Alle genomineerde liedjes voor de Willem Wilminkprijs 2012 1. Albert Einstein T: Theo Broersen M: Chrystal Cochius De tijd loopt in de bergen net wat trager dan de klok die bij ons thuis tikt aan de muur. Want de Nederlandse kust ligt meetbaar lager daarmee hebben wij een ietsje korter uur. Albert Einstein kan je mij vertellen, is dat geen raar idee? Als ik rechtop sta, blijft mijn hoofd dan jonger dan mijn voeten en mijn tenen daar benee? In mijn tuin staan al jaren dikke eiken. En geloof me, die staan stevig in de grond. Maar kon je er vanaf de maan naar kijken, dan vlogen ze met hoge snelheid rond. Albert Einstein kan je mij vertellen, is dat geen raar idee? Dat ik zonder duizelig te worden suizend ronddraai in die grote ruimtezee? De aarde zweeft met maan en met kometen in een leegte waar voor ons gevoel niets is. Die ruimte is voor sterren en planeten niet veel anders dan het water voor de vis. 2. Maite Maria T: Koos Meinderts M: Thijs Borsten Maite Maria in het holst van de nacht, Zeg me Maria op wie je wacht. Op wie ik wacht, gaat niemand wat aan. Ik blijf hier staan in het licht van de maan. Maite Maria op het dak daar zo laat, wacht je Maria soms op je soldaat? Op mijn soldaat? Wat weet je van hem? Wat mis ik zijn armen, zijn mond en zijn stem. Maite Maria, uw soldaat was mijn vriend we hebben samen de koning gediend. Zeg me dan vriend, is de oorlog voorbij?
Dan komt mijn soldaat vannacht nog naar mij! Maite Maria in het licht van de maan hoor je dan niet de kerkklokken slaan? 3. Nelson T: Erik van Os & Elle van Lieshout M: Hennie Vrienten Nelson is een nijlpaard met een mooie grijze huid maar als hij zit te schilderen, dan ziet hij er niet uit. Als Nelson na het schilderen vol verfspatters zit dan is alleen zijn tekenvel nog keurig netjes wit. Refrein: Nee Nelson is geen schatje hij is veel meer dan dat. Nelson is geen schatje hij is een hele grote schat. Nelson en zijn mama gaan een weekendje naar zee. Hij pakt al zelf zijn tas in en van alles neemt hij mee: zijn blokken en zijn beren en zijn speelgoedboerderij. ’t Is jammer van zijn zwembroek, maar die past er niet meer bij. Refrein: Nelson is een nijlpaard dat graag lekkere koekjes bakt. Hij roert en mixt en kneedt het deeg tot alles lekker plakt. En zit zijn neus vol boter, zit er suiker in zijn haar, is heel de keuken smerig …, dan zijn de koekjes klaar. Refrein: Nelson helpt met koken, hij strooit peper op de friet, hij knikkert met de erwtjes, ook al mag dat eigenlijk niet. Als hij z’n taart moet delen neemt hij zelf het grootste stuk en roept dan uit, met volle mond: “Wat heb ik weer geluk!” Refrein: Niemand is zo’n grapjas en zo’n apenkop als hij maar …. als Nelson ligt te slapen is-ie net zo lief als jij. 4. Ik teken alles T: Ageeth de Haan M: Ageeth de Haan en Frans Groen Ik teken alles, alles, alles wat ik wil Teken alles, alles, alles wat ik wil Teken alles, alles, alles wat ik wil Zomaar op het papier
