EXAMENREGLEMENT (ook van toepassing op voortgangstoetsen in klas 5)
2015-2016
Inhoudsopgave ALGEMENE GEGEVENS Namen en adressen van verantwoordelijke personen en instanties
5 5
EXAMENREGLEMENT MURMELLIUS GYMNASIUM 2015-2016
6
1
Inleiding 1.1 Vaststelling examenreglement 1.2 Vaststelling PTA 1.3 Uitreiking examenreglement en PTA 1.4 Inhoud examenreglement 1.5 Rol Bevoegd Gezag 1.6 Afwijken van examenreglement 1.7 Onvoorziene gevallen 1.8 Leeswijzer 1.9 Geldigheidsduur examenreglement 1.9.1 Instemming MR 1.10 Citeertitel
6 6 6 6 6 6 6 6 6 6 6 6
2
Begripsomschrijvingen 2.1 Begrippen
7 7
3 4
5
Toelating tot het examen Afnemen van het examen 4.1 Examencommissie 4.2 Rol examencommissie 4.3 Samenstelling Examencommissie Geheimhouding
7 8 8 8 8 8
6
Opbouw van het examen 6.1 Examenvakken 6.2 Gemeenschappelijk deel van het examen 6.3 Definitieve profielkeuze 6.4 Verandering profielkeuze 6.5 Keuze van ander vak in klas 5 (niet gevolgd in klas 4) 6.6 Profieldeel van het examen 6.7 Keuzevak 6.8 Vakken in klas 5 (geldig voor 2015-2016) 6.9 Activiteitendeel 6.10 Samenstelling activiteitendeel 6.11 Vakken in klas 6 (geldig voor 2015-2016) 6.12 Extra examenvak in klas 6 6.13 Terugtrekken van CE 6.14 Vrijstellingsregeling
7
Toetsing in het SE en periodegewijze afname van het SE 12 7.1 Definities 12 7.2 Het vak LO 12 7.3 SE-periode 13 7.4 SE-Domeinen 13 7.5 SE-Domeinen bij de talen 13 7.6.1 Bepalingen voor het aantal dossiertoetsen per vak in SE-periode 1, in SE-periode 2 en in SE-periode 5. 14 7.6.2 Bepalingen voor het aantal voortgangstoetsen per vak in SE-periode 2. 14 7.7.1 Gelijkheid dossiertoetsen. 14
Examenreglement schooljaar 2015-2016
9 9 9 9 9 9 10 10 10 10 10 10 10 11 11
pagina 2 / 44
7.7.2 7.7.3 7.8 7.9
Gelijkwaardigheid voortgangstoetsen in klas 5 Schoolexamen Literatuur in klas 5 voor het vak Nederlands. Examinatoren en vaksecties Verdeling
14 14 15 15
8
PTA per examenvak 8.1 Opsomming per leerjaar 8.2 Geen praktische dossiertoetsen in klas 6 8.3 Benaming resultaten 8.4 Gewichten SE-delen 8.5 Beoordeling van het vak LO 8.6 Bepalingen voor de afronding
16 16 17 17 17 17 17
9
Herkansingen 9.1 SE-resultaten en herkansingen 9.2 Bevorderingsregeling in samenhang met 9.1 9.3.1 Vaststelling van het uiteindelijk SE-resultaat voor een examenvak bij een herkansing 9.3.2 Herkansing over jaarstof klas 5 9.4 Herkansing plus
19 19 20 20 20 20
10 Doubleren en SE-resultaten 10.1 Gevolgen van een afwijzing voor een volgend leerjaar en van het niet-slagen voor het examen 10.2 Gevolgen van het vrijwillig overdoen van klas 5
21 21 21
11 Examendossier en verslagen van SE-periodes 11.1 Opbouw Examendossier 11.2 Organisatie 11.3 Archivering 11.4 Verslag van de voortgang in het examendossier: periodeverslagen 11.5 Volledigheid van een periodeverslag van het examendossier
22 22 22 22 22 24
12 Het afnemen van het schoolexamen 25 12.1 Klachten, geschillen, afwezigheid zonder geldige reden, onregelmatigheden 25 12.2 Gang van zaken bij dossiertoetsen, voortgangstoetsen, het profielwerkstuk en herkansingen 25 12.3 Verzuim bij toetsen en inhalen 27 12.4 Herkansingen en inhalen 27 12.5 Onvolkomenheden 27 12.6 Het definitief vaststellen van het resultaat van een dossiertoets, van het profielwerkstuk of van een herkansing 28 12.7 Klachten over de gang van zaken bij een dossiertoets, een voortgangstoets, bij het profielwerkstuk of bij een herkansing 29 12.8 Onregelmatigheden bij een dossiertoets, een voortgangstoets, het profielwerkstuk of een herkansing. 30 12.9 Kennelijke onbillijkheid 30 13 Deelname aan het CE 13.1 Tijdvakken CE 13.2 Afsluiting SE 13.3 Afwezigheid bij zitting CE 13.4 2e tijdvak in samenhang met afwezigheid 13.5 Afwezigheid bij 2e tijdvak
32 32 32 32 32 32
14 Regels tijdens CE-zittingen 14.1 Begin van een CE-zitting 14.2 Verloop van een CE-zitting 14.3 Einde van een CE-zitting
33 33 33 34
15 Uitslag (Slaag-zak regeling) 15.1 Bepaling resultaten
35 35
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 3 / 44
15.2 15.3 15.4
Slaag/Zak-regeling Wijziging Slaag/Zak-regeling m.i.v. schooljaar 2015-2016 Bepaling eindresultaat ingeval extra examenvak
35 36 36
16 Herkansing in het CE 16.1 Herkansen in één vak 16.2 Procedure herkansing 16.3 SE resultaat bij herkansing 16.4 Uitslag na herkansing
37 37 37 37 37
17 Diploma en cijferlijst 17.1 Cijferlijst 17.2 Diploma 17.3 Ondertekening 17.4 Duplicaten
38 38 38 38 38
18 Overige Bepalingen 18.1 Afwijkende wijze van examineren 18.2 Bewaren Examenwerk 18.3 Spreiding examen
39 39 39 39
19 Onregelmatigheden, afwezigheid zonder geldige reden en beroepsmogelijkheid. 19.1 Onregelmatigheden en afwezigheid 19.2 Maatregelen 19.3 Communicatie besluit 19.4 Beroepsmogelijkheid
40 40 40 40 40
20 Wiskunde D 20.1 Mogelijkheid tot volgen WiD 20.2 Bovenschoolse Samenwerking bij Wiskunde D 20.3 Organisatie 20.4 Bovenschoolse regeling voor het SE-eindresultaat en voor de herkansingen bij WiD. 20.5 Nadere regeling voor wiskunde D op het Murmellius Gymnasium 20.6 Gevolgen voor WiD van het niet-slagen voor het examen
41 41 41 42 42 43 44
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 4 / 44
ALGEMENE GEGEVENS Namen en adressen van verantwoordelijke personen en instanties Bevoegd gezag
Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Noord-Holland Noord Postbus 9081 1800 GB Alkmaar 072-5671067 www.sovon.nu
Inspectie
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl 0800-8051
Voorzitter Examencommissie
J.C.M. van Niekerk, rector Bergerhout 1 1815 DA Alkmaar 072-5272072
[email protected]
Secretaris van het examen: vacature Leden van de D.J.Braay, docent Aardrijkskunde Commissie van Appèl Mw E.van Weely, docent Klassieke Talen M.Kemper, plv. rector, voorzitter Klachtencommissie
p/a Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Noord-Holland Noord Postbus 9081 1800 GB Alkmaar
Commissie van Beroep p/a Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Noord-Holland Noord Postbus 9081 1800 GB Alkmaar
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 5 / 44
EXAMENREGLEMENT MURMELLIUS GYMNASIUM 2015-2016
1
Inleiding
1.1
Vaststelling examenreglement Op grond van art. 31.1 van het Examenbesluit VO (Staatsblad 2011/367) dient het Bevoegd Gezag een examenreglement vast te stellen.
1.2
Vaststelling PTA Op grond van art. 31.2 van dit Besluit dient het Bevoegd Gezag jaarlijks vóór 1 oktober een programma van toetsing en afsluiting (PTA) vast te stellen, dat in ieder geval betrekking heeft op het desbetreffende schooljaar.
1.3
Uitreiking examenreglement en PTA Op grond van art. 31.3 van voornoemd Besluit dient de rector jaarlijks vóór 1 oktober de kandidaten het examenreglement en het programma van toetsing en afsluiting uit te reiken.
1.4
Inhoud examenreglement Het examenreglement regelt de gang van zaken bij schoolexamen en centraal examen. Daartoe bevat het naast de relevante wettelijke voorschriften ook regels die de school zelf heeft bepaald binnen de wettelijk toegestane grenzen.
1.5
Rol Bevoegd Gezag Het examenreglement wordt vastgesteld door het Bevoegd Gezag. Indien daartoe aanleiding is kan het Bevoegd Gezag het examenreglement wijzigen.
1.6
Afwijken van examenreglement Van dit reglement kan worden afgeweken, indien toepassing ervan tot kennelijke onbillijkheid leidt. (Zie verder artikel 12.9)
1.7
Onvoorziene gevallen In gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist de rector.
1.8
Leeswijzer In dit reglement zijn in woorden van mannelijke vorm de vrouwelijke equivalenten mede begrepen. Ook dient men ouders te lezen als ouders/verzorgers.
1.9
Geldigheidsduur examenreglement Dit reglement treedt in werking op 1 augustus 2015 en is uitsluitend geldig voor schooljaar 2015-2016.
1.9.1 Instemming MR
Dit examenreglement is van instemming voorzien door de MR in de vergadering van 1-7-2015.
1.10 Citeertitel Dit reglement kan worden aangehaald als: “Examenreglement Murmellius Gymnasium”.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 6 / 44
2
Begripsomschrijvingen
2.1
Begrippen In dit reglement wordt verstaan onder: Bevoegd Gezag:
Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Noord-Holland Noord.
De school:
Het Murmellius Gymnasium te Alkmaar.
Profielwerkstuk:
Het profielwerkstuk zoals omschreven in art. 4 examenbesluit VO.
Reglement voor het Profielwerkstuk: het aanhangsel bij dit examenreglement en het PTA voor SEperiode 3, waarin de gang van zaken beschreven is voor de Profielwerkstukken. Dit reglement is te vinden op de website: www.murmellius.nl Examen:
Het geheel van schoolexamen (SE) en centraal examen (CE).
Het SE:
Het schoolexamen, dat plaats vindt onder verantwoordelijkheid van de school en de vorm aanneemt van een examendossier.
Het CE:
Het centraal examen, dat plaats vindt onder verantwoordelijkheid van de Minister en de vorm aanneemt van een aantal schriftelijke toetsen die worden afgenomen in het zesde leerjaar.
Commissie van Appèl: De in art. 12.1 van dit reglement bedoelde commissie. College voor examens: College voor examens, genoemd in artikel 2, eerste lid, van de Wet College voor examens.
3
Toelating tot het examen Tot het examen hebben toegang de leerlingen die tot een leerjaar van de school zijn toegelaten, waarin het schoolexamen of het centraal examen in enig vak of deelvak plaatsvindt.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 7 / 44
4
Afnemen van het examen
4.1
Examencommissie De rector en de examinatoren vormen tezamen de examencommissie.
4.2
Rol examencommissie De examencommissie neemt onder verantwoordelijkheid van het Bevoegd Gezag het examen af.
4.3
Samenstelling Examencommissie De rector is voorzitter van de examencommissie. De groep, bestaande uit alle docenten die op enig moment lesgeven aan een leerling die bezig is met de opbouw van zijn examendossier, wordt geacht op dat moment ten aanzien van die leerling de examencommissie te vormen.
.4.4
Secretaris van het eindexamen De rector benoemt één van de personeelsleden tot secretaris van het examen
5
Geheimhouding Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van dit reglement en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of kan vermoeden, is verplicht tot geheimhouding van deze gegevens.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 8 / 44
6
Opbouw van het examen
6.1
Examenvakken Het examen van iedere kandidaat wordt samengesteld met inachtneming van het bepaalde in de Wet op het voortgezet onderwijs, het Inrichtingsbesluit W.V.O. en het Examenbesluit VO. De kandidaat is verplicht examen af te leggen in de vakken van het gemeenschappelijke deel, zoals bedoeld in bovengenoemd Examenbesluit. Voorts zijn de kandidaten verplicht examen af te leggen in het gekozen profieldeel, zoals bedoeld in bovengenoemd Examenbesluit. Tevens is iedere kandidaat verplicht examen te doen in één vak uit het vrije deel, zoals bedoeld in bovengenoemd Examenbesluit. Dit vak uit het vrije deel heet het keuzeexamenvak. Ten slotte is voor iedere kandidaat het profielwerkstuk, zoals bedoeld in het Examenbesluit VO, verplicht. Het profielwerkstuk heeft betrekking op één of meerdere vakken waarin de kandidaat examen aflegt. Van ten minste één van deze examenvakken bedraagt de studielast 400 sbu. of meer. Met ingang van 2014-2015 is elke kandidaat verplicht de rekentoets af te leggen. Dit kan in klas 5 of in klas 6. Op het Murmellius Gymnasium heeft iedere kandidaat het recht om examen af te leggen in een tweede vak uit het vrije deel.
