De waarde van plantaardige en dierlijke oliën en vetten voor de biobased economy
De waarde van plantaardige en dierlijke oliën en vetten voor de biobased economy
De waarde van plantaardige en dierlijke oliën en vetten voor de biobased economy In een biobased economy vormt biomassa de basis voor het produceren van hernieuwbare grondstoffen. Plantaardige en dierlijke oliën en vetten (oliën en vetten) bieden volop mogelijkheden als grondstof voor biobased producten. Met name in de sectoren waar nu vooral aardolieproducten worden gebruikt liggen hiervoor kansen. Oliën en vetten worden nu reeds gebruikt voor verzorgingsproducten, schoonmaakmiddelen, linoleum en biodiesel, maar bieden daarnaast volop mogelijkheden voor duurzame en innovatieve toepassingen. Met name in de sectoren waar nu vooral aardolieproducten worden gebruikt liggen hiervoor kansen. Deze brochure richt zich op innovatieve duurzame toepassingen zoals bioplastics. Kennisinstellingen en bedrijven werken in diverse projecten samen aan de ontwikkeling van nieuwe biobased plastics en aan het verbeteren van bestaande bioplastics. Productschap MVO daagt de chemie- en kunststofsector en haar afnemers uit om gezamenlijk nieuwe innovatieve toepassingen van oliën en vetten te zoeken.
De unieke eigenschappen van plantaardige en dierlijke oliën en vetten Oleochemicaliën, producten gemaakt van plantaardige en dierlijke vetten en oliën, hebben diverse unieke, wenselijke functionele eigenschappen, zoals een hoge temperatuurbestendigheid en resistentie tegen de inwerking van chemicaliën. Buiten hun functionele eigenschappen zijn deze producten ook duurzamer dan op aardolie gebaseerde alternatieven. Niet alleen omdat ze zijn gebaseerd op hernieuwbare grondstoffen, maar ook omdat ze vaak niet of minder toxisch of beter biologisch afbreekbaar zijn dan vergelijkbare producten op basis van petrochemische grondstoffen. Er zijn sterke aanwijzingen dat meer uitstoot van broeikasgassen wordt vermeden als biomassa wordt ingezet voor biobased chemicaliën of plastics, dan wanneer het wordt ingezet voor energietoepassingen. Voornaamste reden is de energie die benodigd is voor de productie van chemicaliën met functionele groepen (zoals O, N, P of S-groepen) uit petrochemische grondstoffen. Bij fossiele grondstoffen ontbreken deze groepen vaak en moeten daarom worden ingebouwd. Koolstofverbindingen uit biomassa bevatten die functionele groepen al van nature. Vergelijkbaar met de conversie van nafta in een paar “basis-” of “platformchemicaliën” worden plantaardige en dierlijke vetten
2 | MVO
en oliën eerst omgezet in een aantal basis-oleochemicaliën: vetzuren, vetzuurmethylesters, vetalcoholen, vetzuuramines en glycerol. Deze basisproducten, zoals weergegeven in Figuur 1, worden vervolgens omgezet naar een brede range van oleochemische producten voor een spectrum aan toepassingen. Het aantal koolstofatomen in een molecuul is bepalend voor de toepassing in het eindproduct. Ten opzichte van de relatief kleine suikermoleculen biedt de samenstelling en de relatief lange ketenlengte van de vetzuren van plantaardige en dierlijke vetten en oliën uitzicht op nieuwe specifieke toepassingen. Daarmee vormen ze een ideale grondstof voor de biobased economy. Kokos- en palmpitolie bevatten middellange ketens (C12, C14) die met name geschikt zijn voor oppervlakte-actieve stoffen die worden gebruikt voor reinigingsmiddelen en cosmetica. Koolzaad-, zonnebloem-, soja-, castor- en palmolie bevatten voornamelijk langketenige vetzuren (C16, C18) die, afhankelijk van het aantal koolstof-koolstof dubbele bindingen, met name geschikt zijn voor flexibele biopolymeren, verf en smeermiddelen en hydraulische oliën. In het bijzonder castorolie is een erg bruikbare grondstof voor veel toepassingen, omdat het voor meer dan 90% uit ricinolzuur (12-hydroxy-oliezuur) bestaat, een speciaal vetzuur dat zich goed leent voor de productie van bouwstenen voor polyesters en polyamides.