Ik weet niet hoe het komt Ik weet niet hoe het kan Maar als ik ga rekenen denk ik aan tekenen Zie ik een mens of een dier staat ie hupsake zo op het papier Ik teken alles……………. 1, 2, 3, 4 ik ga jou tekenen, jij staat straks hier 5, 6, 7, 8 en dan teken ik jou dat je lacht Ik teken alles………………. Ik teken een boom, ik teken een huis Ik teken een tijger, ik teken een muis Ik teken aan circus met beren een olifant hier, zomaar op het papier zomaar op het papier zomaar op het papier 5. Twitter queen T + M: Jozien van Dorst Eshuis, Noah Celik, Robin Peters Sms, email Ja ik krijg ‘r heel veel Als ik mijn verhaal deel (glamour en glitter I’m into twitter) Ping ping is mijn ding Ik heb geen verklaring Maar als ik eenmaal begin (glamour en glitter I’m into twitter) 1000 volgers nooit meer anoniem mensen noemen mij de twitter queen. Refrein: Follow me and I follow you Wil je weten wat ik aan het doen ben This is what you gotta do Twitter twitter 2x Geef je op en meld je aan Get respect en deel je nieuwtjes Twitter queen dat is mijn naam Twitter twitter 2x Ik hoef geen scooter met al dat getoeter ‘k zit liever op mijn computer 1000 volgers nooit meer anoniem mensen noemen mij de twitter queen
Refrein: 1000 volgers nooit meer anoniem mensen noemen mij de twitter queen. Refrein: 6. O o o o ooievaar T + M: Mathijs van der Heide O o o o ooievaar Wanneer is mijn broertje klaar. O o o o ooievaar wanneer is hij klaar. Hoe zal hij er uit gaan zien lijkt hij wat op mij misschien als hij maar van voetbal houdt anders gaat het fout! O o o o ooievaar Wanneer is mijn zusje klaar. O o o o ooievaar wanneer is ze klaar. Hoe zal zij er uit gaan zien lijkt ze wat op mij misschien als ze maar wel aardig is anders gaat het mis! O o o o ooievaar Wanneer is mijn hondje klaar. O o o o ooievaar wanneer is hij klaar. Hoe zal hij er uit gaan zien lijkt hij wat op mij misschien als hij maar niet bang zal zijn net als voor ’t konijn! 7. Springen T: Floortje Schoevaart M: Hennie Vrienten Mijn nichtje zit op dansen en mijn neefje op een koor Ik zat nog nergens op, nou wel op school natuurlijk, hoor Ik moest nog eerst op zwemmen maar daar leek me niet veel aan dus ik ben zelf al lekker ergens op gegaan. Refrein: Ik zit op springen, ik zit op springen dat is leuker nog dan zingen en veel leuker dan ballet. Ik zit op springen, ik zit op springen ik zit op springen op de bank en op het bed.
Ik hoef het niet te leren want ik heb het zelf bedacht en het is gewoon in huis, dus ik hoef ook niet gebracht. Als mama staat te douchen of de vuilnis buiten zet dan spring ik op de bank of dan spring ik op het bed. Refrein: Ik train in het geheim omdat het eigenlijk niet mag. Maar als je goed wilt worden moet het zeven keer per dag. Dus als papa staat te bellen of een kopje koffie zet dan spring ik op de bank of dan spring ik op het bed. Refrein: Ik oefen even snel want papa zit op de wc … en morgen mag ik van mezelf al door naar groepje twee. 8. Stier Bram T + M: Edward Ferdinand Langs de A4, bij Rotterdam in ’t hele kleine weitje van boer Hans. Daar staat een stier, stokoud en stram, en mak als een lam: Stier Bram. En op een dag, midden in mei dan waait er een reclameblad voorbij, en daarop staat, paginagroot, in vlammend rood: Voel je je oud en vermoeid? Verman je. Denk je: ik kan niet van huis? Dat kan je! Stap uit de sores en zoef naar de zon; ontspannen, dat kan je in Spanje. Bram krijgt de geest, ramt door het hek en rent over de snelweg richting grens. Over Parijs en Perpignan, vol jong elan, vol van zijn wens. Bram klautert over de Pyreneeën. Eerst steil omhoog, en dan naar beneden. En op een marktplein voelt bram het meteen: de franje, de charme van Spanje. Voel je je oud en vermoeid? Verman je. Denk je: ik kan niet van huis? Dat kan je! Stap uit de sores en zoef naar de zon; ontspannen, dat kan je in Spanje.
