VRIJE BASISSCHOOL HERZELE Kerkstraat 12 – 9550 Herzele Telfax: (053)62 36 98
[email protected] | www.vbsh.be Vestigingen: Kerkstraat | Station | Woubrechtegem
GEZINSBELEID Het gezin in al zijn vormen Een groot aantal leerlingen op onze school groeit niet meer op in een “traditioneel” gezin met een vader en een moeder. Er komen steeds meer verschillende vormen voor, waardoor we als school wat breder moeten kijken en een aangepast beleid dienen te ontwikkelen. Toch ontdekken we in al die gezinsvormen meer gelijkenissen dan verschillen. In een gezin draait het altijd om de band tussen mensen, om veiligheid en geborgenheid en de ruimte om lief en leed met elkaar te delen. Het gezin, onder welke vorm dan ook, is de plaats waar je waarden en normen leert, bescherming krijgt en gewaardeerd wordt om wie je bent. De school kan slechts een klein deel van de opvoeding op zich nemen en ondersteuning bieden, maar ze kan het gezin nooit vervangen. Een veranderende gezinssituatie is voor een leerling een bewogen tijd die heel wat emoties losweekt. Dan kan de school een rustpunt zijn. Die veranderingen hoeven in geen geval blijvende negatieve gevolgen te hebben. Meestal passen kinderen zich na verloop van tijd aan en verzoenen ze zich met de nieuwe situatie. Veel voorkomende gezinsvormen zijn: °kerngezin of traditioneel gezin (man en vrouw – biologische ouders) °nieuw samengesteld gezin (beide ouders brengen kinderen mee in een nieuwe relatie – soms samen ook nog kinderen – we spreken van plusouder i.p.v. stiefouder) °eenoudergezin (één volwassene met kinderen – biologische ouder) °homo- of lesbogezin (twee mannen of vrouwen die samenleven en kinderen hebben – adoptie of als pleeggezin) °pleeggezin (niet biologische maar sociale ouders) °adoptiegezin (sociale en juridische ouders) °co-ouderschap na scheiding (ouderlijk gezag delen – op één adres of bilocatie)
1
Deze lijst kan zeker nog aangevuld worden met andere, soms minder voorkomende, gezinsvormen.
Hoe moet de school daar nu mee omgaan? Alhoewel het beeld van het traditionele gezin nog altijd dominant is in onze samenleving, moet de school kinderen opvangen die vanuit uiteenlopende gezinssituaties schoollopen. De school kan onmogelijk op alle concrete noden van ouders inspelen, maar ze kan wel begrip en respect tonen voor al die verschillende situaties. De leerling moet altijd centraal staan bij het invoeren van een maatregel of het nemen van een beslissing. Het voeren van een gezinsbeleid schept duidelijkheid voor alle betrokken partijen. De school heeft ook duidelijke informatie nodig van de ouders, vanuit de zorgbegeleiding voor het kind, maar ook om bijvoorbeeld geen juridische fouten te maken. (vb. Welke ouder heeft recht op informatie? Door wie mag het kind afgehaald worden?) Vier pijlers 1. 2. 3. 4.
Duidelijk beleid Neutraliteit Doorverwijzing Wettelijke positie
1. Duidelijk beleid -Als school willen wij op de hoogte gehouden worden van elke wijziging in de gezinssituatie van ieder kind en onze administratieve gegevens worden snel en accuraat aangepast. -In onze communicatie met ouders gaan we er niet vanzelfsprekend van uit dat onze leerlingen opgroeien in een traditioneel kerngezin. We houden hier rekening mee in onze aanspreking bij briefwisseling.
