Expertisegebied neuroverpleegkundige
november 2014
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
1
Colofon Samenwerkingspartners bij de totstandkoming Expertisegebied neuroverpleegkundige: -
Bestuur V&VN Neuro & Revalidatie: •
Isaäc Bos
•
Rosanna Droog-Könst
•
Evan van Egmond
•
Annette Hospes
•
Jan-Willem Hovink
•
Carly Jansen
•
Karin Kanselaar – Martens
•
Janneke de Man-van Ginkel
•
Claudia Nijboer
•
Caroline de Ridder
•
Jan Coert Toerse
•
Hella Tulp
•
Renske Verhoeven
•
Christineke de With - Rouault
-
V&VN-project Expertisegebieden V&V 2020: •
Nellie Kolk
Vormgeving en druk •
Van der Weij Drukkerijen BV Hilversum
November 2014
© V&VN Het is toegestaan teksten uit deze uitgave over te nemen, mits de juiste bron is vermeld.
ISBN/EAN: 978-90-78995-33-3
2
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
Inhoud 1. Inleiding
4
2. Doelgroepen van de neuroverpleegkundige
5
3. De werkomgeving van de neuroverpleegkundige
6
4. Uitwerking van het vakgebied van de neuroverpleegkundige in de CanMEDS-rollen 7
4.1 De zorgverlener
8
4.2 De communicator
10
4.3 De samenwerkingspartner
11
4.4 De reflectieve EBP-professional
14
4.5 De gezondheidsbevorderaar
15
4.6 De organisator
17
4.7 De professional en kwaliteitsbevorderaar
18
5. De toekomst
20
Literatuur en afkortingen
21
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
3
1. Inleiding Met het project Verpleegkundigen & Verzorgenden 2020 hebben verpleegkundigen en verzorgenden zich voorbereid op de toekomst. De nieuwe beroepsprofielen, gepresenteerd op 8 maart 2012, zijn voor het eerst in de geschiedenis vanuit de beroepsgroep zelf ontwikkeld. De beroepsprofielen zijn het belangrijkste product uit het project V&V 2020. Dit document, het Expertisegebied neuroverpleegkundige, is een bijlage bij het Beroepsprofiel verpleegkundige. Het Expertisegebied beschrijft de specifieke kennis en vaardigheden die de neuroverpleegkundigen in de zorg voor de patiënt met neurologische aandoeningen nodig hebben.
Aan de inhoud van dit Expertisegebied hebben de leden van V&VN Neuro & Revalidatie en de docenten die hen opleiden indirect een bijdrage geleverd. Zij hebben immers met elkaar de belangrijkste brondocumenten samengesteld. Ook hebben afdelingsleden het concept gelezen. Hun op – en aanmerkingen vormen een bijdrage aan dit Expertisegebied.
Dit Experisegebied is bestemd voor de neuroverpleegkundige zelf, voor hun docenten, hun patiënten en voor de samenwerkingspartners van de neuroverpleegkundige op lokaal, regionaal en landelijk niveau.
Om recht te doen aan het grote percentage vrouwelijke verpleegkundigen is in dit document gekozen voor de vrouwelijke vorm om de verpleegkundige aan te duiden. Uiteraard worden hiermee ook de mannelijke verpleegkundigen bedoeld.
4
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
2. Doelgroepen De medische en maatschappelijke ontwikkelingen van de afgelopen decennia hebben geleid tot grote veranderingen in de zorgvraag en de patiëntenpopulatie waar verpleegkundigen in Nederland zorg voor dragen. Dit geldt ook voor de neuroverpleegkundige. Patiënten leven steeds langer met vaak verscheidene aandoeningen tegelijkertijd. Zij streven naar kwaliteit van leven. De verbetering en verbreding van diagnostische en behandelmogelijkheden, zoals neurorevalidatie, spelen hierbij een belangrijke rol. Ook de farmacotherapeutische ontwikkelingen en de ontwikkelingen op het gebied van neurochirurgie dragen hieraan bij. Het opzetten van specialistische afdelingen en poliklinieken, zoals de Stroke-Care-Units, hoofdpijnpoli’s en dementiecentra, zijn eveneens belangrijke ontwikkelingen. De overlevingskans voor onder meer patiënten met een CVA is door al deze ontwikkelingen enorm gestegen en de levensverwachting is met vele jaren toegenomen. Ook de kennisontwikkeling van de neuroverpleegkundige neemt in het licht van deze ontwikkelingen een hoge vlucht. Het feit dat de zorgvrager en de naasten steeds mondiger en zelfbewuster worden en meer kennis hebben van het ziektebeeld en de behandelmogelijkheden heeft eveneens invloed op de rol van de verpleegkundige. De patiëntenpopulatie van de neuroverpleegkundige omvat zorgvragers met neurologische aandoeningen en/of zorgvragers die zich in een revalidatieproces na een neurologische aandoening bevinden. Binnen de doelgroep zijn te onderscheiden: -
De patiënt die onderzoeken ondergaat in het kader van diagnostiek, waaronder neurologische observatie en onderzoek.
