g
Inhoudsopgave 4
Mededelingen van kantoor
4
Secretariaatsmededelingen nov/dec 2012
5
Belastingservice 2012
6
Artikel: Winter op de weg!
8
OR-nieuwtjes
10
Vraag maar raak
11
Regels ambtenaren voor sociale media
12
Individuele belangenbehartiging
13
Interview Jac. Kragt
Colofon VPW-nieuws redactieteam: Mirjam van Dijk Trees Overhein Milou Feijt Kopij sturen naar:
[email protected] Drukkerij: Telenga B.V. Heerenveen Tel. 0513 - 630 630 Overname van artikelen is toegestaan Met bronvermelding: ISSN 0926-9489 Lidmaatschap VPW Om u aan te melden als lid kunt u de aanmeldbon downloaden via www.vpwnet.com. Foto cover: Sneeuwschuivers rijden in staffel om de snelweg schoon te vegen
Van de voorzitter Op het moment van dit schrijven, 14 december 2012, gaan mijn gedachten al uit naar de wensen die wij met de jaarwisseling naar elkaar uitspreken. Ook ik spreek de wens uit voor u en uw dierbaren voor een gelukkig, veilig en vooral een gezond 2013, want als u dit leest is het nieuwe jaar al begonnen. Wat voor een jaar zal dit worden? Het 3e jaar op rij zonder salarisverhoging? Ik hoop het niet, maar ik houd mijn hart vast. Niet voor niets heb ik de datum hierboven vermeld, omdat op 13 december het overleg met BZK is geklapt. Zoals bekend is de verantwoordelijkheid over de arbeidsvoorwaarden van het Rijksoverheidspersoneel overgedragen van de minister van BZK naar een nieuwe vakminister de heer Blok. Uit het eerste kennismakingsgesprek met deze minister bleek dat deze minister niets, maar dan ook niets, van de voorgeschiedenis weet. Ook is door hem simpelweg gesteld dat er nu een geheel nieuwe situatie is ontstaan en dat besprekingen plaats zullen vinden op basis van de uitgangspunten van het regeerakkoord. Daarmee is vastgesteld dat er thans sprake is van een politieke werkgever die de belangen van de politiek leidend heeft verklaard. Een situatie die juist voorkomen dient te worden en waarvoor nota bene een Ambtenarenwet van kracht is. Dit leidt tot de conclusie dat onze poging om afspraken te maken over werkzekerheid na twee jaar overleg, door deze minister is geblokkeerd. Dit noopt de bonden de stap te zetten naar de Advies- en Arbitragecommissie. Deze commissie zal een uitspraak moeten doen over de vraag of de werkgever open en reëel overleg heeft gevoerd. Daarnaast zullen de bonden hun leden gaan raadplegen om acties te organiseren. Daar gaan wij als Rijksambtenaren uiteraard aan meedoen. In het Platform Overleg sector Rijk (SOR) is mij duidelijk geworden dat de bonden op een ander niveau gaan overleggen. Overleg met de minister is niet zinvol gebleken en om de belangen van de medewerkers te borgen zal nu op departementaal niveau worden overlegd. Een mededeling hiertoe is onlangs verzonden aan de SG’s. De politiek in Den Haag werkt alleen nog maar aan een regeerakkoord en stappen er geen millimeter uit weg. Het kan niet anders dan de druk op te gaan voeren op Departementaal niveau. Dus de SG van I&M wordt nu gezien als onze werkgever en er zal via de overlegtafel gesproken moeten gaan worden over het sociaal beleid en de verdere stappen. Mensen mogen geen slachtoffer worden bij reorganisaties omdat er landelijk geen sociaal beleid mogelijk is. Het CAO-traject bevatte twee pijlers: werkzekerheid en loonontwikkeling. De eerste pijler, werkzekerheid, is 13 december ’12 door de werkgever gesloopt. Ook op de andere pijler heeft de werkgever zijn visie duidelijk gemaakt: vier jaar nullijn, we hebben er al twee gehad en daar komen, als het aan hem ligt, nog twee jaar bij. Hier zie ik duidelijk een vertraging komen voor wat betreft de OP2015 plannen van RWS. De Medezeggenschap krijgt hierbij een belangrijke rol en de GOR en DOR zullen ook een andere rol moeten gaan spelen. De vakbonden zullen hierin steunen en adviseren. Zijn er dan ook nog mooie dingen te benoemen? Ja, gelukkig wel. Ik ben trots op al het werk dat de VPW heeft verzet in het afgelopen jaar en wees er gerust op, we zijn klaar voor de toekomst. Het zal een bijzonder jaar gaan worden aan deze onderhandelingstafel met de SG van I&M…...
Piet Voogt
2
Servicepagina Grondslag van de VPW: De VPW stelt zich ten doel, om onafhankelijk van levensbeschouwing of politieke richting en met eerbiediging van ieders overtuiging, de belangen van haar leden te behartigen.
Kantoor VPW
Faciliteiten
Leden van het Hoofdbestuur Piet Voogt Voorzitter
[email protected]
Vergaderingen
Belastingservice Een team van belastingconsulenten wordt jaarlijks ingezet om belastingformulieren van leden in te vullen. Individuele Juridische belangenbehartiging Een team van belangenbehartigers, vakbondsbestuurders en juristen staat de leden van VPW in geval van problemen in de werksituatie met raad en daad bij. Juridisch advies Bij eenvoudige juridische problemen buiten de werksituatie kunnen leden juridisch advies krijgen.
Snouckaertlaan 32, 3811 MB Amersfoort Tel: 033 – 4650691, Fax: 033 - 4615252 E-mail:
[email protected] Website: www.vpwnet.com Medewerkster: Trees Overhein Bureaucoördinator en Portefeuille Beleidszaken
Paul van Es Secretaris en Portefeuille IB-zaken en Portefeuille Georganiseerd Overleg (DGO)
[email protected]
Hoofdbestuursvergader ing Het hoofdbestuur van de VPW vergadert op de tweede donderdag van de maand in het kantoor van de VPW te Amersfoort. Als u onderwerpen onder de aandacht wilt brengen van het hoofdbestuur of graag besproken zou zien in een bestuursvergadering kunt u dit mailen naar
[email protected].
Hans van den Aker Penningmeester
[email protected]
Algemene Leden Vergadering 23-04-2013 Hotel v.d. Valk - Breukelen
Ton van Bon
[email protected]
DGO-vergadering Vanuit VPW neemt Paul van Es samen met AC-bestuurder Peter Wulms deel aan het Departementaal Georganiseerd Overleg. Henk Klos is plaatsvervangend lid. Dit DGO vindt eens per 2 maanden plaats in Den Haag.
