Reglement houdende toewijzing van de vaste standplaatsen op het openbaar domein voor: 1. De verkoop van frites en gebak, voor de verkoop van consumptie-ijs en gebak 2. De verkoop van alle koopwaren, uitgezonderd voedingswaren en van voedingswaren in de omgeving van het Olympiapark ter gelegenheid van manifestaties in het Jan Breydelstadion 3. De verkoop van Berlijnse Bollen op het strand van Zeebrugge
Datum vaststelling gemeenteraad Geldigheidsduur
: 19/12/2006 laatst gewijzigd dd. 25/11/2013 : 01/01/2014-onbepaalde duur
AFDELING I. – ALGEMENE TOEWIJZINGSREGELS Artikel 1 a) Vanaf 1 januari 2007 en voor onbepaalde duur worden de vaste standplaatsen op het openbaar domein voor de verkoop van frites- en gebak en voor de verkoop van consumptie-ijs, zoals hierna beschreven, toegekend. b) Vanaf 1 juli 2008 en voor onbepaalde duur worden de vaste standplaatsen op het openbaar domein in de omgeving van het Olympiapark ter gelegenheid van manifestaties in het Jan Breydelstadion voor de verkoop van alle koopwaren, uitgezonderd voedingswaren en voor de verkoop van voedingswaren, toegekend. c) Vanaf 1 juli 2008 en voor onbepaalde duur wordt het recht om tijdens de zomermaanden juli en augustus “Berlijnse bollen” te verkopen op het strand te Zeebrugge, toegekend. De toekenning gebeurt conform de bepalingen van de wet van 4 juli 2005 en het KB van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten.
Artikel 2 Maken het voorwerp uit van dit reglement : a) met 1. 2. 3. 4.
betrekking tot de verkoop van frites en gebak : standplaats op de Markt, kant Wollestraat, standplaats op de Markt, kant Hallestraat, standplaats op het Gaston Roelandtsplein, standplaats aan de Vismijn te Zeebrugge
b) met betrekking tot de verkoop van consumptie-ijs en gebak : 1. standplaats op de Markt, 2. standplaats op de Burg, 3. standplaats op de Dijver, 4. standplaats Simon Stevinplein, 5. standplaats ’t Zand, 6. standplaats Wijngaardplein, 7. standplaats Zeedijk Zeebrugge, 8. standplaats Hendrik Pullinckxpad 9. standplaats Stasplein, ter hoogte van het fietsknooppunt 3 c) met betrekking tot de verkoop van alle koopwaren, uitgezonderd voedingswaren in de omgeving van het Olympiapark : 1. standplaats hoek Koning Leopold III-laan / toegangsweg watertoren (richting Gistelse Steenweg) 2. standplaats kruispunt Doornstraat-Koning Leopold III-laan – eerste berm rechts komende uit de richting Torhoutse Steenweg.
Pagina 1 van 7
d) met betrekking tot de verkoop van voedingswaren in de omgeving van het Olympiapark : 1. standplaats Kerkhofstraat, op het voetpad rechtover de parking, hoek Olympialaan 2. standplaats Koning Leopold III-laan op het kruispunt met de rijweg naar de sportterreinen van de watertoren op het voetpad links in de rijrichting watertoren vanuit de Koning Leopold III-laan.
e) met betrekking tot de verkoop van Berlijnse bollen volledige strandzone, met inbegrip van de zones die in concessie gegeven zijn voor het verhuren van strandcabines en/of strandhutten.
