Dierenambulance Nijmegen e.o.
Belangrijke punten bij het bieden van de eerste hulp 3 Toelichting EHBO en hulpverlening punten ................... 6 Paniek ....................................................................................... 8 Kalmte...................................................................................... 8 Gevaar voor hulpverlener ................................................... 9 Gevaar voor ontsnapping ................................................... 10 Vaststellen of een dier bewusteloos is ......................... 10 Vaststellen of een dier overleden is ............................. 10 Vaststellen of reanimatie (hartmassage en beademen) zinvol is................................................................................... 11 Reanimeren ........................................................................... 12 Ademstilstand – beademen .............................................. 12 Hartmassage ........................................................................ 14 Benaderen huisdieren en wilde dieren .......................... 16 Bloedingen ............................................................................ 18 Shock .....................................................................................22 Botbreuken ...........................................................................25 Vervoeren van de gewonde dieren .................................26 Vergiftiging ..........................................................................27 Verbranding .........................................................................29 Zonnesteek (bevangen door warmte) ............................30 Bevriezing (onderkoeling) .................................................32 Maagtorsie ...........................................................................33 Oogluxatie ............................................................................35 Epilepsie (aanvallen, stuipen) ...........................................36
EHBO uittreksel 2010
2
Dierenambulance Nijmegen e.o.
EHBO Eerste hulp is de allereerste verzorging van een dier dat lijdt aan de gevolgen van een ongeval of een plotseling ontstane ziekte. Het belangrijkste doel van eerste hulp is: het leven te redden het lijden te verlichten kans op herstel te bevorderen toestand te stabiliseren tijdens vervoer naar dierenarts indien nodig dierenarts ter plaatse laten komen
Belangrijke punten bij het bieden van de eerste hulp Inschatting van de situatie Beoordeel allereerst of je de situatie aan kan; zoniet, aarzel dan niet om extra hulp in te schakelen. Pas op gevaar voor jezelf (verkeer), de omgeving en het slachtoffer.
EHBO uittreksel 2010
3
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Nader het dier langzaam en praat er tegen met kalme stem. Vermijd plotselinge bewegingen en harde geluiden. Houd het dier in de gaten en laat je niet afleiden. Beschouw alle gewonde dieren in principe als gevaarlijk, dus blijf attent. Probeer te voorkomen dat het dier kan ontsnappen (het eerste wat een dier zal doen zodra hij er (weer) toe in staat is). Verleen eerste hulp Stel vast of het dier bij bewustzijn is (voorzichtig, een schijnbaar passief gewond dier kan plotseling onverwacht snel uitvallen, bijten of krabben). Stel vast of het dier overleden is of pas, indien nodig, hartmassage en/of kunstmatige beademing toe (reanimeren). Laat huisdieren voorzichtig aan je aanwezigheid wennen. Probeer alle in het wild levende dieren zo snel mogelijk af te dekken (in het donker is de situatie voor hen minder bedreigend). Gebruik, indien nodig en mogelijk een muilkorf, snuitbandje, of fixeer o.a. bij reeën de poten.
EHBO uittreksel 2010
4
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Maak, indien nodig, luchtwegen vrij en leg het dier in een houding waarin het zo goed mogelijk kan ademen. Stelp een ernstige bloeding zo snel mogelijk (bijv. drukverband). Het is in de meeste gevallen niet verstandig voorwerpen die een verwonding veroorzaakt hebben, te verwijderen. Behandel de shock (gewonde dieren verkeren vrijwel altijd in shock) . Voorzichtig met breuken. Bedek open fracturen (geen noodspalk) Verplaats het dier niet onnodig. Gebruik de brancard of een kattenkooi om het dier voorzichtig in de ambulance te krijgen. Rijd voorzichtig tijdens het vervoer (snelheid is niet van belang, dus stapvoets over verkeersdrempels en langzaam door bochten).
EHBO uittreksel 2010
5
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Toelichting EHBO en hulpverlening punten Als je als vrijwilliger van de DAN naar een dier in nood gaat, wordt er door collega's en diegenen die de DAN ingeschakeld hebben, een zekere deskundigheid verwacht. Zorg er dus voor dat je minimaal deze basis - EHBO onder de knie hebt. Je bent verantwoordelijk voor de verrichte hulpverlening; erken je eigen grenzen en roep de hulp in van anderen (ervaren collega's, dierenarts, brandweer, politie, omstanders) als je een situatie niet aankunt. Riskeer niet je eigen leven of dat van anderen om een dier te redden en haal geen onverantwoorde stunts uit. Neem altijd voldoende tijd om de situatie goed in te schatten.