6.2
Gemeenschappelijk deel van het examen Op het Murmellius Gymnasium bevat het gemeenschappelijke deel de vakken Latc (Latijnse taal en cultuur) of Grtc (Griekse taal en cultuur), Ne, En, Ma, ANW en LO. NB: m.i.v. het examen 2018 is ANW niet meer verplicht als eindexamenvak. Dit geldt voor de leerlingen die in 2015-2016 in klas 4 en lager zitten.
6.3
Definitieve profielkeuze De in artikel 6.1 bedoelde definitieve profielkeuze vindt plaats bij aanvang van het 5 e leerjaar. In de 4e klas volgt de leerling 12 vakken: 5 vakken uit het gemeenschappelijke deel (behalve Ma) en de 3 vakken Fa of Du, Wi-A of Wi-B en Bi. Daarnaast volgen de leerlingen in de N-stroom Na, Sk en 2 keuzevakken. In de M-stroom volgen de leerlingen Gs, Ec en 2 keuzevakken. Het vak ANW wordt afgesloten in klas 4; MA in klas 5. Zie ook: “Inrichting van het schoolexamen”(te vinden op de website). ANW maakt vanaf klas 4 2015-2016 geen deel meer uit van het examendossier.
6.4
Verandering profielkeuze Verandering van de in artikel 6.3 bedoelde keuze in de 4e klas is alleen mogelijk tot in de maand februari van het lopende leerjaar.
6.5
Keuze van ander vak in klas 5 (niet gevolgd in klas 4) Een leerling kan in klas 5 één vak in zijn profieldeel of zijn vrije deel kiezen dat hij in klas 4 niet gevolgd heeft terwijl het wel in klas 4 aangeboden wordt. Hij moet dan uiterlijk in de derde week na het begin van het schooljaar tot genoegen van de examinator hebben aangetoond dat hij het onderwijs in dat vak met vrucht kan volgen. Dit geldt tevens voor de
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 9 / 44
verandering van Wi-B naar Wi-A (of eventueel andersom).
6.6
Profieldeel van het examen Op het Murmellius Gymnasium bevat het profieldeel C&M de 4 vakken: Grtc of Latcof Fi of Fa of Du, Gs, Ak of Ec, WiC of WiA. Het profieldeel E&M bevat op het Murmellius Gymnasium de 4 vakken: Ec, Ak of Du of Fa, Gs, WiA of WiB. In het profieldeel N&G zijn de 4 vakken: Na of Ak, Sk, Bi, WiA of WiB. De 4 vakken in het profieldeel N&T zijn: Na, Sk, Bi of WiD, WiB.
6.7
Keuzevak In het vrije deel kan een examenvak als genoemd in art. 6.6 worden gekozen. Echter een keuze voor een tweede wiskundevak is niet toegestaan (met uitzondering van WiD naast WiB). De keuze van de vakken Na, Sk of Bi is niet toegestaan voor een leerling die in het C&M profieldeel het vak WiC volgt.
6.8
Vakken in klas 5 (geldig voor 2015-2016) In het 5e leerjaar is een leerling verplicht om de vakken te volgen uit het gemeenschappelijke deel, behalve ANW, de 4 vakken uit het gekozen profieldeel en 2 vakken in het vrije deel. Voor de keuze van de vakken in het vrije deel is art. 6.7 van toepassing. Een leerling kan in het 5e leerjaar meer dan 2 vakken in het vrije deel kiezen alleen als de school dat toestaat. Welke van de (twee) gekozen vakken in het vrije deel het keuze-examenvak is hoeft pas tijdens het 6e leerjaar definitief vastgesteld te worden door de leerling. Een leerling kan – nadat hij is bevorderd naar klas 6 – één van de twee verplicht gekozen vakken uit klas 5 laten vallen. Het overgebleven vak wordt automatisch het keuze-examenvak. Door het laten vallen van het tweede vak verliest de leerling het recht om CE te doen in dit vak (zie ook 6.12).
6.9
Activiteitendeel Het deel van het vrije deel dat niet wordt besteed aan examenvakken maar aan andere activiteiten heet het activiteitendeel.
6.10 Samenstelling activiteitendeel Op het Murmellius Gymnasium wordt het activiteitendeel met de volgende verplichte activiteit voor alle leerlingen ingevuld: de klassieke reis in het 5e leerjaar of, in uitzonderlijke gevallen, een door de rector c.q. de conrector van het 5e leerjaar vast te stellen vervangende activiteit van gelijkwaardige omvang .
6.11 Vakken in klas 6 (geldig voor 2015-2016) In het 6e leerjaar is een leerling verplicht om de vakken te volgen uit het gemeenschappelijke deel, behalve Ma en ANW, de 4 vakken uit het gekozen profieldeel en een keuze-examenvak in het verplicht vrije deel. Naast deze vakken is een leerling in het 6e leerjaar verplicht aan het profielwerkstuk te werken. De school dient het profielwerkstuk zodanig te organiseren dat het uiterlijk in november van het 6e leerjaar kan zijn afgerond.
6.12 Extra examenvak in klas 6 Een leerling die in het 6e leerjaar de extra examenvakken uit het vrije deel die hij in klas 5
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 10 / 44
heeft gevolgd opnieuw volgt, heeft het recht om in die vakken examen af te leggen. Een leerling die in het 6e leerjaar een extra examenvak uit het vrije deel dat hij in klas 5 heeft gevolgd niet meer volgt, heeft niet het recht om in dat vak examen te doen. Als de leerling niet slaagt voor het examen en het daaropvolgende leerjaar opnieuw examen aflegt dan heeft hij niet het recht dat vak alsnog te volgen als extra examenvak en heeft hij niet het recht om in dat vak examen af te leggen als vak uit het vrije deel.
6.13 Terugtrekken van CE Tot uiterlijk 5 dagen voor aanvang van het CE kan een kandidaat zich terugtrekken als kandidaat voor het CE voor een extra examenvak uit het vrije deel waarin de kandidaat een SE-eindcijfer heeft behaald.
6.14 Vrijstellingsregeling In door de Minister toegestane gevallen kan het Bevoegd Gezag vrijstelling verlenen voor het volgen van onderwijs in een vak. In het geval van vrijstelling voor het vak LO wordt de leerling geacht voldaan te hebben aan de bij dat vak behorende eisen.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 11 / 44
7
Toetsing in het SE en periodegewijze afname van het SE
7.1
Definities In dit reglement wordt de volgende definitie van het begrip dossiertoets gehanteerd: een dossiertoets is iedere vorm van toetsing die precies één, in een cijfer uitgedrukt, resultaat in het examendossier oplevert. Op grond van de landelijke examenvoorschriften wordt onder een cijfer verstaan een getal met één decimaal. Er zijn twee soorten dossiertoetsen: A. Theoretische dossiertoetsen B. Praktische dossiertoetsen Er is sprake van een praktische dossiertoets bij een practicum, bij een onderzoeksopdracht die zich uitstrekt over een langere periode, bij spreekvaardigheid, bij luistervaardigheid of bij het profielwerkstuk. Is een dossiertoets niet praktisch dan heet de dossiertoets theoretisch. Een dossiertoets kan de volgende vormen aannemen: schriftelijk, mondeling of een combinatie van schriftelijk en mondeling. Een proefwerk is een schriftelijke opdracht die leidt tot een cijfer. Een proefwerk heet een voortgangstoets als de opdracht niet leidt tot een cijfer in het examendossier. Dit kan alleen in klas 5 voorkomen. . Bij de afname van voortgangstoetsen worden dezelfde regelingen toegepast als voor dossiertoetsen.
Een schriftelijke overhoring (SO) is een schriftelijke opdracht die leidt tot een cijfer en die betrekking heeft op een gedeelte van de stof van een proefwerk Een schriftelijke theoretische dossiertoets wordt afgenomen door middel van één proefwerk al dan niet in combinatie met SO’s of andere opdrachten (geen voortgangstoets) voorafgaande aan het proefwerk. Het aantal van deze SO’s of andere opdrachten voorafgaande aan een proefwerk mag niet meer zijn dan drie. De cijfers voor de SO’s of andere opdrachten hebben onderling hetzelfde gewicht en het cijfer van het proefwerk heeft een drie keer zo groot gewicht als een SO of een andere opdracht. Er wordt een resultaat vastgesteld met behulp van het proefwerk en de gemaakte SO’s of andere opdrachten. Dit resultaat is het resultaat van de schriftelijke dossiertoets als het hoger is dan het resultaat van het gemaakte proefwerk. Is het resultaat lager dan of gelijk aan het resultaat van het gemaakte proefwerk dan is het proefwerkresultaat het resultaat van de schriftelijke dossiertoets. Voor voortgangstoetsen geldt een andere regeling (zie art. 7.6.2 en het document “Inrichting schoolexamen, 2015-2016”)
7.2
Het vak LO Het vak LO uit het gemeenschappelijke deel wordt niet beoordeeld met een cijfer, maar met het predicaat voldoende of goed. Het is niet mogelijk te slagen voor het examen als het vak LO niet het predicaat voldoende of goed heeft verworven, tenzij art. 6.14 van toepassing is.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 12 / 44
Alle andere examenvakken en ook het profielwerkstuk hebben een cijfer als eindresultaat van het SE.
7.3
SE-periode Op het Murmellius Gymnasium wordt het SE periodegewijs afgenomen. SE-periode 1 is het gehele 4e leerjaar. SE-periode 2 omvat het gehele 5e leerjaar. SE-periode 3 is vanaf het begin van het 6e leerjaar tot uiterlijk eind november van dat leerjaar. SEperiode 4 sluit op SE-periode 3 aan en is uiterlijk eind januari van het 6e leerjaar afgesloten. SE-periode 5 sluit op SE-periode 4 aan en is in het 6e leerjaar uiterlijk 10 lesdagen voor het begin van het CE afgesloten. Het SE voor de vakken Ma en ANW wordt alleen in SE-periode 1 (voor ANW) resp in SEperiode 2 (voor Ma) afgenomen. Het SE van deze vakken bestaat uit één SE-deel. (Dit geldt alleen voor leerlingen die in 2015-2016 in klas 5 of 6 zitten). Het SE van de overige examenvakken wordt zowel in SE-periode 2 als in SE-periode 4 afgenomen en eventueel ook in SE-periode 5. Het gedeelte van het SE van een examenvak in periode 2 heet SE-deel I, het gedeelte van het SE van een examenvak in periode 4 heet SE-deel II en het gedeelte van het SE van een examenvak in periode 5 heet SE-deel III. Voor WiD geldt een afwijkende regeling, zie artikel 20. De werkzaamheden voor het profielwerkstuk en ook de afsluiting ervan met een SEeindcijfer gebeuren uitsluitend in SE-periode 3. Het SE van het profielwerkstuk bestaat uit één SE-deel. De afzonderlijke examenvakken hebben in SE-periode 3 geen dossiertoetsen en ook geen voortgangstoetsen, maar een leerling dient wel in deze periode de lessen van zijn examenvakken te volgen. In de SE-periodes dat een examenvak het SE afneemt heeft dat vak – met uitzondering van SE-periode 2 - geen voortgangstoetsen, alleen dossiertoetsen. (Zie voor de regeling omtrent de voortgangstoetsen in SE-periode 2 het document “Inrichting van het schoolexamen, versie 2015-2016, klas 4 en 5”)
7.4
SE-Domeinen In SE-periode 1, in SE-periode 2, in SE-periode 3 en SE-periode 4 samen en in SE-periode 5 is de te examineren leerstof van een examenvak, behalve voor LO, opgedeeld in SEdomeinen. Een SE-deel van een examenvak omvat derhalve één of meerdere SE-domeinen. Een SE-domein omvat één of meerdere dossiertoetsen (zie voorwaarden in art. 7.5)
7.5
SE-Domeinen bij de talen Bij de talen, dus bij Grtc, Latc, Ne, Fa, Du en En, mag een SE-domein meer dan één dossiertoets omvatten. Bij de examenvakken, niet zijnde een taal, omvat een SE-domein één en slechts één theoretische dossiertoets. Bij deze vakken kan een SE-domein wel meer dan één praktische dossiertoets omvatten. Een SE-domein van zo’n vak kan niet tegelijk een praktische en een theoretische dossiertoets omvatten.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 13 / 44
7.6.1 Bepalingen voor het aantal dossiertoetsen per vak in SE-periode 1, in SE-periode 2 en in SE-periode 5. -
-
Er wordt uitgegaan van een normatief aantal van 40 volledige lesweken in klas 4 (dus in SEperiode 1) en in klas 5 (dus SE-periode 2). Per 40 lessen moet ten minste één theoretische dossiertoets worden gegeven. Per 16 lessen mag ten hoogste één theoretische dossiertoets worden gegeven. Uitgaande van het normatieve aantal lesweken betekent dit dat zowel in leerjaar 4 als in leerjaar 5 voor een vak dat met het SE is begonnen, behalve voor LO, geldt: Het aantal theoretische dossiertoetsen in een leerjaar is minimaal gelijk aan het aantal lesuren per week in dat leerjaar. Het aantal theoretische dossiertoetsen in een leerjaar mag niet meer zijn dan 2½ keer het aantal lesuren per week in dat leerjaar. Voor elk examenvak, behalve LO, de moderne vreemde talen en Nederlands, bestaat SEdeel III in SE-periode 5 uit maximaal één dossiertoets. Voor de moderne vreemde talen en Nederlands is dit maximum drie. Een schriftelijke theoretische dossiertoets in SE-periode 5 wordt afgenomen door middel van een proefwerk dat niet vooraf kan worden gegaan door SO’s of andere opdrachten in de zin van art. 7.1. Het is examenvakken toegestaan om voor periode 5 geen SE-resultaat III op te nemen in het PTA. (Zie ook art. 8.1 en 8.4).
