www.vakbladvoordebloemisterij.nl
Het woord ’tuindersglas’ zegt het al: in veruit de meeste kassen wordt nog traditioneel glas gebruikt. Maar er zijn tal van andere kasdekmaterialen verkrijgbaar. En volgens onderzoekers zit er nog veel meer in het vat. Daarover gaat deze special. Tekst: Florentine Jagers op Akkerhuis, Bert Vegter en Joef Sleegers
D
e glastuinbouw mag dan te boek staan als een innovatieve sector; het belangrijkste onderdeel van de kas is al honderd jaar nagenoeg hetzelfde gebleven, en dat is het glas. De maten zijn wat groter geworden, het glas wat dikker, en er wordt wat geëxperimenteerd met andere materialen, maar in wezen is er weinig veranderd. Meer dan 95% van de tuinders in Nederland gebruikt nog altijd traditioneel tuindersglas. Het onderzoek naar het effect van kasdekmateriaal voor de teelt is pas de laatste jaren op gang gekomen. Tot voor kort was de sector afhankelijk van wat er voor de woningbouw op de markt kwam. De laatste tijd wordt speciaal glas ontwikkeld voor de tuinbouw, door er een coating op de zetten of het glasoppervlak op een andere manier te bewerken. Op dit moment is zo’n 20 à 30 ha kas in Nederland bedekt met nieuwe materialen, vooral in de groenteteelt. De enige glassoort, of eigenlijk coating, die speciaal voor de glastuinbouw is ontwikkeld, is het glas van GroGlass. Andere soorten glas, zoals van Sunarc of andere producenten, zijn speciaal voor zonnepanelen of andere sectoren ontwikkeld, maar ook bruikbaar in de tuinbouw.
Warmteverlies beperken
GLAS 45
Innovatie in
49
’tuindersglas’ 48
KUNSTSTOF PLATEN
KUNSTSTOF FOLIE
Standaard glas en
52
PMMA
54
PE (polyethyleen)
gehard glas
53
Polycarbonaat (PC)
54
ETFE
De materialen en
50
Wit glas
hun eigenschappen
51
Diffuus glas Glas met opper-
Het is niet voor niets dat gewoon glas nog altijd populair is. Het is goedkoop en laat een hoop licht door. Maar ideaal is het niet. „Wat het huidige glas mist is de isolatiewaarde”, vindt kasdekgoeroe Silke Hemming, teamleider tuinbouwtechnologie bij WUR Glastuinbouw. „Het is zo langzamerhand maatschappelijk en economisch niet meer verantwoord om het in de kas 20°C te stoken, terwijl een groot deel van de warmte door het kasdek weer verdwijnt.” Vrijwel alle kassen hebben nog enkelglas. Dubbelglas zou meer warmte binnenhouden, maar het zou minder licht doorlaten en de kasconstructie zou een stuk steviger moeten zijn. Glas met een anti-reflectiebehandeling is wel in dubbele lagen toe te passen, want dit laat minimaal 5% meer licht door. „AR-glas is in dubbele lagen goed bruikbaar in een semi-gesloten kas”, zegt Hemming. „Het laat dezelfde hoeveelheid zonne-energie door als traditioneel glas en zorgt tegelijkertijd voor isolatie, zodat de kou van het wegkoelen minder uit de kas verdwijnt. Maar in een enkele laag is het
vlaktebehandeling
44
Fotografie: Ferry Noordam
juist niet handig voor een semi-gesloten kas, omdat er dan te veel zonne-energie binnenkomt die weggekoeld moet worden.”
