omslachtige machine en te duur voor dagelijks gebruik. In Zwitserland bleek het mediaconcern Ringier in samenwerking met een elektrotechnisch ingenieursbureau een eigen volautomatische krantenautomaat te hebben ontwikkeld, waarvan een duizendtal al een aantal jaren probleemloos in bedrijf was, hoofdzakelijk voor het zondagsblad Blick. De machine was alleen geschikt voor het kleine formaat van deze uitgave, maar inmiddels werd gewerkt aan een instelbaar model, geschikt voor verschillende formaten, met het oog op de Duitse markt. Met extra aanpassingen voor het hier gangbare Introductie van de krantenautomaat in Nederland
43
tabloid en broadsheet formaat, kwam ook een geschikte automaat voor Nederland te beschikking. Het voordeel van deze Zwitserse machine was natuurlijk de betrouwbare staat van dienst en een inmiddels beproefde technologie. Eerlijkheidshalve moet vermeld worden dat ook de Nederlandse prototypes in de testfase storingen vertoonden, maar die waren eenvoudig op te lossen. Het grote probleem waar alle enkelvoudige automaten tegen aan lopen is de doorvoer zonder hapering van de krant. Daarvoor is een fijn afgesteld mechanisme nodig dat de dikte van de krant meet. Die kan dagelijks wisselen en zeker op zaterdag met bijlagen en magazines. In het geval van de Zwitserse machine ging het om het bijstellen van iets teveel speling, wat redelijk snel te verhelpen was (zie ook punt 12). Behalve de enkelvoudige automaat heeft ook onderzoek plaatsgevonden naar het bestaan en de prestaties van meervoudige krantenautomaten. Het Amerikaanse beeld van tientallen automaten in vele verschillende kleuren op een rij, wordt in Nederland niet zo wenselijk geacht. In Italië bleek een fabrikant van hoogwaardige koffiemachines voor kantoren en bedrijven een krantenautomaat te hebben ontworpen, die twee kranten, ongeacht het formaat, kan leveren. Ook deze machine is volledig elektronisch. Bij een bezoek aan de fabriek werden alle Nederlandse kranten uitgeprobeerd. Geen enkele ervan had problemen met de doorvoer. Door de zwaardere uitvoering moet de automaat op het lichtnet worden aangesloten wat een zekere beperking met zich meebrengt. Per titel rendeert deze automaat overigens beter dan de enkelvoudige. Deze automaat wordt op dit ogenblik vooral naar Groot Brittannië geëxporteerd, waar hij in ziekenhuizen dienst doet. Beide automaten voldoen volledig aan het eisenpakket dat in punt 6 geformuleerd is. Introductie van de krantenautomaat in Nederland
44
Zowel in Zwitserland als Spanje zijn meervoudige automaten ontwikkeld die in modules van 6 eindeloos uitgebouwd kunnen worden tot volledige onbemande kiosken. De Zwitserse automaat is op dit ogenblik alleen nog geschikt voor magazines en kan voor de tijdschriftenbranche op termijn interessant zijn. De Spaanse automaten zijn niet getest omdat de kostprijzen vooralsnog te hoog worden geacht. In China en India en Turkije worden eveneens krantenautomaten gefabriceerd. Vermoedelijk zijn die niet onmiddellijk geschikt voor de Nederlandse formaten, terwijl er eveneens nog onduidelijkheid is over leveringstijden en garanties. Er worden nu lokaal door fabrikanten wel proeven met toegezonden Nederlandse kranten gedaan. De eerste resultaten worden in de loop van het najaar 2010 verwacht.
