Drie jaar i-Bridge: vijftien belangrijke innovaties voor het veiligheidsveld
“Het delen van informatie is een belangrijk onderdeel van crisisbeheersing en rampenbestrijding” Als afsluiting van drie jaar innovatie binnen het project i-Bridge, vindt op 14 december 2012 een eindsymposium en eindoefening plaats op vliegbasis Twente met de titel ‘Innovatation in Safety and Security: What’s in it for me’. Spreker Ed Parson van Google ziet veel kansen. Op non-profit basis wil hij de Nederlandse hulpdiensten ondersteunen met geografische informatievoorziening. “Maak gebruik van de infrastructuur van Google om jullie informatie tijdens crises te delen met het publiek.” Het symposium ter afsluiting van drie jaar i-Bridge vindt plaats in samenwerking met twee andere evenementen: een grote internationale USAR-oefening, eveneens op vliegbasis Twente, en de achtste internationale conferentie voor geografische informatie en rampenmanagement (Gi4DM) die door de Universiteit Twente wordt georganiseerd. Meer dan 75 wetenschappers uit heel Europa nemen hieraan deel. Zij wonen de praktijkdemonstraties bij van de diverse i-Bridge innovaties. “Vaak wordt gezegd dat symposia erg theoretisch zijn of praktijkdagen te weinig onderbouwd. Wij brengen vandaag wetenschap en praktijk bij elkaar, zoals we ook tijdens de projectperiode steeds hebben gedaan”, aldus Rob Boots, programmamanager Openbare Orde en Veiligheid bij Defensie. In drie grote blokken zijn de afgelopen drie jaar vijftien innovaties met verschillende bedrijven uitgewerkt en beproefd op het gebied van informatievoorziening en informatiemanagement (zie kader voor de meest recente innovaties). Voor al deze innovaties is in een kort tijdsbestek (drie tot zes maanden) een proof of concept opgeleverd en beproefd in samenwerking met potentiële gebruikers. Boots: “In alle gevallen waren de bedrijven al bezig met deze innovaties. Als i-Bridge maken we deze toepasbaar voor gebruikers in het veld van openbare orde en veiligheid. We hebben gekeken naar gebruikerswensen, de innovaties in samenspraak met het bedrijfsleven fijngeslepen, getest op het iBridge platform om daarmee interoperabiliteit met crisismanagementsystemen in de veiligheidsregio’s te waarborgen en getoetst met behulp van eindgebruikers. Alle resultaten zijn vastgelegd in documenten die te vinden zijn op onze website, www.innovatieinveiligheid.nl.” De aanpak van i-Bridge is succesvol gebleken omdat de toegevoegde waarde van een innovatie in een kort tijdsbestek kan worden beproefd door de potentiële gebruikersgroep. Omdat alle innovaties zoveel mogelijk worden geïntegreerd op het i-Bridge platform kan tevens worden beproefd of de innovaties ook in onderlinge samenhang werken.
“Als i-Bridge maken we innovaties in het bedrijfsleven toepasbaar voor gebruikers in het veld van openbare orde en veiligheid”. [Rob Boots] De wil om informatie te delen “Wat kan innovatie betekenen voor het verbeteren van het leidinggeven aan crisisbeheersingsoperaties en rampenbestrijding? En ga je als leidinggevende de innovaties vandaag ook écht gebruiken?” Dat zijn vragen die Ad van Baal, voorzitter van het College van Bestuur van de Politieacademie, stelt aan het begin van zijn toespraak. Duidelijk is dat leidinggevenden volgens hem het voortouw moeten nemen. “Steevast kennen evaluaties van crises twee conclusies: het Turnaround Communicatie
1
multidisciplinaire optreden is onder de maat en de informatie schiet te kort, soms zelfs ernstig te kort. Ten aanzien van het eerste ontbreekt aan kennis over elkaar. Of het nu gaat om de brand in Moerdijk, de asbest in Utrechts woningen of straks het rapport over de Facebookrellen in Haren; iedere keer komt het terug. Blijkbaar hebben we nog niet voldoende geleerd van deze voorbeelden. Uiteraard is goede ketensamenwerking afhankelijk van de professionaliteit van de deelnemers en de mate van geoefendheid. Daarom is het jammer dat de wetgever wel veiligheidsregio’s heeft opgericht en eindtermen voor geoefendheid heeft geformuleerd, maar de weg daar naar toe heeft vrijgelaten. Daardoor blijven werkwijzen uiteen lopen.” Ten aanzien van de informatievoorziening stelt hij dat het delen van informatie een ongelofelijk belangrijk onderdeel is van de crisisbeheersing en rampenbestrijding. “En dan met name ook de wil om informatie met elkaar te