Diffuus glas bevordert productie Er komen steeds meer aanwijzingen dat diffuus licht meer opbrengst kan opleveren. Het diffuse licht dringt beter door in een gewas en daardoor kunnen ook de onderste bladeren beter fotosynthetiseren. Dit geldt vooral voor hoog opgaande teelten als komkommer. In actuele proeven meten de onderzoekers tot 10% meer opbrengst onder diffuus glas ten opzichte van traditioneel glas. Maar ook in andere teelten, zoals paprika of diverse sierteelten zou het goed kunnen uitpakken. Hemming: „De meeste gewassen hebben hoogstwaarschijnlijk baat bij diffuus licht. Snijbloemen en potplanten, allemaal hebben ze hetzelfde probleem: ze krijgen veel directe straling waardoor de bladtemperatuur hoog oploopt. Eigenlijk was het gehamerde glas van dertig jaar geleden zo gek nog niet.” Alleen was dat glas door de vele zwakke plekken erg kwetsbaar voor bijvoorbeeld hagel. Diffuus glas is een verzamelnaam voor allerlei soorten glas met totaal verschillende eigenschappen, met als enige overeenkomst dat ze het licht min of meer verstrooien. Het ideaalbeeld van diffuus glas is: zo min mogelijk lichtverlies en zo veel mogelijk verstrooiing. Sommige soorten diffuus glas laten net zoveel licht door als gewoon glas, andere hebben een verlies van 10%. Sommige verstrooien het licht sterk (75%), andere heel erg weinig (10%). Er zijn verschillende manieren om glas diffuus te maken: door etsen en walsen. Etsen is een chemische behandeling waardoor een ruw oppervlak ontstaat. „Geëtst glas laat vaak minder licht door, blijkt uit een vergelijking van tientallen materialen tot nu toe”, zegt Hemming. Bij walsen gaat het vloeibare glas tussen twee rollen door, die er een structuur inbrengen. Hierbij is het lichtverlies minder. Walsen gaat echter wel ten koste van de sterkte. Er ontstaat spanning in het glas, waardoor het makkelijker breekt. Maar als gewalst glas nog eens gehard wordt, wordt het juist weer sterker. WUR Glastuinbouw doet op dit moment in Bleiswijk onderzoek naar Vetrasol 502 en 503; twee soorten gewalst en gehard glas van Glasimport Kwintsheul. „De optische Lees verder op pagina 46
Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
45
>
www.vakbladvoordebloemisterij.nl
Elektriciteit uit zonlicht TNO onderzoekt op dit moment de mogelijkheden van een folie die stroom opwekt uit zonlicht. Tijdens de I-Demodagen van Metazet, half september, liet onderzoeker Bart Allard organische zonnecellen op glas zien. Het zijn glasplaatjes waarop een polymere halfgeleider is gecoat. Als er licht op de halfgeleider valt gaat er een stroompje lopen. Over een aantal jaar kunnen deze polymeren ook op folie worden gecoat. Het materiaal wordt niet speciaal voor kasdekken ontwikkeld, maar zou daar in de toekomst misschien wel voor gebruikt kunnen worden. „Dat zou een interessante markt kunnen zijn”, zegt Allard. „Maar daar is nog heel veel onderzoek voor nodig. Het is daarbij van groot belang dat we samenwerken met partners en innovatieve telers. De teelttechnische
>
kennis van de kweker is nodig om technologische ontwikkelingen toepasbaar te maken voor de kassenbouw.”
Fresnelkas en Elkas WUR Glastuinbouw werkt aan twee kastypen die elektriciteit kunnen produceren: de Elkas en de Fresnelkas. Van beide technieken zijn proefkasjes gebouwd, deze staan gebroederlijk naast elkaar op het terrein van de WUR in Wageningen. In oktober komen de eerste meetgegevens over stroomproductie naar buiten. De Fresnelkas is gebaseerd op de lenzen die Fransman Augustin Jean Fresnel in 1824 heeft ontworpen voor het gebruik in vuurtorens. De lenzen zijn plat en licht van gewicht,
en ze kunnen het zonlicht focussen op zonnecellen. Om efficiënt stroom te kunnen produceren, zou 2 tot 5% van het kasdek uit zonnecellen moeten bestaan. De Fresnellenzen laten diffuus licht door. Dit kastype zou vooral geschikt zijn voor potplanten, omdat die wat minder licht nodig hebben dan snijbloemen. Het andere type kas waar WUR Glastuinbouw aan werkt is de Elkas. Deze heeft een cirkelvormig kasdek dat NIR-straling terugkaatst en concentreert op een zonnecel. Hier wordt elektriciteit en warmte opgewekt. Het PAR-licht wordt doorgelaten, zodat in de kas gewoon kan worden geteeld. Meer over de Elkas en Fresnelkas vindt u via
www.vakbladvoordebloemisterij.nl
vervolg van pagina 45.
eigenschappen zijn uitstekend”, ervaart Hemming. De voorlopige resultaten zijn veelbelovend. De groei van komkommers onder Vetrasol 502 ligt 4% hoger dan onder tuindersglas; onder Vetrasol 503 ligt die 7% hoger. Een definitief oordeel is echter nog niet mogelijk omdat de proef niet helemaal goed is verlopen.