Voorkom gevaar voor jezelf, omstanders en het slachtoffer Probeer het overige verkeer tijdig te waarschuwen voor onverwachte manoeuvres, zodra je het slachtoffer ziet. Zet op tijd de alarmverlichting aan (en eventueel de zwaailichten) voordat je vóór het slachtoffer stopt.
EHBO uittreksel 2010
6
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Plaats de auto zodanig, dat je het dier veilig kunt behandelen en het overige verkeer zo min mogelijk hindert. Draag bij hulpverlening op de weg altijd reflecterende jasjes. Blijf op het verkeer letten en waarschuw indien nodig omstanders (soms in paniek). Probeer te voorkomen dat het slachtoffer de weg op vlucht, o.a. door het aan de verkeerszijde te benaderen.
Overige situaties bij hulpverlening Ga geen brandende gebouwen in om dieren te redden, dat is veel te gevaarlijk. De brandweer is meestal snel ter plaatse, wacht totdat deze te hulp komt. Klim niet zonder meer in bomen om dieren te redden. Het is voor ongeoefende klimmers erg gevaarlijk en is meestal niet succesvol. Begeef je niet zonder hulpmiddelen (bijv. ladder, lang touw, rubberboot) op onbetrouwbaar ijs. EHBO uittreksel 2010
7
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Wees bij hulpverlening op de snelweg uiterst voorzichtig. Stop alleen uiterst rechts op de vluchtstrook (zwaailichten aan), rijdt nooit achteruit op de vluchtstrook en steek nooit over. Als er dieren op de vluchtstrook geholpen moeten worden, roep dan de hulp in van de politie. Deze kan eventueel het verkeer tijdelijk stilleggen.
Paniek Een aangereden (huis)dier is volledig in paniek. Benader zo'n dier zeer voorzichtig en voorkom een vluchtreactie. Een in paniek wegvluchtend dier kun je niet helpen, bovendien kunnen de verwondingen verergeren.
Kalmte Je bent als medewerker van de DAN te hulp geroepen om een dier te helpen; laat je niet afleiden door mensen die denken het beter te weten. Ook voor de eigenaar kan een gewond huisdier totaal anders reageren dan hij zou verwachten. Als je hem hiervoor duidelijk waarschuwt, kun je hem wel inschakelen om het dier te kalmeren of hem (als het dier jou niet vertrouwt) een muilkorf om laten doen. Blijf het dier
EHBO uittreksel 2010
8
Dierenambulance Nijmegen e.o.
in de gaten houden, het kan plotseling bij zijn positieven komen en wegvluchten.
Gevaar voor hulpverlener Honden, katten, vossen, eekhoorns e.d. kunnen bijten (dassen ook en heel hard); katten en meerkoeten kunnen krabben; reeën, zwanen, paarden kunnen je een flinke trap verkopen; reigers, futen en roerdompen kunnen met hun snavel uithalen naar je ogen. Veel waardering voor je hulp hoef je niet te verwachten. Als je er echter op bedacht bent, valt het allemaal wel een beetje mee. Gebruik dikke handschoenen, de vangstok, de kattentang, een veiligheidsbril, muilkorven (of snuitband), dekens en netten indien nodig.
EHBO uittreksel 2010
9
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Gevaar voor ontsnapping Laat een gewond dier niet ontsnappen, tenzij je daartoe gedwongen wordt. Elke latere poging om het weer te vangen zal minder kans op succes hebben, het dier is extra op zijn hoede. Zet als je bijvoorbeeld een gewonde kat oppakt de kattenkooi van te voren klaar, zodat je hem maar even hoeft vast te houden.
Vaststellen of een dier bewusteloos is Stel vast of het dier buiten bewustzijn is. Pas op, een blijkbaar passief dier kan bij aanraking plotseling zeer 'actief' worden. Als een dier niet bij bewustzijn is, moet je vaststellen of het dier overleden is, en of dat eventueel beademing of hartmassage nog zinvol is.