8. Betaalsystemen voor de krantenautomaat – MUNTEN. Zolang krantenautomaten geen gebruik maken van in de openbare ruimte zijn ze allemaal geschikt om muntbetaling te accepteren. De machines verwerken muntstukken van 10ct tot en met ? 2. Dit is het meest laagdrempelige systeem. Met de aanschaf van een krant zijn bescheiden bedragen gemoeid. Het is geen uitgave die gewikt en gewogen hoeft te worden. Wel moet er gepast betaald worden. Geldwisselaars zijn tamelijk kostbaar en bovendien moeten er altijd voldoende wisselmunten voorradig zijn in de machine, terwijl het saldo bij voorkeur zo laag mogelijk wordt gehouden. – CARDS. Tegelijkertijd zijn alle machines standaard voorzien van een kaartlezer. De uitgever kan kaarten met bepaalde waarden (aantallen kranten) verstrekken, op de zelfde manier als warenhuizen cadeaubonnen verstrekken. De voordelen van zo’n kaart zijn Introductie van de krantenautomaat in Nederland
45
evident. De uitgever bindt een lezer aan zich, wordt vooruit betaald en bovendien kunnen de kaarten voor talloze andere doeleinden worden ingezet, zoals acties, tijdelijke abonnementen en ter vervanging van de zogenaamde vakantiebonnen. – PIN. Deze betaalmogelijkheid is alleen geschikt voor grote omzetten en grotere bedragen. Bovendien moet en een voordurende snelle verbinding zijn met de bank. Voor een krantenautomaat is deze toepassing niet aan de orde. – CHIPKNIP. Met de Chipknip zijn testen gedaan. Dit systeem eist een vrij kostbare aanpassing. Er is een beveiligde GSM verbinding met Equens nodig voor het periodiek afstorten, maar daarvoor slechts een goedkoop data-abonnement nodig is. Mede omdat de Chipknip binnen afzienbare tijd zal verdwijnen met het oog op Europese harmonisaties in het betalingsverkeer, hoeft er verder niet meer in deze ontwikkeling te worden geïnvesteerd. – MOBIELE TELEFOON. Een geheel nieuwe betaalmogelijkheid is die met de mobiele telefoon. Een dergelijk systeem wordt al toegepast voor het voldoen van parkeergelden. Voor krantenautomaten is het systeem ongeschikt omdat met de eenvoudigste methode niet meer betaald kan worden dan € 1,35 , wat voor veel krantentitels niet toereikend is. Bovendien neemt het bellen meer dan een halve minuut in beslag en zijn de kosten ook nog eens een derde van de exemplaarprijs. – CONTACTLOOS BETALEN. Dit berust op een methode die door de ABN AMRO bank is ontwikkeld, waarmee kleine bedragen tot ? 25 betaald kunnen worden. Deze kaart zeer frauderesistent en is met succes intern bij de bank getest. In het najaar wordt naar verwachIntroductie van de krantenautomaat in Nederland
46
ting de proef landelijk uitgebreid. In beginsel heeft de houder van de kaart er altijd een saldo op staan. Dit is voor krantenautomaten een veel goedkopere oplossing dan de chipknip. Wel is een GSM verbinding nodig voor afstorting, maar zoals gezegd, die kosten zijn aanvaardbaar. – OV-CHIPKAART. In het najaar zal Servex, het retailbedrijf van NS Poort een begin maken met betalingen bij winkels op stations door middel van de OV-chipkaart. In beginsel kunnen krantenautomaten die in het openbaar vervoertraject worden opgesteld met deze betaalvoorziening worden uitgerust. Vooralsnog blijft dit toekomstmuziek.