7.6.2 Bepalingen voor het aantal voortgangstoetsen per vak in SEperiode 2. -
Het aantal voortgangstoetsen is maximaal gelijk aan het aantal dossiertoetsen in SE-periode 2. Een vak is niet verplicht voortgangstoetsen in te plannen. Het aantal theoretische dossiertoetsen en voortgangstoetsen in SE-periode 2 is gezamenlijk minimaal gelijk aan het aantal lesuren per week in SE-periode 2. Het aantal theoretische dossiertoetsen en voortgangstoetsen in SE-periode 2 mag gezamenlijk niet meer zijn dan 3 keer het aantal lesuren per week in SE-periode 2. Indien een vak geen voortgangstoetsen inplant, dan is dit maximum 2½ keer het aantal lesuren per week (zie ook 7.6.1)
7.7.1 Gelijkheid dossiertoetsen. Per vak, per leerjaar en per type zijn alle dossiertoetsen identiek. Uitzondering hierop is de literatuurtoets in klas 5 (zie 7.7.3)
7.7.2 Gelijkwaardigheid voortgangstoetsen in klas 5 Ook voortgangstoetsen zijn identiek. Bij hoge uitzondering en na overleg met en toestemming van de conrector van het 5e leerjaar kan hiervan worden afgeweken. In dat geval zijn de voortgangstoetsen in ieder geval gelijkwaardig voor alle kandidaten. In geval van gelijkwaardigheid van niet identieke toetsen zijn de te bestuderen stofinhoud, alsmede de te gebruiken boeken en syllabi wel identiek voor alle leerlingen.
7.7.3 Schoolexamen Literatuur in klas 5 voor het vak Nederlands. Door de bijzondere inhoud van het literatuurschoolexamen in combinatie met de persoonlijke literatuur voorkeur van de docent gelden voor het literatuurschoolexamen Nederlands in afwijking van art. 7.7.1 de volgende regels:
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 14 / 44
-
7.8
Minimaal 40% van de toets is identiek Maximaal (de overige) 60% van de toets is afhankelijk van de docent van wie de leerling literatuuronderwijs ontvangt. Deze 60% mag wel maar hoeft niet identiek te zijn. Elke leerling beschikt over dezelfde boeken en/of syllabi en/of readers De toetsen zijn in ieder geval gelijkwaardig (zie ook 7.7.1 en 7.7.2)
Examinatoren en vaksecties De soort, de inhoud, de samenstelling en het niveau van dossiertoetsen in een examenvak voor een bepaald leerjaar vallen onder de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de tot de vaksectie behorende examinatoren, die in dat leerjaar lesgeven. Het opstellen van het PTA van een examenvak voor de verschillende leerjaren valt onder de gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle tot de vaksectie behorende examinatoren. Het onderwerp van het profielwerkstuk en de aan het profielwerkstuk te stellen eisen vallen onder de verantwoordelijkheid van de betrokken examinator of, als het profielwerkstuk betrekking heeft op meer dan één vak, examinatoren. De school kan vormvereisten vaststellen, waaraan het profielwerkstuk moet voldoen. Deze vormvereisten worden opgenomen in het PTA. De examinator is verantwoordelijk voor het vaststellen van een resultaat van een dossiertoets en van het resultaat van het profielwerkstuk. Als het profielwerkstuk betrekking heeft op meer dan één vak dan is de beoordeling en het resultaat de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de betreffende examinatoren. De examinator is verantwoordelijk voor het correct en tijdig invoeren van elk resultaat in Magister en het persoonlijk archiveren van dit resultaat (dus buiten Magister). De examinator draagt er zorg voor dat het gemaakte CE-werk uiterlijk aan het einde van het schooljaar gearchiveerd is in het archief van de school (zie ook art. 18.2).
7.9
Verdeling De verdeling over de twee leerjaren en binnen elk leerjaar van de dossiertoetsen wordt geregeld in het PTA. Daarbij wordt gestreefd naar een evenwichtige spreiding.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 15 / 44
8
PTA per examenvak
8.1
Opsomming per leerjaar Het PTA voor leerjaar 4, dus voor SE-periode 1, dient voor het vak ANW te bevatten: De indeling van de lesstof naar domeinen. Een adequate omschrijving van de vereisten voor elke dossiertoets. De tijdsduur van elke dossiertoets en het moment waarop de dossiertoets wordt afgenomen, dan wel de termijn waarbinnen de dossiertoets moet zijn afgerond. De aard van elke dossiertoets: theoretisch of praktisch, mondeling en/of schriftelijk. Hierbij wordt gestreefd naar een evenwichtige spreiding van de dossiertoetsen over leerjaar 4. (N.B. Bovenstaande is ter informatie opgenomen voor leerlingen van klas 5 en klas 6 in 2015-2016; vanaf dit jaar is bovenstaande NIET meer geldig voor klas 4) Het PTA voor leerjaar 5, dus voor SE-periode 2, dient voor alle examenvakken, behalve ANW en LO, te bevatten: De indeling van de lesstof naar domeinen voor SE-deel I. Een adequate omschrijving van de vereisten voor elke dossiertoets. De tijdsduur van elke dossiertoets en het moment waarop de dossiertoets wordt afgenomen, dan wel de termijn waarbinnen de dossiertoets moet zijn afgerond. De aard van elke dossiertoets: theoretisch of praktisch, mondeling en/of schriftelijk. Hierbij wordt gestreefd naar een evenwichtige spreiding van de dossiertoetsen over leerjaar 5.
Het PTA voor leerjaar 6 dient voor de SE-periode4 voor alle examenvakken, behalve Ma, ANW en LO, te bevatten: De indeling van de lesstof naar domeinen voor SE-deel II. Een adequate omschrijving van de vereisten voor elke dossiertoets. De tijdsduur van elke dossiertoets en het moment waarop de dossiertoets wordt afgenomen, dan wel de termijn waarbinnen de dossiertoets moet zijn afgerond. De aard van elke dossiertoets: theoretisch of praktisch, mondeling en/of schriftelijk. Het PTA voor leerjaar 6 dient voor de SE-periode 5 voor alle examenvakken, behalve Ma, ANW en LO, te bevatten: De inhoud van de lesstof voor SE-deel III. Een adequate omschrijving van de vereisten voor elke dossiertoets. De tijdsduur van de dossiertoets en het moment waarop de dossiertoets wordt afgenomen. De aard van de dossiertoets: theoretisch of praktisch, mondeling en/of schriftelijk. Indien een vaksectie er voor kiest dat er geen SE-deel III zal zijn dient dat expliciet in het PTA van klas 5 en het PTA van klas 6 te worden vermeld (zie ook art. 7.6 en 8.4). Ten minste 5 lesdagen voor de aanvang van een dossiertoets kunnen, indien noodzakelijk en uitsluitend na overleg met de secretaris van het examen, de vorm, de stofinhoud, de tijdsduur, het moment van afname of de termijn waarbinnen een dossiertoets moet zijn afgerond, worden gewijzigd. Deze wijzigingen worden tijdig schriftelijk aan een leerling bekend gemaakt. In het Reglement voor het profielwerkstuk – als onderdeel van het PTA - voor de leerjaren 5 en 6 is voor het profielwerkstuk uit SE-periode 3 zo nauwkeurig mogelijk vastgelegd:
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 16 / 44
-
8.2
De wijze waarop het profielwerkstuk tot stand komt. De stadia die bij het profielwerkstuk worden doorlopen. De vormgeving van het profielwerkstuk. De termijn waarbinnen het profielwerkstuk moet zijn afgerond. De algemene regels voor het vaststellen van het SE-resultaat van het profielwerkstuk.
Geen praktische dossiertoetsen in klas 6 In klas 6 kunnen geen praktische dossiertoetsen worden afgelegd. De secretaris van het examen kan hiervan afwijken naar aanleiding van een gemotiveerd verzoek van een examinator.
8.3
Benaming resultaten Het cijfer voor een dossiertoets heet een dossiertoetsresultaat. Het resultaat van een SEdomein heet een SE-domeinresultaat, het resultaat van een SE-deel heet een SE-resultaat, het eindcijfer van het SE heet het SE-eindresultaat of het SE-eindcijfer.
8.4
Gewichten SE-delen In het PTA voor elk leerjaar waarin dossiertoetsen voor een examenvak worden afgenomen, is vastgelegd, behalve voor LO, welk gewicht de resultaten van de SE-delen die door het SE van een examenvak worden omvat hebben bij de vaststelling van het SE-eindresultaat. Per leerjaar is in het PTA vastgelegd welk gewicht de resultaten van de SE-domeinen die door een SE-deel worden omvat hebben bij de vaststelling van het resultaat van dat SE-deel. Per leerjaar is in het PTA vastgelegd welk gewicht de cijfers van de dossiertoetsen die een SE-domein worden omvat hebben bij de vaststelling van het resultaat van dat SE-domein. Omvat het SE van een examenvak het SE-deel I, het SE-deel II en het SE-deel III dan is het gewicht van het resultaat SE-deel I ten minste 40% en ten hoogste 60%, het gewicht van het resultaat van SE-deel II ten minste 20% en ten hoogste 60% en het gewicht van het resultaat van SE-deel III ten hoogste 40% bij de vaststelling van het SE-eindresultaat. De som van de gewichten van de resultaten van SE-deel I, van SE-deel II en van SE-deel III is 100%. Is er in SE-periode 5 geen dossierresultaat dan is het gewicht van het resultaat van SE-deel III 0% . Het vak Ma, dat deel uitmaakt van SE-deel I valt niet onder de 40%-60%-regel aangezien dit vak alleen in klas 5 wordt aangeboden (zie verder ook art. 7.6 en art. 8.1) .
8.5
Beoordeling van het vak LO In het document “Inrichting van het schoolexamen” is opgenomen de speciale regeling voor het vak LO.
8.6
Bepalingen voor de afronding De berekening van het SE-eindresultaat van een examenvak via SE-resultaten en SEdomeinresultaten vanuit de dossiertoetsresultaten geschiedt door een gewogen gemiddelde te nemen van de SE-resultaten van SE-deel I, SE-deel II en SE-deel III. De wegingsfactoren zijn de in artikel 8.4 genoemde percentages. De berekening van een SE-resultaat via SE-domeinresultaten vanuit de dossiertoetsresultaten geschiedt zonder afronding tussendoor. Een leerling ontvangt direct na iedere SE-periode een schriftelijk verslag van het
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 17 / 44
examendossier (zie art. 11.4) Een SE-domeinresultaat in zo’n verslag wordt in één decimaal gegeven door het onafgeronde SE-domeinresultaat naar beneden af te ronden, dus in het verslag is het SEdomeinresultaat het op één decimaal afgekapte SE-domeinresultaat. Een SE-resultaat in zo’n verslag wordt in één decimaal gegeven door gewone afronding tot één decimaal van het onafgeronde SE-resultaat . Het SE-eindresultaat is een cijfer dat door de gewone afronding tot één décimaal uit het onafgeronde SE-eindresultaat ontstaat.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 18 / 44
9
Herkansingen
9.1
SE-resultaten en herkansingen Bij een examenvak kan alleen een SE-resultaat < 5,5 worden herkanst. Het profielwerkstuk kan worden herkanst als het combinatiecijfer voor ANW, Ma en het profielwerkstuk, afgerond tot een geheel getal, lager is dan 6 of als het SE-resultaat voor het profielwerkstuk < 5,5 is. Een herkansing heeft betrekking op een SE-resultaat en niet op een SE-eindresultaat. (Vanwege de regels voor de afronding in art. 8.6 kan het SE-resultaat voor Ma of voor ANW lager zijn dan het SE-eindresultaat.) Voortgangstoetsen kunnen NIET worden herkanst. Alleen de SE-resultaten van de zojuist afgesloten SE-periode kunnen worden herkanst binnen een door de school gestelde termijn. Na SE-periode 5 eindigt deze termijn niet later dan 1 lesweek voor de aanvang van het CE. Gebeurt de herkansing niet binnen de gestelde termijn dan is het niet mogelijk het betreffende SE-resultaat uit de betreffende SE-periode alsnog te herkansen. Na SE-periode 1: Er is (dus) slechts één herkansing.(Niet van toepassing voor leerlingen die in 2015-2016 in klas 4 of lager zitten). Na SE- periode 2: Het SE-resultaat voor Ma kan worden herkanst, na bevordering naar klas 6 óf na oplegging van een herstelopdracht. Voor de overige vakken geldt: Alleen de SEresultaten I kunnen worden herkanst, na bevordering naar klas 6. Het maximum aantal herkansingen is drie exclusief de eventuele herkansing voor Ma. Na SE-periode 3: Het profielwerkstuk kan worden herkanst als het combinatiecijfer voor ANW, Ma en het profielwerkstuk, afgerond tot een geheel getal, lager is dan 6 of als het SEresultaat voor het profielwerkstuk < 5,5 is. Een eventuele verbetering van het profielwerkstuk kan alleen betrekking hebben op het reeds gekozen onderwerp en niet op een nieuw onderwerp. Er is maximaal één herkansing. Na SE-periode 4: Alleen de SE-resultaten II kunnen worden herkanst. Het maximum aantal herkansingen is twee. Na SE-periode 5: Alleen de SE-resultaten III kunnen worden herkanst. Het maximum aantal herkansingen van SE-periode 4 en SE-periode 5 tezamen is 3. Dit betekent dat na SE-periode 5 minimaal 1 (één) en maximaal 3 herkansingen gedaan kunnen worden, met in achtneming van het gestelde in de eerste alinea van dit artikel 9.1; het gestelde in artikel 9.4 en het gestelde in artikel 12.4 NB1: Voor WiD geldt een afwijkende regeling, zie artikel 20. NB2: De zgn. verplichte herkansingen bij de overgang van 5 6 worden inhet kader van dit reglement gezien als herkansing in de zin van dit artikel.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 19 / 44
9.2
Bevorderingsregeling in samenhang met 9.1 De bevorderingsregeling kan bepalingen bevatten waardoor het in art. 9.1 bedoelde maximum kan worden verlaagd.
