Inspectierapport
Het Reigernest (KDV) Oorgat 34 1135CR EDAM Registratienummer 145701232
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Zaanstreek-Waterland Edam-Volendam 26-11-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 07-01-2016
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................3 Observaties en bevindingen ...............................................................................................4 Pedagogisch klimaat .....................................................................................................4 Personeel en groepen....................................................................................................6 Veiligheid en gezondheid ...............................................................................................7 Ouderrecht..................................................................................................................8 Inspectie-items................................................................................................................9 Gegevens voorziening..................................................................................................... 12 Gegevens toezicht.......................................................................................................... 12 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 13
2 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Het rapport dat voor u ligt is tot stand gekomen aan de hand van onderzoek op basis van risicogestuurd toezicht. Om meer maatwerk bij het toezicht in de kinderopvang mogelijk te maken werken de GGD ’en in Nederland bij de inspectie volgens een model voor risicogestuurd toezicht. Dat betekent dat er intensiever geïnspecteerd zal worden waar nodig en minder intensief waar gebleken is dat dit kan. Bij risicogestuurd toezicht ligt de nadruk vooral op die zaken die het meest direct bijdragen aan de kwaliteit van de kinderopvang. Dit onderzoek zal echter worden uitgebreid indien er tijdens voorgaande inspecties sprake was van overtredingen, of indien hier een andere aanleiding toe is, bijvoorbeeld bij een signaal. In opdracht van de gemeente is het item meldcode toegevoegd aan de onderwerpen van het risicogestuurde toezicht. Beschouwing Algemene kenmerken kinderdagverblijf Reigernest Het kinderdagverblijf heeft een locatie in een woonhuis in Edam. Op de locatie kunnen maximaal 8 kinderen in de leeftijd van nul tot vier jaar worden opgevangen. De locatie heeft een stamgroepruimte. Inspectie geschiedenis 4-12-2012 jaarlijkse inspectie, waarbij tekortkomingen waren bij de voorwaarden personeel en groepen, het klachtenbeleid en het ouderrecht. Dee tekortkomingen zijn bij het daarop volgende nader onderzoek niet meer aanwezig. 4-12-2013 jaarlijkse inspectie, waarbij tekortkomingen waren bij de voorwaarde ouderrecht 18-11-2015 jaarlijkse inspectie, waarbij tekortkomingen waren bij de voorwaarde opvang in groepen. Bevindingen Tijdens deze inspectie is gebleken dat er geheel wordt voldaan aan de getoetste voorwaarden. Voor een inhoudelijke toelichting wordt verwezen naar de betreffende domeinen. Advies aan College van B&W Geen handhaving.
3 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen het domein ''Pedagogisch klimaat'' is de pedagogische praktijk van de locatie beoordeeld. Pedagogische praktijk Tijdens de observaties van de pedagogische praktijk maakt de inspecteur gebruik van het Veldinstrument observatie kindercentrum. Onderstaande schuingedrukte beschrijvingen van de praktijk zijn aan dat instrument ontleend, en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. Na de beschrijving uit het veldinstrument volgt eventueel een voorbeeld uit de waargenomen praktijk. De pedagogische praktijk wordt aan de hand van de vier pedagogische basisdoelen van Mevrouw M. Riksen-Walraven beschreven. Tot slot vindt er een conclusie plaats. Op kinderdagverblijf Het Reigernest is een stamgroep. Tijdens de inspectie waren er 4 kinderen en een beroepskracht. De kinderen gingen lunchen. De vier pedagogische basisdoelen De vier pedagogische basisdoelen staan sinds 2005 in de beleidsregels kwaliteit kinderopvang. In de beleidsregels staat de uitwerking van wat in de Wet Kinderopvang bedoeld wordt met 'verantwoorde kinderopvang'. Emotionele veiligheid De beroepskrachten verwoorden in veel situaties hun gedrag. Zij passen hun lichaamshouding aan (op ooghoogte praten, door de knieën gaan als zij bij spelsituaties meekijken) en praten met taal (zinsbouw, woordkeuze) die past bij de leeftijdsgroep. Observatie De beroepskracht sluit in haar omgang met de kinderen aan bij hun leeftijd. De beroepskracht praat op ooghoogte met de kinderen. Zij praat duidelijk over de dagelijkse onderwerpen en geeft uitleg over bijzonderheden. Bijvoorbeeld over de werklui buiten die bij het graven last van de boomwortels hebben. Persoonlijke competentie Kinderen krijgen ruimte voor zelfsturing, maar de beroepskracht is