9. Jaaromzet en Verdienmodellen Ofschoon ten behoeve van het project een uitgebreide begroting is opgesteld, zullen we ons in dit bestek bepalen tot enige kerncijfers. 2. OMZETTEN VAN KRANTENAUTOMATEN PER JAAR Jaaroplage per aantal automaten Kranten/ automaat
10
20
50
100
200
5
15.600
31.200
78.000
156.000
312.000
10
31.200
62.400
156.000
312.000
624.000
15
46.800
93.600
234.000
468.000
936.000
20
62.400
124.800
312.000
624.000
1.248.000
25
78.000
156.000
390.000
780.000
1.560.000
30
93.600
187.200
468.000
936.000
1.872.000
40
124.800
249.600
624.000
1.248.000
2.496.000
50
156.000
312.000
780.000
1.560.000
3.120.000
Introductie van de krantenautomaat in Nederland
47
3. BRUTO VERDIENMODELLEN KRANTENAUTOMATEN BIJ RESPECTIEVELIJK € 1,20 EN € 1,75 Bruto Jaar verdiensten per aantal automaten Automaatprijs € 1,20 Kranten/ Automaat
10
20
50
100
200
5
€ 18.720
€ 37.440
€ 93.600 €
187.200 €
374.400
10
€ 37.440
€ 74.880
€ 187.200 €
374.400 €
748.800
15
€ 56.160
€ 112.320
€ 280.800 €
561.600 € 1.123.200
20
€ 74.880
€ 149.760
€ 374.400 €
748.800 € 1.497.600
25
€ 93.600
€ 187.200
€ 468.000 €
936.000 € 1.872.000
30
€ 112.320
€ 224.640
€ 561.600 € 1.123.200 € 2.246.400
40
€ 149.760
€ 299.520
€ 748.800 € 1.497.600 € 2.995.200
50
€ 187.200
€ 374.400
€ 936.000 € 1.872.000 € 3.744.000
Bruto Jaar verdiensten per aantal automaten Automaatprijs € 1,75 Kranten/ Automaat
10
20
50
100
200
5
€ 27.300
€ 54.600 € 136.500 €
273.000 €
10
€ 54.600
€ 109.200 € 273.000 €
546.000 € 1.092.000
15
€ 81.900
€ 163.800 € 409.500 €
819.000 € 1.638.000
20
€ 109.200
€ 218.400 € 546.000 € 1.092.000 € 2.184.000
25
€ 136.500
€ 273.000 € 682.500 € 1.365.000 € 2.730.000
30
€ 163.800
€ 327.600 € 819.000 € 1.638.000 € 3.276.000
40
€ 218.400
€ 436.800 € 1.092.000 € 2.184.000 € 4.368.000
50
€ 273.000
€ 546.000 € 1.365.000 € 2.730.000 € 5.460.000
546.000
Introductie van de krantenautomaat in Nederland
48
3. KOSTEN EN OMSLAGPUNTEN Krantenautomaten zijn betrekkelijk kostbare voorzieningen. De kosten van lease en afschrijving worden globaal begroot op e 1.200 per jaar. Een iets hoger bedrag is gemoeid met de vergoeding voor de standplaats en de logistiek, alsmede kleinere nevenkosten als verzekering en eventueel een GSM-verbinding. Op jaarbasis kost een automaat dus door de bank genomen € 2.500. Omgerekend komt dat neer dat tegen een exemplaarprijs van € 1,20 de oplage kosten neutraal verhoogd wordt bij verkoop van ongeveer 7 kranten. Bij een exemplaarprijs van € 1,75 ligt het omslagpunt bij nog geen 5 kranten. Als vuistregel geldt dat krantenautomaten alleen op die locaties worden opgesteld waar ze minimaal 10 exemplaren omzetten. Voor duurdere kranten als het FD geldt uiteraard een minimum van 5 exemplaren. De beoordeling of een automaat de gewenste aantallen op een bepaalde locatie omzet vindt plaats na een proefopstelling van een maand.
