DOCENTEN HANDLEIDING
Groepen 7 & 8 van het basisonderwijs
INHOUDSOPGAVE
Inleiding................................................................................................................................................................. p. 3 Opzet lesprogramma........................................................................................................................................... p. 4 Leerdoelen............................................................................................................................................................ p. 5 Les 1 Wat is afval?................................................................................................................................................. p. 6 Les 2 Afvalscheiding en recycling....................................................................................................................... p. 8 Les 3 Afvalpreventie............................................................................................................................................. p. 11
Colofon onderdelen van het pakket is uitsluitend mogelijk na toestemming van Cyclus via
[email protected]
Dit lespakket ‘I love afval scheiden’ is bestemd voor leerlingen van groep 7 en 8 van het basisonderwijs en bestaat uit werkbladen en deze docentenhandleiding. Het pakket maakt onderdeel uit van de regionale voorlichtingscampagne ‘I love afval scheiden’.
Tekst en inhoud: Anne Venema, Dordrecht
Deelnemers aan deze campagne zijn de gemeenten Bergambacht, Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Kaag en Braassem, Nieuwkoop, Schoonhoven, Waddinxveen en Zuidplas en Cyclus.
Vormgeving: Boerma Reclame, Gouda Eindredactie: afdeling Communicatie Cyclus, Gouda
Het lespakket mag zonder toestemming gebruikt worden. Het overnemen of reproduceren van 2
Docentenhandleiding groep 7 & 8
INLEIDING
Iedere dag produceren we per persoon zo’n anderhalve kilo afval. Het gescheiden inleveren van afval is goed voor het milieu. Waardevolle afvalstromen kunnen worden gerecycled. Daardoor hoeven er minder natuurlijke grondstoffen uit de natuur onttrokken te worden. Bovendien komen de waardevolle afvalstromen zo niet bij het restafval terecht. Dit betekent dat de hoeveelheid afval die verbrand wordt – de minst milieuvriendelijke verwerkingsmethode - ook afneemt. Behalve afval verantwoord verwerken, is het voor het milieu belangrijk om te voorkomen dat afval ontstaat. Want als spullen langer meegaan, zijn er minder nieuwe grondstoffen, water en energie nodig. Kortom, afval scheiden en afvalpreventie zijn goed voor het milieu. Begin 2014 ging de voorlichtingscampagne ‘I love afval scheiden’ van start. Samen met de gemeenten Bergambacht, Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Kaag en Braassem, Nieuwkoop, Schoonhoven, Waddinxveen en Zuidplas voert Cyclus campagne om de hoeveelheid afval in de regio te verminderen en afval nóg beter te scheiden. Praktische informatie en tips over afval scheiden en afvalpreventie vormen de rode draad in de campagne. Om ook kinderen bij deze campagne te betrekken door hen te leren bewuster met afval om te gaan, is dit lespakket voor groep 7 en 8 van het basisonderwijs ontwikkeld. Het lespakket is een aanvulling op de rondleidingen op de afvalbrengstations die Maarten Milieu van Cyclus voor de scholen in de regio verzorgt. Daarnaast sluit het pakket goed aan bij de vraag van scholen uit de regio om een bijdrage te leveren aan een afvalproject of -les. Kijk ook op de scholenpagina www.cyclusnv.nl/scholieren voor links naar interessante verwerkingsopdrachten, films, informatie en ander lesmateriaal.
