De kracht van samenwerken
Handleiding borduurprojecten
x x x x x x x x
x x x x x x x x
x x x x x x x x x x x x
x x x x x x x x x x x x
x x x x x x x x x x x x
x x x x x x x x x x x x
x x x x x x x x x x x x
x x x x x x x x x x x x
Colofon
x x x x x x x x x x x x
x x x x x x x x x x x x
© 2004 Stichting Kunst en Welzijn
x x x x x x x x x x x x
x x x x x x x x x x x x
x x x x x x x x x x x x
Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op enige andere wijze zonder voorafgaande schriftelijk toestemming.
Tekst: Tonny van Sommeren Redactie: Marlene Vreeke, Nathalie van der Hak Vormgeving: Conni Barczewski Foto’s: Hannah Anthonysz, Tonny van Sommeren
Deze publicatie werd mede mogelijk gemaakt door:
Gemeente Delft, Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid/Directie Coördinatie Emancipatiebeleid, Stedelijk Museum Het Prinsenhof, Fonds 1818.
Deze publicatie is op CD-rom te bestellen bij:
Stichting Kunst en Welzijn Schubertplein 13 2651 VH Berkel-Rodenrijs T: 010-5111323 F: 010-5111325 E:
[email protected]
INHOUD VOORWOORD INLEIDING 1 MOTIVATIE 1.1 De Kracht van Samenwerking 1.2 Kunstenaarsvisie 1.3 Communicatie & sociaal-culturele effecten 1.4 Emancipatie
04 06 08 08 08 09 11
2 DOELSTELLINGEN
12
3 DOELGROEP
14 14 14 15
3.1 Deelnemers 3.2 Begeleidsters 3.3 Inzet scholen en stageplaatsen
4 DE CONCRETE ACTIVITEITEN
16
5 WERKWIJZE
20 20 20 20 20 21 21 22 23 24 24 24 25
5.1 Financiering 5.2 Tijdschema 5.3 Locaties 5.4 Het team 5.5 Werving 5.5.1 Deelnemers 5.5.2 Begeleidsters 5.6 De Bijeenkomsten 5.7 Presentaties 5.7.1 Tussenpresentatie 5.7.2 Presentatie 5.7.3 Reizen en beheer eindproduct
6 VERSLAGLEGGING
26
Checklist Bijlagen 1. Voorbeeld begroting met dekkingsplan 2. Projectplan De Jurk van Delft 3. Voorbeeld afspraak met locatie 4. Verslag begeleidstertrainingen 5. Handwerken voor de leek 6. Voorbeeld wervingsfolders 7.a Voorbeeld nieuwsbrief 7.b Voorbeeld persbericht
27 28 28 29 30 37 47 50 51 53
VOORWOORD VOORWOORD
x x x x
/
04
In deze tijd van verharding, haast en individualisering leven veel mensen langs elkaar heen. De drempel om contact te maken is groot, er is vaak geen aanleiding, maar de behoefte om elkaar te leren kennen is onmiskenbaar aanwezig. Bovendien willen vrouwen zich ontwikkelen en deels zelf activiteiten organiseren, begeleiden en uitvoeren. Daarom deze projecten, waarbij vrouwen de handen ineenslaan en gezamenlijk rond de tafel gaan zitten om een uniek kunstwerk te maken. ‘In 1999 ontstond het idee om iets te doen met het gegeven van de Turkse en Marokkaanse vrouwen die bij mij in de buurt, op bankjes op het plein, op de stoep voor hun huis aan het haken waren, elke dag, met veel geduld en toewijding, met elkaar. Deze stille cultuur (wat af is, is immers nooit buitenshuis te zien) intrigeerde mij. Zo ontstond een project, waarbij ik wilde proberen deze vrouwen ertoe te brengen hun kunde aan de buitenwereld en aan elkaar te laten zien, door een wandkleed te maken met elkaar, ieder met haar eigen inbreng, zij met
VOORWOORD
/
05
x x x x x x x x x x x x x x x x x x hun borduur en handwerk, ik als buitenstaander, als kunstenaar die het geheel registreerde en de weg naar buiten toe vorm gaf. Maar ik wilde meer, ik wilde ook Nederlandse vrouwen erin betrekken, een zo divers mogelijke groep rond de tafel krijgen, het project zou van alle vrouwen worden, ongeacht hun afkomst. Zo ontstond project Bruidsschat, een onderzoek naar communicatie tussen de verschillende culturen (in het bijzonder de vrouwenculturen) die Rotterdam rijk is. Als uitgangspunt is gekozen voor 'beeldtaal' van borduren. Eerst als pilotproject in een klein (Marokkaans) vrouwencentrum in mijn eigen buurt, dat al snel uitgroeide tot een grootstedelijk project in 2001, in Rotterdam, destijds Culturele hoofdstad. Vele projecten volgden. Vele malen ook werd ik gebeld door vrouwen, instellingen die zelf ook zoiets wilden starten. Soms in de buurt, soms uit andere delen van het land. Maar ja, iets willen starten en er daadwerkelijk toe overgaan, daar zit een vaak lange weg tussen. Het was onhandig om steeds weer hetzelfde advies te geven, steeds weer dezelfde vragen te beantwoorden, dat kon anders. Daarom deze methodiek, een handleiding om borduurprojecten op te zetten, van begin tot eind, vooral praktisch opgezet, met alles waar je tegenaan kan lopen, met alle ontdekkingen die in de loop van de afgelopen 5 jaar gemaakt zijn. En dan nog is elk nieuw op te zetten project uniek, zijn er altijd onverwachte wendingen en omstandigheden waardoor het altijd maatwerk zal zijn. Dat maakt al deze borduurprojecten zo bijzonder.’ Tonny van Sommeren, september 2004
x x x
INLEIDING INLEIDING
x x x x x
x x x x x
x x x x x
/
06
Steeds meer kunstenaars kiezen ervoor om -in samenwerking met gemeentes, woningbouwverenigingen, bewonersorganisaties en andere lokale instellingenhun kunst niet te reduceren tot een eenmalige ingreep of presentatie, maar zich duurzaam en voor een langere periode te verankeren in een straat, buurt of wijk. Door op te gaan in het stedelijk weefsel, door zelf onderdeel te worden van een stedelijke gemeenschap, door zich te engageren met specifieke vragen, eisen en problemen, is hun kunstpraktijk een onlosmakelijk bestanddeel geworden van de revitalisering van een straat, buurt of wijk. Vragen die te maken hebben met emancipatie, de kwaliteit van de woonomgeving, met integratie, veiligheid en openbare orde worden door deze kunstenaars niet uit de weg gegaan, maar vormen voor hen juist een uitdaging om kunst en cultuur van draagvlak en perspectief te voorzien. Tijdens het project de Jurk van Delft en in voorgaande projecten als Delftse Kleden en Bruidsschat werden op een succesvolle manier vrouwen van vele nationaliteiten bij elkaar gebracht om door middel van de taal van de handen met elkaar kennis te maken. Deze laagdrempelige ontmoetingen door middel van het gezamenlijk werken aan een wandkleed blijken in de praktijk een duidelijke stimulans te geven aan de sociale cohesie binnen een wijk, aan de emancipatie van de deelneemsters en aan integratie.
Delftse Kleden Vanaf september 2002 zijn vrouwen met 28 verschillende nationaliteiten, achtergronden en leeftijden bij elkaar gekomen om te borduren aan vier kleden met als thema ‘water’, ‘lucht’, ‘aarde’ en ’vuur’. Doel van dit project was het met elkaar in contact brengen van vrouwen uit de wijken Voorhof en Buitenhof die in dezelfde stad wonen maar die normaal gesproken om welke reden dan ook niet bij elkaar om de koffietafel zitten. Onder begeleiding van kunstenaar Tonny van Sommeren blijkt de universele taal van het handwerk een aanknopingspunt om contact te maken; juist daar waar taal en cultuur een barrière kunnen vormen. De lapjes van de 310 deelnemende vrouwen zijn bijeengevoegd tot een
INLEIDING / | 07
x x x indrukwekkend vierluik, meer dan 15 m2 groot. Twintig weken is er gewerkt aan de voltooiing van de veelkleurige kunstwerken, die inmiddels zijn opgenomen in de collectie van Museum Het Prinsenhof. Wekelijks kwamen de vrouwen bij elkaar om ideeën op te doen, patronen uit te wisselen, te praten over uiteenlopende onderwerpen, of gewoon een kop koffie met elkaar te drinken en natuurlijk om te borduren! Dit was zo’n overweldigend succes dat er vraag naar een vervolgproject was.
De Jurk van Delft ‘Waar kom ik vandaan, wie ben ik en wat is mijn toekomstdroom?’ Deze drie grote levensvragen staan centraal in het project De jurk van Delft. De elementen werden vertaald in een beeld, waarbij de persoonlijke inbreng van de deelneemsters voorop stond, het is een immens wandkleed geworden in de vorm van een jurk waarop allerlei individuele uitingen van handwerk zijn gemonteerd. Het eindproduct is een kleurrijke jurk voor een maatschappelijk lichaam. Tonny van Sommeren heeft het concept ontwikkeld voor dit project, Christina Linaris Coridou is verantwoordelijk voor het ontwerp en de vormgeving van het wandkleed. Vanaf 6 januari 2004 kwamen 150 vrouwen uit verschillende culturen wekelijks gedurende 10 weken in
buurthuizen bij elkaar. Spelenderwijs leerde men beter Nederlands en werd er kennis gemaakt met vrouwen uit een andere cultuur. Al werkende delen de vrouwen levensvragen en dagelijkse beslommeringen. Nederlandse en buitenlandse buurvrouwen maken contact. Jong en oud werken samen. Ook dit kunstwerk heeft een plaats gekregen in de collectie van Museum Het Prinsenhof. In het kader van het project de Jurk van Delft is in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een handleiding van dit project beschreven. WAAROM, WAT en HOE zijn de centrale vragen die steeds voor ogen gehouden moeten worden. Deze handleiding zal achtergrondinformatie geven, een heldere opzet van hoe te werk te gaan, een tijdspad, voorbeelden van een projectplan, een begroting en veel tips.
1 MOTIVATIE MOTIVATIE
/
08
Het respectvol samenleven van verschillende bevolkingsgroepen is belangrijk; in veel gevallen is het kennen van ‘de ander’ daarvoor een voorwaarde. Maar de ontmoeting tussen verschillende bevolkingsgroepen komt moeizaam tot stand, men heeft het te druk, het leven gaat te snel, er is geen gelegenheid of aanzet om elkaar te leren kennen, men leeft naast elkaar, niet met elkaar.
1.1 De Kracht van Samenwerking Bovendien blijft de maatschappelijke participatie van (vaak allochtone) vrouwen achter. Bij de projecten ‘De Delftse Kleden’ en De Jurk van Delft’ ontmoeten vrouwen elkaar, stimuleren elkaar en bouwen sociale contacten op die concreet leiden tot het ontstaan van nieuwe ‘kennissenkringen’ en netwerken. De werkwijze van deze borduurprojecten is opgezet vanuit een kunstenaarsvisie. Samenwerking en sociale interactie vormen een essentieel onderdeel van deze vorm van kunst. Aansturing door beeldend kunstenaars zorgt ervoor dat deze elementen vertaald worden in een beeld, waarbij de persoonlijke inbreng van de deelneemsters voorop staat. In beide projecten werd samengewerkt vanuit de 'typische vrouwelijke insteek van textiel'. De vrouwen waren zeer gemotiveerd hun handwerktradities te laten zien en daar een gezamenlijk werk van te maken. Tijdens de bijeenkomsten ontstaan, vaak spontaan maar soms ook gestuurd, gesprekken over onderwerpen als het krijgen en opvoeden van kinderen, over gezondheid, vrouwenbesnijdenis, enz. Tijdens de bijeenkomsten worden vrouwen gestimuleerd leiding te nemen. Voor een aantal van deze vrouwen is een kadertraining georganiseerd waardoor zij nu zelf aan groepen leidinggeven. Projecten kunnen worden gerealiseerd aan de hand van: - wensen van bewoners van wijken, - specifieke beleidsdoeleinden (bijv. stedelijke vernieuwing, welzijn, integratie en cultuur), - initiatieven van kunstenaars.
1.2. Kunstenaarsvisie Tonny van Sommeren: ‘Mijn projecten gaan over kunst en engagement, over de handeling en wat deze handeling teweegbrengt.
In het huidige ‘Ik-tijdperk’, waarin het gemis aan sociale cohesie en gemeenschappelijkheid aan den lijve wordt gevoeld, lijkt de op de wereld betrokken kunstenaar meer op zijn plaats. Mijn kunstenaarschap zie ik heel breed, ik zet projecten op als kunstenaar, die een grote sociale poot hebben. Ik maak geen beelden op de traditionele manier, voor op een
x x x
plein of boven de bank, maar ik doe dat anders. Ik breng mensen bij elkaar, om gezamenlijk iets te maken. Dat zijn vaak mensen die elkaar totaal niet kennen, gewoon doorsnee mensen, die niets met kunst te maken hebben. Van allerlei nationaliteiten, leeftijden. Ik maak samen met deze mensen, (in dit geval vrouwen) een kunstwerk. Het eindresultaat is mooi, maar wat ik belangrijker vind is dat er tussen al die mensen contact is ontstaan. Ze hebben samengewerkt, en elkaar daardoor leren kennen. Vaak woonden deze vrouwen in dezelfde straat of flat en kenden elkaar niet, nu groeten ze elkaar, maken een praatje in de lift, soms zijn er echte vriendschappen ontstaan. Dus contact maken staat centraal in mijn werk. En ik probeer in mijn werk aanleidingen te zoeken om dat contact tot stand te brengen. Zo’n werkwijze brengt een creatief proces op gang, of noem het een ‘kunstwerk’, dat op termijn net zo duurzaam moet blijken als haar marmeren en bronzen voorgangers.’
MOTIVATIE
/
09|
Beweging als autonoom beeld
Gemeenschapskunst
‘Ik zie de beweging die op gang gezet wordt door vrouwen te laten deelnemen aan een proces, waarbij gezamenlijk aan een ding gewerkt wordt, als een beeld, een schepping die als autonoom gezien kan worden. Deze beweging, die gedurende de tijd dat het project uitgevoerd wordt, plaatsvindt binnen diverse huishoudens, buurthuizen en instanties, wordt uiteindelijk fysiek neergeslagen in een wandkleed, als tastbaar resultaat van deze beweging. De beweging en het eruit voortvloeiende resultaat zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Voor mij als kunstenaar zijn de vrouwen mijn levende penselen, penselen met een eigen wil en eigen inbreng. Ik werk niet aan een monumentaal bééld, maar start samen met betrokkenen een monumentaal procès dat de kwaliteit van leven in de wijken verbetert. Dat proces leidt als vanzelf naar een monumentaal beeld.’
Het concept laat zich uitstekend lezen als een pleidooi voor nieuwe vormen van gemeenschapskunst in de wijken, waarin creativiteit en gemeenschapszin tot kernbegrippen uitgroeien. In het kunstproject ontmoeten mensen elkaar, worden ze bij elkaar betrokken, verandert hun kijk op de alledaagse werkelijkheid en neemt bovendien de trots en verantwoordelijkheid van mensen voor hun directe woon- en werkomgeving toe. Het beoogt op een andere manier dan gebruikelijk een dwarsverbinding te leggen tussen 'gewone mensen', kunstinstituten, beleidsmakers en kunstenaars. Dit inzicht vormde het vertrekpunt van De Jurk van Delft – een project dat kunst, sociaal-culturele ‘upgrading’ en gemeenschapszin met elkaar wil verbinden. Soms brengt die kunst mensen bijeen die elkaar anders niet zouden hebben ontmoet, soms wordt het begrip voor elkaar vergroot of worden conflicten en tegenstellingen voor het voetlicht gebracht. Soms accentueren artistieke interventies de aanwezige sociale structuur die typerend is voor een wijk of buurt, soms bieden ze bijzondere tentoonstellingen op even bijzondere locaties waardoor velen die zelden of nooit een museum bezoeken met hedendaagse kunst worden geconfronteerd. Maar altijd wordt geprobeerd om interesse op te wekken – voor elkaar en voor de stad, om tot een optimale uitwisseling van ideeën, mentaliteiten, levensstijlen en culturen te komen.
1.3. Communicatie & sociaal-culturele effecten Participeren in wijkgebonden projecten biedt een natuurlijke – en avontuurlijke - manier voor mensen om elkaar te ontmoeten en beter te leren kennen. Omdat samenwerking met andere partijen en instellingen een van de neveneffecten is, wordt de sociale cohesie van het maatschappelijke veld danig bevorderd.
Tijdens de presentatie van de Jurk van Delft kwamen veel mensen voor het eerst in het Museum Het Prinsenhof.
MOTIVATIE Onafhankelijkheid Een project als dit kan alleen bestaan onder een onafhankelijke artistieke en zakelijke leiding, maar wil principieel rekening houden met eisen, wensen, verlangens en dromen van de verschillende partijen. Door als onafhankelijke ‘derde’ te opereren kunnen starre of uitgesleten patronen doorbroken worden. Daardoor biedt een project als dit meer samenhang in de verschillende netwerken die reeds actief zijn in een lokale gemeenschap. Op deze wijze wordt een zo groot mogelijk draagvlak gecreëerd en optimaal gebruik gemaakt van de reeds aanwezige expertise.
Engagement & respect Werken op locatie met veel, vaak zo verschillende vrouwen vereist tevens communicatieve vaardigheden, doorzettingsvermogen en flexibiliteit. In zo’n geëngageerde kunstpraktijk is motivatie van doorslaggevend belang voor het welslagen van de projecten. Motivatie en doorzettingsvermogen dwingen op termijn bij mensen en betrokkenen respect af. Flexibel werken, open staan voor wat ontstaat, maakt het beeld sterker. Het oorspronkelijke beeld wordt tijdens het proces continu bijgesteld, het is een organisch proces waarvan het eindresultaat niet vast ligt maar groeit.