Mirjam van Dijk – van Leeuwen Portefeuille PR en Communicatie
[email protected] Henk Klos Portefeuille Georganiseerd Overleg (DGO) Portefeuille Medezeggenschap
[email protected] Nol van Lith Portefeuille Medezeggenschap
[email protected]
t
nk Klo s
Pi
ijk
Tr
et
He
D
V
g oo
Platform SOR Eens per maand komen de vakorganisaties die bij de sector Rijk horen en aangesloten zijn bij het Ambtenarencentrum bij elkaar voor overleg. Dit overleg wordt het Platform SOR genoemd. Namens de VPW nemen Paul van Es en Piet Voogt deel aan dit overleg. De data van de vergaderingen van het Hoofdbestuur VPW, van het Platform SOR en van het (vooroverleg) DGO treft u aan op de website van de VPW. M i rj a m v an O v er hei s n ee
N ol v an
Li
Ak er
th
T
on van Bon
nd Hans va
e
l Pau
va nE s
3
Mededelingen van kantoor Belastingservice In het blad van november – december 2012 heeft al een aanmeldingsbon voor de belastingservice gestaan. We willen voorkomen dat onze leden deze service zou ontgaan, daarom treft u ook in dit blad een aanmeldingsbon aan. Voor de belastingservice wordt een eigen bijdrage gevraagd van € 20,-, de VPW legt de rest erbij. Strategisch overleg Het bestuur van de VPW vergadert maandelijks over alle lopende zaken. Daarnaast wordt er één maal per jaar een zogenaamd strategisch overleg gehouden. Dat klinkt erg zwaar, maar het betekent dat we ons op deze dag nu eens niet bezig houden met de waan van de dag, maar met de grote lijnen, met hoe het in het afgelopen jaar ging en vooral met hoe we het komend jaar verder willen gaan. Besloten is dat nieuwe leden de mogelijkheid geboden wordt de contributie via een incassomachtiging te betalen. Gebleken is dat de inschrijving bij P-direct niet in alle gevallen soepel verloopt. Nieuwe leden komen dan meteen al te zitten met een contributieachterstand. Dit willen we voorkomen. Veel nieuwelingen gaven zelf al aan de voorkeur te geven aan een incassomachtiging en we gaan deze mogelijkheid nu aan alle nieuwe leden aanbieden. Het aanmeldingsformulier is hierop aangepast. Aanwas nieuwe leden In 2012 zijn er bij de VPW 70 nieuwe leden ingeschreven. Daar hebben verschillende trouwe VPW-leden hun best voor gedaan. Met kop en schouders steekt Paul van Es boven alle ledenwervers uit. Hij heeft in 2012 maar liefst zeven nieuwe leden weten te winnen voor de VPW. Ook de andere bestuursleden doen het goed. Hans van den Aker heeft vijf nieuwe leden geworven en Piet Voogt vier. Maar ik wil hier ook Job van den Heuvel (4), Ben de Bruijn (3), Wouter Vastrick (3) en Joris Meijer (3) noemen, omdat zij meerdere collega’s hebben weten te overtuigen van het belang van het lidmaatschap van VPW. Volg VPW via www.vpwnet.com of op twitter!!!!
Trees Overhein Secretariaatsmededelingen September-Oktober 2012 Nieuwe leden: Dhr. D. Geljon Mw. N. Frik Dhr. J.P. Feijtel Dhr. J.A. Scheele Dhr. P.R. Plaisier Dhr. A. ’t Hart Mw. I.E.J.C. de Koning Dhr. P. Tuinman Dhr. M. Staal Mw. F. Rahmani Dhr. F. Everling
-
Dienst Dienst Dienst Dienst KNMI Dienst Dienst Dienst Dienst Dienst Dienst
Zeeland Zuid-Holland Zeeland Zeeland Zuid-Holland Zuid-Holland Zeeland Zuid-Holland Zuid-Holland Infrastructuur
VPW-leden die zijn overleden: Dhr. G. Vervat - Eelde, gepensioneerd lid Dhr. H. Wittebrood - Bergen op Zoom, gepensioneerd lid Mw. M. Kaspers-Leenders - Nijmegen, gepensioneerd lid Dhr. M.D. Zuijdwegt - Wemeldinge, gepensioneerd lid Gaat u verhuizen of de actieve dienst verlaten? Wilt u het aan het secretariaat van de VPW doorgeven als u gaat verhuizen of als u de actieve dienst gaat verlaten. Personeelszaken geeft deze wijzigingen niet door.
4
Belastingservice De voorbereidingen voor het belastingjaar 2012 zijn bij de afdeling Belastingservice alweer in volle gang. Een groot aantal leden maakt al jaren gebruik van de belastinghulp die de VPW via het Ambtenarencentrum aan haar leden aanbiedt. Ook dit jaar kunt u wederom gebruik maken van deze uitstekende service. De eigen bijdrage blijft gelijk, namelijk € 20,- per lid, maar er is wel een maximum van 2 belastingformulieren, namelijk de aangifte van het lid en diens partner. Aanmeldingsprocedure U vult de onderstaande bon in, bij voorkeur mét emailadres en stuurt of mailt (
[email protected]) de bon zo snel mogelijk op naar de VPW in Amersfoort. Vervolgens ontvangt u van ons een betalingsverzoek á € 20,-. Zodra dit bedrag bij ons binnen is, zal de VPW ervoor zorgen dat uw aanmeldingsformulier bij de belastingconsulenten terechtkomt. Van de belastingconsulenten ontvangt u begin februari 2013 een uitnodiging, waarin vermeld de locatie, de datum, het tijdstip en de financiële bescheiden die u mee dient te nemen naar uw afspraak voor het invullen van uw belastingaangifte. Als u een e-mailadres invult, ontvangt u de uitnodiging per mail. Deze aanmeldingen gaan sneller!!!! De consulenten bieden ook hulp wanneer er na het invullen en verwerken van uw aangifte, problemen ontstaan met de Inspecteur der Directe Belastingen. De belastingconsulenten verzorgen voor u en uw partner de aangiften over 2012 en eventueel voorgaande jaren (max. 2 formulieren per bijdrage van € 20,-). Vóór alle duidelijkheid: wij verzorgen géén belastingaangiften voor ondernemingen. Stuur de bon vóór 1 februari 2013 naar: VPW t.a.v. Belastingservice Snouckaertlaan 32 3811 MB Amersfoort Aanmeldingen die ná 1 februari 2013 binnenkomen kunnen niet meer worden ingepland en zullen zo mogelijk schriftelijk worden afgehandeld.
.......................................................................................................................................................
AANMELDINGSBON BELASTINGSERVICE Naam en voorletters:…………...................................................................................………… (M/V) Straat + huisnummer: ............. ……………....................................................................………………. Postcode + woonplaats: ........... ……………...................................................................………………. E-mail-adres:………………………………………………………………………………………………….. Telefoon privé: ............................. ……………............telefoon werk: ........ …………….......…...……… Sofi-nummer: ............................................... …………….................................……………………….…. Aantal formulieren dat moet worden ingevuld: ........ ……………..……………..……………..………..…. Op welke werkdagen tussen 8 februari en 31 maart 2013 bent u echt verhinderd? ...........................................................................................................................................….… Waar wordt de belastingservice verleend: (aankruisen welke locatie uw voorkeur heeft) � � � � � � �
Den Helder Vlissingen Amsterdam Venlo Amersfoort Nijmegen Emmen
� � � � � � �
Rotterdam Eindhoven Breda Katwijk (ZH) Ede Weert Vught
� � � � � � �
Doorn Enschede Den Haag Leeuwarden Assen Schaarsbergen Apeldoorn
� � � � � �
Bergen op Zoom ’t Harde Havelte Ermelo Terneuzen Heerlen
5
Artikel Winter op de weg!