3
Docentenhandleiding groep 7 & 8
OPZET LESPROGRAMMA
Dit lespakket ‘I love afval scheiden’ is bestemd voor leerlingen uit groep 7 en 8 van het basisonderwijs. Het pakket bestaat uit acht werkbladen en een insteekmap voor leerlingen (die u eenvoudig in de gewenste oplage kunt printen) en deze handleiding voor de docent. Het lesprogramma is opgebouwd uit drie onderdelen: 1. De voorbereidende les ‘Wat is afval?’ 45 min 2. De les ‘Afvalscheiding en recycling’ 75 min 3. De afsluitende les ‘Afvalpreventie’ 70 min Heeft u geen gelegenheid het hele lesprogramma uit te voeren, dan kunt u de opdrachten en bijbehorende werkbladen ook afzonderlijk inzetten. Als de leerlingen met meerdere werkbladen aan de slag gaan, adviseren wij de leerlingen als aftrapopdracht de insteekmap te laten maken. Hiervoor hebben zij een schaar en plakband nodig. Drie interactieve lessen De drie lessen sluiten aan op de eigen belevingswereld van de kinderen. De insteek is interactief: door leerlingen actief te laten vertellen over hun eigen mening en gedrag en door middel van eigen onderzoek en een presentatie aan de groep. De opdrachten op de werkbladen voor leerlingen zijn individueel, in groepjes of met de hele klas te maken. Maarten Milieu van Cyclus leidt de leerlingen door de werkbladen heen en vertelt hen tussendoor weetjes over afval. In deze docentenhandleiding treft u per les een beschrijving van: • De inhoud van de les • De benodigde werkbladen • De specifieke leerdoelen • De onderdelen van de les (inclusief de benodigde tijd) • De uitwerking van de les
4
Docentenhandleiding groep 7 & 8
LEERDOELEN
Bij de ontwikkeling van dit lespakket is zoveel mogelijk rekening gehouden met de kerndoelen binnen het primair onderwijs. Kerndoel 39 Primair Onderwijs (Mens en samenleving) Leerlingen leren respectvol en verantwoordelijk omgaan met elkaar en met zorg en waardering voor de leefomgeving. Algemeen doel Leerlingen doen kennis en ervaring op over hoe zij om moeten gaan met huishoudelijk afval en welk effect dit heeft op het milieu. Specifieke doelen De leerlingen: • leren nieuwe begrippen over afval; • kennen het belang van inzamelen en scheiden van afval; • weten dat afval kan worden hergebruikt en gerecycled; • kunnen voorbeelden geven van nieuwe grondstoffen of producten, die zijn gemaakt van gerecycled afval; • weten hoe zij zelf kunnen zorgen voor minder afval.
5
Docentenhandleiding groep 7 & 8
LES 1
WAT IS AFVAL?
Inhoud Deze les bestaat uit een korte inleiding over de campagne ‘I love afval scheiden’, een groepsgesprek naar aanleiding van stellingen over afval en recycling, twee individuele opdrachten en een huiswerkopdracht. Benodigde werkbladen • I love afval scheiden! Jij ook? • Waar denk je aan bij het woord afval? • Wat gooi jij allemaal weg? Leerdoelen De leerlingen: • hebben een mening over afval en geven aan hoe zij er zelf mee omgaan; • kunnen een aantal afvalsoorten benoemen; • weten wat er met afval gebeurt, nadat het is weggegooid; • krijgen inzicht in de hoeveelheid afval die zij zelf op school en thuis produceren. Onderdelen • Inleiding: 5 minuten • Opdracht ‘I love afval scheiden! Jij ook?’ individueel: 10 minuten • Groepsgesprek: 20 minuten • Opdracht ‘Waar denk je aan bij het woord afval?’. individueel: 10 minuten • Huiswerkopdracht ‘Wat gooi jij allemaal weg?’.
Totale duur van de les: 45 minuten
Optioneel Elk werkblad bevat een kader met meer achtergrondinformatie. U kunt deze informatie aangrijpen om met de leerlingen verder in gesprek te gaan over afval.
6
Docentenhandleiding groep 7 & 8
UITWERKING VAN DE LES
