Fundament Nieuws voor en van alumni van de Hoge Hotelschool Maastricht | nummer 24 | juli 2008
In dit nummer Nathalie Wolderling in de Wending | Nieuw HHM curriculum | Netwerk zonder naam | René Nevels In the picture | De Mening over kledingvoorschriften
1
4
De Wending Niet al onze afgestudeerden komen in de hotellerie terecht. Sommigen kiezen voor een loopbaan in het toerisme, de facilitaire dienstverlening of een andere verwante branche. Weer anderen gooien het roer radicaal om en gaan iets totaal anders doen. Over deze alumni gaat ‘de Wending’. In dit nummer is Nathalie Wolderling [F 1994] aan het woord over haar carrière in Amerika. Ze spreekt vloeiend Duits, Engels en Nederlands. Een gesprek voeren in het Frans of Spaans is geen probleem. Waar ze haar talen leerde? ‘Ik moet wel’, lacht Nathalie, ‘ik ben Nederlandse. Hoe moet ik anders communiceren? Weinig mensen die Nederlands spreken in deze wereld, toch!?’ Ze beheerst niet alleen haar talen. Ook haar carrière is niet mis. Nog maar net van de HHM wist ze al een baan bij A.T. Kearney in New York te bemachtigen. Een paar jaar later toog ze, na het behalen van haar MBA aan de prestigieuze universiteit
Columbia Business School, zelfverzekerd naar LA. Daar wist ze tot de Warner Bros familie toe te treden. In vijf jaar tijd wist ze de omzet van 500 miljoen naar 2 miljard te brengen en was ze verantwoordelijk voor miljoenencampagnes met bedrijven zoals Shell, Mattel and KFC voor zowel character brands Looney Tunes, Scooby Doo en Tom & Jerry, alsook voor films and tv series zoals Friends, ER, Batman & Robin, Space Jam en Harry Potter. Wat haar drijft? ‘Eigenlijk is het nogal banaal. Ik werk om te leven. Maar dat werken doe ik dan wel het liefste op mijn eigen ambitieniveau. Daar komt bij dat het in een land als Amerika anders ook weinig zin heeft om te werken. Day care kost voor twee kinderen al snel meer dan 2.000 dollar per maand. Je salaris moet dus redelijk hoog liggen wil je er iets aan overhouden.’ Naar de première met George Clooney Hoe kom je terecht in een business waar je met de
8
door Nicoline Wisse Smit [F 1994]
George Clooney’s en Arnold Schwarzenegger’s van deze wereld premières mag bezoeken in het glamoureuze LA? Hoe krijg je het voor elkaar dat je nog voor je dertigste verantwoordelijk bent voor merken als Looney Tunes, Scooby Doo en Tom & Jerry? ‘Ik ben op de HHM goed onderricht. De HHM ligt aan de basis van mijn carrière. De HHM is divers. Als je bijvoorbeeld alleen maar ‘law’ studeert, ben je niet stevig. Ik ben all round geschoold. Zonder de HHM was Columbia ook veel moeilijker geweest. Ik zag hoe mensen met een eenduidige studie als psychologie of geschiedenis worstelden. Voor hen was het behalen van de MBA echt zwaar. Ze hadden nog nooit statistiek gehad zoals wij dat op de HHM kregen, nog nooit een balans gezien.’ Nathalie is er van overtuigd dat haar carrière zonder de HHM heel anders was gelopen. Wanneer ze besloot om niet de hotellerie in te gaan? ‘Eigenlijk heb ik nooit de ambitie gehad om carrière te maken in de hotellerie. Ik heb de HHM gekozen omdat deze breed opleidt. ‘De
★ | Fundament pagina 1
★ |De Wending www.hotelschoolmaastricht.nl
Wending’ heeft denk ik definitief in het laatste jaar plaatsgevonden. Toen besloot ik een MBA in Amerika te willen doen.’ Definitief in het buitenland Het lijkt mij niet makkelijk om een baan te bemachtigen in LA. Dat wil toch iedereen? ‘Na het afronden van mijn MBA kreeg ik in Nederland door Ernst & Young een baan aangeboden. Maar ik wilde nog niet terug. Tijdens mijn MBA, heb ik als organisatrice voor de Media Management Organisation een studytrip naar LA georganiseerd en veel contacten opgedaan. Er waren weinig MBA-ers in LA. De contacten met het management in de diverse entertainment bedrijven zeiden dat ik een goede kans zou maken.’ Na vier jaar te hebben gewerkt voor Warner Bros en een omzetstijging van 500 miljoen naar 2 miljard te hebben meegemaakt en van 3 man direct personeel met 4 kantoren naar een organisatie van 12 kantoren, 20 agents en zo’n 250 man te zijn uitgegroeid, was Nathalie op. Ze overwoog om terug te komen naar Europa. Ze kreeg een aanbod van Endemol voor een niet misse baan. Maar uiteindelijk kwam ze tot de conclusie dat, hoewel ze Europa soms mist, ze Amerika nog steeds heel leuk vond en dat ze fijne vrienden heeft. ‘Nederland is toch wel heel klein. Ik hou ervan me te kunnen terugtrekken en drie dagen met een boek op de bank door te brengen. Die ruimte heb ik in Amerika. Een half jaar nadat ik de keuze maakte om in Amerika te blijven, kwam ik John tegen. We woonden ieder aan de andere kant van Amerika. Binnen acht maanden zijn we over de toekomst gaan praten, aangezien we meer op vliegvelden zaten dan dat we samen waren.’ Europees denken Dat resulteerde uiteindelijk in een huwelijk en een verhuizing van LA naar Bristol waar Nathalie en John gelukkig getrouwd zijn en samen hun twee kinderen, Jordan (5,5) en Jesse (4) opvoeden. Warner Bros liet een contractverbreking toe omwille van een baan binnen de Time Warner familie bij Warner Music aan de
