De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005; gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005; gelet op het bepaalde in artikel 147 van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht; BESLUIT: Vast te stellen de navolgende “ Artikel 1: Begripsbepalingen Awb
Algemene wet bestuursrecht.
Subsidie
Aanspraak op financiële middelen door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten, zoals bedoeld in artikel 4:21, eerste lid van de Awb.
Subsidieplafond
Het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies, zoals bedoeld in artikel 4:22 van de Awb.
Activiteiten
Bezigheden van een instelling ter verwezenlijking van haar doelstelling.
Nota subsidies
Een door de gemeenteraad vastgestelde beleidsnota waarin het gemeentelijke subsidiebeleid voor een aantal jaren is vastgelegd.
Instelling
Een rechtspersoonlijkheid bezittende organisatie die zich zonder winstoogmerk ten doel stelt activiteiten te verrichten ten behoeve van de inwoners van Sint Anthonis.
Rechtspersoon
Een rechtspersoon als bedoeld in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Een volledig bevoegde rechtspersoon is een rechtspersoon waarvan de statuten zijn opgenomen in een notariële akte en die ingeschreven is in het verenigingsregister gehouden door de Kamer van Koophandel en Fabrieken.
Genormeerde subsidie
Subsidie bedoeld voor niet-professionele organisaties, geldend voor een periode van 4 jaar.
Budgetsubsidie
Subsidie bedoeld voor professionele organisaties, die per boekjaar worden verstrekt.
College
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sint Anthonis.
Artikel 2: Reikwijdte Deze verordening is van toepassing op alle subsidiebesluiten op grond van het gemeentelijk welzijns- en sportbeleid. Artikel 3: Algemene uitgangspunten 1. Subsidies worden op basis van deze verordening door of namens het college verstrekt met in achtneming van het bepaalde in de nota subsidies. 2. Subsidiering van activiteiten vindt slechts plaats voorzover deze naar de mening van het college in voldoende mate in het algemeen gemeentelijk belang worden geacht. 3. In het algemeen worden slechts activiteiten gesubsidieerd die georganiseerd worden door instellingen, zijnde volledig bevoegde rechtspersonen, die zijn gevestigd in Sint Anthonis. 4. Aan instellingen van buiten de gemeente kan subsidie worden verleend indien zij naar de mening van het college aantoonbaar werkzaam zijn ten behoeve van de inwoners van Sint Anthonis. 5. Subsidie wordt niet verstrekt aan natuurlijke personen. 6. Bij deelverordening kunnen nadere voorschriften worden vastgesteld op basis waarvan subsidie kan worden verstrekt. 7. Op de verstrekking van budgetsubsidies is afdeling 4.2.8 van de Awb van toepassing. Artikel 4: Subsidieplafond 1. De gemeenteraad kan jaarlijks subsidieplafonds vaststellen. 2. In de deelverordeningen wordt de wijze van verdeling van de subsidiebedragen bepaald binnen de vastgestelde subsidieplafonds. Artikel 5: Eerste subsidieaanvraag De aanvrager overlegt bij de eerste aanvraag altijd: 1. Een opgave van de bestuurssamenstelling. 2. Onverminderd het bepaalde in artikel 4:64 van de Awb, een exemplaar van het huishoudelijk reglement. 3. Een beschrijving van de organisatievorm 4. Een opgave van de activiteiten voor het jaar/de periode waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft. 5. Een begroting van baten en lasten voor het jaar/de periode waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. 6. Een leden- of deelnemerslijst met adres en geboortedatum (indien op de instelling van toepassing). 7. Een bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel. Artikel 6: Subsidieaanvraag 1. De aanvraag voor een subsidie van een instelling moet voor 1 april van het jaar voorafgaand aan het jaar/de periode waarvoor subsidie wordt aangevraagd bij het college worden ingediend. 2. Voor de instelling die een genormeerde subsidie aanvraagt en die reeds in het voorafgaande jaar een genormeerde subsidie heeft ontvangen, dient de aanvraag plaats te vinden via een standaard aanvraagformulier. 3. Voor de instelling die een budgetsubsidie aanvraagt vindt de aanvraag altijd plaats met een gedetailleerd activiteitenoverzicht en de daaraan gekoppelde kosten. 4. Het college kan ontheffing verlenen van de in het eerste lid gestelde termijn, indien de naleving daarvan redelijkerwijs niet kan worden verlangd. Artikel 7: Weigeringsgronden Onverminderd het bepaalde in de artikelen 4:25 en 4:35 van de Awb kan de subsidieverlening worden geweigerd, indien:
1. De activiteiten van de aanvrager niet gericht zijn op de gemeente of niet aanwijsbaar ten goede komen aan ingezetenen van de gemeente. 2. De activiteiten niet of niet geheel passen in het gemeentelijke beleid. 3. Er gegronde redenen zijn dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld. 4. De aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met de wet, het algemeen belang of de openbare orde. 5. De aanvrager ook zonder subsidieverstrekking over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken. Artikel 8: Subsidieverlening 1. Voor aanvang van het betreffende kalenderjaar, dan wel de start van de activiteit, dan wel de periode waarop de genormeerde subsidie betrekking heeft, wordt een beschikking omtrent subsidieverlening afgegeven door het college. 2. De subsidie wordt verleend onder de voorwaarde dat de nodige gelden op de door de gemeenteraad vastgestelde gemeentebegroting beschikbaar zijn. 3. Het college kan bepalen dat ter uitvoering van de beschikking tot subsidieverlening een overeenkomst wordt gesloten. Artikel 9: Verplichtingen van de subsidieontvanger Het college kan onverminderd het bepaalde in artikel 4:38 van de Awb de subsidieontvanger verplichtingen opleggen met betrekking tot: 1. Het aantal effectieve arbeidsuren dat een beroepskracht moet besteden aan het werken met vrijwilligers of gebruikers. 2. De groepsgrootte. 3. Het aantal uren dat een ruimtelijke voorziening voor de gebruikers moet zijn opengesteld. 4. De wijze waarop de registratie van de activiteiten met de gebruikers plaats heeft mee met het oog op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de gebruikers. 5. Het bij voorrang richten van de activiteiten op bepaalde categorieën van de bevolking. 6. De samenwerking met andere instellingen. 7. De hoogte van de financiële bijdrage die de instelling in welke vorm dan ook van ge bruikers voor het verrichten van activiteiten verlangt. 8. Andere elementen die zij van belang achten voor het waarborgen van een voldoende kwaliteit of effectiviteit van de activiteiten. 9. De beschrijving en vormgeving van werkprogramma’s en begrotingen. 10. De procentuele stijging van bepaalde begrotingsposten. 11. De hoogte van de contributiegelden. 12. De aanstelling van beroepskrachten. 13. Aanvullende verplichtingen die strekken tot de verwezenlijking van het doel van de subsidie. Artikel 10: Subsidievaststelling 1. Tenzij bij de subsidieverlening anders is bepaald, dient voor 1 april volgend op de periode waarop de subsidie betrekking heeft, door de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling van de subsidie te worden ingediend, waarbij wordt aangetoond dat de activiteiten hebben plaatsgevonden conform de aan subsidie verbonden verplichtingen. 2. Budgetsubsidie worden jaarlijks vastgesteld, genormeerde subsidies eenmaal per vier jaar. 3. Vaststelling gebeurt door toezending van: a. Een door het bestuur gewaarmerkt verslag van de verrichte activiteiten.
4. 5. 6. 7.
b. Een door het bestuur gewaarmerkte rekening van baten en lasten, een balans alsmede een toelichting daarop. Instellingen die een budgetsubsidie ontvangen dienen de gegevens genoemd in lid 3 vergezeld te laten gaan van een accountantsverklaring. Na ontvangst van de in lid 3 en 4 genoemde gegevens wordt de subsidie door het college vastgesteld. Indien de aanvraag niet of niet tijdig wordt ingediend, kan de subsidie ambtshalve worden vastgesteld. Het college kan in deelverordeningen bepalen dat subsidies zonder voorafgaande subsidieverlening worden vastgesteld.
Artikel 11: Tussentijdse rapportage Instellingen die een genormeerde subsidie ontvangen, dienen jaarlijks voor 1 april een tussentijdse rapportage in. Deze bestaat uit een inhoudelijk jaarverslag van één van de voorgaande jaren waarop de subsidie betrekking heeft. In de beschikking kunnen nadere voorschriften worden gesteld aan deze rapportage. Artikel 12: Betaling en terugvordering 1. In de beschikking tot subsidieverlening wordt de wijze van het betalen van voorschotten vermeld. 2. Het subsidiebedrag wordt, onder verrekening van de betaalde voorschotten binnen vier weken na de subsidievaststelling betaald. 3. Indien niet is voldaan aan de verplichtingen gesteld in deze verordening of in de beschikking, kan het subsidiebedrag geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd. Artikel 13: Ontheffing Het college kan in nader te bepalen gevallen van een of meer verplichtingen in deze verordening ontheffing verlenen. Artikel 14: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 15: Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2006. 2. Op dat tijdstip vervalt de “Algemene subsidieverordening Sint Anthonis, houdende regels voor het verlenen van subsidies ten behoeve van sociaal-culturele activiteiten en sport” vastgesteld bij raadsbesluit van 31 januari 2000 en gewijzigd bij raadsbesluit van 15 september 2003, met de bijbehorende deelverordeningen. Artikel 16: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Algemene Subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005. De Raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, mr. A.P.J.L. Keijzers
J.M.J. Verbeeten
De Raad van de gemeente Sint Anthonis;
gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005; gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005; gelet op artikel 3, lid 6 van de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”; BESLUIT: Vast te stellen de volgende “Deelverordening éénmalige activiteiten”. Artikel 1: Begripsbepalingen Op grond van deze deelverordening worden startsubsidies, jubileumsubsidies en incidentele subsidies verstrekt. Startsubsidie
kunnen worden toegekend aan nieuwe verenigingen en instellingen als tegemoetkoming in de kosten van oprichting en de kosten van eerste activiteiten.