2
-We proberen lesmateriaal en activiteiten aan te passen aan de verscheidenheid in gezinsvormen. We denken daarbij aan: moederdag, vaderdag, grootouderfeest, nieuwjaarsbrieven, oudercontacten, infomomenten, … 2. Neutraliteit -De school probeert geen conflicten tussen ouders op te lossen. -Als beide ouders het ouderlijk gezag delen, om het even onder welke gezinsvorm, hebben ze beiden recht op informatie. -Wanneer er nog een goede communicatie is tussen de ex-partners geeft de school alle informatie en documenten in één exemplaar mee met één van de ouders. -Op vraag van één van de ouders, kan de school een duplicaat meegeven van het rapport, van brieven, van de schoolfactuur, … -Op vraag van beide ouders kan de schoolfactuur van het kind opgesplitst worden. -Beide ouders kunnen afzonderlijk op gesprek of op oudercontact komen. -Bij exclusief ouderschap draagt de rechter het ouderlijk gezag op aan één van beide ouders. Alleen die ouder mag beslissingen nemen. De andere ouder heeft recht om toezicht uit te oefenen op de opvoeding en heeft ook recht op informatie. Als school vragen wij een kopie van de gerechtelijke uitspraak. Alle informatie wordt op vraag ook bezorgd aan de andere partij. -Ouders die ontzet zijn uit hun ouderlijk gezag mogen geen beslissingen nemen en hebben geen recht op informatie. Ook dit kan de school alleen weten door een kopie van de uitspraak. -We kiezen als school geen partij voor één van beide ouders bij onenigheid en proberen steeds neutraal te blijven. -We proberen altijd beide ouders bij het welzijn van het kind te betrekken. 3. Doorverwijzing De school verwijst (bij problemen) leerlingen en ouders tijdig door naar externe hulpverleners zoals het CLB of andere hulpverleningsdiensten. 4. Wettelijke positie Soms pleegt de school (ongewild) inbreuk op de wettelijke regeling en de wettelijke positie van het kind. We proberen dit te voorkomen met de vraag om bij scheidingssituaties de rechtsuitspraak te mogen lezen.
3
Een school met oog voor veranderingen in het gezin en met respect voor alle gezinsvormen •Als directeur of als leerkracht luister ik naar de leerling en geef ik hem/haar wat extra aandacht, begrip en hulp op een discrete manier. Ik overdonder het kind niet en geef het alleen de hulp die het vraagt. •Wij zijn alert voor veranderingen in het gedrag van een leerling en zoeken een gepast moment om erover te praten. We worden echter niet té tolerant omwille van de situatie en we blijven de schoolafspraken volgen en stellen duidelijke eisen wat betreft gedrag. •We bestempelen de nieuwe gezinssituatie niet té snel als oorzaak van gedragsproblemen of mindere cijfers. •Objectief blijven is de boodschap! Ik spreek geen oordeel uit! •Aan de leerling wordt een aanpassingsperiode gegund. Het is niet evident om zomaar onmiddellijk in orde te zijn met een aantal praktische zaken. •Iedere scheidingssituatie is anders… •In de klas zoeken we naar werkvormen die het verwerkingsproces van kinderen bevorderen… •De school toont respect voor alle gezinsvormen en laat dit blijken uit haar communicatie en uit het didactisch materiaal dat ze gebruikt. •Knutselwerkjes voor vader- en moederdag, nieuwjaarsbrieven, …mogen afwijken van het gangbare school-en klaspatroon. •Een rapport mag langer gehouden worden…of er wordt een dubbel gemaakt… •We proberen begrip te tonen als kinderen materiaal vergeten zijn bij de ene of andere ouder. •We gaan creatief op zoek naar voorbeelden waarin verschillende gezinsvormen voorkomen en we durven daar ook een lesactiviteit rond geven. •In het schoolreglement en de schoolbrochure is een kort tekstje opgenomen rond het gezinsbeleid dat de school voert en er wordt ook verwezen naar deze volledige tekst.
4
•In onze briefwisseling proberen we te letten op de aanspreektitels en benamingen die we gebruiken en standaardformulieren worden indien nodig aangepast. •Gescheiden ouders krijgen de kans om afzonderlijk naar een oudercontact te komen. •In alles staat “discretie” voorop! •Door elektronische communicatie zijn beide partijen sneller op de hoogte…doch heeft iedere leerkracht de vrijheid om zijn/haar persoonlijk mailadres door te geven. •De school heeft oog voor de heterogeniteit aan leefwerelden waarin kinderen opgroeien bij de aankoop van didactisch materiaal. •Een goede samenwerking met het CLB garandeert een goede ondersteuning van leerlingen! •De school werkt aan volgende ontwikkelingsdoelen/eindtermen: -4.3 Kleuters kunnen verschillende gezinsvormen herkennen. -4.7 Leerlingen van de lagere school kunnen er in hun omgang met leeftijdsgenoten op discrete wijze rekening mee houden dat niet alle kinderen in een zelfde gezin wonen als zijzelf.
5