voor kinderen beschikbaar als hulp en ‘controlepunt’ voor wat kan en mag. Kinderen gedragen zich redelijk zelfstandig en zelfverantwoordelijk bij het aangaan en uitvoeren van activiteiten. Observatie Voor de lunch moeten de kinderen hun handen wassen. De beroepskracht geeft aanwijzingen en helpt met de zeep. De kinderen kunnen voor de lunch ook even naar toilet. Een van de kinderen oefent met zindelijk worden, omdat het de hele ochtend goed gelukt is geeft de beroepskracht een compliment. Tijdens de lunch mogen de kinderen aangeven of ze zelf hun boterham willen besmeren met boter. De kinderen mogen zelf het beleg uitkiezen. Sociale competenties De beroepskrachten moedigen gesprekjes tussen henzelf en de kinderen, en tussen kinderen onderling aan, door zowel luisteren als praten. Beroepskracht en kind dragen beiden bij aan de inhoud en voortgang van het gesprek. Als er iets gebeurt, is dit aanleiding voor een gesprek met individuele kinderen, in een klein groepje of met de hele groep. Observatie De lunch verloopt rustig. De kinderen zitten te eten en zij hebben hun aandacht bij de maaltijd. De kinderen en de beroepskracht eten samen en zij hebben er de rust voor. Er zijn korte gesprekjes over het beleg, een verjaardag en de werklui buiten. De beroepskracht vertelt over wat ze s'middags kunnen gaan doen. Normen en waarden 4 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
De beroepskrachten geven kinderen het goede voorbeeld van sociale vaardigheden in de omgang met andere kinderen; ze zijn vriendelijk, luisteren, leven mee, troosten en helpen, werken samen. Ze zijn (meestal) consequent in wat ze uitdragen en hoe ze zelf handelen. Observatie Tijdens de inspectie zijn er kleine gesprekjes. De beroepskracht luistert naar de kinderen en geeft antwoord. Hierbij let zij op om niet met volle mond te praten. Het valt de kinderen op dat zij soms bewust haar mond leeg eet, slikt en dan pas praat. Ook dit wordt besproken. Vierogenprincipe In het pedagogisch beleidsplan staat de uitvoering van vierogenprincipe als volgt omschreven: In overleg met alle ouders en PMers is er besloten om het vierogenprincipe als volgt in te vullen: Alle ouders kunnen te alle tijden binnen komen lopen Er is een codeslot op de deur geplaatst, waardoor alle ouders en medewerkers te alle tijden naar binnen kunnen komen, maar ongewenste personen moeten aanbellen. Iedereen kan van buitenaf naar binnen kijken. Vanaf de straatkant en door de keukenramen. Mieke komt geregeld onverwacht even langs Conclusie De pedagogische praktijk bij kinderdagverblijf Het Reigernest voldoet aan de eisen van de Wko. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mail wisseling houder) Interview anderen (beroepskracht) Observaties Pedagogisch beleidsplan (met bijlagen)
5 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
Personeel en groepen Binnen dit domein wordt bij beroepskrachten gecontroleerd op de aanwezigheid van een passende beroepskwalificatie en verklaring omtrent het gedrag (VOG). Ook bij andere personen werkzaam bij het kindercentrum wordt de VOG gecontroleerd. Er is onder andere bekeken of de opvang plaatsvindt in vaste groepen, of er voldoende beroepskrachten worden ingezet in verhouding tot het aantal kinderen per groep (beroepskrachtkindratio) en of er niet langer dan de toegestane periode is afgeweken van de beroepskrachtkindratio. Verklaring omtrent het gedrag De toetsing van de VOG is gebaseerd op een steekproef. Alle medewerkers uit de steekproef beschikken over een passende VOG. Op het moment van inspectie zijn op kinderdagverblijf Het Reigernest zijn geen uitzendkrachten, vrijwilligers of stagiaires werkzaam. Om deze reden is de betreffende voorwaarde niet beoordeeld. Passende beroepskwalificatie De toetsing van de beroepskwalificaties is gebaseerd op een steekproef. Alle medewerkers uit de steekproef beschikken over een passende beroepskwalificatie. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. Kinderdagverblijf Het Reigernest heeft een groep. In de groep worden in de maand november per dag maximaal 6 kinderen opgevangen. Per groep zijn er dagelijks twee beroepskrachten aanwezig. De beroepskrachten werken in wisseldienst. De ene beroepskracht werkt in de ochtenduren de andere beroepskracht werkt s'middags. Beroepskracht-kindratio Op basis van een steekproef van de aanwezigheidslijsten en roosters blijkt dat de verhouding tussen het aantal beroepskrachten en de aanwezige kinderen (beroepskracht-kindratio) in overeenstemming is met de daaraan gestelde eisen. Conclusie Voor het aantal aanwezige kinderen en hun leeftijden worden er voldoende beroepskrachten ingezet. Gebruikte bronnen: Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten (November 2015) Personeelsrooster (November 2015) Pedagogisch beleidsplan (met bijlagen)
6 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