Gladheidsbestrijding, hoe doet Rijkswaterstaat dat nou? Auteur: Firdevs Akkaya Communicatieadviseur / woordvoerder RWS Limburg
Welke weggebruiker herkent het beeld van ‘s ochtends vroeg het ijsvrij maken van de autoruiten niet? Het winterseizoen is weer volop aan de gang en Rijkswaterstaat Limburg werkt samen met de Provincie Limburg aan het begaanbaar houden van de snelwegen en de provinciale wegen in Limburg. Dit artikel geeft een kijkje in de keuken van de maatregelen die RWS en de Provincie nemen om gladheid te bestrijden in de wintermaanden. Wintermaanden, gladheid en autorijden In de koude wintermaanden proberen Rijkswaterstaat Limburg en de Provincie Limburg op verschillende manieren te voorkomen dat gladheid ontstaat op de weg. Veilig over de provinciale- en rijkswegen rijden staat voorop. Maar ook is een vlotte doorstroming belangrijk op de weg. Gladheid is een ruim begrip. Wist je bijvoorbeeld dat een natte weg twee keer gladder is dan een droge weg?
riger gestrooid worden want je ziet waar je hebt gestrooid en besparen we ook op de kosten. Bij sneeuw en ijzel wordt curatief gestrooid. Dit betekent dat we meer materieel inzetten en droog strooien, dus alleen zout. Tijdens sneeuwval worden de vrachtauto’s met strooiers ook voorzien van sneeuwploegen. Bij veel sneeuw of ijzel is alleen een strooiactie vooraf niet voldoende. Dan werken we met sneeuwschuivers.’ Rijkswaterstaat heeft contracten gesloten met aannemers die deze acties uitvoeren. ‘Belangrijk is dat ik een kort lijntje heb met de aannemer. Ik leg hem voor de actie uit hoeveel gram zout ik per m2 op de weg gestrooid wil hebben, we bespreken intensief tijdens en na de acties wat de toestand van de weg is en welke locaties extra aandacht nodig hebben.’ De strooiers van de aannemers zijn uitgerust met een GPS volgsysteem, dus Rijkswaterstaat volgt de wagens op de voet. ‘Wat veel weggebruikers niet weten, is dat we verkeer nodig hebben om het gestrooide zout in te rijden op de weg en ook te verspreidden zodat het zout zijn werk optimaal kan doen. Dus.. rijd tijdens of na sneeuwval ook op de linkerrijstrook en niet alleen op de rechter!’.
En dat een weg met sneeuw twee keer zo glad is als een natte weg? Een bevroren weg is twee keer gladder dan een weg met sneeuw. We hebben Liesbeth Hendrix (gladheidcoördinator bij Rijkswaterstaat Limburg) gevraagd om ons mee te nemen in de dagelijkse praktijk van de bestrijding van gladheid. ‘Aan de hand van verschillende informatiesystemen, de weersverwachtingen, gesprek met een meteoroloog, de toestand van het wegdek, temperaturen beslis ik om al dan niet over te gaan op een strooiactie.’
..gaat het sneeuwen? En hoeveel? Wanneer? Kan al gestrooid worden? Of moet de sneeuwschuiver de weg op? Gladheidcoördinator zijn.. is het niet heel spannend om de juiste beslissing te nemen? ‘Het lijkt allemaal eenvoudig maar in de praktijk valt het niet mee om vooral bij hevige of langdurige sneeuwval de weg zwart te krijgen en te houden. Zo kunnen we bijvoorbeeld niet direct beginnen met sneeuw schuiven, er moet eerst een laagje sneeuw liggen. We houden dan constant het verloop van de sneeuwbuien in de gaten, wanneer komen ze, van welke kant komen ze, hoeveel sneeuw gaat er vallen? Je bent constant bezig met overwegingen, alles goed monitoren en uiteindelijk een goede beslissing nemen. Maar ondanks alle spanning is het werk enorm uitdagend en ook heel leuk.’ aldus Liesbeth.
Maatregelen Liesbeth legt uit dat er een onderscheid gemaakt wordt tussen een preventieve en een curatieve strooiactie ‘we proberen zoveel mogelijk te voorkomen dat er gladheid ontstaat. Daarom strooien we preventief met nat zout voordat het glad wordt. Het strooien met natzout houdt in dat wordt gestrooid met wegenzout met hier aan toegevoegd calciumchloride. Doordat het zout nat is, blijft het beter op de weg liggen en verwaait het ook veel minder, kan nauwkeu-
Zouttekort! Wat dan? Het is in voorgaande jaren wel eens voorgekomen dat er een zouttekort ontstond. Dit had te maken met enorm strenge winters en zoutvoorraad wat achteraf niet voldoende bleek. Rijkswaterstaat heeft verschillende maatregelen getroffen om te voorkomen dat er zouttekort ontstaat. Want als er op het gebied van strooizout een landelijke schaarste ontstaat, worden regionale zoutloketten ingesteld door Rijkswaterstaat. Via deze loketten kan strooizout worden herverdeeld om de gladheidbestrijding
Liesbeth Hendrix, adviseur verkeersmaatregelen, doorstromingsplannen, Verkeersloket en gladheidcoördinator bij Rijkswaterstaat Limburg
6
Steunpunten en materieel
6 steunpunten waar vanuit wordt gestrooid, 3 Rijkswaterstaat en 3 Provincie
Steunpunten en zout
8 steunpunten waar zout opgeslagen ligt totale voorraad bedraagt ca. 6.800 ton.4 Rijkswaterstaat 4 Provincie
Areaal
400 km autosnelweg, 450 km provinciale weg en 700 km rijwielpaden. Dit is exclusief toe- en afritten, verzorgingsplaatsen voorsorteervakken, bushaltes ed.
Aantal preventieve routes
32 hoofdrijbaan routes en 22 rijwielpadroutes
Beschikbaar materieel
62 hoofdrijbaan strooiers en 97 hoofdrijbaanploegen 22 rijwielpadstrooiers en 22 rijwielpadploegen
Uitgevoerde actie preventief afgelopen jaren
2008 – 2009 gemiddeld elk perceel 45 keer opgestart 2009 – 2010 gemiddeld 46 acties opgestart 2010 – 2011 gemiddeld 48 acties opgestart.
Hoeveelheid zoutgebruik afgelopen jaren
2008 – 2009 13.500 ton 2009 – 2010 15.000 ton 2010 – 2011 19.000 ton
te continueren. De zoutloketten verzamelen actuele gegevens over de strooizoutvoorraden van de verschillende wegbeheerders, beoordelen en nemen beslissingen over ingediende hulpaanvragen van gemeentes en de provincie. De lokale zoutloketten schakelen bij regio-overstijgende tekorten het nationale zoutloket in. Het nationaal zoutloket kan besluiten nemen die nodig zijn om een opgetreden strooizoutschaarste zo goed mogelijk aan te pakken. Samenwerken De rijkswegen, waaronder alle autosnelwegen in Limburg, vallen onder beheer van Rijkswaterstaat. Provinciale wegen en de aanliggende fietspaden vallen onder beheer van de Provincies en hoe onze straten erbij staan, valt onder de verantwoordelijkheid van de gemeente waar we wonen. Rijkswaterstaat Limburg en de Provincie Limburg werken al vijf winterseizoenen aan de gladheidbestrijding.