Vaststellen of een dier overleden is Als de ogen van het dier open zijn, niet meer reageren op aanraking 'gebroken' (niet meer egaal glanzend) zijn, er geen zichtbare ademhaling meer is (kijk vanuit een laag gezichtspunt over het dier heen) en geen voelbare hartslag (voel met wijs- of middelvinger de hartslag aan de binnenbovenkant van
EHBO uittreksel 2010
10
Dierenambulance Nijmegen e.o.
de achterpoot of aan de borstwand vlak achter de elleboog) is het dier overleden. Urine en soms ook ontlasting worden spontaan geloosd, de temperatuur daalt en de spieren worden slap en zacht. Na 1 à 2 uur treedt de rigor mortis in, waarbij de spieren stijf worden.
Vaststellen of reanimatie (hartmassage en beademen) zinvol is Bij verkeersongelukken zijn de inwendige verwondingen vaak zodanig, dat beademen of reanimeren zinloos is. Is een dier gestikt door een vreemd voorwerp in de keelholte of luchtwegen, door gebrek aan zuurstof (o.a. brand), gewurgd (bijvoorbeeld met de halsband blijven hangen), geëlektrocuteerd, vergiftigd of verdronken, dan kan beademen zinvol zijn, als je er op tijd bij bent (binnen ongeveer 15 minuten, afhankelijk van de temperatuur). Wanneer de ademhaling is gestopt, klopt het hart nog enkele minuten door. Een hartstilstand kan ook veroorzaakt worden door een ongeval met elektriciteit, spontaan optreden of door een hartinfarct. Na een paar seconden stopt dan ook de ademhaling.
EHBO uittreksel 2010
11
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Reanimeren Doel: herstellen ademhaling en hartpompwerking voorkomen van hersenbeschadiging door zuurstofgebrek
Ademstilstand – beademen Leg het dier op de rechterzijde (op een stevige ondergrond) en strek kop en hals recht naar voren( in een lijn met de wervelkolom). Trek de tong uit de bek, en kijk of er niets in de keel zit. Plaats nu twee handen op de zijkant van de
borstkas (nabij de laatste rib) en druk de borstwand 30 tot 50 maal per minuut stevig in. Laat na elke drukbeweging snel los, de borstkas zal (door de
EHBO uittreksel 2010
12
Dierenambulance Nijmegen e.o.
elasticiteit van de borstwand) weer uitzetten en de longen vullen zich met lucht. Als het dier na ongeveer 10 minuten niet zelfstandig gaat ademen, wordt het vrij hopeloos. Bij kleine dieren zoals katten gaat het vrijwel op dezelfde manier; leg beide handen dan plat op de ribben onder het linker schouderblad. Een alternatief is mond op neus beademing. Maak de ademweg vrij, strek de kop/nek, trek de tong naar buiten en verwijder slijm, bloed en vreemde voorwerpen. Houd dan de bek van het dier goed gesloten. Blaas 5 tot 10 maal per minuut in de neus, waarbij de verhouding inademen/uitademen 1: 2 is. Let op de borstkasbewegingen. Deze laatste methode is noodzakelijk als er tegelijkertijd hartmassage wordt toegediend. Je kunt het ook toepassen bij diepe wonden in de borstholte.
EHBO uittreksel 2010
13
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Hartmassage Hartstilstand gecombineerd met ademstilstand Soms kan bij een hartstilstand de werking van het hart hersteld worden door twee maal kort met je vuist een korte klap te geven op de borstkas (vlak achter het schouderblad)
Hartslag voelen
Bij hartmassage is het de bedoeling dat je de pompwerking van het hart van buitenaf tot stand brengt om zodoende de bloedcirculatie te herstellen. Samen met het beademen (mond op neus) kunnen zodoende de organen (vooral de hersenen) weer enigszins van zuurstof worden voorzien. Zuurstoftekort is vooral voor de hersenen al snel fataal.
EHBO uittreksel 2010
14
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Hartmassage moet altijd gecombineerd worden met mond op neus beademen; het is dus teamwork. Er zijn twee methoden namelijk: 1 de 'hart pomp' bij kleine dieren (o.a. kat en kleine hondenrassen) Druk de borstkas samen tussen duim en vingers ter hoogte van het hart, 60 tot 100 maal per minuut. 2 de 'borstkaspomp' bij grotere dieren. Samendrukken op de maximale omvang van de borstkas, bij voorkeur aan twee kanten tegelijk. Bij een brede borstkas (grote honden) kun je het dier beter op de rug leggen, en op het borstbeen drukken (vergelijkbaar met reanimeren van mensen). Ook hier 60/100 maal per minuut.
