Doezastraat

1

Inspraakreactie op Retailvisie Herenstraat/Doezastraat Achtergrond: de Centrale vraag zoals door de gemeente gesteld Bronnen: http://gemeente.leiden.nl/nieuwsitem/artikel/stand-van-zaken-retailvisie-leidse-regio/ http://www.economie071.nl/projecten/een-regionale-visie-op-retail-en-werklandschappen/ De vraag die gemeenten en ondernemers uit de Leidse regio gezamenlijk proberen te beantwoorden via een retailvisie is: Hoe en waar winkelen we in 2025 in de Leidse regio en wat betekent dat voor de ontwikkeling van de verschillende winkelgebieden?

Het doel van de retailvisie is: • • •

Het maken van een vitaal en toekomstbestendig wensbeeld voor de winkelgebieden in de Leidse regio; Het optimaal bedienen van de consument centraal zetten; Draagvlak creëren bij gemeenten, ondernemers en vastgoedeigenaren.

Kortom: de visie is een wenkend perspectief van ondernemers en overheden samen. [...]

Toekomst retail Eén van de prioriteiten van de economische agenda is om het beleid op gebied van retail op regioschaal uit te werken. Bestedingspatronen veranderen, er wordt steeds meer aangekocht via internet en een beperkt aantal winkelcentra houdt of verwerft een (boven)regionale functie. Scherpe focus en keuzes in de detailhandelstructuur en vernieuwing van concepten zijn nodig om het winkelaanbod van de Leidse regio toekomstbestendig en concurrerend te maken. Ook de provincie daagt de Leidse regio uit om een retailvisie te maken die toekomstbestendig is en rekening houdt met de trends en ontwikkelingen. [...]

Begeleiding Een gespecialiseerd bureau, Retail Management Center (RMC), begeleidt de totstandkoming van de nieuwe retailvisie. Globaal ziet de planning er als volgt uit: • •

Najaar 2014: Opstellen gebiedsprofielen door RMC op basis van interviews met ondernemers en ambtenaren in alle zes gemeentes, bezoeken aan winkelgebieden en gebiedscans. [...]

Bezwaren tegen de vraag, de methode, het proces, de metingen en de uitkomst In onze ogen is er van alles mis met de centrale vraag, de gehanteerde methode, het doorlopen proces, de gedane metingen en daardoor ook met de uitkomst. Er wordt: • • • • • • •

gesproken over 'nieuwe' veranderingen terwijl die al lange tijd gaande zijn en door succesvolle ondernemers al van een passend antwoord voorzien met een online aanwezigheid, een taak genoemd die niet bij de overheid thuishoort (consument bedienen), een link gelegd met de vastgoedsector die oneigenlijk en bedenkelijk is, een methode gekozen die appels en peren vergelijkt en ook nog eens slecht is uitgevoerd, en vooral: op een regionale en dus te grote schaal gekeken en een eenzijdig en beperkt model gehanteerd verkeerd gemeten en onvoldoende gedaan aan veldonderzoek, communicatie en reality checks

Het conceptdocument pakt door zijn puur op winkeloppervlakte gerichte opzet vrijwel automatisch negatief uit voor een winkelgebied als de Doeza- en Herenstraat.

Taakopvatting van de (lokale) overheid Het 'optimaal bedienen' van de consument via winkels is de primaire taak van elke winkelier. Doe je dat goed, dan floreert je bedrijf. Het is geen taak van de overheid. Die moet hoogstens zorgen dat de welzijnskant van het winkellandschap aan minimale eisen voldoet. Daarbij is de overheid vooral de hoeder voor de wat minder machtige partijen tegenover de macht van het grootwinkel- en filiaalbedrijf. Hier is een fundamenteel verkeerde keuze gemaakt, in onze optiek. Wij missen bijvoorbeeld het specifieke belang van met name de sociaal zwakkere consument: ouderen, gehandicapten, zieken. De overheid ziet hen graag langer thuiswonen. De Leidse WMO-raad heeft al in een recent advies op dit gebrek gewezen.