Oost Kust. Helaas werden door een fusie met EMI, hele divisies ontslagen en daarom besloot ze om de dotcom wereld te verkennen waar ze een korte periode werkte voor Flooz.com, een bedrijf gespecialiseerd in online giftcertificates.Toen ze zwanger werd besloot ze een carrièreonderbreking in te lassen. ‘Mensen verklaarden mij voor gek. Ik zou nooit meer op hetzelfde niveau terug kunnen keren op de arbeidsmarkt. Ik heb vijf jaar lang gemoederd met af en toe ter afwisseling een klein consultancyproject. Ik heb het gevoel dat de eerste levensjaren toch het meest essentieel zijn, die wilde ik er voor mijn kinderen zijn. John en ik hechten sowieso veel waarde aan ons gezinsleven. Dat is soms wel passen en meten. Hij heeft een top-baan als engineer en maakt lange dagen. Toch eten we iedere avond, als ik niet op reis ben, samen met het gezin. Dat is in Amerika niet zo gewoon. Daar eet men staande aan de bar, achter de televisie en vaak niet samen. Hoewel John Amerikaans is, denkt hij heel Europees. We doen ook niet mee aan de hype in Amerika dat kinderen elke dag een andere sociale activiteit moeten ondernemen. Jordan en Jesse doen allebei één sport en zitten op zwemles. Dat is voldoende. Ik wil dat ze vooral gewoon 4 en 5 jaar kunnen zijn en tijd hebben voor play dates.’ Bedrijven gaan voor diversiteit Het lukte Nathalie om op hoog niveau terug te keren op de arbeidsmarkt. Waarom ze voor sportzender ESPN koos? ‘Omdat het hoofdkantoor op 15 minuten rijden van mijn huis zit. Eigenlijk zit mijn divisie niet in Bristol, maar in New York. Maar ik heb het geluk dat diversiteit in Amerika enorm belangrijk is. Dus willen ze vrouwen in het management. Bovendien ben ik met mijn Europese achtergrond natuurlijk extra divers. Ik heb een kantoor in Bristol waar ik voornamelijk werk en probeer 1 dag in de week in New York te zijn. Ik reis wel erg veel, maar de huidige technologie van PDA’s zorgt ook voor de flexibiliteit dat ik vrijwel mijn eigen tijden kan bepalen als ik in de States ben. Family comes first is ESPN’s motto, dus ik kan nog wel room
CV Nathalie Wolderling Opleiding: Funda 1994 en MBA, Columbia Business School, New York 1996 Werkte onder andere bij: A.T. Kearney, New York, Warner Bros. Consumer Products, L.A. en Flooz.com Sinds 2007: Verantwoordelijk voor consumer products bij de sportzender ESPN, een product van Disney
mother zijn op school, meegaan met schooltripjes, mijn kind naar de dokter brengen omdat hij een kraal in zijn neus heeft gestopt en de kinderen van school halen als ik in Bristol op het kantoor van ESPN zit.’ Bovendien behoort ESPN tot de Disney family en dat brengt leuke voordelen met zich mee, zoals gratis toegang tot de Disney parken, mega discounts op Disney hotels en cruisevakanties. ‘Dan heb je het voor je kinderen wel gemaakt’, lacht Nathalie. De kracht van de HHM Je bent bij ESPN weer verantwoordelijk voor consumer products. Ligt daar jouw kracht? ‘Ik ben resultaatgericht. De markt van consumer products sluit daarbij aan. Momenteel ben ik voor ESPN onder andere bezig om een energie drankje in de markt te zetten. Dan bouw je aan een miljoenen business. Dat is echt kicken! Het willen zien van resultaten, sluit mijn inziens ook aan bij het praktische karakter van de HHM. Daar ben je ook niet alleen bezig met plannen en bedenken van concepten. Daar ga je van idee tot uitvoering. En in dat traject gebruik ik dagelijks kwaliteiten die ik op de HHM leerde. Van het aansturen van mensen, het opstellen van een business plan, tot presenteren en waar maken wat je belooft. In dat opzicht ben ik een echte Hotello.’ ★
★ | Fundament pagina 2
★ |We keep in touch www.hotelschoolmaastricht.nl www.hotelschoolmaastricht.nl
De geboorte van een netwerk zonder naam Op de HHM zijn er heel veel clubjes, zoals dispuut, jaarclub of gezelschap. Het fenomeen begint al wanneer men net op school komt. Welke gang profileert zich het eerste met een eigen gangtrui? Naast officiële verbanden ontstaan er ook veel spontane vriendschappen tijdens de studententijd. Vriendschappen voor het leven. In ‘We keep in touch’ komt steeds een vriendenclubje aan het woord. Dit keer aandacht voor de oprichting van Sociëteit Bethlehem. Een initiatief van Maarten Dekker [F 1996], Marco ten Hoopen [F 1995], Ingrid Koek [F 1996], Freek Laeven [F 1995], Jochem Schellens [F 1996] en Mark Steinfelder [F 1996]. Op donderdag 5 juni kwam een dertigtal alumni op de Hooizolder van Château Bethlehem bij elkaar om van gedachten te wisselen over de creatie van een uniek netwerk. Een netwerk dat zich onderscheidt door diversiteit, thematiek en persoon. Een netwerk rondom alumni van de HHM. Verbondenheid als gemeenschappelijke noemer Valt een netwerk te creëren of moet het als vanzelf ontstaan? ‘Sociëteit Bethlehem bestond eigenlijk al voordat het idee echt vorm kreeg’, vertelt Mark Steinfelder. ‘Voor een netwerk is een gemeenschappelijke noemer vereist. Die verbondenheid is sterk aanwezig tussen hotelschoolstudenten. Business doen met Hotello’s gaat als vanzelf. Je spreekt dezelfde taal, je deelt dezelfde achtergrond. Bovendien is het idee voor de creatie ontstaan uit het informele netwerk dat wij als initiatiefnemers al met elkaar hadden. Samen handelen we hier en daar in wijn. Het contact over en weer en samen met iets anders bezig zijn, wilden we meer vormgeven.’
