Deel 5: Microsoft PowerPoint

Deel 5: Microsoft PowerPoint 1. Inleiding PowerPoint is het presentatieprogramma van Microsoft waarmee we informatie d.m.v. dia’s op een duidelijke manier kunnen presenteren. Deze dia’s kunnen we voorzien van tekst, foto’s grafieken, lijnen, klank en film. Met PowerPoint kan je mooie presentaties maken. Je kunt het gebruiken voor: Het maken van dia’s die je gebruikt bij een toespraak, spreekbeurt, … Je hebt dan wel je pc nodig en eventueel een projectiesysteem (beamer) als je voor een groter publiek werkt. Je kan gebruik maken van geluiden en kleuren om je presentatie extra aantrekkelijk te maken. Het maken van slide shows waarbij telkens automatisch de volgende dia verschijnt. Mooie overgangen tussen dia’s en verrassende effecten zorgen ervoor dat het woord show hier niet gestolen is. Slide shows zie je vaak op beurzen en opendeurdagen. Het samenstellen van interactieve voorstellingen waarbij de gebruiker via keuzes bepaalt welke informatie hij gepresenteerd wil zien. 2. PowerPoint starten Via de startknop kies je voor Alle programma’s, Microsoft Office en klik op Microsoft PowerPoint. Het programma wordt nu gestart. Het volgende scherm verschijnt:

Cursus ICT 3e graad Lieve D’Helft

Schoolgemeenschap InterEssen

1

Er wordt een lege presentatie opgestart. De eerste dia verschijnt al om een titeldia te maken. Je hebt verschillende soorten dia’s: Tekstindelingen Titeldia

Deze dia is geschikt om een titelblad te maken.

Alleen titel

Dit is een dia waarop men alleen een titel kan invoegen

Titel en tekst

Dit is een dia waarop men een titel en tekst kan invoegen. Dit is een dia waarop men een titel en twee tekst kolommen kan invoegen.

Titel en twee tekstkolommen Indelingen van inhoud

Deze dia is leeg.

Leeg

Titel en object

Dit is een dia waarop men een tabel, grafiek, illustratie, afbeelding, diagram, organigram of een mediaclip kan invoegen. Dit is een dia waarop men een titel en een object kan invoegen.

Titel en 2 inhoudselementen

Dit is een dia waarop men een titel en 2 objecten kan invoegen.

Titel, inhoud en 2 inhoudselementen


Titel, 2 inhoudselementen en inhoud


Titel en 4 objecten

Dit is een dia waarop men een titel en 4 objecten kan invoegen

Object

Indelingen van tekst en inhoud: Titel, tekst en inhoud


Dit is een dia waarop men een titel, tekst en een object kan invoegen.


2

Titel, inhoud en tekst


Titel, tekst en 2 inhoudselementen

Dit is een dia waarop men een titel, tekst en 2 objecten kan invoeren.

Titel, 2 inhoudselementen en tekst


Titel en tekst boven object


Titel en object boven tekst


Titel en 2 objecten boven tekst


Andere indelingen: Titel, tekst en illustratie

Dit is een dia waarop men een titel, tekst en een illustratie kan invoegen.

Titel, illustratie en tekst

Dit is een dia waarop men een titel, tekst en een illustratie kan invoegen.

Titel, tekst en grafiek

Dit is een dia waarop men een titel, tekst en een grafiek kan invoegen.

Titel, grafiek en tekst

Dit is een dia waarop men een titel, tekst en een grafiek kan invoegen.

Titel, tekst en mediaclip

Dit is een dia waarop men een titel, tekst en een mediaclip kan invoegen.

Titel, mediaclip en tekst

Dit is een dia waarop men een titel, tekst en een mediaclip kan invoegen.

Titel en tabel

Dit is een dia waarop men een titel en een tabel kan invoegen.

Titel en diagram of organigram

Titel en grafiek


Dit is een dia waarop men een titel en een diagram of organigram kan invoegen. Dit is een dia waarop men een titel en een grafiek kan invoegen.