-
De patiënt die een behandeling ondergaat zoals neurochirurgie, medicamenteuze therapie: instellen van medicatie, trombolyse, chemotherapie, neuro radiologische interventie.
-
De patiënt die behandeld wordt voor complicaties van neurologische stoornissen, zoals een aspiratiepneumonie of valincidenten.
-
De patiënt die behandeld wordt in klinisch-wetenschappelijk onderzoeksverband, zoals fasestudies.
-
De patiënt die palliatieve terminale zorg ontvangt.
De neurologische en/of revalidatiepatiënt kenmerkt zich veelal door een combinatie van sensomotorische, cognitieve, emotionele en gedragsmatige stoornissen. Daarbij zijn veelal de vitale functies en neurologische regelmechanismen tijdelijk of blijvend aangetast. De stoornissen uiten zich bij elke patiënt anders. Dit is afhankelijk van het ziektebeeld en de ernst en het beloop daarvan. De symptomen zijn vaak onvoorspelbaar en kunnen een wisselend beeld geven. Door de mix van sensomotorische, cognitieve en emotionele stoornissen zijn veel patiënten in het diepst van hun bestaan getroffen en hebben zij te maken met drastische beperkingen bij activiteiten en participatie in de samenleving. Ook de mantelzorgers van deze groepen patiënten hebben te maken met complexe, veelomvattende en vaak langdurige gevolgen van de aandoening. Van de neuroverpleegkundige wordt gevraagd dat zij diepgaande kennis heeft van de neurologische aandoeningen, de daarbij voorkomende stoornissen, de bijbehorende behandelingen en de tijdelijke en blijvende gevolgen daarvan. Ook moet zij kennis hebben van de gedrags-, psychologische en sociale impact ervan. Zij moet in staat zijn om in alle stadia en uitingsvormen van deze aandoeningen de begeleiding en ondersteuning te bieden aan patiënt en mantelzorgers. Hierbij richt zij zich op een optimaal niveau van zelfmanagement (V&VN, 2014) en kwaliteit van leven.
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
5
3. Werkomgeving De neuroverpleegkundige kan werkzaam zijn binnen verschillende settings: in een centrum voor acute en intensieve neurologische zorg, een centrum voor revalidatie, transmuraal en/of in de eerste lijn.
De neuroverpleegkundige werkt in een multidisciplinair team samen met de patiënt en zijn naasten. Zij doet dit met onder andere de volgende kerndisciplines: neuroloog, neurochirurg, radioloog, traumatoloog, revalidatiearts, intensivist, (neuro)psycholoog, psychiater, geriater, ergotherapeut, logopedist, fysiotherapeut en geestelijk verzorger.
Het delen en uitwisselen van informatie met de patiënt, zijn naasten en de samenwerkingspartners binnen het multidisciplinaire team is een belangrijke voorwaarde om deze processen optimaal te laten verlopen. Hiermee is het een belangrijk onderdeel van het takenpakket van de neuroverpleegkundige. .
6
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
4. Uitwerken CanMEDS-rollen Zoals in de Inleiding vermeld dient het Expertisegebied neuroverpleegkundige beschouwd te worden als een aanvulling op het Beroepsprofiel verpleegkundige (Lambregts & Grotendorst, 2012). Het Beroepsprofiel beschrijft de elementen van het beroep die voor elke verpleegkundige van toepassing zijn en ook voor de verpleegkundigen die onder een Expertisegebied vallen. Dit alles wordt uitgewerkt aan de hand van de CanMEDS-systematiek (Canadian Medical Education Directives for Specialists). Deze systematiek bestaat uit zeven verschillende rollen. De kern van de beroepsuitoefening is de verpleegkundige als zorgverlener. Alle andere rollen zijn ondersteunend voor de rol van zorgverlener. Deze centrale rol geeft richting aan de andere CanMEDS-rollen.
Figuur 1. CanMEDS-systematiek
Leeswijzer In dit Expertisegebied wordt bij elke CanMEDS-rol een korte, algemene beschouwing op deze rol binnen het Expertisegebied beschreven. Vervolgens worden per rol in het kort de algemeen geldende kennis en vaardigheden uit het Beroepsprofiel beschreven. Dit geeft ruimte om de beschrijvingen in de context van dit Expertisegebied te plaatsen. Tenslotte worden per rol de aanvullende, specifieke kennis en vaardigheden beschreven die een helder beeld geven van hetgeen de neuroverpleegkundige uniek maakt ten opzichte van verpleegkundigen in andere Expertisegebieden. De kennis en vaardigheden uit het Beroepsprofiel vormen samen met de aanvullende beschrijvingen van de neuroverpleegkundige één geheel, en bestrijken samen het volledige gebied waarin de neuroverpleegkundige werkzaam is.
