Competentievisie Verantwoordingsorgaan Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959
blad 1 van 10
Inhoud Inleiding ................................................................................................................................ 3 Algemeen beleid .................................................................................................................. 3 Diversiteit ............................................................................................................................. 3 Deskundigheidsniveau’s ..................................................................................................... 3 Deskundigheidsverdeling ................................................................................................... 4 Opleidingsbeleid .................................................................................................................. 5 Competenties ....................................................................................................................... 5 Benoemingsbeleid ............................................................................................................... 6 Evaluatie ............................................................................................................................... 6 Bijlage 1 Deskundigheid...................................................................................................... 7 Bijlage 2 Competentiematrixen ........................................................................................... 9
blad 2 van 10
Inleiding Het verantwoordingsorgaan van het Telegraafpensioenfonds bestaat uit zes personen en wordt gevormd door vertegenwoordigers van de deelnemers, de pensioengerechtigden en de vennootschap. Met deze competentievisie beoogt het verantwoordingsorgaan meer inzicht te krijgen in de eigen geschiktheid, om desgewenst adequate acties te kunnen ondernemen zodat het deskundigheidsniveau aansluit bij wat nodig is aan deskundigheid voor het goed functioneren als verantwoordingsorgaan en wordt voldaan aan de overige geschiktheidseisen. Het Telegraafpensioenfonds kent een verantwoordingsorgaan van zes leden, waarvan één lid door de werkgever wordt aangewezen en de overige op basis van onderlinge getalsverhoudingen worden gekozen door de deelnemers en de pensioengerechtigden. Algemeen beleid Het verantwoordingsorgaan streeft naar voldoende geschiktheid, adequate sturing en continuïteit binnen het fonds. Bij dit streven wordt gekeken naar een evenwichtige taak- en deskundigheidsverdeling binnen het verantwoordingsorgaan. Deskundigheid Om aan het streven ten aanzien van deskundigheid zoals beschreven in bovenstaande alinea te kunnen voldoen draagt het verantwoordingsorgaan er zorg voor dat per afzonderlijk deskundigheidsgebied tenminste twee leden deskundig zijn op niveau 2. Het verantwoordingsorgaan toetst het niveau van de leden bij aantreden en tijdens het lidmaatschap. Bij aantreden dienen leden deskundig te zijn op niveau 1. Het verantwoordingsorgaan zorgt tevens voor een programma van permanente educatie voor de leden van het verantwoordingsorgaan. Competenties Voor de specifieke competenties die gelden bij aanname van nieuwe leden is een compententievisie opgesteld, waar aspirant leden aan worden getoetst. Evaluatie Het verantwoordingsorgaan evalueert jaarlijks het eigen functioneren als geheel en op individuele basis. Diversiteit Het verantwoordingsorgaan draagt er zorg voor dat het complementair is samengesteld en een redelijke afspiegeling vormt van de belanghebbenden. Daarbij zitten er in het verantwoordingsorgaan ten minste één man en één vrouw en ten minste één lid dat ouder is en één lid dat jonger is dan veertig jaar. Deskundigheidsniveau’s Om hun taak goed te kunnen uitoefenen hebben de leden bepaalde deskundigheid nodig: dit is de deskundigheid op niveau 1 (kennis en inzicht) en op niveau 2 (oordeelsvorming in verband met de besluitvorming), opgenomen in de eindtermen behorende bij de 7 aandachtsgebieden, zoals geformuleerd in het Plan van Aanpak Deskundigheidsbevordering. Elk lid behoort bij aanvang van zijn functie kennis en inzicht te hebben met betrekking tot alle aandachtsgebieden op niveau 1. Onder niveau 1 wordt verstaan het minimumniveau van deskundigheid waarover het individuele lid behoort te beschikken. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt naar kennis en inzicht.