In beide gevallen moet tegelijkertijd beademd worden.
EHBO uittreksel 2010
15
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Benaderen huisdieren en wilde dieren Huisdieren zijn mensen gewend. Bij hen kun je proberen ze op hun gemak te stellen. Laat een gewonde hond voorzichtig aan je hand (maak een vuist) snuffelen, en benader een gewonde kat met een door een dikke handschoen beschermde hand. Rustig praten, zijn naam noemen (als eigenaar er bij is) rustig en voorspelbaar bewegen en langzaam het dier benaderen. Blijf voorzichtig, een hond kan bijvoorbeeld weer schrikken van de brancard (groot onbekend ding wat op hem afkomt). In het wild levende dieren raken alleen nog maar meer in paniek door je aanwezigheid. Door ze zo snel mogelijk af te dekken, maak je die bedreiging onzichtbaar, waardoor ze meestal rustiger worden.
EHBO uittreksel 2010
16
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Voorkom verwondingen door bijten Bij gewonde honden moet je eigenlijk altijd een muilkorf of snuitband gebruiken. Ook als het dier vrij rustig lijkt, kan het bijvoorbeeld bij het tillen door plotselinge pijn toch ineens gaan bijten.
Om dezelfde reden is het verstandig bij katten en andere zoogdieren altijd leren handschoenen te gebruiken. Bij reeën moeten de poten gefixeerd worden met soepel touw, een panty of de daarvoor bestemde bandjes uit de ambulance. Zorg voor onbelemmerde ademhaling Als het dier moeite heeft met ademhalen en zeker als het niet bij bewustzijn is, moet je zorgen voor een onbelemmerde ademhaling. Te strakke halsbanden afdoen en verwijder bloed, vloeistof of ander materiaal uit neus en keelholte. Bij verdrinking de hond of kat 15 tot 30 seconden met de kop omlaag houden.
EHBO uittreksel 2010
17
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Bloedingen Ernstige bloedingen (zeker slagaderlijke bloedingen) zijn levensbedreigend en moeten meteen behandeld worden. Veel bloedverlies kan shock en binnen enkele minuten de dood ten gevolg hebben. Belangrijk: bloeding stelpen wond beschermen tegen infectie Er zijn een aantal mogelijkheden om een bloeding te stoppen:
Druk uitoefenen op de wond Je kunt een bloeding stoppen door rechtstreeks druk uit te oefenen op de wond. Leg een steriel gaasje, een snelverband (beide te vinden in de EHBO koffer) of een schone doek (gewone theedoek, 90 graden wassen en strijken) op de wond en oefen met de handpalm constant een flinke druk uit op de hele wond. Het gaasje absorbeert het bloed, zorgt dat er stolling optreedt en beschermt de wond tegen infecties. In de meeste gevallen zal de bloeding zo stoppen.
EHBO uittreksel 2010
18
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Bij diepe en/of grote wonden kun je beter een nat (fysiologische zoutoplossing contactlensvloeistof) snelverband of gaasje gebruiken. Dit om uitdrogen van de organen te voorkomen. Bij diepe wonden waarbij de longen zijn aangeprikt moet je een wond bovendien luchtdicht afsluiten (natte doek of schone onderlegger -plastic- uit de ambulance).
Verwijder geen voorwerpen uit wonden Het is meestal niet verstandig voorwerpen die een verwonding hebben veroorzaakt te verwijderen, vooral als ze diep in het lichaam gedrongen zijn. Verwijdering kan ernstige bloedingen veroorzaken, er kunnen gedeelten achterblijven (bijv. houtsplinters) Zorg er wel voor dat zo'n voorwerp niet dieper in de wond gedrukt kan worden door het dier in bedwang te houden.