Goede mogelijkheden voor folie Volgens Hemming zijn er goede mogelijkheden voor gebruik van folie in kassen, al willen Nederlandse telers daar nog niet aan. „Van alle tuinders in de wereld werkt 99% met folie. Bij ons bestaat het beeld dat folie niet duurzaam is en wegwaait. Die vrees is niet helemaal terecht. Als je een keer flinke glasschade in je gewas hebt gehad, weet je dat glas ook niet ideaal is.” Ook Jan Smits, manager Flowers and Food bij TNO in Delft, ziet een mooie toekomst voor folie. En dan vooral vanwege de coatings die erop kunnen worden aangebracht. „Een folie is goedkoper te coaten dan glas. Het proces is te vergelijken met een inkjet-printer. Eén folie kan daarbij meerdere lagen bevatten.” Smits denkt aan een dubbele glasplaat met een of meer folies ertussen. Dat zou tot wel vijf lagen kunnen oplopen. Met de folies kunnen functies worden meegegeven, zoals: n folie houdt de glasplaten na een breuk bij elkaar; n reflectiecoatings houden het warme NIR-licht buiten de kas; n de folie zou waterafstotend kunnen zijn, waardoor er geen vuiligheid op hecht; n het zou naar buiten stralend assimilatielicht kunnen tegenhouden. „Er is met folie veel meer mogelijk dan met glas”, meent Smits. „Bovendien is het totaal ongevaarlijk. De lichtdoorlatendheid is goed en de levensduur is de laatste jaren sterk verbeterd. Verder weegt het materiaal minder dan tuindersglas, waardoor de constructie van de kas veel lichter kan zijn. Ik verwacht dat door toevoeging van allerlei functies het kasdek een grotere rol gaat spelen” < 46
En in de verre toekomst... Sommige materialen die al bestaan of in ontwikkeling zijn, zouden in de verdere toekomst iets voor de glastuinbouw kunnen gaan betekenen. Er zullen echter meer dan 10 jaar overheen gaan voordat ze ver genoeg zijn ontwikkeld, en met name goedkoop genoeg zijn om in een kasdek te verwerken. n Nanoschuim bestaat uit schuim met tussenruimtes kleiner dan de golflengte van het licht. Daardoor heeft het materiaal een isolerende werking en een hoge lichtdoorlatendheid. Op dit moment is met name de lichttransmissie nog te laag. Er is nog fundamenteel onderzoek nodig voordat dit materiaal iets kan gaan betekenen. n Schakelbare kasdekken reageren op elektrische spanning. Als de
spanning toeneemt, worden zij diffuus of neemt de lichtdoorlatendheid af. Deze techniek wordt bijvoorbeeld al in ICE-treinen en op openbare toiletten gebruikt. De techniek is dus al beschikbaar, maar er moet nog een doorbraak komen om de kosten te verlagen. n Photochromatisch (of zelfkleurend) materiaal verandert de transmissie als de lichtsterkte verandert. Dit wordt in sommige zonnebrillen toegepast. De eerste proeven met dit soort pigmenten in tuinbouwfolies zijn al gedaan. Voor de glastuinbouw is de lichttransmissie echter nog te laag, en is het materiaal nog te duur. n Thermochromatisch materiaal. Dit verandert van kleur en lichtdoorlatendheid als de temperatuur verandert.
Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
www.vakbladvoordebloemisterij.nl
Golflengte en plantreactie Licht verandert van intensiteit en soms van golflengte als het door het kasdekmateriaal gaat. Dat heeft gevolgen voor het gewas. Planten gebruiken licht niet alleen om te groeien, ook halen ze uit licht informatie die de plantvorm beïnvloedt. In grote lijnen is het lichtspectrum in drie gebieden te verdelen: n 300 tot 400 nm: ultraviolet licht (UV). Dit wordt onderverdeeld in A (315-400 nm), B (300-315 nm) en C (kleiner dan 300 nm). C is een ’harde’ en schadelijke vorm, die wordt gebruikt voor ontsmetting. Dit UV-Clicht zit niet in het zonlicht. UV-A gaat wel door traditioneel tuinbouwglas en UV-B niet. Wit glas en sommige folies laten wel UV-B door. Het blijkt dat bestuivende insecten in de war kunnen raken van UV-B. Aan de andere kant stimuleert dit licht de aanmaak van rode pigmenten in bijvoorbeeld r ozen of potplanten. n 400 tot 700 nm: Photosynthetic Active Radiation (PAR– licht) is het deel van het licht dat verantwoordelijk is voor de fotosynthese en dus voor de droge-stofopbouw. n 700 nm en verder: Infrarood wordt onderverdeeld in NIR, het nabij-infrarood (700 tot 2500 nm) en VR, het ver-infrarood (hoger dan 3000 nm). Ver-infrarood is de warmtestraling die uitgaat van een warm voorwerp. Deze golflengtes hebben