Netwerktalenten ontplooien De groep initiatiefnemers besloot om onder circa 60 alumni de behoefte aan een netwerk te evalueren. De animo was groot. Uiteindelijk waren op 5 juni circa 30 Hotello’s, die hun Funda tussen 1984 en 1998 behaalden, aanwezig. Ger-Jan Wassink verzorgde samen met een aantal studenten een welkome ontvangst. Bijzonder was het om te zien hoe de aanwezigen hun netwerktalenten als van nature ontplooiden en elkaar naadloos wisten te vinden. Het leek erop alsof nog voor aanvang van het officiële gedeelte een netwerk was geboren. ‘Geeltjes’ plakken In een ontspannen setting lichtte Mark de achtergrond van het initiatief en het doel van de dag toe. Vervolgens was het woord aan Jack de Waard [F 1992] die door de initiatiefnemers en vanuit zijn rol als eigenaar van het training en coachingbureau FairField was gevraagd om scherp te krijgen of Sociëteit Bethlehem bestaansrecht heeft en waaraan een dergelijk netwerk moet voldoen. Na een korte toelichting over de werkwijze van FairField en de in te zetten methodiek werd de groep opgedeeld in vier subgroepen. Ieder groepje formuleerde in korte tijd wat het uit een mogelijk netwerk wil halen. Vervolgens werd dit gepresenteerd. Aansluitend werden prioriteiten gesteld met behulp van metaplanning. Door het plakken van ‘geeltjes’ konden de aanwezigen op individueel niveau aangeven waar hun behoefte ligt. In de top drie stonden: opdoen van inspiratie en geprikkeld worden, exclusief en business doen. Snel tot resultaat ‘Metaplanning is een instrument dat wij binnen ons werk vaak gebruiken’, licht Jack toe, ‘het is een eenvoudige en snelle manier om tot resultaat te komen. Een instrumentarium dat mensen het gevoel geeft te
door Nicoline Wisse Smit [F 1994]
zijn gehoord. Dat is in een proces als de creatie van een netwerk niet onbelangrijk. Naast een gezamenlijke, bindende factor is het van belang om een duidelijk doel voor ogen te hebben. Zonder nut heeft een netwerk geen bestaansrecht.’ Netwerk zonder naam Nadat het doel van het netwerk was vastgesteld, kwamen de voorwaarden aan de orde. Hoewel een aantal zaken, zoals de frequentie van de bijeenkomsten en het aantal gewenste deelnemers, nog niet geheel is uitgekristalliseerd, kan worden gesteld dat Sociëteit Bethlehem alle potentie heeft om uit te groeien tot een succesvol netwerk. Het is nu aan de initiatiefnemers om de bevindingen verder uit te werken. Zij zullen ook stilstaan bij de criteria waaraan iemand dient te voldoen om tot het netwerk toe te treden en de wijze waarop deelname plaatsvindt. Duidelijk is dat de bijeenkomsten in ieder geval op een creatieve wijze zullen worden ingevuld en met een hoog fun-gehalte aanzetten tot nieuwe inzichten en samen zakendoen. Tevens zal op verzoek van de potentiële, aanwezige leden een nieuwe naam voor het netwerk verzonnen worden. Een avond van een Hotello Het fun-gehalte dat als een van de voorwaarden is gesteld, was op 5 juni in ieder geval aanwezig. Met een knipoog naar het ontstaan van het netwerk verraste Mark de aanwezigen met een fles wijn, waarna er werd geborreld op het bordes en een diner in het Klassieke Restaurant volgde. Ach ja, en aan een Hotello hoef je niet uit te leggen dat de avond in de bar eindigde… Mark: ‘Het ziet er naar uit dat een nieuw netwerk is geboren. Met dank aan de gastvrijheid van de HHM.’ ★
★ | Fundament pagina 3
★ | In the picture www.hotelschoolmaastricht.nl www.hotelschoolmaastricht.nl
René Nevels Dit keer staat René Nevels in the picture. René is instructeur Klassieke keuken aan de HHM. ‘In the picture’ vertelt je meer over deze creatieve kookfanaat die met hart en ziel zijn culinaire passie op studenten overdraagt. Hoe is je passie voor koken ontstaan? ‘Als kind wist ik meteen dat ik kok wilde worden. Op mijn vijftiende ging ik al in de leer bij La Ville Blanche in Thorn. Groenten snijden en de kunst bij de chef afkijken. De kwaliteit van een kok wordt bepaald door de zaken waar hij gewerkt heeft. Dus ik verkaste regelmatig. Mijn ambitie was om steeds bij te leren van inspirerende chefs. Overal in Nederland zijn horecakroegen, zoals de Golden Gate in Den Haag. Als je daar liet vallen dat je bij de Karpendonkse Hoeve had gewerkt, was dat alweer voldoende voor een volgende baan.’ Wat waren zoal de hoogtepunten in je werk? ‘Teveel om op te noemen. Han de Wijs in Laren had de eerste sterrenzaak met bistro. We kregen er popsterren als de Stones die toentertijd platen opnamen in de Wisseloord studio’s. Geld speelde geen rol. Ze betaalden grif 1200 gulden voor een fles wijn en waren meestal te stoned om hem op te drinken. Daar heb ik dus wijn leren drinken! Chefs namen je mee naar Italië om truffels te halen. Of naar de markt in Antwerpen waar we complete dieren en kisten groenten meenamen. Ik kookte voor Paus Johannes Paulus, maar ook bij Wisse Dekker (oud-topman bij Philips, red.) thuis.’ Hoe hield je het vol? ‘Koken op hoog niveau is inderdaad topsport. Na vijftien jaar wilde ik een iets normaler leven opbouwen. Ik werd gevraagd om ‘De Zonnewijzer’, een kroeg in Thorn, over te nemen. Een café voor kunstenaars en horecamensen. Ik bracht het terug in de orginele staat; wat meer eten en speciaalbieren. Ik had houten café-tafels, maar wel Wedgwood en tafelzilver. Ik organiseerde thema-avonden met wild, Italiaanse keuken en mosselen. Dat trok al snel een vaste groep enthousiaste gasten. Na drie jaar ging de brouwerij moeilijk doen omdat ik meer wijn dan bier verkocht. En de concurrentie morde dat ik geen kaart mocht voeren in een café. Voor mij een signaal dat het tijd werd voor iets anders. Ik werd chef-kok in La Ville Blanche en ging voor Golden Tulip keukenconcepten voor hun hotels opzetten.’ Wat bezielde je met zo’n loopbaan om het onderwijs in te gaan? ‘Het begon met examens afnemen bij een mbo koksopleiding. Via vervanging
door Nicoline Wisse Smit [F 1994]
CV RENÉ NEVELS Geboren: Thorn, 1963 Burgelijke stand: Getrouwd met Nicole en vader van Lisan Opleiding: Koksopleiding Sittard, SVH Leermeester, Specialisatie patisserie Loopbaan: (onder andere) La Ville Blanche, Thorn; Karpendonkse Hoeve, Eindhoven; la Provence, Laren; Auberge de Kievit, Wassenaar; Villa Rozenrust, Leidschendam; De Zonnewijzer, Thorn; Gilde opleidingen; Hoge Hotelschool Maastricht Favoriete gerecht: Gebraiseerde zwezerik met truffelsaus zoals ooit gegeten bij Kees Helder in Parkheuvel Moeilijkst om te maken: Patisserie. Je moet er geduld voor hebben en het komt op grammen aan! Keukenheld: Nu: Hans van Wolde. Zijn Beluga is een wereldzaak die zo in New York kan worden gezet. Toen: Kees Preide, voormalig chef-kok van Juliana in Valkenburg. Hij heeft nooit de roem gekend die hem toekwam en Cas Spijkers wel. Typisch René: Last minute, kunst, Alfa Romeo, alles wat Italiaans is, experimenteren met texturas
kwam ik steeds meer met onderwijs in aanraking. Het werken met jonge mensen beviel me uitstekend. En ondertussen was ik gesetteld met Nicole en vader geworden. Toen ik aan een soort ‘fifteen project’ (Jamie Oliver, red.) werkte, belde Sjra Theunissen van de HHM. Van paupers ging ik naar prinsen en prinsessen, zeg ik altijd. Deze HHM studenten zijn niet allemaal gemotiveerd voor de keuken, maar door het goede voorbeeld te geven krijg je er wel wat beweging in. Koken leren ze toch niet, maar ik leer ze bewust om te gaan met dure materialen, respect te ontwikkelen voor het product en voor de gast. Als iets mislukt, baal ik natuurlijk. Maar ik wil vooral dat de student snapt dat een mislukking heel veel geld kost! Ik heb leuke dingen meegemaakt met studenten en geniet er nog steeds van.’ Zie je wel eens een potentiële topper in je keuken? ‘Een of twee keer per jaar komt er een student voorbij waar je het helemaal in ziet. Zoals momenteel Arie Visscher. Deze jongen heeft een enorme passie voor het vak. Ik heb hem geïntroduceerd bij Beluga en uiteindelijk heeft hij zijn managementstage bij de Librije in Zwolle mogen lopen. Die jongen komt er wel!’ ★
★ | Fundament pagina 4
★ | In en om de HHM www.hotelschoolmaastricht.nl
Start: februari 2009
Door Rita Kusters/Ankie Hoefnagels
Nieuwe HHM Curriculum: ambitieus en veeleisend ‘Demand-driven, distinctive, professional, demanding…’ Dit is de ambitie die de HHM heeft geformuleerd voor het nieuwe onderwijsprogramma, dat met ingang van 1 februari 2009 wordt aangeboden. Het is een ambitieus programma, dat vraagt om optimale inzet van studenten én docenten. Deze vernieuwing is nodig om de plek in de top van het nationale en internationale hotelonderwijs te waarborgen. Een curriculum dat de HHM in de gelegenheid stelt adequaat in te spelen op de (veranderende) wensen van studenten en te anticiperen op de ontwikkelingen in de markt. Een programma dat flexibel is, veel ruimte biedt voor maatwerk en studenten in de gelegenheid stelt te excelleren. We geven het woord aan Rita Kusters, docent Communicatie en lid van de Curriculum Commissie. ‘Het nieuwe curriculum bouwt deels voort op ‘Plan 2000’’. Dit programma, ontworpen door de toenmalige directeur Cees van der Klip, is onderscheiden met verschillende (internationale) awards. Toch zijn we anno 2008 opnieuw toe aan een verbeterslag. Verbeteringen De verbeterslagen die we hopen te maken met het nieuwe curriculum zijn: - een betere afstemming van het curriculum op het Beroeps-en Opleidingsprofiel dat in 2004 geformuleerd is door alle hogehotelscholen in Nederland;- meer maatwerk / keuzevrijheid voor studenten bij de inrichting van hun studieloopbaan in combinatie met doelgerichte coaching; - studenten eerder confronteren met de beroepspraktijk; - strengere selectie in het eerste jaar. Alleen (gemotiveerde) studenten, die hebben aangetoond te beschikken over de juiste competenties en de juiste attitude starten in jaar 2. - het realiseren van volgtijdelijkheid bij het aanbod van de leerstof. Dus alle studenten starten met dezelfde modules, zodat in een volgende fase de opgedane kennis en vaardigheden de basis vormen voor verdere ontwikkeling. - Het verbeteren van de toetsen. Meer aandacht voor assessments. Uitwerking curriculum Op basis van het competentieprofiel Hoger Hotelonderwijs is een aantal ‘beroepsproducten’ gedefinieerd. Onder een beroepsproduct verstaan we de tastbare ‘output’ die een student geacht wordt te kunnen leveren in een bepaalde fase van zijn opleiding (een ondernemingsplan bijvoorbeeld). Elke onderwijseenheid is zo opgebouwd dat de student eerst de benodigde kennis verwerft en deze daarna toepast bij het realiseren/vervaardigen van deze