9.3.1 Vaststelling van het uiteindelijk SE-resultaat voor een examenvak bij een herkansing -
-
-
De stof van een te herkansen SE-resultaat kan alleen betrekking hebben op de stof van de bijbehorende SE-domeinresultaten < 5,5. Een leerling kan kiezen welke SE-domeinen betrokken zijn bij de herkansing van het SE-resultaat. Deze keuze wordt vooraf aan de herkansing schriftelijk vastgelegd door leerling en examinator binnen een door de school gestelde termijn. Gebeurt dit niet binnen de gestelde termijn dan is het niet mogelijk het betreffende SE-resultaat te herkansen. Van deze vastlegging ontvangt de secretaris van het examen een afschrift. De herkansing bestaat uit één toets. Het resultaat van deze toets vervangt het resultaat van de betreffende dossiertoetsen van elk van de bij de herkansing betrokken SE-domeinen. De resultaten van de dossiertoetsen binnen de andere SE-domeinen behorende bij het SE-resultaat blijven onveranderd. Het SE-resultaat voor de herkansing wordt berekend volgens de in het PTA vastgestelde regels. Het hoogste van de twee behaalde onafgeronde SE-resultaten wordt het uiteindelijke SE-resultaat.
9.3.2 Herkansing over jaarstof klas 5 In afwijking van 9.3.1. kunnen secties/vakken besluiten om de herkansingen aan het begin van klas 6 (dus na bevordering in klas 5) te laten gaan over (een gedeelte van) de jaarstof van klas 5. In dat geval wordt het dossiercijfer na SE-periode 2 vervangen door het cijfer voor deze herkansing, indien deze een hoger resultaat heeft dan het eerder behaalde cijfer voor SE-periode 2. Indien een sectie hiervan gebruik maakt, dient dit te worden vermeld in het PTA van klas 5.
9.4
Herkansing plus Twee herkansingsmogelijkheden mogen bij een examenvak worden gebruikt om conform art. 9.1, het resultaat van één SE-deel, ongeacht de hoogte ervan, te herkansen. Eénmaal na bevordering naar klas 6 over de SE-resultaten van SE-periode 2 en éénmaal in klas 6 na SEperiode 4 of 5. Indien een sectie gekozen heeft voor jaarherkansingen (zie 9.3.2) dan geldt dit ook voor de herkansing-plus. In alle andere gevallen telt voor de herkansing-plus het gestelde in 9.3.1. Het SE-resultaat van het profielwerkstuk en van WiD, ANW en Ma komen niet voor een herkansing-plus in aanmerking.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 20 / 44
10
Doubleren en SE-resultaten
10.1 Gevolgen van een afwijzing voor een volgend leerjaar en van het niet-slagen voor het examen Als een leerling klas 4 overdoet omdat hij niet is bevorderd, vervalt het bij dat leerjaar behorende dossiertoetsresultaat (en dus alle SE-resultaten) van het vak ANW. (Deze regel is niet meer van toepassing voor de huidige leerlingen van klas 4; de regel wordt hier nog ter informatie vermeld voor leerlingen uit klas 5 en klas 6) Als een leerling klas 5 overdoet omdat hij niet is bevorderd vervallen alle bij dat leerjaar behorende dossiertoetsresultaten (en dus alle SE-resultaten) en alle beoordelingen voor het vak LO. De SE-resultaten uit leerjaar 4 blijven (eventueel na herkansing in de eerste keer leerjaar 5) gehandhaafd.
Als een leerling klas 6 overdoet omdat hij is afgewezen voor het eindexamen vervallen alle bij dat leerjaar behorende dossiertoetsresultaten (en dus alle SE-resultaten) en alle beoordelingen voor het vak LO, m.u.v. het SE-eindresultaat van het profielwerkstuk en het SE-resultaat II en het SE-resultaat III van het extra examenvak. De SE-resultaten uit leerjaar 4 en leerjaar 5 blijven (eventueel na herkansing in de eerste keer leerjaar 6) gehandhaafd. Voor WiD geldt een afwijkende regeling, zie artikel 20. Voor het profielwerkstuk en de SE-resultaten voor het extra examenvak geldt (alleen bij overdoen van leerjaar 6): De leerling heeft het recht aan het begin van het schooljaar de keuze tussen het handhaven van de reeds behaalde SE-resultaten en overdoen conform het voor het nieuwe leerjaar vastgestelde PTA. In het laatste geval telt steeds het hoogste onafgeronde SE-resultaat. Het recht om examen te doen in het extra examenvak vervalt indien het vak niet opnieuw gevolgd wordt. Conform art. 9.1 mag bij SE-periode 1 pas worden herkanst als de leerling is bevorderd naar klas 5 en mag bij SE-periode 2 pas worden herkanst als de leerling is bevorderd naar klas 6. Voor WiD geldt een afwijkende regeling, zie artikel 20.
10.2 Gevolgen van het vrijwillig overdoen van klas 5 Bij vrijwillig overdoen van klas 5 maakt de leerling vooraf bindende afspraken over een studieprogramma voor SE-periode 2 met de secretaris van het examen, zo nodig in overleg met de decaan. Uitgangspunt is de opbouw van een examendossier voor SE-periode 2 alsof de leerling is blijven zitten in klas 5. De leerling heeft echter de keus een SE-eindresultaat 5,5 voor MA te laten staan dan wel opnieuw te doen.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 21 / 44
11
Examendossier en verslagen van SE-periodes
11.1 Opbouw Examendossier Het examendossier wordt opgebouwd uit de volgende elementen: registratie van de door de leerling gekozen examenvakken; registratie van de door de leerling behaalde dossiertoetsresultaten; registratie van de door de leerling behaalde SE-domeinresultaten; registratie van de door de leerling behaalde SE-resultaten voor de examenvakken en het profielwerkstuk; registratie van de door de leerling behaalde SE-eindresultaten; registratie van de toegekende studielast van voortijdig beëindigde examenvakken; archivering van het door de leerling gemaakte werk en van de door examinatoren opgestelde protocollen bij dossiertoetsen van de leerling.
11.2 Organisatie De school bepaalt de nadere organisatorische vormgeving van de in art. 11.1 en art. 11.3 bedoelde registratie en archivering.
11.3 Archivering a. Het profielwerkstuk wordt, samen met eventuele bijbehorende protocollen, door de school gearchiveerd tot 6 maanden na afloop van het examen of het verlaten van de school. b. Dossiertoetsen worden door de vaksectie bewaard tot 6 maanden na afloop van het examen of het verlaten van de school. Eventuele protocollen, behorende bij dossiertoetsen worden door de vaksectie bewaard tot 6 maanden na afloop van het examen of het verlaten van de school. De leerling heeft gedurende deze periode inzagerecht in zowel het schriftelijke werk als de protocollen. c. Een schriftelijke dossiertoets mag pas door de examinator worden meegegeven aan een leerling nadat het resultaat ervan is vastgesteld volgens art. 12.6
11.4 Verslag van periodeverslagen
de
voortgang
in
het
examendossier:
a. De school heeft de verplichting direct na het afsluiten van een SE-periode, als bedoeld in art. 7.3, verslag te doen van de opbouw van het examendossier tot dat moment. Een dergelijk verslag heet het periodeverslag van het examendossier en ook wel het verslag van de SE-periode. Er dient te worden getekend voor gezien door de ouders of, in geval van meerderjarigheid, door de leerling zelf. b. In het 5e leerjaar valt het uitreiken van het verslag van SE-periode 2 samen met het uitreiken van het eindrapport. In het 6e leerjaar gaat de uitreiking van de verslagen van periode 3, periode 4 en periode 5 vooraf aan het begin van de in art. 9.1 genoemde herkansingsperiodes. c Naast periodeverslagen van het examendossier kunnen tussentijdse verslagen van het
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 22 / 44
examendossier voorkomen. In het leerlingvolgsysteem Magister kunnen leerlingen en ouders te allen tijde de tot dan toe behaalde resultaten inzien
d. Het verslag van SE-periode 1 moet ten minste bevatten: het SE-eindresultaat voor ANW, de SE-resultaten voor ANW en de domeinresultaten die tot een SE-eindresultaat hebben geleid. (N.B. NIET van toepassing op leerlingen die in 2015-2016 in klas 4 zitten) Het verslag van SE-periode 2 moet ten minste bevatten: de SE-eindresultaten voor Ma en ANW, het SE-resultaat voor LO over SE-periode 2, de SE-resultaten I van de gevolgde examenvakken, behalve Ma en ANW, de domeinresultaten die tot een SE-resultaat I hebben geleid. Het verslag van SE-periode 3 moet ten minste bevatten: het SE-resultaat van het profielwerkstuk, de SE-eindresultaten voor Ma en ANW en het profielwerkstuk, het combinatiecijfer dat uit deze resultaten volgt en de SE-resultaten I van de gevolgde examenvakken, behalve Ma en ANW. Het verslag van SE-periode 4 moet ten minste bevatten: de SE-eindresultaten voor Ma en ANW en het profielwerkstuk en het combinatiecijfer dat uit deze resultaten volgt, de SE-resultaten I van de gevolgde examenvakken, behalve Ma en ANW, het SE-resultaat voor LO over de SE-periodes 3 en 4, de SE-resultaten II van de gevolgde examenvakken en de domeinresultaten die tot een SE-resultaat II hebben geleid. Het verslag van SE-periode 5 moet ten minste bevatten: de SE-eindresultaten voor Ma en ANW en het profielwerkstuk en het combinatiecijfer dat uit deze resultaten volgt, de SE-resultaten I van de gevolgde examenvakken, behalve Ma en ANW, de SE-resultaten II van de gevolgde examenvakken, behalve Ma en ANW, de SE-resultaten III van de gevolgde examenvakken, behalve Ma en ANW, (en in dit geval daarmee de domeinresultaten die tot een SEresultaat III hebben geleid), het SE-resultaat voor LO over de periode 5, het SE-eindresultaat voor LO, de SE-eindresultaten van de gevolgde examenvakken, behalve Ma en ANW. . e.
Een bezwaar tegen het verslag van SE-periode 2 dient uiterlijk de donderdag van de laatste week van de zomervakantie te worden ingediend bij de secretaris van het examen. Een bezwaar tegen het verslag van SE-periode 3 of van SE-periode 4 of van SE-periode 5 dient uiterlijk 5 lesdagen nadat een leerling het betreffende periodeverslag van het examendossier heeft ontvangen te worden ingediende bij de secretaris van het examen.
f. Zo spoedig mogelijk na de herkansingen behorend bij SE-periode 5 wordt het examendossier afgesloten en ontvangt de leerling een overzicht van de behaalde SEeindresultaten en het combinatiecijfer van de Ma, ANW en het profielwerkstuk. Er dient te worden getekend voor gezien door de ouders of, in geval van meerderjarigheid, door
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 23 / 44
de leerling zelf. Bezwaar tegen het overzicht dient uiterlijk 4 lesdagen vóór aanvang van het CE te worden ingediend bij de secretaris van het examen.