delen. Informatie op zich is belangrijk, maar gedeelde informatie is past echt belangrijk en effectief.” Technologische innovaties helpen daarbij, vandaar dat Van Baal dit symposium en de oefening een warm hart toedraagt. “We kunnen vandaag van elkaar leren en innovaties benutten, met als doel te professionaliseren. In dat perspectief moeten we de technologische ontwikkelingen van vandaag zien.” Hij ziet mogelijkheden om met de technologieën van vandaag het common operational picture (het beeld van de operationele inzet) en de situational awareness (het beeld van wat er aan de hand is bij een incident) te verbeteren. Binnen de politie is daarvoor het Virtueel Politiekorps ontwikkeld. “Met behulp van deze applicatie wordt het professioneel en effectief vermogen van de politie vergroot. Iedere diender kan relevante informatie raadplegen via zijn mobiele apparatuur, zoals smartphone of tablet.” Als gevolg van nieuwe informatiestromen gaan de rollen van partners en mensen in de functionele keten veranderen, stelt Van Baal. “Daarin moeten nieuwe wegen worden gevonden.”
“Als gevolg van nieuwe informatiestromen gaan de rollen van partners en mensen in de functionele keten veranderen”. [Ad van Baal] Informatievoorziening door Google tijdens orkaan Sandy “Wij zitten in ons kantoor met airconditioning en verspreiden informatie over de hele wereld. We redden niemand en zijn niet betrokken bij de operationele inzet. Dat is niet onze verantwoordelijkheid.” Ed Parsons van Google geeft daarmee aan wat Google Crisis Respons niet is. Wel is dit non-profit team actief bezig om informatie beschikbaar en bruikbaar te maken voor de bevolking tijdens concrete rampen en crises. De afgelopen vier jaar is het Google-platform voor dit doel geïnnoveerd, op basis van ervaringen met verschillende rampen wereldwijd. “Tijdens crises delen wij relevante informatie. Dat betekent een aantal dingen. We hebben bijvoorbeeld altijd te maken met een geografisch gebied waarin zich een crisis afspeelt. Hoewel we een wereldwijd publiek hebben, kunnen we inzoomen op een regionaal of lokaal gebied. Verder is het van belang dat de informatie vanuit betrouwbare bron komt. En dat de informatie actueel is. Een crisis is dynamisch, daarom moet informatie continu geactualiseerd worden. Als het relevant is voor een bepaalde fase tijdens een crisis, voegen we nieuwe functionaliteiten toe aan ons Google-platform om mensen nog beter te informeren of handelingsperspectief te bieden. Tot slot moet alle informatie toegankelijk en onafhankelijk zijn van welk besturingsplatform of mobiel apparaat dan ook.” Miljoenen mensen gebruiken Google, maar Google kan in een bepaald gebied een boodschap doorgeven. Zo is voor een deel van Azië op de homepage van Google een Tsunami-alert opgenomen. Ook heeft Google de Person Finder ontwikkeld. Vul hier de naam in van iemand die is vermist, en Google kijkt of die Turnaround Communicatie
2
voorkomt op officiële namenlijsten van de autoriteiten. Een indrukwekkend staaltje van informatievoorziening wordt geleverd als de orkaan Sandy toeslaat op de oostkust van Amerika. “Iedere crisis is uniek, maar deze was wel heel bijzonder omdat het toeslag in een gebied waar heel veel mensen wonen, in grote en belangrijke steden zoals New York. Al deze mensen gaan het internet op om informatie te zoeken.” In samenwerking met diverse overheidsorganisaties levert Google deze informatie. “Op 25 oktober 2012 tonen we op kaarten de radarbeelden van US Weather Service en de voorspelling welke kant de orkaan optrekt. Op 28 oktober wordt duidelijk waar de storm de grootste impact zal hebben. Daarom zetten we op onze kaarten de schuillocaties en de plaatsen waar water en voedsel zijn te krijgen. Ook geven we de evacuatieroutes aan en de verandering van rijrichtingen, zodat zoveel mogelijk mensen tegelijkertijd uit het rampgebied weg kunnen komen. Dit is belangrijke informatie die we van overheden krijgen. Verder koppelen we beelden van webcams en recente youtube-video’s aan onze kaarten, zodat mensen op die specifieke plaatsen kunnen zien hoe het er aan toegaat. Een normaal mens zegt meteorologische gegevens namelijk niet zoveel. Door deze beelden zien ze dat de autoriteiten niet overdrijven en dat het echt ernstig is.” Naast deze informatie voor het hele rampgebied kan ook ingezoomd worden