Veiligheid en gezondheid In dit domein komt de meldcode kindermishandeling aan de orde. Een houder dient een meldcode kindermishandeling te hebben vastgesteld die voldoet aan de beschreven eisen. Ook dienen beroepskrachten op de hoogte te zijn van deze meldcode en in overeenstemming hiermee te handelen. Meldcode kindermishandeling Er wordt gebruik gemaakt van een meldcode kindermishandeling die voldoet aan de beschreven eisen. Er is een actuele sociale kaart en beroepskrachten zijn op de hoogte van de inhoud van de meldcode. Middels gezamenlijk overleg wordt de meldcode onder de aandacht van het personeel gehouden. De voorwaarde met betrekking tot het handelen in overeenstemming met de wettelijke meldplicht is niet beoordeeld omdat de houder heeft aangegeven dat er zich op deze locatie de afgelopen periode geen situatie heeft voorgedaan waarop de meldplicht van toepassing is. Vierogenprincipe De houder heeft de punten uit het pedagogisch beleidsplan uitgevoerd. Ouders kunnen altijd binnenlopen. Ouders zijn op de hoogte van het vierogenprincipe en weten hun rol in de organisatie van het vierogenprincipe. Er is een codeslot op de buitendeur. De ramen aan de straatkant en de ramen van de keuken zijn niet afgedekt. Conclusie De organisatie van het vierogenprincipe is conform de beschrijving in het pedagogisch beleidsplan en voldoet aan de eisen uit de Wko. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskracht) Meldcode kindermishandeling (versie 2015)
7 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
Ouderrecht Binnen het domein ouderrecht wordt onder andere beoordeeld hoe de houder de ouders en oudercommissie betrekt en informeert inzake het beleid en de uitvoering hiervan. Tevens wordt beoordeeld hoe de klachtenprocedure van het kindercentrum is vormgegeven en toegepast. Oudercommissie Bij kinderdagverblijf Het Reigernest is een oudercommissie actief bestaande uit drie leden. Er is een vragenlijst aan de oudercommissie verstuurd met diverse vragen. Hieruit is gebleken dat de oudercommissie door de houder in staat wordt gesteld haar eigen werkwijze te bepalen en in staat wordt gesteld haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Ook wordt de oudercommissie in staat gesteld de houder ongevraagd te adviseren, de oudercommissie geeft aan van dit recht nog geen gebruik te hebben gemaakt. De oudercommissie ontvangt tijdig en desgevraagd schriftelijk alle informatie die deze voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs nodig heeft. Er heeft zich nog geen situatie voorgedaan waarbij de houder heeft afgeweken van een door de oudercommissie gegeven advies. Gebruikte bronnen: Vragenlijst oudercommissie (ontvangen 17-12-2015) Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mail wisseling houder) Interview anderen (beroepskracht) Observaties Informatiemateriaal voor ouders Website (http://www.reigernest.nl/) Pedagogisch beleidsplan (met bijlagen)
8 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het uitvoeren van het vierogenprincipe overeenkomstig het pedagogisch beleidsplan.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a en 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 12 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
10 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
Ouderrecht Oudercommissie De houder heeft een oudercommissie ingesteld. (art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder en personen werkzaam bij het kindercentrum, zijn geen lid. (art 1.58 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De leden worden gekozen uit en door de ouders.
(art 1.58 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder stelt de oudercommissie in de gelegenheid haar eigen werkwijze te bepalen. (art 1.58 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. (art 1.60 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder verstrekt de oudercommissie tijdig en desgevraagd schriftelijk alle informatie die deze voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs nodig heeft. (art 1.60 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Van een gevraagd advies van de oudercommissie wijkt de houder alleen af indien hij schriftelijk en gemotiveerd aangeeft dat het belang van de kinderopvang zich tegen het advies verzet. (art 1.60 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
11 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: : : :
Gegevens houder Naam houder KvK nummer Aansluiting geschillencommissie
: Annemieke van Dijk : 36040774 : Nee
Het Reigernest http://www.reigernest.nl 8 Nee
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Edam-Volendam : Postbus 180 : 1130AD VOLENDAM
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : : :
GGD Zaanstreek-Waterland Vurehout 2 1507EC ZAANDAM 0900-2545454 Marianne Dekker
26-11-2015 17-12-2015 Niet van toepassing 07-01-2016 07-01-2016 07-01-2016
: 28-01-2016
12 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Het conceptrapport is aan de houder verstuurd.
13 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 26-11-2015 Het Reigernest te EDAM