DF MOORSELE 3-daagse reis 44ste meerdaagse reis
METZ & NANCY
18, 19 & 20 mei 2013
Zaterdag 18 MEI 2013 06.00 u vertrek aan de kerk in Moorsele BELANGRIJK! Nagenoeg alles is in de prijs begrepen, maar voor de eerste middag moet je wel je picknick en drank meenemen. Er is natuurlijk ook drank op de bus. Na enkele uren rijden en een plaspauze stoppen we in Scy-Chazelles ten westen van Metz voor ons eerste bezoek: het MUSEUM van ROBERT SCHUMAN, de vader van Europa. Robert Schuman (1886 – 1963) was advocaat in Metz en een Frans, christen – democratisch politicus en één van de grondleggers van Europa. In 1950 was hij, samen met Jean Monnet, de architect van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal. Zijn Schuman-plan wordt beschouwd als het begin van de Europese Unie. Hij heeft de basis gelegd voor een nauwere Europese samenwerking op politiek, economisch en juridisch vlak. In 1958 was hij trouwens de eerste voorzitter van het Europees Parlement. Het nieuwe museum is gebouwd naast het voormalig woonhuis en herbergt zowel een permanente tentoonstelling als tijdelijke tentoonstellingen over de Europese Unie. De expositie Karikaturen uit Europa: 3 eeuwen geschiedenis toont op een grappige manier, via tekeningen uit kranten en tijdschriften, de totstandkoming van één Europa. Schuman is vlak bij het huis begraven in het versterkte, romaanse kerkje Saint-Quentin. Achter het sobere landhuis ligt een grote tuin met een wijds uitzicht over de Moezelvallei. Hij bestaat uit verschillende delen: de historische siertuin, de moestuin, de tuin met potplanten en de tuin met “planten van bij ons”. Er staan ook verschillende merkwaardige bomen en op de mooi gelegen picknickplaats verorberen we onze meegebrachte picknick. Het geheel vormt een mooie site die een opmerkelijke sfeer van rust uitstraalt. Om 12.30 u vertrekken we naar NANCY waar om 13.45 u groep 1 verwacht wordt voor een geleid bezoek aan VILLA MAJORELLE terwijl groep 2 het MUSEUM van de SCHOOL van NANCY met bijhorende TUIN bezoekt. De School van Nancy is de wieg van de art nouveau. Ontstaan in 1901 verenigde ze een tiental artiesten, waaronder meubelontwerper Majorelle en de glaskunstenaars Gallé en Daum, om de decoratieve kunsten te vernieuwen en zich te laten inspireren door de natuurwetenschappen. Deze artistieke beweging heeft het decor en de architectuur van Nancy gekenmerkt met ijzerwerk, glaswerk, keramiek, meubilair en glas-in-loodramen. Het museum bewaart een verzameling unieke en prestigieuze werken en is gehuisvest in een grote villa, vroeger eigendom van Corbin, een mecenas en verzamelaar van art nouveau. De kalme tuin is slechts een klein deel van het oorspronkelijk domein en werd in 1998 heraangelegd, rekening houdend met de geest van de art nouveau. Je vindt er dan ook verschillende planten die gekweekt werden in het begin van de 20ste eeuw en geassocieerd worden met die kunstrichting. Er is ook een cirkelvormig aquarium waarvan de waterbekkens langs de buitenkant gedomineerd worden door de reuzenbereklauw.
Villa Majorelle is één van de eerste en één van de mooiste voorbeelden van de art nouveau architectuur in Nancy. Het is ontworpen in 1901/1902 door de architect Henri Sauvage met ijzerwerk van Louis Majorelle zelf, vensters van Jacques Gruber en keramiekversieringen van Alexandre Bigot. Het is een totaal samenspel van kunst en ambachten van die tijd, zowel voor de bouwstijl als voor de meubels. Om 15 u is er een wisseling van de groepen zodat iedereen alles zal kunnen bewonderen. Om 16 u maken we een ontspannende wandeling door het PARC SAINTE MARIE dat op enkele minuutjes van het museum ligt. Het is het tweede grootste park in het centrum van Nancy met veel merkwaardige bomen, vooral schitterende eiken, grote grasperken en kleine bosjes. Het is ontstaan in 1904 en in 1909 had er de Internationale Tentoonstelling van Oost-Frankrijk plaats, waarvan het pittoreske Elzasser Huis nog een overblijfsel is. Nu wordt het gebruikt als Huis van de Natuur waar verschillende activiteiten in verband met de natuur, alsook geleide wandelingen georganiseerd worden. Een drankje in het park zal nu zeker deugd doen!