beroepsproducten. Gedurende de opleiding toont de student via assessments aan dat hij of zij de 10 competenties uit het Beroepsprofiel op een steeds complexer niveau beheerst. Dubbele instroom Om alle studenten de leerstof in dezelfde volgorde te kunnen aanbieden, hebben we ervoor gekozen vanaf februari 2009 te starten met twee instroommomenten. We groeien in enkele jaren toe naar een situatie waarbij de helft van de eerstejaarsstudenten instroomt in september en de andere helft in februari. Op deze wijze volgen alle studenten in leerjaar een en twee hetzelfde studieprogramma. Zelfsturing, competentiegericht Zoals uit het bovenstaande valt af te leiden, is het curriculum zodanig vormgegeven dat een student –geleidelijk- een ontwikkeling doormaakt van aanbodsturing naar vraagsturing. De eerste 3 semesters (anderhalf jaar) zijn behoorlijk strak gestructureerd. Leerdoelen liggen vast. Na de praktijkstage neemt de student het initiatief over. Hij/zij heeft meer keuzevrijheid en er is ruimte voor specialisatie en verbreding. En de student stelt een persoonlijk ontwikkelplan (POP) op en bepaalt zo zijn/haar eigen profiel (maatwerk!) Daarbij krijgt hij/zij ondersteuning van een coach, een speciaal voor deze taak getrainde docent. Nu ligt de verantwoordelijkheid voor de competentieontwikkeling bij de student. Gaat de student, na het behalen van de Funda, als beginnende beroepsbeoefenaar aan de slag, dan zet hij/zij deze ontwikkeling voort. De tweede fase van de opleiding sluit naadloos aan op de beroepspraktijk, waar het principe van ‘life long learning’ inmiddels breed ingang heeft gevonden. Uiteraard kan de student ook kiezen voor een masterstudie aan een universiteit. Met de universiteit van Maastricht werken we momenteel aan een ‘doorstroomminor’ die excellente studenten in staat stelt in een jaar hun Mastertitel International Business toe te voegen aan hun Funda. Kortom.. Onze ambities liegen er niet om. Maar, zoals eerder opgemerkt, deze verbeterslag is nodig, willen we een speler van formaat blijven op het (inter)nationale veld van de hotellerie. Afgelopen jaar is veel gesproken over de te kiezen route en we kunnen nu zeggen dat de grote meerderheid van de HHM-medewerkers en ook de studenten, vertegenwoordigd in verschillende overlegorganen, actief participeren in dit verandertraject.’ Wordt vervolgd! ★
★ | Fundament pagina 5
★ | Om te weten www.hotelschoolmaastricht.nl
Om te weten Ben je verhuisd, heb je promotie gemaakt, een post-hbo op post-universitaire studie afgerond of ben je voor jezelf begonnen, laat het ons weten. ‘Om te weten’ besteedt aandacht aan wetenswaardigheden van de HHM en somt veranderingen en ontwikkelingen op betreffende jouw loopbaan. ‘Om te weten’ staat stil bij het wel en wee van alumni. Feiten en cijfers, geef ze aan ons door!
Geboren op 5 juni: Noud en Juliette, zoon en dochter van Jessica van Hoek [F 1995] en Maarten Dekker [F 1996], broertje en zusje van Thijs en Wessel.
Afscheid Na beiden ruim 18 jaar in diverse functies aan de HHM verbonden te zijn geweest – velen van jullie kenden hen met betrekking tot stages en externe contacten – hebben Mieke Vervoort, hoofd stages, en Hans Jacometti, docent, besloten gebruik te maken van de mogelijkheid om vervroegd uit dienst te treden en te gaan genieten van hun welverdiende vrije tijd. Op 16 mei hebben collega’s en externen afscheid van hen genomen. Lodewijk van der Grinten Zoals uitgebreid aangekondigd in de vorige editie van Fundament, nummer 23, zet Lodewijk van der Grinten, voormalig directeur HHM, zijn carrière per 1 juni voort als directeur bij Koninklijk Horeca Nederland. Vrijdag 30 mei nam de HHM afscheid van hem met een feestelijke borrel. Babies Rectificatie Helaas zijn enkele foto’s van geboren baby’s in de vorige editie van Fundament, nummer 23, verkeerd geplaatst. De tekst komt hierdoor niet overeen met het betreffende beeldmateriaal. Hiervoor onze excuses. Geboren op 27 maart: Tygo, zoon van Laura van der Heyden [F 2002] en Sander de Fost [F 1999]. Geboren op 9 juni 2008: Siem, zoon van Annemieke Heintges [F 1997] en Rutger Meijerink [F 1997], broertje van Bo.
Getrouwd
Carrière Op 20 maart installeerde het College van Bestuur van Hogeschool InHolland drs. Angelique Lombarts [F 1986] als Lector City Marketing & Leisure Management.