Inleiding U bespreekt met de leerlingen het logo van ‘I love afval scheiden’ dat voorop de insteekmap en de docentenhandleiding staat. Wat betekent dit logo, waar staat het voor? U legt kort het doel van de campagne ‘I Iove afval scheiden’ uit (Mensen bewust maken van het belang van afval scheiden en afvalpreventie.) en geeft aan dat de leerlingen zelf ook een bijdrage kunnen leveren aan het verminderen en voorkomen van afval. Op de werkbladen komen zij van alles te weten over slimme manieren om met afval om te gaan. U introduceert Maarten Milieu van Cyclus. Hij leidt de leerlingen door de werkbladen heen. Wat voor werk doet Maarten? (Hij haalt huishoudelijk afval op.) Wat is Cyclus voor bedrijf? (Cyclus zamelt het huishoudelijk afval in van bewoners uit de regio Midden-Holland en Rijnstreek.) OPDRACHT: I love afval scheiden! Jij ook? De leerlingen maken zelfstandig de opdracht van het werkblad ‘I love afval scheiden! Jij ook?’. U legt de opdracht aan hen uit. Inhoud van de opdracht: de leerlingen lezen zes uitspraken van kinderen over afval, recycling en het milieu. De leerlingen geven aan of ze het met de betreffende stelling eens zijn of niet. Groepsgesprek over de betekenis van afval Samen met de groep bespreekt u de uitspraken van de zes kinderen. Met welke stellingen zijn ze het eens en welke oneens? In het gesprek gaat u ook in op de betekenis van afval en welke soorten afval je kunt onderscheiden. De volgende vragen kunt u hierbij gebruiken: • Wat betekent afval voor de leerlingen? • Hoe gaan zij er mee om en doen zij zelf aan recycling? • Wat zijn andere woorden voor afval? • Welke afvalsoorten kun je onderscheiden? • Wat gebeurt er met afval nadat je het hebt weggegooid? U begeleidt het gesprek door in te gaan op wat de leerlingen aandragen. Niets is goed of fout. Eventueel licht u antwoorden van de leerlingen toe. OPDRACHT: Waar denk je aan bij het woord afval? Aansluitend op het gesprek maken de leerlingen de opdracht van het werkblad ‘Waar denk je aan bij het woord afval?’. U legt de opdracht aan hen uit. Inhoud van de opdracht: de leerlingen schrijven in het lege woordweb tien begrippen en associaties rondom het woord afval. OPDRACHT: Wat gooi jij allemaal weg? Ter afsluiting van deze les legt u de huiswerkopdracht uit. Inhoud van de opdracht: de leerlingen houden thuis bij hoeveel en wat voor soort afval zij weggooien in een week tijd. Iedere keer als de leerlingen iets weggooien, schrijven zij dit op het schema van het werkblad. Hierop vullen zij het afvalproduct in, bijvoorbeeld een lege fles cola, de hoeveelheid en het soort afval. De soorten afval waaruit zij kunnen kiezen, zijn: restafval, groente-, fruit- en tuinafval (GFT), papier, plastic, glas en klein chemisch afval. U spreekt met de groep een dag af, dat u met elkaar de schema’s bekijkt en vergelijkt.
7
Docentenhandleiding groep 7 & 8
LES 2
AFVALSCHEIDING EN RECYCLING
Inhoud Deze les bestaat uit een introducerend groepsgesprek over afvalscheiding, twee individuele opdrachten, een groepsgesprek over recycling, een filmpje over de verwerking van groente-, fruit- en tuinafval (GFT) tot compost en een schrijfopdracht, die de leerlingen in tweetallen maken. Benodigde werkbladen • Gooi je afval in de juiste bak. • Plastic: wat wel wat niet? • Van groenbak tot compost. Leerdoelen De leerlingen: • weten het verschil tussen waardevol afval en restafval; • weten wat recyclebaar en herbruikbaar afval is en zijn zich bewust van de waarde ervan; • weten van verschillende soorten afval hoe zij gescheiden ingezameld moeten worden; • kunnen voorbeelden noemen van nieuwe grondstoffen of producten, die zijn gemaakt van recyclebaar herbruikbaar afval; • kunnen aangeven waarom plastic afval apart wordt ingezameld en welk plastic afval wel/niet in de Plastic Heroes-zak mag; • weten dat er van GFT-afval compost gemaakt wordt en op welke manier dit gebeurt. Onderdelen • Groepsgesprek: 20 minuten • Opdracht ‘Gooi je afval in de juiste bak’, individueel: 5 minuten • Opdracht ‘Plastic, wat wel wat niet?’, inclusief voor- en nabespreking: 15 minuten • Filmpje over compost, inclusief inleidend groepsgesprek: 15 minuten • Opdracht ‘Van groenbak tot compost’, in tweetallen: 20 minuten
Totale duur van de les: 75 minuten
Optioneel Elk werkblad bevat een kader met meer achtergrondinformatie. U kunt deze informatie aangrijpen om met de leerlingen verder in gesprek te gaan over afval.