Cultureel Erfgoed Er wordt nauwelijks nog geborduurd, traditionele motieven en technieken gaan verloren. Dit project vestigt de aandacht op het belang van cultureel erfgoed. Hoe mooi iets kan zijn, knap gemaakt of juist eenvoudig en eigen. Veel van deze technieken werden van moeder op dochter doorgegeven, de laatste generatie is daarmee vrijwel gestopt. Zowel in Nederland als in Tur-
/
10
In Nederland is het handwerken allang uit het vakkenpakket van de basisscholen verdreven, een knoop aannaaien vaak het enige naaldwerk dat nog wordt gebezigd. Natuurlijk blijven er altijd fanatieke hobbyisten, die binnen een geheel eigen cultuur en veelal tegenwoordig via internet hun patronen uitwisselen, maar een basisvaardigheid is het handwerken zeker niet meer. Wat opviel tijdens de borduurbijeenkomsten is dat veel ‘Turkse’ haakpa-
Samenspel tussen de deelneemsters en de kunstenaar
xx
kije, Marokko en China. Dit is echt een verarming van vorming van beeldtaal. Het maakt nogal verschil of je een dubbelzijdig geborduurd patroon van je moeder leert of 3Dkaarten gaat knippen, of je leert hoe je een hieltje in een sok breit of een virtueel spelletje op de computer speelt met de joystick als enige sturingsmiddel en vingervlugheid. Ook het samen aan iets werken, vaak ook een initiatieperiode van vrouwen onder elkaar, waarbij allerhande vrouwenzaken terloops besproken werden, al werkend met de handen aan de uitzet, een proeve van bekwaamheid of om de tijd die je wachtte tot het volwassen leven begon te overbruggen.
tronen uit Duitse en Franse handwerkmagazines komen, die hun weg ooit vonden naar de Oost. Echt authentieke motieven zijn schaars, een Mexicaans weefmotief wordt net zo enthousiast gebruikt als een Oudhollands Molentje of paisley-motief. Het dubbelzijdige borduurwerk uit de buurt van Fez (Marokko) of het naaldwerk dat langs Turkse hoofddoekjes gemaakt wordt, zijn eigenlijk het meest eigen. Uitschieters als een ingewikkelde ingeborduurde patentsteek uit Burundi of een knoopjessteek uit Eritrea zijn echt een zeldzaamheid. Veelal wordt er door Nederlandse mensen gedacht dat de buitenlandse vrouwen veel exotischer handwerk maken dan dat in de praktijk het geval is. En het klassieke kruissteek-borduren blijken nog maar slechts weinig Nederlandse vrouwen te beheersen volgens de regels der kunst.
MOTIVATIE
/
11
1.4 Emancipatie Het project in zijn geheel kan gezien worden als een voorbeeld van de manier waarop vrouwen emanciperen, juist door het ombuigen van de ‘truttige’, rolbevestigende insteek van naaldwerk (= vrouwenwerk) naar een heel waardevolle, sociale bezigheid, waarmee vrouwen vaak op een directe, expressieve manier duidelijk maken wat hen in het dagelijks leven bezighoudt, aan elkaar, aan de buitenwereld. De vrouwen zetten zichzelf op de kaart als groot verbond of netwerk dat anders niet zou zijn ontstaan.
a. Deelneemsters:
b. Begeleidsters:
Aandacht voor de vrouwen is al zo belangrijk. Voor veel vrouwen die in een sociaal isolement zitten (zowel Nederlandse als buitenlandse vrouwen) is dit project een opstapje naar andere activiteiten, het gevoel er weer bij te horen in de maatschappij. Of het nu een burn-out is, een verhuizing naar een nieuwe stad (of zelfs land), psychische problemen, lichamelijke klachten, er kunnen veel redenen zijn om in dit isolement te raken, en doordat de sfeer in de groepen veilig, vertrouwd en warm is, en er eigenlijk niets ‘hoeft’, is het een verademing om mee te doen en grenzen te verleggen. Met zachte hand vrouwen naar buiten helpen, in plaats van harde actie, verplicht en vanuit het idee dat ze wat bijgebracht moet worden. Kijken naar datgene dat er al is en dat als uitgangspunt nemen: trotsheid, traditie, waardering, expressie.
De projecten kunnen een stimulans zijn voor vrouwen om een betaalde baan te zoeken of andere activiteiten op te zetten. De begeleidsters die speciaal voor dit project zijn geworven en (in het geval van de Jurk) een speciale training hebben gehad, zijn aangemoedigd om andere al dan niet betaalde activiteiten te ontplooien. Zo heeft een van de begeleidsters een baan gevonden bij een zorginstelling in Delft, een begeleidster heeft een sollicitatiecursus gedaan, een andere begeleidster geeft nu naailes bij de Somalische vereniging in Delft. Een van de begeleidsters organiseert nu iedere donderdagmiddag activiteiten voor Turkse vrouwen.
x x x x x x
x x x
2 DOELSTELLINGEN DOELSTELLINGEN
/
12
Van belang is om vooraf duidelijk doelstellingen te formuleren om het project succesvol te later verlopen. Hieronder worden een aantal doelstellingen van de Delftse Kleden en de Jurk van Delft op een rijtje gezet. Naar aanleiding van goed geformuleerde doelstellingen wordt de rest van het plan ingevuld, de doelgroep, de werkwijze om deze doelgroep te werven etc. vastgesteld.
Kennismaking en integratie • Doorbreken van sociaal isolement en het faciliteren van contacten tussen vrouwen met verschillende culturele achtergronden. • Contact leggen met bewoners van de wijken en die band verstevigen. Doordat er zowel allochtone als autochtone vrouwen (voor wie de drempel om elkaar te ontmoeten vrij hoog ligt) samenwerken, bevordert het de integratie, maken Nederlandse en buitenlandse buurvrouwen contact. • D.m.v. onderzoek naar handwerk en klederdracht uit diverse moederlanden vrouwen in contact laten komen met elkaar, en elkaar en anderen een beeld geven van de diversiteit die er is binnen de verschillende culturen. • Jong en oud samen te laten werken, een brug slaan tussen de generaties. • Uitwisselen en versteviging van contacten tussen buurthuizen en andere organisaties in de wijken. • Het contact stimuleren tussen verschillende allochtone groepen onderling. Turkse en Marokkaanse vrouwen weten vaak niets van elkaar af. • ‘Spelenderwijs’ verbeteren de deelneemsters hun Nederlands en maak je kennis met andere culturen en met elkaars normen en waarden.
Voorbeeld Een Griekse buurvrouw en een Turkse buurvrouw en een plattegrond. Ze spreken beiden nauwelijks Nederlands. Maar dat is niet erg. De Turkse buurvrouw kan niet meer borduren, haar handen willen niet meer. De Griekse buurvrouw zal op aanwijzingen de plattegrond van haar geboortehuis naborduren. De een vertelt, de ander tekent. Tijdens het tekenen, hier de keuken, hier de slaapkamer, het erf, de oven, wordt de Turkse vrouw helemaal opgewonden. Ze gaat steeds hoger praten en wordt helemaal rood en warm: ‘En hier, hier is een trappetje, nee, niet 2 maar 3 treden en dan ben je buiten, naast de oven en daar staat de boom.’ Ze is even helemaal thuis. De kamers zijn leeg. Geen stoelen? Geen tafels? Geen bedden? ‘Nee, alles wordt bij ons netjes opgestapeld in hoeken en neergelegd als het nodig is. Wij eten op de grond, koken op de grond, slapen op de grond. Zo doen wij dat in Oost–Turkije.’
x x x x x x x
DOELSTELLINGEN
Emancipatie en educatie • De begeleidsters krijgen een belangrijke en bindende rol. De begeleidsters worden ondersteund door hen enerzijds te coachen vanuit het organisatieteam en anderzijds door hen een stukje scholing aan te bieden. Coaching vindt plaats door middel van een intensieve begeleiding op coördinerend vlak. Hierdoor vindt deskundigheidsbevordering plaats op de werkvloer. • Tijdens speciale bijeenkomsten met de begeleidsters worden op organisatorisch niveau allerhande praktische zaken zoals het draaiboek voor de begeleidsters doorgenomen. • Scholing van de begeleidsters kan in de vorm van een workshop of een korte cursus. Het gaat hier om een projectgerichte scholing zoals bijvoorbeeld de omgang met groepen, presentatie technieken of communicatie. Al naar gelang de behoefte van de begeleidsters. • Tijdens de groepsbijeenkomsten kan ruimte worden geboden aan organisaties en individuen die de doelgroep wil-
13
x
Voorbeeld Lenie heeft Eva geborduurd als eerste vrouw op aarde. Ze heeft daarmee nogal wat opschudding veroorzaakt omdat ze haar afbeeldt zonder kleren. Een taboe binnen de moslimwereld. Maar wat is daar dan zo erg aan? Het blijkt niet het schaamdriehoekje te zijn en ook niet de borsten zelf. Het taboe zijn de twee minuscule puntjes die de tepels voorstellen. Deze zijn in geërecteerde toestand en dat zou prikkelend kunnen zijn voor mannen en kinderen die het doek op een andere manier bekijken dan het bedoeld is. Lenie heeft het nooit zo bedoeld en is er zelf nog het meest geschokt over. Discussies over het scheppingsverhaal, vijgenbladeren en schaamte volgen. Via Eva belanden we bij de Koningin-
/
nen van de Nacht: de straatprostituees van de Keileweg in Rotterdam. Het gaat over hun ellendige positie, het zoeken naar een oplossing van een zo ingewikkeld probleem en de mense-
lijke kant van de zaak. Een gewoon gesprek tijdens het borduren. Uiteindelijk besluit Lenie in overleg met Habibah de tepels van Eva te bedekken met lokken haar. En zo geschiedde.
len bereiken voor bijvoorbeeld rondetafelgesprekken, lezingen over cultureel erfgoed, vrouwenochtenden, praatgroepen, bewoners/wijkparticipatieprojecten, moeder-en-kind-groepen, informatieochtenden, computercursussen, Nederlandse les, opvoedkundige bureaus, vrijwilligerswerk, etc…
Documentatie • Doen/praten als voorbeeldactiviteit voor andere geïnteresseerden binnen het sociaal-cultureel vlak uitwerken. • Uitwisselen en versteviging van contacten tussen buurthuizen, instituten en instanties in diverse wijken van de stad Delft (wijkoverstijgend).
Voorbeeld Doel van het programma Kunst in de Wijken is het in contact brengen van Delftenaren met kunst en cultuur. Door het betrekken van bewoners bij de projecten, ontstaat een uitwisseling van contacten tussen wijkbewoners, waardoor de onderlinge betrokkenheid en de sfeer in de wijken een positieve impuls krijgt. Doelstellingen: - Het verhogen van de culturele participatiegraad en –belevingen en algemeen cultureel klimaat. - Stimuleren van de samenwerking tussen groepen, organisaties en voorzieningen. Ook in niet voor de hand liggende combinaties. - Stimuleren van contacten tussen de bewoners van de Delftse wijken. - Stimuleren van de betrokkenheid van bewoners van de Delftse wijken ten behoeve van de leefbaarheid. - Stimuleren van het cultureel ondernemerschap.
3 DOELGROEP DOELGROEP
/
14
Voor de omvang, maar ook voor de methode van aanpak, is het belangrijk vast te stellen wie de deelnemers en wie de uitvoerenden zijn. In dit hoofdstuk wordt de doelgroep omschreven en het team van uitvoerenden. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op de praktische werkwijze om een doelgroep te werven.
3.1 Deelnemers In het kader van de Delftse Kleden en de Jurk van Delft werd de doelgroep nauwkeurig gespecificeerd. Bij de Delftse Kleden bestond de doelgroep in eerste instantie uit vrouwen die in de wijken Voorhof en Buitenhof woonachtig waren. Alle vrouwen van alle leeftijden en culturele achtergronden waren welkom tijdens het project. Door de wervingsfolder in 6 talen te laten vertalen is getracht daadwerkelijk vrouwen met een diverse culturele achtergrond te bereiken. Door het enthousiasme van vrouwen groeide het aantal deelneemsters dat uit andere wijken kwam snel. Het sneeuwbaleffect mondde uit in deelname van 310 vrouwen uit heel Delft waarbij wekelijks op 14 locaties werd gewerkt. Ook professionals uit de zorg (consultatiebureaus, vluchtelingenwerk, asielzoekerscentra, psychiatrische afdeling in het ziekenhuis, kraamafdeling, seniorenwoningen etc) en naschoolse programma’s voor kinderen van de basisschool begonnen zich voor de Delftse Kleden te interesseren en hebben zich met deelnemers aangesloten tijdens het project. Met deze infrastructuur en deelnemers lag de weg open voor het vervolgproject de Jurk van Delft. Bij de Jurk van Delft is geprobeerd de doelgroep nog te verbreden door de locaties meer over de stad te verspreiden. In vijf verschillende wijken ging het project van start. De omschrijving van de doelgroep van het project de Jurk van Delft was gericht op alle Delftse vrouwen van alle culturele achtergronden en opleidingsniveaus.
x x x x Voorbeeld Ook in het Asielzoekerscentrum De Lier deed een groep vrouwen mee. ‘Ín de vrouwenkamer stromen steeds meer vrouwen binnen, die gelijk aan de slag gaan. Het lijkt alsof we al jaren hier zo bezig zijn. De vrouwen zijn verdiept in hun werkje en de gesprekken gaan over borduren. Bij al deze vrouwen is de wil om door te gaan en vooruit te komen heel sterk aanwezig. Aan de andere kant is het ook een confrontatie met drama dat weggestopt wordt achter een positieve bovenlaag. Het is prettig om even alleen maar met dit borduren bezig te zijn, even niets moeilijks en zwaars.’
3.2 Begeleidsters Het werken met begeleidsters in beide projecten had als doel enerzijds om door hun betrokkenheid met vrouwen uit de wijken middels hun netwerk zo veel mogelijk deelneemsters te bereiken en anderzijds om vrouwen de gelegenheid te geven om zich te ontwikkelen en mee te draaien in een project dat misschien de opstap naar een baan kan betekenen door de opgedane ervaring en contacten.
DOELGROEP
3.3 Inzet scholen en stageplaatsen Via volwassenenonderwijs, nieuwkomertrajecten, inburgering, oudkomers kunnen binnen dit project stageplaatsen worden ingevuld. Voorbeeld hiervan zijn de zogeheten taalstageplaatsen.
Leerdoel: • taal leren/spreekvaardigheid verbeteren, over spreekangst heenkomen. • schrijfvaardigheid verbeteren. • stimuleren van maatschappelijke participatie.
/
Binnen deze stage worden zij begeleid door een coördinator van het project en een vast contactpersoon bij het opleidingsinstituut. De stage kan bestaan uit het oefenen van de taal, mondeling door als gastvrouw in de groepen te assisteren, de deelneemsters te ontvangen, te helpen bij het koffie/thee schenken, een praatje te maken, zelf mee te borduren. Schriftelijk door een verslaglegging te doen van de bijeenkomsten. Deze wordt gepubliceerd op de site van het project.
Voorbeeld Via het MondriaanCollege hebben 2 taalstagiaires meegedaan, een oudkomer, al 23 jaar in Nederland en een vluchtelingvrouw die al 7 jaar in Nederland is. Het was uiterst prettig om met deze vrouwen te werken. Juist door het laagdrempelige was er ruim aandacht voor hun stage. Binnen de groepen werden zij vaak van alle kanten geholpen met hun Nederlands, er werd veel over spreekwoorden en uitdrukkingen gesproken, doordat de thema’s hiertoe uitnodigden. De taalstagiaires hebben hier veel door opgestoken. Maar buiten het feit dat het erg goed is voor het begrip van de Nederlandse taal, is het vooral erg goed geweest voor het zelfvertrouwen van de stagiaires om binnen het project hun plaats te krijgen. Zij groeiden in hun rol van gastvrouw en durfden steeds meer te spreken, hun verslag werd ook met de week uitgebreider. Het was een verrijking van het project om met deze taalstagiaires te werken. Juist doordat er zoveel allochtone vrouwen meededen die zich in de stagiaires herkenden, hun schroom deelden en hun fouten begrepen, schiep dat een diep ontzag voor deze vrouwen die zo in het openbaar naar buiten traden.
15
x x x
4 DE CONCRETE AKTIVITEITEN 16 |
DE CONCRETE ACTIVITEITEN
/
16
Wat ga je doen, de sleutel tot een succesvol project. Houd het simpel, zoek aansluiting met de belevingswereld van de doelgroep, laagdrempeligheid is van groot belang. Ook de artistieke kant moet in de gaten gehouden worden, het oog wil ook wat. Belangrijk is om een duidelijk kader te scheppen waarbinnen de vrouwen de vrijheid hebben om zich te uiten. Werken met thema’s blijkt heel laagdrempelig te zijn. De thema’s worden bepaald aan de hand van het ontwerp dat vooraf gemaakt is, maar de thema’s kunnen ook uit de groep zelf komen, inspelend op de actualiteit.
Samen met buurtbewoners het ontwerp bepalen. In de meeste projecten die uitgevoerd zijn volgens deze methode is er een nauwe samenwerking geweest met een ontwerpgroep. Deze groep bestond uit vrouwen uit de wijk, soms met interesse in het naaldvak, soms puur belangstellende vrouwen die hun stem wilden laten horen. Gezocht werd naar thema’s en onderwerpen die vrouwen aanspreken, waarbij politieke en religieuze motieven zo min mogelijk een rol spelen. Het gevaar is immers dat men
al gauw in een politiek steekspel verwikkeld raakt of dat men waarden en normen opgelegd krijgt die belemmerend kunnen werken. Ook nationalistische symbolen als vlaggen kunnen aanleiding zijn tot erg heftige discussies. Samen met deze groep wordt getracht een zo open mogelijk ontwerp te maken, waar een ieder zich in kan vinden. Vaak worden archetypische, universele beelden en symbolen gebruikt, zoals De Tulp, De vier elementen, de seizoenen, of de plattegrond van de wijk/stad.