7
Liesbeth legt uit: ‘De samenwerking levert ons verschillende voordelen op. Het beschikbare materieel gebruiken we gezamenlijk. Ditzelfde geldt ook voor onze steunpunten voor het stallen van materieel en opslag van wegenzout. Wat betreft de strooiroutes, werken we ook samen met de Provincie, we hebben geïntegreerde strooiroutes. De gladheidcoördinatoren werken ook samen in één rooster. Dit houdt in dat er altijd één gladheidscoördinator van de Provincie en één gladheidscoördinator van Rijkswaterstaat tegelijk dienst hebben. Een laatste voordeel is dat we onze contracten ook gezamenlijk uitzetten in de markt. Dat bespaart ons natuurlijk ook weer wat geld. Het is goed om te zien dat er steeds meer provincies en gemeenten op de zelfde manier met elkaar samenwerken, want uiteindelijk doen we het allemaal met het zelfde doel: zorgen dat we veilig en zonder al te veel hinder naar ons werk of onze familie kunnen.’
Meer weten? Op de website van Rijkswaterstaat is een dossier te vinden over de gladheidbestrijding. Kijk op http://www.rws.nl/actueel/ winter_op_weg_en_water/.
Advies: ga voorbereid de weg op! Uiteraard is het ook belangrijk om als weggebruiker je eigen verantwoordelijkheid te nemen bij winterse omstandigheden. Hieronder een aantal tips: - Rij voorzichtig; - Wissel niet onnodig van rijstrook; - Houd voldoende afstand met de weggebruikers die voor jou rijden; - Maak de ruiten van je auto volledig ijsvrij; - Maak de lampen van je auto vrij van ijs en sneeuw; - Zet je verlichting aan bij weinig zicht door neerslag of mist; - Houd de weersvoorspellingen en de verkeersinformatie goed in de gaten.
Een steunpunt van Rijkswaterstaat voor het stallen van materieel en opslag van wegenzout.
OR-nieuwtjes Als OR naar de rechter
De ondernemingsraad heeft binnen een onderneming de meeste bevoegdheden om een besluit door een rechter te laten toetsen. Daarvoor moet je als OR wel bereid zijn buitenshuis je gelijk te halen. De mogelijkheden daartoe zijn volop aanwezig. Alleen de kennis van die mogelijkheden draagt al bij aan het boeken van resultaten. Natuurlijk probeer je meningsverschillen eerst op te lossen door redelijk overleg. Vaak is dat voldoende, soms niet. Bijvoorbeeld omdat er teveel op het spel staat of omdat het meningsverschil zich niet laat overbruggen. Dan is het goed te weten dat je de kwestie voor kunt leggen aan onpartijdige instanties en dat zowel OR als directie gebonden is aan de uitspraak die dat oplevert. Niet om daar meteen naar te grijpen of zelfs mee te dreigen, maar omdat het je meer zelfvertrouwen geeft in het overleg. Meerdere wegen Er staan een ondernemingsraad vele wegen open om meningsverschillen met de directie voor te leggen aan
88
instanties buitenshuis (zie kader rechts). Conflicten over het adviesrecht gaan meestal rechtstreeks naar de Ondernemingskamer van het Hof te Amsterdam. Alleen als er verschil van mening bestaat over de adviesplichtigheid van een besluit, kan dit na een bemiddelingspoging van de bedrijfscommissie, door de OR aan de kantonrechter worden voorgelegd. Het kost echter tijd om de genoemde wegen te bewandelen. Tijd die niet altijd beschikbaar is, omdat de directie verder wil. En als er pas een uitspraak komt nadat het betreffende besluit is uitgevoerd, dan heeft de ondernemingsraad meestal alsnog het nakijken. Daarom kan de OR in spoedeisende zaken ook gebruik maken van een kort geding, om daarmee tenminste voorlopig de uitvoering op te schorten. De proceskosten komen altijd voor rekening van de onderneming. Bedrijfscommissie, kantonrechter en Ondernemingskamer kijken met verschillende ogen naar de zaken die hun worden voorgelegd. De bedrijfscommissie heeft tot taak de partijen weer op één lijn te brengen door te bemiddelen. Indien er geen bemiddeling tot stand komt, zal de bedrijfscommissie een advies uitbrengen over het geschil.
Zij probeert dus de kwestie zó te regelen dat de kantonrechter er niet aan te pas hoeft te komen. Lastige zaken Sommige problemen lenen zich daar niet voor omdat de oplossing uitsluitend te vinden is in het gelijk van één van beide partijen. De bedrijfscommissie probeert dan de ander daarvan te overtuigen. Als dit niet lukt of - in andere gevallen - een poging tot bemiddeling faalt, dan kan de kantonrechter nodig zijn. Pas daarbij op de termijnen. De bedrijfscommissie heeft twee maanden de tijd voor haar werk en mag dat, met goedvinden van beide partijen, met nog eens twee maanden verlengen. De kantonrechter moet worden ingeschakeld binnen dertig dagen na het verstrijken van de twee of vier maanden. Ook als de bedrijfscommissie nog niet klaar is. Ondernemingskamer Tijd speelt ook een belangrijke rol bij het inschakelen van de Ondernemingskamer. De OR heeft één maand de tijd om een verzoekschrift in te dienen. Deze termijn begint te lopen nadat de OR schriftelijk op de hoogte is gebracht van het omstreden besluit. De ondernemingsraad kan een verzoek niet zelf indienen. Dit moet door een advocaat gebeuren. Het gaat om besluiten die afwijken van het uitgebracht advies of waarover ten onrechte geen advies is gevraagd. Ook besluiten waarover weliswaar advies is gevraagd, maar waarbij dat niet is afgewacht of - naar achteraf blijkt - de OR onvolledig of onjuist is geïnformeerd, zijn op die manier aanvechtbaar.
geen kosten in rekening en zowel zitting als uitspraak trekken weinig publiciteit. Eigenlijk een ideale manier om hardnekkige meningsverschillen eens aan een onafhankelijke deskundige voor te leggen. Soms spreken partijen tevoren met elkaar af dat ze het voorstel van de commissie als bindend zullen beschouwen. Ze zien dan dus af van een eventueel vervolg bij de kantonrechter. Aandacht media Heel anders ligt dat bij zaken voor de Ondernemingskamer. Uitspraken van deze rechter halen altijd wel de vakbladen en vaak de landelijke media. De vuile was gaat naar buiten en dat vinden ook ondernemingsraden lang niet altijd prettig. Toch verzwakt zo’n raad zijn eigen positie bij adviesplichtige besluiten als de directie al weet dat de OR toch niet naar de rechter zal stappen. De directie is verplicht de uitvoering van een besluit dat afwijkt van het uitgebrachte OR-advies met één maand op te schorten. In die maand kan de OR overwegen al dan niet gebruik te maken van zijn beroepsrecht. Het is niet bekend hoeveel meningsverschillen worden opgelost doordat de raad de directie hieraan houdt. Wél is er vaak een veranderde opstelling van de directie zichtbaar zodra de raad vasthoudt aan dit uitstel. Er blijken opeens nieuwe openingen voor overleg als er een kans is dat de OR zich tot de rechter zal wenden. En ruim de helft van de zaken die alsnog aan de Ondernemingskamer worden voorgelegd, leiden niet tot een vonnis. Dat betekent dat tijdens die procedure partijen er toch nog met elkaar uit zijn gekomen.