11.5 Volledigheid van een periodeverslag van het examendossier -
-
-
-
-
Een periodeverslag van het examendossier is onvolledig als niet van alle in de betreffende SE-periode verplichte examenvakken een SE-resultaat kan worden vastgesteld. Bij een periodeverslag dat het SE-resultaat van het profielwerkstuk bevat is er ook sprake van onvolledigheid als dit SE-resultaat niet kan worden vastgesteld. Ontbreken er geen SE-resultaten van de verplichte examenvakken of van het profielwerkstuk dan heet het periodeverslag van het examendossier volledig Van de in een SE-periode verplichte examenvakken moet een leerling alle dossiertoetsen afleggen zoals vastgesteld in het PTA. Zijn bij een examenvak niet alle dossiertoetsen afgelegd op het moment van het periodeverslag van het examendossier dan kunnen één of meerdere dossierresultaten niet worden vastgesteld en kan dus ook geen SE-resultaat worden vastgesteld Het SE-resultaat voor het profielwerkstuk mag niet < 5,0 zijn. Is het resultaat voor het profielwerkstuk toch < 5,0 dan vervalt het SE-resultaat voor het profielwerkstuk. Dan is in ieder geval het verslag van SE-periode 3 onvolledig. Elk bij een periodeverslag van het examendossier in te halen SE-resultaat gaat ten koste van een herkansing en het SE-resultaat kan niet later alsnog worden herkanst. Als door omstandigheden die buiten de macht van een leerling liggen bij een volgend periodeverslag van het examendossier het SE-resultaat nog steeds niet kan worden vastgesteld dan gaat dit niet ten koste van het aantal herkansingen behorend bij die periode. Als 50 % of meer van de dossiertoetsen is ingehaald die behoren bij een SEresultaat dat niet is vastgesteld in een periodeverslag van het examendossier, dan gaat dit niet ten koste van nog een herkansing als genoemd in art. 12.4.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 24 / 44
12
Het afnemen van het schoolexamen
12.1 Klachten, geschillen, onregelmatigheden
afwezigheid
zonder
geldige
reden,
a. Bij klachten, geschillen, afwezigheid zonder geldige reden en onregelmatigheden, het examen betreffende, beslist in laatste instantie de rector. b. In geval van klachten, geschillen, afwezigheid zonder geldige reden en onregelmatigheden bij het SE laat de rector zich in zijn beslissing bijstaan door de Commissie van Appèl (CvA). De CvA behandelt de zaak namens de rector en brengt t.a.v de te nemen beslissing een zwaarwegend advies uit, waarvan de rector alleen gemotiveerd kan afwijken. c. Van de CvA maken deel uit: een lid van de schoolleiding en twee docenten. De rector, de secretaris van het examen en de conrectoren van klas 4, 5 en 6 kunnen geen deel uitmaken van de CvA. Als een lid van de CvA betrokken is bij de te behandelen zaak wijst de rector een plaatsvervanger aan. d. De gang van zaken bij klachten en geschillen wordt geregeld in de art. 12.6 en 12.7. De daar beschreven procedures zijn er op gericht klachten en geschillen in overleg met betrokkenen af te handelen. e. De gang van zaken bij afwezigheid zonder geldige reden en onregelmatigheden wordt geregeld in de art. 12.2 en 12.8. f. Tegen beslissingen van de rector aangaande klachten en geschillen staat beroep open bij de Klachtencommissie van het bevoegd gezag. g. Tegen beslissingen van de rector aangaande afwezigheid zonder geldige reden, onregelmatigheden en handelen of gehandeld hebben in strijd met dit reglement staat beroep open bij de door het bevoegd gezag ingestelde Commissie van Beroep.
12.2 Gang van zaken bij dossiertoetsen, voortgangstoetsen, profielwerkstuk en herkansingen
het
a. Tijdens een dossiertoets, een voortgangstoets of een herkansing heeft een leerling zich te houden aan de vanwege de examinator gegeven instructies. Een leerling mag het lokaal of de zaal waar de dossiertoets, de voortgangstoets of herkansing gehouden wordt, niet verlaten gedurende het eerste halfuur en gedurende het laatste kwartier. Bij 50 minuten toetsen blijft de leerling de gehele duur van het werk in de zaal of het lokaal. Nadat leerlingen (na het eerste halfuur) de zaal of het lokaal hebben verlaten mag een eventueel te laat komende leerling niet meer beginnen met de toets. De kandidaat mag bij het verlaten van het lokaal of de zaal de opgaven, het klaspapier en het uitwerkingenpapier NIET meenemen. b. Een proefwerk, een SO en een theoretische mondelinge dossiertoets, als bedoeld in art. 7.1, mogen niet langer duren dan 1 lesuur, dus niet langer dan 50 minuten. Ook de praktische dossiertoetsen practicum, spreekvaardigheid en luistervaardigheid mogen niet langer duren dan 50 minuten. Dit geldt niet tijdens door de school vastgestelde lesvrije toetsperiodes. c. Binnen de vastgestelde tijd moet een leerling een proefwerk, een SO of andere opdracht, een theoretische mondelinge dossiertoets, als bedoeld in art. 7.1, of een herkansing verrichten, ook al begint de leerling later dan het vastgestelde tijdstip van aanvang.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 25 / 44
d. Als een leerling voorziet dat hij een dossiertoets of een herkansing wegens een geldige reden niet binnen de vastgestelde tijd zal kunnen verrichten, moet hij een gemotiveerd verzoek tot uitstel indienen. Dit verzoek moet schriftelijk worden ingediend bij de conrector van het betreffende leerjaar tenminste 7 lesdagen voor de vastgestelde tijd. Het verzoek wordt door de conrector zo spoedig mogelijk beoordeeld, waarna onverwijld aan leerling en examinator wordt meegedeeld of uitstel wordt verleend en zo ja, tot welk tijdstip. e. Als een leerling voorziet dat hij het profielwerkstuk wegens een geldige reden niet binnen de door de examinator vastgestelde termijn zal hebben uitgevoerd, moet hij een gemotiveerd verzoek tot uitstel indienen. Dit verzoek moet schriftelijk worden ingediend bij de conrector van het betreffende leerjaar tenminste 7 lesdagen voor het verstrijken van bovenbedoelde termijn. Het verzoek wordt door de conrector zo spoedig mogelijk beoordeeld, waarna onverwijld aan leerling en examinator wordt meegedeeld of uitstel wordt verleend en zo ja, voor hoe lang. f. Verricht een leerling niet binnen de vastgestelde tijd een dossiertoets of een herkansing, dan wordt dit zo snel mogelijk door de examinator schriftelijk meegedeeld aan de conrector van het betreffende leerjaar. De conrector stelt zich, eventueel via een door hem te bepalen vaste procedure, op de hoogte van de situatie en beoordeelt binnen 5 lesdagen na de vastgestelde tijd voor het verrichten van de dossiertoets of de herkansing of hier sprake is van een geldige reden. Als de conrector tot het oordeel komt dat er sprake is van een geldige reden, geschiedt de afhandeling volgens art. 12.3. Als de conrector tot het oordeel komt dat de leerling geen geldige reden heeft aangevoerd geschiedt de afhandeling volgens art 12.2 sub h, sub i en sub j. g Voert een leerling niet binnen de door de examinator vastgestelde termijn het profielwerkstuk uit, dan wordt dit zo snel mogelijk door de examinator schriftelijk meegedeeld aan de conrector van het betreffende leerjaar. De conrector stelt zich, eventueel via een door hem te bepalen vaste procedure, op de hoogte van de situatie en beoordeelt binnen 5 lesdagen na het verstrijken van de voor het uitvoeren van het profielwerkstuk vastgestelde termijn of hier sprake is van een geldige reden. Als de conrector tot het oordeel komt dat er sprake is van een geldige reden, geschiedt de afhandeling volgens art. 12.3. Als de conrector tot het oordeel komt dat de leerling geen geldige reden heeft aangevoerd geschiedt de afhandeling volgens art 12.2 sub h, sub i en sub j. h. Als de conrector van het betreffende leerjaar tot het oordeel is gekomen dat de leerling zonder geldige reden de dossiertoets of de herkansing niet binnen de vastgestelde tijd heeft verricht, dan wel de termijn heeft laten verstrijken voor het uitvoeren van het profielwerkstuk, kent hij het cijfer 1 toe aan de betreffende dossiertoets, het betreffende profielwerkstuk of de betreffende herkansing en stelt hij hiervan onverwijld de examinator, de rector, de leerling, en in geval van minderjarigheid zijn ouders schriftelijk op de hoogte. i. De betrokkene en de examinator hebben binnen 5 lesdagen na het ontvangen van het op schrift gestelde oordeel van de conrector van het betreffende leerjaar het recht schriftelijk bezwaar aan te tekenen bij de rector tegen het oordeel van de conrector en/of tegen de sanctie die de conrector heeft opgelegd. j. Als de betrokkene en de examinator geen of niet tijdig gebruik maken van dit recht liggen het oordeel van de conrector van het betreffende leerjaar en de door de conrector opgelegde sanctie vast. Maakt de betrokkene of de examinator wel gebruik van dit recht,
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 26 / 44
dan legt de rector de zaak onverwijld voor aan de Commissie van Appèl. Binnen 20 lesdagen na de melding door de conrector aan de rector brengt de Commissie van Appèl, na examinator en leerling te hebben gehoord, schriftelijk advies uit aan de rector en beslist de rector of hij een sanctie oplegt en zo ja, welke. De sancties, die de rector kan opleggen en de beroepsmogelijkheden zijn vermeld in art. 19.2 en 19.4. De beslissing van de rector, vergezeld van het advies van de Commissie van Appèl en, indien de rector afwijkend van dit advies beslist, de motivatie van de rector, wordt schriftelijk meegedeeld aan de examinator, de secretaris van het examen, , de leerling en, in geval van minderjarigheid, diens ouders.
12.3 Verzuim bij toetsen en inhalen Als een kandidaat niet in staat is aan een dossiertoets deel te nemen op de daartoe vastgelegde datum of binnen de daartoe vastgelegde termijn, dient de conrector van het betreffende leerjaar zo spoedig mogelijk, en voor het begin van de dossiertoets of voor het eind van de vastgestelde termijn, hiervan in kennis te worden gesteld, met dien verstande dat een mondelinge mededeling binnen 24 uur moet worden gevolgd door een schriftelijke, ondertekend door een van zijn ouders, of bij meerderjarigheid de kandidaat. Elke dossiertoets die om geldige reden niet is afgelegd op de daartoe vastgelegde datum of binnen de daartoe vastgelegde termijn, moet worden ingehaald op een door de school vastgestelde datum of binnen een door de school vast te stellen termijn. De school organiseert bij de SE-periodes 1, 2 en 4 dit zodanig dat een leerling in staat wordt gesteld de betreffende dossiertoets in te halen voor de vastgestelde datum van de uitreiking van het schriftelijk verslag van de betreffende SE-periode (zie art. 11.4). Na SE-periode 5 is deze datum of eindigt deze termijn niet later dan 5 lesdagen voor de aanvang van het CE. Indien het profielwerkstuk om geldige reden niet is voltooid binnen de daartoe vastgelegde termijn, moet het alsnog worden voltooid binnen een door de school vast te stellen termijn. Deze termijn eindigt niet later dan 1 lesweek voor de aanvang van het CE. Een gemist SO of gemiste andere opdracht, als bedoeld in art. 7.1, kan niet worden ingehaald. Een gemiste herkansing voor een examenvak of voor het profielwerkstuk, als bedoeld in art. 9.1 en art. 9.4, kan niet worden ingehaald.
12.4 Herkansingen en inhalen Als bij een examenvak 50% of meer van de dossiertoetsen die vallen onder een SE-deel is ingehaald, wordt het aantal toegestane herkansingen behorend bij de SE-periode van het SEdeel verminderd met één. Het bijbehorende SE-resultaat kan niet meer worden herkanst. Is het aantal toegestane herkansingen behorend bij een SE-periode lager dan één dan zijn geen herkansingen voor die SE-periode meer toegestaan. Als het profielwerkstuk wordt ingehaald vervalt de herkansing behorend bij SE-periode 3. Als de conrector conform art. 12.2 sub d of sub e een leerling uitstel verleent, is er nog geen sprake van inhalen maar van het vaststellen van een nieuwe datum voor de betreffende dossiertoets of het profielwerkstuk.
12.5 Onvolkomenheden
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 27 / 44
Indien een dossiertoets, het profielwerkstuk of een herkansing nogmaals moet worden verricht wegens ondeugdelijkheid van de opgaven of wegens vastgestelde onvolkomenheden in de organisatie, wordt dit niet beschouwd als herkansen of inhalen.