Opgesteld door samenwerkende winkeliersverenigingen Herenstraat / Doezastraat. Reageren? Stuur een email.

2

Wat ook mist, is de bescherming van de lokaal gewortelde onderneming tegen de macht van grote partijen in de retail en het vastgoed. Erger: uit alles klinkt op dat het juist deze partijen zijn die de gemeente wil omarmen. Een gevaarlijke ontwikkeling die leidt tot eenheidsworst. Van Terneuzen tot Delfzijl kom je overal dezelfde (groot)winkels tegen.

Waarom het proces niet deugde Er is weliswaar gesproken met koepels van ondernemers en er zijn de nodige overlegrondes geweest. Maar ook hierbij is als vanzelf het accent gekomen op de grote partijen. • • • •

•

Kleinere winkeliers ontbreekt het aan de tijd om tijdens openingsuren aan overleg deel te nemen. Er is geen communicatie geweest gericht op de winkeliersvereniging Herenstraat. De termijn voor formele terinzagelegging viel precies in de zomervakantie. Een periode waarin de mkb'er worstelt met zijn personeelsbezetting door vakantie en misschien ook zelf even weg is. Er zou in de voorbereiding sprake moeten zijn van interviews met ondernemers en bezoeken aan winkelgebieden. Daarvan is in de Herenstraat niets te merken geweest. Niemand is door RMC bezocht of geïnterviewd. Sterker: na een recent overleg met de projectleider bleek dat deze nooit eerder een voet in de Herenstraat had gezet. Pas op 4 november werd de onderliggende inventarisatie met ons gedeeld. Deze wemelde van de fouten.

Wat willen klanten eigenlijk echt? Vraag het wie je wilt: nabijheid en kleinschaligheid zijn de hoogst gewaardeerde eigenschappen van een winkelstraat.De Doeza- en Herenstraat, die zich in dit opzicht graag als één gebied willen opstellen, voldoen daaraan zoals maar weinig straten in de regio. Jaarlijks is er een verkiezing voor 'leukste winkelstraat' van Nederland, waarnaar het door de gemeente ingeschakelde bureau RMC nota bene zelf verwijst. De criteria waaraan de winnaars blijken te voldoen? Beleving, gezelligheid, uniek aanbod, niet 'middle of the road', speciaalzaken, gevarieerd aanbod, winkels die je niet in de grote winkelstraten vindt, geen grote ketens maar winkels met een ziel.Stuk voor stuk eigenschappen waarmee ook onze beide straten zich onderscheiden! Het zal dus niet verbazen dat wij een benchmark als 'filialisering' onzinnig vinden. Dat vindt de klant namelijk ook. In de methode van RMC is naar ons idee een tekortkoming dat de Herenstraat niet is toegestaan te scoren op recreatief en doelgericht aanbod (2b en 2c in het schema op p. 20 van de retailvisie). De Doezastraat is niet afzonderlijk gemeten, maar er geldt globaal eenzelfde verdeling.RMC heeft voor ons gebied 41% doelgericht en 10% recreatief aanbod gemodelleerd, maar dat werkt in de benchmarking juist tegen de Herenstraat. Terwijl dit soort aanbod in alle oordelen over een geslaagde winkelstraat van doorslaggevend belang is. In economische termen is dat ook logisch: een bedrijf is levensvatbaarder naarmate het meer unique selling points heeft. En die zijn er juist in onze straten te over. Wij vinden dat hier de realiteit van echte winkels en consumenten wordt genegeerd en dat het model toewerkt naar een versimpelde eenheidsworst. RMC onderscheidt in de retailvisie: 1. 2. 3. 4. 5.

hoofdwinkelcentra (o.a. Kempenaerstraat Oegstgeest, Centrum Leiden) wijkwinkelcentra (o.a. Luifelbaan en Kopermolen Leiden, Lange Voort Oegstgeest) buurtcentra (o.a. Hofland Voorschoten) supermarktcentra (2x Katwijk, vreemde restcategorie) grootschalige concentratie (meubelboulevards e.d.)