3

3. Stap voor stap PowerPoint ontdekken Je gaat nu zelf een presentatie maken. Je verplaatst je in de volgende situatie. Je mag een presentatie maken voor de sportwinkel “Fit & Fun”. Jouw opdracht is een presentatie te maken van de sportartikelen die de winkel verkoopt en die door bekende Belgische atleten gebruikt worden. De presentatie is in de zaak te zien op een beeldscherm. Opdracht: Titeldia maken Je start PowerPoint op. Je komt meteen in een nieuwe lege presentatie en er staat al een titeldia voor je klaar.

Klik in het bovenste kader en typ: “TopSport” Druk op Enter en typ: “Fit & Fun” Klik op het onderste kader en typ: “Wordt jij ook kampioen?” Klik buiten het kader Sla je presentatie op onder de naam Topsport. Dit doe je door op het icoontje te klikken of via de menubalk te kiezen voor Bestand, Opslaan.

Kies Opslaan in: Mijn documenten en Bestandsnaam: Topsport Klik nu op Cursus ICT 3e graad Lieve D’Helft


4

Opdracht: Opmaak presentatie Zoals je ziet heeft de dia geen achtergrond. Daarom ga je straks zelf een kleurtje uitkiezen. Maar eerst ga je een kleurencombinatie uitzoeken voor de dia’s. Kies in de menubalk voor Opmaak, Diaontwerp. Aan de rechterkant van je scherm verschijnt het volgende venster:

Klik nu op Kleurenschema’s Het volgende venster verschijnt:



5

Klik op de combinatie met de grijsblauwe achtergrond. De titeldia heeft nu een grijsblauwe achtergrond gekregen en de letters van de titel zijn wit geworden.



6

Opdracht: Het lettertype veranderen Als je een nieuwe presentatie maakt, dan wordt het standaard lettertype gebruikt. Voor de meeste pc’s is dit ingesteld op Arial of Times New Roman. In je presentatie mag je niet te veel lettertypes gebruiken. Anders wordt je presentatie rommelig. Het is daarom best handig om het lettertype nu te veranderen in het lettertype dat jij voor deze presentatie wilt gebruiken. Kies via de menubalk voor Opmaak, Lettertype vervangen. Het volgende venster verschijnt:

Selecteer bij ‘Nieuw lettertype’ het lettertype Comic Sans MS.

Klik nu op Vervangen en vervolgens op Sluiten.



7

Opdracht: Achtergrond aanpassen De achtergrond van de dia is wel in orde. Toch zou je er nog wat aan kunnen doen. Je wilt misschien een mooiere achtergrond kiezen. Kies via de menubalk voor Opmaak, Achtergrond Het volgende venster verschijnt:

Open de keuzelijst voor ‘Opvulkleur voor achtergrond’ en kies voor ‘Opvuleffecten’.

Het volgende venster verschijnt:



8

Klik op het keuzerondje “Twee kleuren”. Kleur 1 laat je blauw, voor kleur 2 kies je via “Meer kleuren” voor rood. Klik op OK en je komt terug in het venster van Achtergrond. Klik op de knop “Overal Toepassen”. Sluit het venster en de nieuwe achtergrond is zichtbaar. De nieuwe achtergrond van de titeldia wordt straks ook gebruikt voor de dia’s die je nog gaat maken. Daar hoef je niets aan te doen, het gaat vanzelf.



9

Opdracht: Nieuwe dia toevoegen De titeldia is voorlopig klaar. We gaan aan de volgende dia werken. De nieuwe dia wordt een dia met tekst en afbeelding. De afbeeldingen halen we uit de map “PowerPoint cursus”. Klik op de knop in de werkbalk. Het volgende venster verschijnt:

Er wordt een titel met tekst dia aangemaakt. Kies aan de rechterkant van het scherm voor een andere dia-indeling.



10

Klik op de dia-indeling “Titel, tekst en inhoud”. Klik op de titel en typ: “Tennis” Klik op het kader links en typ de tekst over van het voorbeeld. Het € teken krijg je door de Alt Gr-toets in te drukken tesamen met de letter e.