12.6 Het definitief vaststellen van het resultaat van een dossiertoets, van het profielwerkstuk of van een herkansing a. Als bij een dossiertoets, bij het profielwerkstuk of bij een herkansing het resultaat tot stand komt op basis van andere elementen dan alleen het bij de examinator ingeleverde schriftelijk werk, dient de examinator een protocol te maken. Ook bij een mondelinge dossiertoets moet een protocol worden gemaakt. Bij een mondelinge dossiertoets is er zo mogelijk naast de examinator een bijzitter die het protocol opmaakt. b. Binnen 10 lesdagen na het voltooien van een dossiertoets, het profielwerkstuk of een herkansing dient het resultaat door de examinator te worden meegedeeld aan de geëxamineerde leerling. Deze termijn kan zo nodig, na overleg met de conrector van het betreffende leerjaar, verlengd worden. De leerling heeft recht op een motivering door de examinator van de wijze waarop het resultaat tot stand is gekomen en op inzage van het eventuele schriftelijke werk en het eventuele protocol. Het resultaat dient bij het eventuele schriftelijke werk en bij het eventuele protocol te zijn gevoegd. c. Een leerling heeft binnen 5 lesdagen na het vernemen van het resultaat het recht om te reclameren bij de examinator. d. Maakt de leerling geen gebruik van dit recht om te reclameren dan ligt het resultaat van de dossiertoets, het profielwerkstuk of de herkansing vast. Maakt een leerling wel gebruik van dit recht dan hebben examinator en leerling een periode van 5 lesdagen ter beschikking om tot overeenstemming te komen. e. Komen leerling en examinator binnen de genoemde termijn tot overeenstemming dan voegt de examinator een gewijzigd resultaat bij het eventuele schriftelijk werk en bij het eventuele protocol. Komen leerling en examinator niet tot overeenstemming, dan heeft de leerling het recht bemiddeling in te roepen van de conrector van het betreffende leerjaar. Als de conrector partij is in het geschil heeft de leerling meteen het recht het in art. 12.6 sub g bedoelde verzoek bij de rector in te dienen om uitspraak te doen in het geschil. f. Maakt een leerling geen gebruik van het in 12.6 sub e bedoelde recht tot bemiddeling dan ligt het resultaat van de dossiertoets, het profielwerkstuk of de herkansing vast. Maakt een leerling wel gebruik van dit recht dan heeft de conrector van het betreffende leerjaar na het verzoek tot bemiddeling 5 lesdagen ter beschikking om te bemiddelen. g. Indien de bemiddeling tot overeenstemming leidt tussen examinator en leerling dan voegt de examinator een gewijzigd resultaat bij het eventuele schriftelijk werk en bij het eventuele protocol. Leidt een bemiddeling binnen genoemde termijn niet tot overeenstemming, dan heeft de leerling het recht om binnen 5 lesdagen na het mislukken van de bemiddeling een schriftelijk verzoek in te dienen bij de rector om uitspraak te doen in het geschil. h. Als een leerling geen gebruik maakt van het recht de rector een uitspraak te laten doen, dan ligt het resultaat van de dossiertoets, het profielwerkstuk of de herkansing vast. Maakt een leerling wel gebruik van dit recht, dan legt de rector het verzoek van de leerling onverwijld voor aan de Commissie van Appèl. Binnen 20 lesdagen na het
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 28 / 44
indienen van het verzoek brengt de Commissie van Appèl, na examinator en leerling te hebben gehoord, schriftelijk advies uit aan de rector en neemt de rector een beslissing. De beslissing van de rector, vergezeld van het advies van de Commissie van Appèl en, indien de rector afwijkend van dit advies beslist, de motivering van de rector, wordt schriftelijk meegedeeld aan de examinator, de conrector van het betreffende leerjaar, de secretaris van het examen, de leerling en, in geval van minderjarigheid, zijn ouders. i. Nadat een resultaat van een dossiertoets, het profielwerkstuk of en herkansing is vastgesteld dient de examinator binnen 5 lesdagen dit resultaat schriftelijk mee te delen aan de conrector van het betreffende leerjaar, voorzien van zijn handtekening. j. Als in het 6e leerjaar een dossiertoets, het profielwerkstuk of een herkansing worden verricht na de datum 1 maart van het schooljaar, spannen alle betrokkenen zich in om, indien mogelijk, de in art. 12.6 sub a t/m i beschreven procedure zo af te handelen dat het vastgestelde SE-eindresultaat tijdig vóór het CE aan de inspectie kan worden doorgegeven.
12.7 Klachten over de gang van zaken bij een dossiertoets, een voortgangstoets, bij het profielwerkstuk of bij een herkansing a. Als een betrokkene een klacht heeft over de gang van zaken in relatie tot of tijdens een dossiertoets, een voortgangstoets, het profielwerkstuk of een herkansing dan moet hij binnen 5 lesdagen na het verrichten van de dossiertoets, van het onderdeel van het profielwerkstuk of van de herkansing, dit schriftelijk kenbaar maken bij de conrector van het betreffende leerjaar. b. De conrector van het betreffende leerjaar beoordeelt of er sprake is van een gegronde klacht, nadat hij zich op de hoogte heeft gesteld van de gang van zaken. Als de klacht naar zijn oordeel gegrond is regelt hij de afhandeling van de klacht. Binnen 5 lesdagen na het indienen van de klacht maakt de secretaris schriftelijk aan de betrokkene en de examinator bekend hoe zijn oordeel luidt en hoe de klacht, als deze naar zijn oordeel gegrond is, wordt afgehandeld. c. De betrokkene en de examinator hebben binnen 5 lesdagen na het ontvangen van de mededeling van de conrector van het betreffende leerjaar het recht schriftelijk bezwaar aan te tekenen bij de rector. d. Als de betrokkene en de examinator geen gebruik maken van dit recht liggen het oordeel van de conrector van het betreffende leerjaar en de eventuele afhandeling van de klacht vast. Maakt de betrokkene of de examinator wel gebruik van dit recht, dan legt de rector de zaak onverwijld voor aan de Commissie van Appèl. Binnen 20 lesdagen na het ontvangen van het bezwaar door de rector brengt de Commissie van Appèl, na de gang van zaken te hebben onderzocht, schriftelijk advies uit aan de rector en beslist de rector of hij de klacht gegrond acht en zo ja, hoe hij deze afhandelt. De beslissing van de rector, vergezeld van het advies van de Commissie van Appèl en, indien de rector afwijkend van dit advies beslist, de motivatie van de rector, wordt schriftelijk meegedeeld aan de examinator, de secretaris van het examen, de conrector van het betreffende leerjaar, de betrokken leerling en, indien deze minderjarig is, zijn ouders. Tegen de beslissing van de rector staat beroep open bij de klachtencommissie van het bevoegd gezag.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 29 / 44
12.8 Onregelmatigheden bij een dossiertoets, een voortgangstoets, het profielwerkstuk of een herkansing. a. Als iemand, die verantwoordelijkheid draagt voor de gang van zaken bij een dossiertoets, een voortgangstoets, het profielwerkstuk of een herkansing, een onregelmatigheid signaleert of meent te signaleren meldt hij dit zo spoedig mogelijk schriftelijk bij de conrector van het betreffende leerjaar. b. De verantwoordelijke voor de in art. 12.8 a genoemde gang van zaken zorgt er onmiddellijk voor dat de mogelijkheid tot de onregelmatigheid wordt teniet gedaan. In geval van schriftelijk werk neemt hij ook onmiddellijk het tot dan toe gemaakte werk in, noteert daarop de inname en het tijdstip daarvan en laat de leerling verder werken op nieuw te verstrekken antwoordpapier. c. De conrector van het betreffende leerjaar komt binnen 5 lesdagen na de melding tot een oordeel, na de leerling, de examinator en degene, die de onregelmatigheid heeft gesignaleerd, te hebben gehoord. Indien naar zijn oordeel inderdaad sprake is van een onregelmatigheid, kent hij het cijfer 1 toe aan de betreffende dossiertoets, de betreffende voortgangstoets, het betreffende profielwerkstuk of de betreffende herkansing het cijfer 1 toe en stelt hij hiervan onverwijld de examinator, de rector, de leerling, en in geval van minderjarigheid zijn ouders schriftelijk op de hoogte. d. De betrokkene en de examinator hebben binnen 5 lesdagen na het ontvangen van het op schrift gestelde oordeel van de conrector van het betreffende leerjaar het recht schriftelijk bezwaar aan te tekenen bij de rector tegen het oordeel van de conrector en/of tegen de sanctie die de conrector heeft opgelegd. e. Als de betrokkene en de examinator geen gebruik maken van dit recht liggen het oordeel van de conrector van het betreffende leerjaar en de door de conrector opgelegde sanctie vast. Maakt de betrokkene of de examinator wel gebruik van dit recht, dan legt de rector de zaak onverwijld voor aan de Commissie van Appèl. Binnen 20 lesdagen na het ontvangen van het bezwaar door de rector brengt de Commissie van Appèl, na de betrokkenen te hebben gehoord, schriftelijk advies uit aan de rector en beslist de rector of hij een sanctie oplegt en zo ja, welke. De sancties die de rector kan opleggen en de beroepsmogelijkheden zijn vermeld in art. 19.2 en 19.4. De beslissing van de rector, vergezeld van het advies van de CvA en, indien de rector afwijkend van dit advies beslist, de motivatie van de rector, wordt schriftelijk meegedeeld aan de examinator, de conrector van het betreffende leerjaar, de secretaris van het examen, de leerling en, in geval van minderjarigheid, zijn ouders.
12.9 Kennelijke onbillijkheid a. Als een leerling, een examinator of een andere betrokkene ernstig van mening is dat de toepassing van dit reglement heeft geleid tot onbillijkheid dan dient hij hierover onverwijld een met redenen omklede, schriftelijke klacht in bij de conrector van het betreffende leerjaar. b. De conrector van het betreffende leerjaar beoordeelt of er sprake is van kennelijke onbillijkheid nadat hij zich op de hoogte heeft gesteld van de gang van zaken. Binnen 5 lesdagen na ontvangst van de klacht maakt de secretaris schriftelijk aan de betrokkenen, waaronder de leerling en, indien deze minderjarig is, diens ouders, en aan de rector bekend hoe zijn oordeel luidt. c. De betrokkene en de examinator hebben binnen 5 lesdagen na het ontvangen van het op schrift gestelde oordeel van de conrector van het betreffende leerjaar het recht schriftelijk bezwaar aan te tekenen bij de rector tegen het oordeel van de secretaris.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 30 / 44
d. Als de betrokkenen en de examinator geen gebruik maken van dit recht liggen het oordeel van de conrector van het betreffende leerjaar vast. Maken de betrokkenen of de examinator wel gebruik van dit recht, dan legt de rector de zaak onverwijld voor aan de Commissie van Appèl. Binnen 20 lesdagen na het ontvangen van het bezwaar door de rector brengt de Commissie van Appèl, na de gang van zaken te hebben onderzocht, schriftelijk advies uit aan de rector en beslist de rector of hij het bezwaar gegrond acht en zo ja, hoe hij deze afhandelt. De beslissing van de rector, vergezeld van het advies van de Commissie van Appèl en, indien de rector afwijkend van dit advies beslist, de motivatie van de rector, wordt schriftelijk meegedeeld aan de conrector van het betreffende leerjaar, de betrokkenen, waaronder de leerling en, indien deze minderjarig is, zijn ouders. Tegen de beslissing van de rector staat beroep open bij de klachtencommissie van het bevoegd gezag.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 31 / 44
13
Deelname aan het CE
13.1 Tijdvakken CE Het CE kent een 1e, 2e en 3e tijdvak. Het CE in het 1e en 2e tijdvak wordt afgenomen in het laatste leerjaar. Het CE in het 3e tijdvak wordt aansluitend aan het laatste leerjaar afgenomen door de staatsexamencommissie.
13.2 Afsluiting SE Het SE wordt afgesloten vóór de aanvang van het 1e tijdvak van het CE. Een kandidaat, die wegens een geldige reden voor een bepaald vak het SE niet heeft kunnen afsluiten vóór de aanvang van het 1e tijdvak van het CE, mag het SE voor dat vak afsluiten tijdens het 1e tijdvak van het CE, maar vóór het CE van dat vak in het 1e tijdvak.
13.3 Afwezigheid bij zitting CE Als een kandidaat niet in staat is bij een zitting van het CE aanwezig te zijn, dient de secretaris van het examen zo spoedig mogelijk, en vóór het begin van die zitting, hiervan in kennis gesteld te worden, met dien verstande dat een mondelinge mededeling binnen 24 uur gevolgd moet worden door een schriftelijke.
13.4 2e tijdvak in samenhang met afwezigheid Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van de directeur, is verhinderd bij één of meer toetsen in het eerste tijdvak tegenwoordig te zijn, wordt hem in het tweede tijdvak de gelegenheid gegeven het centraal examen voor ten hoogste twee toetsen per dag alsnog te voltooien.
13.5 Afwezigheid bij 2e tijdvak Indien een kandidaat in het tweede tijdvak evenzeer verhinderd is, of wanneer hij het centraal examen in het tweede tijdvak niet kan voltooien, wordt hij in de gelegenheid gesteld in het derde tijdvak ten overstaan van de staatsexamencommissie zijn eindexamen te voltooien. De kandidaat meldt zich zo spoedig mogelijk door tussenkomst van de rector aan bij de voorzitter van de desbetreffende staatsexamencommissie. In dat geval deelt de rector aan de commissie mede, wanneer dat zich voordoet, dat ten behoeve van de kandidaat toepassing is gegeven aan art. 18.1, en waaruit deze toepassing bestaat. Na afloop van het 3de tijdvak deelt de staatsexamencommissie het resultaat mee aan de rector.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 32 / 44
14
Regels tijdens CE-zittingen
14.1 Begin van een CE-zitting a. Deelnemers aan een zitting dienen 10 minuten tevoren aanwezig te zijn om gegevens te controleren en eventuele instructies te ontvangen. b. De kandidaat die voor een zitting van het CE te laat komt, mag tot een half uur na het begin van de zitting tot het examenlokaal toegelaten worden; het werk moet niettemin ingeleverd worden op het tijdstip dat is aangegeven als het einde van de zitting. c. Per 25 kandidaten is steeds tenminste 1 surveillant aanwezig, en in elk vertrek waar het CE wordt afgenomen, zijn tenminste 2 surveillanten aanwezig
14.2 Verloop van een CE-zitting a. Nadat alle kandidaten hebben plaatsgenomen, controleert een surveillant of de op de enveloppe met opgaven vermelde gegevens over vak, datum en tijdsduur van de zitting juist zijn. Hij toont die gegevens aan een kandidaat en leest ze bovendien hardop voor. Elke zitting begint zodra de enveloppe met opgaven geopend is. Vanaf dat moment dient het stil te zijn in het examenlokaal. b. Bovenaan elk papier waarop werk gemaakt wordt, dienen steeds naam en examennummer vermeld te worden. Kladpapier wordt als zodanig gekenmerkt. c. Er worden tijdens een zitting van het CE geen mededelingen over de opgaven gedaan, behalve eventuele mededelingen van de Commissie voor examens. d. Niemand mag het examenlokaal verlaten zonder toestemming van een surveillant. Jassen en tassen moeten buiten het examenlokaal blijven. Het is de kandidaat slechts toegestaan schrijfbenodigdheden en de hierna genoemde boeken en materialen bij zich te hebben. In de boeken mogen geen aantekeningen staan. e. De te gebruiken boeken en materialen worden indien mogelijk vermeld in het PTA en in ieder geval tijdig voor aanvang van het CE schriftelijk bekend gemaakt. Behalve de in het PTA genoemde materialen mogen gebruikt worden: schrijfmateriaal, potlood, gum, passer en geodriehoek. Het gebruik van correctievloeistof is niet toegestaan. Een potlood is tekengereedschap, geen schrijfgereedschap. Alle papier wordt door de school verzorgd. Voor andere toegestane hulpmiddelen dient de kandidaat zèlf te zorgen, tenzij vooraf door de secretaris van het examen nadrukkelijk anders is meegedeeld. f. Een kandidaat die tijdens een zitting onwel wordt, kan onder begeleiding het examenlokaal verlaten. In overleg met de kandidaat beoordeelt de rector of hij het werk kan hervatten. Als het werk wordt hervat, dan kan de gemiste tijd aan het einde van de zitting worden ingehaald. g. De surveillanten maken van de zitting een proces-verbaal op en ondertekenen het. Op elk proces-verbaal horen vermeld te staan: de namen van de kandidaten die in het lokaal aanwezig moeten zijn; de afwezige kandidaten; vak, datum en materialen die gebruikt mogen worden; de namen van de surveillanten; of en op welke kandidaat art.18.1 toegepast is; van elke kandidaat die voortijdig weggaat, hoe laat hij vertrokken is;
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 33 / 44
van elke te laat gekomen kandidaat het tijdstip waarop hij begonnen is.