Andere visies op retail Buurtwinkels blijven ondanks online shoppen (Marketing online, 31-10-2011). Amsterdammers willen meer buurtwinkels en diversiteit (Het Parool, 5-8-2011): Uit het onderzoek blijkt dat winkelgebieden aantrekkelijker gemaakt kunnen worden door ruimte te maken voor zelfstandige ondernemers en kleine winkels. Vergrijzing en woningmarkt (Planbureau voor de Leefomgeving, 2013):Op hogere leeftijd worden voorzieningen in de directe woonomgeving, zoals buurtwinkels en openbaar groen, belangrijker. Dit blijkt duidelijk uit de wens om in de nabijheid van de toekomstige woning terecht te kunnen voor de dagelijkse boodschappen. Zo wensen een kleine drie op de vier 75plussers met verhuisplannen binnen een straal van 500 meter van de woning de dagelijkse boodschappen te kunnen doen. Winkelgebied 2025 (ING Economisch Bureau, mei 2014): Onderzoek van ING (Vraag van Vandaag) onder bijna 73.000 mensen wijst uit dat 65% ‘hulpvaardigheid en vriendelijkheid’ als belangrijkste rol van een verkoper / verkoopster beschouwt. Menselijke factoren blijven dus van groot belang in retail. Overigens beperkt dit zich niet enkel tot de rol van winkelpersoneel. In een tijd waarin de opmars van technologie in de vorm van e-commerce winkeliers onder druk zet, lijkt juist de rol van winkels in de samenleving duidelijker naar voren te komen. Winkels kunnen op lokaal niveau een belangrijke sociale functie vervullen. Denk aan kleine gemeenten waar (buurt)winkels een ontmoetingsplek vormen. [...] Er zijn bijna 100.000 zelfstandigen die hun geld trachten te verdienen met hun winkel. De grote mate van dynamiek in retail is mede aan hun ondernemerschap te danken. [...] Hoewel grote ketens een dominante rol zullen spelen is er zeker ook ruimte voor zelfstandige winkeliers die zich voldoende weten te onderscheiden.

De Herenstraat bungelt bij RMC onderaan de tweede rubriek van de wijkwinkelcentra. De verdeling over de diverse rubrieken is volslagen arbitrair. Menigeen in Oegstgeest zou bijvoorbeeld vinden dat de Lange Voort meer een hoofdwinkelcentrum is dat een wijkwinkelcentrum, en de Kempenaerstraat precies het omgekeerde. De Herenstraat is natuurlijk meer vergelijkbaar met de Kempenaerstraat dan met de Lange Voort. Wij vinden dat het verschijnsel 'winkelstraat', waartoe we het


3

geheel van Doezastraat-Herenstraat rekenen simpelweg omdat klanten het zo ervaren, een afzonderlijke rubriek verdient. En dat dan mét de benchmark doelgericht en recreatief aanbod, en zelfs: een hogere score naarmate de diversiteit groter is. Dus food én non-food, goederen én diensten, dagelijks én niet-dagelijks.

Waarom de meting niet deugt Blijkens overleg met de projectleiding namens de gemeente, is de situatie van enige tijd geleden beschouwd in de metingen. Er is daardoor om te beginnen al meer leegstand vermeld dan realiteit is. Ook een aantal andere fouten valt meteen op als we in detail kijken naar het oordeel over de Herenstraat binnen de RMC-methode (de Doezastraat is niet afzonderlijk beoordeeld), en naar de door de gemeentelijk projectleider op 4 november gedeelde meting die de basis vormde voor de beoordeling. Zie Bijlage 1. De inventarisatie van verkooppunten is een merkwaardig allegaartje van: • • •

achterhaalde gegevens gloednieuwe maar onvolledige gegevens ontbrekende gegevens

Meest opvallende afwezigen zijn twee al decennia in de Herenstraat gevestigde bedrijven: • •

Schaap's Vis, voortgezet als VitaminenZee, op nummer 48 Slats Antiek, op nummer 31