8
Docentenhandleiding groep 7 & 8
UITWERKING VAN DE LES
Inleiding Samen met de groep bekijkt en vergelijkt u de schema’s van het werkblad ‘Wat gooi jij allemaal weg?’, waarop de leerlingen thuis hebben bijgehouden hoeveel en wat voor soort afval zij hebben weggegooid. Hoeveel afval hebben de kinderen gescheiden weggegooid? Vinden zij dit veel of weinig en hoeveel afval zal het wel niet zijn over een jaar? Weten de leerlingen ook het verschil tussen waardevol afval en restafval? (Waardevol afval kan hergebruikt of gerecycled worden, restafval wordt verbrand.) Deze stelling schrijft u op het (digitale) schoolbord. Welk afval kan worden hergebruikt of gerecycled? Laat de leerlingen aangeven welk afval, dat zij genoteerd hebben op het werkblad ‘Wat gooi jij allemaal weg?’, waardevol is en wat wat restafval is. Schrijf de voorbeelden op het (digitale) schoolbord. U kunt zelf een schema maken met een onderverdeling in: restafval, groente-, fruit- en tuinafval (GFT), papier, plastic, glas en klein chemisch afval. Van welk soort afval is er het meeste? OPDRACHT: Gooi je afval in de juiste bak De leerlingen maken zelfstandig de opdracht van het werkblad ‘Gooi je afval in de juiste bak’. U legt de opdracht aan hen uit. Inhoud van de opdracht: de leerlingen verbinden foto’s van soorten afval met foto’s van verschillende inzamelmiddelen. Antwoord: Lege fles wijn – Glasbak Kapotte oude spijkerbroek – Textielcontainer Kapotte houten stoel – Container grof huishoudelijk afval Leeg blikje frisdrank – Container restafval Krant – Papiercontainer Skateboard - Kringloopwinkel Klokhuis – Container GFT Leeg flesje – Plastic Heroes zak (als er geen statiegeld op zit) Kapotte smartphone – Container elektronisch afval op het afvalbrengstation Batterij – Ton voor lege batterijen Groepsgesprek over recycling van plastic Naar aanleiding van de antwoorden van de opdracht ‘Gooi je afval in de juiste bak’, bespreekt u met de leerlingen waar de verschillende soorten afval naartoe gebracht moeten worden. Breng ook het afvalbrengstation ter sprake. Weten de leerlingen welk afval je daar heen brengt? Hoe zit dat met plastic afval? Waarom wordt plastic apart ingezameld? (Plastic kan worden gerecycled.) Kunnen de leerlingen voorbeelden noemen van producten die van gerecycled plastic worden gemaakt? (Nieuwe plastic producten, bermpaaltjes, plastic speelgoed, kratten voor flessen en fleecekleding.)
9
Docentenhandleiding groep 7 & 8
OPDRACHT: Plastic: wat wel wat niet? De leerlingen maken zelfstandig de opdracht van het werkblad ‘Plastic: wat wel wat niet?’. U legt de opdracht aan hen uit. Inhoud van de opdracht: bij foto’s van verschillende plastic voorwerpen geven de leerlingen aan of ze wel of niet in de Plastic Heroes-zak mogen. Antwoorden: • Patatbakje: wel • Lege fles terpetine: niet • Plastic tas: wel • Snoepverpakking: wel • Lekke plastic bal: niet • Lege zak chips: niet • Leeg flesje water: wel (zonder statiegeld) • Piepschuim verpakking: niet • Leeg flesje douchegel: wel • Leeg kuipje boter: wel • Kapotte barbiepop: niet • Leeg potje haargel (wel) U bespreekt de antwoorden na met de leerlingen en legt uit waarom niet al het plastic afval in de Plastic Heroes-zak mag. (Er mogen geen plastic producten en gebruiksvoorwerpen in de Plastic Heroes-zak. Die moeten ingeleverd worden op het afvalbrengstation. In de Plastic Heroes-zak mag alleen plastic verpakkingsmateriaal.) Filmpje ‘Hoe ontstaat compost?’ Praat in een kort gesprek met de leerlingen over hergebruik en recycling van gescheiden afval. U vertelt dat van gescheiden afval nieuwe grondstoffen of producten gemaakt kunnen worden. Als voorbeeld kunt u vertellen over de kringloop van oud papier, bijvoorbeeld van kranten en tijdschriften naar nieuw papier. Laat de leerlingen nog meer voorbeelden van recycling aandragen. Vraag of zij weten wat er met het groente-, fruit- en tuinafval (GFT) gebeurt. Je kunt er compost van maken. Doen zij dit ook thuis met hun tuinafval? Bekijk met de leerlingen een filmpje over het proces van GFT-afval naar compost: ‘Hoe ontstaat compost?’. Dit kunt u vinden op de website van Schooltv: http://www.schooltv.nl/video/compost-hoe-ontstaat-compost/#q=compost. OPDRACHT: Van groenbak tot compost De leerlingen maken de opdracht van het werkblad ‘Van groenbak tot compost’. U legt de opdracht aan hen uit. Inhoud van de opdracht: in tweetallen maken de leerlingen een stripverhaal af bij illustraties van het proces van GFT-afval naar compost. De leerlingen schrijven bij ieder tekeningetje een zin, zodat er een doorlopend verhaal ontstaat. Antwoord 1: Een kind gooit een klokhuis van een appel in de minicontainer voor GFT-afval. 