EHBO uittreksel 2010
19
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Druk uitoefenen op 'drukpunten' Je kunt de bloedtoevoer van de slagader, die het gewonde gebied van bloed voorziet, belemmeren door op een van de drie drukpunten te drukken. Bij deze 3 drukpunten (zie afb.) kun je de slagader tegen het onderliggende bot drukken. De drukpunten vind je: aan de binnenzijde van het bovenste deel van de voorpoot aan de binnenzijde van het bovenste deel van de achterpoot aan de onderkant van de staartbasis Door daar druk uit te oefenen stop je een bloeding in het eronder gelegen gedeelte van de betreffende ledematen. Laat het drukpunt pas los als de bloeding gestelpt is.
EHBO uittreksel 2010
20
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Een tourniquet aanleggen Een tourniquet is een reep stof (2,5 cm breed), gaas of koord die je strak om een ledemaat bindt om de bloedvaten dicht te drukken Dit is een tamelijk gevaarlijke techniek, die je alleen moet gebruiken om een leven te redden
Nooit langer dan 15 minuten aaneen laten zitten, om afsterven van weefsel te voorkomen. Na 15 minuten een paar seconden laten doorstromen, daarna opnieuw aanleggen. Je kan ook een speciale stuwband gebruiken (in EHBO koffer) die je voor de doorbloeding even wat losser kunt maken.
EHBO uittreksel 2010
21
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Shock Een dier kan in shock raken onder meer door een ernstige verwonding, ernstig bloedverlies, veelvuldig overgeven, vergiftiging, verbranding, uitdroging en een elektrische schok.
Shock is een toestand van onvoldoende circulerend bloedvolume. Net als bij een hartstilstand, waarbij het bloed niet meer rond gepompt wordt, dreigt er zuurstoftekort in de vitale organen omdat er onvoldoende bloed voorhanden is om zuurstof te transporteren. Omdat dit een levensbedreigende situatie is reageert het lichaam hierop door: de hartslag te versnellen de kleine bloedvaten te vernauwen, waardoor het bloed naar de grotere bloedvaten wordt geperst, die de belangrijkste organen van bloed voorzien de ademhaling te versnellen om de zuurstofopname in het bloed te verbeteren Deze reacties van het lichaam verklaren de verschijnselen, waaraan je een shock kunt herkennen.
EHBO uittreksel 2010
22
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Verschijnselen van shock Het dier is zwak, half bij kennis of bewusteloos door slechte bloedvoorziening (zuurstofgebrek) in de hersenen. Slijmvliezen van mond en oogleden zijn bleek. Wanneer je op het tandvlees drukt duurt het door de geringe doorbloeding veel langer dan normaal, voordat de kleur terugkeert -2 à 3 sec. i.p.v 1 sec - (Capillary Refill Time -CRT). Snelle en oppervlakkige ademhaling. Een snelle hartslag. Extremiteiten (o.a. poten en oren) voelen koud aan.
Behandeling van shock Belangrijk is het dier zo snel mogelijk naar een dierenarts te vervoeren; bij een ernstige shock is dit van levensbelang. Het zo snel mogelijk toedienen van een grote hoeveelheid vocht in de ader is de meest waardevolle therapie (infuus). Houd de lichaamstemperatuur op peil. Voorkom afkoeling, maar gebruik geen warmtebron. Leg het dier op een deken en dek hem toe, of wikkel het in een deken. Leg het dier op een warme plaats (niet bij een warmtebron), bij voorkeur binnenshuis of in een verwarmde auto (zorg EHBO uittreksel 2010
23
Dierenambulance Nijmegen e.o.
ervoor dat de ambulance binnen warm is, als je op weg bent naar een ongeval). Behandel het dier voorzichtig, vermijd onnodige schokken. Tijdens het vervoeren naar een dierenarts is het zinnig het dier van extra zuurstof te voorzien met behulp van het zuurstofapparaat in de ambulance. Zuurstof toedienen Leg de zwarte kap half over de neus van het slachtoffer (neus niet helemaal afsluiten) Draai de hoofdkraan open en stel de 'flowmeter' in; 0,5 liter/minuut voor een dier van het formaat kat 1 liter/minuut voor een dier van het formaat hond 1,5 liter/minuut voor een dier van het formaat grote hond Het dier ademt dus zelf, maar krijgt door de toevoeging van zuivere zuurstof een verrijkt mengsel binnen, hetgeen een dreigend zuurstoftekort voor de vitale organen kan voorkomen.
