01/2012
Mod: E77/4VC7T-N Production code: B-EVC477
inhoudsopgave HOOFDSTUK OMSCHRIJVING 1. 2. 2.1 2.2 2.2.1 2.2.1.1 3. 3.1 3.2 3.2.1 3.2.2 3.2.3 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.3.4 4. 5. 5.1 5.2 5.3 5.4 5.4.1 5.5 5.6 6. 6.1 6.2
BLADZIJDE
Algemene opmerkingen ...................................................................................................................... 3 Technische gegevens ........................................................................................................................... 4 Fornuis en keramische kookplaat serie OPTIMA ............................................................................... 4 Technische eigenschappen.................................................................................................................. 4 Oven gn 2/1 ......................................................................................................................................... 4 Elektrische verwarming ....................................................................................................................... 4 Instructies voor de installatie .............................................................................................................. 5 Gegevensplaat van de fornuizen en kookplaten met vitrokeramische blad serie OPTIMA ............... 5 Wetten, normen en technische richtlijnen .......................................................................................... 5 Werklokaal .......................................................................................................................................... 5 Plaatsing .............................................................................................................................................. 5 Bevestiging van de panelen aan de bodem of aan een houder ........................................................... 6 Elektrische aansluiting ........................................................................................................................ 6 Aardleiding .......................................................................................................................................... 6 Equipotentiaal systeem ....................................................................................................................... 6 Voedingskabel ..................................................................................................................................... 6 Inleiding aan de gebruiker .................................................................................................................. 6 Vervanging van de belangrijkste onderdelen ..................................................................................... 7 Gebruiksaanwijzing ............................................................................................................................ 7 Vitrokeramische kookplaat ................................................................................................................. 7 Activering van de gloeiplaten ............................................................................................................ 7 Gebruik van de gloeiplaten ................................................................................................................. 8 Gebruik van de elektrische convectie oven ........................................................................................ 8 Betekenis van de grafische symbolen ................................................................................................. 8 Gebruik van de oven ........................................................................................................................... 8 Loken met de oven .............................................................................................................................. 9 Onderhoud en reiniging ...................................................................................................................... 10 Vitrokeramische kookplaat ................................................................................................................. 10 Reiniging aan het eind van het kookproces of van de werkdag ......................................................... 10 AFBEELDINGEN VAN VITROKERAMISCHE PLAAT EN FORNUIS.......................................... 11 INSTALLATIE SCHEMA’S ................................................................................................................ 12 INSTALLATIE SCHEMA’S ................................................................................................................ 13 AANSLUITING OP VERSCHILLENDE ELEKTRICITEITSNETTEN ........................................... 14 ELEKTRISCHE SCHEMA’S E77/2VC4T .......................................................................................... 15 ELEKTRISCHE SCHEMA’S E77/4VC7T .......................................................................................... 16
2
1.
ALGEMENE OPMERKINGEN
- Dit boek bevat belangrijke aanwijzingen betreffende de veiligheid voor de aansluiting, het gebruik en het onderhoud. Het wordt dan ook sterk aanbevolen deze aandachtig te lezen. - De handleiding goed bewaren voor latere raadpleging. - Nagaan of het toestel geheel is meteen na het verwijderen van de verpakking. In geval van twijfel: het toestel niet gebruiken en zich onmiddellijk wenden naar een bevoegde en geschoolde technicus. - Voor de aansluiting van het toestel, nagaan of de gegevensplaat overeenstemt met de ter plaatste beschikbare elektriciteitsnetten. - De installatie, die door geschoolde technici moet uitgevoerd worden en volgens de aanwijzingen van de fabrikant., moet bovendien de geldende normen beantwoorden. - Het toestel mag alleen door een bekwaam operateur gebruikt worden en uitsluitend voor hetgeen het dient. - Voor alle eventuele herstellingen moet u zich uitsluitend wenden naar een onderhoudsdienst erkend door de fabrikant en alleen het gebruik van originele vervangstukken eisen. - De openingen voor warme lucht verspreiding en verluchtingsrooster niet afdekken. - Voor de schoonmaak of het onderhoud van het toestel moet het van alle elektriciteitsnetten en gasleidingen ontkoppeld worden. - In geval van stoornis en /of gebrekkige werking, het toestel onmiddellijk uitschakelen. - Het niet naleven van deze aanwijzingen kan de veiligheid van het toestel in het gedrang brengen. - Het toestel niet reinigen met een hogedrukreiniger of de waterstraal niet rechtstreeks op het toestel richten. - Om alle gevaar voor oxidatie of chemische aantasting in het algemeen te voorkomen, moeten de roestvrijstalen oppervlakken goed schoon gehouden worden. - Het toestel uitschakelen wanneer het niet meer gebruikt wordt.