Jubileumsubsidie
kunnen worden toegekend aan verenigingen en instellingen als tegemoetkoming in de kosten van jubileumactiviteiten.
Incidentele subsidie
kunnen worden toegekend aan verenigingen en instellingen als tegemoetkoming in de kosten van éénmalige activiteiten die gedurende een bepaalde periode worden uitgevoerd. Eenmalige activiteiten moeten origineel dan wel vernieuwend of experimenteel zijn. Het moet iets bijzonders toevoegen aan het bestaande aanbod in Sint Anthonis.
Artikel 2: Wijze van aanvragen 1. Een aanvraag voor het verkrijgen van een subsidie voor éénmalige activiteiten wordt tenminste 12 weken voor de aanvang van de activiteit ingediend. 2. De aanvraag gaat vergezeld van een beschrijving van de activiteit en een begroting van baten en lasten van de activiteit. Artikel 3: Specifieke subsidievoorwaarden startsubsidies Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden voor startsubsidies de volgende specifieke voorwaarden: 1. Een startsubsidie kan slechts éénmalig worden toegekend, waarna in het daaropvolgende jaar opname in het subsidieprogramma volgt, mits voldaan wordt aan de subsidievoorwaarden. 2. De doelstellingen en activiteiten van de subsidieaanvrager moeten naar het oordeel van het college van sociaal-maatschappelijk nut zijn en een bijdrage leveren aan het welzijnsbeleid van de gemeente. Artikel 4: Subsidiegrondslagen De grondslagen van de deelverordening van het betreffende beleidsveld waartoe de organisatie behoort, zullen worden toegepast.
Artikel 5: Specifieke subsidievoorwaarden jubileumsubsidies Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden voor jubileumsubsidies de volgende specifieke voorwaarden: 1. De doelstellingen en activiteiten van de subsidieaanvrager moeten naar het oordeel van het college van sociaal-maatschappelijk nut zijn en een bijdrage leveren aan het welzijnsbeleid van de gemeente. 2. De jubileumactiviteit dient in de gemeente plaats te vinden en dient een openbaar karakter te hebben. 3. De subsidieaanvrager dient tenminste 50% van de kosten van de jubileumactiviteit zelf in te brengen. 4. Recepties en/of feesten komen niet voor subsidie in aanmerking. Artikel 6: Subsidiegrondslagen voor jubilea beneden nihil 25 jaar 25 jarig jubileum
€ 50,00
40 jarig jubileum
€ 100,00
50 jarig jubileum
€ 150,00
60 jarig jubileum
€ 200,00
75 jarig jubileum
€ 250,00
voor jubilea boven 75 jaar bepaalt het college een redelijke bijdrage, afgestemd op de activiteit. Artikel 7: Specifieke subsidievoorwaarden incidentele subsidies Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden voor incidentele subsidies de volgende specifieke voorwaarden: 1. De doelstellingen en activiteiten van de subsidieaanvrager moeten naar het oordeel van het college van sociaal-maatschappelijk nut zijn en een bijdrage leveren aan het welzijnsbeleid van de gemeente. 2. De activiteit moet zonder winstoogmerk worden opgezet. 3. De activiteit moet zich onderscheiden van het normale activiteitenpatroon van de instelling, origineel dan wel vernieuwend of experimenteel zijn. 4. De activiteit moet gericht zijn op de gemeente Sint Anthonis. 5. Activiteiten die al anderszins van gemeentewege worden gesubsidieerd of van andere organisaties een bijdrage ontvangen, komen niet in aanmerking voor een incidentele subsidie. 6. Een organisatie kan per kalenderjaar éénmaal voor een incidentele subsidie in aanmerking komen. 7. Een organisatie kan niet meerdere jaren subsidie aanvragen voor een terugkerend evenement.