Beide zijn winkels met een veel groter verzorgingsgebied dan de onmiddellijke buurt, maar wel daar geworteld. Slats werkt in het hele land maar je kunt er ook binnenlopen. De viswinkel is een icoon in de buurt maar mensen komen ook van heinde en verre af op de geboden kwaliteit. En dat geldt voor veel bedrijven in de Herenstraat/Doezastraat. Het negeren van twee zulke oude en karakteristieke winkels geeft ernstig te denken over de geringe kennis van zaken en het gebrek aan belangstelling waarmee dit project is opgezet. In de labeling van de winkels is verzuimd de winkels van De Helianth (natuurvoeding) en Anadolu (Turkse super) aan te merken als supermarkten. Al zijn ze niet groot: het zijn allebei locaties waar men terecht kan voor een volledig aanbod van dagelijkse voedingsmiddelen. En dat is de definitie. Ze richten zich daarbij elk op een specifieke consumentengroep (biologisch en mediterraan) waardoor hun concurrentiegevoeligheid klein is en hun bijdrage aan de diversiteit in de beide straten groot. Veel klanten komen geregeld bij elk van de drie supers in de straat. Ernstig is vooral, dat het totaal aan vierkante meters WVO (winkelvloeroppervlak) in de Retailvisie heel veel lager is voorgesteld dan in werkelijkheid het geval is. Wij hebben daar zelf een exacte meting van gedaan die in Bijlage 2 is opgenomen. Waar RMC en de Retailvisie spreken van 1704 m2, is de werkelijke oppervlakte 3017 m2 aan verkooppunten en 4687 m2 aan bedrijven met een open deur. Horeca en dienstverleners dragen immers ook bij aan een levendige winkelstraat. Voor de consument telt: waar de deur openstaat. Diversiteit = gezelligheid = karakter!! Wij hebben geen goed woord over voor deze verkeerde weergave, en niemand zal ons kwalijk nemen dat dit afbreuk doet aan het vertrouwen in de kwaliteit van het onderzoek en/of de oprechtheid van de beleidsmakers. Wij eisen dat hier een correctie op komt die ook doorwerkt in de eindconclusies.

Correctie van de meting volgens de gehanteerde beoordelingsmethode Zonder dus nog een categorie 'Winkelstraat' als een eigenstandige rubriek te beschouwen, is basis van bovenstaande binnen de puur op oppervlakte gebaseerde criteria van RMCde volgende correctie op haar plaats:


4

RMC geeft,bewust of onbewust, een extra gewicht aan de factor WVO. Die komt namelijk n niet twee keer maar vier keer als criterium terug. Is het oppervlak hoger, dan stijgt namelijk ook het oppervlak per inwoner! Nog afgezien van deze methodische misser maakt het in elk geval een juiste meting van het WVO van levensbelang - en een onjuiste meting een dodelijke fout.

Criteria hanteren die passen bijeen winkelstraat w Het is in de ogen van iedere consument onzinnig, en dus ook voor elke kiezer in Leiden, wanneer je RMCvolgt en de Herenstraat/Doezastraat op één hoop gooit met de Luifelbaan en de Kopermolen. Het is een fundamenteel ander winkelgebied met een geheel eigen karakter. Zoals RMC zelf via de link op zijn site onderschrijft: winkelstraten worden als beter ervaren als er minder filialisering is. Dat vlakje moet dus bij een waarde van 7% groen zijn en niet rood. Dat brengt de score op 80%. Volgens hetzelfde consumentenoordeell zijn doelgericht en recreatief aanbod essentiële pluspunten punten voor een winkelstraat. Ook die vlakjes kunnengroen worden. Zo komt de 100% binnen bereik. En dan begrijp je opeens die overweldigende sympathie in de buurt!