De biobased economy De transitie naar een biobased economy gaat over de overgang van een economie die draait op fossiele grondstoffen naar een economie die draait op biomassa. In een biobased economy ligt de focus op het gebruik van biomassa, dat wil zeggen hernieuwbare grondstoffen voor niet-voedsel toepassingen, van geneesmiddelen en verzorgingsproducten tot verf, smeermiddelen, chemicaliën, linoleum, biodiesel en plastics. De natuurlijke componenten in dit soort producten worden verkregen door bioraffinage: de duurzame verwerking van biomassa tot een spectrum van functionele componenten.
Figuur 9
Waardepiramide chemicaliën op basis van MVO-grondstoffen Hoge waarde per ton product Parmaceutische producten en cosmetica € > 20.000 per ton Voedsel
Bioplastics en functionele polymeren
Het potentieel van de Europese biobased economy wordt geschat op € 450 miljard. Producten op basis van plantaardige en dierlijke vetten en oliën kunnen hieraan een belangrijke bijdrage leveren. Uit oliën en vetten zijn unieke stoffen en producten te maken die niet uit of complementair aan suiker of zetmeel gemaakt kunnen worden. Oliën en vetten zijn daarmee een bron van hernieuwbare grondstoffen voor verschillende industrieën, die bijdragen aan verduurzaming van onze economie.
Functionele chemicaliën
vanaf € 20 per ton
Diervoeder
Brandstof
Lage waarde per ton product
Vanwege de speciale molecuulstructuur van oliën en vetten, met lange koolstofketens en dubbele bindingen, zijn deze ook een goede basis voor de lange moleculen van biopolymeren. Plastics van biopolymeren uit oliën en vetten zijn buigzamer, waterafstotend en bestand tegen mechanische krachten, de inwerking van agressieve chemicaliën en hoge temperaturen. In polymeertoepassingen worden derivaten van oliën en vetten, zoals epoxides, polyolen en dimerisatieproducten toegepast als kunststofadditieven, componenten voor glasvezelversterkte composieten en polymeren zoals polyamiden en polyurethaan.
Oliën en vetten en vele daarvan afgeleide producten zijn biologisch afbreekbaar, wat nuttig is bij bepaalde toepassingen in verband met milieurisico’s en arbeidsvoorwaarden. Een bijkomend voordeel is dat biopolymeren met dezelfde installaties worden verwerkt als conventionele, op minerale olie gebaseerde kunststoffen. Ze zijn geschikt voor spuitgieten, blaasgieten, extrusie, vacuümvormen en rotatiegieten. Een belangrijk voordeel bij toepassing van plantaardige en dierlijke oliën en vetten is de mogelijkheid om gebruik te maken
Figuur 1.Conversieroutes oliën & vetten grondstoffen
‘basic’ oleochemicaliën
derivaten Polyglycerol epichlorohydrine
Glycerol
Geëpoxideerde olie
toepassingen Harsen en polymeren
Wassen en kaarsen
Gehydrogeneerde olie Coatings, verven en inkten
Geraffineerde glyceriden
Esters Zepen
oliën & vetten
Directe toepassingen Vetzuren
Plasticadditieven
Smeermiddelen, oplosmiddelen
Polymeerzuren Cosmetica en voedseladditieven
Vette amines
Methylesters
Vette amines Vetalcoholen
Biobrandstoffen