2: Vuilnismannen legen de minicontainer voor GFT-afval in de inzamelwagen. 3: De vuilniswagen rijdt naar een hal van het verwerkingsbedrijf. 4: De vuilniswagen leegt het GFT-afval in de hal. 5: Een shovel schept het afval op en gooit het op een lopende band. 6: Het afval gaat door een sorteermachine en haalt er o.a. papier, plastic en blikjes uit. 7: Er blijft een grote berg met alleen GFT-afval over. Bacteriën maken compost van het GFT-afval. 8: Het afval wordt af en toe omgeschept en er wordt lucht doorheen geblazen. 9: Ten slotte wordt het afval gezeefd. 10: Het GFT-afval is compost geworden! 10
Docentenhandleiding groep 7 & 8
LES 3
AFVALPREVENTIE
Inhoud Deze les bestaat uit een korte introductie door de leerkracht over afvalpreventie, een opdracht in kleine groepjes, een presentatie door de leerlingen, een individuele opdracht en een afsluitende groepsopdracht. Benodigde werkbladen • Afval scheiden. Jouw oplossing. • Voer campagne. Bedenk een slagzin. Leerdoelen De leerlingen: • weten waarom het belangrijk is om afval te voorkomen; • kunnen oplossingen bedenken voor afvalpreventie; • leveren zelf op school en thuis een bijdrage aan het voorkomen van afval. Onderdelen • Introductie over afvalpreventie: 10 minuten • Opdracht ‘Afval scheiden. Jouw oplossing.’, in kleine groepjes, inclusief nabespreking: 30 minuten • Opdracht ‘Voer campagne. Bedenk een slagzin.’, individueel: 15 minuten • Afsluitende groepsopdracht: 15 minuten
Totale duur van de les: 70 minuten
Optioneel Elk werkblad bevat een kader met meer achtergrondinformatie. U kunt deze informatie aangrijpen om met de leerlingen verder in gesprek te gaan over afval.
11
Docentenhandleiding groep 7 & 8
UITWERKING VAN DE LES
Inleidend groepsgesprek over afvalpreventie U bespreekt met de leerlingen de vraag waarom het voor het milieu belangrijk is om te voorkomen dat er afval ontstaat. Laat de leerlingen zelf met antwoorden komen. (Samenvattend kunt u vertellen dat als spullen langer meegaan, er minder nieuwe grondstoffen, water en energie nodig zijn. Geef ook een aantal voorbeelden van afvalpreventie. Koop bijvoorbeeld duurzame spullen en onderhoud ze goed, of laat ze repareren. Je spullen gaan dan langer mee en je hoeft minder vaak nieuwe te kopen. Of gebruik papier dat aan één kant bedrukt is, nog een keer voor kladjes en kopieer dubbelzijdig.) OPDRACHT: Afval scheiden. Jouw oplossing. De leerlingen hebben zelf vast ook goede ideeën! U verdeelt de klas in groepjes van vier à vijf leerlingen. Laat de kinderen met elkaar originele oplossingen bedenken voor het afvalprobleem. Om inspiratie op te doen mogen zij ook zoeken naar voorbeelden op websites zoals die van Milieu Centraal. Hun ideeën schrijven of tekenen ze het werkblad. De groepjes leerlingen presenteren vervolgens aan elkaar de oplossingen die zij bedacht hebben. De verschillende oplossingen schrijft u op het (digitale) schoolbord en bespreekt ze met de leerlingen. OPDRACHT: Voer campagne. Bedenk een slagzin. U leidt de opdracht in door te vertellen dat de helft van het huishoudelijk afval opnieuw wordt gebruikt. Een mooi resultaat, maar dat kan natuurlijk beter! In Nederland willen we dat er nog minder afval in de verbrandingsoven terecht komt. De leerlingen kunnen hierbij helpen. U legt de opdracht aan hen uit. Inhoud van de opdracht: de leerlingen lossen eerst de rebus van het werkblad op. Er zit een slagzin in verborgen. (De uitkomst van de rebus is: Afval scheiden, goed idee! Doe jij ook mee?) Daarna bedenken zij zelf een leuke slagzin om mensen te motiveren afval te voorkomen. Afsluitende groepsopdracht: Goede voornemens U schrijft een aantal originele slagzinnen van de leerlingen op het (digitale) schoolbord. Samen met de groep kiest u een slagzin uit, die het motto van de klas wordt. Dit motto schrijft u op een groot vel gekleurd karton. Bekijk samen met de leerlingen nogmaals de zelfbedachte oplossingen van de opdracht ‘Afval scheiden. Jouw oplossing.’, die op het bord geschreven staan. Kies er met elkaar vijf uit waar iedereen achter staat. Deze vijf oplossingen voor het afvalprobleem schrijft u onder het motto van de groep. Met elkaar spreekt u af dat dit de goede voornemens zijn, waaraan de groep zich gaat houden om samen afval op school te voorkomen. Het vel gekleurde karton met de goede voornemens hangt u op in de klas.
12
Docentenhandleiding groep 7 & 8
13
Docentenhandleiding groep 7 & 8