Je zou eigenlijk voor winkelstraten een extra criterium moeten hebben: een hogere score naarmate de diversiteit groter is. Eenheidsworst = saai = lage score en divers = aantrekkelijk = hoge score. Maar het helpt natuurlijk al wanneer filialisering niet negatief meetelt en specialistisch aanbod bod juist wel. wel Wat ons betreft is dus ook de weging van de verschillende metingen niet passend. Er liggen aannames in besloten waar andere onderzoeken heel anders tegenaan kijken - zie het kader op p.2. De door RMC gehanteerde criteria zijn een oppervlakkige oppervlakki en theoretische enige manier om winkelgebieden te beoordelen. Onder de kop 'Vitaliteit' hieronder geven wij een methode aan die wat ons betreft evenwichtiger is en beter aansluit bij de economische economi winkelrealiteit. Onze methode graaft dieper dan slechts het overnemen van (gebrekkige) tellingen van winkels, winkeltypes en vierkante meters.

Effecten op de omgeving Een winkelgebied als de Luifelbaan vertoont leegstand en verpaupering, een snelle wisseling van ondernemingen en een verlaten en troosteloze aanblik na sluitingstijd. Dat geldt voor meer van zulke gebieden, in het hele land. Alleen de grote ketens handhaven zich er. Maar juist daarmee nemen overheden een risico. De bedrijfsvoering van zulke concerns is vaak ondoorzichtig en risicovol. V&D, Hema, en Blokker kwakkelen al jaren. jaren Miss Etam, Schoenenreus, Mexx, Free Record Shop, Polare, Siebel, Harense Smid, Halfords, Piet Kerkhof, Sabon, Mycom, Dixons, iCentre, DeBlock, Videoland gingen failliet. De panden die zij achterlaten vinden moeilijk een zinvolle herbestemming. Pas dus op, gemeente, voordat je dit soort capaciteit uitbreidt!

Opgesteld door samenwerkende winkeliersverenigingen Herenstraat / Doezastraat.. Reageren? Stuur een email.

5

De familiebedrijven aan de Heren- en Doezastraat zijn in hun bedrijfsvoering veel stabieler, kennen hun klanten als geen ander, zijn wendbaar en innovatief, hebben bijvoorbeeld allang een clicks & bricks-strategie, en dragen zorg voor de uitstraling van hun vastgoed in plaats van het uit te wonen. De Herenstraat biedt vrijwel geen parkeergelegenheid en heeft tegelijk vrijwel geen parkeerprobleem. Hoe kan dat? Doordat veel klanten lopend of op de fiets komen. Dat zou je als gemeente moeten willen en moeten stimuleren, want het past naadloos in de duurzaamheidsvisie van de gemeente zelf. Vanuit sociaal oogpunt is het 'dorpse' karakter een kostbaar goed. De Retailvisie gaat aan dat aspect volledig voorbij, zie ook het al genoemde advies van de WMO-raad. De buurten in de omgeving van de twee straten hebben een bijkans ideale mix van: • • • • • •

oud en jong (sociale) huur en koop arm en rijk student en Leidenaar alleenstaanden en gezinnen autochtoon en allochtoon

Dit alles in een perfecte harmonie. Buurtevenementen worden goed bezocht. Elke twee weken wordt de straat door buurtbewoners opgeruimd. Zij noemen zich de Raapstelen. Zelfs lokale en landelijke politici zien wij geregeld naar de Herenstraat komen voor hun boodschapjes.