4.1 De zorgverlener De neuroverpleegkundige kenmerkt zich als een zorgverlener die zowel acute en langdurige gevolgen van neurologische aandoeningen optimaal kan hanteren. Ook kan zij kortdurende en langdurige intensieve en
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
7
betekenisvolle zorgrelaties aangaan met neurologische en -revalidatiepatiënten en hun mantelzorgers. De neuroverpleegkundige overziet het gehele zorgproces en zorgt hierbij voor de afstemming tussen de verschillende betrokken disciplines. Kennis -
Heeft belangrijke basisprincipes uit de anatomie, -fysiologie, -pathologie en farmacologie paraat.
-
Is op de hoogte van levensfasen van de mens, principes van zelfmanagement en coping stijlen.
-
Kent de theoretische modellen achter haar activiteiten en interventies.
-
Kent de bronnen van het verpleegkundig handelen en de actuele richtlijnen en professionele
standaarden.
Aanvullende kennis van de neuroverpleegkundige -
Heeft belangrijke basisprincipes uit de neuroanatomie, -fysiologie, -pathologie en farmacologie paraat.
-
Heeft kennis over de gevolgen van neurologische aandoeningen voor de vitale en neurologische functies, zoals de ademhaling, de circulatie, het bewustzijn, de intracraniële druk en de neuroendocrine functies, de sensomotoriek, de cognitie en emotie.
-
Heeft kennis over de brede mix van ernstige gevolgen van neurologische aandoeningen, zoals sensomotorische, cognitieve en emotionele stoornissen, communicatieproblemen ten gevolge van afasie, gebrek aan ziekte-inzicht, het onvermogen om pijn te voelen of de juiste plaats van de pijn te lokaliseren, van refractaire symptomen bijvoorbeeld neurogene pijn, delier en ernstige ademhaling beperkingen, het onvermogen om activiteiten te plannen wegens apraxie, gedragsproblemen, seksualiteitsproblemen, sensibiliteitsproblemen, motorische uitvalsverschijnselen en karakterveranderingen.
-
Heeft kennis over de interactie tussen al deze verschijnselen en kent de gevolgen voor activiteiten en participatie in het sociaal-maatschappelijk leven.
-
Heeft kennis van comorbiditeit en de gevolgen van de interacties met andere ziektebeelden en medicatie.
-
Heeft kennis over persoonlijke kenmerken en omgevingsfactoren in relatie tot de beperkingen in activiteiten en participatie.
-
Heeft kennis over de blijvende beperkingen of achteruitgang als gevolg van de neurologische aandoeningen en de gevolgen daarvan voor de patiënt en zijn naasten op de levenskwaliteit.
-
Heeft kennis over aanpassingen en hulpmiddelen.
-
Heeft kennis over de gevolgen van neurologische aandoeningen voor patiëntveiligheid, zoals valrisico, verdwalen en botsen door waarnemingsstoornissen of geheugenproblematiek.
-
Heeft kennis over de medische therapieën bij neurologische aandoeningen.
-
Heeft kennis over farmacotherapie bij neurologische aandoeningen.
-
Heeft kennis over neurorevalidatiestrategieën om beperkingen in het functioneren ten gevolge van neurologische aandoeningen te voorkomen, te verminderen of te herleren.
-
8
Heeft kennis over de principes van neuropalliatieve zorg.
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
Vaardigheden en attitude -
Kan op diverse manieren informatie verzamelen, deze informatie analyseren en interpreteren.
-
Is in staat om op basis van klinisch redeneren de verpleegkundige zorg vast te stellen, gericht op het handhaven of (opnieuw) verwerven van het zelfmanagement van de patiënt en diens naasten.
-
Kan risico’s inschatten, problemen vroegtijdig signaleren, interventies kiezen en uitvoeren, het verloop monitoren en de resultaten evalueren bij zorgproblemen in de vier gebieden van het menselijk functioneren: op fysiologisch, psychisch, emotioneel en sociaal gebied.
-
Is in staat te werken volgens richtlijnen en daar beargumenteerd van af te wijken als de situatie of de eigen professionele of morele afwegingen daartoe aanleiding geven.
-
Kan de patiënt ondersteunen bij persoonlijke verzorging en deze waar nodig overnemen, kan zo nodig de naasten bij de zorg betrekken en zorgen dat zij participeren in de zorg.
-
Kan alle voorkomende voorbehouden en risicovolle handelingen uitvoeren, met inachtneming van de eigen bevoegdheid en bekwaamheid.
Aanvullende vaardigheden en attitude van de neuroverpleegkundige -
Kan bij de patiënt met een neurologische aandoening de bewaking van de neurologische vitale functies, de interpretatie van de symptomen, de formulering van de verpleegkundige diagnoses en de uitvoering van bijbehorende interventies op zich nemen.
-
Kan het volledige zorgproces van de neurologische patiënten plannen, coördineren, uitvoeren en evaluatie, zowel in de acute-, de revalidatie- als in de chronische fase van de aandoening.