op een stad, zoals New York. Google heeft daarbij nauw samengewerkt met het Office for Emergency Management. Op de Google-kaarten van New York wordt gedetailleerde informatie geplaatst over flood zones en evacuatieroutes. Mensen die vanuit New York de zoekopdracht ‘hurricane’ intypen krijgen direct alle informatie over orkaan Sandy. Via een link kunnen zij doorklikken naar de normale Google zoekresultaten. Op 30 oktober wordt extra informatie toegevoegd van de energiemaatschappijen: waar is de stroom uitgevallen en waar is het weer in bedrijf. Op 1 november worden foto’s van NOA en de US Geological Service toegevoegd. Op die manier wordt de impact van de orkaan op het gebied zichtbaar en kunnen geëvacueerde bewoners de schade aan hun woning zien.” Deze nauwe samenwerking met overheden wil Google ook opzetten in Europa en in Nederland. Volgens Parsons heeft Google de infrastructuur voor informatievoorziening tijdens rampen en crises, terwijl overheidsinstanties betrouwbare informatie hebben. “Wij willen graag met u samenwerken, om tijdens rampen en crisis uw informatie toegankelijk en bruikbaar te maken.”
“Tijdens een crisis gaan mensen het internet op om informatie te zoeken. Google heeft de infrastructuur voor informatievoorziening, overheden hebben de informatie. Daarom werken we graag samen” [Ed Parsons] NATO reorganiseert informatievoorziening Bert Tiems van de NATO gaat in op innovaties in een tijd van financiële beperkingen. Op het eerste gezicht lijkt dit tegenstrijdig met elkaar, maar hij is ervan overtuigd dat minder financiën leiden tot meer out of the box denken en de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten. Binnen de NATO is in dit kader een grote reorganisatie aan de gang op het gebied van C4ISR (command, control, communications, computer, intelligence. surveillance and reconnaissance). Er wordt één NCI Agency opgericht, die de totale lifecycle beheert op het gebied van C4ISR. Dat gaat van ontwerp en aankoop tot afstoting en alles wat daar tussen zit. “Alle computers, sensoren, satellieten, force tracking, tactical data links, martitieme command and control, netwerken, software en informatiemanagement vallen onder dit bureau. Daardoor komen IT, systemen en commandovoering veel dichter bij elkaar. Dat is noodzakelijk, omdat ontwikkelingen op dit gebied direct effect hebben op de informatie-uitwisseling en commandovoering in het veld.” Vijf NATO-organisaties worden Turnaround Communicatie
3
hiervoor samengevoegd. Belangrijk daarbij is dat de ondersteuning van de militaire troepen blijft gewaarborgd. “Wij moeten de motor vervangen, terwijl we in de lucht vliegen”, aldus Tiems. “Daarom reorganiseren we niet via een big bang. Inmiddels is er wel één management, maar de onderliggende organisaties worden langzaam aan via een tijdpad samengevoegd.” Deze organisatorische innovatie binnen de NATO levert veel op. “In de oude situatie zijn de kosten niet inzichtelijk en er is geen duidelijk beeld van de behoefte van onze operationele troepen. Er zijn geen service level argreements. En we werken inefficiënt: we hebben 30 datacenters, 2582 servers, 250 verschillende soorten servers en 1400 mensen die dit operationeel houden. Als gevolg daarvan is het lastig om onze IT-infrastructuur goed te beschermen, bijvoorbeeld tegen cybercrime. In onze nieuwe IT-filosofie brengen we dit terug naar 3 datacenters, 40 servers in the cloud, 800 man personeel en minder hardware, software en energieverbruik. Op alle fronten – letterlijk en figuurlijk – wordt zo de kwaliteit van IT en informatievoorziening verhoogd.”Als gevolg van deze ontwikkeling wordt het makkelijker om systemen van andere landen hierop aan te laten sluiten en gezamenlijk verder te innoveren. “Daarmee kun je kosten onderling verdelen, beter samenwerken en informatie makkelijker delen.” Dit geldt volgens Tiems niet alleen in de kantooromgeving, maar ook tijdens operaties. “Landen zetten nu hun eigen netwerk en hebben daarvoor eigen contract met leveranciers, straks kunnen zij inpluggen op het NATO-netwerk. Dat is goedkoper, de beveiliging is geborgd en uitwisseling van informatie wordt daarmee eenvoudiger. De focus ligt op het moderniseren van onze IT en verdere innovatie van C4ISR. Daarmee hebben we de ontwikkeling ingezet naar een robuust netwerk voor toekomstige missies.”