Klik naast het kader als je klaar bent. Cursus ICT 3e graad Lieve D’Helft


11

Opdracht: Foto invoegen Klik nu op het afbeeldingicoontje

in het rechter kader.

Het volgende scherm verschijnt met de map “Mijn afbeeldingen”:

Dubbelklik op de map “PowerPoint cursus”. Selecteer de foto “Kim Clijsters” en klik op

.

De foto verschijnt nu op de dia.



12

Opdracht: Presentatie bewaren Nu dat er al twee dia’s klaar zijn, wordt het zeker tijd om de presentatie op te slaan. Klik op . Het volgende scherm verschijnt met de map “Mijn documenten”:

Geef deze presentatie de naam “TopSport” en klik op

.

Telkens je nu een dia hebt afgewerkt, kan je best de presentatie bewaren. Als je op klikt, zal de presentatie opnieuw bewaard worden zonder dat je steeds de naam van de presentatie moet opgeven.



13

Opdracht: Tekstopmaak Klik in het linker kader. Selecteer de hele tekst en geef deze de kleur geel. Gebruik hiervoor de knop . Selecteer nu alleen de prijs en geef deze een felle groene kleur. Zet de prijs in een groter lettertype door twee keer op de knop Maak de prijs vet en cursief door de twee knoppen

en

te klikken.

te gebruiken.

Opdracht: Een derde dia maken Je gaat nu op dezelfde manier een derde dia maken. Klik op de knop in de werkbalk. Klik op de dia-indeling “Titel, inhoud en tekst”. Klik op de titel en typ: “Wielrennen” Klik in het kader rechts en typ de tekst over van het voorbeeld.

Klik nu op het afbeeldingicoontje in het linker kader (of kies via de menubalk voor Invoegen, Afbeelding, Uit bestand). Het scherm verschijnt met de map “Mijn afbeeldingen”: Dubbelklik op de map “PowerPoint cursus”. Selecteer de foto “Tom Boonen” en klik op . Maak de tekstopmaak net als in de vorige dia met de hele tekst in een gele kleur, de prijs fel groen, vet cursief en groter en de titel in een witte kleur. Sla de presentatie op onder dezelfde naam door te klikken op de Cursus ICT 3e graad Lieve D’Helft


-knop. 14

Opdracht: Tekenen in PowerPoint Nu ga je een logo ontwerpen voor de sportwinkel. Deze ga je zelf tekenen in PowerPoint met behulp van de Tekenwerkbalk.

Klik op de knop in de werkbalk. Klik op de dia-indeling “Leeg”. Klik op in de Tekenwerkbalk Kies voor Basisvormen en klik op de vorm”Ring”

De muispijl verandert in een + Plaats de muispijl links in de dia. Dit is het startpunt Klik met de linkermuisknop en houd deze ingedrukt. Sleep de muis nu naar rechts en naar beneden. Als de ring groot genoeg is, laat je de linkermuisknop los.



15

Zoals je ziet wordt de ring direct gevuld met een kleur. Je maakt de ring groter of kleiner door te slepen met de formaatgrepen. Dit zijn de witte ronde cirkeltjes rond de ring. Bepaal nu zelf de grootte van de ring. Later kan je het geheel nog groter of kleiner maken. Opdracht: De vorm verplaatsen De ring is nog geselecteerd. Dit zie je aan de formaatgrepen. Ga met de muis op de ring staan. De muispijl verandert nu in Klik met de linkermuisknop en houd deze ingedrukt. Sleep de ring naar de rechterbovenhoek en laat de muisknop los.

Opdracht: De vorm kopiëren Je hebt deze ring 5 keer nodig, dus je gaat deze vorm 4 keer kopiëren. De ring is nog geselecteerd. Dit zie je aan de formaatgrepen.

Klik nu op de

-knop (= kopiërenknop).

Klik nu op de

-knop (=plakkenknop). Er verschijnt een tweede ring.

Klik nu nog eens 3 keer op de -knop. Je hebt nu in het totaal 5 ringen.