Oppervlakte actieve stoffen en reinigingsmiddelen
MVO | 3
De waarde van plantaardige en dierlijke oliën en vetten voor de biobased economy
van milde processing bij lage temperatuur en druk. Momenteel wordt druk gewerkt aan zogenaamde ‘impact modifiers’ voor starre en brosse, op suikers gebaseerde kunststoffen. Een goed voorbeeld hiervan is PLA, dat in zijn pure vorm vrij bros is Castor en daardoor moeilijk tot een niet-knisperende verpakkingsfolie is om te zetten. Door PLA te mengen met additieven gemaakt van vetzuren wordt het mogelijk om dunne verpakkingsfolie te maken die niet kraakt of breekt. Om dezelfde redenen is Calendula dit nieuwe product geschikt voor toepassingen zoals laptops of autobumpers. Slagvaste en hittebestendige biopolymeren voor auto-onderdelen leiden tot minder gewicht ten opzichte van metalen onderdelen, en daarmee tot minder CO2-emissie Figuur 1.Conversieroutes oliën & vetten en lagere brandstofkosten. Een voor de toekomst belangrijke kans is de mogelijkheid om biotechnologische conversie in te Soja grondstoffen ‘basic’ oleochemicaliën derivaten zetten om oleochemische bouwstenen te maken. Biotechnologie maakt het namelijk mogelijk producten te maken die via Polyglycerol epichlorohydrine chemische weg niet makkelijk uit aardolieproducten te maken Glycerol Geëpoxideerde olie zijn. Enzymen en micro-organismen zetten oliën en vetten om in producten met nieuwe unieke bruikbare eigenschappen.Gehydrogeneerde Een Slachtbijproducten olie bijkomend voordeel is dat enzymatische omzettingen bij lage Esters druk en temperatuur Geraffineerde vaak minder energie nodig hebben dan glyceriden thermo-chemische omzettingen.
Transport
toepassingen Harsen en polymeren
Wassen en kaarsen
Coatings, verven en inkten
Plasticadditieven
Zepen
oliën & vetten
Directe toepassingen
Smeermiddelen, oplosmiddelen
Polymeerzuren De plantaardige en dierlijke vettensector als partner in de biobased economy Vetzuren
Cosmetica en voedseladditieven
Plantaardige en dierlijke vetten worden al vele jaren (zie Figuur 2) gebruikt om chemicaliën, bouwstoffen en constructie Vette amines materialen te produceren die inmiddels onmisbaar zijn voor sectoren verderop in de keten, zoals de verpakkingmaterialen Biobrandstoffen industrie, de automobielindustrie en de bouw. In de petrochemie daarentegen vormen plastics de belangrijkste productgroep. Vette amines Methylesters Voor plantaardige oliën en vetten is dit de belangrijkste groeimarkt. Europa produceerde in 2010 circa 57 miljoen ton plastics, Oppervlakte actieve stoffen en reinigingsmiddelen Vetalcoholen ongeveer 21,5% van de wereldproductie. De Benelux is binnen Europa de op een na grootste producent van plastics, goed voor 16,3% van de Europese productie. De Europese marktvraag naar kunststoffen door verwerkers, zoals de verpakkings- en automobielindustrie en de bouw was in 2010 46,4 miljoen ton. Verpakkingen en constructiematerialen vormen bijna 70% van de vraag naar plastic (zie Figuur 3).