geen effect op de aanmaak van droge stof. In sommige gevallen kan infrarood (700-800 nm) wel effect hebben op de plantvorm en bloei. Condens en reflectie In elke kas treedt condensatie van water tegen de binnenkant van het dek op. Dit komt doordat de vochtige kaslucht neerslaat op het koude kasdek. Het maakt veel verschil uit voor de lichtdoorlatendheid of er op het kasdek druppels of dunne waterfilm zitten. Oppervlaktebehandelingen kunnen dit beïnvloeden. Een dunne waterfilm heeft nauwelijks een effect op de transmissie, druppelvorming wel, want druppels reflecteren en verstrooien het licht. Druppels zijn bovendien niet gewenst in verband met neerslag op het gewas. Een waterfilm kan trouwens ook het effect van een coating beïnvloeden. Lichtverstrooiing De lichtdoorlatendheid van een kasdek heeft, behalve met het materiaal zelf, ook te maken met de nok-oriën-
48
tatie van de kas en met de helling van het kasdek. Ook de bewolking doet mee. Hoe meer wolken, hoe meer verstrooiing van het licht. Dit diffuse licht dringt makkelijker door de bladlagen heen en vergroot daardoor de productie van droge-stof. Veel gewassen hebben voordeel van diffuus licht. Verschillende materialen kunnen doorvallend licht verstrooien. Een maat voor de verstrooiing van licht is de zogenaamde ’haze’. Helder glas heeft een haze van ongeveer 0% en diffuus glas heeft een haze tussen 10 en 75%. Licht en energiehuishouding Warmte en licht zijn nauw met elkaar verbonden. Ze zijn allebei vormen van straling. Licht wordt omgezet in warmte als het door een voorwerp, bijvoorbeeld de plant of de bodem, wordt geabsorbeerd. Onder glas wordt deze warmtestraling gevangen, omdat glas deze golflengtes niet doorlaat. In de winter is dit een voordeel, maar in de zomer een nadeel. Door in de zomer daarom het NIR-licht uit de kas te weren, dat toch geen nut heeft voor de fotosynthese, zal de temperatuur minder oplopen. De koelbehoefte is dan kleiner en de ramen kunnen langer gesloten worden gehouden, waardoor hogere CO2-concentraties kunnen worden bereikt. Aan de andere kant is het mogelijk om juist warmte te ’oogsten’ onder glas of een ander transparant materiaal. Dat kan ook een positief effect op de energiehuishouding hebben als deze energie wordt opgeslagen om in de winter te gebruiken. Bij het effect op de energiehuishouding spelen de volgende drie kenmerken van het kasdekmaeriaal een rol: n IR-transmissie; n emissie; n het energieverlies (isolatiewaarde of u-waarde). Voor bijvoorbeeld standaardglas is het energieverlies 5,8 watt/m2/K. De K staat daarbij voor graden Kelvin. Temperatuurverschillen worden in de natuurkunde altijd in Kelvin uitgedrukt en niet in Celsius. Overigens hebben deze eenheden dezelfde waarde, alleen hebben ze een ander nulpunt. De u-waarde van standaardglas geeft aan dat per m2 en één graad temperatuurverschil in de kas een energieverlies van 5,8 watt optreedt. <
Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
Standaard glas en gehard glas Andere naam: float glas In de tuinbouw wordt meestal gebruik gemaakt van 4 mm dik glas. Vaak is het niet de eerste kwaliteit glas en volgens de norm mag de dikte maximaal 0,2 mm afwijken. Door het productieproces aan te passen kan glas worden gehard. Daardoor is het steviger en breekt het minder snel. Gehard glas is veiliger in gebruik en geschikt voor grotere glasmaten. De randen van gehard glas zijn wel heel kwetsbaar. De optische eigenschappen van glas veranderen in het algemeen niet door het hardingsproces. Om de isolerende werking te vergroten is er in het verleden wel gekeken naar dubbelglas. Dat vraagt echter om een aangepaste kasconstructie. De kosten van dubbelglas zijn daardoor extra hoog. Bovendien is er een lichtverlies van 10%. Er zijn drie mogelijkheden voor dubbelglas, namelijk een gekitte rand, een gesoldeerde rand of een dichtgesmolten rand. De spouwruimte kan met CO2 worden gevuld, in plaats van lucht en dat vergroot de isolerende werking.
Foto: Rens kromhout
Kasdekmateriaal heeft een grote invloed op de gewasontwikkeling, de energiehuishouding en het klimaat. Welke straling wordt doorgelaten en welke niet? Wat gebeurt er met die straling? En wat doet die met het gewas? Eerst een stukje natuurkunde. En dan een overzicht van de beschikbare materialen en hun eigenschappen.