10. Locaties In punt 4-1 werd reeds vermeld dat krantenautomaten het best tot hun recht komen op locaties die buiten het gangbare losse verkoopkanaal vallen. Daar zijn een aantal voorbeelden van genoemd. Een niet onbelangrijk aspect is evenwel het openbaar vervoer. In dat verband zijn met de Nederlandse Spoorwegen en het Gemeentelijk Vervoerbedrijf in Amsterdam gesprekken gevoerd. In beginsel hebben beide organisaties laten weten dat faciliteiten denkbaar zijn, waar kiosken afwezig zijn. Introductie van de krantenautomaat in Nederland
49
Het GVB heeft onder voorbehoud 3 metrostations tussen Amsterdam Centraal en het Amstelstation ter beschikking gesteld. Een en ander moet nog geaccordeerd worden door de Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer, waar het vervoersbedrijf onder valt. De contacten met de Nederlandse Spoorwegen verliepen met NS Poort, de projectontwikkelaar van de NS. Het is een reusachtig bedrijf waaronder vele bedrijfsonderdelen vallen, ondermeer alle commerciële activiteiten op de stations. Op de eerder genoemde beperkingen na staat men positief tegenover krantenautomaten als extra dienstverlening. Op dit ogenblik zijn op alle stations alleen maar de gratis kranten verkrijgbaar, met uitzondering uiteraard van de stations waar kiosken zijn, die overigens geen omzetten van enige importantie halen met dagbladen. Het valt niet uit te sluiten dat tegen het einde van 2010 of aanvang 2011, de eerste krantenautomaten op een aantal geselecteerde stations zullen verschijnen.
11. Operationele aspecten Een krantenautomaat is een vrij nutteloos object als die niet op de juiste plek wordt opgesteld waar hij goed kan gedijen (zijn geld opbrengt) en op de juiste manier bediend wordt door deskundig personeel, zodat hij dag in dag uit storingsvrij functioneert. Vooral het aspect van de deskundige bediening is van groot belang. De mislukkingen in het verleden vloeien daar voor een groot deel uit voort. Om praktische redenen wordt het concept in eerste instantie vanuit Amsterdam ontwikkeld. De ervaringen in Amsterdam staan model voor een uitrol naar andere grote steden.
Introductie van de krantenautomaat in Nederland
50
Automaten gaan pas werkelijk renderen, als ze in clusters gegroepeerd worden. Daaruit zijn compacte bezorgritten samen te stellen, wat scheelt in de logistieke kosten, die het leeuwendeel uitmaken van de totale exploitatiekosten. In Amsterdam staan twee grote drukkerijen, wat het eenvoudiger maakt eventueel diverse titels vervlochten te vervoeren. De krantenbezorging wordt in de regel door freelancers verzorgt. Bij de losse verkoop zijn over het algemeen professionele krachten betrokken, vaak zzp-ers met eigen transportmiddelen. Aan dit soort dienstverleners is het beheer over een of meer clusters van automaten goed toe te vertrouwen. Afgezien van een degelijke instructie hoe met de krantenautomaten moet worden omgegaan, zijn de operators ook verantwoordelijk voor het toonbaar houden van de machines die onder hun verantwoordelijkheid vallen. Het zijn de reclamezuiltjes van de krant. Tevens worden ze geïnstrueerd in het uitvoeren van kleine reparaties en periodiek onderhoud. De wekelijkse incasso van het muntgeld kan zowel aan de operator als een speciale medewerker worden toevertrouwd. Bij de incasso worden op de speciale kaart alle omzetgegevens en geldbedragen vastgelegd. Er kan dus geen verschil zijn tussen de verkoopcijfers en het daadwerkelijk aanwezige muntgeld in de machine. De incasseerder stuurt vervolgens via een op zijn computer aangesloten kaartlezer de weekgegevens op naar een back office voor centrale verwerking en rapportage aan de uitgevers.