Artikel 8: Subsidiegrondslagen 50% in de kosten van een incidentele activiteit met een maximum van € 500,00 per activiteit. Artikel 9: Subsidieplafond Op grond van artikel 4 van de Algemene subsidieverordening bedraagt het subsidieplafond voor de in deze verordening bedoelde éénmalige activiteiten in zijn totaliteit € 5.000,00 per jaar. Artikel 10: Wijze van vaststelling Een instelling aan wie op grond van artikel 8 van de Algemene subsidieverordening een subsidie is verleend ten behoeve van éénmalige activiteiten, dient binnen 8 weken na afloop van de activiteit een aanvraag tot vaststelling in. De aanvraag tot vaststelling dient vergezeld te gaan van: 1. Een inhoudelijk verslag van de activiteit. 2. Een overzicht van de kosten en de baten van de activiteit. Artikel 11: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 12: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Deelverordening éénmalige activiteiten”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005 De Raad voornoemd, de de voorzitter, griffier, mr. A.P.J.L. Keijzers
J.M.J. Verbeeten
De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005; gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005; gelet op artikel 3, lid 6 van de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”; BESLUIT: Vast te stellen de volgende “Deelverordening flora en fauna”. Artikel 1: Algemeen In het kader van deze deelverordening wordt onder flora en fauna verstaan: - Instituut voor Natuurbeschermingseducatie (IVN)
Artikel 2: Begripsbepalingen Onder jeugdlid wordt verstaan een natuurlijk persoon die op 1 januari van het jaar voorafgaande aan het subsidiejaar nog geen 18 jaar is en woonachtig is in Sint Anthonis. Artikel 3: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidieaanvrager dient aangesloten te zijn bij een erkende overkoepelende organisatie. 2. De subsidieaanvrager dient tenminste 3 openbare activiteiten per jaar binnen de gemeente Sint Anthonis te ontplooien. 3. Tenminste 15 leden van subsidieaanvrager dient inwoner te zijn van de gemeente Sint Anthonis. Artikel 4: Subsidiegrondslagen IVN 1. Een basisbedrag van € 1.361,00. Artikel 5: Wijze van vaststelling Op grond van artikel 10, lid 7 van de Algemene subsidieverordeningen worden subsidies zonder voorafgaande subsidieverlening vastgesteld. Hiertoe dient de instelling voor 1 april voorafgaande aan het subsidiejaar in te zenden: 1. Een gewaarmerkte ledenlijst met vermelding van naam, adres, geboortedatum. Artikel 6: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 7: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Deelverordening flora en fauna”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005. De Raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005; gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005; gelet op artikel 3, lid 6 van de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”; BESLUIT: Vast te stellen de volgende “Deelverordening gezondheidszorg”. Artikel 1: Algemeen In het kader van deze deelverordening wordt onder gezondheidszorg verstaan: - EHBO-vereniging.
Artikel 2: Begripsbepalingen Onder jeugdlid wordt verstaan een natuurlijk persoon die op 1 januari van het jaar voorafgaande aan het subsidiejaar nog geen 18 jaar is en woonachtig is in Sint Anthonis. Artikel 3: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidieaanvrager dient EHBO-cursussen voor particulieren te organiseren. 2. De subsidieaanvrager verleent desgevraagd ondersteuning aan het plaatselijke verenigingsleven. 3. Het aantal leden van subsidieaanvrager dient tenminste 15 te zijn. 4. 80% van de leden van subsidieaanvrager dient inwoner te zijn van de gemeente Sint Anthonis. 5. De subsidieaanvrager dient naar het oordeel van het college contributies te heffen, die op een aanvaardbaar peil liggen. Artikel 4: Subsidiegrondslagen EHBO 1. Een bedrag per lid van € 2,30. Artikel 5: Wijze van vaststelling Op grond van artikel 10, lid 7 van de Algemene subsidieverordeningen worden subsidies zonder voorafgaande subsidieverlening vastgesteld. Hiertoe dient de instelling voor 1 april voorafgaande aan het subsidiejaar in te zenden: 1. Een gewaarmerkte ledenlijst met vermelding van naam, adres, geboortedatum. 2. Opgave van de contributieregeling. Artikel 6: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 7: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Deelverordening gezondheidszorg”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005. De Raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, mr. A.P.J.L. Keijzers
J.M.J. Verbeeten
De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005; gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005; gelet op artikel 3, lid 6 van de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”; BESLUIT: Vast te stellen de volgende “Deelverordening jeugd- en jongerenwerk”.
Artikel 1: Algemeen In het kader van deze deelverordening wordt onder jeugd- en jongerenwerk verstaan: - Open jeugd- en jongerenwerk - Gecoördineerd jeugd- en jongerenwerk - Jeugdvakantiewerk - Peuterspeelzaalwerk Artikel 2: Begripsbepalingen Jeugdlid:
Peutergroep:
een natuurlijk persoon die op 1 januari van het jaar voorafgaande aan het subsidiejaar nog geen 18 jaar is en woonachtig is in de gemeente Sint Anthonis. een groep van minimaal 10 en maximaal 20 kinderen tussen 2 en 4 jaar, die gedurende 40 weken per jaar gedurende 2 dagdelen per week een peuterspeelzaal bezoekt en die onder leiding staat van tenminste 1 beroepskracht.