Om 18 u inchecken in Best Western Hotel Crystal 5, rue Chauzy Nancy +33 (03) 83175400
[email protected]
Om 19.30 u worden we verwacht voor het avondmaal in BRASSERIE JEAN LAMOUR op het beroemde Stanislasplein, op korte afstand van ons hotel.
Zondag 19 MEI 2013 Om 09.00 u rijden we met de bus door het groene Lotharingen en langs enkele wijngaarden naar LIVERDUN op een 18-tal km ten N.W. van Nancy. Het is een versterkt middeleeuws stadje met Keltische roots in een bocht van de Moezel en bestaat uit een laag gelegen gedeelte en een hoger gelegen gedeelte op een rots, waar men een adembenemend uitzicht heeft op de lus van de moezel. Het was ook de voormalige zomerresidentie van de bisschoppen van Toul en door de vele recreatiemogelijkheden aan het water stond het lange tijd bekend als het kleine Deauville. Precies op die dag heeft er een middeleeuws feest plaats met scènes uit het leven van de middeleeuwse mens, een oude markt en diverse animaties. Liverdun is sedert het einde van de 19de eeuw ook bekend om zijn madeleines in de vorm van een Sint-Jacobsschelp. Ter plaatse krijgen jullie een plannetje met de voornaamste bezienswaardigheden. Om 11.30 u schepen we in voor de terugkeer per boot naar Nancy. De aperitief gaat mee, er is drank aan boord en het lunchpakket krijgen we mee vanuit het hotel. La dolce farniente…! Om 14.00 u starten we onze STADSWANDELING DOOR NANCY. Nancy is de hoofdstad van het departement Meurthe-et-Moselle in de regio Lotharingen. Het is ontstaan in de 11de eeuw en was de hoofdstad van het hertogdom Lotharingen. In 1477 sneuvelde Karel de Stoute, hertog van Bourgondië, er bij een poging om de stad te veroveren. Tijdens de regentschappen van Karel III en van Leopold breidt de stad zich uit en neemt ook op cultureel vlak een vooraanstaande plaats in. In 1737 geeft Lodewijk XV het hertogdom Lotharingen aan Stanislas Leszczynski, zijn schoonvader, die net afgezet is als koning van Polen. Hij regeert over het hertogdom als een verlicht heerser en schenkt de stad een aantal schitterende architecturale hoogstandjes. Bij zijn dood in 1766 gaat het hertogdom weer naar de Franse koning. Vanaf 1778 is Nancy ook de zetel van een bisschop. In 1871, na de Frans-Duitse oorlog, blijft Nancy Frans in tegenstelling tot de Elzas met Straatsburg en het departement Moselle met Metz, die aan Duitsland overgedragen worden. Voor Nancy luidt dit een gouden tijd in, want veel Fransen uit die gebieden weigeren de Duitse nationaliteit aan te nemen en vestigen zich in Nancy. Rond 1900 start vanuit Nancy de beweging van de art nouveau (of Jugendstil) en er ontstaan een aantal vooraanstaande glaskunstateliers in de stad. Gedurende de Eerste Wereldoorlog wordt Nancy lange tijd gebombardeerd door Duits langeafstandsgeschut, wat grote materiële schade veroorzaakt.