'Draagvlak creëren bij [...] vastgoedeigenaren'!? In het algemeen zijn winkelpanden vaak in handen van exploitanten van vastgoed. Ook daarin zijn Doeza- en Herenstraat bijzonder. Veel panden zijn eigendom van de ondernemer zelf, of gehuurd van een voorganger die op die manier zijn oudedagsvoorziening heeft geregeld. Een oerdegelijke situatie, waar een gemeente blij mee zou moeten zijn. Het zorgt voor economische verankering, voorkomt speculatie en verpaupering, en maakt de weg vrij voor opvolging en verjonging. Het is met name de mogelijke uitgifte van locaties rond station Lammenschans die ons wantrouwen wekt, samen met het nogal hardhandige optreden daar jegens de huidige eigenaar van een deel van de grond. Wij horen van gemeentewege zeggen: 'de gemeente sluit geen winkels'. Maar via gronduitgifte en toelaten van projectontwikkeling kan een gemeente wel meewerken aan uitbreiding van winkelcapaciteit. Vaak zijn dat ruimtes die onomkeerbaar alleen als winkel geschikt zijn. Er ligt daar een fors financieel belang van verschillende partijen. En dan kan het zijn dat zo'n historische winkelstraat die een beetje in de weg zit, en dat de verleiding ontstaat nog een extra zetje te geven aan de ombouw van oude winkels naar woonruimte, een proces dat al zoveel wijken doodser heeft gemaakt en waarop onze straten een markante uitzondering zijn. Een gemeente moet vooral zorgen voor de langjarige belangen van zijn burgers en bestaande ondernemers, en zich niet laten verleiden tot prestigeprojecten of te nauwe banden met een puur financieel georiënteerde sector. Het kan niet zo zijn dat een kostbare, in de sociale haarvaten van een groot verzorgingsgebied gewortelde winkelstructuur wordt beconcurreerd door een initiatief van de gemeente zelf in samenspraak met het grote geld. Wij doen een klemmend beroep op het college om niet aan die verleiding toe te geven, en anders aan de raad om daar een stokje voor te steken! Het probleem van langdurige leegstand doet zich vooral voor wanneer een commerciële vastgoedeigenaar niet bereid is de economische werkelijkheid onder ogen te zien. Namelijk: dat zijn gevraagde huurprijs omlaag moet. Een gemeente doet er beter aan op dat punt regelgeving te scheppen dan in een levendige winkelstraat een versterfbeleid af te kondigen.

Vitaliteit De Doeza- en Herenstraat zijn een aantoonbaar levensvatbare winkelomgeving. Hoe vinden wij dat je zoiets kunt meten, met betere indicatoren dan RMC hanteert? Die criteria moeten dan wel passen bij het gebiedstype 'winkelstraat', en niet hetzelfde zijn als voor meer onpersoonlijke winkelcentra. Kijk eens naar: 1.

2.

de bestendigheid van bestaande bedrijven • hoe lang zitten ze er? • hoe is hun vermogenspositie? • blijken ze in staat een opvolger te vinden? de investeringen door bestaande bedrijven in uitbreiding ter plekke, als indicatie van hun eigen toekomstverwachting én financieringscapaciteit. Voorbeelden in de Herenstraat: • Fysiotherapie en Wetenschap: complete inrichting • Spar: bloemenfiliaal erbij • trattoria Giuseppe: zalen achter en naast bestaande ruimtes • Verfhuis: heropbouw en verbetering na brand • INDEX Books uitbreiding en verbetering • Diekstra Van der Laan advocaten: complete aanpassing ruimte En in de Doezastraat: • Slagerij Van der Vooren: volledig verbouwd en gerenoveerd • Bloemenwinkel David Nieuwenburg: van binnen gerenoveerd


6

• 3.

ReisbureauVakantieExperts: aangepast naar huidige markt

het type nieuw geopende bedrijven. Gaat het om een risicobranche (belwinkels e.d.), of zijn het alledaagse winkels of speciaalzaken met een uniek karakter dat het totaalaanbod verrijkt en versterkt? Voorbeelden in de Herenstraat: • Giuseppe: authentieke trattoria • Passion Food: kookstudio van Masterchef-laureaat Mascha Smit • Bakker Jan: een innovatieve en ambachtelijke speciaalzaak Het zal duidelijk zijn dat dit soort nieuwe winkels versterkend en aanvullend werkt op de oudgedienden, zoals in de Herenstraat: • de viswinkel van v/h Schaap, thans VitaminenZee • de groente-speciaalzaak van Richard van den Bos • de Spar-supermarkt • de bloemist naast en van de Spar En in de Doezastraat: • Pjokk: mode voor zwangere vrouwen • Fransoos met een uniek Frans assortiment gemengd met Nederlandse kaas • Patrica en Maria: uniek ontwerpbureau dat o.a. een belangrijk deel van bekende collectie Boomerang-kaarten maakt met een versterkende werking op de bestaande bedrijven in beide straten: • Slagerij Van der Voorenversterkt de bakkers. • Groenteboeren versterken de slagerij en supers • Drogisterij versterkt reformhuis • Fotozaak Nico van der Horst • Lingerie Lady Service