-
Kan zorg dragen voor het voorkomen van complicaties als gevolg van verstoorde vitale en neurologische functies.
-
Kan systematisch gegevens verzamelen om de (uitgangs)situatie van de neurologische patiënt in kaart te brengen. Zij maakt daarbij gebruik van de verpleegkundige anamnese, heteroanamnese, klinimetrische instrumenten en observatiegegevens van de neurologische patiënt.
-
Kan gebruik maken van protocollen, standaarden en richtlijnen zowel op het eigen vakgebied als generiek.
-
Kan ondersteuning geven bij medisch onderzoek en behandeling bijvoorbeeld bij neurochirurgische ingrepen, medicamenteuze therapie en bij neuroradiologische interventies.
-
Kan neurorevalidatie uitvoeren.
-
Kan de veranderde sensomotorische, cognitieve en emotionele vermogens herkennen en daarop anticiperen in de zorgverlening en de communicatie.
-
Kan neuropalliatieve zorg uitvoeren.
-
Kan veiligheid bieden voor de patiënt en zijn omgeving.
-
Kan voor zichzelf en voor collega’s bijdragen aan een veilige werkomgeving.
4.2 De communicator De communicatie van de neuroverpleegkundige met de zorgvrager speelt zich doorgaans af in kortdurende relaties met patiënten en familieleden. De neuroverpleegkundige geeft psychosociale zorg en begeleiding
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
9
aan de neurologische patiënt, partner en/of naasten. Vanwege de veelal grote invloed van de neurologische aandoeningen op de communicatie is deze psychosociale begeleiding van zeer groot belang. De verpleegkundige kent en overziet de gevolgen van de aandoening, herkent de coping stijlen en is in staat om hierop in te spelen, zowel ten aanzien van de patiënt als ten aanzien van zijn naasten. Ook is zij in staat om optimaal aan te sluiten bij de belevingswereld, cultuur, spirituele en religieuze achtergrond van de patiënt en zijn naasten.
Zij communiceert doelgericht, efficiënt en effectief, rekening houdend met de communicatieve mogelijkheden, blijft binnen de eigen beroepsgrenzen en weet tijdig te verwijzen naar andere disciplines zoals logopedie, maatschappelijk werk en pastoraal werk. Zij herkent en hanteert haar eigen gevoelens en gedrag in de zorgrelatie, in het bijzonder met betrekking tot nabijheid, toegankelijkheid en empathie, overdracht en tegenoverdracht, het verschil tussen inhouds- en betrekkingsniveau en handelt met respect voor de eigenheid en privacy van de patiënt en zijn naasten.
Kennis -
Heeft kennis van communicatieniveaus (inhoud, procedure, proces).
-
Kent de belangrijkste gesprekstechnieken.
-
Kent verschillende manieren van gedragsbeïnvloeding en versterking van de positie van de cliënt.
-
Is op de hoogte van de nieuwste toepassingen van ICT binnen het vakgebied.
Aanvullende kennis van de neuroverpleegkundige -
Heeft kennis over de veranderde sensomotorische, cognitieve en emotionele vermogens van de patiënt, zoals dysartrie, afasie, aandachtstoornissen en disexecutieve functies, geheugenproblematiek, stoornissen van de ruimtelijke cognitie en beperkingen in non-verbale communicatie en de wijze waarop dit een rol speelt in de communicatie met de patiënt.
-
Heeft kennis en inzicht over het verwachte verloop van de neurologische aandoening en behandeling integreren en de wijze van communiceren daarover.
Vaardigheden en attitude -
Kan communiceren op inhouds-, procedure- en procesniveau en soepel schakelen tussen deze niveaus.
-
Kan gesprekstechnieken toepassen, passend bij de patiënt en het niveau van communicatie: luisteren, vragen stellen, samenvatten en parafraseren, spiegelen en gevoelsreflecties geven.
-
Kan uitstekend formuleren, mondeling en schriftelijk, vaktaal in gewone mensentaal omzetten.
-
Kan adviezen geven, de patiënt instrueren en motiveren en informatie doseren afgestemd op de patiënt.
-
Kan op gelijkwaardig niveau met andere zorgprofessionals communiceren.
Aanvullende vaardigheden en attitude van de neuroverpleegkundige -
10
Kan in haar communicatie met de patiënt anticiperen op het veranderde sensomotorische,
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
cognitieve en emotionele functioneren, zoals dysartrie, afasie, aandachtstoornissen en disexecutieve functies, geheugenproblematiek, stoornissen van de ruimtelijke cognitie en beperkingen in non-verbale communicatie. -
Kan in haar communicatie anticiperen op veranderingen in rollen en relaties als gevolg van de neurologische aandoening.
-
Kan gedragsveranderingen van de patiënt hanteren en de omgeving van de patiënt daarbij ondersteunen onder andere door voorbeeldgedrag te laten zien.
-
Kan wilsonbekwaamheid van patiënten hanteren in de zorgverlening en met de naasten van de patiënt hierover communiceren.