- De elektrische veiligheid is alleen gewaarborgd als het toestel aan een goed werkende aardleiding gekoppeld is, conform aan de huidige wetgeving en veiligheidsmaatregelen. - De fabrikant wijst alle verantwoordelijkheid af in geval van schade te wijten aan een gebrekkige aardleiding. - Het toestel moet opgenomen worden in een equipotentiaal systeem waarvan de efficiëntie volgens de geldende normen gecontroleerd moet worden. - Alle toestellen worden geleverd met een voedingskabel van 2 m en voldoende doorsnede. - De flexiebele aansluitkabel moet minstens de eigenschappen hebben van een rubberen kabel met isolering type H07RN-F.
De firma, fabrikant van het toestel, kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade aan personen of goederen in geval de aanwijzingen van dit boek door de gebruiker of installateur niet nageleefd worden. DE FABRIKANT WIJST ALLE VERANTWOORDELIJKHEID AF IN VERBAND MET EVENTUELE ONNAUWKEURIGHEDEN IN DIT BOEK TOE TE SCHRIJVEN AAN OVERSCHRIJVING- OF DRUKFOUTEN. HIJ BEHOUDT ZICH BOVENDIEN HET RECHT OM WIJZIGINGEN AAN TE BRENGEN INDIEN HIJ HET NODIG ACHT, BEHOUDENS DE BELANGRIJKE EIGENSCHAPPEN.
3
2. 2.1
TECHNISCHE GEGEVENS FORNUIS EN KERAMISCHE KOOKPLAAT SERIE OPTIMA
OPGENOMEN KRACHT*
AFMETINGEN IN mm. MODEL
NETTO GEWICHT
OVEN GN 2/1 LxDxA
Ø 180 1800 W
Ø 230 2400 W (1000 + 1400)
Oven 4400W
Grill 2750W
Total kW
E77/2VC4T 400x700x290/425
-
1
1
-
-
4,2
20
E77/4VC7T 700x700x290/425
-
2
2
-
-
8,4
35
UITWENDIG LxDxA/A max
kg.
* Voltage: 3N AC 400V; 3 AC 230V; 1N AC 230V 50/60 Hz N.B. De opgenomen kracht met 3N AC 380V; 3 AC 220V; 1N AC 220V 50/60 Hz is gemiddeld 9%lager. De opgenomen kracht met 3N AC 415V; 3 AC 240V; 1N AC 240V 50/60 Hz is gemiddeld 9% hoger.
2.2
TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN
GERAAMTE De dragende structuur is uitgevoerd in R.V.S. AISI 304, uitgerust op verstelbare poten, panelen en onderstel zijn uit R.V.S. KOOKBLAD in vitrokeramiek ENERGIEREGELAAR voor de bediening van de kookzone en voor de regeling van de optimale temperatuur. De BEDIENINGSKNOPPEN zijn in athermisch materiaal. 2.2.1
OVEN GN 2/1
OVEN uit verglaasd ijzer zuur- en hittebestendig; met afmetingen volgens GASTRONORM 2/1. Thermische isolatie in glaswol. Houders voor de rooster uit verchroomd ijzer en makkelijk uitneembaar voor de reiniging. Rooster uit verchroomd ijzer. DEUR van de oven dubbelglas met glaswol isolering, de binnenzijde is uit geëmailleerd ijzer. De knoppen zijn op athermisch materiaal gemonteerd. De dichtheid van de oven is verzekerd door een dichtingsstrip alom de deur. De deur is gemonteerd op scharnier met een veersysteem. 2.2.1.1
ELEKTRISCHE VERWARMING
De elektrische verwarming gebeurt met: - Elektrische verwarmingselementen uit roestvrijstaal in de oven. - Een schakelaar met thermostaat van 50° tot 300°C met volgende functies: · Ontsteking van de oven · Opwarming van de hele oven 4400 W · Onderste element 3200 W · Bovenste element 1200 W · Grill 2750 W - Controlelamp die aangeeft of de thermostaat actief is.
4
3.
INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE
De installatie, de eventuele ombouw en de afregeling moet door bevoegd en geschoold installateur en volgens de geldende voorschriften uitgevoerd worden. WAARSCHUWING! Op de eerste plaats alle plastic beschermfolie van alle wanden verwijderen en eventuele lijmresten met oplosmiddelen verwijderen. Het wordt ten zeerste aangeraden de in de handel verkrijgbare schoonmaakproducten voor roestvrij staal te gebruiken. Het toestel waterpas opstellen door de verstelbare poten te regelen. Indien het toestel dicht tegen een wand wordt geplaatst, dient deze van onbrandbaar materiaal te zijn en moet weerstand bieden aan een temperatuur van minstens 100ºC. Als het toestel vrijstaand opgesteld wordt, wordt het aangeraden deze aan de grond te bevestigen. 3.1
GEGEVENSPLAAT VAN DE FORNUIZEN EN KOOKPLATEN MET VITROKERAMISCHE BLAD SERIE OPTIMA
De gegevensplaat bevindt zich: a)aan de binnenkant van de deur, op fornuizen met een oven b)in de meubel links onderaan aan de binnenkant, bij toestellen zonder oven. c)Op de achterkant aan de binnenkant bij kookplaten 3.2
WETTEN, NORMEN EN TECHNISCHE RICHTLIJNEN
Mod. Matr.N° V Cat. Pn Cat. Pn Qn
Hz
Type tipo
kW
IT-GR-GB-ES-IE
PT
FR
BE
NL
II2H3+
II2H3+
II2E+3+
I2E+ I3+
II2L3P
20,29/37
20,29/37,50/67
20/25,29/37 20/25
LU
IS-DK-FI-SE
AT-CH
DE
NO
II2E3P
II2H3B/P
II2H3B/P
II2ELL3B/P
I3P
20,37,50
20,29
20/50
20/50
30
KW
mbar
29/37 25,30,50 mbar
G20
3
m /h
G30
Kg/h
G25
3
G31
Kg/h
m /h
De volgende wetten moeten gehandhaafd worden. - Plaatselijke bouwkundige en brandwerende richtlijnen - Voorzorgsmaatregelen ter voorkoming van werkongevallen. - Richtlijnen van het elektriciteitstoeleveringsbedrijf. - Elektriciteitsnormen voor industriële installaties. - Hygiënische normen. 3.2.1
WERKLOKAAL
- Het toestel moet in een lokaal geplaatst worden met voldoende verluchting - Het toestel moet opgesteld worden volgens de geldende veiligheidsnormen van het land. 3.2.2
PLAATSING
- Dit toestel mag alleenstaand of in een batterij van gelijksoortige toestellen uit de OPTIMA reeks opgesteld worden.
5
- Dit toestel is niet voorzien om ingebouwd te worden. - Er moet een afstand van 10 cm tussen de panelen gelaten worden. Als de afstand minder is, of de vloer en/of muur ontvlambaar is, moeten die met een isolerende bescherming bedekt worden. 3.2.3
BEVESTIGING VAN DE PANELEN AAN DE BODEM OF AAN EEN HOUDER Zie tekening hiernaast
Alle platen zijn uitgerust met regelbare poten (P): - Als het toestel op een tafel geplaatst wordt, moet u enkel het toestel waterpas opstellen door de poten (P) te draaien. Als het horizontaal is, moet u de moer vastdraaien (D) om de poten te blokkeren. Om te vermijden dat het toestel verschoven wordt, moet u de rubberen dopjes (M) aanbrengen. - Als het toestel bevestigd moet worden op een bodem of een houder, moet u eerst de poten (P) afregelen zoals hiernaast. Als het toestel horizontaal en waterpas is, moet u de moer (D) aandraaien om de poten te blokkeren. Bevestig vervolgens de poten onderaan met de schroeven M5 (T) en de ring. 3.3
ELEKTRISCHE AANSLUITING
De elektrische aansluiting moet door bevoegde en geschoolde vaklui uitgevoerd worden conform aan de I.E.C. normen. Controleer eerst de gegevens op de plaat van het toestel en de tabel in dit boek en het elektrische schema. De aansluiting moet vast zijn. BELANGRIJK: Voor elk toestel moet een alpolige schakelaar voorzien zijn met een contactopening van minstens 3 mm, b.v.: - Een handmatige schakelaar met voldoende vermogen en zekeringen. - Een automatische schakelaar. 3.3.1
AARDLEIDING
Het is noodzakelijk het toestel aan een aardleiding te koppelen. Hiervoor moet u de aansluitklemmen met het teken ( ) aan een goed werkende aardleidingsinstallatie koppelen, conform aan de huidige wetgeving. Waarschuwing De elektrische veiligheid van het toestel wordt alleen verzekerd indien het goed geaard is, conform aan de normen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade toe te schrijven aan een gebrekkige aardleiding. In geval van twijfel, moet u het door een bevoegd technicus laten controleren. OPGELET! De aardleiding nooit onderbreken. (geel – groen). 3.3.2