Figuur 2 Oleochemie: toepassingen van oliën en vetten
Toepassingen van vetzuren in de VS Overig 17%
Personal care 24%
Papier 3% Rubber 3% Voedingsadditieven 4% Smeermiddelen 11%
Emulsiepolymeren 4% Wasverzachters 7% Coatings & lijmen 7% Schoonmaakmiddelen 10%
Verpakkingen
39,0%
Bouw & constructie
30,4%
Automobielindustrie
7,4%
Elektrische apparaten en elektronica
6,5%
Overige
27,2%
PE-LD PE-HD PE-LLD Plastics 10%
Bron: Oleochemicals as a Feedstock for the Biorefinery: High Value Products from Fats and Oils , Joe Bozell, NREL 2004
4 | MVO
Figuur 3 Europese vraag naar plastic per toepassing (totale vraag 2010: 46,6 miljoen ton)
PP
PS
EPS
PVC
ABS PMMA SAN
PA
PET
Other PUR Thermoplastics
Bron: PlasticsEurope Market Research Group PE-LD, Low Density Polyethylene, PE-LLD, Linear Low Density Polyethylene, PP, Polypropylene, PS Polystyrene, PVC Polyvinyl Chloride, PMMA Polymethylmethacrylate, PA Polyacrylate, PET Polyethylene Terephthalate, PUR Polyurethene, EPS Expanded Polystyrene, ABS (Acrylonitrile Butadiene Styrene), PE- LDLow Density Polyethylene, PE-LLD Linear, Low Density Polyethylene, PE-HD High Density Polyethylene, SAN Styrene-acrylonitrile
Schoonmaakmiddelen
Frituurvet Margarine
Olie
Cosmetica en shampoo
Plastic
Verf
Grondstoffen worden verwerkt tot olie en meel.
Olie/vet
Meel
Olie en meel ondergaan een serie chemische bewerkingen en dienen vervolgens als grondstof voor andere producten.
Coatings
Schuim en isolatie
Auto-onderdelen
Biodiesel Na scheiding van olie en meel wordt eiwitrijk meel gebruikt als diervoeder.
Smeermiddelen
Concrete product/marktcombinaties Industriële producten en auto-onderdelen uit polyamide (nylon) Oliën en vetten zijn door hun ketenlengte uitermate geschikt voor de productie van diverse soorten plastic, zoals diverse polyamiden (‘nylons’). Er bestaan meerdere soorten nylon met elk specifieke eigenschappen. Voor bepaalde veeleisende toepassingen worden derivaten van castorolie als bouwsteen in nylons gebruikt. Het aandeel castorolie in het eindproduct is afhankelijk van de gewenste nylonsoort en kan oplopen tot 100%. DSM maakt bijvoorbeeld Nylon-4,10, waarin de ‘10’ staat voor sebacinezuur, een belangrijke bouwsteen uit castorolie. BASF en Evonik maken Nylon-6,10. Evonik maakt bovendien Nylon10,10, waarin beide bouwstenen van het materiaal afkomstig zijn van castorolie. Arkema maakt Nylon-11 op basis van 10-undeceenzuur, de tweede belangrijke bouwsteen uit castorolie. Kenmerkend voor deze bioplastics is dat ze bestand zijn tegen
vervorming, zeer hoge temperaturen en de inwerking van zuren. Daardoor kunnen ze worden ingezet in extreme omstandigheden in de industrie en voor auto-onderdelen die worden blootgesteld aan zoutoplossingen, koelvloeistof, olie en hoge temperaturen. Een voorbeeld hiervan is de carterpan, die de hete motorolie bevat. Bovendien is dit materiaal beter bestand tegen opspattende stenen en zout in de winter en lichter dan het conventioneel gebruikte aluminium. Vanwege de lage concentratie amidegroepen neemt Nylon11 weinig vocht en andere polaire vloeistoffen zoals alcohol, zuren en esters op. Het is geschikt voor materialen die worden toegepast in de offshore industrie, zoals flexibele pijpen. Omdat het soortelijke gewicht van deze kunststof een factor 3 tot 6 lager is dan dat van metalen is het ook geschikt voor lucht- en ruimtevaarttoepassingen.