-
Kan in de communicatie haar kennis en inzicht over het verwachte verloop van de neurologische aandoening en behandeling integreren.
4.3 De samenwerkingspartner De neuroverpleegkundige werkt in een multidisciplinair behandelteam ten behoeve van de patiënt en zijn naasten. Dit zijn onder andere de volgende kerndisciplines: neuroloog, neurochirurg, radioloog, traumatoloog, revalidatiearts, logopedist, fysiotherapeut, ergotherapeut, (neuro)psycholoog, psychiater, geriater, paramedici en geestelijk verzorger. De neuroverpleegkundige heeft een brede, generalistische blik en overziet de gehele zorgketen en alle mogelijkheden. Zij heeft binnen de zorgketen de rol van zorgregisseur, overziet en coördineert het zorgproces en bewaakt hierin vanuit een gezamenlijke doelstelling op onafhankelijke, effectieve en efficiënte wijze de continuïteit. Vanuit haar regiefunctie schakelt zij tussen patiënt, familie en de diverse samenwerkingspartners en verwijst zo nodig.
Kennis -
Heeft een visie op samenwerken, kent actuele standaarden en handreikingen daarin.
-
Heeft kennis van samenwerkingsprocessen, zoals groeps- en teamvorming, teamrollen,
groepsdynamica en geven en ontvangen van feedback.
-
Heeft kennis van de samenwerkingspartners (hun rollen, deskundigheid en bevoegdheden).
-
Is op de hoogte van ketenprocessen en de organisatie van de zorg in de eigen regio.
-
Is bekend met (potentiële) samenwerkingspartners buiten de zorg.
-
Heeft kennis van doeltreffende en doelmatige verslaglegging en overdracht, inclusief het gebruik van ICT en wet- en regelgeving in deze.
Aanvullende kennis van de neuroverpleegkundige -
Kent de sociale omgeving van de neurologische patiënt en haar draagkracht om de zorg op efficiënte en effectieve wijze te laten verlopen.
-
Kent de hele keten en alle samenwerkingspartners en mogelijkheden binnen de zorg voor neurologische patiënten.
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
11
Vaardigheden en attitude -
Kan een netwerkanalyse van de patiënt maken.
-
Kan samenwerken met patiënten en hun naasten, mantelzorgers, hen steunen en hen waar nodig verwijzen.
-
Kan de rol van advocaat van de patiënt op zich nemen.
-
Kan in het multidisciplinair overleg de rol van voorzitter op zich nemen en blijk geven van overzicht over het hele zorgproces.
-
Kan eenduidig rapporteren volgens vaste structuur.
-
Kan haar visie op samenwerken formuleren en naar voren brengen.
-
Kan in teams en samenwerkingsprocessen haar bijdrage leveren en zichzelf positioneren en schuwt confrontaties en verschil van mening daarbij niet.
-
Kan efficiënt en effectief verslagleggen, overleggen en overdragen vanuit een gelijkwaardige,
collegiale en open houding. Zowel in relatie tot de patiënt en diens naasten, binnen het eigen verpleegkundig team, in het multidisciplinaire team als met andere samenwerkingspartners.
Aanvullende vaardigheden en attitude van de neuroverpleegkundige -
Is in staat om samen met de patiënt en de ketenpartners haalbare doelstellingen te formuleren op de neurologische problemen van de patiënt.
4.4 De reflectieve professional De toenemende medische mogelijkheden binnen de zorg voor neurologische patiënten hebben onder meer tot gevolg dat in het vakgebied van de neuroverpleegkundige steeds vaker ethische vraagstukken aan de orde zijn. Deze vraagstukken kunnen zich voordoen in elk stadium van de behandeling, zowel bij het starten, het doorgaan of onderbreken als bij het stoppen met de behandeling. De verpleegkundige heeft hierbij een onafhankelijke rol en zorgt er in de communicatie en besluitvorming voor dat de stem van de patiënt en de naasten, ondanks veelal ernstige beperkingen in de communicatie als gevolg van de neurologische aandoening, gehoord wordt en de belangen en visie van de patiënt en naasten optimaal worden meegewogen. Daarnaast brengt zij kennis en kunde naar voren gebaseerd op de laatste evidence binnen haar eigen vakgebied.
Kennis
12
-
Heeft kennis van de principes van Evidence Based Practice.
-
Heeft elementaire kennis van methoden van onderzoek.
-
Heeft kennis van actuele thema’s en ontwikkelingen in het eigen vakgebied.
-
Is op de hoogte van toepassingen op het gebied van kennisontwikkeling en –delen.
-
Kent de principes van reflectieve praktijkvoering.
-
Heeft kennis van levensbeschouwelijke en religieuze opvattingen en stromingen.
-
Heeft kennis van de moreel-ethische context van de zorgverlening.
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
Aanvullende kennis van de neuroverpleegkundige -
Heeft kennis over de communicatieve beperkingen van de neurologische patiënt en de wijze waarop deze optimaal ondersteund kan worden in het naar voren brengen van zijn wil en wensen.