EQUIPOTENTIAAL SYSTEEM
Het toestel moet in een equipotentiaal systeem opgenomen worden waarvan de goede werking gecontroleerd moet worden volgens de normen. De schroef gemerkt met “equipotentiel” bevindt zich naast het aansluitbord op de bodem voor toestellen met een oven, en aan de achterkant voor de andere. 3.3.3
VOEDINGSKABEL
- Het toestel is voorzien voor volgende voltages: 3N AC 380...415 V; 3 AC 220...240 V; IN AC 220...240 V 50/60 Hz. - De rubberen kabel moet minstens de eigenschappen van H07RN-F hebben en hittebestendig zijn. De kabel moet door de klem aan het aansluitbord bevestigd worden. De bedrijfsspanning mag niet met meer dan 10% verschillen van de nominale spanning. Het aansluitbord om de kabel te verwisselen is bereikbaar als u het volgende doet: - Het paneel aan de voorkant demonteren (kooktafels of platen met meubel) of - Demonteer de linkerkant (kookfornuis) - Sluit de kabel aan volgens de spanning en volgens de gegevensplaat van het toestel.
6
3.3.4
INLEIDING AAN DE GEBRUIKER
Zet het toestel onder spanning volgens de handleiding en leg de werking van het toestel uit aan de gebruiker volgens de gebruiksaanwijzingen en toon hem de eventuele ombouw die u verricht heeft. Laat een exemplaar van de handleiding achter bij de gebruiker voor latere raadpleging.
4.
VERVANGING VAN DE BELANGRIJKSTE ONDERDELEN
OPGELET! Voor alle herstelling moet u zich uitsluitend naar een erkende onderhoudsbedrijf wenden. Voor het onderhoud, moet u de stroom uitschakelen aan de alpolige schakelaar. A) Schakelaar en thermostaat - Demonteer de voorkant. - Draai de schroef los die het onderdeel bevestigd - Draai de thermostaat los van de schakelaar door de twee lipjes van de beugel zorgvuldig te plooien. (alleen voor de bediening van de oven). - Verwijder de bescherming van de reservoir van de thermostaat en maak het los van de klemmen (alleen voor de thermostaat van de oven). - De draden loskopellen volgens het stroomschema - Verwissel het onderdeel en sluit de draden terug aan volgens het elektrische schema - Alles terug in tegenovergestelde richting monteren B) Verwarmingselementen -
Draai de moeren los van de beugel die de elementen bevestigen langs de binnenkant van de oven. Demonteer de verwarmingsgroep langs de opening en koppel alle draden los en de beschermingsdraad als laatste. Verwissel het element en monteer opnieuw volgens stroomschema Alles terug in tegenovergestelde richting monteren
5.
5.1
GEBRUIKSAANWIJZING
VITROKERAMISCHE KOOKPLAAT
Het kookblad behoudt twee of vier elektrische gloeiplaten, met twee verschillende diameters en vermogen zoals omschreven in hoofdstuk 3. De gloeiplaten zijn duidelijk zichtbaar door cirkels op het blad die de kookzones afbakenen. Elke plaat wordt bediend door een bedieningsknop die een energieregelaar inschakeld (zie installatieschema). Elke kookzone heeft zijn eigen controlelamp die aangeeft dat de plaat warmer dan 60°C is. Onder 60°C gaat het lichtje weer uit. 5.2
ACTIVERING VAN DE GLOEIPLATEN
De kookzone met het minste vermogen (1,8 kW) bestaat uit eenenkel verwarmingselement en wordt geactiveerd door een bedieningsknop (fig 1): door die rechtsom te draaien, gaat de plaat opwarmen (max stand “3”); linksom gaat de plaat weer afkoelen (stand “0”). De kookzone met het meeste vermogen (2,4 kW) bestaat uit twee verwarmingselementen die geactiveer worden door de bedieningsknop (fig 2): door deze rechtsom te draaien, gaat het intern element opwarmen (1,0 kW) maximale temperatuur op stand “3”. Als u een grote ketel wilt opwarmen, kunt u ook het extern element (1,4 kW) activeren door de knop voorbij de stand “3” te draaien, u hoort een ‘klik’ dat betekent dat het extern element geactiveerd is. Als u de knop vervolgens tussen “1” en “3” draait, kunt u de temperatuur afregelen voor het gewente kookproces. Als u de knop terug naar “0” brengt, worden de twee elementen uitgeschakeld. WAARSCHUWING! De krachtigste kookplaat wordt vermarmd door twee onafhankelijke verwarmingselementen. U kunt deze kookzone dus ook voor kleinere kookpannen door enkel het intern element in te schakelen zoals hierboven uitgelegd.