16

Zet nu de ringen op zijn plaats zoals in het voorbeeld hieronder. Dit doe je door met de muis te klikken op een ring en deze dan te verslepen. Je kan ook de pijltjes toetsen gebruiken. Het verschuiven gaat nog in kleinere stapjes als je de Ctrl-toets ingedrukt houdt.

Opdracht: Ster met nummer 1 toevoegen en inkleuren. Als je naar de ringen kijkt, zie je dat deze nog geen mooie kleuren hebben en voor de topsporters hoort er nog een medaille bij van nummer 1. Klik op in de Tekenwerkbalk Kies voor Sterren en vaandels en klik op de vorm”5-puntige ster”

De muispijl verandert in een + Plaats de muispijl in de dia. Dit is het startpunt Klik met de linkermuisknop en houd deze ingedrukt. Sleep de muis nu naar rechts en naar beneden. Als de ster groot genoeg is, laat je de linkermuisknop los. De ster staat nu op de dia. Tik nu het getal “1” in en dit verschijnt in de ster. Klik op de ster en sleep deze op de juiste plaats zoals in het voorbeeld.



17

Nu dat de medaille met nummer 1 klaar is, moeten we de ringen nog inkleuren. Dit gaan we doen met de Olympische kleuren. Klik op de eerste ring. Open de keuzelijst Opvulkleur in de Tekenwerkbalk. Kies uit het palet de kleur blauw. Zie je deze kleur niet in het palet staan, kies dan voor “Meer opvulkleuren”. Maak de tweede ring zwart, de derde rood, de vierde geel en de laatste groen.

Opdracht: Het logo groeperen en verkleinen. Het logo is veel te groot. Daarom ga je het verkleinen. Maar dit gaat alleen goed als je van de verschillende onderdelen eerst een groep maakt. Eerst en vooral moeten we alles selecteren. Houdt de Shift-toets ingedrukt en klik alle ringen en de ster aan. Je kan ook kiezen via de menubalk voor Bewerken, Alles selecteren.



18

Klik nu op de knop Tekenen in de tekenwerkbalk. Er gaat nu een menu open.

In dit menu kies je voor “Groeperen”. Alle onderdelen vormen nu een geheel.

Ga met de muis naar de formaatgreep rechtsonder. Houd de Shift-toets ingedrukt en sleep nu de formaatgreep naar links en naar boven. Het logo wordt nu kleiner.



19

Opdracht: Het logo kopiëren. Nu moet het logo nog gekopieerd worden naar de andere dia’s. Selecteer het logo. Klik op de knop Kopiëren. Ga met de schuifbalk, rechts op het scherm, naar de titeldia. Dit is de eerste dia. Klik op de knop Plakken. Zet het logo in de linkerbovenhoek van de titeldia.

Als het logo te groot of te klein is kan je deze nu nog aanpassen door te slepen aan de formaatgrepen. Plak nu het logo ook nog op de twee andere dia’s. Opdracht: Diaoverzicht. In de diasorteerderweergave krijg je een overzicht over de dia’s. Bovendien kun je gemakkelijk een dia verwijderen. Klik op de Diasorteerderweergave-knop volgende scherm verschijnt:


links onder in het scherm. Het


20

Klik op de vierde dia. Dit is de dia met alleen het logo. De dia is nu geselecteerd. Druk op de delete-toets en de dia is verwijderd. Dubbelklik op de eerste dia en je komt weer in de normale weergave.



21

Opdracht: Nog extra dia’s toevoegen. Er ontbreken natuurlijk nog wat dia’s aan je presentatie. Die ga je nu maken. Ga naar dia 3. Klik op de knop in de werkbalk. Kies voor de indeling “Titel, tekst en inhoud” Typ de titel en de tekst zoals in het voorbeeld. Maak de tekstopmaak zoals in de vorige dia’s. Plaats de foto “Fred Deburghgraeve” in de dia en vergeet het logo niet.

Klik op de knop in de werkbalk. Kies voor de indeling “Titel, inhoud en tekst” Typ de titel en de tekst zoals in het voorbeeld. Maak de tekstopmaak zoals in de vorige dia’s. Plaats de foto “Stefan Everts” in de dia en vergeet het logo niet.