14.3 Einde van een CE-zitting a. Een kandidaat die vroeg klaar is en het examenlokaal wil verlaten, doet dit pas nadat hij het gemaakte werk heeft laten ophalen door een surveillant. Surveillant en kandidaat controleren gezamenlijk of naam en nummer op alle bladen vermeld staan en of alle bladen, in een omslagvel gevoegd, worden geleverd. De kandidaat dient opgaven én klad in het examenlokaal achter te laten. Na vertrek mag hij zich niet ophouden in de onmiddellijke nabijheid van het examenlokaal. b. Niemand mag eerder dan een half uur na de aanvang van de zitting het werk inleveren en vertrekken. c. Tijdens het laatste kwartier van een zitting mag niemand het werk inleveren en vertrekken. d. Het tijdstip, aangegeven als het einde van een zitting, mag niet overschreden worden. Is dat tijdstip aangebroken, dan wordt het werk opgehaald. Totdat het ophalen van het werk voltooid is, blijven alle kandidaten zitten en mogen zij niet met elkaar praten. Surveillant en kandidaat controleren gezamenlijk of naam en nummer op alle bladen vermeld staan en of alle bladen, in een omslagvel gevoegd, worden ingeleverd. De kandidaat mag kladpapier en opgaven meenemen, tenzij bij ministeriële regeling t.a.v. bepaalde zittingen is voorgeschreven dat klad en opgaven moeten worden ingeleverd en pas op een later tijdstip aan de kandidaten worden teruggeven.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 34 / 44
15
Uitslag (Slaag-zak regeling)
15.1
Bepaling resultaten Per examenvak, behalve LO, en voor het profielwerkstuk zijn zowel het SE-eindresultaat als het CE-resultaat, voor zover daar sprake van is, getallen op één decimaal. Per examenvak, behalve LO, en voor het combinatiecijfer van de examenvakken Ma , ANW en het profielwerkstuk is het eindcijfer van het examen een geheel getal. Wordt een examenvak afgesloten met een CE dan wordt het eindcijfer van het examen bepaald door van het SE-eindresultaat en het CE-resultaat het gemiddelde te nemen en dit af te ronden op een geheel getal Voor elk niet met een CE afgesloten examenvak, behalve LO, en het profielwerkstuk wordt het eindcijfer van het examen bepaald door afronding van het SE-eindresultaat op een geheel getal.. Het combinatiecijfer van het profielwerkstuk met de examenvakken Ma en ANW wordt berekend uit de afronding van het gemiddelde van de eindcijfers voor het examen van het profielwerkstuk en van deze twee examenvakken tot een geheel getal. Bij afronding wordt, als de decimalen ≥ 50 zijn, naar boven afgerond, anders naar beneden.
15.2
Slaag/Zak-regeling
Een kandidaat is geslaagd, als hij heeft voldaan aan de volgende voorwaarden: Voor al zijn examenvakken, behalve LO, en voor het profielwerkstuk zijn eindcijfers vastgesteld. Voor de rekentoets heeft hij minimaal het cijfer 4,5 behaald. Geen van de eindcijfers voor de examenvakken en voor het profielwerkstuk is lager dan 4 en het combinatiecijfer is niet lager dan 4. (Voor alle duidelijkheid: als één van de onderdelen van het combinatiecijfer - Ma, ANW en PWS – een 3 of lager heeft als eindcijfer , is de leerling niet geslaagd, zelfs als het gemiddelde (oftewel: het combinatiecijfer) een zes of hoger is). Voor het vak LO heeft hij “voldoende” of “goed” behaald. Het gemiddelde van alle cijfers gehaald bij het Centraal Examen is minstens 5.50 . Is dit niet het geval, dan is de kandidaat afgewezen (gezakt). Vervolgens wordt van alle vakken het definitieve eindcijfer bepaald. Dit is het gemiddelde van het eindcijfer van het School Examen (in 1 decimaal) en het Centraal Examen (in 1 decimaal). Beide onderdelen wegen daarbij even zwaar. Dit eindcijfer wordt afgerond op een geheel getal. Een kandidaat is geslaagd als hij/zij bij deze eindcijfers hoogstens één 5 heeft voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde en géén van deze vakken heeft een eindcijfer lager dan 5. Bovendien moet voldaan zijn aan één van de volgende 4 voorwaarden: (i) Alle eindcijfers zijn 6 of hoger, of: (ii) 1 x eindcijfer 5 en de rest heeft eindcijfer 6 of hoger, of: (iii) 1 x eindcijfer 4 en alle overige eindcijfers 6 of hoger en het totaal der eindcijfers gemiddeld 6,0, of: (iv) 2 x eindcijfer 5 of 1 x eindcijfer 5 en 1 x eindcijfer 4 en alle overige eindcijfers 6 of hoger en het totaal der eindcijfers gemiddeld 6,0.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 35 / 44
15.3
Wijziging Slaag/Zak-regeling m.i.v. schooljaar 2015-2016 Vanaf schooljaar 2014-2015 wordt ook het taal- en rekenniveau getoetst op het eindexamen. Het taalniveau wordt getoetst binnen het examen Nederlands; het rekenniveau wordt getoetst middels de zgn. rekentoets. Vanaf het examen 2016 wordt er een eis gesteld aan het cijfer voor de rekentoets. Voor 2016 betreft dit: minimaal 4,5. Het resultaat van de rekentoets wordt vermeld op de cijferlijst c.q. op een apart certificaat.
15.4
Bepaling eindresultaat ingeval extra examenvak De rector en de secretaris van het examen bepalen de eindcijfers van het examen op basis van de eindresultaten van het SE en de door de examinatoren en hun gecommitteerden ondertekende scorelijsten voor het CE. Indien het nodig is om een kandidaat te laten slagen betrekken zij zo mogelijk het eindcijfer van het extra examenvak bij de bepaling van de uitslag. De vakkencombinatie die aldus ontstaat en het profielwerkstuk moeten een eindexamen vormen. De uitslag en de behaalde cijfers worden op de dag van vaststelling aan de kandidaat meegedeeld.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 36 / 44
16
Herkansing in het CE
16.1 Herkansen in één vak Men kan het CE in één vak herkansen, ongeacht het resultaat. Deze mogelijkheid is slechts bestemd voor de kandidaat van wie het eindcijfer van het betreffende vak is vastgesteld.
16.2 Procedure herkansing De kandidaat die aan een herkansing van het CE wil deelnemen, doet daartoe een schriftelijk verzoek aan de rector vóór een door de rector te bepalen tijdstip. Hij levert daarbij zijn voorlopige cijferlijst in. Als van de mogelijkheid tot herkansen geen gebruik wordt gemaakt, wordt de uitslag definitief.
16.3 SE resultaat bij herkansing Bij herkansing van het CE blijft het SE-resultaat gehandhaafd. De herkansing geschiedt op dezelfde wijze als het eerder afgelegde CE. Het hoogste van de cijfers, behaald bij de herkansing en bij het eerder afgelegde CE, geldt als definitief cijfer voor het CE.
16.4 Uitslag na herkansing Na afloop van de herkansing van het CE wordt de uitslag definitief vastgesteld volgens de in artikel 15 beschreven regeling.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 37 / 44
17
Diploma en cijferlijst
17.1 Cijferlijst De rector reikt aan elke kandidaat, die examen heeft afgelegd, een cijferlijst uit. Daarop staan vermeld: a. de cijfers voor het SE en de cijfers voor het CE en het cijfer van de rekentoets. b. Het vak of de vakken en het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk c. De beoordeling van het vak LO. d. De eindcijfers van de examenvakken, het combinatiecijfer, de rekentoets en het profielwerkstuk.. e. De uitslag van het examen. Vakken waarin de kandidaat wel examen heeft afgelegd, maar die niet bij de uitslag zijn betrokken, worden op de cijferlijst vermeld, tenzij de kandidaat daar tijdig bezwaar tegen heeft gemaakt.
17.2 Diploma De rector reikt aan elke geslaagde kandidaat een diploma uit, waarop het profiel of de profielen zijn vermeld die bij de uitslag zijn betrokken.
17.3 Ondertekening De rector en de secretaris van het examen tekenen de diploma’s en de cijferlijsten.
17.4 Duplicaten Duplicaten van afgegeven diploma’s en cijferlijsten worden niet verstrekt. Een schriftelijke verklaring dat een in de vorige zin bedoeld document is afgegeven, welke verklaring dezelfde waarde heeft als dat document zelf, kan uitsluitend door de Informatie Beheer Groep worden verstrekt.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 38 / 44
18
Overige Bepalingen
18.1 Afwijkende wijze van examineren a. De rector kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen aflegt op een wijze die aangepast is aan zijn mogelijkheden. In dat geval bepaalt de rector de wijze waarop het examen zal worden afgelegd. Hij doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie. b. Tenzij er sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap kan van de onder a. bedoelde aanpassing alleen sprake zijn als er een deskundigenverklaring aanwezig is, opgesteld door een ter zake kundige psycholoog of orthopedagoog. De aanpassing kan, voor zover op het CE betrekking hebbend, in ieder geval bestaan uit een verlenging van de duur van de zitting van het CE met ten hoogste 30 minuten. Andere aanpassingen zijn alleen mogelijk als de genoemde deskundigenverklaring een daartoe strekkend voorstel of advies bevat. c. Het bevoegd gezag kan toestaan dat t.a.v. een kandidaat die met inbegrip van het schooljaar waarin hij examen aflegt ten hoogste 6 jaar onderwijs in Nederland heeft gevolgd en voor wie het Nederlands niet de moedertaal is, met betrekking tot het vak Ne of tot enig vak waarbij het gebruik van de Nederlandse taal van overwegende betekenis is, wordt afgeweken van de voorschriften bij of krachtens het Examenbesluit VO. Voor zover wordt afgeweken van deze voorschriften wordt deze afwijking meegedeeld aan de inspectie. Voor zover dit het CE betreft kan deze afwijking slechts bestaan uit een verlenging van de duur van de zitting van het CE met ten hoogste 30 minuten en het verlenen van toestemming tot het gebruik van een verklarend woordenboek der Nederlandse taal. d. De in het bovenstaande vermelde mogelijkheden tot een afwijkende wijze van examineren hebben zowel betrekking op het SE als het CE.
18.2 Bewaren Examenwerk a . Het gemaakte werk van het CE wordt gedurende minstens 6 maanden na de vaststelling van de uitslag bewaard in het archief van de school en is ter inzage voor belanghebbenden. De examinatoren leveren dit werk vóór het einde van het schooljaar in bij de secretaris van het eindexamen. b . Een volledig stel van de bij het CE gebruikte opgaven worden gedurende tenminste 6 maanden na het vaststellen van de uitslag bewaard in het archief van de school.
18.3 Spreiding examen Het bevoegd gezag kan, de inspectie gehoord, toestaan dat t.a.v. kandidaten die in het laatste leerjaar langdurig ziek zijn en t.a.v. kandidaten die lange tijd niet in staat geweest zijn onderwijs in het laatste leerjaar te volgen, het centraal examen gespreid over 2 schooljaren wordt afgenomen.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 39 / 44
19 Onregelmatigheden, afwezigheid zonder geldige reden en beroepsmogelijkheid. 19.1 Onregelmatigheden en afwezigheid Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het examen aan enige onregelmatigheid schuldig maakt, of heeft gemaakt, dan wel zonder geldige reden afwezig is, dan wel in strijd met dit reglement handelt of gehandeld heeft, kan de rector maatregelen nemen.
19.2 Maatregelen De maatregelen, bedoeld in art. 19.1, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid ook in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: a . Het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen of het centraal examen. b . Het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan één of meer toets(activiteit)en van het SE of het CE. c . Het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het SE of het CE. d . Het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de rector aan te wijzen onderdelen. Als het onderdelen van het CE betreft legt de kandidaat dit hernieuwd examen af in een volgend tijdvak van het CE.