Voorbeeld van andere projecten Kunst in de Wijken in Delft is een gemeentelijk cultuurprogramma voor de Delftse wijken. Kunstenaars en bewoners brengen samen kunstprojecten tot stand in de zeven wijken. Succesvolle kunstprojecten in de wijken Voorhof en Buitenhof: ‘Het effect van dit project zal nog lang doorlopen’ Honderden vrouwen werkten mee aan het project Delftse Kleden dat meteen een vervolg kreeg met De Jurk van Delft. Door het maken van kleurrijke wandkleden wordt de verbondenheid van vrouwen uit alle culturen tot uitdrukking gebracht. De bewoners van de Lisztflat maakten samen met twee kunstenaars de scheurkalender met als naam ‘In Holland staat een flat’. Kunstenaars Janske Hombergen en Anne van den Bosch betrokken gedurende een aantal maanden een woning in een flat aan de Lodewijk van Deijsselhof om samen met de bewoners het project Mammoet op de vensterbank te realiseren. De vensterbanken van de
bewoners van deze flat stonden centraal. Om het project tot uiting te laten komen verscheen een fullcolour boekje en is er bij elke bewoner een foto van de eigen vensterbank op de brievenbus in de hal gemonteerd. ‘Huiskamers voor vele culturen’ is de titel van het project waarbij er in de openbare ruimte tussen twee flats gewerkt wordt aan een ontmoetingsruimte voor en door de flatbewoners. Kunstenaar Olaf Mooij toverde samen met jongeren uit de wijken drie Fiat Ducato’s om tot Mobielen Extravaganza. Wat is het favoriete gerecht van mijn buren? De bewoners van de Isaac da Costaflat hebben ruimschoots antwoord op deze vraag gekregen. De bewoners van deze flat gaven hun keukengeheimen prijs in het kookboek Isaac da Costaflat aan tafel, dat door kunstenaars Marjet van Hartskamp en Veerle van Tongeren werd samengesteld.
Reminiscentie Reminiscentie is een methode om mensen te activeren tot communicatie met anderen en om contacten tussen personen te stimuleren. Door middel van prikkels (voorwerpen, foto’s, geuren of verhalen van anderen) komen herinneringen aan een gebeurtenis of omstandigheid uit het verleden naar boven. De verhalen die tijdens de groepsbijeenkomsten loskomen, zijn vaak een inspiratie voor het borduurwerk, andersom zet het borduurwerk aan tot het vertellen van de meest uiteenlopende verhalen. Verhalen over vroeger, hoe de wijk was, hoe het leven was, zowel in Nederland als in de vele landen van herkomst. Hoe er vroeger in groepjes geborduurd werd door vrouwen, als voorbereiding op het vrouwzijn, het doorgeven van dingen die je als vrouw moest weten. Niet alleen het met de handen bezig zijn, maar ook de vele zaken die van moeder op dochter verteld werden. Ook veel verhalen over de 2e wereldoorlog, en de tijden van schaarste daarna, verhalen van vluchtelingen werden gedeeld.
DE CONCRETE ACTIVITEITEN
/
17
Voorbeeld Het thema ‘plattegronden van het huis waarin je geboren bent’ heeft veel losgemaakt, sommige vrouwen hadden geen goede herinneringen aan hun geboortehuis en wilden daarom daar niet mee bezig zijn (kamp-ervaring Rusland). Bij andere vrouwen was het alsof ze weer thuis kwamen, riep het beschrijven heel veel herinneringen op. Feri: ‘Dit is mijn laatste huis, het huis dat ik achterliet in Iran/Teheran. Het was mijn gelukkige huis. Ik kon er niet blijven en ben met mijn zoon gevlucht…
tekening van haar jongste broertje uit groep 3, met gouden lijst, over haar bed waar ze soms met het kussen de ene, soms de andere kant op sliep. Over de borduurwerkjes onder haar bed en het tafeltje met knutselspullen, dat eigenlijk voor huiswerk bedoeld is. Maar ze is pas 9 en heeft nog geen huiswerk. Vannacht was het wel wennen in haar nieuwe kamer, dat wel!
landstaligen. En herkenning van spreekwoorden die in verschillende landen hetzelfde zijn.
De kamer van Mewan en Pawan: Pawan heeft een plattegrond van haar kamertje getekend. Maar gisteren heeft haar oudere zus zonder dat ze het wist haar kamer ingepikt en geruild met de hare. Ze kwam terug van haar vriendinnetje en het was al geschied. Het stapelbed was al verhuisd, de kast, alle posters. Zo gaat dat met oudere zussen. Wat nu te doen? Ze wilde net beginnen met borduren. Dan maar deze plattegrond als herinnering aan hoe het ooit was. Ze begint heel gedetailleerd te vertellen over de Mickey-Mouse vloerbedekking, de
Eltica: ik borduur het huis waar mijn moeder woont. Vroeger waren er tulpen en rode rozen in de bakken voor mijn ouderlijk huis. Als het sprookje in de Efteling rezen die tulpen in het voorjaar op, een heel veld. Nu niet meer, want na zoveel jaar doen rozen het niet meer. Nu staan er struiken met gele bloemetjes. Mijn moeder zag mij de plattegrond met de oude bloemenpracht borduren en besliste gelijk dat de komende zomer de rozen opnieuw geplant worden. ‘Helemaal vergeten hoe mooi dat vroeger was!’ zei ze verbaasd.’ Ook spreuken en dichtregels maakten veel los, zowel aan herinneringen als uitleg over wat de betekenis is van een spreuk, aan niet-Neder-
Er werden ook lapjes met herinneringen aan de 10 weken waarin we bezig waren geborduurd en gebeurtenissen die daarbinnen plaats vonden: begrafenis Juliana, opgravingen op de markt, doodschieten conrector op een middelbare school, geboorte Amalia, het vinden van Sadam door de Amerikanen etc.
18 | DE CONCRETE ACTIVITEITEN
DE CONCRETE ACTIVITEITEN / 18
Annie’s man overleed dit voorjaar. Ze borduurt het gedicht dat haar kleindochter voor hem schreef. In een heel moeilijke periode van haar leven zijn de wekelijkse bijeenkomsten een houvast.
x
x x
DE CONCRETE ACTIVITEITEN
x
x x
Lily: Over generaties die doorschuiven...
Malika: ik en mijn lieve kinderen. Zij voedt haar zes kinderen alleen op…
/
19
5 WERKWIJZE WERKWIJZE Nadat de plannen zijn gemaakt en duidelijk in een projectplan is omschreven wat de bedoeling is van het project en waarom, volgt de praktische uitvoering.
5.1 Financiering De begroting Bij het opstellen van de begroting moeten alle onderdelen van het project op een rijtje worden gezet, alle elementen moeten worden doorgenomen met de volgende vragen: kan het zonder kosten, zo niet: kan het worden gesponsord, zo niet: wat kost het. Door middel van het opvragen van offertes en/of schattingen wordt dan de begroting opgesteld. (zie bijlage 1: voorbeeld begroting met dekkingsplan)
Het dekkingsplan De financiering is een belangrijk onderdeel van een project. De financiën kunnen uit verschillende bronnen afkomstig zijn: eigen middelen, subsidies, fondsen en sponsoring. Er bestaat een fondsenboek voor het zoeken naar geschikte fondsen. Via internet is het mogelijk om allerlei subsidieregelingen en fondsen te vinden. Soms kan financiering gevonden worden voor een specifiek onderdeel van het project (bijvoorbeeld een website of het materiaal), soms voor het gehele project. Het voornaamste is dat er op tijd een subsidieaanvraag wordt gemaakt. Er staat zeker 6 maanden voor om subsidie via allerlei loketten aan te vragen. In een subsidieaanvraag wordt het project uitgelegd. Het idee, de doelstelling, doelgroep, werkwijze en tijdsschema horen hier in thuis. (zie bijlage 2: voorbeeld projectomschrijving) Nadat de definitieve toezeggingen zijn ontvangen en duidelijk is wat het te besteden budget is kan een herziene begroting worden gemaakt en kan het project van start gaan.
5.2 Tijdschema Om een project succesvol te laten verlopen is het raadzaam om in de planning rekening te houden met de bijzonderheden van de doelgroep: de plaats van de locaties, het tijdstip van de dag, andere activiteiten in de wijk en de diverse al dan niet religieuze feesten en vakanties. Zorg bijvoorbeeld dat het tijdstip van de activiteit overdag binnen schooluren valt, zodat ook vrouwen met kinderen deel
/
20
kunnen nemen. Kinderen tot 4 jaar kunnen de vrouwen mee nemen naar de locatie, meestal vermaken deze kleintjes zich zelf of er is iets van tekenpapier aanwezig om hen af te leiden. De maandagochtend blijkt geen goede tijd te zijn, de groep blijft klein, kennelijk heeft men op dat tijdstip andere bezigheden. Houd in de planning rekening met religieuze feesten zoals kerst en sinterklaas. Onze ervaring is dat tijdens de ramadanperiode moslimvrouwen het druk hebben met de activiteiten thuis. Plan in zo’n periode geen eindpresentatie of tussenpresentatie. Tot slot houd rekening met de schoolvakanties. Bij zowel de Delftse Kleden als de Jurk van Delft werden de schoolvakanties vrijgehouden.
5.3 Locaties Allereerst moeten de locaties waar het project plaats kan vinden worden benaderd. In het geval van de Delftse Kleden en de Jurk van Delft zijn buurthuizen, ziekenhuizen, asielzoekerscentrum, seniorenwoningen en scholen benaderd. Bij de buurthuizen en andere instellingen wordt het project toegelicht en daarna worden er afspraken gemaakt. In de bijlage is een voorbeeld van een afsprakenlijst te vinden. (zie bijlage 3: voorbeeld afspraak met locatie) Vaak wordt een ruimte gratis ter beschikking gesteld en wordt de koffie en thee betaald. Van belang is om goed rekening te houden met de bereikbaarheid en de afstand die deelneemsters moeten afleggen. Afhankelijk van de doelgroep verlaagt dit de drempel waar de deelneemsters soms overheen moeten stappen. Hoe korter de afstand hoe lager de drempel. De stap om buiten de wijk te komen blijkt voor veel allochtone vrouwen groot. Velen zijn afhankelijk van openbaar vervoer en dat is duur. Ook moet bij het zoeken naar een geschikte locatie rekening gehouden worden op welke wijze een buurthuis draait. Is het drukbezocht overdag, dan is de drempel lager. Komen er ook mannen, bijvoorbeeld in de koffieruimte van een gebouw, dan ligt dat weer wat gevoeliger, met name bij de Marokkaanse en Somalische vrouwen.
5.4 Het team Het kernteam van uitvoering kan er, afhankelijk van de omvang van het project, als volgt uitzien. Er is een kader dat bestaat uit een kunstenaar en twee men-
WERKWIJZE sen die zich met de organisatie bezighouden, en er zijn begeleidsters en eventueel een fotograaf en een website bouwer. De kunstenaar maakt het ontwerp en zorgt dat de begeleidsters inhoudelijk op de hoogte zijn van wat het ontwerp inhoudt. De kunstenaar legt tijdens de eerste week van het project op iedere locatie uit wat de bedoeling van het project is. De kunstenaar neemt voorbeelden mee en geeft vooral inhoudelijk input. Hiernaast zijn er twee mensen die zich bezighouden met de praktische organisatie. Een persoon maakt op locatie de afspraken met de buurthuizen, de begeleidsters en andere organisaties en er is een persoon die de organisatie op kantoor bijhoudt. Op kantoor worden de financiën, publiciteit, relaties met subsidiënten etc. onderhouden. Een fotograaf komt tijdens het project diverse keren langs om foto’s te maken van het proces en deze foto’s worden verwerkt op de website en gebruikt voor eventueel een boekje aan het eind van het proces.
/
21
de begeleidster inhoudelijk advies en als ze er zelf niet uit komt kan de begeleidster een beroep doen op de kunstenaar die in de meeste gevallen ook op de locaties langs komt. De begeleidster houdt een presentielijst en een adreslijst bij. Deelnemers geven zich op en in de meeste gevallen wordt een adres of een telefoonnummer gegeven waar de deelnemer te bereiken is. De adreslijst wordt centraal op kantoor in de computer ingevoerd zodat nieuwsbrieven en andere informatie verzonden kunnen worden. Bovendien schrijft zij een wekelijks verslag voor de website. Vaak wordt er iets zelfgemaakts meegenomen, de begeleidsters nemen de rol van gastvrouw soms letterlijk, en iedereen voelt zich daardoor op haar gemak en erg welkom. Selma met haar zelfgebakken koekjes.
Verder zijn er begeleidsters. Op iedere locatie is er een begeleidster verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de groep en geeft inhoudelijke ondersteuning waar nodig.
De rol van de begeleidsters tijdens de bijeenkomsten Begeleidsters van de groepen vormen een belangrijk onderdeel van de projecten. Zowel bij Delftse Kleden als bij de Jurk van Delft is gewerkt met een team begeleidsters. Dit zijn meestal vrouwen die in de wijken wonen waar de groepen bijeenkwamen. Voor het vervolgproject ‘De Jurk van Delft’ heeft een zestal vrouwen een kadertraining ‘on the job’ gevolgd (zoals bijvoorbeeld de omgang met groepen, presentatietechnieken en communicatie met de groep). Tijdens de uitvoering van het project werden deze vrouwen verder gecoacht. (zie bijlage 4: verslag begeleidstertrainingen) De begeleidsters zijn altijd op tijd aanwezig op de locatie om de materialen klaar te zetten en om thee en koffie te zetten. (zie bijlage 5: handwerken voor de leek) De begeleidsters halen wekelijks koekjes of iets anders lekkers voor bij de thee. Hier krijgen zij aan het begin van het project een budget voor. De bonnetjes worden aan het eind van het project ingeleverd om de financiën op een rijtje te zetten. De deelnemers druppelen binnen en de begeleidster zorgt er voor dat de dames aan het werk kunnen. Waar nodig geeft
5.5 Werving 5.5.1 Deelnemers Er wordt een intensieve werving opgestart. Er kan een wervingsfolder gemaakt worden en in de desbetreffende wijken worden verspreid. Bij Delftse Kleden is ervoor gekozen om de wervingsfolder in 6 talen te vertalen. Hier is voor gekozen om alle vrouwen te kunnen bereiken, omdat er nog geen infrastructuur was voor dit soort projecten. Voor het vervolgproject de Jurk van Delft is een Nederlandstalige wervingsfolder gemaakt. Deze bleek voldoende omdat het voorgaande project al bekendheid had verworven bij de doelgroep, veel vrouwen tijdens de laatste bijeenkomsten van de Delftse Kleden op de hoogte zijn gebracht van een vervolgproject en bovendien er vanuit de politiek steeds meer druk is gekomen op het maken van folders in de Nederlandse taal.
WERKWIJZE De werving zal in eerste instantie plaatsvinden vanuit het bestaande netwerk. Nieuwe deelneemsters worden door middel van een folder (eventueel in diverse talen) benaderd. Deze folders worden verspreid in buurthuizen, bibliotheken, gemeentelijke instellingen, ziekenhuizen, scholen, consultatiebureaus, kerken en andere instellingen waar de doelgroep mee in aanraking zou kunnen komen. Ook via de lokale media zoals dagbladen, huis-aan-huis bladen en wijkkrantjes worden potentiële deelneemsters attent gemaakt op de Jurk van Delft. Een belangrijk gedeelte van de werving zal echter door een persoonlijk contact plaatsvinden. Daarom is het van het grootste belang om tijdens de wervingsperiode zoveel mogelijk locaties en bijeenkomsten of activiteiten in de wijken te bezoeken om het project uit te leggen. Dit is een zeer intensieve methode, maar wel een methode die werkt, één goed gesprek met elkaar levert meer op dan honderden folders op een balie. (Zie bijlage 6: wervingfolder)
Voorbeeld- Delftse Kleden
/
22
om daadwerkelijk met elkaar kennis te maken, is het noodzakelijk een tweede, soms een derde gesprek te organiseren. Zodoende schep je een basis, een bekendheid met het project, het al vanaf het begin betrokken zijn, en wortelt de kiem van het project in de wijk zelf. De folders dienen meer als een aanleiding en reminder, het persoonlijk gesprek en het directe verzoek om mee te doen is veel effectiever. Juist die persoonlijke benadering is onderdeel van deze projecten. Deze dialoog is waar het om gaat. Dit vergt nogal wat van de coördinatoren, buiten dat je iets wil overbrengen heb je ook nog een luisterend oor nodig, mensen willen graag zelf ook veel vertellen, soms leggen ze hun hele levensloop voor je neer. Deze behoefte om gehoord te worden, persoonlijk contact en de wil om naar elkaar te luisteren is de rode draad die door het project heenloopt.
x x x x
Het project start al in de voorfase, met het in het veld op zoek gaan naar de doelgroep. Het lukt absoluut niet vanuit een bureau met de wijkkaart voor je en de stadsgids. De wijken/stad in kaart brengen, het zoeken naar de contactpersonen in de wijk, de plekken waar vrouwen bij elkaar komen vergt veel tijd en energie. Je moet de wijken in, daadwerkelijk langs buurthuizen gaan, bij schoolpleinen gaan kijken, speelplaatsen, ouderparticipatiegroepen. Dan pas krijg je inzicht in waar de vrouwen samenkomen. (Wees sensitief, vaak zegt een sfeer in een buurthuis veel, als je je er zelf welkom voelt, dan is het een prettige plek om een groep te huisvesten. Zijn er meer activiteiten overdag, dan is het draagvlak ook groter. Oogt een buurthuis ook in de avond vriendelijk en veilig, moet je door een cordon kaartende mannen heen, etc.) Daarna volgen de afspraken met ‘spilfiguren in de wijk’. Dit kunnen professionals zijn, maar ook actieve buurtbewoners. In het veld weten de professionals haarscherp aan te wijzen wie je moet hebben. Eén gesprek is niet voldoende, om vertrouwen te winnen,
5.5.2 Begeleidsters De werving van begeleidsters kan door middel van netwerken van vrouwen die actief zijn in buurthuizen, peuterspeelzalen, scholen, vluchtelingenwerk, Turkse vereniging, Somalische vereniging en dergelijke. Verder is het zinvol om een oproep in de plaatselijke krant te plaatsen. Huis-aanhuisbladen worden veelal goed gelezen en hier reageren vaak autochtone vrouwen op. De allochtone vrouwen zijn goed via vrouwennetwerken te benaderen. Daarom is het van belang om zogenaamde sleutelfiguren te zoeken in wijken.