EHBO uittreksel 2010
24
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Botbreuken Gesloten botbreuk Vaak heb je bij aanrijdingen te maken met gebroken poten. Wanneer een bot gebroken is, maar de huid intact, spreek je van een gesloten fractuur. Zo'n breuk moet je heel voorzichtig behandelen, omdat door elke beweging van de botuiteinden het weefsel rond de breuk verder beschadigt.
Open botbreuk In ernstige gevallen steekt het bot door de huid. Zo'n open fractuur is zeer gevoelig voor besmetting, en de kans op infectie is dan ook zeer groot. Raak de naar buiten komende botdelen nooit aan, en probeer ze zeker niet terug te duwen. Bedek de botuiteinden eventueel met een steriel gaasje en verbindt ze losjes.
EHBO uittreksel 2010
25
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Vervoeren van de gewonde dieren Na alle hieraan voorafgaande 'spoed EHBO' is de patiënt enigszins gestabiliseerd en moet dan meestal direct naar een dierenarts voor verdere behandeling. Het dier rustig en comfortabel vervoeren is belangrijker dan snelheid. Zodra het dier vervoerd moet worden, moet je voorkomen dat het kan gaan bijten, krabben of schoppen. Gebruik voor gewonde honden altijd een muilkorf en vervoer gewonde kleinere dieren (katten) altijd in een kooitje. Als een hond op de brancard vervoerd moet worden, kun je hem bij zijn nekvel vlak achter de kop en een huidplooi meer naar achteren op de brancard trekken. Kleinere honden zijn op deze manier ook te tillen. Door het dier op die manier te tillen, wordt de belasting zo gelijkmatig mogelijk over het lichaam verdeeld, en kunnen eventuele gebroken ledematen onbelemmerd meebungelen. Leg een dier met fracturen altijd zo dat de breuk boven ligt. Buig of verdraai het lichaam zo min mogelijk, dat kan vooral bij letsel aan de wervelkolom en poten nadelig zijn. Ondersteun een lichaamsdeel dat duidelijk gewond of misvormd is. Leg geen noodspalk aan, EHBO uittreksel 2010
26
Dierenambulance Nijmegen e.o.
maar probeer door voorzichtig en met beleid behandelen en vervoeren te voorkomen dat fractuur verergert (een noodspalk doet vaak meer kwaad dan goed). Wees zelf rustig en probeer het dier tijdens het vervoer te kalmeren. Zorg er voor dat hij het warm genoeg heeft en kalm blijft liggen. Nogmaals; voorzichtig rijden, stapvoets over verkeersdrempels, voorzichtig door de bocht, voorzichtig optrekken en afremmen.
Vergiftiging Bij vergiftiging kunnen de ziekteverschijnselen zeer snel optreden; als je met acute vergiftigingen te maken hebt, kan snel ingrijpen een leven redden. Grondregel 1. Verwijder ingeslikt vergif voordat het via de darmen in het bloed kan worden opgenomen. 2. Als het vergif niet verwijderd kan worden, voorkom dan dat het opgenomen wordt, probeer het te neutraliseren, te verdunnen of geef een tegengif.
EHBO uittreksel 2010
27
Dierenambulance Nijmegen e.o.
De mogelijkheden bij spoedhulp Vervoer het dier zo snel mogelijk naar de dierenarts, neem indien mogelijk braaksel en/of opgenomen stof (of eventueel de verpakking) mee. Alleen wanneer er geen dierenarts bereikbaar is binnen 30 minuten Niet laten braken bij een onbekende stof of bij een ingeslikt zuur, base of olieproduct ( bijv. benzine). Als deze stoffen door braken nog een tweede keer door de slokdarm gaan, kan dit fatale beschadigingen veroorzaken Laten braken in alle andere gevallen, als het dier tenminste bij bewustzijn is. Geef het dier een sterke zoutoplossing (1 eetlepel zout op een kopje water) te drinken. Ook kan je het dier 1/2 theelepel zout achter op de tong leggen, waarna het dier veel moet drinken. Alleen in uiterste nood. Indien wel bekend is om welke stof het gaat, kun je via de centralist snel de juiste aanpak (neutraliseren, verdunnen) bepalen of via een dierenarts. Neem afhankelijk van de conditie van het dier de nodige maatregelen, zoals behandeling shock, beademen e.d. EHBO uittreksel 2010
28
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Bij koolmonoxidevergiftiging (kersrode lippen en tong, zwak en dizzy) is het toedienen van zuurstof van levensbelang. Daarna zo snel mogelijk naar de dierenarts.