Welke weg?
Waar naartoe?
Wanneer?
Algemene geschillenregeling WOR (art. 36 WOR )
Via bedrijfscommissie eventueel naar kantonrechter
Voor alle geschillen (behalve over adviesrecht) op basis van de WOR of de extra bevoegdheden uit cao en ondernemingsovereenkomst
Bijzondere geschillenregeling WOR (art. 26 WOR)
Ondernemingskamer van het hof te Amsterdam
Voor geschillen rond adviesplichtige besluiten
Kort geding
Rechtbank
Voor spoedeisende zaken
De Ondernemingskamer vraagt zich af of het door de OR aan de kaak gestelde besluit ‘kennelijk onredelijk’ is. Dat is iets anders dan het vaststellen of het, het beste of zelfs maar een redelijk besluit is. Als de directie zich niet aan de regels van de wet heeft gehouden of als duidelijk wordt dat hij bij zijn besluit geen rekening heeft gehouden met het uitgebrachte advies, kan de OR in het gelijk worden gesteld. Kantonrechter De kantonrechter heeft nog een bijzondere rol in die gevallen dat de ondernemingsraad een gevraagde instemming niet geeft. Met een beroep op de onredelijkheid van het OR-standpunt of het aanwezig zijn van zwaarwegende belangen van de ondernemer kan de kantonrechter dan een vervangende goedkeuring geven en daarmee de OR buitenspel zetten. Voor andere zaken let hij vooral op een goede toepassing van de WOR. Los van de organisatiecultuur en de persoonlijke opvattingen van met name de directie is de procedure voor de bedrijfscommissie eigenlijk heel laagdrempelig. De commissie zoekt naar een schikking, brengt doorgaans
Deskundige bijstand Het bewandelen van de weg van externe toetsing heeft ook vaak succes omdat de ondernemingsraad daarbij een advocaat in de arm neemt. De jurisprudentie rond de WOR is een specialistisch terrein, waarvan de huisadvocaat van de ondernemer doorgaans weinig kennis heeft. Het collegiale contact tussen beide advocaten zorgt er niet zelden voor dat al vóór de zitting het meningsverschil wordt opgelost. De directie draagt de kosten van deze bijstand mits hij er van tevoren van op de hoogte is gebracht en deze redelijkerwijs nodig zijn voor de taakuitoefening van de ondernemingsraad. Daar is in het geval van het starten van een procedure al snel sprake van. Al met al is het beroepsrecht van ondernemingsraden een krachtig instrument. Ook zonder dat de rechter er daadwerkelijk aan te pas hoeft te komen. Voorwaarde is wél dat de raad het instrument kent en bereid is om het - indien nodig - in te zetten. Het verschil tussen gelijk hebben en gelijk krijgen is dan al gauw niet meer zo groot. Bron:ORnet
9 9
Vraag maar raak aan Klaas de Jonge
Naam en leeftijd: Klaas de Jonge, 35 jaar Functie / dienstonderdeel: Medewerker centrale Meldpost IJsselmeer gebied Burgerlijke stand / kinderen: Getrouwd, 3 kinderen
VRAGEN Wat was je eerste (bij)baantje? Brugwachter in de kop van Overijssel Wat zou je willen doen als je dit werk niet deed? Dan zou ik wel electromonteur willen zijn. Wiens baan zou je absoluut niet willen? Die van een roosterplanner. Naast wie zou je in het vliegtuig willen zitten en wat zou je dan vragen? Onze DG, ik zou kennis uitwisselen en proberen het praktische van de theorie te scheiden.
“Ze weten alles van me, behalve mijn pincode.”
Op welke website kom je vaak? Sites die berichten over het weer. Wat is iets dat weinig mensen van je weten? Ze weten alles van me, behalve mijn pincode. Wat is het beste advies dat je ooit gekregen hebt? Je moet een andermans probleem nooit het jouwe laten worden. Met wie zou je een dagje willen ruilen? Met de minister van I en M. Naar welke muziek luister je in de auto? Nederpop. Wat is volgens jou het mooiste plekje op aarde? Het natuurgebied de Weerribben in Drenthe. Naar welke bestemming zou je heel graag af willen reizen? De Nederlandse Antillen.
10
Regels voor ambtenaren die social media gebruiken Over arbeidsrecht en social media is al het nodige geschreven, maar zijn er ook regels voor het gebruik van social media door ambtenaren? Jurisprudentie over dit onderwerp is er nog nauwelijks. Wel heeft het Ministerie van Algemene Zaken al op 30 juni 2010 de ‘uitgangspunten online communicatie rijksambtenaren’ gepubliceerd. In deze uitgangspunten zijn de wettelijke rechten en plichten van de rijksambtenaar verwoord ten aanzien van online communicatie. Uit de eerste hoofdregel volgt dat een ambtenaar een ambassadeur is van de organisatie en dat integriteit essentieel en vanzelfsprekend zou moeten zijn. Ook op internet dient een ambtenaar zich goed en integer te gedragen. De kernwaarden uit de modelgedragscode van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bieden daarvoor een houvast. Deze kernwaarden zijn onpartijdigheid, betrouwbaarheid, zorgvuldigheid, dienstbaarheid en respectvolle bejegening, professionaliteit en morele verantwoordelijkheid. In de tweede hoofdregel is vastgelegd dat de rechten en plichten van de ambtenaar ook van toepassing zijn als het om online-activiteiten gaat. De kern daarvan is artikel 7 Grondwet, het recht op vrijheid van meningsuiting. Daarnaast geldt uiteraard de eed of de gelofte die de ambtenaar moet afleggen en waarmee de ambtenaar belooft zich te gedragen als een goed ambtenaar betaamt. Het recht op vrijheid van meningsuiting wordt voor ambtenaren wel beperkt door het bepaalde in artikel 125a Ambtenarenwet: “De ambtenaar dient zich te onthouden van het openbaren van gedachten of gevoelens of van de uitoefening van het recht tot vereniging, tot vergadering en tot betoging, indien door de uitoefening van deze rechten de goede vervulling van zijn functie of de goede functionering van de openbare dienst, voor zover deze in verband staat met zijn functievervulling”. Dit heet de functioneringsnorm. Een van de stelregels is: Hoe dichter het onderwerp waarover de ambtenaar schrijft of spreekt bij het eigen beleidsterrein ligt, des te groter de maatschappelijke impact van diens uitlatingen kan zijn. Wanneer het terrein dichterbij ligt, kunnen de maatschappelijke gevolgen van de uitspraken groter zijn en kan de ambtenaar daarmee het eigen functioneren of dat van de openbare dienst raken. Een rijksambtenaar spreekt dan voor de minister, tenzij hij of zij duidelijk aangeeft op persoonlijke titel te spreken. De derde stelregel ziet op het onderscheid tussen een ambtenaar in zijn hoedanigheid van privépersoon en een ambtenaar in functie. Dit is soms lastig te onderscheiden. Is een ambtenaar uit hoofde van zijn functie online, dan valt hij onder de ministeriële verantwoordelijkheid. Als burger mag hij ook mee-discussiëren, maar dan