WERKWIJZE
/
23
5.6 De bijeenkomsten Afhankelijk van de omvang van het project komen de groepen 10 tot 20 weken bij elkaar. De eerste keer wordt er uitleg gegeven, maakt men kennis met elkaar. De groepen zijn in principe open, iedereen kan op elk gewenst moment instromen, zo groeit de groep als vanzelf. Als het werk mee naar huis kan worden genomen, aan buurvrouwen, familieleden, kennissen kan worden getoond, willen andere vrouwen ook mee gaan doen. Vrouwen kunnen ook langskomen om gewoon een kijkje te komen nemen, de sfeer te proeven. De bijeenkomsten zijn beslist niet bedoeld voor alleen borduursters. Ook vrouwen die twee linkerhanden hebben of een ‘borduurtrauma’ op de lagere school hebben opgelopen kunnen aanschuiven. De motieven om deel te nemen zijn voor iedere vrouw anders, de een komt uit nieuwsgierigheid naar de ander en onbekendheid met andere culturen, de ander omdat het prettig is om even met vrouwen onder elkaar te zijn, de non-verbale communicatie/oogcontact, aanwezigheid en luisteren zijn van evenveel belang als het borduren zelf. Het gaat om het ‘erbij horen’, ook al doe je niets, je levert toch je bijdrage. Om een hechte groep te krijgen is een periode van 12 keer bij elkaar komen een minimum. Na 7 weken is het voor het team (begeleidsters en coördinatoren) noodzakelijk een pauze te nemen, het begeleiden is zeer intensief, en wil je fris blijven dan is het belangrijk even afstand te kunnen nemen. Dit is ook vaak de periode die tussen schoolvakanties ligt, dus het is handig het project daarop af te stemmen. Waar in het begin de deelneemsters elkaar nog met Mevrouw aanspraken, krijgt gaandeweg elke vrouw een naam, een gezicht. De sfeer in de groepen is warm en intiem, open. Gedurende het werken in de groepen raken veel deelneemsters steeds meer betrokken bij het project, het wordt echt hun gezamenlijke ding, een klus waar de schouders onder gezet worden. Na enkele weken wordt de grote lijn zichtbaar, de individuele uitingen naast elkaar gelegd vormen een inspiratiebron voor wat er nog komen gaat. En nodigen uit tot onderling contact. Het eindproduct groeit en groeit, vrouwen zijn er ook buiten de bijeenkomsten zeer intensief mee bezig, zowel met hun handen als in hun hoofd, hun hart. Deelneemsters doen vondsten, komen met oplossingen, toevoegingen. De trots
Samen zoeken naar oplossingen, verbeteringen, vondsten, er is veel verwondering over het kleine verhaal, het grote gebaar. en verwondering over de kracht van het geheel komt steeds meer naar boven. Deze spanningsboog blijft tot het eind, de apotheose, bestaan.
WERKWIJZE
Voorbeeld Vaak wordt er thuis in alle rust aan het lapje borduren begonnen en over gesproken. Daarna neemt men de lapjes mee naar de groep om ze te laten zien, er over te praten. Maar in principe komt men veelal met dingen van thuis naar buiten. Zo wortelt het project zich ook in de huiskamers.
/
24
om elkaar weer eens te ontmoeten tijdens een hapje en een drankje. De tussenpresentatie wordt meestal op een doordeweekse ochtend georganiseerd in een buurthuis. Tussen 9.00 en 12.00 uur zijn de deelneemsters van alle locaties en andere belangstellenden waaronder de pers welkom om de tussenstand te bewonderen. Prachtige verhalen komen er dan los. De deelneemsters worden uitgenodigd iets lekkers te ma-
Shahnaz uit Afghanistan: Toen ze thuis met haar lapje in de weer was begon haar man te huilen: ‘Ach, als ik jou zo zie borduren herinner ik me mijn dorp en de vrouwen die daar zo handwerkten. Het leven was toen goed, voor de oorlog begon. Er werd toen nog bij elke gelegenheid gedanst op het plein van ons dorp.’
x x x
5.7 Presentaties 5.7.1 Tussenpresentatie
ken, de kosten van de ingrediënten worden vergoed en dit wordt gezamenlijk gepresenteerd tijdens de koffieochtend.
Voordat de laatste fase van het project ingaat, het definitieve in elkaar zetten van de aparte lapjes, wordt alles op een ondergrond gespeld en in ruwe opzet gepresenteerd tijdens een grote gezamenlijke bijeenkomst van alle groepen.
5.7.2 Presentatie
Deze tussenpresentatie vormt een belangrijk onderdeel tijdens de duur van het project omdat dan alle deelneemsters in de gelegenheid worden gesteld om elkaars werk te bewonderen en het is een goed moment voor de begeleidsters
In de laatste fase van het project worden alle afzonderlijke elementen tot een groot geheel samengevoegd en afgewerkt. Dit kan voor een groot deel gezamenlijk gebeuren maar ook door de kunstenaar, eventueel samen met een klein groepje deelnemers, geheel afhankelijk van wat er gemaakt
WERKWIJZE wordt. Het in elkaar zetten vergt veel tijd, twee maanden hiervoor uittrekken is zeker raadzaam. Het proces zal afgerond worden met een feestelijke presentatie.
/
25
De plaatselijke politiek uitnodigen is vanzelfsprekend, maar ook een gastspreker (een bekende Nederlander of een deskundige) kan uitgenodigd worden om iets te zeggen tijdens de onthulling. Het geheel kan aangekleed worden met muziek, een hapje en drankje, een presentatie van de foto’s die gemaakt zijn tijdens het proces. Het is raadzaam een draaiboek voor die dag te maken, eventueel samen met degenen die de locatie beheren.
5.7.3 Reizen en beheer eindproduct Als het eindproduct zich hiervoor leent, zal het kunnen reizen langs diverse plekken, bijvoorbeeld langs de locaties waar de groepen samen kwamen, maar ook openbare plekken als kerken, bibliotheken of gemeentelijke instellingen. Een definitieve bestemming op een plek waar iedereen het kan bewonderen zal zeer gewaardeerd worden. Zowel de Delftse Kleden als de Jurk van Delft zijn opgenomen in de collectie van het Stedelijk Museum Het Prinsenhof te Delft.
Er komen veel mensen op zo’n eindpresentatie af. Zoek een geschikte ruimte die groot genoeg is om deze mensen te kunnen ontvangen. Hiervoor worden uitnodigingen gestuurd naar de deelneemsters zelf, de plaatselijke pers, belanghebbenden en belangstellenden, het kan groots aangepakt worden. Dit is het grote moment voor alle deelneemsters, de kroon op hun werk.
Maak goede afspraken over het beheer van het eindproduct, wie is er verantwoordelijk voor. Hoe is het eindproduct te verzekeren. Wie zorgt voor transport tijdens het eventueel rondreizen van het wandkleed. Zorg dat er altijd enige vorm van documentatie of uitleg bij de kleden aanwezig is. Communiceer na afloop waar het kleed te bezichtigen is, via plaatselijke media.
x x
6 VERSLAGLEGGING 26 |
VERSLAGLEGGING
/
26
Het tastbare eindresultaat van het project zal als document blijven bestaan, als beeld van deze tijd, als voorbeeld van hoe je als kunstenaar met eenvoudige middelen maar met veel persoonlijke inzet een dialoog kan aangaan met de maatschappij waarin je leeft. Zoals een ander een schilderij maakt dat mensen mooi of lelijk kunnen vinden. Maar het wezenlijke van de projecten zit hem in het proces, de registratie daarvan, zowel op papier, voor derden, als in de hoofden van de vrouwen die eraan deelnamen.
Verslagen Het is belangrijk het proces vast te leggen, omdat het proces groeit en juist daardoor zo interessant is, niet alleen voor de deelneemsters zelf, maar ook voor buitenstaanders die via de website kunnen meekijken in de keuken. De registratie van het project wordt gedaan door van iedere bijeenkomst een verslag te maken waarin vondsten, gesprekken, anekdotes en de voortgang van het project beschreven worden. Ook worden er foto’s gemaakt, deels door een professionele fotograaf, deels doordat er een digitale camera aanwezig is waar gebruik van kan worden gemaakt. De verslaglegging geeft een extra dimensie aan het werken in de groepen. De verslaglegging, zowel in beeld als in tekst, wordt erg gewaardeerd, er wordt door de deelneemsters meegedacht wat van belang zou kunnen zijn om op te schrijven, soms letterlijk gedicteerd. Ter illustratie worden dichtregels van thuis meegenomen, fotoboeken van oud borduurwerk etc.
Voorbeeld Miep Kits: ‘Kijk, dit is het bruidstasje zoals mijn moeder het bij zich had op haar trouwdag, in stijl met haar jurk. En kijk, dit is mijn oudste zus, met haar Heilige communie. Dan kwam het tasje weer tevoorschijn, zoals hier bij mijn nichtje, dan mocht je het
Website de hele dag dragen. En hier ben ik, met het tasje, en hier mijn kleine zusje, zie je, dat is al wat later in de tijd. En daarna bij de Plechtige communie droegen we het tasje weer. Een hele familiehistorie van vrouwen en generaties uit Hengelo ontvouwt zich. Dagen is ze bezig geweest met al deze herinneringen terwijl ze voort borduurde. En nu is het daar, als herinnering aan haar moeder, opgenomen tussen alle andere lapjes. En ze is zielsgelukkig.
x x
Verslagen van de bijeenkomsten worden gebundeld en op de website geplaatst, evenals de foto’s die in de groepen gemaakt zijn. Daarbij wordt zo integer mogelijk rekening gehouden met het feit dat sommige vrouwen niet gefotografeerd willen worden. Vooraf wordt duidelijk gezegd dat er foto’s gemaakt worden, waar ze voor bedoeld zijn. Het is een zaak van wederzijds vertrouwen. Sommige zaken die binnen de groep besproken worden komen ook niet naar buiten, ook dit is op basis van vertrouwen en respect.
Persberichten Bij dit soort projecten is het van belang zoveel mogelijk mensen te bereiken, niet alleen tijdens de wervingsperiode, om mee te doen als deelnemer, maar ook om een zo groot mogelijk draagvlak te creëren in de wijk, stad of regio. Via de lokale media zoals dagbladen, huis-aan-huis bladen en wijkkrantjes en regionale televisie en radio zijn de deelnemers geworven. Van belang is om goed contact te houden met deze bronnen van publiciteit. Van tevoren wordt gekeken wat een goed moment is om een tussentijds persbericht uit te doen gaan. Het tussentijdse persbericht kan vergezeld gaan van een nieuwsbrief, die de stand van zaken betreffende het project vermeldt en waarin fragmenten van verslaglegging opgenomen zijn. Juist deze oneliners werken goed, belangstellenden worden geprikkeld om eens te komen
VERSLAGLEGGING
CHECKLIST Het projectplan: - motivatie - doelstelling - doelgroep - activiteit
De uitvoering: - financiering - team samenstellen - locaties zoeken - tijdsplanning - werving - de bijeenkomsten - nazorg
De verslaglegging:
kijken. De nieuwsbrieven verschijnen met regelmatige tussenpozen en worden ook aan de deelneemsters uitgedeeld. (zie bijlage 7a nieuwsbrief en 7b persbericht)
x x x
- tussenpresentaties - website - nieuwsbrieven - persberichten - eindpresentatie
/
27
VOORBEELD BEGROTING MET DEKKINGSPLAN
/
BIJLAGEN
BIJLAGE: 1. VOORBEELD BEGROTING MET DEKKINGSPLAN UITGAVEN
incl. BTW begroting
Productie de jurk ontwerp/conceptontwikkeling coordinatie begeleidsters materiaal kleed montage kleed reis- verblijfskosten huur ruimten overige Totaal productiekosten:
herziene begroting
resultaat
€ 0,00
€ 0,00
€ 0,00
documentatie fotowerk (incl. honorarium fotograaf) videoregistratie materiaal publicaties ontwerp drukwerk internetsite ontwerp redactie kosten technische realisatie extra documentatie totaal documentatie
€ 0,00
€ 0,00
€ 0,00
presentatie tussenpresentaties aankleding ophangconstructie presentje deelnemers catering huur locatie kinderopvang / muziek/ modeshow totaal presentatie
€ 0,00
€ 0,00
€ 0,00
publiciteit / promotie : flyers/uitnodigingen vertaalwerk wervingspresentaties Totaal documentatie / publiciteit / promotie :
€ 0,00
€ 0,00
€ 0,00
€ 0,00 subtotaal € € 0,00 €-
€ 0,00 €€ 0,00 €-
€ 0,00 €€ 0,00 € 0,00
€ 0,00
€ 0,00
€ 0,00
organisatiekosten kantoorkosten reis / verblijfskosten niet-uitvoerend personeel secretariaat/administratie extern advies/accountant organisatie / productie bestuurskosten verzekering Totaal organisatiekosten onvoorzien 5% TOTAAL INKOMSTEN eigen middelen eigen geld opbrengst verkopen subsidies gemeente provincie rijk fondsen sponsors
/
28
PROJECTPLAN DE JURK VAN DELFT
BIJLAGE: 2. PROJECTPLAN DE JURK VAN DELFT
DE JURK VAN DELFT een intercultureel project voor en door vrouwen Stichting Kunst en Welzijn Schubertplein 13 2651 VH Berkel-Rodenrijs tel: 010-5111323 fax: 010-5111325 e-mail:
[email protected]
INHOUD SAMENVATTING INLEIDING DE JURK VAN DELFT Idee De Jurk De Kracht van Samenwerking als methode Doelstelling Kennismaking en integratie Documentatie en methodiekontwikkeling Emancipatie en educatie Doelgroep Ontwerp Werkwijze Werving Uitvoering Begeleidsters Presentatie Verslaglegging Tijdschema Medewerkers
/
BIJLAGEN
/
29
PROJECTPLAN DE JURK VAN DELFT
/
BIJLAGEN
/
30
SAMENVATTING In deze tijd van verharding, haast en individualisering leven veel mensen langs elkaar heen. De drempel om contact te maken is groot, er is vaak geen aanleiding, maar de behoefte om elkaar te leren kennen is onmiskenbaar aanwezig. Bovendien willen vrouwen zich ontwikkelen en deels zelf activiteiten organiseren, begeleiden en uitvoeren. Daarom dit project, waarbij vrouwen de handen ineenslaan en gezamenlijk rond de tafel gaan zitten om een uniek kunstwerk te maken, De Jurk van Delft. De Jurk van Delft zal een beeldend verhaal zijn van hoe Delftse vrouwen zichzelf presenteren, zowel van de buitenkant gezien, de feestelijke uitdossing, als een innerlijk beeld van de reis die de vrouwen afleggen vanaf hun geboorte tot in de toekomst. Het zal een vorm zijn van Community-art waarbij de deelnemende vrouwen, aangestuurd door 2 beeldend kunstenaars een verbond vormen, door met hun handen vorm te geven aan de intentie tot samenwerking en contact. Het doel is zowel het proces als het eindresultaat: de contacten die er gelegd worden, de erkenning van wat de vrouwen te zeggen hebben, zowel binnen de groepen als naar buiten toe met als fysiek resultaat De Jurk als wandkleed. De begeleidsters van de groepen die in de buurthuizen het project uitvoeren, zullen een belangrijke en bindende rol krijgen, coaching vindt plaats door middel van een intensieve begeleiding op artistiek en coördinerend vlak. Daar waar Delftse Kleden een kennismaking was met elkaar, is de Jurk een project waarbij die band verstevigd kan worden en waar de vrouwen meer van zichzelf kunnen laten zien. Immers men is nieuwsgierig geworden naar elkaar, wil meer van elkaars achtergrond weten en men is trots om dat te laten zien. Van belang hierbij is dat dit op andere wijze gebeurt dan door middel van taal. Naast deze verdieping van de contacten zal gestreefd worden naar een verbreding van het aantal deelneemsters, ook uit andere wijken zullen vrouwen mee kunnen doen, in aansluiting op de deelneemsters die al ervaring hebben opgedaan met het voorgaande project. Bovendien zal de methodiek van de werkwijze van het project uitgebreid omschreven beschikbaar gesteld worden aan derden (in de vorm van een handleiding, internetsite, cd-rom). De Jurk van Delft zal een voorbeeldproject kunnen zijn voor elke willekeurige stad in Nederland, de methodiek is toepasbaar in zowel kleinere gemeentes als binnen het grote stedenbeleid. De Jurk van Delft draagt bij aan het hedendaags cultureel erfgoed, waarbij een dwarsdoorsnede van de vrouwelijke Delftse bevolking een schat aan culturele historie neerzet. Bovendien zal het zeker bijdragen aan zaken als integratie, herkenning, emancipatie en eigenwaarde.
INLEIDING Steeds meer kunstenaars kiezen ervoor - in samenwerking met gemeentes, woningbouwverenigingen, bewonersorganisaties en andere locale instellingen – hun kunst niet te reduceren tot een eenmalige ingreep of presentatie, maar zich duurzaam en voor een langere periode te verankeren in een straat, buurt of wijk. Door op te gaan in het stedelijk weefsel, door zelf onderdeel te worden van een stedelijke gemeenschap, door zich te engageren met specifieke vragen, eisen en problemen, is hun kunstpraktijk een onlosmakelijk bestanddeel geworden van de revitalisering van een straat, buurt of wijk. Vragen die te maken hebben met de kwaliteit van de woonomgeving, met integratie, veiligheid en openbare orde worden door deze kunstenaars niet uit de weg gegaan, maar vormen voor hen juist een uitdaging om kunst en cultuur van draagvlak en perspectief te voorzien.