Verbranding Verbrandingen zijn de meest voorkomende ongelukken binnenshuis, vooral bij katten. Brandwonden bij dieren kunnen variëren van 1e graad oppervlakkige wonden, rode zwelling en pijn 2e graad blaren grotere zwelling en meer pijn 3e graad ernstige verbrandingen waarbij alle huidlagen zijn vernield, onderliggend weefsel bloot komt te liggen, en het dier geen pijn voelt Spoedgevallen, waarbij zo snel mogelijk moet worden ingegrepen zijn vooral de 2e en 3e graad verbrandingen. Belangrijk voorkom infectie zo snel mogelijk afkoelen met lauw water (verlicht de pijn) behandel shock snel naar de dierenarts EHBO uittreksel 2010
29
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Spoedhulp Brandwonden zijn vaak zeer pijnlijk; behandel het dier heel voorzichtig. Zorg voor afkoeling, door bijvoorbeeld natte (schone) doeken op het verbrande gebied te leggen of door de wond af te koelen door onderdompeling in lauw water of met zachtstromend water. Voorkom infectie door het verbrande gebied af te dekken met steriele gaasjes. Behandel de shock: ernstige verbranding gaat meestal gepaard met shock. Vervoer het dier zo snel mogelijk naar de dierenarts.
Zonnesteek (bevangen door warmte) Dit is een levensbedreigend spoedgeval Een dier raakt bevangen door warmte, als de temperatuur en de vochtigheidsgraad in zijn omgeving zo hoog zijn, dat zijn lichaam de normale temperatuur niet meer kan handhaven. Hijgen of transpireren om de lichaamstemperatuur te verlagen heeft dan geen effect meer en uiteindelijk bezwijkt het dier. Het komt het meest voor bij honden die in de zomer in een auto worden achtergelaten. Er is dan zeker niet altijd sprake van achteloosheid; de afwezigheid EHBO uittreksel 2010
30
Dierenambulance Nijmegen e.o.
kan langer duren dan gepland en een auto kan pas later in de volle zon komen te staan. Verschijnselen Hoge lichaamstemperatuur (boven de 41,5 graden), snel hijgen, overvloedig kwijlen, tong en lippen hebben een zeer rode kleur, braken, diarree. Uiteindelijk raakt het dier in coma. Spoedhulp Haal het dier zo snel mogelijk uit de warme omgeving (voordat je een dier uit een afgesloten auto haalt altijd eerst contact opnemen met de politie) Zo snel mogelijk de lichaamstemperatuur verlagen met behulp van lauw water, onder de douche, eventueel in een sloot (langzaam in het water laten zakken) of met alcohol. Ga er mee door totdat de temperatuur tot onder de 39,5 graden is gezakt (temperatuur altijd rectaal opnemen, normale lichaamstemperatuur van een hond en kat is 38-39 graden) Vervoer het dier zo snel mogelijk naar de dierenarts.
EHBO uittreksel 2010
31
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Bevriezing (onderkoeling) Onderkoeling kan zich voordoen als een huisdier (hond) bij abnormaal koud en winderig weer te lang buiten is. Plaatselijke bevriezing treedt dan vaak op aan de weinig beschermde delen, zoals bijvoorbeeld de voetkussentjes of de oorranden. Bij onderkoeling reageert het lichaam door het samentrekken van de kleine haarvaatjes in de huid (voorkomen extra warmteverlies), dus roze huid wordt wit. Spoedhulp Breng de temperatuur van een dier dat aan hevige kou is blootgesteld snel weer op temperatuur door het dier in een warm bad (39 41 graden) te dompelen . Verwarm plaatselijke bevriezingen door ze in vochtige warme doeken in te pakken. Vooral niet te snel of teveel warmte toevoeren. Behandel zonodig de shock of ademhalingsstoornissen. Vervoer het dier naar de dierenarts.