Ilse Borgers [F 1991] en Coen Nihot [F 1992] zijn met hun kinderen naar Zuid-Frankrijk getrokken om ‘Les Escaliers de La Combe’ op te bouwen. Een chambre d’hôtes met een klein kampeerterrein. ‘Hier op het Franse platteland hebben we rust, ruimte, eenvoud en hartelijkheid gevonden. Een gevoel om te delen met onze gasten. Door ze op de mooiste dorpjes en de leukste marktjes te wijzen. Door ze mee te nemen naar het wijnkasteel van onze buren en ze iedere avond de allerlekkerste Franse plattelandsgerechten te serveren. Kinderen? Van harte welkom: er is bij ons en in de directe omgeving van alles te doen!’ www.lesescaliers.com.
Ellen van Bakel [F 2004] en Hector Sampedro zijn op 1 mei in het huwelijk getreden in Orlando, Florida. IN DE PRIJZEN Tijdens de 11e Asia Pacific Hotel Investment Conference is Koos Klein [F 1981], President Hilton Hotels – Asia Pacific, benoemd tot ‘Asia Pacific Hotelier of the Year 2007’. Een prijs die hij in ontvangst mocht nemen vanwege zijn bijzonder grote verdienste voor de gastvrijheidsindustrie in Azië. Nieuwe directeur De heer drs. Ad Smits wordt per 1 september de nieuwe directeur van de HHM. Ad Smits is een onderwijsman pur sang en geen onbekende binnen Hogeschool Zuyd. Sinds december 2004 is hij namelijk werkzaam als directeur van de faculteit Facility Management van Hogeschool Zuyd. Daarvóór heeft hij diverse interim-functies op directieniveau bekleed binnen Fontys Hogescholen en Schoevers. Ad Smits is afgestudeerd aan de Universiteit in Nijmegen met als afstudeerrichting Sociale Ethiek en Economie als bijvak. ★
★ | Fundament pagina 6
★ | De Mening
Kledingvoorschriften In ‘De Mening’ zijn afgestudeerden van diverse pluimage aan het woord. Zij geven hun mening over een bepaalde stelling of een thema dat met de gastvrijheidsbranche te maken heeft. Dit keer voelden we enkele oud-studenten aan de tand over de volgende vraag: hoe bepalend is kleding in het bedrijfsleven en in de gastvrijheidsbranche en sta je anders tegenover de dresscode voor en na het afstuderen? Een kledingvoorschrift of dresscode is een code die aangeeft welke soort kleding geschikt of verplicht geacht wordt, al dan niet tijdens een bepaalde gelegenheid. De HHM kent haar bekende Tenue de Ville, waar studenten vanaf dag één over geïnformeerd worden. Begrijpelijk, vanwege het (veelvuldige) contact met gasten waarbij een gepaste presentatie belangrijk is. Maar hoever kan men hierin gaan, bijvoorbeeld als zij in de schoolbanken zitten? Mag men van studenten verlangen dat zij dan geen jeans aantrekken, oorringen of een hoofddeksel dragen? En hoe zit het eigenlijk met kledingvoorschriften in het bedrijfsleven? Veel bedrijven hanteren een dresscode, de verschillen hierin zijn echter enorm. Wat kan en wat kan niet? Bedrijfsvisie uitstralen door kleding - Carlijn Gielens [F 2006], Deskmanager, NH Krasnapolsky In elke branche zijn kledingvoorschriften bepalend. Kleding geeft weer hoe het bedrijf zich presenteert aan zijn klanten. Het maakt daarbij niet uit of je in het bedrijfsleven of in de gastvrijheidsindustrie werkt. Het uiterlijk en dan ook vooral kleding wordt steeds belangrijker in de beoordeling van klanten en gasten. Ter illustratie; wanneer in een restaurant de bediening vuile werkkleding draagt, nodigt dit minder uit om daar te gaan eten. Het is dus belangrijk dat men er representatief uitziet en de bedrijfsvisie uitstraalt door middel van de kleding. In die zin kijk ik anders tegen de dresscode van de HHM aan; het Tenue de Ville mag wat meer met de tijd mee gaan. Neem het voorbeeld van de sjoker; dit wordt in de praktijk steeds minder gedragen. Aan de andere kant mag men wel verwachten dat bij bepaalde colleges zoals gastcolleges, de studenten in pak komen. Kom je in vrijetijdskleding dan behoort die het niveau en de kwaliteit van de opleiding uit te stralen. Duidelijkheid, gelijkheid en professionaliteit - Roel Wolbrink [F 1994], Mede-eigenaar New Tailor en schrijver van onder andere ‘Het Blauwe Boekje’ Kledingvoorschriften moeten duidelijkheid geven, ook in het bedrijfsleven, over wat qua kleding wenselijk is. Daarnaast zorgen kledingvoorschriften voor homogeniteit. Zowel op de HHM als in het bedrijfsleven doe je dus
met kledingvoorschriften hetzelfde: je creëert gelijkheid en professionaliteit. In sommige beroepen zelfs tot een uniform aan toe, denk maar aan een kok, een arts of een agent. Herkenbaarheid gegarandeerd! De bedrijfskleding kan in de horeca wel eens beter, net als het gebruik van de juiste materialen (polyester). En last but not least: kleding moet passen bij een niveau/functie. In een sterrenrestaurant verwacht je geen gastheer met een kostuum van de Makro en bij een bistro geen ober in een driedelig maatpak. Betreffende de HHM: de benaming Tenue de Ville (vroeger een grijze broek met blauwe blazer) kan beter vervangen worden door ‘pak’, dat is een stuk duidelijker. Ik vind het goed dat studenten tijdens bedrijfspresentaties en