Open jeugd- en jongerenwerk Artikel 3: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidieaanvrager dient tenminste 12 activiteiten per jaar te organiseren voor inwoners van de gemeente Sint Anthonis die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Artikel 4: Subsidiegrondslagen 1. Een basisbedrag per vereniging van € 350,00. 2. 50% van de netto kosten van activiteiten met een maximum van € 1.362,00 per jaar. Gecoördineerd jeugd- en jongerenwerk Artikel 5: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidieaanvrager dient aangesloten te zijn bij een overkoepelende organisatie. 2. Het aantal leden van subsidieaanvrager dient tenminste 15 te zijn. 3. 80% van de leden van subsidieaanvrager dient inwoner te zijn van de gemeente Sint Anthonis. 4. De subsidieaanvrager dient naar het oordeel van het college contributies te heffen, die op een aanvaardbaar peil liggen. Artikel 6: Subsidiegrondslagen 1. Een basisbedrag per vereniging van € 350,00. 2. Een bedrag per jeugdlid van € 13,00. Jeugdvakantiewerk Artikel 7: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden:
1. De subsidie dient bestemd te worden aan de organisatie van ontspanningsactiviteiten voor jeugdigen (tot en met 12 jaar) woonachtig in de gemeente Sint Anthonis in groepsverband gedurende schoolvakantieperioden. Artikel 8: subsidiegrondslagen 1. Een bedrag per deelnemer van € 1,85. Peuterspeelzaalwerk Artikel 9: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidie dient bestemd te worden aan activiteiten gericht op de bevordering van het contact tussen kinderen van 2 tot 4 jaar in een kindvriendelijke omgeving om ze vertrouwd te maken met het spelen in groepsverband. Artikel 10: Subsidiegrondslagen 1. Een basisbedrag per peuterspeelzaal van € 1.000,00. 2. Een bedrag per peutergroep van 1.575,00. 3. Ten behoeve van de inzet van vrijwilligers een bedrag per groep van € 500,00. 4. Een budget voor huisvestingskosten € 59.018,00. Artikel 11: Wijze van vaststelling 1. De subsidies genoemd in artikel 6 en 10 van deze deelverordening worden op grond van artikel 10, lid 7 van de Algemene subsidieverordeningen zonder voorafgaande subsidieverlening vastgesteld. Hiertoe dient de instelling voor 1 april voorafgaande aan het subsidiejaar in te zenden, indien van toepassing: − Een gewaarmerkte ledenlijst; − Een opgave van jeugdleden met vermelding van naam, adres, geboortedatum; − Opgave van de contributieregeling; − Een opgave van het aantal peutergroepen; − Een opgave van het aantal vrijwilligers met vermelding van naam en adres; − Een opgave van het aantal peuters met vermelding van naam, adres, geboortedatum. 2. Voor de subsidies genoemd in artikel 4 en 8 van deze deelverordening dient voor 1 april volgend op het subsidiejaar een aanvraag tot vaststelling te worden gedaan. De aanvraag tot vaststelling gaat vergezeld van: − Een inhoudelijk verslag, waarin de activiteit, de bereikte doelstellingen en het aantal deelnemers worden beschreven. − Een overzicht van de kosten en de baten. Artikel 12: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 13: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Deelverordening jeugd- en jongerenwerk”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005.