Nancy bestaat uit 4 delen: 1) De oude stad, gebouwd in de middeleeuwen en de vroeg-renaissance. 2) De nieuwe stad, in renaissancestijl ge- en verbouwd eind 16de eeuw. 3) De prachtige bouwwerken, opgetrokken in de 2de helft van de 18-de eeuw in opdracht van Stanislas Leszczynski, die de oude en de nieuwe stad verbinden tot één geheel. 4) Het deel dat eind 19de, begin 20ste eeuw werd gebouwd in de stijl van de Ecole de Nancy. Onze wandeling brengt ons onder andere naar: Place Stanislas, de kern en de trots van Nancy en één van de bekendste Franse voorbeelden van de stedelijke bouwkunst van de rococostijl. Het rechthoekige plein, ontworpen door de architect Emmanuel Héré, meet 124 op 106 m en aan de oost- en westzijde staan de gebouwen perfect symmetrisch. Ten noordoosten staat het Stedelijk Theater en ten noordwesten het Museum voor Schone Kunsten. De zuidkant van het plein wordt over de hele lengte afgesloten door de monumentale gevel van het stadhuis. Het plein wordt omsloten met sierlijke hekkens die van bladgoud zijn voorzien. Het smeedijzeren hekwerk is door siersmid Jean Lamour (naam van ons restaurant op zaterdag) vervaardigd en de fonteinen door Guibal. De bebouwing aan de noordzijde van het plein is met opzet laag gehouden, zodat onze blik getrokken wordt naar de Arc-de-Triomphe van Lodewijk XV, geïnspireerd op die van Septimius Severus en Constantijn in Rome, en naar het plein daarachter, de langgerekte Place de la Carrière. Deze dwarsas, haaks op de lengteas, vormt de aansluiting van de nieuwe op de oude stad. Het Gouvernementsgebouw waar de intendant van de Franse koning zetelde en om de hoek het Hertogelijk Paleis met een portaal in een mengeling van flamboyante gotiek en renaissance. De Eglise des Cordeliers, de grafkerk van de Lotharische hertogen, (1482 – 1586) met een bas-reliëf van het Laatste avondmaal, geïnspireerd op dat van Leonardo da Vinci. De Porte de la Craffe, het laatste overblijfsel van de 14de eeuwse stadsmuren en de Porte de la Citadelle, het enige restant van de vroegere citadel. Het Parc de la Pépinière, aangelegd voor het volk in opdracht van Stanislas. Het voorste stuk werd in de 19de eeuw heraangelegd in Engelse stijl. Place d’Alliance, een plein met uniforme gevelwanden en in het vierkant een rij linden en in het midden een barokfontein. De kathedraal, een royaal opgezette barokkerk. Place Mengin, eertijds het centrum van de nieuwe stad, met een overdekte markt en de SintSebastiaankerk met barokke voorgevel. Place Maginot met Le Souvenir, een bronzen standbeeld als herinnering aan de aanhechting van de Elzas en het departement van de Moezel door Duitsland(1871).
Om 19.30 u: avondmaal in BRASSERIE EXCELSIOR, op korte afstand van het hotel. Het gebouw, geopend in 1911 en ontworpen door de architecten Weissenburger en Mienville, is een absoluut hoogtepunt van de School van Nancy. Bij de buitengevel is alleen het bovenste deel versierd met verschillende decoraties, maar binnen is het gelijkvloers onovertrefbaar. De afgeplatte gewelven van de brede overspanningen van vijf traveeën zijn versierd met golvende lijnen en varens, evenals de reeks van tien glas in lood ramen van Grüber . De grote kroonluchters met hun 300 lichtpunten die het plafond sieren en de muurkandelaars van gegraveerd messing zijn gesigneerd Daum. De meubels komen uit de ateliers van Majorelle en zijn van massief mahoniehout uit Cuba. De combinatie met het ivoorkleurig decor vormt een perfecte harmonie, die nog versterkt wordt door het licht van de avond.
Maandag 20 MEI 2013 Na het uitchecken vertrekken we om 09.00 u met de bus naar onze tweede grote bestemming: METZ Na ongeveer een uurtje rijden starten we onze STADSWANDELING IN METZ . Metz ligt op de samenvloeiing van de Moezel en de Seille en is de hoofdstad van Lotharingen en het departement Moselle. Het aanvankelijk kleine plaatsje ontwikkelt zich in de loop der tijden tot het aanzienlijke Gallische Divodurum, dank zij de Gallische stam der Mediomatrices naar wie de stad vernoemd is. De Romeinen veroveren er de macht in 52 vóór Christus en geven de plaats de naam Divodorum Mediomatricum. Het Gallo-Romeinse Metz wordt één van de voornaamste versterkte steden van Gallië en voorzien van aquaducten. Op het einde van de 3de eeuw is Metz volledig gekerstend en vestigt de heilige Clement zich in de ruïnes van het Romeinse amfitheater als eerste bisschop van Metz. Volgens de legende verslaat hij de draak Graoully, een monster dat symbool staat voor de heidenen en dat elke dag 14 inwoners opvrat. Je ziet het beest dan ook overal in de stad, ingewerkt in eeuwenoude muren, op prentkaarten van de stad, op schilderijtjes en zelfs op