Artikel 3 De inname van één van de standplaatsen zoals vermeld in art.2 is onderworpen aan de voorafgaande machtiging van het College van Burgemeester en Schepenen en wordt toegewezen bij wijze van een abonnement, waarvan de duur gelijkgesteld wordt aan een periode vanaf de eerste werkdag van het jaar 2007 tot de eerste werkdag van het jaar 2010 voor Art.2 a) en b), waarvan de duur gelijkgesteld wordt aan een periode vanaf 01/07/2008 tot en met 30/06/2010 voor Art.2 c) en d) en waarvan de duur gelijkgesteld wordt aan een periode vanaf 01/07/2008 tot en met 31/08/2010 telkens gedurende de zomermaanden juli en augustus voor Art.2 e). Artikel 4 Het abonnementsgeld per jaar bedraagt : a) met betrekking tot de verkoop van frites en gebak : 1. standplaats op de Markt, kant Wollestraat : 125.000 euro, 2. standplaats op de Markt, kant Hallestraat : 125.000 euro, 3. standplaats op het Gaston Roelandtsplein : 20.000 euro, 4. standplaats aan de Vismijn te Zeebrugge : 2.500 euro. b) met betrekking tot de verkoop van consumptie-ijs en gebak : 1. standplaats op de Markt : 3.125 euro, 2. standplaats op de Burg : 3.125 euro, 3. standplaats op de Dijver : 1.250 euro 4. standplaats Simon Stevinplein : 1.875 euro, 5. standplaats ’t Zand : 2.500 euro, 6. standplaats Wijngaardplein : 1.250 euro, 7. standplaats Zeedijk Zeebrugge : 6.250 euro, 8. standplaats Hendrik Pullinckxpad : 310 euro. 9. Standplaats op het Sasplein: 525,00 euro. c. met betrekking tot de verkoop van alle koopwaren, uitgezonderd voedingswaren in de omgeving van het Olympiapark : 1. standplaats hoek Koning Leopold III-laan / toegangsweg watertoren (richting Gistelse Steenweg) : 1.690,00 euro, 2. standplaats kruispunt Doornstraat-Koning Leopold III-laan – eerste berm rechts komende uit de richting Torhoutse Steenweg : 1.690,00 euro, d. met betrekking tot de verkoop van voedingswaren in de omgeving van het Olympiapark : 1. standplaats Kerkhofstraat, op het voetpad rechtover de parking, hoek Olympialaan : 2.190,00 euro, 2. standplaats Koning Leopold III-laan op het kruispunt met de rijweg naar de sportterreinen van de watertoren op het voetpad links in de rijrichting watertoren vanuit de Koning Leopold III-laan : 2.190,00 euro, e. met betrekking tot de verkoop van Berlijnse bollen
Pagina 2 van 7
volledige strandzone, met inbegrip van de zones die in concessie gegeven zijn voor het verhuren van strandcabines en/of strandhutten : 655,00 euro, voor de inname van de standplaats vanaf de eerste werkdag van het jaar tot de eerste werkdag van het volgende kalenderjaar voor Art.4 a) en b), voor de inname van de standplaats vanaf 1 juli tot en met 30 juni van het volgende kalenderjaar voor Art.4 c) en d), voor de verkoop van de Berlijnse Bollen vanaf 1 juli tot en met 31 augustus van hetzelfde jaar. Het bedrag wordt door de vergunninghouder betaald binnen de periode van 8 dagen na ontvangst van de toewijzingsbeslissing voor het jaar 2007 en tegen 2 januari van de kalenderjaren die binnen de abonnementsduur vallen voor Art.4 a) en b), binnen de periode van 8 dagen na ontvangst van de toewijzingsbeslissing voor het jaar 2008 en tegen 30 juni van de kalenderjaren die binnen de abonnementsduur vallen voor Art.4 c), d) en e), hetzij door overschrijving op rekening nummer 0971306100-92 van het stadsbestuur van Brugge, hetzij van hand tot hand tegen ontvangstbewijs in de stadskas te Brugge, Burg 11 te 8000 Brugge. Artikel 5 De voorziene standplaatsen op het openbaar domein worden toegewezen hetzij aan de natuurlijk personen die er voor eigen rekening een ambulante activiteit uitoefenen, houders van een “machtiging als werkgever”, hetzij aan rechtspersonen die er dezelfde activiteit uitoefenen. De standplaatsen worden aan deze laatsten toegekend door tussenkomst van een persoon verantwoordelijk voor het dagelijks bestuur van de vennootschap en die houder is van de “machtiging als werkgever”. Artikel 6 De standplaatsen die aan de personen zoals bedoeld in artikel 5 toegewezen worden, kunnen ingenomen worden door : 1° de natuurlijk persoon, houder van een “machtiging als werkgever”, aan wie de standplaats is toegewezen; 2° de verantwoordelijke(n) van het dagelijks bestuur van een rechtspersoon aan wie de standplaats is toegewezen, houder(s) van een “machtiging als werkgever”; 3° de feitelijke vennoot (vennoten) van de natuurlijk persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houder(s) van een “machtiging als werkgever” voor de uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening; 4° de echtgenoot/echtgenote en wettelijk samenwonende van de natuurlijk persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houder van een “machtiging als werkgever” voor de uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening; 5° de personen die beschikken over een “machtiging als aangestelde A” of een “machtiging als aangestelde B”, die een ambulante activiteit uitoefenen voor rekening of in dienst van de natuurlijk persoon of rechtspersoon bedoeld in 1° tot en met 4°; De personen opgesomd in het eerste lid, 2° tot 5° kunnen de standplaatsen innemen, toegewezen aan de natuurlijk of rechtspersoon voor wiens rekening of in wiens dienst zij de activiteit uitoefenen, buiten de aanwezigheid van de persoon aan wie of door middel van wie de standplaats werd toegewezen of onderverhuurd. Artikel 7 Het ter beschikking zijn of komen van de standplaatsen op 2 januari 2007 of op latere tijdstippen voor Art.2 a) en b) en op 1 juli 2008 of op latere tijdstippen voor Art.2 c), d) en e) wordt door het College van Burgemeester en Schepenen bekend gemaakt via publicatie in de plaatselijke, regionale en nationale pers enerzijds en door het sturen van een kennisgeving aan de huidige vergunninghouders en alle andere personen die bij het stadsbestuur gekend zijn als mogelijk geïnteresseerd in de vrije standplaats. Zowel in de publicatie als in de kennisgeving wordt de termijn bepaald waarbinnen de kandidaturen moeten ingediend worden alsook de modaliteiten waaraan ze moeten voldoen. Artikel 8 De standplaatsen worden per specialisatie toegewezen volgens chronologische volgorde van de indiening binnen de termijn zoals voorzien in het bericht van kennisgeving.