doet hij dat op persoonlijke titel. Hoe dan ook, hij dient zich altijd als goed ambtenaar te gedragen; volgens het ARAR of de functioneringsnorm. De vierde hoofdregel is dat een ambtenaar zorgvuldig moet meedoen aan social media. Een ambtenaar moet zich goed voorbereiden en zijn online bijdragen documenteren. Ambtenaren worden erop gewezen dat sites als Hyves, LinkedIn en Facebook in principe prive zijn, maar kunnen uitstralen naar de ambtenaar in functie. Er mogen geen vertrouwelijke zaken of zaken die het departement kunnen schaden worden getwitterd. Dit ondervond de twitterende districtschef die had aangenomen dat twee doden in een woning door huiselijk geweld om het leven waren gekomen terwijl zij waren gestorven door een koolmonoxide-vergiftiging. Tweets over collega’s zijn ook verboden. Ten slotte mogen er geen feestjes of uitstapjes op YouTube worden geplaatst. De uitgangspunten worden afgesloten met de stelling dat meedoen voordelen biedt maar dat een ambtenaar zich ook bewust moet zijn van de risico’s. Dat meedoen wordt vervolgens niet bepaald gestimuleerd met de ‘tip’ dat niet voor iedere online activiteit vooraf toestemming hoeft te worden gevraagd, maar dat het raadzaam kan zijn advies te vragen aan de afdeling Communicatie. Bron: Blog Aantjes Arbeidsrecht Advocaten, 12-11-2012
11
Individuele Belangenbehartiging Integriteit en gedrag Van een medewerker van het ministerie van I&M wordt verwacht dat deze zich gedraagt zoals een goed ambtenaar betaamt. Deze algemeen geformuleerde regel wordt voor wat betreft integriteit nader ingevuld in de vorm van algemene spelregels, een gedragscode waaraan elke I&M’er zich minimaal dient te houden. Aangezien niet alles tot in detail in regels en/of procedures is te vatten, is het van belang dat in een voorkomend geval in de geest van de gedragscode wordt gehandeld. De genoemde gedragscode bestaat uit verschillende integriteitafspraken die van toepassing zijn op medewerkers van I&M. Er zijn prachtige documentengemaakt die tot doel hebben om een goede integriteit van de medewerkers te bewerkstelligen. Het is maar de vraag of al die mooie woorden en uitgangspunten tot uiting komen in het gedrag van de medewerkers, en nog belangrijker, begrijpen alle medewerkers al deze mooie woorden en zinnen wel? Ik heb de overtuiging dat er nog een lange weg te gaan is. Niet omdat de medewerkers integriteit niet zouden ondersteunen, maar omdat medewerkers de zienswijze en diepgang niet volledig ervaren en begrijpen. In de praktijk wordt integriteit, houding en gedrag door de leidinggevenden van I&M gehandhaafd. Deze handhaving is een goede zaak indien de randvoorwaarden door een ieder begrepen en toegepast worden. Daar zit een probleem. Er is een groot verschil tussen de theoretische wereld van integriteit en de praktische omgeving van de medewerkers. Daardoor vindt een persoonlijke en soms groepsinterpretatie plaats, die niet altijd aansluit bij de integriteitregels. Gevolg daarvan is dat die randvoorwaarden die gerelateerd zijn aan een “gedrag zoals een goed ambtenaar betaamt” -onbedoeld- worden overtreden. Let wel, deze overtreding vindt niet doelbewust plaats, maar is het gevolg van begripsverwarring en onkunde met de integriteitregels. Zoals eerder gezegd vindt handhaving van de regels plaats en dat is een prima zaak. Echter, enig begrip voor de omstandigheden is op zijn plaats. Er moet een mogelijkheid zijn om medewerkers in een vroegtijdig stadium te corrigeren en te ondersteunen om zo deugdelijke en breed gedragen integriteitafspraken te bewerkstelligen. Daar schort het naar mijn mening aan. Regelmatig worden overtredingen geconstateerd die niet in een vroegtijdig stadium worden besproken met de medewerkers maar direct tot een sanctie leiden. Dit sanctiemiddel wordt naar mijn mening toegepast op een wijze die door de betrokken medewerkers als buitenproportioneel wordt getypeerd. De algemene gedragsregels zijn omschreven in artikel 50 van het ARAR. De sancties worden als een disciplinaire straf uitgevoerd en zijn omschreven in artikel 81 van het ARAR. De sancties variëren van een schriftelijke berisping tot oneervol ontslag. De sanctiemogelijkheden die zijn toegewezen aan het bevoegd gezag zijn echter, in vergelijking met het civiel strafrecht, zeer zwaar. Financiële sancties in de vorm van een terugplaatsing in schaal en inhouding van (een deel) van het salaris komen jammer genoeg steeds vaker voor. Ik heb er begrip voor dat een ambtenaar voorbeeldgedrag dient te vertonen maar heb er geen begrip voor dat bij onbedoelde overtredingen dergelijk zware sancties worden opgelegd. Dergelijke overtreden zouden in het civiele recht aanzienlijk milder worden bestraft. Ik wil de medewerkers er dan ook op wijzen dat het zeer aan te bevelen is om in het minste of geringste geval van twijfel over integriteit en werkuitvoering dit te overleggen met de leidinggevende en samen af te spreken welke werkwijze gevoerd dient te worden. Het jaarlijkse RKW-gesprek is daartoe een bruikbaar middel , maar ook overig tussentijds overleg is hiervoor noodzakelijk.
Paul van Es
12
Interview ‘Ik vind dat wij het beste stelsel hebben’ Jac. Kragt namens Ambtenarencentrum in bestuur ABP
Jac. Kragt (45) maakt per 1 november 2012 deel uit van het bestuur van ABP (pensioenfonds voor overheid en onderwijs). Kragt is voorgedragen door het Ambtenarencentrum, de onafhankelijke centrale van overheidspersoneel waar ook de VPW bij is aangesloten. De voordracht van Kragt komt voort uit de wens om meer deskundigheid op het gebied van risicobeheer in te brengen in het bestuur. Gefeliciteerd met uw benoeming. Waar staat uw Jaguar geparkeerd? Ik heb geen Jaguar. Ik heb een Opel Corsa diesel, een heel zuinige auto. Goed voor de portemonnee en relatief goed voor het milieu! Was u lid van of werkzaam bij een bij het Ambtenarencentrum aangesloten vakbond? Nee, ik ben voorgedragen omdat men zocht naar een bepaald profiel. De nieuwe bestuursleden – ik ben niet de enige – komen met een bepaald deskundigheidsprofiel in het bestuur van ABP. Weliswaar hebben bestuurders van ABP dezelfde verantwoordelijkheid en hebben ze dus geen ‘functie’, maar het is wel zo dat ik in het bestuur gespitst zal zijn op risicomanagement. Het Ambtenarencentrum heeft, na een gesprek, mij gevraagd om mij te kandideren bij ABP, zonder dat ik dus een historie heb met de organisatie. Het is dus absoluut waar dat ik meer moet en wil leren over het Ambtenarencentrum. Ik wil uiteraard goed begrijpen hoe deze organisatie werkt.