PROJECTPLAN DE JURK VAN DELFT
/
BIJLAGEN
/
31
Delftse Kleden In het kader van het kunstproject Binnen voor Buiten in Delft is in de wijken Voorhof en Buitenhof het interculturele project Delftse Kleden georganiseerd. Vanaf september 2002 zijn vrouwen met 28 verschillende nationaliteiten, achtergronden en leeftijden bij elkaar gekomen om te borduren aan vier kleden met als thema ‘water’, ‘lucht’, ‘aarde’ en ’vuur’. Doel van dit project was het met elkaar in contact brengen van vrouwen uit de wijken Voorhof en Buitenhof die in dezelfde stad wonen maar die normaal gesproken om welke reden dan ook niet bij elkaar om de koffietafel zitten. Onder begeleiding van kunstenaar Tonny van Sommeren is de universele taal van het handwerk een aanknopingspunt gebleken om contact te maken. Juist daar waar taal en cultuur een barrière kunnen vormen. Inmiddels zijn de lapjes van de 310 deelnemende vrouwen bijeengevoegd tot een indrukwekkend vierluik, meer dan 15 m2 groot. Twintig weken is er gewerkt aan de voltooiing van de veelkleurige kunstwerken. Wekelijks kwamen de vrouwen bij elkaar om ideeën op te doen, patronen uit te wisselen, te praten over uiteenlopende onderwerpen, of gewoon een kop koffie met elkaar te drinken en natuurlijk om te borduren!
Het vervolg Vanuit de vrouwen die deelnamen aan Delftse Kleden is de wens geuit om door te gaan met gezamenlijke bijeenkomsten, waarbij samen gewerkt wordt vanuit de 'typische vrouwelijke insteek van textiel'. Zij willen graag meer van hun handwerktradities, met name van hun zeer diverse traditionele kleding laten zien en daar een gezamenlijk werk van te maken. De vele verhalen en ervaringen die naar boven kwamen, maar vooral ook de vele contacten, opgedaan tijdens de bijeenkomsten, vragen om een vervolg. Een onderzoek naar de achtergrond van de deelneemsters: de oudere wijze vrouw aan het woord laten, de nieuw aangekomen bruid van ver, de Delftse die haar wijk heeft zien veranderen, de jonge meid die weet wat ze wil, maar zoekt hoe ze dat gaat aanpakken. In Delftse Kleden hebben deze vrouwen met elkaar kennis gemaakt, de fundamenten zijn gelegd om het contact verder op te bouwen. Het project De Jurk van Delft gaat over kunst en engagement. Vrouwen in Delft worden door het project gestimuleerd om met elkaar verhalen, levensvragen en dagelijkse beslommeringen te delen. Samenwerking, participatie en sociale interactie vormen een essentieel onderdeel van deze vorm van kunst. Aansturing door beeldend kunstenaars zorgt ervoor dat deze elementen vertaald worden in een beeld. Dat beeld zal bestaan uit een wandkleed met verschillende elementen. Christina Linaris Coridou heeft het concept en het ontwerp voor het wandkleed ontwikkeld, Tonny van Sommeren ontwikkelde het concept voor dit soort projecten.
De Jurk van Delft IDEE De Jurk van Delft bestaat uit 2 elementen: 1. het beeldend gedeelte in de vorm van een groot wandkleed 2. een methodiekontwikkeling van ‘de Kracht van Samenwerking’
1. De Jurk Er wordt getracht, middels een immens wandkleed in de vorm van een jurk waarop allerlei individuele uitingen van handwerk gemonteerd worden, met elkaar een beeld te scheppen waarin de persoonlijke inbreng van de
PROJECTPLAN DE JURK VAN DELFT
/
BIJLAGEN
/
32
deelneemsters voorop staat, een verdieping van kontakten die eerder gelegd zijn in het project Delftse Kleden. Waar kom ik vandaan, wie ben ik en wat is mijn toekomstdroom? Deze drie grote levensvragen staan centraal in De jurk, zowel in het beeldende gedeelte als in de verhalen die schuil gaan achter de beelden die de vrouwen maken. Door de setting van laagdrempelige bijeenkomsten, waarbij met de handen gewerkt wordt, is de drempel laag om over dit soort onderwerpen te praten. De sfeer binnen de bijeenkomsten is veilig, vertrouwd en intiem. Vrouwen staan hierdoor open voor elkaars verhaal.
2. De Kracht van Samenwerking als methode Tegelijkertijd hebben veel vrouwen hun eigen kracht ontdekt, zowel als groep als ook individueel. Vooral de begeleidsters, die vanuit Delftse Kleden veel ervaring hebben opgedaan met het leggen van contacten binnen de wijken en het coördineren van een groep, zouden veel meer nog naar voren kunnen treden als stuwende kracht. Vanuit de praktijk willen we graag een methodiek ontwikkelen, om de kracht van deze samenwerking tussen de vrouwen over te dragen aan anderen. Te denken valt daarbij aan een uitdieping van de documentatie, een uitgebreid draaiboek voor de begeleidsters, met een stukje deskundigheidsbevordering, een goed omschreven begeleidingsprotocol met aandacht voor didactiek, het omgaan met groepen, zowel met de eigen achterban als met vrouwen vanuit andere culturen. Door dit systeem aan te leggen vanuit de praktijk kan de methodiek gaandeweg aangepast worden, en groeien. Dus een dynamisch protocol.
DOELSTELLING 1. Kennismaking en integratie - Contact leggen met bewoners van de wijken en die band verstevigen. Doordat er zowel allochtone als autochtone vrouwen (voor wie de drempel om elkaar te ontmoeten vrij hoog ligt) samenwerken, bevordert het de integratie, maken Nederlandse en buitenlandse buurvrouwen contact. - D.m.v. onderzoek naar handwerk en klederdracht uit diverse moederlanden vrouwen in contact laten komen met elkaar, en elkaar en anderen een beeld geven van de diversiteit die er is binnen de verschillende culturen. - Jong en oud samen te laten werken, een brug slaan tussen de generaties.
2. Documentatie en methodiekontwikkeling - Doen/praten als voorbeeldactiviteit voor andere geïnteresseerden binnen het sociaal-cultureel vlak uitwerken. Spelenderwijs leer je Nederlands en maak je kennis met een andere cultuur. - Uitwisselen en versteviging van contacten tussen buurthuizen, instituten en instanties in diverse wijken van de stad Delft (wijkoverstijgend).
3. Emancipatie en educatie - De begeleidsters krijgen een belangrijke en bindende rol. De begeleidsters worden ondersteund door hen enerzijds te coachen vanuit het organisatieteam en anderzijds door hen een stukje scholing aan te bieden. Coaching vindt plaats door middel van een intensieve begeleiding op coördinerend vlak. Hierdoor vindt deskundigheidsbevordering plaats op de werkvloer. - Tijdens speciale bijeenkomsten met de begeleidsters worden op organisatorisch niveau allerhande praktische zaken zoals het draaiboek voor de begeleidsters doorgenomen. - Scholing van de begeleidsters kan in de vorm van een workshop of een korte cursus. Het gaat hier om een projectgerichte scholing zoals bijvoorbeeld de omgang met groepen, presentatietechnieken of communicatie. Al naar gelang de behoefte van de begeleidsters.
PROJECTPLAN DE JURK VAN DELFT
/
BIJLAGEN
/
33
- Tijdens de groepsbijeenkomsten kan ruimte worden geboden aan organisaties en individuen die de doelgroep willen bereiken voor bijvoorbeeld rondetafelgesprekken, lezingen over cultureel erfgoed, vrouwenochtenden, praatgroepen, bewoners/wijkparticipatieprojecten, moeder-en-kind-groepen, informatieochtenden, computercursussen, Nederlandse les, vrijwilligerswerk, etc…
DOELGROEP Dit is een project voor alle vrouwen uit de gemeente Delft en omgeving. Vrouwen uit alle gelederen van de samenleving ongeacht leeftijd, opleiding of afkomst worden gevraagd mee te werken aan het project. Gestreefd wordt naar een aantal van 150-200 vrouwen, meiden en kinderen.
ONTWERP Artistieke concept Christina Linaris Coridou zal voor De Jurk het ontwerp leveren en een basispakket samenstellen met materiaal en ondergrond. Tevens zal er een ‘handleiding’ zijn voor de begeleidsters hoe zij hiermee aan de slag kunnen. Vanuit deze de kapstok kunnen de vrouwen daar zelf hun invulling aan geven, met hun begeleidsters Christina: ‘Mode en kunst vormen beide belangrijke fenomenen in de hedendaagse maatschappij. In die context wil ik deelnemen aan de Jurk van Delft. Als kunstenaar werk ik al jaren met weefsels, stoffen, garens en draad. Ik verzamel voorwerpen van de straat en naai ze op doeken, tafellakens, kleding en zo meer, met het doel deze voorwerpen nieuwe kracht en betekenis te geven. Op die manier bedrijf ik archeologie van deze tijd. Ik schrijf geschiedenis. In het geval van de Jurk van Delft werk ik naar een nog extremere vorm, het gaat hier immers om 150 vrouwen. Ieder met een eigen geschiedenis, met eigen gevoelens.’ De insteek is, dat in groepen gewerkt wordt aan verschillende delen van een immens wandkleed, een archetypische vorm van een jurk. De jurk functioneert als een groot schrift waarin herinneringen – in welke vorm dan ook – verzameld worden. Een bonte stoet van figuren in klederdracht meandert over het voorpand. Klederdracht wordt zeer ruim gezien, want ook de jongere generatie met haar trends en hypes is vertegenwoordigd. Langs de stoet zijn banen met kleine teksten, gedichten of frases, geschreven in de taal die thuis gesproken wordt. Daarnaast wordt de jurk ingevuld met huizen, geboorteplekken van over de hele wereld. De mouwen van de jurk verwijzen naar de toekomst en worden versierd met goede wensen. Het eindproduct is een kleurrijke jurk voor een maatschappelijk lichaam. Het is belangrijk dat de vele vrouwen, die zullen participeren in de fabricage van de jurk, voelen dat hun intimiteiten met respect worden opgenomen in een groter verband. Daarom is gekozen voor de vorm van een jurk. De jurk als een overstijgende vorm van de individuele onderdelen die de vrouwen zullen aanleveren. De jurk als archetypische vorm van kleding sinds de oudheid. De jurk ook als symbool van de vrouw die haar zou dragen. De jurk als symbool van het omhullen van het lichaam, van het verbond van de groep vrouwen. De jurk moet zo mooi en krachtig mogelijk worden om een waardige drager te kunnen zijn van zo veel, belangrijke, gezamenlijke geschiedenis.
PROJECTPLAN DE JURK VAN DELFT
/
BIJLAGEN
/
34
WERKWIJZE Werving Er wordt een intensieve werving opgestart. Allereerst krijgen de deelneemsters van Delftse Kleden een uitnodiging. De werving zal plaatsvinden vanuit het netwerk dat opgebouwd werd tijdens Delftse kleden, uitgebreid naar andere wijken - in eerste instantie vrouwen uit de wijken Voorhof en Buitenhof, aangevuld met Wippolder Buitenban, Westerkwartier - vluchtelingenwerk - analfabete vrouwen Mondriaancollege Slauerhoflaan - meidengroepen olv opbouwwerksters - psychiatrische afdeling Reinier de Graaf Ziekenhuis - kindergroepen Brede School - seniorengroepen - etc Nieuwe deelneemsters worden door middel van een folder (eventueel in diverse talen) benaderd. Deze folders worden verspreid in buurthuizen, bibliotheken, stadskantoor van de Gemeente Delft, Reinier de Graaf ziekenhuis, brede school en andere Delftse instellingen. Via de locale media zoals de Stadskrant, de Delftse Post en Delft op Zondag worden potentiële deelneemsters attent gemaakt op de Jurk van Delft. Een groot gedeelte van de werving zal toch door een persoonlijk kontact plaatsvinden. Dit is een zeer intensieve methode, maar wel een methode die werkt, één goed gesprek met elkaar levert meer op dan honderden folders op een balie.
Uitvoering In januari 2004 wordt gedurende 10 weken op locatie (4x per week) aan de Jurk van Delft gewerkt aan de hand van thema's (huis, jurk, gebeurtenis, toekomstdroom). Half februari zal er een gezamenlijke tussentijdse presentatie komen, waarbij de vrouwen kunnen zien hoe de afzonderlijke delen van de jurk bij elkaar passen, elkaars inbreng kunnen bewonderen en elkaar kunnen ontmoeten. Het is de bedoeling dat de verschillende delen geheel in de buurthuizen afgemaakt worden, de delen zullen aan elkaar gemonteerd worden voor de uiteindelijke presentatie.
Begeleidsters Het hele proces wordt begeleid door een team vaste begeleidsters. Dit zijn onder andere vrouwen die tijdens Delftse Kleden groepen hebben begeleid. Deze vrouwen hebben zich bewezen door hun vakkennis en betrokkenheid bij het project en willen graag in de Jurk van Delft weer als begeleidster aan de slag. De begeleidsters worden onder andere via het netwerk dat tijdens Delftse Kleden is opgebouwd geworven. Daarnaast wordt in de Delftse Post en de Stadskrant een oproep geplaatst voor begeleidsters, zodat ook nieuwe vrouwen zich als begeleidster kunnen aanmelden. De begeleidsters worden inhoudelijk en op organisatorisch vlak aangestuurd door Tonny van Sommeren en Nathalie van der Hak. Zie: ‘educatie en emancipatie’.
PROJECTPLAN DE JURK VAN DELFT35
/
BIJLAGEN
/
35
Presentatie Na een periode van 10 weken zijn alle afzonderlijke elementen op het achterdoek gemonteerd en zal het proces afgerond worden met een feestelijke presentatie. De Jurk zal kunnen reizen langs diverse plekken. In overleg met de gemeente Delft zal de Jurk een vaste plek krijgen op een voor publiek toegankelijke locatie. Contacten hiervoor zijn inmiddels gelegd met het Stedelijk Museum Het Prinsenhof.
Verslaglegging - De werkwijze zal uitgebreid beschreven worden in een Handleiding voor Samenwerkingskunst in de wijk. Deze methodiek zal het opzetten van dergelijke projecten in de toekomst vergemakkelijken. Vanuit de praktijk wordt beschreven wat de stappen zijn om tot een samenwerkingsproject te komen, van a tot z duidelijk in beeld gebracht. Het vastleggen van de werkwijze van de Jurk kan zowel in de welzijnsector als in diverse kunstdisciplines van belang zijn omdat zich hier een tendens afspeelt waarbij bewoners van wijken of de inwoners van steden steeds vaker worden betrokken bij projecten. Zo zal in elke willekeurige stad in Nederland, zowel kleinere gemeentes als grotere steden volgens deze methodiek een vrouwenproject opgezet kunnen worden. - Inzet is om amateurverenigingen te betrekken bij het verslag van De Jurk. Contact wordt gelegd met videoclubs, fotocursussen etc in Delft, om het proces van het ontstaan van de Jurk te volgen en te registreren. Zo kan ook het Kinderpersbureau ingeschakeld worden om interviews af te nemen met de deelneemsters, of deelnemers aan een schrijverscursus enkele verhalen achter de lappen te laten verslaan. (Vrije Academie Delft, div. buurthuizen/amateurverenigingen) - Het resultaat van deze verslagen, aangevuld met een uittreksel van de methodiek, achtergrondverhalen van Tonny van Sommeren en foto’s van Hannah Anthonysz, zullen op een internetsite te zien zijn, zodat ‘wereldwijd’ vrouwen ervan kennis kunnen nemen en reageren, de site van Delftse Kleden krijgt een vervolg.
TIJDSCHEMA December 2003 - voorbereiding, werving, instructie begeleidsters Januari 2004 – maart 2004 - werken aan de Jurk april 2004 – afwerking eind april 2004 - presentatie
MEDEWERKERS Productie: Concept: Artistiek concept/ontwerp: Begeleiding: Coördinatie: Fotografie:
Stichting Kunst en Welzijn Tonny van Sommeren Christina Linaris Coridou Tonny van Sommeren, Nathalie van der Hak Marlene Vreeke Hannah Anthonysz
VOORBEELD AFSPRAAK MET LOCATIE
BIJLAGE: 3. VOORBEELD AFSPRAAK MET LOCATIE
Afspraken ten behoeve van project: …………………………….. Locatie: ……………. Periode: ………………t/m ……… Openen ruimte: …………. zorgt voor het openen van de ruimte. Tijdstip aanwezigheid: De begeleidsters van de groepen: Naam: ……………………………. Naam: ……………………………. is op maandag om 9.15 uur aanwezig in het buurthuis. Gebruik activiteitenruimte: De begeleidsters maken gebruik van de volgende ruimte(s) in het buurthuis: Activiteit: De Jurk van Delft Opbergen materiaal: in curverbox in een kast of in de ruimte zelf Toilet: in de gang of naast crea ruimte in de grote zaal Ontvangst deelneemsters: Deelneemsters aan de Jurk van Delft worden opgevangen door de begeleidsters in de volgende ruimte van het buurthuis: crea ruimte De begeleidster draagt zorgt voor koffie, thee en koekjes. De koffie en thee wordt na afloop van het project in mei met het buurthuis verrekend. Het buurthuis stuurt een rekening hiervoor naar Stichting Kunst en Welzijn. Opruimen activiteitenruimte: De begeleidsters zorgen ervoor dat de ruimte wordt achtergelaten zoals men die heeft aangetroffen. Sluiten ruimte: ……………….. zorgt voor het sluiten van de ruimte. Tijdstip vertrek: De begeleidsters verlaten het buurthuis om 12.15 uur. Bij onduidelijkheden kan contact opgenomen worden met: Voor de Jurk van Delft met: voor de ruimte met: Naam : ………………………. Tel: …………………. Tel: ……………………
Naam: …………………
/
BIJLAGEN /36
VERSLAG BEGELEIDSTERTRAININGEN
/
BIJLAGEN
/
37
BIJLAGE: 4. VERSLAG BEGELEIDSTERTRAININGEN BEGELEIDSTERSTRAININGEN Begeleidsterbijeenkomsten Voordat de groepen van start gingen werden er 4 begeleidsterbijeenkomsten belegd waarbij zij een training kregen. De training duurde anderhalf uur. De trainingen werden gegeven door Ellen Tas. Zij werkt voor de gemeente Delft als coördinator Brede School en heeft een achtergrond in sociaal-cultureel werk. Als coach heeft zij een ruime ervaring in het werken met groepen van verschillende nationaliteiten. Daarnaast kwamen we nog 3 keer bij elkaar voor instructie en evaluatie.