7
5.3
GEBRUIK VAN DE GLOEIPLATEN
- Voordat u het element van de plaat in kwestie activeert, moet u eerst de diameteer van de kookketel of pan controleren. De bodem moet vlak en dik zijn (gebruik kommen meer meerlagige bodems speciaal ontworpen voor dit type kookproces) en hij moet vooral droog zijn. - De ketel of kookpan niet op de plaat schuren. - Na het gebruik, kan de plaat nog een tijdje warm blijven. Leg nooit uw hand of keukengerei op de plaat zolang het controlelampje blijft branden. - Als u constateert dat er een scheurtje in een plaat is, moet u die onmiddellijk uitzetten en het toestel uitschakelen. - Het wordt aangeraden nooit smeltbare voorwerpen dichtbij de plaat te laten liggen. Als er door onoplettendheid iets aan de plaat aangebrand is, moet u het eraf schrapen met een speciale spatel. - Gebruik het kookblad niet als werktafel. 5.4
GEBRUIK VAN DE ELEKTRISCHE CONVECTIE OVEN
5.4.1
BETEKENIS VAN DE GRAFISCHE SYMBOLEN
(O)
oven uitgeschakeld grill aan 2750 W thermostatisch controle Bovenste element aan 1200 W met thermostatische bediening 300°C max. Onderste element aan 3200 W met thermostatische bediening 300°C max. Beide elementen aan 4400 W met thermostatische berdiening van 50 tot 300°C
Fig. 6
OPGELET! -Voordat u de oven aanzet, moet u goed nagaan of er geen plastic zakken, papier of karton in gebleven zijn. 5.5
GEBRUIK VAN DE OVEN
- Draai de knop (Ref. A – Fig.2) met de wijzers van de klok mee en draai deze naar de gewenste temperatuur. - Het groene lichtje geeft aan dat de oven aan is. - Het oranje lichtje (Ref A – fig 2) geeft aan dat de thermostaat geactiveerd is en dat de oven aan het opwarmen is. Als de door u ingestelde temperatuur bereikt is (Ref. A – fig 2), gaat het oranje licht uit; u kunt dan de schotels in de oven schuiven. Hou de deur gesloten tijdens het hele kookproces. - Als het kookproces beëindigd is, moet u de knop terug naar de uitstand “0” brengen. N.B.: Bij deze oven heeft u de mogelijkheid om de warmte in de bovenste of onderste deel van de oven apart te regelen. Hiermee kunt u verschillende kookprocessen tegelijk vervaardigen. Hiervoor moet u de knop rechtsom draaien naar het symbool en het bovenste element van 1200 W gaat aan.
8
, de element van 3200W gaat aan; naar het symbool
Gebruik van de grill Draai de knop met de wijzers van de klok mee naar het symbool
.