22

Klik op de knop in de werkbalk. Kies voor de indeling “Titel, tekst en inhoud” Typ de titel en de tekst zoals in het voorbeeld. Maak de tekstopmaak zoals in de vorige dia’s. Plaats de foto “Kim-gevaert” in de dia en vergeet het logo niet.

Klik op de knop in de werkbalk. Kies voor de indeling “Titel en object” Typ de titel en subtitel zoals in het voorbeeld. Plaats de foto “Voetbal” in de dia. Vergeet het logo niet.



23

Opdracht: Titeldia nog verfraaien. Ga naar de titeldia. Klik op in de Tekenwerkbalk Kies voor “Blokpijlen” en klik op de vorm”Gestreepte pijl rechts” Klik en sleep met de muis zodat de pijl boven op de tekst “Wordt jij kampioen?” komt te liggen. Klik op de knop in de Tekenwerkbalk en kies voor Volgorde, Naar achtergrond. De tekst is nu weer zichtbaar met een mooie pijl op de achtergrond.

Selecteer de tekst op de pijl. Maak de letters geel en cursief. Sla de presentatie op door op


te klikken.


24

Opdracht: Een diavoorstelling maken. Van de presentatie die je nu hebt gemaakt, ga je een diavoorstelling maken. In PowerPoint heb je hiervoor een heleboel mogelijkheden. Bekijk eerst maar eens de diavoorstelling zoals die nu is. Ga naar de titeldia, dit is de eerste dia, van de presentatie. Klik op de knop Diavoorstelling links onder in het scherm. De titeldia verschijnt en vult het hele scherm. Klik net zo vaak totdat je weer terug bent in de normale diaweergave. Opdracht: Een automatische diavoorstelling maken. Je gaat nu een automatische diavoorstelling maken. Dit is een diavoorstelling die vanzelf loopt, dus je hoeft niet steeds met de muis te klikken. Voor het instellen hiervan ga je naar de diasorteerderweergave. Daar is buiten de normale werkbalken een speciale werkbalk voor allerlei effecten:

Klik op de Diasorteerderweergave-knop links onder in het scherm. Het overzicht van alle dia’s verschijnt. Selecteer alle dia’s door via de menubalk te kiezen voor Bewerken, Alles selecteren. Klik nu op de Dia-overgang-knop in de diasorteerder-werkbalk. Het volgende venster verschijnt rechts op het scherm:



25

Bij het onderdeeltje “Naar volgende dia”, zet je het vinkje aan bij “Automatisch na” en je vult 3 seconde in. Het vinkje “Bij muisklik” zet je uit.

Klik op de knop . Je ziet nu onder alle dia’s 00:03 staan. Klik nu naast de dia’s om de selectie op te heffen. Klik nu op 1 dia om deze te selecteren. Neem bijvoorbeeld de titeldia. Klik op de Diavoorstelling-knop . De voorstelling verloopt nu geheel automatisch. Cursus ICT 3e graad Lieve D’Helft


26

Opdracht: Een doorlopende diavoorstelling maken. De voorstelling die je juist hebt gemaakt eindigt ook automatisch. Dit is natuurlijk niet de bedoeling voor een doorlopende voorstelling in een winkel. Je gaat er nu voor zorgen dat de voorstelling door loopt. Kies in de menubalk voor Diavoorstelling en vervolgens voor Diavoorstelling instellen. Het volgende venster verschijnt:

Vink bij Afspeelopties “Herhalen tot op ESC wordt gedrukt” aan.

Klik nu in dit venster op Klik op de Diavoorstelling-knop


. .


27

De voorstelling verloopt nu geheel automatisch en stopt pas van zodra je op de ESC-toets drukt. Opdracht: Overgangseffecten. Tijdens de voorstelling verschijnen de dia’s gewoon na elkaar op het scherm. Met overgangseffecten bereik je een veel leuker effect. De overgangseffecten zijn in te stellen het Diaovergang-venster. Selecteer de titeldia. Kies voor “Blindering verticaal” in het volgende venster:

Zet de snelheid bij “Overgang wijzigen” op “Gemiddeld”.