Moet ABP meer in eigen land beleggen? ABP belegt voor 11% in Nederland. Dat is best veel als je kijkt wat Nederland voorstelt op wereldschaal. Men zegt vooral dat we in hypotheken zouden moeten beleggen. Ik vind dat hypotheken een goede belegging zijn voor een fonds, mits niet te veel. ABP heeft al 6 miljard euro belegd in Nederlandse hypotheken. Dus ik denk dat ABP al behoorlijk wat doet in Nederland. Onlangs was er kritiek op de kosten die ABP maakt in verhouding tot het belegd vermogen. Ik ben natuurlijk nu nog niet helemaal thuis in de cijfers van ABP, maar ik schat dat het zo’n 0,6 % van het beheerd vermogen is (deze schatting blijkt correct; ABP meldt een percentage van 0,64 %, red.). Een heel groot deel van die 0,6 % gaat op aan het beheer door anderen. Het gaat dan vooral om producten waar ABP wel in wil beleggen, maar die kostbaar zijn om in te beleggen. Bijvoorbeeld infrastructuur, vastgoed en private equity. Het beheer daarvan is kostbaarder dan bijvoorbeeld aandelen. Hoewel 0,6 % weinig lijkt, gaat het toch om flinke bedragen, dus dat is zeker één van de onderwerpen waar je op moet letten. Waarom is beleggen in private equity zo kostbaar? Private equity firma’s kopen bijvoorbeeld een bedrijf of nemen een belang in een bedrijf en proberen dat bedrijf efficiënter te maken. Daar gaat vaak veel tijd in zitten en de beloning voor de uitvoerders is doorgaans hoog. Het is dus een kostbare manier van beleggen. Maar niettemin levert het – ook na aftrek van die kosten – toch veel rendement op voor de deelnemers.
Wie is Jac. Kragt? Jac. Kragt is met ingang van 1 november 2012 toegetreden tot het bestuur van ABP. Kragt is zijn gehele carrière actief geweest binnen het werkveld van financiële instellingen. Recentelijk nam hij de functie van Chief Investment Officer bij PGGM waar. Daarvoor was hij als Chief Risk Officer verantwoordelijk voor Risk, Compliance en Control van vermogensbeheer van PGGM. Eerder vervulde Kragt verschillende functies in de kapitaalmarktactiviteiten van ABN Amro en Rabobank en was hij werknemersbestuurslid van het Pensioenfonds van de Rabobank. Ook beheerde hij de kredietportefeuilles van ABP. Op persoonlijke titel heeft hij de Parlementaire Onderzoekscommissie De Wit geadviseerd. Sinds maart 2012 is Jac. Kragt vertrokken bij PGGM en werkt hij aan de Universiteit van Tilburg aan de voorbereidingen voor een dissertatie op het gebied van financiële markten. Het bestuur van ABP kent sinds 1 nov 2012 de volgende samenstelling: Henk Brouwer, onafhankelijk voorzitter. Werknemersdelegatie: Xander den Uyl (vicevoorzitter), Willem Jelle Berg, René van de Kieft, Jac.Kragt, Cees Michielse en Ton Rolvink. Werkgeversdelegatie: Cees de Veer (vicevoorzitter), Mariëtte Doornekamp, Carel van Eykelenburg, Erik van Houwelingen, Bart Le Blanc, Joop van Lunteren.
Private equity heeft nogal een negatieve klank de laatste jaren. Mensen moeten daar niet te snel over oordelen, vind ik. ABP heeft er jarenlange ervaring mee en de bijdrage aan de beleggingsresultaten is tot dusver heel positief. Het heeft veel meer opgeleverd voor de deelnemers dan gewoon in aandelen beleggen. ABP heeft meer vermogen dan ooit. Ook over 2012 behaalt ABP waarschijnlijk weer een goed beleggingsresultaat. Toch moeten pensioenen gekort worden. Hoe kan dat? Dat heeft eigenlijk met twee dingen te maken. Ten eerste het feit dat mensen langer blijven leven en ten tweede dat de rente zo laag is. Doordat mensen langer blijven leven, is er onvoldoende gespaard voor hun pensioen. Daarnaast moeten pensioenfondsen,
13
doordat de rente zo laag is, nu al veel geld hebben voor de aanspraken die mensen gaan maken in de verre toekomst. Dus door die twee factoren – de toegenomen levensverwachting en de lage rente, die allebei niets te maken hebben met de beleggingsresultaten – wordt ABP toch zodanig hard geraakt, dat het in de huidige situatie terecht is gekomen. Maar ik snap heel goed dat het vreemd op mensen overkomt, dat pensioenen gekort moeten worden terwijl er zo veel vermogen is.
Deskundigheidseisen pensioenbestuurders Jac. Kragt is geen vertegenwoordiger ‘uit eigen kring’. Centrales van overheidspersoneel, zoals het Ambtenarencentrum, hebben tot 2011 vrijwel altijd een eigen vakbondsbestuurder voorgedragen als bestuurslid van het ABP. Dat is nog altijd mogelijk, maar de kandidaat moet wel aan hoge eisen voldoen. Op 29 december 2010 zijn in de Staatscourant de deskundigheidseisen vastgesteld voor bestuurders van financiële instellingen, zoals pensioenfondsen. Deze eisen zijn opgesteld om te voldoen aan een wettelijk voorschrift, te weten artikel 105, lid 3 van de Pensioenwet. Wie hierover meer wil weten, zie: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2010-20810.html.
Die beleggingsresultaten zijn misschien mooi, maar neemt ABP daarvoor niet teveel risico met ons pensioengeld? Je moet risico nemen, maar niet teveel. Als je in aandelen zit, of in vastgoed, kan het op korte termijn tegen zitten. Maar gemiddeld genomen haal je op lange termijn er een goed rendement mee. Dat moet je tegen elkaar af zetten.
volg daarvan is de klap voor mensen die al gepensioneerd zijn, niet zo groot. Dat maakt dat je – denk ik – een betere verdeling krijgt dan we op dit moment hebben. Omdat de jongeren veel meer tijd hebben om iets te doen aan hun financiële situatie dan ouderen, die al met pensioen zijn.
Kan ABP onderscheid maken tussen jonge deelnemers en ouderen? In die zin dat men bij het beleggen voor jongeren meer risico kan nemen, omdat – als het fout gaat – er nog genoeg tijd is om dat weer goed te maken? Ja, dat zit ook wel in het nieuwe pensioenakkoord. Wanneer het pensioenfonds in staat van onderdekking is, worden de maatregelen die nodig zijn om het fonds weer in de groene zone te krijgen, uitgesmeerd over de tijd. Als ge-
Maar wordt het probleem niet te veel bij de jonge werkenden neergelegd? Hun pensioen wordt óók gekort, net als dat van de ouderen. Daarnaast moeten zij meer premie betalen en langer doorwerken. Wat er voor hen overblijft is de vraag. Nee, dat mag niet gebeuren. Als de belangen van ouderen en jongeren niet evenwichtig worden behartigd, is de hele basis van het systeem weg. De belangen van jongeren staan absoluut ook op de agenda. We kijken naar beide kanten van de medaille! Na Griekenland komen mogelijk ook andere (Zuid-) Europese landen in grote problemen. Welk gevaar huist daarin voor ABP? Als het echt helemaal fout loopt, zal dat van alle kanten slecht zijn voor de financiële resultaten van ABP. Wanneer landen uit de EMU (Europese Monetaire Unie) treden, of wanneer de EMU zelfs zou ophouden te bestaan, dan zouden de financiële gevolgen enorm zijn. Daarom moeten we ervoor zorgen dat de ABP-portefeuille zo goed mogelijk is ingedekt als zich dat voordoet. Hoe doe je dat? Door heel alert te zijn en door de portefeuille minder gevoelig te maken voor dergelijke scenario’s. Door middel van mondiale spreiding? Spreiding is een heel belangrijke, niet alleen over aandelen en andere producten, maar ook over verschillende valuta. En er zijn verzekeringsportefeuilles, die niet bewegen met de aandelenmarkt. Ook kun je je indekken met producten die het goed doen als de beurs slecht is. Dat zijn de maatregelen die je vooraf kunt treffen. Tweede punt: als je in zo’n situatie terecht komt, dan is het te laat. Je moet dus vooraf duidelijk maken aan degenen die erover besluiten – de politici – hoe belangrijk het is voor ons en voor de stabiliteit van ons stelsel, dat dit soort scenario’s worden voorkomen. Dat moet glashelder zijn. Ik heb de indruk dat die boodschap wel overgekomen is bij de politici.