officiële gelegenheden in pak moeten verschijnen. Hiermee kan de knop omgezet worden bij studenten. Het is voor hen, net als voor het gros van de Nederlanders, immers heel gewoon om alleen met sporten aangepaste kleding aan te trekken. ‘Dress who you inspire to become’ - Tom Overmeer [F 1966], docent Hospitality Management, HHM In eerste instantie leidt de HHM op voor een managementfunctie in de - nogal conservatieve - gastvrijheidsindustrie. Veel van onze studenten gaan op hun stages en na het behalen van hun Funda naar het buitenland waar men over het algemeen (heel) wat conservatiever is in veel opzichten en ook voor wat betreft de kleding. Je hier op school aanpassen aan het door de student zelf uitgekozen beroepenveld is dan geen overbodige luxe. Wil je officier in het leger worden en ben je aangenomen op de KMA dan staan de kledingvoorschriften vast; evenzo bij de zeevaartschool in Amsterdam, Terschelling of Vlissingen of de politieopleiding in Apeldoorn. Ik ben er voorstander van dat de studenten zich ‘smart casual’ kleden. Een spijkerbroek kan zeker. Maar geen ‘skate board’ spijkerbroek met het kruis tussen de enkels. Bij de aspirant-studenten, die zich aanmelden voor de selectie, zijn er ieder jaar meer die zich niet weten te kleden voor de gelegenheid (eigenlijk een soort sollicitatiegesprek), en ook hun uiterlijke verzorging laat meer en meer te wensen over. In het kort: ‘Dress who you inspire to become’. Passende kleding is een must - Debby Rauwers [F1995], Eigenaar van La Pura Vista (Bonaire) en Management Connexions (Nederland) De dresscode van de HHM, Tenue de Ville, werd door ons vaak ‘Tenue debiel‘ genoemd, wat al aangeeft hoe wij er over dachten. Deze mening is de afgelopen jaren toch wel veranderd. Passend representatief gekleed zijn is een must in de gastvrijheidsbranche. Met de nadruk op ‘passend’. Passend bij (het niveau van) de gelegenheid en de locatie, de weersomstandigheden, de mode,
door Andrea Hodzelmans [F 2004]
de gasten en mensen om je heen en hetgeen je wilt uitstralen. Niemand zit te wachten op een gastheer of -vrouw in een 5-sterren hotel met een mouwloos shirt en sandalen aan de voeten, waar de kalknagels goed in uitkomen, ook al is het 30 graden. Daarnaast is het in de tropen niet passend om in driedelig pak met stropdas (en het zweet op je voorhoofd) je gasten te ontvangen. De nadruk op Tenue de Ville tijdens de studie was zo gek dus nog niet, zij het tijdens bepaalde gelegenheden. Wat dat betreft kan er in Nederland nog heel wat verbeterd worden. Verplaats je in de ander - Ralph Leenders, docent Ethiek, HHM Kledingvoorschriften houden mensen al lang bezig. Dat een HHM daar ook over meedenkt is natuurlijk logisch. Onze studenten komen immers vaak terecht in representatieve bedrijven en/of functies. De vraag wat verantwoorde kleding is, is gemakkelijker te beantwoorden dan wanneer deze kleding gedragen moet worden. We kunnen natuurlijk de gevestigde etiquette-boeken erbij nemen maar dan lopen we de kans dat we voor de klassieke uitingsvormen wel een antwoord zullen vinden, zoals welke kleding dragen we bij bruiloften of diners, maar voor veel uitingsvormen zal ook de etiquette-bijbel vaak geen antwoord geven. Dat kan ook niet want het hele leven bestaat uit uitingsvormen die door miljarden mensen in de hele wereld worden getoond. Misschien is een goede leidraad dat mensen zich verplaatsen in de ander. In een tijd van individualisering -en sterke ikgerichtheid wellicht een provocerende gedachte, maar toch.... Enige kennis van wat betamelijk genoemd kan worden is, natuurlijk nooit weg, maar kan mijns inziens nooit worden gecompenseerd door de opvolging van regels uit het etiquette-boek. Innerlijk en uiterlijk zouden ook gelijke tred moeten houden en daar ligt nu net de verbinding tussen ethiek en etiquette; tussen uiterlijke en innerlijke wellevendheid. Wat bovenstaande voor de HHM zou moeten inhouden is een volgende vraag die niet zo eenvoudig is te beantwoorden. Dat bij representatieve aangelegenheden de studenten er netjes gekleed uitzien, is evident. Voor mij betekent ‘netjes uitzien’ je niet uitsluitend aan het Tenue de Ville houden. In hoeverre de HHM ook bindende regels moet stellen met betrekking tot het uiterlijk op school, ben ik enigszins afwachtend. Met warme dagen luchtig gekleed gaan of het dragen van dispuutkleding tijdens colleges, mits niet aanstootgevend, stoort mij persoonlijk niet. Als er situaties zijn die mij persoonlijk wel raken, spreek ik de betreffende student erop aan en mijn ervaring is dat dit dan in overleg wordt geregeld. Ook hierbij hanteer ik de methode van zelfreflectie, die mijns inziens beter werkt dan het voorschrijven van regels. ★ ★ | Fundament pagina 7
★ | Bijbanen www.hotelschoolmaastricht.nl
★ | Colofon
door Nicoline Wisse Smit [F 1994]
Cocktailshaker Eelco Ossentjuk Nummer 24, juli 2008 Fundament is een uitgave van het Alumni Netwerk van de Hoge Hotelschool Maastricht.