MVO | 5
De waarde van plantaardige en dierlijke oliën en vetten voor de biobased economy
Transformatorolie, smeermiddelen en ontkistingsolie uit bewerkte plantaardige olie Coatings, lijmen en harsen uit gedimeriseerde vetzuren Het bedrijf Croda maakt sinds enkele jaren gedimeriseerde vetzuren. Dimeer vetzuur diamine (DDA) is een nieuwe bouwsteen voor toepassingen in polymeren als polyamides, polyimides, of als harder voor epoxyharsen of polyurea. Dergelijke stoffen worden bijvoorbeeld gebruikt bij de productie van verf voor schepen, lijmen en harsen. Het dimeer diamine is laag visceus (geschikt voor laag-oplosmiddelhoudende systemen) en geeft uitstekende flexibiliteit en chemische resistentie aan deze polymeren.
Matrassen, isolatie, kleding en sportartikelen uit di-functionele alcoholen Di-functionele alcoholen, afgeleid van vetzuren, vormen een hernieuwbare grondstof voor polyurethaan dat wordt gebruikt voor matrassen, schoenzolen in sportschoenen, isolatiemateriaal, constructiematerialen en diverse andere toepassingen, waaronder lijm, impregneermiddelen en het gieten van objecten van kunststof. Deze polyester polyolen zijn uitermate oxidatief en hydrolysestabiel en bieden uitstekende waterafstotendheid en flexibiliteit, ook bij lage temperaturen.
Speciaal geselecteerde en bewerkte plantaardige olie wordt door Cargill gebruikt als grondstof voor transformatorolie. Door het hoge vlampunt, de temperatuur waarbij de olie spontaan ontbrandt, is het risico op brand aanzienlijk lager dan bij gebruik van minerale olie. En mocht zich om wat voor reden dan ook lekkage voordoen, dan is plantaardige olie biologisch afbreekbaar. Dit laatste is met name een voordeel in natuurgebieden en ook op plaatsen waar waterwinning plaatsvindt.
Een ander voorbeeld van een biobased product met milieuvoordelen zijn biosmeermiddelen, die verontreiniging van bodem en grond- en oppervlaktewater voorkomen. Biosmeermiddelen en hydraulische olie zijn met name bruikbaar bij het gebruik van grondverzetmachines, tractoren, bosbouw- en baggermachines, kettingzagen en andere machines die op plaatsen worden toegepast waar verontreiniging kan leiden tot milieuschade. Hydraulische olie wordt toegepast in bewegende mechanische delen van waterbouwkundige objecten, zoals cylinders in bruggen en sluizen. Er zijn speciale versies ontwikkeld die vloeibaar blijven, ook bij lage temperaturen (<-20°C) en tevens zeer oxidatief stabiel zijn, dus een lange levensduur garanderen. Meer informatie over deze producten is te vinden op www.biosmeermiddelen.nl Traditionele ontkistingsoliën die worden gebruikt om de bekisting rond betonconstructies na het storten makkelijk te kunnen verwijderen, bevatten minerale oliën. Vanwege de toxiciteit vormt het gebruik van deze middelen een probleem voor de arbeidsomstandigheden en kan het bij overvloedig gebruik bijdragen aan bodem- en grondwatervervuiling. Ontkistingsoliën op basis van oliën en vetten zijn niet-toxisch en biologisch afbreekbaar.
Weekmakers uit reactieproduct van suikers en vetten Diesters van isosorbide op basis van alkaanzuren (uit oliën en vetten) en suikers kunnen worden gebruikt als weekmaker. Deze alternatieve weekmakers zijn een zeer veelbelovend alternatief voor bepaalde hormoonverstorende ftalaatweek makers die onder andere werden toegepast in speelgoed.