12. Test: de krantenautomaat in bedrijf Het hele verhaal over de rol die krantenautomaten kunnen spelen in het mainstream losse verkoopkanaal zou nogal academisch blijven, als Introductie van de krantenautomaat in Nederland
51
ze niet daadwerkelijk voor de leeuwen geworpen zouden worden. Zowel de Stentor als Het Parool waren bereid aan een testfase deel te nemen. Hiervoor waren vier geadapteerde Zwitserse automaten beschikbaar, terwijl een vijfde als reserve achter de hand gehouden werd. Voor een experiment was het belangrijk dat snel ingegrepen kon worden, wat de reden was dat in Amsterdam met de proef begonnen werd en niet in Apeldoorn. Het Parool benaderde 4 locaties waar de automaten konden worden geïnstalleerd: het Stadhuis van Amsterdam, bij afdeling Burgerzaken, de Centrale Openbare Bibliotheek, het VU Ziekenhuis en het Slotervaartziekenhuis. De VU polikliniek viel af in verband met een op handen zijnde verbouwing. Op 15 juni werd het startschot gegeven in de Bibliotheek en daags daarna volgden het Stadhuis en Slotervaartziekenhuis. Voor de vierde automaat werd een nieuwe locatie gezocht. De automaten bleken een zo nieuw verschijnsel te zijn, dat aanvankelijk niemand wist wat het voor dingen het waren. De omzetten waren de eerste week dan ook vrijwel nihil. Daarin kwam enige verbetering door speciale bordjes op de automaten aan te brengen, waaruit duidelijk bleek dat je hier tegen een actieprijs (e 1 )een Parool kon krijgen. Vanaf begin juni was een licht stijgende lijn bespeurbaar, maar de gebouwen waarin ze stonden waren in deze vakantieperiode vrijwel uitgestorven. Uit de rapportages die de automaten op 26 juli verschaften bleek dat het drietal 317 kranten hadden geleverd en € 438 verdiend hadden. Binnen de doelstellingen die we ons gesteld hadden, zouden de opbrengsten minstens € 600 hebben moeten opbrengen. De afdeling Introductie van de krantenautomaat in Nederland
52
losse verkoop van Het Parool bleek evenwel niet teleurgesteld. Gezien de vakantieperiode hadden de drie machines bovengemiddeld gepresteerd. De automaten leveren op elk gewenst moment een rapportage van de verkochte oplage. In de regel zal gekozen worden voor maandrapportages, zoals in onderstaand model van de automaat bij de Centrale Openbare Bibliotheek in Amsterdam. site name Centrale Openbare Bibliotheek Amsterdam site ID
coinVerifier
totCashIn
Code_Title
dateStartPeriode dateEndPeriode totalCopies
PAR00003 10003
€ 36,00
1
26-7-2010
2-8-2010
29
PAR00003 10003
€
6,00
1
2-8-2010
3-8-2010
6
PAR00003 10003
€ 10,00
1
3-8-2010
5-8-2010
9
PAR00003 10003
€
9,00
1
5-8-2010
6-8-2010
8
PAR00003 10003
€ 14,00
1
6-8-2010
9-8-2010
9
PAR00003 10003
€
0,00
1
9-8-2010
9-8-2010
0
PAR00003 10003
€
6,00
1
9-8-2010
10-8-2010
6
PAR00003 10003
€ 14,00
1
10-8-2010
12-8-2010
14
PAR00003 10003
€
8,00
1
12-8-2010
13-8-2010
8
PAR00003 10003
€ 22,00
1
13-8-2010
15-8-2010
16
PAR00003 10003
€
8,00
1
15-8-2010
16-8-2010
4
PAR00003 10003
€ 60,00
1
16-8-2010
24-8-2010
47
PAR00003 10003
€ 20,00
1
24-8-2010
26-8-2010
20
PAR00003 10003
€ 24,00
1
26-8-2010
30-8-2010
19
PAR00003 Total
€ 237,00
195
Overigens is het systeem in staat een veel gedetailleerdere rapportage te leveren, waarin onder meer de tijdstippen waarop de kranten verkocht zijn wordt vermeld en hoe laat de machine van nieuwe kranten werd voorzien. De gegevens van reeksen van automaten Introductie van de krantenautomaat in Nederland
53
kunnen eenvoudig tot totaaloverzichten worden verwerkt. Een proef van 4 automaten is niet uiteraard niet representatief zijn voor de het welslagen in het hele land. Maar de eerste aanwijzingen zijn van dien aard dat, mits ze op de juiste locaties worden geïnstalleerd, krantenautomaten een aanvullende rol kunnen gaan spelen in het losse verkoopkanaal en bij voldoende aantallen een substantiële bijdrage kunnen leveren aan de handhaving van de dagbladoplagen in Nederland.