“Op alle fronten – letterlijk en figuurlijk – wordt zo de kwaliteit van IT en informatievoorziening verhoogd.” [Bert Tiems] Tussenkop “Vandaag zien we waar i-Bridge toe heeft geleid en wat de resultaten zijn van al het werk.” Luitenant-kolonel Peter Kwant, voorzitter van de stuurgroep, ziet veel voordelen aan het werk dat iBridge heeft verricht. “Daarvoor ga ik even terug naar het begin, waarom i-Bridge is gestart onder de paraplu van Defensie. “We wilden een meer uitgebreide benadering van onze command and control ontwikkelen. Deze is heel nauw verweven in militaire doctrines en operaties. In het civiele veiligheidsdomein vonden we samenwerking met diverse partijen die wilden experimenteren en innoveren. Daarom zijn we gezamenlijk de command and control civiel gaan doorontwikkelen. Als militairen hebben we daar veel aan, omdat we dit kunnen doorvertalen naar onze eigen organisatie. We starten daarom een nieuw programma iCommand binnen de Defensie Materieel Organisatie, waar nieuwe ideeën op dit vlak wordt doorontwikkeld en getest. Ook nemen we de werkwijze van iBridge mee in het cyber security programma van Defensie.” Sjoerd van der Schuit, informatiemanagement brandweer Nederland, geeft aan dat i-Bridge heel duidelijk heeft gemaakt dat informatiemanagement van groot belang is voor rampenbestrijding en crisisbeheersing. “De meeste i-Bridge innovaties gaan over data en het uitwisselen van die data. Betrouwbare en actuele informatie bij de juiste persoon op het moment dat hij het nodig heeft; daar gaat het om. En daar moeten we op blijven inzetten, ook in de toekomst.”
“Als Defensie hebben we veel aan de innovaties in het civiele veiligheidsdomein, Turnaround Communicatie
4
omdat we die kunnen doorvertalen naar onze eigen organisatie.” [Peter Kwant] Toekomstperspectief Gelijktijdig met het symposium worden diverse i-Bridge innovaties tijdens een eindoefening werkend gedemonstreerd aan een publiek van hulpverleners, beleidsmakers, beslissers, wetenschappers en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. Zij krijgen informatie over hoe concrete innovaties bijdragen aan de informatievoorziening en informatiemanagement tijdens rampen en crises. Zo kunnen zij zelf in de praktijk beoordelen wat zij aan deze vernieuwingen hebben en wat het hen oplevert. Rob Boots spreekt de wens uit dat de concrete innovaties van i-Bridge hun weg vinden naar implementatietrajecten in de de veiligheidsregio’s en andere partners in de OOV-sector. “Vertegenwoordigers van Defensie en de veiligheidsregio’s hebben aangegeven dat zij verder gaan op de ingeslagen weg. Daar ben ik blij om, want tijdens de i-Bridge periode is er een nauwe en innovatieve samenwerking ontstaan tussen Defensie, veiligheidsregio’s en het bedrijfsleven. Daar hebben we wat aan en we moeten zeker met elkaar verder gaan!” Met dat toekomstperspectief sluit Boots het project i-Bridge af.
“Ik spreek de wens uit dat de concrete innovaties van i-Bridge hun weg vinden naar implentatietrajecten in de veiligheidsregio’s.” [Rob Boots]
Turnaround Communicatie
5