6 | MVO
Onderzoek en innovatie Om de ontwikkelingen van nieuwe producten te stimuleren is het programma Biobased Performance Materials (BPM) in het leven geroepen. In diverse projecten werken kennisinstellingen en bedrijven samen aan nieuwe biobased plastics en aan toepassingsgericht onderzoek om de eigenschappen van bestaande bioplastics te verbeteren. Het is juist de samenwerking tussen de ketenpartners die elkaar tot voor kort niet eens kenden, die deze projecten uniek en succesvol maakt. Alleen op die manier ontstaat wederzijds begrip over de eisen aan grondstof en product.
vetzuurderivaten die tijdens verwerking in PLA rubberachtige deeltjes vormen. De deeltjes in het PLA moeten werken als een soort autoband; ze absorberen de klap. Impactmetingen moeten nog de precieze slagvastheid laten zien. Het plastic moet nog kristallijn blijven, voor behoud van de hittebestendigheid. PLA is nu tot 60-70°C vormvast. Als het warmer wordt, vervormt het. Het dashboard van een auto bijvoorbeeld moet ook onder zomerse temperaturen zijn vorm behouden. Maar ook voor de behuizing van laptops en telefoons zijn dergelijke materialen geschikt.
Biocres-project
Eiwitten als grondstof
In het Biocres-project zoeken bedrijven en onderzoekers naar een polyesterhars en het bijbehorende oplosmiddel uit hernieuwbare grondstoffen om composiethars van te maken. Composiethars wordt onder meer toegepast in windmolens, auto’s, treinneuzen, surfplanken, kano’s en zeiljachten. Styreen is een essentieel ingrediënt om de taaie hars te verdunnen, waarbij het reageert met de hars tot een harde kunststof. Bij de verwerking van styreen ontstaan echter styreendampen die schadelijk zijn voor de gezondheid. Naast de afhankelijkheid van aardolie dus nog een reden om naar een alternatief te zoeken. Eén van de opties die worden onderzocht is om reactieve vetzuurderivaten in te zetten als alternatief voor styreen.
Niet alleen olie, maar ook bepaalde eiwitten en aminozuren kunnen als grondstof dienen voor materialen. Oliezadenmeel en diermeel bevat stoffen die, eenmaal geïsoleerd en gezuiverd door middel van bioraffinage, zowel voor de voedselketen als daarbuiten toepassing kunnen vinden. Zo bevat het meel bioactieve eiwitten, biociden, pesticiden en antioxidanten. Deze vorm van bioraffinage vergt echter nog behoorlijk wat onderzoek naar de juiste extractiemethoden. Het ontbreken van een eenvoudige en goedkope extractiemethode van wateroplosbare stoffen, waarbij met name ook de andere waardevolle componenten in de juiste vorm beschikbaar komen, vormt een grote barrière voor grootschalige productie. Maar het slechten van die barrière opent wel de toegang tot nieuwe afnemers. Hiermee kunnen markten voor aminozuren zoals threonine, lysine en methionine worden bediend met volumes uiteenlopend van enkele tienduizenden tot meer dan een miljoen ton per jaar.
Mobiosol-project In het Mobiosol-project werken onderzoekers en bedrijven aan het gebruik van nieuwe monomeren voor polymeren voor technische plastics en coatings uit plantaardige oliën en suikers. Afhankelijk van hoe en in welke verhoudingen de bouwstenen worden gemengd, ontstaan materialen met verschillende eigenschappen. Aan de ene kant wordt gezocht naar sterke polymeren die tegen hoge temperaturen kunnen voor technische plastics die worden gebruikt voor bijvoorbeeld bouwmaterialen, elektronica en auto-onderdelen. Deze producten verkrijgen hun vorm bij hoge temperaturen. Aan de andere kant zoekt men naar polymeren voor coatings die goed samengaan met kleurstoffen, en zich goed gedragen in bijvoorbeeld water of bij lage temperaturen smelten.