snoepjes. In 451 wordt de stad geplunderd door Attila en de Hunnen. Daarna ontwikkelt zich een nieuwe politieke structuur en Metz wordt zelfs hoofdstad van Austrasië, het oostelijk deel van het Frankische Rijk onder de Merovingers. In 751 wordt de laatste Merovingische koning afgezet door Pepijn de Korte, de vader van Karel de Grote. Rond het jaar 1000 wordt Metz onderdeel van het Duitse Rijk en wordt bestuurd door een bisschop als vrije rijksstad. Het aantal religieuze gebouwen neemt dan ook flink toe. In de 14 de en 15de eeuw is de welvaart bijzonder hoog dankzij een bloeiende handel en het bankwezen. In 1552 lijft de koning van Frankrijk de bisschopssteden Metz, Toul en Verdun in bij Frankrijk. In de 17 de eeuw groeit de stad, door de vestingbouwer Vauban, uit tot één van de grootste grensvestingen van het land, wordt een garnizoensstad en heeft een belangrijke plaats in het Franse koninkrijk. Na de FransDuitse oorlog wordt Metz in 1871 ingelijfd door het nieuwe Duitse Rijk en wordt de hoofdstad van Duits Lotharingen tot 1919. De stad blijft groeien, vooral omdat veel Duitse immigranten zich daar vestigen en gedurende enkele decennia is er zelfs een Duitstalige meerderheid omdat er ook Fransen vertrekken. In die periode worden enorme gebouwen in neoromaanse of neogotische stijl opgetrokken. Sinds 1918 behoort Metz weer tot Frankrijk. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het ingelijfd door nazi-Duitsland, maar in 1944 werd het bevrijd door het Amerikaanse leger. We wandelen door de stad met de gevels met dezelfde gele stenen van Jaumont, die 20 km verder worden gedolven. We zien heel veel wassalons in mooie oude huizen omdat de huizen van de bewoners te klein zijn voor een wasmachine en omdat de gebouwen in de binnenstad allemaal van vóór of rond de middeleeuwen dateren. Heel veel Italiaanse elementen in
de architectuur, zoals een minikopie van een toren van San Gimignano, doen ons aan een Italiaanse stad denken. De Place Saint-Louis wordt zelfs als de lokale versie van het beroemde plein van Siëna bestempeld. De Place Saint-Jacques is een caféplein met gezellige terrassen waar le tout Metz met elkaar afspreekt. De heuvel van Sainte-Croix met zijn steile, kronkelige steegjes is de wieg van Metz. Het Arsenaal, een mooi gerestaureerde militaire opslagplaats uit de 19de eeuw, doet nu dienst als concertzaal en staat bekend om de perfecte akoestiek. Maar het belangrijkste monument van de binnenstad is uiteraard de kathedraal SaintEtienne op de Place d’Armes. Hier overziet de fiere maarschalk Fabert, verdienstelijk generaal onder Lodewijk XIV, het grote plein dat tegenover de kathedraal begrensd wordt door het stadhuis uit de 18de eeuw met een classicistische voorgevel. De schitterende gotische kathedraal werd gebouwd tussen de 13de en de 16de eeuw en is de derde hoogste van Frankrijk. Ze bezit de grootste oppervlakte aan glas-in-loodramen, namelijk 6500m², wat haar de bijnaam lantaarn van God oplevert. Er zijn glasramen van glaskunstenaars van de 13de tot de 20ste eeuw met prachtige creaties van Marc Chagall, maar alle wedijveren om de aandacht van de kerkbezoeker. Zoveel moois stilt misschien wel onze geestelijke honger, maar niet onze knorrende maag. Om 13.00 u worden we dan ook verwacht in BRASSERIE FLO, een instituut op het vlak van eten en drinken, maar ook qua architectuur. Hier zijn we in het Quartier Impérial of de Keizerlijke Wijk, net buiten de oorspronkelijke stadswallen. De hele wijk is een mengeling van prachtige art deco, art nouveau en Duitse architectuur: statige, sprookjesachtige huizen die werden opgetrokken aan het begin van de 20ste eeuw tijdens de Duitse bezetting. Ook het imposante station van keizer Willem II maakt deel uit van dit stukje erfgoed. We zitten hier dichtbij het nieuwste stukje Metz, het CENTRE POMPIDOU, waar we het laatste bezoek van onze driedaagse starten om 15.00 u. Het is een satellietmuseum van het Centre Georges Pompidou in Parijs en werd in mei 2010 geopend. Het is een pronkstuk van de hedendaagse architectuur: een houten staketsel dat volledig overspannen wordt door één groot dak dat op het eerste gezicht een witte sneeuwlaag blijkt, maar bij nader inzien teflon en glasfiber is en waarvan de vorm geïnspireerd is door een Chinese hoed. Het is een idee van de Japanse architect Shigeru Ban en de Franse Jean de Gastines, geholpen door Philip Gumuchdjian. Het museum voor hedendaagse kunst herbergt een vaste collectie en wisselende tentoonstellingen. Die worden ter plaatse medegedeeld. Om 17.00 u laten we het verrassende Metz achter ons en na een etensstop langs de autostrade hopen we omstreeks 22.00 u veilig Moorsele te bereiken.