blad 3 van 10
Op dit niveau is het lid bekend met minimaal de gedefinieerde begrippen per aandachtsgebied, de betekenis van deze begrippen en waar hij nadere informatie kan vinden en of - en zo ja - in hoeverre de begrippen van toepassing zijn op zijn pensioenfonds. Onder niveau 2 wordt verstaan het niveau van deskundigheid dat door het verantwoordingsorgaan als geheel wordt afgedekt op elk van de aandachtsgebieden. Het verantwoordingsorgaan bepaalt hoe die deskundigheid verdeeld is over de individuele leden. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt naar kennis, inzicht en oordeelsvorming. Op niveau 2 zijn twee of meer leden van het verantwoordingsorgaan op de onderscheiden aandachtsgebieden in staat een afgewogen oordeel te geven over de beleidskeuzes die het fonds maakt. Deskundigheidsverdeling De deskundigheidsverdeling binnen het verantwoordingsorgaan wordt ingevuld na de uitbreiding tot zes leden door middel van verkiezingen in 2014: meerjarige bestuurlijke ervaring
communicatie
uitbesteding
admin. organisatie en interne controle
fin. technische en act. aspecten
pensioenregelingen en soorten
relevante wet- en regelgeving
bestuurlijke kennis/ervaring
Namen leden
Niveau: 1. geen kennis 2. weinig kennis 3. voldoende kennis 4. ruim voldoende kennis 5. meer dan ruim voldoende kennis Toelichting: 1. kennis van en/of ervaring met het besturen van een organisatie; Dit betreft met name de algemene vaardigheden om een organisatie te besturen. 2. kennis van relevante wet- en regelgeving; Kennis van de Pensioenwet en aanverwante wet- en regelgeving is aanwezig, evenals kennis van aspecten van het rechtspersonenrecht, met name het stichtingenrecht. Daarnaast is kennis aanwezig van de juridische aspecten van herverzekering. 3. kennis van pensioenregelingen en pensioensoorten; Er is algemene kennis aanwezig met betrekking tot de verschillende soorten pensioensystemen, uitvoeringsvormen en pensioensoorten.
blad 4 van 10
4. kennis van financieel technische en actuariële aspecten; Kennis is aanwezig met betrekking tot verschillende financieringssystemen, beleggingsbeleid, actuariële principes en herverzekering. 5. kennis van administratieve organisatie en interne controle; Kennis is aanwezig met betrekking tot administratieve processen en de daarbij behorende interne controlemaatregelen. 6. voor pensioenfondsen relevante kennis van en/of ervaring met uitbesteding van werkzaamheden; Kennis van of ervaring met outsourcing is aanwezig, met name voor wat betreft de uitbesteding van pensioenadministratie en vermogensbeheer. 7. communicatie; Kennis van en/of ervaring met communicatie met De Nederlandsche Bank, deelnemers, gewezen deelnemers en overige belanghebbenden is aanwezig;
Opleidingsbeleid Nieuw aantredende leden van het Verantwoordingsorgaan volgen een opleiding inzake pensioenen om daarmee het vereiste minimumniveau van deskundigheid te bereiken (niveau 1). Naast deskundigheidsniveau 1 behoort het verantwoordingsorgaan over collectieve deskundigheid te beschikken. Dit houdt in dat op elk van de zeven deskundigheidsgebieden minimaal twee leden over deskundigheidsniveau 2 dienen te beschikken. Voor de nadere uitwerking van het opleidingsniveau wordt verwezen naar de bijlagen. Het verantwoordingsorgaan zal door middel van het volgen van seminars, opleidingen en het bijhouden van de literatuur zijn geschiktheden onderhouden en verder ontwikkelen. Competenties Voor een evenwichtig verantwoordingsorgaan moeten de leden van het verantwoordingsorgaan complementair aan bepaalde competenties voldoen. Een competentie is het vermogen om kennis, vaardigheden en attitude in te zetten om doelstellingen te behalen. De deskundigheid en competenties van alle individuele leden van het verantwoordingsorgaan gezamenlijk, zorgt voor een effectief en daadkrachtig verantwoordingsorgaan. Visie over competenties Het verantwoordingsorgaan is een daadkrachtig en effectief orgaan, in de wettelijke taken en als gesprekspartner voor het bestuur en andere partijen. Het verantwoordingsorgaan acht het van belang dat de leden zich bewust zijn van hun eigen competenties en die van de anderen, zodat hier bij de taakverdeling rekening mee gehouden wordt. In bijlage 2 zijn twee competentiematrixen opgenomen. Uit deze matrixen zijn de aanwezige en vereiste competenties binnen het verantwoordingsorgaan inzichtelijk gemaakt. Daarbij is bij de aanwezige competenties aangegeven in welke mate de vastgestelde competenties bij de individuele leden aanwezig zijn. Bij behoefte of indien een gewenste competentie niet in voldoende mate aanwezig is, kunnen bepaalde competenties verder worden ontwikkeld.