- Bijeenkomst 1 - werken in groepen De eerste bijeenkomst werd nader ingegaan op wat er allemaal bij komt kijken als je voor een groep staat. docent/begeleidster | | | groep
/ \ / / \ / / \ / \ /____________\
plaats/ruimte
activiteit/stof Activiteit: wat moet je overbrengen, hoe krijg je het voor elkaar dat er een goed resultaat is (komt ook aan bod in 2e training) Plaats: ga van tevoren je plek onderzoeken Ruimte: - tafel - verlichting - toilet - beheerder/contactpersoon - wat te doen bij calamiteiten - afspraken koffie/thee - openen/sluiten ruimte Docent: leiderschap Sommige mensen hebben dit van nature, soms neem je de leiding omdat je het wilt doen, soms omdat het van je verwacht wordt. - Voel je zeker: daar zijn trucjes voor, oefen in de spiegel aan je presentatie, - Ga staan als je iets wilt vertellen, kijk iedereen aan - Trek iets aan waar je je goed in voelt, dat mag best iets opvallends zijn, zodat je eruit springt. - Zorg voor rust en harmonie in je groep. Probeer te bemiddelen bij onrust, jij neemt de beslissingen, dat verwacht de groep ook van je. - Als je iets uitlegt en het is rumoerig, iets harder en langzamer praten, dat geeft rust
VOORBEELD AFSPRAAK MET LOCATIE
/
BIJLAGEN
/
38
Groep: - maximum aantal deelneemsters? Niemand weigeren. Zijn er teveel deelneemsters, koppel het dan gelijk terug naar je coördinator. Zij is altijd stand-by - namen opschrijven, evt. naambordjes - badge dragen met je naam, zodat je herkenbaar bent als leidster - presentielijst bijhouden Er wordt even ingegaan op verbale en non-verbale communicatie en cultuurverschillen, dit spreekt de begeleidsters erg aan, is vaak erg herkenbaar. Voorbeeld: In Iran heeft men ander oogcontact dan in Nederland, wat hier aandachtig lijkt is daar brutaal. Taboe: Er zijn behoorlijk wat zaken waar een taboe op ligt, vrouwen onder elkaar zijn wel vrij in vrouwenzaken, waarbij de allochtonen daar verder in gaan dan de autochtonen. Maar over internationale politiek, nationalistische tendensen, religieuze uitingen kan gestruikeld worden. Regels groep: - hoe laat beginnen we, hoe laat is het afgelopen - spullen opruimen, spullen meenemen, die weer terug moeten komen - opruimen van de zaal, de groep kan hierin assisteren In deze training kwamen veel herkenbare zaken aan de orde, maar ook punten die een aanvulling zijn op wat men al wist. Het is goed alles eens op een rij te zetten. Vastgesteld wordt dat er drie keer gezamenlijk overleg zal zijn tijdens het groependraaien, - de eerste keer zal na de tweede week zijn, - de tweede keer zal zijn de week voor de tussenpresentatie, - de derde keer zal een slotevaluatie zijn. nb verzekeringen: via de gemeente is er vaak voordelig of zelfs gratis een collectieve aansprakelijkheidsverzekering voor alle begeleidsters en deelneemsters van dit soort projecten te krijgen.
- Bijeenkomst 2 – uitleg door de kunstenaar Er zijn formulieren gemaakt waarop duidelijk staat hoe de gang van zaken is in de buurthuizen. Met deze formulieren maken we afspraken op locatie om de begeleidsters kennis te laten maken met het buurthuis, de beheerder, en de formulieren zullen ter plekke ingevuld worden. De begeleidsters krijgen een kopie, het buurthuis zelf en de projectcoördinatie ook. Op deze bijeenkomst worden de begeleidsters geïnstrueerd wat zij met de groep zullen gaan maken. Daartoe is de kunstenares, Christina Linaris-Couridou uitgenodigd. Zij laat voorbeelden zien van de lapjes die gemaakt zullen worden. 1. De steek van Bayeux: Christina vertelt van deze steek, die al meer dan 1000 jaar oud is. Het is een heel sterke steek, zuinig in materiaalgebruik en mooi om te zien. Deze steek zullen we (her)introduceren in Delft in de Jurk. De dames vinden het borduursel erg mooi. De landen van de wereld zullen in deze steek geborduurd gaan worden. Feri heeft haar twijfels over de haalbaarheid bij niet-ervaren borduursters.
VERSLAG BEGELEIDSTERTRAININGEN
/
BIJLAGEN
/
39
2. Kruissteekborduursels: zien er uit als tapijtjes dus helemaal vol geborduurd. Deze lapjes kunnen door kinderen ontworpen worden, bv op ruitjespapier, of oude traditionele patronen, mandala’s kunnen gebruikt worden. 3. Voorwerpjes die de deelneemsters meebrengen van thuis kunnen vastgezet worden op lapjes. Dit kunnen voorwerpjes zijn die een herinnering oproepen. Loes: mensen willen het netjes opnaaien, niet zo grof zoals Christina wil. Voor kinderen is het geen probleem om vrij te werken, volwassenen hebben veel meer moeite hun gewoontes en dat wat aangeleerd is, los te laten. Toch wil zij proberen de speelsheid te stimuleren. Tekst borduren bij voorwerpje: wat roept deze herinnering op, welk verhaal hoort bij dit voorwerp. Er ontstaat een discussie over welke teksten er wel dan niet kunnen. Banafshe: geen politieke teksten, bv Iran. Christina: als je ervoor kiest je bloot te geven moet dat mogelijk zijn. De groep is het er uiteindelijk over eens dat religieus of politiek gevoelige zaken vermeden dienen te worden, je kunt er iemand mee kwetsen. Hoe los je dit op: door een beperking in de keuze van de voorwerpjes op te nemen. Dus bij herinneringen die een voorwerpje oproepen kun je denken aan bv liefdesherinneringen, bv je eerste liefde. 4. Plattegrond: voor kindergroep. De rand rondom het huis moet zwart. Men kan bij de plattegrond namen zetten, namen van familie, vrienden, overledenen etc. 5. Klederdrachtpoppen: Deze worden allemaal op dezelfde manier gemaakt, met een kruisconstructie van oude kranten, waar omheen banden van stof gewikkeld worden. Daarna komt de aankleding, waar vrouwen uiteraard wel vrij in zijn. Alle poppen worden daardoor ongeveer even groot. 6. Gedichten: op een grote lap, of oneliners van de groep. Dus we gebruiken de jurk als een schrift, een aantekenboek van de bijeenkomsten. 7. Mouwen: hierin komen de wensen, alleen in tekst: in een blauwe kleur. In diverse letters, alfabetten. De vrouwen hebben 7 verschillende thema’s waaruit ze kunnen kiezen als ze deelnemen. Zij kunnen verschillende thema’s maken, of zich beperken tot een lapje. De begeleidsters stellen veel vragen, het is belangrijk de uitgangspunten van de kunstenares heel duidelijk op papier te zetten, zodat er geen misverstanden kunnen ontstaan. Aan de begeleidsters (en coördinatoren) de taak om de uitgangspunten van de kunstenares te vertalen naar de groep. Het project wordt anders dan voorheen, de deelneemsters hebben minder vrijheid in inbreng dan bij de voorgaande projecten. Zij zullen gestimuleerd moeten worden om op een andere manier dan tot nu toe gebruikelijk was iets van zichzelf te laten zien. Steeds duidelijker wordt dat er voorbeelden moeten zijn, en dat de begeleidsters ook moeten weten hoe je iets maakt, alvorens het over te brengen aan een ander. Er komt nog een extra bijeenkomst om voorbeelden te maken, zodat elke groep een pakket heeft om te laten zien wat de bedoeling is.
- Bijeenkomst 3 - instructie materiaal en tijdspad De begeleidsters krijgen een doos mee, en daarin lapjes. Er zijn 6 jurkjes geknipt als voorbeeld. De kleuren garen worden getoond en de diverse andere materialen en benodigdheden. De coördinatoren zorgen voor de inhoud van de dozen, die in de groepen gebruikt gaan worden, een checklist met spullen die nodig zijn, stevige plastic boxen met deksel voor de groepen om de spullen in te bewaren De lapjes die klaar zijn worden elke keer door de begeleidsters mee naar huis genomen, zodat zij niet kwijt kunnen raken.
VOORBEELD AFSPRAAK MET LOCATIE
/
BIJLAGEN
/
40
Proeflapje. Naar aanleiding van de opmerking van Feri dat niet iedereen de steek van Bayeux zomaar onder de knie heeft, heeft Lily een proeflapje gemaakt. Het is inderdaad niet eenvoudig voor een leek. We maken gezamenlijk een proeflapje om het uit te proberen. Bovenkant: de mouwen. In de eerste maand van de bijeenkomsten worden wensen/woorden die hierop geborduurd worden genoteerd door de begeleidsters. Dat kunnen woorden zijn als ‘vrede’ of ‘hoop’. Maar ook mooie zinnen die tijdens de bijeenkomsten naar voren komen. Bij de tussentijdse begeleidsterbijeenkomst bespreken we deze woorden, daarna wordt het mouwpand gemaakt en kunnen de lapjes met de teksten geborduurd worden. Deze woorden worden in blauwen geschreven en geborduurd. In grote letters, in platsteek. Geen kralen of versierselen. De meidengroep gaat poppen maken, zij doen 5 dagdelen mee. Mocht er nog tijd over zijn dan kan er ook nog een plattegrond gemaakt worden. De kinderen van Brede school doen ook 5 dagdelen mee. Zij starten met een proeflapje, en gaan vervolgens plattegronden maken van hun kamer. De verdere afwerking Voor het monteren van de patroondelen zullen we een aantal vrijwilligers nodig hebben. De afwerking vindt in een open-ateliersituatie plaats, vrouwen kunnen koffie komen drinken, helpen of alleen komen kijken.
- Bijeenkomst 4 - voorbeelden maken Onder leiding van de kunstenares worden voorbeelden van poppen gemaakt. We zijn begonnen met de werkjes die we inmiddels thuis hadden gemaakt te bekijken en te bespreken. Vooral aan de kruissteekjeslapjes is nogal wat tijd besteed. Je kunt een malletje maken van precies 10 x 10 cm, waarbinnen je dan moet blijven. De rest van de tijd is gevuld met het poppetje maken voor de klederdrachten. We hadden allemaal wel begrepen hoe het moest, maar we hebben toch veel ideeën en adviezen kunnen uitwisselen. Voor de verticale vorm wordt een dubbele krantenpagina gebruikt en voor de horizontale vorm een enkele. Voor hoofd, handen, borsten en eventueel voeten kunnen stukjes watten of iets dergelijks gebruikt worden, overtrokken met dunne stof. Wij hebben voor dit doel oude panty’s gebruikt. Vooral het aanbrengen van de borsten zorgde voor de nodige hilariteit. Ook ontstonden heel interessante gesprekken naar aanleiding van de vorm van de poppetjes. Onder andere een verhaal van Monireh over een schimmenspelfiguur met een lange hand, dat zij kende vanuit Iran, en waarvan Christina wist te vertellen, dat dit ook in Griekenland gespeeld wordt. Het was een heel zinnige ochtend, omdat we nu toch beter kunnen laten zien hoe zo’n klederdrachtpopje gemaakt wordt. Maar bovenal was het erg gezellig. We hebben elkaar in ieder geval een klein beetje beter leren kennen.
- Bijeenkomst 5: Eerste gezamenlijke overleg tijdens de groepsbijeenkomsten De evaluatie van de eerste 2 weken. Hoe heeft iedereen het ervaren? Lily: een heel kleine groep, 4 dames, die er heel wisselend zijn. Ligt het aan locatie, aan maandagochtend, aan
VERSLAG BEGELEIDSTERTRAININGEN
/
BIJLAGEN
/
41
de wijk met werkende mensen, we weten het niet. Werving meer vrouwen aandachtspunt. Ze is wat teleurgesteld in haar rol, en had liever een grote groep gehad, en meer allochtone vrouwen. Banafshe/Monireh: Dagbesteding WO is een erg leuke locatie, maar weinig patiënten vanuit het Joris zelf doen mee. De bijeenkomst is nog maar 1x geweest. Verder gaat het goed, verslagen worden geschreven, ervaren begeleidsters. Loes: afspraken die gemaakt waren met buurthuis waren onbekend bij de beheerder. Dat schiep wat verwarring de eerste keer. Uiteindelijk gaat het nu prima, ook al zitten we in een andere ruimte. Feri: het is heel druk, maar alles gaat goed. Monireh/Banafshe Voorhof: er waren wat problemen met een onhandelbaar kind van een Iraanse vrouw. Kind gooide met houten blokken, rakelings langs de bril van Monireh en de moeder greep niet in. Hoe te handelen is zo’n geval? Banafshe legt het de andere begeleidsters voor. De volgende keer dat de vrouw daar weer is zal zij haar apart nemen en vragen het kind rustig te houden, want zo is het niet de bedoeling. Het voorval was des te pijnlijker omdat net een vrouw uit haar groep kwam vertellen dat haar man vorige week was overleden, en ze even wat afleiding zocht. Iedereen was daar nogal van slag van, en er was niet genoeg rust in de groep om de vrouw haar verhaal te laten doen. Jammer. Verder gaat het op Voorhof goed, er zijn veel oude bekenden en de sfeer is heel gezellig. Nathalie en Tonny vragen wat de begeleidsters vinden van de rol van de coördinatoren. We hebben nu 2 weken in alle groepen meegelopen, de eerste week was ook Christina erbij, om alles uit te leggen. De opzet is dat wij ons nu terugtrekken, dat de begeleidsters hun rol gaan vergroten en zo in elke groep hun eigen sfeer kunnen neerzetten. Onze vraag is of dat haalbaar is, of dat je onze ondersteuning nog nodig hebt. Draai je de groep zelfstandig, dan houdt dat in dat - je bijhoudt of er genoeg voorraad materiaal is, en doorgeeft wanneer er iets extra moet komen - voorbeeldboekjes zelf meeneemt als er naar gevraagd wordt, want Tonny is er dan niet meer bij met de 8 kilo bibliotheekboeken - je zelf een verslag schrijft van de bijeenkomst voor op de website. Dat hoeft niet veel te zijn, een half A4tje is voldoende, het gaat dan over hoe de sfeer was, een grappige anekdote, wat zich voordeed tij dens je groep. Kijk op de website hoe er tot nu toe geschreven is door Tonny en Nathalie, Lily heeft het zelf al op zich genomen, het is niet echt moeilijk, maar wel erg leuk om te lezen voor iemand die er niet bij was. (en ook voor de deelneemsters zelf!) - presentielijst bijhouden, eventueel een tafelplattegrond maken zodat je de namen beter kan onthou den. Proberen ook adressen van deelneemsters op te schrijven, als dat mogelijk is (soms wil een deel neemster dat niet, dan is het niet erg) Lily geeft aan dat ze het zelf wel redt, het is alleen wel erg stil zonder ons. We zijn dan ook van plan om totdat de groep wat gevulder is op de maandagochtend te komen ondersteunen, al is het dan alleen maar moreel. Loes zegt het wel prettig te vinden dat we af en toe aanwippen, maar kan het ook heel goed alleen aan. We besluiten dat Nathalie dat aanwippen voor haar rekening neemt, Tonny is er in ieder geval altijd mochten er vragen zijn. Banafshe/Monireh: geen probleem, die zijn al behoorlijk ingespeeld als begeleidster.
VOORBEELD AFSPRAAK MET LOCATIE
/
BIJLAGEN
/
42
Anne heeft eerder ook aangegeven de groep zelfstandig te willen draaien. Feri vindt het wel zwaar in haar eentje. Nathalie en Tonny zullen haar blijven begeleiden en naast haar de rol van begeleidster blijven vervullen. Haar groep is groot, dus daar zijn we met z’n drieën. Christina en de lapjes: Er zijn geen onduidelijkheden meer over de lapjes. Wat kleine puntjes over de afwerking van de randjes, wel of niet in kleur, sommige vrouwen maken toch een hele sierrand voor je er erg in hebt. Zij spreekt af elke week minimaal in een groep te komen kijken hoe het gaat, als er onduidelijkheden zijn kan je haar bellen natuurlijk. Lapjes die af zijn kunnen via Nathalie en Tonny ingeleverd worden, dan komen ze bij Christina terecht, die dan een overzicht heeft in wat er allemaal klaar is. En hoe zij het zal gaan rangschikken. Er komt een tussenpresentatie, waarschijnlijk in De Wending, een koffieochtend voor alle deelneemsters en evt. pers. Op die dag zullen alle lapjes die af zijn op een pand van de jurk gespeld zijn zodat de deelneemsters een idee krijgen hoe het geheel zal gaan worden, en zo kunnen zij de lapjes die in andere groepen gemaakt zijn ook bewonderen.