Pagina 3 van 7
Artikel 9 De kandidaturen worden per specialisatie en per standplaats in een register ingeschreven waarbij de datum van de kandidatuur doorslaggevend is. De datum is naargelang het geval, deze van de overhandiging van de kandidatuur aan het stadsbestuur, deze van indiening bij de post (aangetekende zending) of deze van ontvangst op een duurzame drager op navolgend e-mail adres:
[email protected]. Artikel 10 §1. Wanneer twee of meerdere kandidaturen dezelfde zijn, dan gelden de voorrangregels van het artikel 29 van het K.B. van 24.09.2006. §2. De kandidaten voor de inname van een standplaats ontvangen een ontvangstbewijs van het College van Burgemeester en Schepenen met vermelding van de datum en de volgorde van zijn kandidatuur en vermelding van de mogelijkheid van het inzagerecht van het register. De registers liggen ter inzage bij de Financiële diensten van de stad Brugge, dienst Belastingen, Burg 12 te 8000 Brugge elke werkdag tussen 9 uur en 12 uur. De ontvangstmelding wordt aan betrokkene toegestuurd bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs, hetzij bij overhandiging tegen ontvangstbewijs, hetzij op een duurzame drager tegen ontvangstbewijs. §3. De kandidaturen blijven geldig zolang ze niet werden nagekomen of ingetrokken door de aanvrager. Artikel 11 §1. Het College van Burgemeester en Schepenen maakt de toewijzing van de standplaats bekend aan de aanvrager hetzij bij een aangetekend schrijven met ontvangstbewijs of door overhandiging tegen ontvangstbewijs of op een duurzame drager tegen ontvangstbewijs. §2. Het College van Burgemeester en Schepenen houdt een register bij van de toegewezen standplaatsen dat alle wettelijke vermeldingen omvat. Dit register ligt ter inzage onder dezelfde modaliteiten als het register van de kandidaturen zoals hiervoor bepaald. §3. De houder van een abonnement kan onder de voorwaarden voorzien in het K.B van 24 september 2006 het abonnement tijdelijk opschorten of opzeggen. §4. Het College van Burgemeester en Schepenen kan onder de voorwaarden bepaald in het K.B. van 24 september 2006 de voorziene standplaatsen opheffen of andere standplaatsen voorzien. Artikel 12 De aangestelde beambten van de financiële dienst van de stad Brugge, belast met de organisatie van de ambulante activiteiten op die plaatsen die het voorwerp uitmaken van dit reglement zijn in hun opdracht bevoegd om de documenten, voorzien in artikel 6 van het reglement, welke de identiteit en de hoedanigheid van de personen die een ambulante activiteit uitoefenen, te controleren. Artikel 13 De vereiste machtigingen voor de uitoefening van ambulante activiteiten, in artikel 5 hiervoor omschreven als “machtiging als werkgever” en “machtiging als aangesteld A” hebben slechts rechtsgeldigheid voor zover zij vergezeld zijn van het identiteitsbewijs van de houder van het machtigingsbesluit. De aanvraag tot verkrijging van de voorgeschreven machtiging wordt met het bij het K.B. van 24 september 2006 voorgeschreven formulier aangevraagd bij één van de ondernemingsloketten ingesteld door de wet van 16 januari 2003 tot oprichting van een Kruispuntbank van Ondernemingen, tot modernisering van het handelsregister, tot oprichting van erkende ondernemingsloketten en houdende diverse bepalingen. Alle modaliteiten bepaald in het K.B. 24 september 2006 zijn van toepassing.