Selecteer nu dia 2 en kies voor diaovergang op Gemiddeld. Selecteer nu dia 3 en kies voor diaovergang “Overgang wijzigen” op Gemiddeld. Selecteer nu dia 4 en kies voor diaovergang wijzigen” op Gemiddeld. Selecteer nu dia 5 en kies voor diaovergang wijzigen” op Gemiddeld. Cursus ICT 3e graad Lieve D’Helft

“Kader in” en zet “Overgang wijzigen” “Bedekken vanaf boven” en zet “Oplossen” en zet “Overgang “Cirkel vormen” en zet “Overgang


28

Selecteer nu dia 6 en kies voor diaovergang “Dambord naar beneden” en zet “Overgang wijzigen” op Gemiddeld. Selecteer nu dia 7 en kies voor diaovergang “Bedekken vanaf linksonder” en zet “Overgang wijzigen” op Gemiddeld. Selecteer nu terug de eerste dia, de titeldia en bekijk de diavoorstelling. Stop de diavoorstelling door op de Esc-toets te drukken als je alles hebt gezien.



29

Opdracht: Animatie-effecten. Naast overgangseffecten bestaan er ook nog effecten voor allerlei soorten teksten. De tekst van opsommingen kun je bijvoorbeeld van links naar rechts de dia in laten lopen. Deze effecten noem je animaties. Dubbelklik op de tweede dia. Kies via de menubalk voor Diavoorstelling, Aangepaste animatie. Het volgende venster verschijnt:

Klik en sleep zodat je “Wilson N pro3 en zijn prijs hebt aangeduid. Klik nu rechts bij “Aangepaste animatie” op Kies nu voor Ingang, Binnenvliegen.



30

Klik en sleep zodat je “Head Flexpoint” en zijn prijs hebt aangeduid. Klik nu rechts bij “Aangepaste animatie” op Kies nu voor Ingang, Blindering. Klik en sleep zodat je “Wordt jij de nieuwe Kim Clijsters” hebt aangeduid. Klik nu rechts bij “Aangepaste animatie” op Kies nu voor Nadruk, Draaien Elke animatie die je hebt aangebracht kan je genummerd volgen op het scherm.

Klik nu op de derde dia. Selecteer al de producten hun prijs. Klik nu rechts bij “Aangepaste animatie” op Kies nu voor Ingang, Dambord. Selecteer: “Zoals jouw favoriet Tom Boonen”. Klik nu rechts bij “Aangepaste animatie” op Kies nu voor Nadruk, Vergroten/verkleinen.

Klik nu op de vierde dia. Selecteer de foto. Klik nu rechts bij “Aangepaste animatie” op Kies nu voor Ingang, Dambord.



31

Klik nu op de zesde dia. Selecteer de foto. Klik nu rechts bij “Aangepaste animatie” op Kies nu voor Ingang, Binnenvliegen. Zet de richting op “Van links”.

Selecteer nu terug de eerste dia, de titeldia en bekijk de diavoorstelling. Stop de diavoorstelling door op de Esc-toets te drukken als je alles hebt gezien. Sla de presentatie op en sluit deze af.



32

4. Nog enkele tips Proficiat! Je hebt je eerst PowerPoint presentatie gemaakt. Nu ben je zelf instaat een mooie presentatie te maken. Je kan voor afbeeldingen en foto’s gebruik maken van het Internet om deze te zoeken. Maar onthoud goed volgende tips: Gebruik nooit te veel verschillende lettertypes in 1 presentatie. (maximum 4) Gebruik niet voor elke dia andere kleurtjes of achtergronden, maar houd het uniform. Beperk het aantal animaties. Niet alles moet bewegen. Stel goed de overgangstijd in, zodat men voldoende tijd heeft om de tekst te lezen, maar ook dat men niet onnodig lang moet wachten. Maak een presentatie waarbij een spreker aanwezig is nooit volledig automatisch. Maak de presentatie zo dat de spreker kan aangeven wanneer de volgende tekst of dia mag verschijnen.



33

Deel 5: Microsoft PowerPoint

Recommend Documents