19.3 Communicatie besluit Het besluit, waarbij een in art. 19.1 bedoelde maatregel wordt genomen, wordt schriftelijk meegedeeld aan de inspectie, de kandidaat en, indien deze minderjarig is, zijn ouders.
19.4 Beroepsmogelijkheid De kandidaat kan tegen een beslissing van de rector, als bedoeld in art. 19.3, in beroep gaan bij de door het bevoegd gezag ingestelde Commissie van Beroep. Dit dient schriftelijk te geschieden binnen 5 dagen nadat de beslissing aan de kandidaat is bekendgemaakt. De Commissie stelt een onderzoek in en neemt een beslissing binnen twee weken na ontvangst van het beroepsschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De Commissie stelt bij haar beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het examen geheel of gedeeltelijk af te leggen, onverminderd het bepaalde in de laatste zin van art. 19.2. De Commissie deelt haar beslissing schriftelijk mee aan de rector, de inspectie, de kandidaat en, indien deze minderjarig is, zijn ouders.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 40 / 44
20
Wiskunde D
20.1 Mogelijkheid tot volgen WiD In klas 5 kan een leerling het vak WiD volgen onder de voorwaarden: hij heeft een eindcijfer voor WiD op het eindrapport klas 4 en hij heeft WiB gekozen in zijn profieldeel. In klas 6 kan het vak WiD alleen gevolgd worden als een leerling WiB heeft in zijn profieldeel.
20.2 Bovenschoolse Samenwerking bij Wiskunde D In de huidige Tweede Fase, die betrekking heeft op de klassen 4 en 5 HAVO en de klassen 4,5 en 6 VWO, zijn er de volgende mogelijkheden voor de keuze van wiskunde in de profielen. Profiel C&M E&M N&G N&T
HAVO WiA of WiB WiA of WiB WiB
VWO WiC of WiA of WiB WiA of WiB WiA of WiB WiB
Volgens de wet- en regelgeving is, behalve bij HAVO met profiel C&M, examen in één van deze wiskundevakken verplicht en is het niet toegestaan om in meer dan één van deze vakken examen af te leggen. Op het Murmellius Gymnasium kan WiB niet gevolgd worden in het profiel C&M. Als een school het vak WiD aanbiedt, wat niet verplicht is maar ter keuze van de school, dan kan in dat vak alleen examen worden afgelegd als een leerling ook examen aflegt in WiB. De combinatie WiC en WiD of de combinatie WiA en WiD wordt door de wetgever uitgesloten. Een bijzonderheid is dat WiD alleen een schoolexamen (SE) kent en geen centraal examen (CE), in tegenstelling tot de andere wiskundevakken.. In Alkmaar bieden de volgende scholen de lessen in het vak Wiskunde D in een samenwerkingsverband aan: De Osg Willem Blaeu, het Stedelijk Dalton College Alkmaar en het Murmellius Gymnasium. Het is mogelijk dat ook andere scholen uit Alkmaar zich hierbij voegen. Verder zijn bij deze samenwerking de Universiteit van Amsterdam, de Vrije Universiteit en de Hogeschool InHolland betrokken. Van elk van de drie scholen is één wiskundedocent bij de lessen betrokken en ook een docent van de Hogeschool InHolland. In het leerjaar 2015/2016 vormen de WiD-leerlingen uit klas 4 van de verschillende scholen één groep, de leerlingen uit klas 5 vormen één groep en ook de leerlingen uit klas 6 vormen één groep. De drie groepen krijgen op dinsdagmiddag les van 14:45 tot 16:15 op de Hogeschool InHolland. Per groep worden de lessen verzorgd door wiskundedocenten van de aangesloten scholen. Naast deze les op InHolland krijgen de leerlingen van klas 5 en van klas 6 nog extra instructie op hun eigen school van de wiskundedocent van hun school. Bij het HAVO eindigen in leerjaar 5 de lessen in WiD eind februari of begin maart. Bij het VWO eindigen in leerjaar 6 de lessen in WiD eind februari of begin maart.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 41 / 44
20.3 Organisatie In elk leerjaar wordt een aantal onderwerpen behandeld. Dit aantal bedraagt in klas 4 en 5: vijf en in klas 6: drie. Elk van de onderwerpen wordt afgesloten door een proefwerk, of door een opdracht, te geven voordat aan een volgend onderwerp is begonnen. Het proefwerk of de opdracht worden beoordeeld met een cijfer op één decimaal. Per leerjaar hebben alle proefwerken of opdrachten gelijk gewicht en leiden zij tot een resultaat voor dat leerjaar dat niet wordt afgerond. Er kan alleen dan een jaarresultaat worden vastgesteld als alle proefwerken zijn gedaan en alle opdrachten zijn uitgevoerd en beoordeeld. In de leerjaren niet zijnde het examenjaar leidt dit resultaat van het leerjaar tot een heeltallig cijfer op het eindrapport, dat door afronding van het jaarresultaat ontstaat. Als er geen jaarresultaat kan worden vastgesteld omdat niet alle proefwerken gemaakt zijn en/of niet alle opdrachten zijn uitgevoerd, kan er ook geen cijfer voor het eindrapport worden vastgesteld.
20.4 Bovenschoolse regeling voor het SE-eindresultaat en voor de herkansingen bij WiD. Vanwege het samenwerkingsverband is besloten dat er voor de verschillende scholen één regeling voor het SE en voor de herkansingen moet zijn voor WiD, die kan afwijken van de regelingen van de afzonderlijke scholen. Het SE-eindresultaat voor WiD, dat tevens het eindexamenresultaat is, komt als volgt tot stand uit de jaarresultaten voor WiD. Gewicht bij het SE-eindresultaat WiD Een school begint met de opbouw van het examendossier in klas 4 Een school begint met de opbouw van het examendossier in klas 5
Jaarresultaat WiD klas 4 Jaarresultaat WiD klas 5 Jaarresultaat WiD klas 6 Jaarresultaat WiD klas 4 Jaarresultaat WiD klas 5 Jaarresultaat WiD klas 6
HAVO 50 % 50 % 0% 100 % -
VWO 33 1/3 % 33 1/3 % 33 1/3 % 0% 50 % 50 %
Het SE-eindresultaat is een cijfer afgerond op één decimaal dat volgens de boven gegeven gewichten uit de jaarresultaten wordt berekend. Uitgangspunt voor een herkansing is een zodanig resultaat dat het de kans van slagen voor een leerling vergroot. Een herkansing is niet bestemd voor het behalen van een zo hoog mogelijk SE-resultaat. Bij WiD kan van een leerjaar niet zijnde het examenjaar één proefwerk (opdracht) <5,5 worden herkanst. Het laatste proefwerk (of opdracht) van een leerjaar niet zijnde een examenjaar is hiervan uitgesloten. Verder is er alleen recht op herkansing als het onafgeronde gemiddelde over het jaar van alle toetsen tot aan het laatste proefwerk (opdracht) <5,5 is. In het examenjaar kan één proefwerk (opdracht) worden herkanst uit de groep bestaande uit het laatste proefwerk (opdracht) uit het voorgaande leerjaar en de proefwerken (opdrachten) uit het examenjaar, ongeacht het resultaat. Na een herkansing geldt het hoogste resultaat. In een leerjaar niet zijnde het examenjaar bepaalt het uiteindelijke jaarresultaat na de eventuele
herkansing het cijfer voor het eindrapport. Binnen twee weken na de bespreking van het voorlaatste proefwerk (opdracht) van een leerjaar niet zijnde het examenjaar dient een leerling een afspraak te maken met de wiskundedocent van de eigen school over een eventuele herkansing. In het examenjaar dient een leerling binnen twee weken na de bespreking van het laatste proefwerk (opdracht).voor het eindrapport een afspraak te maken met de wiskundedocent van de eigen school over een eventuele herkansing. Daarna is geen herkansing meer mogelijk.
20.5 Nadere regeling voor wiskunde D op het Murmellius Gymnasium Algemeen Op het Murmellius Gymnasium is voor WiD het aantal lesuren per week: 2 in klas 4, 3 in klas 5 en 2½ in klas 6. In elk leerjaar worden 2 lessen per week bovenschools gegeven. De regels voor de herkansingen voor WiD wijken af van de regels voor de overige examenvakken vanwege het bovenschoolse samenwerkingsverband. Een herkansing voor WiD staat los van de herkansingen voor de andere examenvakken en gaat niet ten koste van het aantal herkansingen voor deze andere vakken. Bij WiD is geen herkansing plus mogelijk in klas 5 en een herkansing bij WiD in klas 6 gaat niet ten van koste de herkansing plus, omdat deze alleen geldt bij de andere examenvakken. Het jaarresultaat van klas 5 is het SE-resultaat I voor WiD. Het jaarresultaat van klas 6 is het SEresultaat II. Er is geen SE-resultaat III. Het SE-eindresultaat voor WiD is het op één decimaal afgeronde gemiddelde van de SE-resultaten I en II. Het eindexamencijfer voor WiD is het op een geheel getal afgeronde SE-eindresultaat voor WiD. De afrondingen zijn volgens de wiskundig gebruikelijke regels. Een herkansing voor WiD staat los van de herkansingen voor de andere examenvakken en gaat niet ten koste van het aantal herkansingen voor deze andere vakken. Klas 4 In klas 4 kan WiD worden gevolgd als één van de 3 te kiezen vakken Het eindrapportcijfer voor WiD telt ook mee bij de bevordering van klas 4 naar klas 5. In klas 4 mogen de leerlingen van het Murmellius Gymnasium het jaarresultaat van WiD niet herkansen. Klas 5 In klas 5 kan een leerling het vak WiD volgen onder de voorwaarden: hij heeft een voldoende voor wiskunde en voor WiD op het eindrapport klas 4 en hij heeft WiB gekozen in zijn profieldeel. In de profielen E&M en N&G kan WiD alleen gevolgd worden in het geheel vrije deel. In het profiel N&T kan WiD geplaatst worden in het profieldeel of in het geheel vrije deel en is het mogelijk in plaats van voor het vak biologie voor het vak WiD te kiezen. Voor de extra instructie in WiD op de eigen school wordt één lesuur per week gereserveerd. In klas 5 heeft WiD de status van een gewoon examenvak. De regels van de bevordering van klas 5 naar
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 43 / 44
klas 6 zijn voor WiD dezelfde als voor alle andere examenvakken. Voor klas 5 is er een eventuele herkansing voor WiD voordat een leerling is bevorderd naar klas 6; de herkansingen voor de andere examenvakken zijn pas mogelijk nadat een leerling is bevorderd naar klas 6. Na bevordering naar klas 6 is voor WiD geen herkansing voor het jaarresultaat van klas 5 meer mogelijk. Is een herstelopdracht nodig om bevordering van klas 5 naar klas 6 mogelijk te maken dan wordt deze in beginsel niet opgelegd in WiD, en zo toch nodig alleen dan als het jaarresultaat is <5,5. Mocht het aldus toch noodzakelijk een herstelopdracht op te leggen in WiD dan heeft de herstelopdracht betrekking op alle proefwerken of opdrachten in klas 5 met resultaat <5,5. De herstelopdracht gaat dan wel ten koste van een herkansing in één van de andere examenvakken.. Klas 6 Het vak WiD kan alleen gevolgd worden als een leerling WiB heeft in zijn profieldeel. In de profielen E&M en N&G kan WiD alleen gevolgd worden in het vrije deel. In het profiel N&T kan WiD geplaatst worden in het profieldeel of in het vrije deel en is het mogelijk in plaats van voor het vak biologie voor het vak WiD te kiezen. Voor de extra instructie in WiD op de eigen school wordt een half lesuur per week gereserveerd. Op het Murmellius Gymnasium is de SE-periode 3 vrij van dossiertoetsen in verband met het profielwerkstuk. Ook in SE-periode 5 kunnen in de maanden februari en maart geen dossiertoetsen afgenomen. WiD wordt uitgezonderd van deze regeling in verband met de bovenschoolse samenwerking, waarbij geldt dat elk van de onderwerpen wordt afgesloten door een proefwerk, of door een opdracht, te geven voordat aan een volgend onderwerp is begonnen. Een eventuele herkansing voor het jaarresultaat in klas 6 van WiD gebeurt eind februari of begin maart. Van de herkansingen na SE-periode 4 en de herkansing na SE-periode 5 is WiD uitgesloten.
20.6 Gevolgen voor WiD van het niet-slagen voor het examen Als een leerling klas 6 overdoet omdat hij is afgewezen voor het eindexamen dan blijven bij WiD de SE-resultaten gehandhaafd als het SE-eindresultaat 5,5 is, of als WiD een extra examenvak is. Is het SE-eindresultaat 5,5 en is WiD geen extra examenvak dan vervalt het SE-resultaat II en blijft het SEresultaat I gehandhaafd. De leerling heeft het recht, als het SE-eindresultaat 5,5 is, of als WiD een extra examenvak is, aan het begin van het schooljaar op de keuze tussen het handhaven van de reeds behaalde SEresultaat II en overdoen conform het voor het nieuwe leerjaar vastgestelde PTA. In het laatste geval telt het hoogste SE-resultaat II en dus het hoogste SE-eindresultaat.
Examenreglement schooljaar 2015-2016
pagina 44 / 44