14
Niet bij allemaal denk ik. Niet bij allemaal, maar wel bij veel.
solidariteit en de collectiviteit. Dus moet je zorgen dat de keuzes die gemaakt worden, voor alle mensen helder zijn.
De verhouding tussen gepensioneerden en premiebetalers gaat veranderen. Is dat een probleem voor ABP? Die verhouding verschuift inderdaad. De instroom neemt af ten opzichte van de uitstroom, maar daar is het systeem op gebouwd. Er is gespaard voor mensen, ongeacht of er meer of minder instroom is. Of er genoeg geld is om pensioen te kunnen genieten, is niet afhankelijk van de instroom. In landen waar een omslagstelsel gehanteerd wordt, is dat wel zo. In zo’n systeem wordt gekeken hoeveel geld er benodigd is, en dan probeert men dat op te halen. In die landen lopen de pensioenen veel meer risico.
Als werknemer ben je meestal verplicht aangesloten bij een pensioenfonds. Zouden Nederlanders de vrijheid moeten hebben om te kiezen voor een ander pensioenfonds? Dan doorbreek je dus de solidariteit van een fonds! Als je dát wil, moet je het hele stelsel fundamenteel op de schop nemen. Ik vind dat met het pensioenakkoord zoals dat er nu ligt, de belangrijkste vraagstukken van het oude pensioenstelsel zijn aangepakt en ik wil graag zien hoe dat werkt. Als dat goed functioneert, gaan we daar gewoon mee verder.
Nederland heeft, na Denemarken, het beste pensioenstelsel ter wereld, zegt adviesbureau Mercer. We doen het kennelijk goed, maar wat doen de Denen beter? Ons stelsel is goed omdat we er al voor gespaard hebben. We hoeven dus niet de lasten te verhogen om goede pensioenen te kunnen uitkeren. Dat is zó belangrijk voor de werkgelegenheid! Als we dat niet hadden gedaan, hadden we later hogere kosten gehad en minder werkgelegenheid. Daardoor heeft Nederland een relatief sterke economie ten opzichte van andere landen. De Denen hebben ook veel gespaard, maar niet zo veel als wij. Ze hebben bovendien meer op het individu gespaard en minder collectief zoals in Nederland. Daardoor heb je niet de discussie tussen jongeren en ouderen. Doordat ze individueel gespaard hebben kan men zeggen: dat is mijn potje, daar moet iedereen vanaf blijven. Maar er is wel mínder gespaard. Ik vind dat wij het beste stelsel hebben. Maar het is ook belangrijk dat mensen voelen, dat hun belang in dat pensioenfonds goed is vertegenwoordigd. Aan de ene kant is het goed dat mensen – jongeren en ouderen – zijn gaan nadenken over de vraag of hun belang wel goed genoeg wordt behartigd. Maar tegelijkertijd moet je ervoor zorgen dat dat niet ten koste gaat van de
Medewerkers met een Substantieel Bezwarende Functie gaan met FLO (functioneel leeftijdsontslag), een aantal jaren voor hun pensioenleeftijd. Nu schuift de AOW-leeftijd op, waardoor er een AOW-gat ontstaat voor deze mensen en zij buiten hun schuld zonder inkomen komen te zitten. Wie gaat dit oplossen en hoe? Dat vind ik een moeilijke vraag, ik denk dat ABP wel verplicht is om over deze ontwikkelingen na te denken. Maar waar de oplossing ligt weet ik niet. Wat heeft ABP geleerd van de kredietcrisis? Dat het klaar moet zijn voor een onverwachte gebeurtenis. Dat is de belangrijkste les. De gevolgen van de kredietcrisis zijn zo omvangrijk, dat niemand meer kan denken: dat komt wel goed. Iedereen beseft wat een gigantische impact een kredietcrisis heeft op de beleggingsresultaten van het fonds.
Schema aanvang AOW-uitkering Op basis van de wet die na 1 januari 2013 gaat gelden U bent geboren:
U krijgt AOW in:
Uw leeftijd als uw AOW start is:
voor 1 januari 1948
2012 of eerder
65
na 31 december 1947 en voor 1 december 1948
2013
65 + 1 maand
na 30 november 1948 en voor 1 november 1949
2014
65 + 2 maanden
na 31 oktober 1949 en voor 1 oktober 1950
2015
65 + 3 maanden
na 30 september 1950 en voor 1 juli 1951
2016
65 + 6 maanden
na 30 juni 1951 en voor 1 april 1952
2017
65 + 9 maanden
na 31 maart 1952 en voor 1 januari 1953
2018
66
na 31 december 1952 en voor 1 september 1953
2019
66 + 4 maanden
na 31 augustus 1953 en voor 1 mei 1954
2020
66 + 8 maanden
na 30 april 1954 en voor 1 januari 1955
2021
67
15
VPW…. dat is uw organisatie !!! AANMELDINGSFORMULIER Naam
................................................................................................................m / v
Adres
........................................................................................................................
(bij gehuwde vrouwen graag de gehuwde naam en de meisjesnaam vermelden)
Postcode / woonplaats ......................................................................................................................... Geb. datum
..................................... Mobiel nummer:...........................................................
Tel. werk
......................................Tel. privé ....................................................................
E-mail adres (werk)
........................................................................................................................
E-mail adres (privé)
........................................................................................................................
Werkzaam bij
..................................... Salarisschaal................................................................
Functie
........................................................................................................................
Dienstonderdeel
..................................... Standplaats.................................................................
Personeelsnummer
........................................................................................................................
Aangemeld door
............................................................ (Naam VPW-lid die nieuwe lid geworven heeft)
Ondergetekende geeft zich m.i.v. ..................................................... voor tenminste één jaar op als lid van de VPW. Ondergetekende machtigt hierbij tot wederopzegging de VPW om de contributie te innen van zijn of haar bankrekeningnummer ............................................................................................................................ Datum ........................................................... Handtekening................................................................. Dit aanmeldingsformulier kunt u ongefrankeerd opsturen of per e-mail verzenden naar: VPW of
[email protected] Antwoordnummer 341 3800 VB AMERSFOORT
Aangesloten bij het Ambtenarencentrum
www.vpwnet.com