Het gezegde ‘jong geleerd, oud gedaan’ is op de studenten van de HHM zeer van toepassing. Werk in de horeca is voor velen een inspiratiebron om voor de HHM te kiezen. Een namenrondje in een willekeurige klas levert een waaier aan bijbanen op. Bij grote evenementen als de TEFAF zijn de klassen soms half leeg. Tot leedwezen van docenten. Een groep studenten vliegt de hele wereld over om te cateren bij de Formule 1 wedstrijden. En een aantal studenten zet tijdens de studie zelfs al de eerste schreden op de weg naar ondernemerschap. In deze Fundament een profiel van professioneel cocktailshaker Eelco Ossentjuk. Eelco Ossentjuk, tweedejaars student HHM Bachelor • Bijbaan: Cocktailshaker bij Shake and Serve, Maastricht • www.shakeandserve.nl • Het bedrijf: Shake and Serve is een jong, dynamisch team van getalenteerde en representatieve cocktailshakers onder leiding van Pieter van Veldhoven die u op een professionele wijze de meest verrassende en uiteraard smakelijke cocktails serveren. Op elke gewenste locatie. Shake and serve biedt een mix van kennis, smaak, presentatie en sfeer. • Activiteiten: It’s all about mixing. Van cocktails op locatie tot workshops en trainingen.• Aantal uren per week: Wisselend tot soms zo’n 20 uur per week. Van afwas tot bediening ‘In de vierde klas van het VWO begon het te kriebelen’, vertelt Eelco enthousiast. Sindsdien is hij gegrepen door de horeca. Al op dertienjarige leeftijd spoorden zijn ouders hem aan tot werken. Na enkele jaren in kassen te hebben gewerkt, maakt hij de switch naar de horeca. In Restaurant Bibelot in Waddinxveen, waar Eelco opgroeide, wist hij vanuit de afwas al snel een plaatsje achter de bar en later in de bediening te verwerven. Tevens werkte hij een zomer in de horeca in Gouda. Cocktails shaken kan ik je leren Al tijdens de open dag wist Eelco dat Maastricht het voor hem was. Toch reisde hij het eerste jaar nog regelmatig naar Waddinxveen om uit te helpen bij Restaurant Bibelot. Ondertussen keek hij voorzichtig rond naar een bijbaan in Maastricht. ‘Ik zocht iets waarin ik nieuwe dingen zou leren en waarin ik mijn passie kwijt kan. Ik wil me kunnen geven in mijn werk.’ Tijdens een thema-
avond in Restaurant Bibelot kwam Eelco toevalligerwijs een jongen tegen die eerder een van de cocktailcolleges op de HHM verzorgde. Ze raakten in gesprek. ‘Ik vroeg hem of ik bij hem zou kunnen werken en of hij mij geschikt achtte als cocktailshaker. Hoewel het klikte, bleek het in de praktijk niet echt handig. Het bedrijf zit in Amsterdam. Maar hij bracht mij in contact met Pieter van Veldhoven, de eigenaar van het Maastrichtse Shake and Serve. Achteraf vertelde Pieter mij dat hij al in de eerste minuut de beslissing had genomen om mij aan te nemen. ‘Cocktails shaken kan ik je leren, flair moet je hebben’, zei hij’, vertelt Eelco. Trainingen geven Het werk als cocktailshaker noemt Eelco veelzijdig. Niet alleen vanwege de vele locaties waar hij werkt. Vooral de diversiteit van het werk spreekt hem aan. ‘Werken voor Shake and Serve is veel meer dan het maken van cocktails. Hoewel ik dat shaken wel erg leuk vind trouwens. Het is echt een uit de hand gelopen hobby. Ook thuis probeer ik van alles uit. Naast het shaken zelf wordt er als cocktailshaker van je verwacht dat je een stukje entertainment brengt. Je vertelt mensen wat er in een cocktail gaat, je zorgt ervoor dat ze een leuke avond hebben. Bovendien is mond tot mond reclame belangrijk. In dat opzicht ben je het visitekaartje.’ Naast de benodigde productkennis, het entertainen en de acquisitie, noemt Eelco de trainingen als leerelement in zijn bijbaan als cocktailshaker. ‘Shake and Serve geeft veel workshops. Bij ons op kantoor kunnen we workshops geven tot twintig personen. Het geven van zo’n workshop is iedere keer weer anders. Vooral het overdragen van kennis, mensen iets leren dat ik kan, vind ik ontzettend leuk. En natuurlijk is het geweldig om een groep enthousiast te zien.’
Afkortingen HHM – Hoge Hotelschool Maastricht Redactie Annemiek Geurts, Andrea Hodzelmans, Ankie Hoefnagels, Leonne Huveners, Nicoline Wisse Smit Ontwerp Obidesign, Maastricht Redactie-adres Hoge Hotelschool Maastricht Alumni Netwerk Postbus 3900 6202 NX Maastricht T: (043) 352 8282 F: (043) 352 8285
[email protected] De redactie behoudt zich het recht voor om ingezonden stukken te herzien voor publicatie. De meningen en ideeën weergegeven in Fundament komen niet noodzakelijkerwijs overeen met die van de redactie. Copyright is in handen van Fundament en van de individuele auteurs. Niets uit deze uitgave mag worden gekopieerd zonder goedkeuring van de redactie.
ISSN: 1876-4088
En na de HHM ‘Ik wil mijn praktijkstage graag in het buitenland lopen. Op dit moment hoop ik ooit een klein hotel ergens in Europa op te zetten. In dat opzicht overweeg ik een stage in de front-office, die ervaring zal me immers goed van pas komen. Vooral iets opzetten, handen en voeten geven aan een idee, lijkt me een uitdaging. Ik denk daarbij goed gebruik te kunnen maken van de sociale vaardigheden die ik bij Shake and Serve opdoe.’ Maar voor het zover is, hoopt Eelco eerst nog een seizoen als snowboardleraar in de Zwitserse Alpen door te brengen. ★ ★ | Fundament pagina 8