Pagina 4 van 7
AFDELING II. – SPECIFIEKE VERPLICHTINGEN INHERENT AAN DE VERKOOP VAN FRITES EN GEBAK, VAN CONSUMPTIE-IJS EN GEBAK, VAN ALLE KOOPWAREN, UITGEZONDERD VOEDINGSWAREN EN VAN VOEDINGSWAREN IN KRAMEN OF VERKOOPWAGENS GEPLAATST OP HET OPENBAAR DOMEIN ; SPECIFIEKE VERPLICHTINGEN INHERENT AAN DE VERKOOP VAN BERLIJNSE BOLLEN OP HET STRAND VAN ZEEBRUGGE. A) Voorwaarden opgelegd voor de frituurkramen : Artikel 14 De opstelling van de frituurkramen mag slechts gebeuren na het bekomen van een tijdelijke bouwvergunning, door de persoon die de standplaats krijgt toegewezen. Deze vergunning moet aangevraagd worden bij het College van Burgemeester en Schepenen van de stad Brugge, Burg 12, 8000 Brugge. De vergunninghouder mag zowel frites als producten die samen met de consumptie van frites, zoals frietsauzen, vlees- of afgeleide producten, geconsumeerd worden te koop aanbieden. Tevens mogen nietalcoholische dranken te koop aangeboden worden. Tevens kan hij in frietvet klaargemaakt gebak, gekend onder de naam oliebollen, te koop aanbieden. De kramen moeten voldoen aan de normen opgelegd door het Federaal Agentschap van de Veiligheid van de Voedselketen en de onderscheiden distributiemaatschappijen voor elektriciteit, gas en water. De frituurkramen op de Markt, waarvan de breedte moet begrepen zijn tussen minimum 1,60 meter en maximum 2,00 meter, de lengte tussen 3,80 meter en 4,00 meter en waarvan de hoogte maximum 2,60 meter mag bedragen, moeten beantwoorden aan de voorschriften van het aan onderhavig reglement toegevoegde ontwerp en beschrijving. Zij moeten onder andere uitgerust zijn met een gasinstallatie. Het gebruik van steenkolen en andere brandstoffen wordt niet toegelaten. De frituurkramen op de andere standplaatsen moeten qua afmeting en uitzicht voor goedkeuring aan het College van Burgemeester en Schepenen worden voorgelegd. De volledige installatie moet beantwoorden aan de hygiënische voorwaarden die door het College van Burgemeester en Schepenen, op voorstel van de dienst Leefmilieu van de stad Brugge kunnen opgelegd worden. Ketels, vergieten, schotels en gelijkaardig materieel moeten zoveel mogelijk vervaardigd zijn uit wit glanzend en roestvrij metaal. B) Voorwaarden opgelegd aan de verkoopwagens voor de verkoop van consumptie-ijs en gebak: Artikel 15 De verkoopwagens moeten uitgerust zijn voor de verkoop van consumptie-ijs. In deze wagens mag naast de verkoop van consumptie-ijs eveneens gebak verkocht worden. Het gebak wordt strikt beperkt tot koude en/of warme wafels. Wat de standplaats onder artikel 2 b) 7° betreft mag een vast verkoopkraam op het openbaar domein opgesteld worden. De maximum afmetingen van deze constructie worden afhankelijk gesteld van de voorwaarden die opgelegd worden voor het bekomen van een verplichte tijdelijke bouwvergunning, aan te vragen bij het College van Burgemeester en Schepenen van de stad Brugge, Burg 12, 8000 Brugge. De afmetingen mogen in geen geval groter zijn dan 2,50 meter bij 2,50 meter. Op deze standplaats is de verkoop van frisdranken toegelaten. Het College van Burgemeester en Schepenen behoudt zich het recht voor om de vergunning in te trekken en het betaalde plaatsgeld zoals voorzien in art. 3 pro rata temporis terug te geven wanneer het van oordeel is dat de gebruikte verkoopwagen vanuit esthetisch oogpunt niet aanvaardbaar is in de directe omgeving.
Pagina 5 van 7
C) Voorwaarden opgelegd aan de verkoop van alle koopwaren, uitgezonderd voedingswaren in de omgeving van het Olympiapark en aan de verkoop van voedingswaren in de omgeving van het Olympiapark : Artikel 16 De standplaatsen zoals omschreven in Art.2 c) en d) zullen terplaatse gemarkeerd worden. De vergunninghouder mag enkel de hem toegewezen plaats innemen. politie opvolgen.