De Raad voornoemd, de griffier,
de voorzitter,
mr. A.P.J.L. Keijzers
J.M.J. Verbeeten
De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005; gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005; gelet op artikel 3, lid 1 van de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”; BESLUIT: Vast te stellen de volgende “Deelverordening kadervorming”. Artikel 1: Begripsbepalingen Onder kadervorming wordt verstaan het volgen van een opleiding of cursus met als doel zich te bekwamen als kaderlid binnen een vereniging of instelling. Artikel 2: Wijze van aanvragen 1. Een aanvraag voor het verkrijgen van een subsidie voor kadervorming wordt tenminste 12 weken voor de aanvang van de cursus c.q. opleiding ingediend. 2. De aanvraag gaat vergezeld van een opgave en omschrijving van de te volgen cursus/opleiding, namen van de deelnemers met hun functie binnen de vereniging, de kosten van de te volgen cursus/opleiding. Artikel 3: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De doelstellingen en activiteiten van de subsidieaanvrager moeten naar het oordeel van het college van sociaal-maatschappelijk nut zijn en een bijdrage leveren aan het welzijnsbeleid van de gemeente. 2. Subsidiabel zijn de kosten van opleidingen van bestuursleden en andere kaderleden, niet zijnde een beroepsopleiding, noch gericht op een geheel of gedeeltelijke bezoldiging van de taak als bestuurder of kaderlid en voorzover deze opleiding geschiedt in het belang van de vereniging en wordt erkend door de daartoe bevoegde organisatie. 3. Tot de opleidingskosten worden uitsluitend gerekend: a. de cursus- en de examengelden; b. de cursusboeken. 4. Per instelling kan voor maximaal 3 cursisten per jaar subsidie worden aangevraagd. 5. Voorwaarde voor uitbetaling van de subsidie is dat, door het overleggen van het behaalde diploma of certificaat, wordt aangetoond dat de cursist de cursus succesvol heeft afgesloten. Artikel 4: Subsidiegrondslagen 50% van de opleidingskosten tot een maximum van € 200,00 per cursist. Artikel 5: Subsidieplafond Op grond van artikel 4 van de Algemene subsidieverordening bedraagt het subsidieplafond voor kadervorming € 5.000,00 per jaar.
Artikel 6: Wijze van vaststelling Een instelling aan wie op grond van artikel 8 van de Algemene subsidieverordening een subsidie is verleend ten behoeve van kadervorming, dient binnen 8 weken na afloop van de activiteit een aanvraag tot vaststelling in. De aanvraag tot vaststelling dient vergezeld te gaan van: 1. Een inhoudelijk verslag van de cursus/opleiding 2. Een opgave van de deelnemers met hun functie binnen de instelling 3. Een overzicht van de kosten en de baten 4. Een afschrift van het behaalde diploma of certificaat. Artikel 7: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 8: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Deelverordening kadervorming”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005. De Raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, mr. A.P.J.L. Keijzers
J.M.J. Verbeeten
De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005; gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005; gelet op artikel 3, lid 6 van de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”; BESLUIT: Vast te stellen de volgende “Deelverordening Kunst en Cultuur”. Artikel 1: Begripsbepalingen Onder jeugdlid wordt verstaan een natuurlijk persoon die op 1 januari van het jaar voorafgaande aan het subsidiejaar nog geen 18 jaar is en woonachtig is in Sint Anthonis. Artikel 2: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidieaanvrager dient aangesloten te zijn bij een erkende overkoepelende organisatie. 2. De subsidieaanvrager dient tenminste 2 openbare concerten, optredens, tentoonstellingen e.d. per jaar binnen de gemeente te ontplooien. 3. Het aantal leden van subsidieaanvrager dient tenminste 15 te zijn. 4. 80% van de leden van subsidieaanvrager dient inwoner te zijn van de gemeente Sint Anthonis 5. De subsidieaanvrager dient naar het oordeel van het college contributies te heffen, die op een aanvaardbaar peil liggen.
Artikel 3: Subsidiegrondslagen Harmonieën/fanfares 1. Een basisbedrag per harmonie of fanfare van € 2.500,00. 2. Een bedrag per jeugdlid van € 104,00. Drumbands: 1. Een basisbedrag per drumband van € 500,00. 2. Een bedrag per jeugdlid van € 94,00. Koren: 1. Een basisbedrag per koor van € 200,00. 2. Een bedrag per jeugdlid van € 10,00. Amateurtoneel- en Operettegezelschappen: 1. Een basisbedrag per amateurtoneel- en operettegezelschap van € 750,00. 2. Een bedrag per jeugdlid van € 10,00. Artikel 4: Wijze van vaststelling Op grond van artikel 10, lid 7 van de Algemene subsidieverordeningen worden subsidies zonder voorafgaande subsidieverlening vastgesteld. Hiertoe dient de instelling voor 1 april voorafgaande aan het subsidiejaar in te zenden: 1. Een gewaarmerkte ledenlijst. 2. Een opgave van jeugdleden met vermelding van naam, adres, geboortedatum. 3. Opgave van de contributieregeling. Artikel 5: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 6: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Deelverordening kunst en cultuur”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005. De Raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, mr. A.P.J.L. Keijzers
J.M.J. Verbeeten
De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005; gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005; gelet op artikel 3, lid 6 van de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”; BESLUIT: Vast te stellen de volgende “Deelverordening Oudheidkunde”.