Maar in een bar in Benidorm wordt Bram gespot door een toreador, en die belooft roem en succes zonder één les…. Arenalaan zes. En daar staat Bram, stijf van de angst. Een kerel op een paard rijdt op hem af, en in diens hand schittert een lans. Bram heeft geen kans. Hij verliest zijn balans, en dan klinkt een stem: Bram! Wat doe jij in Benidorm? Dat is geen Spaans, Baskisch of Frans, dat is de stem van boer Hans. Bram en boer Hans keren terug uit Spanje en samen drinken ze thuis champagne, en er is taart met een foto van Bram, en kaarsjes in blauw en oranje. Bram werd misleid door een flutcampagne; stier zijn is echt niet zo leuk in Spanje. Voortaan zoekt Bram het dus dichter bij huis: Oostvoorne, Schiebroek of Rockanje, Olé! 9. Jongensmeid T: Alianna Dijkstra M: Lee Ann Vermeulen Ze waren zo blij toe ik werd geboren ‘Eindelijk een meisje’ riep iedereen Niets kon hun geluk nog verstoren Maar ik bleek me er nog al een Mijn broers zitten mij soms te jennen Wat wil ik nou een vriend of en vriendin Maar acht, ik laat me niet kennen Ik ben ik! Ik doe m’n eigen ding! Ik ben een jongensmeid Je kunt geen jurken aan me kwijt Ik houd niet van roze, niet van nagellak Maar ik scheur op mijn skateboard – met gemak! Mijn moeder wil kleren met mij kopen Maar ze staat altijd bij een ander rek Zij heeft het nog steeds niet gesnopen
Doe mij dus maar een leren jack Mijn vader wil dat ik me ga gedragen ‘Je bent toch een meisje of niet?’ zegt hij ik word zo moe van die vragen laat mij toch fijn mezelf zijn Ik ben een jongensmeid Je kunt geen jurken aan me kwijt Ik houd niet van roze, niet van nagellak Maar ik scheur op mijn skateboard…. En ik score met een voetbal …. En ik win met karate …. En ik race op mijn crossfiets – met gemak! Ik ben een jongensmeid Ja, ik ben een jongensmeid Laat me lekker …. En zeur toch niet de hele tijd Ik ben een jongensmeid Je kunt geen jurken aan me kwijt Ik houd niet van roze, niet van nagellak Maar ik scheur op mijn skateboard Ja, ik scheur op mijn skateboard – met gemak! 10. Het Ietje Pietje kietelliedje T: Ruben van Gogh M: Thijs Borsten Daar komt m’n zusje Ietje aan. Ik sluip achter de bank vandaan en ga heel stiekem bij haar staan. ’t Is tijd dat wij nu lachen gaan. Kietelliedje, kietelliedje, kietelliedje. Ik kietel Ietje, kietel Ietje, kietel Ietje en Ietje die giechelt hihihi hou op, hihihihihi hou op hou op, hou op. Nu is Ietje los van mij en roept broertje Pietje erbij. Maar Piet is net zo groot als zij, dus kietel ik ze allebei. Kietelliedje, kietelliedje, kietelliedje. Ik kietel Pietje, kietel Pietje, kietel Pietje en Pietje kraait van hihihi hou op, hihihihihi hou op hou op, hou op.
Mama komt de kamer in en zegt: zozo, ik krijg ook zin om mee te doen eens even zien bij wie ik nu het eerst begin. Kietelliedje, kietelliedje, kietelliedje. Ik kietel Ietje, kietel Pietje, kietelt mij En wij we lachen hihihi hou op, hihihihihi hou op hou op, hou op. Het lachen doet ons bijna zeer En mama kietelt nog een keer Hahaha hou op Hou op, hou op, hou op Hihihihi hou op, hou op Hou op, hou op, hou op. En dan ineens is papa thuis. Aha, zegt hij, een vrolijk huis. En mama wordt op slag al rood want zij krijgt nu de kieteldood. Kietelliedje, kietelliedje, kietelliedje. Hij kietelt mama, kietelt mama, kietelt mama En mama roept hahihi hou op, hihihahaha hou op hou op, hou op. Mama roept van hihihi hou op ik haha hou het niet meer hihihihi hahahaha ik hou het bijna niet meer op. 11. Derk met ’n beer T: Herman Kampman M: Jan Niewold Veur kindern die het nog niet weet zing ik het nog maar weer van ’n kwoajen kjel den Derrek heet met zienen helligen beer. As ’t kasoamd is dan giet hij rond den hel’gen beer giet met dan loert hij oaver oene grond of alles is weg e’zet. Want as den beer toch hellig wördt