Het verwarmingselement van de grill (2750W) begint op te warmen; de groene en gele controlelamjes gaat branden. Tijdens de werking van de grill moet de deur van de oven blijven openstaan. U kunt ook de grill gebruiken om te gratineren. Om de grill uit te schakelen, draait u de knop tegen de wijzers van de klok in naar de uitstand “ 0 “. Belangrijk: Voordat u de oven voor het eerste maal gebruikt, wordt het aangeraden hem gedurende 30 min. op de maximale stand te laten opwarmen met de deur dicht om ongewenste geuren te laten verdampen. 5.6
KOKEN MET DE OVEN
Zet de knop op de stand in overeenstemming met de gewenste temperatuur tussen 150 en 300°C. Voor een ideale kookproces moet u de oven eerst laten voorverwarmen en de spijzen in de oven schuiven als hij de ingestelde temperatuur bereikt heeft. Alleen als het om heel vettige vleesschotel gaat, kunt u het in de oven stoppen als die nog koud staat. Als het vlees nog gevroren is, hoeft u het niet op voorhand te ontdooien. Zet de oven ongeveer 20°C lager en stel een kooktijd in van ongeveer een kwartier langer dan bij vers vlees. In het algemeen, wordt het aangeraden om pannen of ketels te gebruiken met een hoge rand, die als spatrand kunnen dienen om de binnenkant van de oven niet te veel te besmeuren.
9
6. 6.1
ONDERHOUD EN REINIGING VITROKERAMISCHE KOOKPLAAT
Voor elk onderhoud en reiniging moet u het toestel uitschakelen en handelen als volgt: - Reinig de kookplaat voordat ze helemaal afgekoeld is. Gebruik eerst een schraper (fig 5), reinig daarna met een paar druppeltjes speciaal reinigingsmiddel en een doek of keukenpapier (fig 4). Gebruik nooit een schuurmiddel of een bijtend product zoals voor de oven. Nooit staalwol of ijzeren schrapers gebruiken. Spoel vervolgens de plaat en droog ze met een zacht doek of keukenpapier. Opgelet! Als er door onoplettendheid suiker op een warme plaat zou vallen, moet u meteen de plaat uitzetten en de vlekken met een schraper en warm water verwijderen. Voordat u spijzen gaat koken met veel suiker, zoals konfituur b.v., wordt het aangeraden een bescherming op de plaat te zetten in geval de ketel overloopt. 6.2
REINIGING AAN HET EIND VAN HET KOOKPROCES OF VAN DE WERKDAG
Om de oven te reinigen moet u een speciale ontvettingsmiddel gebruiken. Alle reinigingsmiddelen voor de oven behouden een zekere hoeveelheid caustische soda. Een alkalisch product is noodzakelijk om de hardnekkigste vlekken te verwijderen. Caustische soda is gevaarlijk voor de huid, de ogen en de luchtwegen. Het is dus belangrijk om deze te beschermen tijdens de reiniging met wanten of een bril. Belangrijk! Respecteer volgende volgorde: 1) Wacht tot de temperatuur onder 60°C gezakt is. Verwijder eerst al het vet. 2) Reinig de oven van boven naar onder met een alkalisch vloeibaar product speciaal voor oven’s dat u moet oplossen in water volgens de voorgeschreven dosering (zie verpakking van het product). Gebruik onopgelost product alleen op de hardnekkigste vlekken. 3) Spoel de oven en zijn toebehoren met water. 4) Breng alle veertien dagen een laagje talk aan op de voeging van de deur. - De roestvrijstalen panelen en onderdelen dagelijks reinigen met zeepsop. Goed naspoelen en zorgvuldig drogen. - De R.V.S. stukken nooit met schuurmiddel, staalwol of stalen schrapers reinigen omdat die de platen zouden beschadigen en na verloop van tijd oxidatie veroorzaken. - Als het toestel langdurig niet gebruikt wordt, moet u de platen invetten met een dun beschermlaagje vaselineolie aan de hand van een zachte doek. De lokalen regelmatig verluchten. - Gebruik nooit scherpe of ijzeren voorwerpen om roestvormingen te voorkomen. Alle voorwerpen moeten in R.V.S. zijn. ROESTVRIJSTALEN onderdelen De roestvrijstalen onderdelen moeten ook met zeepsop gereinigd worden. Afdrogen met een zachte doek. Om de glans te behouden, moet u het regelmatig inwrijven met POLISH, dat u in de handel kunt vinden.