Artikel 1: Algemeen In het kader van deze deelverordening wordt onder oudheidkunde verstaan: Artikel 2: Begripsbepalingen Onder jeugdlid wordt verstaan een natuurlijk persoon die op 1 januari van het jaar voorafgaande aan het subsidiejaar nog geen 18 jaar is en woonachtig is in Sint Anthonis. Artikel 3: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidieaanvrager dient aangesloten te zijn bij een erkende overkoepelende organisatie. 2. De subsidieaanvrager dient tenminste 3 openbare activiteiten per jaar binnen de gemeente te ontplooien. 3. Het aantal leden van subsidieaanvrager dient tenminste 15 te zijn. 4. 80% van de leden van subsidieaanvrager dient inwoner te zijn van de gemeente Sint Anthonis 5. De subsidieaanvrager, voorzover het een gilde betreft, dient naar het oordeel van het college contributies te heffen, die op een aanvaardbaar peil liggen. Artikel 4: Subsidiegrondslagen Gilden Een basisbedrag per gilde van € 500,00. Een bedrag per jeugdlid van € 94,00. Heemkundekringen 1. Een basisbedrag per heemkundekring van € 160,00. Artikel 5: Wijze van vaststelling Op grond van artikel 10, lid 7 van de Algemene subsidieverordeningen worden subsidies zonder voorafgaande subsidieverlening vastgesteld. Hiertoe dient de instelling voor 1 april voorafgaande aan het subsidiejaar in te zenden: 1. Een gewaarmerkte ledenlijst. 2. Een opgave van jeugdleden met vermelding van naam, adres, geboortedatum. 3. Opgave van de contributieregeling. Artikel 6: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 7: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Deelverordening oudheidkunde”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005. De Raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005;
gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005; gelet op artikel 3, lid 6 van de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”; BESLUIT: Vast te stellen de volgende “Deelverordening overig ouderenwerk”. Artikel 1: Algemeen In het kader van deze deelverordening wordt onder overig ouderenwerk verstaan: - SWOSA Artikel 2: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidieaanvrager dient activiteiten voor de doelgroep ouderen te organiseren. Artikel 3: Subsidiegrondslagen 1. Een budgetsubsidie voor activiteiten, bestuurs- en organisatiekosten. 2. Een budget voor huisvestingskosten. Gebaseerd op de begroting voor de betreffende periode en een toelichting hierop alsmede het subsidiebudget in het voorafgaande jaar. Artikel 4: Wijze van vaststelling Op grond van artikel 10, lid 2, 3 en 4 van de Algemene subsidieverordeningen dient de instelling voor 1 april voorafgaande aan het subsidiejaar in te zenden: 1. Een door het bestuur gewaarmerkt verslag van de verrichte activiteiten. 2. Een door het bestuur gewaarmerkte rekening van baten en lasten, een balans alsmede een toelichting daarop. 3. Een accountantsverklaring. Artikel 5: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 6: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Deelverordening overig ouderenwerk”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005. De Raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, mr. A.P.J.L. Keijzers
J.M.J. Verbeeten
De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005; gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005;
gelet op artikel 3, lid 6 van de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”; BESLUIT: Vast te stellen de volgende “Deelverordening sportstimulering”. Artikel 1: Begripsbepalingen Onder jeugdlid wordt verstaan een natuurlijk persoon die op 1 januari van het jaar voorafgaande aan het subsidiejaar nog geen 18 jaar is en woonachtig is in de gemeente Sint Anthonis. Artikel 2: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidieaanvrager dient aangesloten te zijn bij een overkoepelende organisatie, die is aangesloten bij NOC*NSF en heeft als doelstelling het beoefenen van sport door leden in clubverband niet zijnde een bedrijfsorganisatie of specifieke jeugdorganisatie. 2. Het aantal leden van subsidieaanvrager dient tenminste 15 te zijn. 3. 80% van de leden van subsidieaanvrager dient inwoner te zijn van de gemeente Sint Anthonis. 4. De subsidieaanvrager dient naar het oordeel van het college contributies te heffen, die op een aanvaardbaar peil liggen. Artikel 3: Subsidiegrondslagen 1. Een basisbedrag per sportvereniging van € 250,00. 2. Een bedrag per jeugdlid voor binnensportverenigingen van € 48,00. 3. Een bedrag per jeugdlid voor buitensportverenigingen van € 16,00. Artikel 4: Wijze van vaststelling Op grond van artikel 10, lid 7 van de Algemene subsidieverordeningen worden subsidies zonder voorafgaande subsidieverlening vastgesteld. Hiertoe dient de instelling voor 1 april voorafgaande aan het subsidiejaar in te zenden: 1. Een gewaarmerkte ledenlijst. 2. Een opgave van jeugdleden met vermelding van naam, adres, geboortedatum. 3. Opgave van de contributieregeling. Artikel 5: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 6: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Deelverordening sportstimulering”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005. De Raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, mr. A.P.J.L. Keijzers