- Bijeenkomst 6 - tweede gezamenlijke overleg tijdens de groepsbijeenkomsten Bij binnenkomst zijn we verrast door de compilatie van lapjes aan de muur, Christina heeft ze al een beetje in model opgehangen en is ermee aan het rangschikken. De rest van de binnengekomen lapjes worden op tafel gelegd. Het is een bonte verzameling. Feri, een van de begeleidsters is gestopt. Haar groep was erg groot en ze kon de druk niet aan. Inmiddels heeft Lily haar groep overgenomen, samen met een nieuwe begeleidster, Selma. Zij zijn allebei erg blij dat zij deze groep kunnen begeleiden, Lily’s groep op de maandagochtend is erg klein, ze wilde graag een grote groep, en Selma wilde erg graag begeleidster worden, zij stond op de reservelijst. Feri zal als deelneemster betrokken blijven bij het project. Hoe is de stand van zaken in de groepen? We beginnen gelijk met een pittige discussie, Christina doet de aftrap: er is een probleem. Hoe kan het zo zijn dat het anders wordt dan we van tevoren hebben bedacht? Er zijn namelijk enkele lappen geheel op eigen wijze ingevuld, met versierde randen, beschilderd, met bloemen ipv een van de thema’s. Anne: omdat als er iemand binnenkomt die er thuis enorm haar best op heeft gedaan, ik niet kan zeggen: nee, dit is niet de bedoeling. De vrouwen vullen het op hun eigen manier in. Christina: Ik geloof dat zij willen wat ik wil, alleen dat het niet duidelijk genoeg gezegd wordt, dat de instructies tekort schieten. Het is de rol van de begeleidsters om de vrouwen te sturen. De begeleidsters weerleggen dit, het is niet mogelijk de vrouwen meer te sturen dan nu al gebeurt. Soms omdat het veel te druk is (Lily), soms omdat de taal een barrière vormt (Lily), soms omdat vrouwen nu eenmaal hun eigen idee hebben en maar beperkt te sturen zijn, en soms omdat het een sociaal gebeuren is en het juist belangrijk is dat een vrouw meedoet en zich op haar gemak en gewaardeerd voelt (Loes, Banafshe en Anne).
VERSLAG BEGELEIDSTERTRAININGEN
/
BIJLAGEN
/
43
Anne: Je krijgt 20 lapjes die af zijn, 10 daarvan zijn niet zoals we ze bedoeld hadden. Maar ze zijn wel met veel liefde gemaakt en vaak erg mooi. Vrouwen zijn geen apparaten, machines, maar mensen met een eigen inbreng. Christina: Ik stuur aan, maar soms loopt het anders, zo werkt het niet. Jullie hebben mij niet begrepen als gezegd wordt dat het slordig moet. Anne: nee, de vrouwen zeggen: Christina wil het ANDERS dan wij dat zouden doen, niet SLORDIGER. Zij zijn niet gewend om zo te denken, het is moeilijk om dat zo te zien. Kortom, een discussie over idee en hoe het in de praktijk uitpakt. Christina vindt dat de begeleidsters meer moeten uitleggen, de begeleidsters vinden dat in de praktijk meer naar de inbreng van de vrouwen moet worden gekeken, en het sociale aspect. Het is een proces, het oorspronkelijke idee zou moeten meebuigen met hoe het in de praktijk gaat. Bovendien haken vrouwen af als je teveel eisen stelt aan wat zij moeten doen. Christina heeft al haar concessie gedaan in het begin door de kleuren en keuze garen los te laten, omdat de vrouwen daarom vroegen. De begeleidsters vragen meer vrijheid voor de vrouwen en een flexibeler protocol. Sommige vrouwen hebben al moeite de drempel over te komen, en als ze dan nog te horen krijgen dat het niet goed is wat ze doen, is dat heel erg jammer. Ontwerp en vormgeving zijn van Christina, maar de vrouwen komen bij elkaar voor gezelligheid en contact maken, niet voor de kunst of het ontwerp. Het is geen meester-leerlingverhouding, soms maakt iemand juist nieuwe vrienden, kruipt uit haar schulp door dit project, en dan maakt het niet uit wat er gemaakt wordt, dan heeft dat een schoonheid van zichzelf. Conclusie: de sfeer is gewoon gezellig in de groep, dus eigenlijk is er geen probleem, het wordt alleen anders dan van tevoren afgesproken. Dat gaat zo omdat de vrouwen zo zijn zoals ze zijn. Tussenpresentatie: Hoe presenteren we de spullen? Over de balustrade aan een lap met spelden vastgemaakt. Om 9.00 uur kunnen we inrichten en koffie zetten. Om 9.30 komen de vrouwen binnen. In de groepen wordt gevraagd of er vrouwen iets willen bakken, tegen vergoeding ingrediënten. Vanuit de groepen kunnen vrouwen met strippenkaart naar De Wending komen, aan de begeleidsters wordt gevraagd dit te coördineren. Om 10.30 is er gelegenheid voor vrouwen om over hun lapje te vertellen, aan elkaar, in een groepje of individueel. Het is nuttig geweest om het over de aansturing en het spanningsveld tussen wat de vrouwen doen en wat de afspraak was te hebben, we hebben daardoor geen tijd meer gehad om het over andere zaken dan de tussenpresentatie te hebben. Zo zijn daar blijven liggen: - De verslaggeving: mijn complimenten daarvoor, het is best veel werk om de verslagen te schrijven. - De mouwenteksten: de laatste 3 weken moeten die nog verzameld, geschreven en geborduurd worden.
VOORBEELD AFSPRAAK MET LOCATIE
/
BIJLAGEN
/
44
We zijn op zoek naar teksten in het Farsi, Arabisch, Indiaas, Bengaals etc, of mooie Nederlandse teksten, eenregelig. - De rol van coördinatoren, loopt dat goed, zijn er nog zaken waar je tegenaan loopt? - Hoe gaat het na de 10 weken in de groepen, hoe wordt het aan elkaar gezet?
- Bijeenkomst 7 - laatste bijeenkomst en slotevaluatie We willen graag van iedereen weten hoe men het begeleiden ervaren heeft, wat de struikelblokken waren, zodat we daar van kunnen leren. Alle begeleidsters vonden de 10 bijeenkomsten van de groepen wel erg kort, men had elkaar juist leren kennen en toen was het alweer afgelopen. Vorige keer was dat 20 weken, dat was prettiger. We gaan het rijtje af: Lily: de maandagochtendgroep was gezellig maar teleurstellend stil. Meestal waren er maar 2 tot 3 vrouwen, soms was er zelfs helemaal niemand. Als er deelneemsters waren, was het wel prettig, de sfeer was heel intiem en de gesprekken gingen heel diep. Het kan zijn dat de maandagochtend niet de juiste tijd is om een activiteit te plannen, het kan zijn dat de wijk niet geschikt was, veel tweeverdieners, weinig allochtone mensen. Ook het buurthuis is overdag stil, de meeste activiteiten vinden er ’s avonds plaats. Kortom, deze groep is niet succesvol geweest. - Van tevoren beter zoeken welke locaties geschikter zijn. In tegenstelling tot het vorige project deden er heel veel Nederlandse vrouwen mee. Dit kan liggen aan de bekendheid van het eerste project binnen die groep, zodat veel vrouwen dit project als 2e kans zagen om mee te doen. Het kan ook liggen aan de drempel die hoger lag, omdat het een minder toegankelijk project was. Er viel veel uit te leggen alvorens vrouwen aan de slag konden. Daardoor is het percentage allochtone vrouwen nu lager dan het voorgaande project. Desondanks hebben toch heel veel vrouwen meegedaan (143) Monireh: de maandagmiddaggroep DWO Opvallend was dat er weinig vrouwen van buitenaf hebben meegedaan. Dat was wel de opzet van deze groep, een menging van patiënten van het ziekenhuis met wijkbewoners. De vrouwen die van buiten kwamen, hadden toch vaak in het verleden te maken gehad met het ziekenhuis, of waren bekenden van patiënten. De sfeer in deze groep was anders dan in de andere groepen, emotioneler. Dit had duidelijk te maken met de psychiatrische achtergrond van de deelneemsters. Banafshe: buiten de patiënten deden ook veel patiëntenbegeleidsters, coördinatoren en andere professionals mee. Daardoor waren de praatjes vaak intern, waardoor wijzelf als begeleidster wat buitenstaander waren. Eigenlijk waren wij zelf de enige vrouwen die daar voor het eerst kwamen. De doelstelling van vermenging met de wijk is daardoor niet behaald. De doelstelling dat we elkaar hebben leren kennen, en dat er veel uitwisseling was tussen de vrouwen onderling is wel ruim behaald. Veel gepraat over onze achtergrond als vluchteling. Anne: dinsdagochtendgroep: het ging lekker, er waren elke keer 10 tot 15 vrouwen. Nadeel: ze kwamen zo laat. Soms zat ik al 3 kwartier klaar met de koffie. Er was maar 1 vrouw uit de wijk zelf, de rest kwam uit het centrum,
VERSLAG BEGELEIDSTERTRAININGEN
/
BIJLAGEN
/
45
of zelfs daarbuiten, soms een half uur lopend met een rollator (Tilly en Mies) Een vrouw kwam zelfs uit Rotterdam. Er waren niet veel buitenlandse vrouwen, dat was jammer. Er kwam ook opeens een enorme groep van 16 vrouwen uit Almere aanzetten, die op excursie waren speciaal om hier deze groep aan het werk te zien. We werden wat overvallen omdat ze onaangekondigd kwamen. Maar dat maakte eigenlijk juist wel dat ze een juiste indruk kregen van hoe zo’n groep aan het werk is. Er waren veel vragen en we konden veel vertellen, vanuit onze eigen ervaringen. Inmiddels heeft deze groep subsidie gekregen en kan hun project in september van start gaan. Loes: mijn groep op dinsdagmiddag bestond uit meer Nederlandse vrouwen en een paar buitenlandse. We waren meestal met 8 tot 10 vrouwen. Niet zoveel wijkbewoners, mensen kwamen op de fiets of reden mee met de auto. De mensen hier in de buurt gaan meer naar Wipmolen, een 55+ buurthuis voor ouderen, dat net gerenoveerd is. De begintijd van 12.30 is veel te vroeg voor veel vrouwen. Er waren maar 2 vrouwen met kleine kinderen die om 15.00 uur weer bij school moesten zijn, dus deze groep had wat later kunnen starten. We hebben het over heel veel onderwerpen gehad, de sfeer was goed. Selma: ik kwam op de donderdagochtendgroep als extra begeleidster, toen de groep al 3 keer bij elkaar gekomen was. Er hebben daar 45 mensen meegedaan, het was een enorme groep. Er waren veel Somalische vrouwen, en veel Turkse vrouwen. Ik heb de Turkse vrouwen soms in het Turks kunnen uitleggen wat de bedoeling was als zij het Nederlands niet begrepen. De Nederlandse mensen mengden heel goed met de buitenlandse vrouwen. We hebben het heel leuk gehad, met allerlei spreekwoorden uitleggen, lekkere hapjes en we hebben heel veel van elkaar geleerd. Lily: ik heb de donderdaggroep van Feri overgenomen samen met Selma. Het was veel te veel voor Feri, die is er toen mee gestopt. Met twee begeleidsters ging het net, maar ik vond het heerlijk, zeker omdat mijn groep op de maandagochtend zo klein was. Het was veel leuker dan dat ik verwacht had, om zoveel vrouwen te begeleiden en te leren kennen. Banafshe en Monireh: de donderdagmiddaggroep was een hele leuke gemengde groep, met nieuwe gezichten en oude bekenden van het vorige project. We hebben veel speciale momenten meegemaakt, ouderwetse Nederlandse en Iraanse liedjes gezongen, belangrijke verhalen en geheimen in hun leven gedeeld. Annie’s man was overleden, en zij heeft veel steun gehad aan deze groep, zij zat in een moeilijke periode in haar leven. Wij hebben als begeleidsters ook heel veel complimentjes gehad, de mensen vonden ons heel hartelijk. De laatste keer hebben we hapjes gemaakt als afsluiting. De extra kindergroep is begeleid door Loes, dat was erg leuk om te doen, maar ook best zwaar omdat deze aansluitend was op de groep die zij daarvoor begeleidde. Maar ze heeft het niet willen missen. De extra meidengroep is begeleid door Tonny, dat was elke keer een klein vrijdagmiddagfeestje. Erg enthousiast en eigen, die meiden.
De begeleidsterbijeenkomsten Werden als heel positief ervaren, de training vooraf was heel zinnig, omdat je je al kon inleven in hoe het zou zijn om voor een groep te staan, en je goed voorbereid aan de slag kon. De tussentijdse bijeenkomsten waren ook erg prettig, omdat alles besproken kon worden wat je tegenkwam, en je open en eerlijk kon zeggen hoe je alles vond gaan. Daardoor waren kleine problemen snel opgelost.
VOORBEELD AFSPRAAK MET LOCATIE
/
BIJLAGEN
/
46
Website - opmerkingen: De verslagen kwamen heel laat pas op de site terecht. Dat was niet motiverend om een stukje te schrijven. Sommige vrouwen staan heel veel op de foto, sommige helemaal niet. Dat kan scheve gezichten veroorzaken. Er waren heel veel portretten van de deelneemsters, en te weinig foto’s van het werk zelf. Dat was jammer. Er zaten ook nogal wat foutjes in de verslagen, verkeerde kopjes of verkeerde verslagen bij verkeerde groepen. Dat werd allemaal wel rechtgezet maar was wel onduidelijk.
Conclusie: Met veel mensen tegelijk werken is best moeilijk, vooral met een tussenlaag. Het was soms moeizaam om de ideeen van de kunstenares te vertalen naar de groep toe, omdat dat over teveel hoofden heen ging en niet direct besproken kon worden. Dat vergde van Christina behoorlijk wat flexibiliteit, en was naar de deelneemsters toe vaak onduidelijk. We leren hieruit dat we nog meer vooraf moeten bespreken wat de verwachtingen zijn van een ieder, en dat keer op keer duidelijk moeten hebben. Als laatste wil ik nog wel graag vermelden dat de begeleidsters, de coördinatie, de projectleidster en de kunstenares het project boven verwachting hebben gedragen, met zoveel meer inzet, betrokkenheid en waardering voor elkaar dan ik had durven hopen. Het was een goed team!
HANDWERKEN VOOR DE LEEK
/
BIJLAGEN
/
47
BIJLAGE: 5. Handwerken voor de leek HANDWERKEN VOOR DE LEEK Veelal wordt dit soort projecten vanuit het sociaal-cultureel werk opgezet, of vanuit instanties die met groepen vrouwen werken. Het opzetten van een project en de begeleiding van de vrouwen is dan veelal geen punt, maar vaak heeft men geen idee van hoe het borduren nu eigenlijk gaat, wat gaan we maken! En hoe! Kunstenaars die ingezet worden weten ook vaak niet veel van borduurmaterialen. Vaak is er wel een vrijwilliger die daarin het voortouw kan nemen. Soms is een vakkracht voorhanden. Maar toch een klein hoofdstuk over de hoed en de rand. Zorg in ieder geval voor een grote tafel waaraan gewerkt kan worden, met goed licht (liefst ook daglicht), voldoende stoelen en houd koffie en thee gescheiden van het borduurwerk.
TERMEN EN BENODIGDHEDEN - Ondergrond Kleur: een spierwitte ondergrond is erg besmettelijk. Met een ecru of grijsbruine ondergrond kan je meer kanten op en het werk wordt niet groezelig. Borduurstramien: dit is oa Aida-stof, waar men op kruissteek borduurt. Stof met kleine ruitjes, waar je met een stompe naald op borduurt. Let er vooral op dat je niet te fijn stramien gebruikt, voor de wat oudere dames is het fijne werk niet meer te zien, het moet wel prettig blijven. En voor kindergroepen is het ook prettiger als de stof wat grover is. 6 ‘hokjes’op een centimeter is echt het fijnste dat haalbaar is. Aftelbare stof: Dit is regelmatig geweven stof, vaak een linnenbinding, waarop in platsteek, steelsteek of kettingsteek gewerkt wordt. Het is een gladdere stof waar je eigenlijk alles op kan borduren, behalve de kruissteek, en zelfs dat lukt ook nog wel. Stevige katoen of linnen: Werkt ook goed voor het wat vrijere borduren, of om bv kralen of pailletten op vast te zetten. Voordeel is dat deze stof een stuk goedkoper is dan de vorige ‘borduurstoffen’, nadeel is dat de echte borduursters het zeer onplezierig werken vinden, het is inderdaad erg stug. Natuurlijk kunnen al deze stoffen door elkaar gebruikt worden, voor elk wat wils. Let wel op dat als de stof gewassen wordt, ze veel slapper wordt en soms wel 10% krimpt. En er wordt vaak een lapje gewassen omdat er een vlekje op komt of een lijntje weggepoetst moet worden.
- Garens Wij hebben gewerkt met splijtzijde en koordzijde, van DMC, in ieder geval erop letten dat het garen kleurecht is, goedkope garens blijken nogal eens te verbleken of af te geven en dat is echt zonde van het werk. Het is echt het geld waard om met goed materiaal te borduren. De dikte van het koordzijde was nr 8(erg prettig) en nr 5(dikker) Het koordzijde nr 8 zit ook op bolletjes van 87 meter.Dat is relatief goedkoper. Het splijtzijde werd voor het kruissteekborduren gesplitst in 2 draadjes of 3 draadjes, maar soms ook in zijn geheel gebruikt. Goud- en zilverdraad in koordzijde nr 5 en klosjes van 40 meter (dunner). Is erg mooi, maar stug om mee te werken. Als het er is, is het ook erg snel op omdat iedereen het gaat gebruiken. Bewaak het goud daarom.
HANDWERKEN VOOR DE LEEK
/
BIJLAGEN
/
48
De garens kunnen vanaf de streng doorgeknipt worden en gevlochten. Je hebt dan stukken van ongeveer 70 centimeter. Dat scheelt een hoop met in de war raken. Ook kan het op kaartjes gewikkeld worden. Onze ervaring was dat vlechten minder materiaalverlies gaf, men nam uit de strengen wat men dacht nodig te hebben, de kaartjes werden vaak in zijn geheel meegenomen en raakten dan al snel zoek. Het is verleidelijk om veel kleuren aan te schaffen. Maar met een beperkter scala is ook heel goed te werken. Wij werkten met 18 tot 70 verschillende kleuren. Geel, rood, wit en zwart en sprekende, heldere kleuren zijn het snelst op. Neem hier wat meer van. Naaigaren van een goede kwaliteit, patchworkgaren of extra sterk naaigaren om de lapjes aan elkaar te zetten, maar ook om kralen ed te bevestigen.