-
Heeft kennis over het bepalen van wils(on)bekwaamheid.
Vaardigheden en attitude -
Houdt vakliteratuur bij en weet informatie op internet snel op te zoeken.
-
Kan participeren in (praktijk)onderzoek.
-
Kan het eigen functioneren waarderen en kritisch benaderen; durft ergens op terug te komen.
-
Kan feedback van collega’s en leidinggevenden ontvangen en integreren in haar handelen.
-
Kan collega’s en studenten feedback geven op hun handelen en professioneel gedrag.
-
Kan omgaan met ethische vraagstukken en zingevingsvraagstukken van patiënten.
-
Kan patiënten en diens naasten ondersteunen bij het nemen van beslissingen betreffende de behandeling, het al of niet voortzetten van een behandeling en levenseinde.
Aanvullende vaardigheden en attitude van de neuroverpleegkundige -
Is in staat om een moreel beraad te indiceren.
-
Is in staat om, in samenwerking met andere disciplines en rekening houdend met de eigen beroepsgrenzen, de feitelijke en de te verwachten gevolgen van neurologisch onderzoek en behandeling met de patiënt en/of naasten te bespreken, zodanig dat zij weloverwogen besluiten kunnen nemen ten aanzien van de behandeling en de zorgverlening (informed consent). Specifieke aandachtspunten zijn de communicatieve beperkingen en de wils(on)bekwaamheid van de patiënt.
4.5 De gezondheidsbevorderaar De medische en technologische ontwikkelingen binnen het veld van de neurologie hebben geleid tot een grote toename van patiënten die na het stellen van de neurologische diagnose een hoge levensverwachting hebben. De rol van de verpleegkundige bij het integreren van de gevolgen van de ziekte in het dagelijks leven is hiermee sterk vergroot. Dit vraagt verdieping en verbreding van de kennis en vaardigheden op dit gebied.
De neuroverpleegkundige ondersteunt de patiënt en zijn omgeving bij het meedenken in keuzeprocessen, het informatie zoeken, door het geven van voorlichting en educatie en bij de inbedding van de behandeling en de ziekte in het gewone leven. Tevens houdt de neuroverpleegkundige zich bezig met preventie van verergering van de aandoening en het geven van leefstijladviezen. Op deze wijze levert de neuroverpleegkundige een belangrijke bijdrage aan de zelfredzaamheid/het zelfmanagement van de zorgvragers en daarmee aan de kwaliteit van leven.
Ook de ontwikkelingen op ICT-gebied hebben de werkomgeving en het takenpakket van de neuroverpleegkundige diepgaand beïnvloed. Niet alleen de behandelmogelijkheden en de kennis -en informatieoverdracht, maar ook patiënteneducatie is door de digitale verworvenheden radicaal veranderd.
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
13
Kennis -
Heeft kennis van epidemiologie.
-
Heeft kennis van preventie en gezondheidsvoorlichting, gezondheids- en gedragsdeterminanten.
-
Heeft kennis van de principes van zelfmanagement, leefstijlen, gedrag en manieren van gedragsbeïnvloeding en het leveren van zorg op maat.
-
Is bekend met manieren waarop gezond gedrag gestimuleerd kan worden.
-
Is op de hoogte van culturen en cultuurgebonden opvattingen van gezondheid en
cultuurgebonden gezondheidsproblemen.
Aanvullende kennis van de neuroverpleegkundige -
Heeft kennis over de wijze waarop informatie/kennis aan de neurologische patiënt en/of naasten kan worden overgedragen.
-
Heeft kennis van en inzicht in de te verwachten ontwikkelingen in de neurologie (toekomscenario’s) en kan dit integreren in de voorlichting aan patiënten.
-
Heeft kennis over patiëntverenigingen en andere organisaties die patiënt en naasten ondersteuning kunnen bieden in de periode na ontslag.
-
Heeft kennis over de wijze van handelen in het geval van klachten, fouten en incidenten.
-
Heeft kennis over de principes therapietrouw en zelfmanagement.
-
Heeft kennis over de principes van veilige zorg.
Vaardigheden en attitude -
Kan gegevens verzamelen in brede context.
-
Heeft vaardigheden op het gebied van outreachende zorg en bemoeizorg.
-
Is in staat het sociale netwerk rond een patiënt te versterken en draagt hiermee bij aan het voorkomen van sociaal isolement.
-
Kan meedenken met beleidsmakers en voorstellen doen voor noodzakelijke programma’s.
-
Kan participeren in collectieve/groepsgerichte preventie.
Aanvullende vaardigheden en attitude neuroverpleegkundige -
Kan individuele en groepsgewijze voorlichting en instructie geven aan neurologische patiënten en hun naasten.
-
Kan informatie geven over veranderingen in rollen en relaties als gevolg van ziektebeeld en beperkingen aan patiënt en mantelzorg.