J.M.J. Verbeeten
De Raad van de gemeente Sint Anthonis;
gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 18 mei 2005; gehoord de Commissie Burgerzaken van 13 juni 2005; gelet op artikel 3, lid 6 van de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006”; BESLUIT: Vast te stellen de volgende “Deelverordening vrijwilligerswerk”. Artikel 1: Algemeen In het kader van deze deelverordening wordt onder vrijwilligerswerk verstaan: - Oranjeverenigingen en Sint Nicolaascomité's - Carnavalsverenigingen - Dorpsraden Oranjeactiviteiten Artikel 2: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidie dient bestemd te worden voor oranjeactiviteiten, welke specifiek voor de leerlingen van het primair onderwijs tot en met 12 jaar worden georganiseerd, in verband met de viering van koninginnedag. Artikel 3: Subsidiegrondslagen 1. Een basisbedrag per oranjevereniging van € 100,00. 2. Een bedrag per kerkdorp, per kind t/m 12 jaar, op 1 januari van het jaar voorafgaande aan het subsidiejaar, van € 0,70. Activiteiten Sint Nicolaas Artikel 4: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidie dient bestemd te worden aan de organisatie van de Sint Nicolaasintocht in de betreffende dorpskern. Artikel 5: Subsidiegrondslagen 1. Een basisbedrag per Sint Nicolaascomité van € 100,00. 2. Een bedrag per kerkdorp, per kind t/m 12 jaar, op 1 januari van het jaar voorafgaande aan het subsidiejaar, van € 0,70. Carnavalsactiviteiten Artikel 6: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidie dient bestemd te worden aan de organisatie van carnavalsactiviteiten. 2. De subsidieaanvrager dient tenminste medewerking te verlenen aan 1 jeugdactiviteit en 1 ouderenactiviteit.
Artikel 7: Subsidiegrondslagen 1. Een vast bedrag per carnavalsvereniging van € 341,00 2. Een vast bedrag t.b.v. de sleuteloverdracht van € 501,00 Dorpsraden Artikel 8: Specifieke subsidievoorwaarden Naast de in de “Algemene subsidieverordening welzijn en sport gemeente Sint Anthonis 2006” genoemde subsidievoorwaarden gelden de volgende specifieke voorwaarden: 1. De subsidie dient bestemd te worden aan reguliere activiteiten van de dorpsraden zoals b.v. het organiseren van informatieavonden en het raadplegen van de bewoners in de wijk etc. over relevante thema’s die een bijdrage leveren aan de leefbaarheid in de betreffende dorpskern. 2. De subsidieaanvrager dient tenminste 3 reguliere activiteiten te ontplooien. 3. Wijk- of buurtfeesten en recepties komen niet in aanmerking voor subsidie. Artikel 9: Subsidiegrondslagen 1. Een vast bedrag per dorpsraad van € 545,00. 2. Een bedrag per inwoner per dorpskern € 0,15. Artikel 10: Dorpsradenbudget 1. Voor dorpsraden die uitvoeringsgerichte projecten ontplooien die een bijdrage leveren aan de verbetering van de leefbaarheid, veiligheid en participatie in de betreffende woonomgeving wordt de volgende subsidie verleend. 2. Een subsidie van 75% in de kosten van een project met een maximum van € 750,00 per dorpsraad per subsidiejaar. 3. Om voor deze subsidie in aanmerking te komen dient aan de volgende voorwaarden te worden voldaan: 1. Een subsidie dient tenminste 13 weken voor de start van een project te worden aangevraagd. 2. De subsidieaanvraag dient vergezeld te zijn van een projectplan waarin de inhoud van het project wordt beschreven en waarin de kosten en baten van het project zijn vermeld. Artikel 11: Wijze van vaststelling 1. De subsidies genoemd in artikel 3, 5 en 7 van deze deelverordening worden op grond van artikel 10, lid 7 van de Algemene subsidieverordeningen zonder voorafgaande subsidieverlening vastgesteld. Hiertoe dient de instelling voor 1 april voorafgaande aan het subsidiejaar in te zenden: − Een gewaarmerkte ledenlijst − Een opgave van jeugdleden met vermelding van naam, adres, geboortedatum − Opgave van de contributieregeling. 2. Voor de subsidies genoemd in artikel 10 van deze deelverordening dient binnen 8 weken na afloop van het project een aanvraag tot vaststelling te worden gedaan. De aanvraag tot vaststelling gaat vergezeld van: − Een inhoudelijk verslag, waarin het project c.q. de activiteit, de bereikte doelstellingen en het aantal deelnemers worden beschreven. − Een overzicht van de kosten en de baten.
Artikel 12: Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de instellingen afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 13: Titel Deze verordening kan worden aangehaald als “Deelverordening vrijwilligerswerk”. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 juli 2005. De Raad voornoemd, De griffier, de voorzitter, mr.A.P.J L Keijzers
J.M.J. Verbeeten