Hij zal steeds de bevelen van de
De vergunninghouder is ertoe gehouden, op de hem toegewezen plaats, enkel die waren te verkopen waarvoor hem de vergunning werd verleend. Per verkoopstand mag maximum een lengte van 5 meter ingenomen worden en er wordt slechts één verkooppunt per standplaats toegelaten. Noch de winkelwagen zelf, noch delen die uitgezet worden bij het in gebruik zijn van de wagen (bvb. luifels) mogen uitsteken over de rand van de rijweg. De verkoopstanden mogen slechts bezet of ingenomen worden vanaf 3 uur vóór tot 2 uur na het evenement dat aanleiding geeft tot het ingebruiknemen van de verkoopstanden. Er kunnen echter geen maatregelen getroffen worden met betrekking tot het vrijhouden van de standplaatsen. Het gebruik van veiligheidsredenen.
stroomgeneratoren
is
verboden,
zowel
om
reden
van
lawaaihinder
als
om
De vergunninghouders staan in voor de reinheid rond hun verkoopstand en dienen bij het verlaten ervan het terrein en omgeving volledig opgekuist te hebben. Voor de kramen met voedingswaren dient, buiten het kraam, een vuilnisrecipiënt opgesteld voor het deponeren van afval. D) Voorwaarden opgelegd aan de verkoop van Berlijnse Bollen Artikel 17 De vergunninghouder en/of zijn aangestelden moeten de bepalingen van de overeenkomsten tussen het stadsbestuur en de uitbaters van een gedeelte van het strand voor het plaatsen van badcabines en/of strandhutten wat het onderhoud van de concessieruimte betreft, ten volle respecteren. Zij dienen zelf in te staan voor de verwijdering van achtergelaten verpakkingsmateriaal. Indien er zich moeilijkheden van welke aard ook tussen kwestieuze partijen voordoen, zal de vergunninghouder zich moeten schikken naar de onderrichtingen die door het College van Burgemeester en Schepenen eenzijdig kunnen opgelegd worden. Het is de vergunninghouder uitdrukkelijk verboden zijn waar te koop aan te bieden aan een vast verkoopkraam. De vergunninghouder kan geen aanspraak maken op schadevergoeding of vermindering van de vergunningprijs in navolgende gevallen : 1. indien het Bestuur tijdens de exploitatie andere standplaatsen of uitbatingszones in vergunning geeft; 2. In geval van verbod, beperking of schorsing van de exploitatie, opgelegd door het bestuur of de hogere overheid, omwille van het algemeen belang; 3. In geval een gedeelte van het strand voor beperkte tijd in gebruik genomen wordt ten behoeve van door het Stadsbestuur ingerichte manifestaties; 4. indien de weersomstandigheden de uitbating tijdelijk onmogelijk maken.
Pagina 6 van 7
E) Algemene bepalingen van toepassing op alle standplaatsen Artikel 18 Er mogen geen voorwerpen of goederen buiten de frituurkramen of verkoopwagens zelf geplaatst worden. Het is eveneens verboden auto’s of andere voertuigen of transportmiddelen in de omgeving te plaatsen. De plaats rondom de vergunde standplaats moet voldoende gereinigd worden om elke vorm van overlast te vermijden. De kosten voor de aansluiting op het waterbedelingsnet en de toevoer voor gas en elektriciteit zijn ten laste van de vergunninghouder. AFDELING III – EENMALIGE BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE EERSTE TOEWIJZING VAN DE STANDPLAATSEN VANAF 02/01/2007. Artikel 19 Voor het jaar 2007 wordt de aanvangsdatum van het abonnement afhankelijk gesteld van de tijd die de persoon aan wie de standplaats op het openbaar domein toegewezen wordt nodig heeft om de bij wet voorgeschreven documenten m.b.t. de uitoefening van de ambulante activiteit alsook deze die nodig is om de (tijdelijke) vergunningen voor de inname van een standplaats op het openbaar domein te bekomen. Artikel 20 Ten gevolge van de bepalingen van het artikel 19 wordt de abonnementsprijs van de vergunning voor het jaar 2007 pro rata temporis verminderd met het bedrag van het berekende plaatsgeld per dag voor het aantal dagen vanaf 2 januari 2007 tot de dag van de effectieve uitbating van de standplaats. Artikel 21 De bepalingen zoals voorzien in Art.19 en Art.20 zijn van toepassing vanaf 1 juli 2008 voor de standplaatsen bepaald in Art.2 c), d) en e)
Pagina 7 van 7