-
Kan ondersteuning bieden bij het vinden van een evenwicht tussen enerzijds de gevolgen van de ziekte en/of de medische behandeling en anderzijds de gewenste levensstijl.
4.6 De organisator Op de afdeling of organisatie waar de neuroverpleegkundige werkt bestaat een aantal processen naast elkaar: het vaak intensieve therapeutische behandelproces, het proces van confrontatie van patiënten en
14
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
naasten met de vaak ernstige gevolgen van de neurologische aandoeningen en de verwerking daarvan en tenslotte het proces van voorbereiding op de hernieuwde participatie in het sociale leven. De verpleegkundige is bij al deze processen de spin in het web en de centrale organisator van de afdeling. Zij heeft een autonome rol en dient een gevoel van eigenaarschap van de te verlenen zorg te ervaren. Ze zorgt voor een goed therapeutische klimaat. Zij zorgt eveneens voor een juiste bezetting zodat de zorg op veilige en efficiënte wijze geleverd kan worden. De neuroverpleegkundige weet hoe de zorg gefinancierd wordt en begrijpt en overziet financieel-economische en bedrijfsmatige belangen die bij de patiëntenzorg spelen. Met behulp van deze kennis kan zij beslissingen nemen in de dagelijkse praktijk om op verantwoorde wijze bij te dragen aan kwalitatief goede en betaalbare zorg. Kennis -
Kent verschillende organisatievormen en principes uit de organisatiekunde.
-
Heeft inzicht in en kennis van de bekostiging van de zorg.
-
Heeft kennis van de nieuwste informatie- en communicatietechnologieën.
-
Weet hoe het beleid van een organisatie te beïnvloeden is.
Aanvullende kennis van de neuroverpleegkundige -
Kent de gehele keten van organisaties in de zorg voor neurologische patiënten, zowel binnen als buiten de zorginstelling/afdeling.
-
Heeft kennis van onderhandelingstechnieken om de kwaliteit van zorg op de afdeling te verbeteren en/of te handhaven.
Vaardigheden en attitude -
Kan de zorg rondom patiënten, tussen disciplines en organisaties coördineren en de continuïteit van zorg waarborgen. Kan de regiefunctie op zich nemen.
-
Neemt beslissingen over beleid en middelen ten behoeve van de individuele patiëntenzorg.
-
Gaat op verantwoorde wijze met materialen en middelen om.
-
Hanteert de (gedrags)regels en protocollen die horen bij de functionele verantwoordelijkheid.
-
Is zeer vaardig op het gebied van informatie- en communicatietechnologie.
-
Levert een bijdrage aan de patiëntveiligheid en het werkklimaat binnen de organisatie.
-
Is in staat leiderschap te tonen om een zo hoog mogelijke kwaliteit van zorg te kunnen leveren waarbij de veiligheid van patiënten optimaal gewaarborgd en bewaakt wordt.
-
Is in staat een overzicht te krijgen over de afdeling om de zorg goed te kunnen plannen, hierbij worden een balans gezocht tussen organisatorische, behandeltechnische eisen en de persoonlijke wensen van de patiënt.
Aanvullende vaardigheden en attitude van de neuroverpleegkundige -
Organiseert en coördineert de verpleegkundige zorg rond de neurologische patiënt en initieert hierbij op het juiste moment verschillende overlegsituaties.
-
Is in staat om vanuit het neuroverpleegkundig perspectief kennis en overwegingen in te brengen in het multidisciplinair overleg.
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
15
4.7 De professional en kwaliteitsbevorderaar De neuroverpleegkundige vertegenwoordigt de belangen van neurologische patiënten binnen de afdeling, de instelling en binnen de gehele keten van zorgverleners. De neuroverpleegkundige staat garant voor uitvoering van het beroep op basis van de actuele kennis en kunde. Zij maakt hierbij tevens gebruik van vakgenoten uit het buitenland.
Kennis -
Kent de wet- en regelgeving die van toepassing is op de verpleegkundige beroepsuitoefening en de context waarin zij werkzaam is.
-
Heeft kennis van monitoring van resultaten van zorg.
-
Heeft kennis van actuele richtlijnen.
-
Heeft kennis van kwaliteitskaders en professioneel en persoonlijk leiderschap.
-
Heeft kennis over ontwikkelen verpleegkundige indicatoren op het gebied van neurologische aandoeningen.
-
Kent de eigen waarden en normen en die van de beroepsgroep, zoals de Nationale Beroepscode van Verpleegkundigen en Verzorgenden (V&VN, 2007).
-
Kent de grenzen van het persoonlijke en professionele handelen en verantwoordelijkheid.
Aanvullende kennis neuroverpleegkundige -
Heeft evidence based en actuele kennis over de ontwikkelingen binnen het neuroverpleegkundige vakgebied.
-
Heeft kennis over de rechten en plichten als werknemer en professional in de arbeidssituatie.
-
Heeft kennis van het doel en de werkwijze van V&VN Neuro & Revalidatie.