EHBO uittreksel 2010
32
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Maagtorsie Een maagtorsie is een plotseling optredende aandoening bij vooral grote hondenrassen, vaak van middelbare en oudere leeftijd. Maar ook bij kleine rassen, zoals teckels kan het voorkomen. Je kunt geen onderscheid maken tussen een maagovervulling en een maagkanteling. Maagovervulling: maag is overvuld met (voornamelijk) gas, voedsel en vocht Maagkanteling: maag is bovendien gedraaid rond zijn as. In ongeveer 90% van de gevallen is er sprake van een maagkanteling. In beide gevallen is de hond niet in staat om de maaginhoud te verwijderen. Oorzaak Overvulling van de maag kan veroorzaakt worden door een zenuwstoring (storing voedselvertering en maaglediging), het 'slikken van lucht' door buikpijn en misselijkheid (door soort ventielwerking van de maagingang kan de lucht wel naar binnen, maar niet meer terug) of door EHBO uittreksel 2010
33
Dierenambulance Nijmegen e.o.
wilde bewegingen van de hond met een volle maag, waardoor deze kantelt en er een afsluiting ontstaat. Omdat het voedsel in de volle maag gaat gisten, ontstaat er gasvorming en zwelling van de maag. Ook een combinatie van genoemde factoren is mogelijk. Door de enorme omvang van de maag raken de organen in de verdrukking, krijgt de hond moeite met ademhalen en raakt hij in shock. Verschijnselen de hond is onrustig speekselt en vertoont braakneigingen, 'zonder dat er iets komt' heeft een sterk toegenomen buikomvang (direct achter de ribboog) heeft een pijnlijke en harde buik wordt vervolgens sloom en ademt moeizaam Dit is een acuut spoedgeval Spoedhulp zuurstof toedienen (shock) zo snel mogelijk naar de dierenarts
EHBO uittreksel 2010
34
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Oogluxatie (oogbol uit de oogkas) Soms komt het voor dat de hele oogbol uit de oogkas stulpt. Met name bij honden- en kattenrassen met korte snuiten komt dit nog al eens voor (o.a. pekinees). Zo'n oogluxatie of oogprolaps kan ontstaan door een ongeval of tijdens een gevecht, maar ook door opwinding of te strak aan het nekvel pakken. Dit is een spoedgeval; wanneer behandeling te lang uitblijft, zal het door optredende stuwing en de daarop volgende zwelling van de oogbol, moeilijk zijn het oog weer terug te plaatsen en daarmee te behouden. Bovendien bestaat het gevaar van verwonding en uitdroging van het oog. Spoedhulp het oog niet zelf proberen terug te duwen houdt het oog vochtig en schoon, en voorkom beschadiging bescherm het oog met een steriel gaasje of schone doek, gedrenkt in olijfolie (in EHBOkoffer), contactlensvloeistof of eventueel schoon water (ieder kwartier opnieuw bevochtigen) Vervoer het dier snel naar de dierenarts. EHBO uittreksel 2010
35
Dierenambulance Nijmegen e.o.
Epilepsie (aanvallen, stuipen) Een toeval is een plotseling optredend, maar tijdelijk bewustzijnsverlies, gepaard gaande met hevige onwillekeurige samentrekkingen van de skeletspieren. Meestal speekselt het dier overvloedig en laat het de urine lopen. De duur is meestal beperkt (zelden langer dan een minuut) maar kan zelfs uren duren. Oorzaak infectieziekten tumoren van de hersenen ernstige verwondingen aan de kop (bijv. na een auto-ongeluk) diverse andere (onbekende) oorzaken Eerste hulp Zorg dat het dier zich door de aanval niet kan verwonden. Probeer het dier in bedwang te houden (bijv met een deken). Als dit niet lukt, verwijder dan alles in de omgeving waaraan het dier zich zou kunnen bezeren. Omdat ook de kaakspieren zich bij een aanval krachtig samentrekken, zal het dier bijten op EHBO uittreksel 2010
36
Dierenambulance Nijmegen e.o.
alles wat in zijn bek komt; pas op je vingers en probeer beschadiging van de tong te voorkomen. Gebruik geen muilkorf en stop niets tussen zijn tanden. Beperk prikkels van buitenaf (lawaai, fel licht, onverwachte bewegingen). Laat alles wat tijdens de aanval wordt waargenomen zoveel mogelijk noteren (duur, tijdstip en gedrag voor en na de aanval). Vervoer het dier zo rustig mogelijk naar de dierenarts (bij voorkeur na de aanval).
©Dierenambulance Nijmegen e.o. Met dank aan Astrid Wessels dierenarts EHBO uittreksel 2010
37