hij grip oe in zien bek dan lig ie straks biej hum op ’t börd en he-j-alle proem’n in ’n drek! Op kasoamd mut alles schoone wean, maak dan de boele glad Doet ’t met mekaar, van groot tot klean maak asteblief ruum pad. En schildert ook de beume wit met ’n strakken witten baand veurkom zo dat den beer oe bit gebruuk toch oen verstaand. As hij oe in de kladden krig den groten kwaojen kjel dan bin ie een verleuren wich want Derk met ’n beer den kump (2x) 12. Baby’tje in mama’s buik T: Bette Westera M: Sander Hop Baby’tje in mama’s buik, kom nou eens naar buiten. Papa heeft al taart gekocht en muisjes en beschuiten. Kijk, je wiegje staat al klaar, je kleertjes zijn gewassen. Kom nou eens uit mama’s buik, dan zien we of ze passen. Dan weet ik eindelijk wat je bent, een broertje of een zusje. Kom nou eens uit mama’s buik, dan geef ik je een kusje. 13. De heksenhik T: Sander de Regt M: Schimmer Music Productions ’t Begint met zacht gerommel wat binnenbuiks gestommel en gaat dan langzaam over in geprik. Je voelt gekriebel aan je tenen krijgt wiebelende benen en dan is daar ineens de heksenhik. Want door de heksenhik, de heksenhik
ben je straks niet meer te kort omdat je door de heksenhik beetje bij beetje bij beetje bij beetje bij beetje bij beetje groter wordt. Dat klinkt allemaal prachtig maar ik word zenuwachtig wat moet ik met een hele grote teen? Straks wordt m’n neus reusachtig m’n oren monsterachtig ben ik het allerlangst van iedereen. Acht, je moet niet overdrijven je zult echt prachtig blijven alleen een beetje groter dan voorheen. Kijk een kleine heksenkoter hikt zichzelf een maatje groter het is een wonderbaarlijk fenomeen. Ze is er net dat kleine wonder en ik kan al niet meer zonder het vaderschap is eigenlijk maar raar. Ach papa, wees niet bang al word ik meters lang we blijven echt voor altijd bij elkaar. Want door de heksenhik, de heksenhik ben ik straks niet meer te kort omdat ik door de heksenhik beetje bij beetje groter wordt. De heksenhik De heksenhik Ben ik straks niet meer te kort omdat ik door de heksenhik beetje bij beetje bij beetje bij beetje bij beetje bij beetje groter wordt. ’t Wordt tijd om af te kappen want je groeit met grote stappen maar het is ook onderhand de hoogste tijd anders zit je strakjes zomaar zit je strakjes zomaar midden in de heksenpuberteit!
14. Roodkapje T: Marjet Huiberts M: Benaïssa Linger Roodkapje was een toffe meid en volgens de boeken droeg ze om haar hoofd altijd mooie rooie doeken. Ze had een zieke oma, dus die ging ze bezoeken, met een joekel van een rugzak met appelpannenkoeken. Zo stapte Roodkapje relaxed door het bos. Ze plukte bloemen in het mos en ze zong er op los. Toen kwam er een wolf en die zei: I’m the boss! Jij loopt fout, ach gos. Hij was sluw als een vos. Dus Roodkapje liep om en die wolf ondertussen, verkleedde zich haastig als een van haar zussen. Zo ging hij die oma in slaap zitten susses. Toen vrat hij haar op en dook op haar kussen. Na een half uurtje kwam Roodkapje binnenwippen. Ze zei: ‘Hoi oma, je moet je haar eens laten knippen.’ De wolf zei: ‘Ha kipje’ en likte zijn lippen. Hij slokte haar op, voor ze kon ontglippen. Toen viel hij in slaap, maar langs het huis liep een Turk. Die stampte naar binnen want hij hoorde gesnurk. Hij dacht: ‘Dat is maf, een wolf in een jurk. Ik snij hem eens open, die vieze vuile schurk.’ Roodkapje was verkreukeld, maar ze had geen centje pijn. De Turk vroeg haar ten huwelijk en het werd een festijn. Ze kreeg een jurk van satijn en een ring met robijn. En de wolf moest voor straf bruidsmeisje zijn.