Vaardigheden en attitude -
Is resultaatgericht, werkt effectief en efficiënt.
-
Kan haar visie op kwaliteit van zorg in begrijpelijke bewoordingen naar voren brengen.
-
Houdt zich als lid van de beroepsgroep aan de verpleegkundige beroepscode en de regels uit de organisatie en wetgeving.
-
Draagt als organisatielid bij aan de continuïteit en effectiviteit van de zorginstelling en de afdeling.
-
Kan omgaan met spanningsvelden, zoals zakelijkheid-betrokkenheid en afstand-nabijheid.
-
Is een trotse en zelfbewuste beroepsbeoefenaar, ambassadeur van het vak.
-
Is in staat om volgens wettelijke bepalingen (Wet BIG/WGBO/BOPZ) te handelen.
Aanvullende vaardigheden en attitude neuroverpleegkundige -
Levert een bijdrage aan de ontwikkeling en herziening van protocollen, richtlijnen en procedures op het gebied van de neuroverpleegkunde.
16
-
Kan vakinhoudelijke bijeenkomsten en werkgroepen leiden en ondersteunen.
-
Kan een bijdrage leveren aan het publiceren van resultaten.
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
-
Kan een bijdrage leveren aan het ontwikkelen van onderwijsmodules op het vakgebied neuroverpleegkunde.
-
Voert haar werkzaamheden uit aan de hand van evidence based - of best practice protocollen, standaarden en richtlijnen. De neuroverpleegkundige legt verantwoording af over haar werkzaamheden, de keuze van interventies, die afwijken van protocollen, standaarden en richtlijnen en over interventies in situaties, waarin deze protocollen, standaarden en richtlijnen ontbreken.
-
Verleent effectief consult en advies aan verpleegkundigen en overige beroepsbeoefenaren met betrekking tot de zorg aan neurologische patiënten.
-
Is in staat om op basis van ervaringen en reflectie in de dagelijkse beroepspraktijk concrete probleem- of vraagstellingen te formuleren en zoekt vanuit deze concrete probleem- of vraagstelling relevante evidence based practice of best practice in vakliteratuur om de beroepspraktijk te verbeteren.
-
Is in staat om het vakgebied uit te dragen, onder andere door middel van klinische lessen, presentaties en publicaties.
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
17
5. De toekomst De toekomstige ontwikkelingen in de gezondheidszorg, zoals de toename van het aantal zorgvragers met multipathologie en chronische aandoeningen, zijn van invloed op de zorgvraag aan de neuroverpleegkundige. Dat geldt ook voor de toekomstige versterking van de transmurale en eerstelijnszorg. Van de neuroverpleegkundige wordt verwacht dat zij in staat is om de specialistische zorg meer en meer in deze settings aan te bieden en wellicht over te dragen aan collega-verpleegkundigen in de eerste lijn. De samenwerking met de eerste lijn wordt in de komende jaren van steeds groter belang. Ook het feit dat in de toekomst meer zelfmanagement wordt verwacht van de patiënt en zijn naasten heeft weerslag op het vakgebied. Tenslotte moet de neuroverpleegkundige in de komende jaren inspelen op de ontwikkelingen in de ICT met grote gevolgen voor tele-health en domotica, met name in de chronische zorg.
18
Expertisegebied neuroverpleegkundige november 2014
Literatuur AVVV (2004): Beroepsdeelprofiel Neuro verpleegkundige. Utrecht, AVVV. CZO (2013): Deskundigheidsgebied en Eindtermen Neuroverpleegkundigen. Utrecht, CZO. Lambregts, J., Grotendorst, A., en Merwijk, C. van (2012): Leren van de Toekomst: Verpleegkundigen en Verzorgenden 2020. Houten, Bohn, Stafleu en van Loghum. ParkinsonNet; V&VN Neuro en Revalidatie, Werkgroep Parkinson Verpleegkundigen (2014): Competentieprofiel Parkinson Verpleegkundige. Nijmegen, ParkinsonNet. V&VN (2007): Nationale Beroepscode Verpleegkundigen en Verzorgenden, Utrecht, V&VN. (herziening in 2014) V&VN (2014): Zelfmanagement behoort tot de kern van verplegen: visie van V&VN op zelfmanagement. Utrecht, V&VN.
Afkortingen BOPZ
Bijzondere Opneming in Psychiatrische Ziekenhuizen
CVA
CerebroVasculair Accident
ICT
Informatie- en Communicatietechnologie
Wet BIG
Wet Beroepen Individuele Gezondheidszorg
WGBO
Wet Geneeskundige Behandelovereenkomst
Bijlage ParkinsonNet; V&VN Neuro en Revalidatie, Werkgroep Parkinson Verpleegkundigen (2014): Competentieprofiel Parkinson Verpleegkundige. Nijmegen, ParkinsonNet.
19
November 2014
© V&VN Het is toegestaan teksten uit deze uitgave over te nemen, mits de juiste bron vermeld is.
ISBN/EAN: 978-90-78995-33-3