blad 5 van 10
Benoemingsbeleid Bij benoemingen van nieuwe leden wordt indien mogelijk bij het benoemingsbeleid rekening gehouden met de deskundigheden die (opnieuw) ingevuld moeten worden. Voor zover noodzakelijk worden ontbrekende deskundigheden ingevuld door middel van specifieke cursussen. Evaluatie Het functioneren wordt jaarlijks getoetst aan de hand van een zelfevaluatie van de leden. De voorzitter van het verantwoordingsorgaan bespreekt de zelfevaluaties met de leden en maakt daarvan een verslag. Jaarlijks wordt de competentievisie in het najaar geëvalueerd en opnieuw vastgesteld voor het komend jaar. Daarbij wordt ook het opleidingsplan voor de leden in het komende jaar vastgelegd. Amsterdam, juni 2014
blad 6 van 10
Bijlage 1 Deskundigheid In onderstaande tabel wordt aangegeven de huidige deskundigheid per lid per aandachtsgebied. Niveau 1 omschrijving: het lid is bekend met: relevante begrippen per aandachtsgebied, de betekenis van deze begrippen, situatie waar hij nadere informatie kan vinden en weet in hoeverre de begrippen van toepassing zijn op zijn pensioenfonds. Niveau 2 omschrijving: In aanvulling op niveau 1 zijn op niveau 2 twee of meer leden van het verantwoordingsorgaan op de onderscheiden aandachtsgebieden in staat een afgewogen oordeel te geven over de beleidskeuzes die het fonds maakt.
Communicatie
Uitbesteding
Administratieve organisatie + IC
Actuarieel + verslaglegging
Vermogensbehee r
Wet- & Regelgeving
Naam
Besturen organisatie
Aandachtsgebieden
Pensioenregeling en & - soorten
De niveau’s duiden we aan met: 0: zit nog niet op niveau 1 1: zit op niveau 1, dat is gegeven de taak voldoende 2: zit op niveau 2: dat is gegeven de taak ook benodigd
blad 7 van 10
Lacunes in aanwezige deskundigheid van het verantwoordingsorgaan vaststellen (door het samenvoegen van de matrixen onder stap 1 en 2).
Communicatie
Uitbesteding
Administratieve organisatie + IC
Actuarieel + verslaglegging
Vermogensbeheer
Wet- & Regelgeving
Naam
Besturen organisatie
Aandachtsgebieden
Pensioenregelinge n & - soorten
Niveaus aanduiden met: 0: zit nog niet op niveau 1 1: zit op niveau 1, dat is gegeven de taak voldoende 2: zit op niveau 2: dat is gegeven de taak ook benodigd x: zit gegeven de taak nog niet op het benodigde niveau 2. Dus: 0 en x geven de lacunes in het verantwoordingsorgaan weer.
blad 8 van 10
Bijlage 2 Competentiematrixen Aanwezige competenties
Leiderschap* *
Voorzittersvaardigheden*
Stressbestendig
Strategische sturing
Klant- en kwaliteitsgericht
Helikopterzicht en oordeelsvorming
Overtuigingskracht
Onafhankelijkheid
Besluitvaardigheid
Authenticiteit
Verantwoordelijkheid
Samenwerkingsvermogen
Onderhandelingsvaardigheid
Loyaliteit
Omgevingssensitiviteit
Communicatief vermogen
In onderstaande competentiematrix zijn de aanwezige competenties binnen het verantwoordingsorgaan naar de situatie per ……….. inzichtelijk gemaakt, waarbij is aangegeven in welke mate de vastgestelde competenties bij de individuele leden aanwezig zijn.
* Aanvullende competenties voor (plaatsvervangend) voorzitter.
-/- = beschikt hier nog niet over +/- = beschikt hier in mindere mate over + = beschikt hier in voldoende mate over ++ = beschikt hier in ruime mate over
blad 9 van 10
Leiderschap* *
Voorzittersvaardigheden*
Stressbestendig
Strategische sturing
Klant- en kwaliteitsgericht
Helikopterzicht en oordeelsvorming
Overtuigingskracht
Onafhankelijkheid
Besluitvaardigheid
Authenticiteit
Verantwoordelijkheid
Samenwerkingsvermogen
Onderhandelingsvaardigheid
Loyaliteit
Omgevingssensitiviteit
Communicatief vermogen
Vereiste competenties
In onderstaande competentiematrix zijn de vereiste competenties per functie binnen het verantwoordingsorgaan inzichtelijk gemaakt.
Voorzitter
Secretaris
Lid verantwoordingsorgaan
blad 10 van 10