HIPLA-project In het HIPLA-project proberen onderzoekers polymelkzuur (PLA) taaier te maken, zodat het hardere klappen kan opvangen en voor meer toepassingen geschikt is. Men kijkt hiervoor naar
Nieuwe grondstofbronnen Om te voorzien in de groeiende vraag naar oliën en vetten doen tal van bedrijven uit de MVO-keten een beroep op biotechnologiebedrijven. Zo werken Unilever en Bunge samen met Solazyme om met behulp van micro-organismen suikers om te zetten in oliën en vetten. Neste Oil, producent van hernieuwbare diesel en vliegtuigbrandstof, zoekt naar mogelijkheden om met de hulp van gisten en schimmels organisch afval om te zetten in oliën en vetten voor energietoepassingen. Momenteel wordt ook gewerkt aan de veredeling van nieuwe oliezaadgewassen die de gewenste vetzuren bevatten. Goudsbloemvariëteiten (Calendula) zijn interessant vanwege de aanwezigheid van geconjugeerd vetzuur (C18:3) met hoge chemische functionaliteit en reactiviteit. Bovendien wordt gewerkt aan soja- en raapzaadvariëteiten met een hoog oliezuurgehalte. Veredelaars werken aan Crambe-variëteiten die het vetzuur erucazuur (C22:1) bevatten dat geschikt is voor de productie van bouwstenen voor Nylon 13.
MVO | 7
De waarde van plantaardige en dierlijke oliën en vetten voor de biobased economy
Oproep tot samenwerking Het Productschap MVO ziet Nederland als dé locatie om te werken aan de biobased economy op basis van oliën en vetten vanwege de gouden driehoek: de aanwezigheid van een sterke oliën, vetten en oliezadenverwerkende agroindustrie, in combinatie met een sterke chemische sector en gerenommeerde kennisinstellingen. Het is de rol van de overheid om ketenpartners aan te spreken op hun verantwoordelijkheid in de transitie naar een duurzame wereld. De focus moet daarbij liggen op de gebruikers van halffabrikaten van de chemie en kunststofindustrie. Bovendien kan de overheid de transitie versnellen door te investeren in de ontwikkeling van basiskennis over oleochemicaliën en milde procestechnologie. Met die basiskennis kan het bedrijfsleven vervolgens nieuwe innovatieve producten op de markt brengen die geproduceerd worden met innovatieve broeikasgasarme technologie. Het productschap MVO is van mening dat de overheid de biobased economy kan stimuleren door meer nog dan tot nu toe het geval is op te treden als launching customer, door bij inkoopbeslissingen voorrang te geven aan duurzame biobased producten. Bovendien kunnen uitvoerende overheidsdiensten participeren in praktijktesten. Via dergelijke praktijktesten kan de producent de waarde van innovatieve biobased producten bewijzen en na marktintroductie verder ontwikkelen, verbeteren en nog beter afstemmen op verschillende specifieke gebruiksomstandigheden. Recent onderzoek, uitgevoerd door Wageningen Universiteit en Researchcentrum, laat zien wat er nu en in de toekomst mogelijk is met oliën, vetten en eiwitten. Op basis van deze studies daagt het productschap MVO de chemie- en kunststofsector en hun afnemers uit om samen te zoeken naar nieuwe innovatieve toepassingen van plantaardige en dierlijke vetten en oliën en eiwitten.
Meer weten? Neem voor meer informatie contact op met het Productschap MVO, Frank Bergmans,
[email protected] of 070-3195150.
Ontdek de mogelijkheden voor uw bedrijf Een biobased economy kan niet zonder plantaardige en dierlijke oliën en vetten als grondstof. De basis is er. Een wereld aan mogelijkheden wacht op ontdekking. Ook voor uw bedrijf biedt de oleochemie een boeiend perspectief. Wat u ook wilt: sterker, lichter, elastischer, waterafstotender, slijtvaster, chemisch bestendiger. M aterialen op basis van oliën en vetten bieden dé oplossing. Stap in de wereld die oliën en vetten heet en innoveer!
Productschap Margarine, Vetten en Oliën Postbus 3095 | 2280 GB Rijswijk | Nederland Tel: +31 (0)70 319 51 95 email
[email protected] | www.mvo.nl 8 | MVO