4.

de mate waarin bedrijven klanten aantrekken van buiten hun directe omgeving. Daar wordt het werk van een winkelonderzoeker misschien niet makkelijker op, maar het is een feit dat de levensvatbaarheid en concurrentiekracht van een bedrijf zelf en ook van de naastgelegen bedrijven toenemen wanneer het meer klanten bedient dan alleen uit de wijk zelf. Typische voorbeelden daarvan zijn in de Herenstraat: • de viswinkel van v/h Schaap, thans VitaminenZee • de groente-speciaalzaak van Richard van den Bos • het Leidsch parkethuis • het Verfhuis: alles voor woondecoratie, incl. complete verbouwingen • INDEX Books: nationale en internationale leverancier van bibliotheekboeken En in de Doezastraat:

5.

• Pjokk zwangerschapskleding • Drogisterij Bik - drogist sinds 1860 • Slagerij Van der Vooren: kwaliteitsslagerij sinds 1912 • Sanders Wijnkopers • De Fransoos: geïmporteerde mediterrane delicatessen de verwevenheid van winkels met hun sociale omgeving • De Spar-vestiging in de Herenstraat is een duidelijk centraal punt. Oorzaak: het samenkomen van een compleet boodschappenaanbod met afhaal- en verzendpunt van post, en een laagdrempelige boodschappenbezorging. Meer dan eens de bezorger van Spar de eerste die signaleert dat er iets niet goed is met een buurtbewoner en de hulpdiensten alarmeert. • het voetgangerskarakter van de beide winkelstraten. Veel mensen groeten elkaar in de straat, komen op één tocht verschillende bekenden tegen, zijn hulpvaardig.

Conclusie Wij vinden de Retailvisie geen evenwichtig beeld van wenselijke of onvermijdelijke winkelontwikkeling, maar een ondoordachte verschralingspolitiek die burgers en mkb'ers in de kou laat staan en vooral goed is voor grote marktpartijen en vastgoedontwikkelaars. Het gehanteerde model is eenzijdig omdat het belangrijke aspecten verwaarloost en irreëel omdat het de werkelijkheid niet goed weergeeft. Wij verwerpen de conclusie als zou de Herenstraat niet toekomstbestendig zijn. Wij menen te hebben aangetoond dat het geheel van Doezastraat/Herenstraat een unieke meerwaarde heeft voor Leiden en omgeving. Wij adviseren het College en de Raad met klem het onjuiste oordeel van de Retailvisie over de Herenstraat niet te volgen maar te herzien, met name door de categorie 'winkelstraat' toe te voegen zoals hierboven beschreven, met passende criteria. Wij hebben een groot draagvlak in de buurt en ver daarbuiten. In twee weken werden meer dan 5000 handtekeningen verzameld, en de onrust en sympathie in de buurt zijn groot.


7

Wij zijn graag beschikbaar voor nader overleg. Het is onze intentie bij te dragen aan een evenwichtiger visie die recht doet aan de realiteit. Het lijkt ons vooralsnog beter te participeren dan actie te voeren, in de hoop dat het college diezelfde goede wil heeft.


8

Bijlage 1: Inventarisatie door gemeente Door projectleiding gemeente gedeeld op 4 november (!) 2015.


9

Bijlage 2: Actuele en complete WVO-meting WVO

In rode letters: onderneming/locatie totaal niet in beeld bij gemeente/bureau RMC!! Het gaat om al lange tijd gevestigde winkels van Slats Antiek ntiek en Vishandel Schaap, de winkel van Huisraad en de nevenvestiging op nr. 22 van Parva. In blauwe letters: in concept Retailvisie ten onrechte niet aangemerkt als supermarkt. De Herenstraat telt er drie.


Doezastraat

Recommend Documents