- Naalden Stompe naalden voor kruissteekborduren, scherpe naalden voor vrij borduren, nummer 22 of nr 24 (hoe hoger het getal, hoe fijner de naald). kralennaalden of patchworknaalden voor kralen. Naainaalden voor het aan elkaar zetten van de lapjes of eventuele applicaties. - Draaddoorstekers zijn kleine dingetjes waar je de draad mee door het oog van de naald kan krijgen. - Tornmesjes zijn erg handig om eea weer uit te halen of om je draad mee af te knippen. - Kleine schaartjes met een scherp puntje spreken voor zich. - Borduurringen zijn niet strikt noodzakelijk maar worden wel gebruikt, met name de houten met een doorsnee van ong 20 cm. - Spelden en veiligheidsspelden zijn erg handig, vooral spelden met een gekleurd knopje. - Blauwe quiltstiften, een soort viltstift die met water weer verdwijnt. Zijn ideaal om patronen te tekenen, in de praktijk blijken ze niet helemaal te verdwijnen, je moet het werk na afloop goed uitspoelen (let op krimp!) Moeilijk verkrijgbaar, speciaalzaken. - Allerlei lapjes, bandjes, kraaltjes, pailletten, knoopjes zijn welkom. In Turkse winkels vaak erg goedkoop en in veel kleuren verkrijgbaar. Vaak niet kleurecht, maar het glimt prachtig. - Een speldenkussen of een stuk schuimrubber houdt alle naalden en spelden een beetje bij elkaar. Onmisbaar. - Overtrekpapier om patronen na te tekenen. - Een stevige doos om de spullen in te bewaren, met daarin kleinere dozen voor de garens, het naaigerei en pa pier etc. - Een multomap met een lijst van de deelneemsters, papier om een verslag te schrijven, aantekeningen te verza melen etc. - Stripsluitzakken (diepvrieszakken van Albert Hein) zijn erg prettig om werk in te vervoeren, vooral als het naar huis meegenomen wordt. o Een kopieerapparaat dat kan vergroten/verkleinen is ook erg handig om patronen, tekeningen en dergelijke over te nemen. - Boeken over borduren zijn in alle openbare bibliotheken te vinden. Ze bieden een schat aan informatie over steken, patronen en handige tips. Ook boeken over motieven, bv tegelmotieven of behangpatronen kunnen gebruikt worden. Vaak hebben de deelneemsters ook boeken of tijdschriften thuis waar enthousiast uit gekopieerd wordt. Ook via Google kunnen plaatjes verzameld worden, bv over dolfijnen, bloemmotieven etc. - Potloden - Gewoon A4 kopieerpapier kan gebruikt worden om schetsen te maken - Viltstiften, een paar zwarte viltstiften zijn handig om het uiteindelijke motief dik aan te zetten, want: Het overbrengen van het motief op de stof. De stof op de tekening leggen, vastspelden en het geheel tegen het raam houden, dan kan je het motief overte-
HANDWERKEN VOOR DE LEEK
/
BIJLAGEN
/
49
kenen op de stof. Ook kan gebruik gemaakt worden van carbonpapier, maar dat werkte in de praktijk niet prettig, men moest heel hard drukken om het motief over te drukken.
HET KLEED ZELF In sommige kleden zijn we uitgegaan van een groter motief dat onderverdeeld werd in kleinere stukken. - De ontwerptekening werd levensgroot op tekenpapier aangegeven. Alle stukken kregen een nummer. Deze stukken werden exact overgenomen op stof met een quiltstift, met een rand voor de zoom van minimaal 3 centimeter rondom. Elk lapje krijgt een nummer, en met een smiley of een pijl wordt de bovenkant aangegeven. Doorgaande lijnen van het gezamenlijke motief worden met quiltstift op de stof overgenomen. De deelneemsters kozen een lapje en zetten in het bijbehorende vakje op de ontwerptekening hun naam. Zo is het overzichtelijk welk lapje al bezet is, en welk lapje nog gemaakt kan worden. - Het aan elkaar zetten van de kleine lapjes kan overhands, op de omtreklijnen. Daartoe worden eerst de lapjes aan elkaar gespeld, van hoek naar hoek. Er blijkt dan nogal wat trek- en rekwerk aan te pas te komen, de een borduurt strakker dan de ander, zodat sommige lapjes kleiner zijn geworden dan andere. Met een vochtige lap en een strijkbout kan e.e.a. weer uitgeperst worden. Lukt dit niet, dan kan je wat extra ruimte geven, iemand met naai-ervaring is dan wel erg handig! Voor de afwerking kan er een achterdoek van eenvoudig ongebleekte katoen gebruikt worden, die de warboel aan de achterkant verhult. Het geheel kan aan de bovenkant opgehangen worden door een tunnel van stof aan het achterdoek te naaien, hier een lat doorheen te steken. Natuurlijk zijn hier allerlei methodes voor te verzinnen. Dit is slechts een richtlijn. Natuurlijk is elk project anders, het geeft slechts een idee van wat er in de praktijk aan basismateriaal gebruikt werd.
VOORBEELD WERVINGSFOLDERS
/
BIJLAGEN
/
BIJLAGE: 6. VOORBEELD WERVINGSFOLDERS NEDERLANDS
E S T F L E D EDEN KL
ct Een cultureel proje inter en door voor wen vrou
anden an de h l vertellen, v l a a t Met de e elkaar vee orden. w kunnen er dan met wo it de e m en u s m so n vrouw itenhof om a a g m Daaro oorhof en Bu n een V wijken zitten om same . de tafel ed te borduren le k d n wa
ee! m n a d jn, doe i z n e w e vrou z e d n a én v Wilt u é
DELFTSE KLEDEN Op diverse locaties in de wijken Voorhof en Buitenhof worden groepen gevormd van ongeveer vijftien vrouwen van verschillende nationaliteiten, achtergronden en leeftijden. Elke groep maakt een kleed waarbij elke vrouw op haar eigen manier een stukje van het kleed invult. In het voorjaar 2003 worden de kleden samengevoegd tot een groot, veelkleurig kunstwerk, met veel liefde en geduld gemaakt. Het project wordt afgesloten met een feestelijke presentatie. Vrouwen uit alle windstreken zijn in Delft samengestroomd en naast geboren en getogen Delftenaren komen wonen. Al deze vrouwen samen bieden daarom de stad Delft dit wandkleed aan, om hun verbondenheid met elkaar en met de stad te laten zien, maar ook de gebundelde kracht van de vele culturen die Delft rijk is. Het kleed laat zien dat we samen verder moeten in de toekomst. Het kleed is een symbool van de variëteit, het verschil, maar ook de eenheid.
PRAKTISCHE INFORMATIE: • Meedoen is GRATIS, inclusief de materialen die nodig zijn.
BEGIN PROJECT: vanaf 30 september 2002 zullen we in vier groepen samenkomen, een keer per week
DUUR PROJECT: werken aan de afzonderlijke lappen 10 weken aan elkaar zetten en afwerking 10 weken
LOCATIE VOORHOF: Buurthuis Poptahonk Aart vd Leeuwlaan 4 maandagochtend 9.00 t/m 11.30 uur Contactpersoon: Sonja Cenin Tel: 015-2616006
Buurthuis Voorhof 2 Herman Gorterhof 165 donderdagmiddag 12.30 t/m 15.00 uur Contactpersoon: Sonja Cenin Tel: 015-2616006
LOCATIE BUITENHOF: Buurthuis Fledderus Buitenhofdreef 274 woensdagochtend 9.00 t/m 11.30 uur
• We vragen alleen uw enthousiasme en inzet. • Per groep is er plaats voor 15 vrouwen, van verschillende nationaliteiten. • We spreken Nederlands.
Contactpersoon: Anneke Breemer Tel: 015-2627280
AANMELDING EN INFORMATIE (NATHALIE): 06-24 26 96 81
Contactpersoon: Nawal Kadhim Tel: 015-3102151
Pand Buitengewoon Buitenhofdreef 272 donderdagochtend 9.00 t/m 11.30 uur
Delftse Kleden wordt georganiseerd door Stichting Kunst en Welzijn en Kunstgebouw en is onderdeel van het project Binnen voor Buiten. Binnen voor Buiten is onderdeel van Kunst in de wijken van de gemeente Delft en Kleurrijke wijken van de provincie Zuid-Holland. Beide programma’s streven door middel van kunst en cultuur naar een grotere betrokkenheid van de bewoners uit Voorhof en Buitenhof bij het sociale en culturele leven in hun wijk. Binnen voor Buiten is financieel mogelijk door bijdragen van de gemeente Delft (Integratie en EZH-fonds) en de provincie Zuid-Holland.
50
VOORBEELD NIEUWSBRIEF
/
BIJLAGEN
/
51
BIJLAGE: 7.a VOORBEELD NIEUWSBRIEF DE JURK VAN DELFT, een samenwerkingsproject voor en door vrouwen ‘DE LAPJES ZIJN KLAAR!’ De bijeenkomsten van de vrouwen in groepen zijn afgelopen. De fase van het aan elkaar zetten van de lapjes, het samenbrengen van de afzonderlijke deeltjes, is van start gegaan en het geheel wordt zichtbaar. Vanaf deze week t/m 22 april zijn we op dinsdag, woensdag en donderdag in Activiteitencentrum Donja, Koornmarkt 48d aan het werk. Iedereen is op deze dagen van 10.00 tot 15.00 uur van harte welkom om een kijkje achter de schermen te nemen en kunstenares Christina Linaris Coridou samen met een aantal vrouwen aan het werk te zien. Op diverse locaties in de wijken hebben groepen vrouwen van verschillende nationaliteiten, achtergronden en leeftijden gedurende 10 weken gewerkt aan de onderdelen voor een kunstwerk: De Jurk van Delft. Ruim 500 lapjes zijn er gemaakt: een verzameling van voorwerpen, teksten, klederdrachtpoppen en kleine borduurwerken waarin allerlei herinneringen, persoonlijke verhalen, eigen dingen, recht uit het hart uitgebeeld werden. Bij het project zijn zoveel vrouwen betrokken die in groepjes werken of thuis of op hun werk ook een lapje mee borduren, soms omdat ze niet naar de bijeenkomsten kunnen komen, soms omdat ze het idee achter het project willen ondersteunen. Maar steeds staat de wens om deel te zijn van dit aparte netwerk van vrouwen, ondergronds, in het verborgene, dwars door alle sociale structuren heen voorop. Vrouwen die sinds hun lagere schooltijd niets hadden met naald en draad naast virtuoze borduursters, vrouwen die een beetje lacherig doen over borduren. Maar het gaat niet over het borduren, het gaat over een verbond. Al deze vrouwen maken een statement, staan voor de wil tot samenwerking. Verbroedering is een thema dat zo vaak voorkomt op de lapjes. Maar ook het eigen land, vaak ver van hier, oude patronen en de verhalen, zoveel verhalen achter de lapjes. Verhalen van vroeger, maar ook van dit moment, over de situatie waarin de vrouwen zich nu bevinden. De internetsite http://www.jurkvandelft.nl wordt druk bezocht. Hier zijn vele foto’s van de groepen te bekijken en de verslagen die wekelijks door de begeleidsters bijgehouden worden. Hieronder enkele fragmenten. Kindergroep…Na de limonade en de koekjes gaan de meisjes snel beginnen want een uurtje is zo voorbij. Yara het vriendinnetje van Maaike is er vandaag voor het eerst en gaat ook beginnen met een plattegrond, ze zit naast Tonny en aan de andere kant Maaike dus aanwijzingen krijgt ze genoeg. Eerst tekenen op het lapje en kort daarna verschijnen de eerste steekjes al. Het is moeilijker dan je denkt hoor! Want het is dan wel lekker weer en de zon schijnt vrolijk naar binnen maar daar krijg je het wel extra warm van en ook nog van die zweethandjes. Dus ga je eerst je handen maar wassen want die naald glijdt anders gewoon uit je vingers en die gaatjes in de naald zijn zo klein daar krijg je amper normaal je draad doorheen. Maar de een helpt de ander en zo lukt het verbazend snel (vind ik) om toch te borduren wat je wil…… Buitengewoon… Ik had een enorme vriendschapscake gebakken, waarvan ik verwacht had dat die niet op zou gaan. Maar binnen een mum van tijd is hij verslonden. Ik vind hem zelf ook lekker. Ook hier wordt er aan een lange reep met tekst begonnen voor in de mouwen. De Turkse tekst luidt : ”Damlaya damlaya göl olur” Letterlijk betekent dit :druppeltje druppeltje rivier maakt. Dus: veel druppels maken een rivier. We vinden dit allemaal mooi en heel symbolisch voor waar we mee bezig zijn. Veel lapjes maken tenslotte een heel grote jurk. Nurçan, de Turkse vrouw die vorige week voor de eerste keer meedeed, heeft de tekst aangeleverd en vindt het leuk om de hele lap alleen te borduren……
VOORBEELD NIEUWSBRIEF
/
BIJLAGEN
/
52
DWO… Vandaag hebben we gemerkt dat Ria van Dagbesteding de titel van de Delftse Roos gewonnen heeft! We hebben haar gefeliciteerd, zij trakteerde ons lekkere gebakjes. Zij is echt de Vrouw van het Jaar in Delft geworden, haar inzet en enthousiasme voor haar werk is enorm. Ze is een goed voorbeeld voor vele vrouwen. Een oudere vrouw die een tijdje niet kwam was er weer, gezellig. Ze bracht haar zelfgemaakte bruidspop en nog meer thuis afgemaakte lapjes mee. Ze zagen er erg leuk uit, ze had zelfs een bruidstasje gehaakt. …… Wending……..Ria heeft enkele lappen beschilderd. Naar ansichtkaarten van kunstenaars die zij verzamelt. Zo verschijnt er een Kasimir Malewitch met ingeborduurd groen hoofd, en een Sonia Delaunay met rode platsteekvlakken. Maar net zo goed een aquarelkaart van een kaartspel dient als inspiratie. Het is een geheel eigen inbreng, een stukje dierbaar van thuis verweven met haar hobby: schilderen….. …De sfeer in de groepen is sinds de tussenpresentatie erg ingetogen en serieus. Iedereen is ervan overtuigd dat we aan een zeer waardevol document werken, dat elk onderdeel zijn schoonheid heeft, maar opgenomen in het grote geheel nog veel meer impact heeft dan afzonderlijk…..
KOM KIJKEN HOE DE JURK VORM KRIJGT!!! de koffie staat klaar Plaats: Datum: Dagen: Tijd:
Activiteitencentrum Donja, Koornmarkt 48d 23 maart t/m 22 april 2004 dinsdag, woensdag en donderdag 10.00 – 15.00 uur
Voor meer informatie over de JURK VAN DELFT kunt u contact opnemen met Stichting Kunst en Welzijn, Tonny van Sommeren, telefoon 06-48 27 39 61 of Nathalie van de Hak, telefoon 06-24 26 96 81, e-mail
[email protected]. De Jurk van Delft is een productie van Stichting Kunst en Welzijn en wordt mede mogelijk gemaakt door Gemeente Delft, Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,/Directie Coördinatie Emancipatiebeleid, Fonds 1818.
VOORBEELD PERSBERICHT
/
BIJLAGEN
/
53
BIJLAGE: 7.b Voorbeeld persbericht 25 mei 2004
EEN HISTORISCH DOCUMENT IN DE VORM VAN EEN JURK De Jurk van Delft is voltooid! Het borduurwerk is klaar, de lapjes van de 150 deelnemende vrouwen zijn gesorteerd en alles is aan elkaar gezet. De Jurk van Delft is af! Vanaf de start in januari van dit jaar tot aan de voltooiing van het veelkleurige kunstwerk kwamen de vrouwen wekelijks bij elkaar om te praten over uiteenlopende onderwerpen, ideeën op te doen, patronen uit te wisselen, en natuurlijk om te borduren! Diverse thema’s zijn in persoonlijke lapjes verwerkt. Donderdag 3 juni 2004 is de officiële onthulling in de Van der Mandelezaal in Museum Het Prinsenhof te Delft. Op diverse locaties in Delft hebben groepen vrouwen en kinderen van verschillende nationaliteiten, achtergronden en leeftijden gedurende 10 weken gewerkt aan de onderdelen voor een kunstwerk. Onder begeleiding van de kunstenaars Christina Linaris Coridou en Tonny van Sommeren zijn er ruim 500 lapjes gemaakt: een verzameling van voorwerpen, teksten, klederdrachtpoppen en kleine borduurwerken waarin allerlei herinneringen en persoonlijke verhalen recht uit het hart werden uitgebeeld. Deze lapjes zijn samengevoegd tot grote patroondelen, die bij elkaar de Jurk van Delft vormen. Samen met een boekje over de verhalen achter de lapjes zal De Jurk een beeld geven van de diversiteit aan vrouwen die Delft rijk is, hun achtergrond, hun leven van alledag. Het is een portret van de geschiedenis van de Draagsters van De Jurk. Programma Op 3 juni worden de kleden officieel onthuld door actrice Adelheid Roosen en wethouder Dick Rensen en aan de stad Delft geschonken. De feestelijke presentatie vindt plaats in de Van der Mandelezaal in Museum Het Prinsenhof en begint om 15.30 uur. Om 16.00 worden de kleden onthuld waarna iedereen De Jurk onder het genot van een hapje en een drankje kan bewonderen.
Noot voor de pers (niet voor publicatie): Voor meer informatie over De Jurk van Delft en fotomateriaal kunt u contact opnemen met Stichting Kunst en Welzijn Nathalie van de Hak 06-24 26 96 81, Marlene Vreeke 010-511 13 23 of kijk op www.jurkvandelft.nl. De Jurk van Delft is een project van Stichting Kunst en Welzijn in het kader van KUNST IN DE WIJKEN en is mede mogelijk gemaakt door: Gemeente Delft, Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid/Directie Coördinatie Emancipatiebeleid, Stedelijk Museum het Prinsenhof, Fonds 1818 en vele enthousiaste vrouwen. KUNST IN DE WIJKEN is een gemeentelijk cultuurprogramma voor de Delftse wijken. Kunstenaars en bewoners brengen samen kunstprojecten tot stand in de zeven wijken van Delft.