10
AFBEELDINGEN VAN VITROKERAMISCHE PLAAT EN FORNUIS
Fig. 1
Fig. 2
Fig. 4
Fig. 5
11
INSTALLATIE SCHEMA’S
AD = gloeiplaat vooraan rechts AS = gloeiplaat vooraan links PD = gloeiplaat achteraan rechts PS = gloeiplaat achteraan links L = controlelamp: toestel onder spanning S = controlelamp: warme plaat F = knop voor oventhermostaat
12
Equipotentiaal
IIngang voedingskabel
INSTALLATIE SCHEMA’S
E77/2VC4T
E77/4VC7T
AD = gloeiplaat vooraan rechts AS = gloeiplaat vooraan links PD = gloeiplaat achteraan rechts PS = gloeiplaat achteraan links L = controlelamp: toestel onder spanning S = controlelamp: warme plaat
Equipotentiaal
IIngang voedingskabel
13
AANSLUITING OP VERSCHILLENDE ELEKTRICITEITSNETTEN
PE N
(aarde) geel-groen (NP) blauw
L3
(T) zwart
L2
(S) zwart
L1
(R) bruin
PE N
(aarde) geel-groen (NP) blauw
L2
(S) zwart
L1
(R) bruin
PE
(aarde) geel-groen
L3
(T) zwart
L2
(S) zwart
L1
(R) bruin
PE N
(aarde) geel-groen (NP) blauw
L1
(R) bruin
3N AC 380...415 V 50/60 Hz
2N AC 380...415 V 50/60 Hz
3 AC 220...240 V 50/60 Hz
1N AC 220...240 V 50/60 Hz
MODEL
E77/4VC7T
Max A/f
n° kabel mm2
Max A/f
n° kabel mm2
3N AC 380...415 V 50/60 Hz
10,4
5 x 1,5
15,7
5 x 1,5
2N AC 380...415 V 50/60 Hz
10,4
4 x 1,5
20,9
4 x 2,5
3 AC 220...240 V 50/60 Hz
15,9
4 x 1,5
22,7
4 x 2,5
1N AC 220...240 V 50/60 Hz
18,3
3 x 2,5
36,5
3x6
TYPE SPANNING
Elektrisch schema tekening nr
14
E77/2VC4T
1372
1371
ELEKTRISCHE SCHEMA’S
AFKORTING
CODENUMMER
E77/2VC4T
BESCHRIJVING VOEDINGSKABEL
CA M
RTBF 900045
RE1
RIC 0001010
ENERGIEREGELAAR
RE2
RIC 0001289
ENERGIEREGELAAR
L1 - L2
RTCU 900290
GROENE CONTROLELAMP
P1
RIC 0001295
ELEKTRISCHE PLAAT
P1
RIC 0001294
ELEKTRISCHE PLAAT
LS
KLEM
CONTROLELAMPJE
KLEUR ELECTRISCHE SCHAKELING: G-V M N BL G V R B
= geel-groen = bruin = zwart = blauw = grouw = groen = rood = blank
15
ELEKTRISCHE SCHEMA’S
AFKORTING
CODENUMMER
BESCHRIJVING VOEDINGSKABEL
CA M
RTBF 900045
RE2 - RE4
RIC 0001010
ENERGIEREGELAAR
RE1 - RE3
RIC 0001289
ENERGIEREGELAAR
L1 - L2
RTCU 900290
GROENE CONTROLELAMP
P2 - P4
RIC 0001295
ELEKTRISCHE PLAAT
P1 - P3
RIC 0001294
ELEKTRISCHE PLAAT
LS
16
E77/4VC7T
KLEUR ELECTRISCHE SCHAKELING:
KLEM
CONTROLELAMPJE
G-V M N BL G V R B
= geel-groen = bruin = zwart = blauw = grouw = groen = rood = blank
INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKERS OVEREENKOMSTIG de Richtlijnen 2002/95/EG, 2002/96/EG en 2003/108/EG ter beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur alsmede de betreffende de verwijdering van afval. Het symbool van de afvalbak met een streep erdoor dat op de apparatuur of de verpakking is aanbracht geeft aan de het product aan het einde van zijn levensduur gescheiden van ander afval moet worden verzameld. De gescheiden afvalverwerking van deze apparatuur die het einde van haar levensduur heeft bereikt wordt georganiseerd en beheerd door de fabrikant. De gebruiker die zich wil ontdoen van deze apparatuur moet dus contact opnemen met de producent, en het systeem volgen dat deze gebruikt om de apparatuur aan het einde van haar levensduur gescheiden te kunnen verzamelen. Een correcte gescheiden afvalverzameling, en de daaropvolgende milieuvriendelijke recycling, verwerking en verwijdering draagt eraan bij de mogelijke negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid te vermijden, en bevordert het hergebruik en/of de recycling van de materialen waar de apparatuur van is gemaakt Als de gebruiker het product op onwettige wijze afdankt, worden de volgens de geldende regelgeving toepasselijke sancties opgelegd.