13. Conclusies Heeft de krantenautomaat kans van slagen in Nederland? Om te beginnen kunnen we vaststellen dat de technologie inmiddels zo ver gevorderd is, dat aan de gestelde eisen van bedrijfszekerheid en bedieningsgemak goed kan worden voldaan. In de tweede plaats zijn er bemoedigende resultaten te melden die de investering kunnen rechtvaardigen, al zullen alle locaties waar de automaten geplaatst worden, eerst op hun merites moeten worden beoordeeld. Dat hoeft geen groot probleem te zijn. Een automaat is even snel geplaatst als weer weggehaald. Het grootste struikelblok op de korte termijn is het bijeen krijgen van clusterbare nieuwe locaties. In Amsterdam lijkt dat wel een haalbare kaart te zijn en het model dat daar nu ontwikkeld wordt, kan toepasbaar zijn op andere grote gemeenten. Uitgevers zelf kunnen daar overigens met hun uitgebreide netwerken ongetwijfeld een rol van betekenis spelen. Bij een landelijke uitbreiding van het aantal krantenautomaten staan Introductie van de krantenautomaat in Nederland
54
organisatorisch ook nog grote uitdagingen te wachten. Overal zullen betrouwbare units in het leven geroepen moeten worden, die zelfstandig een aantal automaten onder hun hoede nemen, terwijl een centrale organisatie namens de uitgevers de kwaliteit van dag tot dag bewaakt en aanstuurt. Kortom, de krantenautomaat is een innovatief hulpmiddel dat in de nabije toekomst de oplage van gedrukte kranten substantieel zal kunnen ondersteunen. Maar zoals met alle instrumenten het geval is, het gebruik ervan eist toewijding en de inzet van de juiste mensen. Daar ligt de uitdaging. Amsterdam 16 augustus 2010
Introductie van de krantenautomaat in Nederland
55
Naschrift
T
en tijde van de deadline van dit verslag was het nog niet mogelijk een aantal concrete resultaten aan de conclusies toe te voegen. In
de conclusie moesten we ons vooralsnog beperken tot prognoses. Zo kon bijvoorbeeld de pilot met Het Parool nog niet afgerond worden, omdat de vakantieperiode de metingen nadelig beïnvloedde. Inmiddels is de testfase eind september afgesloten en heeft de evaluatie plaatsgevonden. Het Parool heeft besloten in eerste instantie met 10 automaten in Amsterdam van start te gaan. Uit een recente enquête bleek dat de vier testautomaten die nu ingeburgerd zijn, inmiddels op hun standplaatsen een vaste klantenkring hebben gegenereerd. Het project zal nu op grotere schaal uitgevoerd worden. Vooral de ontwikkeling van een netwerk buiten het mainstream losse verkoopkanaal, belangrijk voor de schaalvergroting, zal nu ter hand worden genomen. Daaraan zit weer een geheel specifieke logistieke structuur gekoppeld, waar op dit moment geen of weinig expertise in bestaat. De toepassing van nieuwe mobiele betaalsystemen zullen verder worden onderzocht. Bovendien komen nu ook meervoudige automaten voor de tijdschriftenbranche in het verschiet te liggen. Al deze aspecten zullen periodiek gepubliceerd worden op de Introductie van de krantenautomaat in Nederland
56
website www.krantenautomaat.nl . Belangstellenden kunnen zich via deze site ook aanmelden voor de nieuwsbrieven waarin de introductie van de kranten- en tijdschriftenautomaten gevolgd wordt. 25 oktober 2010
Introductie van de krantenautomaat in Nederland