Eigenschappen standaard glas en gehard glas PAR-transmissie Standaard/gehard Dubbel glas
89 – 90% 81%
PAR-transmissie diffuus Standaard/gehard Dubbelglas UV-transmissie (< 320 nm) NIR-transmissie Haze/diffusiteit
82% 72% 2-5% 90% 0%
Energieverlies Standaard/gehard Dubbelglas
5,8 W/m2/K 2,7 W/m2/K
Brandrisico
klein
Condensatie/ druppelvorming
groot
Levensduur
25 jaar
Gewassen
alle
Prijs per m2 Standaard Gehard Dubbel glas
€ 4-5 € 10 € 20
Float
Dirk Hoogendijk:
’Met gehard glas pak je een aantal voordelen mee’ Op een locatie van D.C. van Geest Potplanten in Honselersdijk is aan een bestaand bedrijf een nieuwe kas van 16.000 m2 gebouwd met gehard glas in het dek. Recentelijk is hierin de teelt gestart van phalaenopsis. Bedrijfsleider Dirk Hoogendijk vertelt dat in de voorbereidende bouwfase via gesprekken met diverse partijen voor deze materiaalsoort is gekozen. Doordat de goot van de nieuwe kas op zo’n acht meter ligt, is toepassing van gehard glas in het dek veiliger. Bovendien is met deze materiaalsoort een grotere glasmaat mogelijk. In dit geval is 1,12 x 2,27 m toegepast. De verzekering wees het bedrijf voor de bouw op het veiligheidsaspect, en volgens Hoogendijk wordt dit dan ook beloond met een lagere verzekeringspremie. Bovendien gaan de ruiten minder snel kapot, en mocht dat een keer gebeuren dan valt het glas in duizend onscherpe brokjes uiteen. Hoogendijk wijst er ook nog op dat voor het geharde glas een nieuw type roede is gebruikt waardoor het glas strak wordt opgesloten. Daardoor zijn er minder lekverliezen.
Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
Gehamerd glas
Vetrasol 503
Lees verder op pagina 50
49
>
www.vakbladvoordebloemisterij.nl
Eigenschappen diffuus glas. PAR-transmissie
Vervolg van pagina 49.
Diffuus glas Andere namen: matglas, structuurglas
Leo van der Harg:
Foto: Rens kromhout
>
Vetrasol 502
Luxaglad
’Op natuurlijke wijze remmen met diamantglas’ Potrozenteler Leo van der Harg behoort tot de kleine groep glastuinders die diamantglas heeft. De teler uit Vierpolders koos in 2001 - en wederom in 2005 bij een uitbreiding - voor dit type glas om zijn potrozen in de afkweekfase minder op chemische wijze te hoeven remmen. Diamantglas laat namelijk UV-straling door, wat volgens de theorie kortere internodiën geeft. De opkweek van de potrozen gebeurt onder normaal glas, omdat dan juist lengte in de internodiën nodig is. Als Van der Harg het met collegabedrijven vergelijkt, hoeft hij zeker minder chemisch te remmen met diamantglas. Hoeveel minder, kan hij echter niet precies aangeven omdat de omstandigheden per bedrijf verschillen. Voor zijn eigen bedrijf kan Van der Harg volgend jaar een goede vergelijking maken. Hij heeft namelijk een nieuwe opkweek gebouwd met normaal glas, en de oude opkweek met normaal glas gaat hij gebruiken voor afkweek.
Wit glas Andere namen: ijzerarm glas, diamantglas, low-iron, Crystal Clear, Optiwhite, Clear glass, Ultrawhite
Wit gecoat
89-91%
PAR-transmissie 74-83%, dus onder diffuus licht heel divers
De laatste jaren is er ook zogeheten wit glas op de markt. Dit glas is aan de zijkant goed te herkennen, omdat het daar niet lichtgroen is, maar wit. Het bevat minder ijzer, waardoor het meer licht doorlaat. Met name de UV-B transmissie (< 320 nm) is hoger dan van gewoon glas en dat is voor sommige gewassen een voordeel. UV-B licht zorgt namelijk voor een natuurlijke remming van het gewas en voor de aanmaak van sommige rode pigmenten.
Uit onderzoek is gebleken dat planten veel baat hebben bij strooilicht of diffuus licht. Met name onder een bewolkte hemel is er sprake van diffuus licht, maar ook een kasdekmateriaal kan licht verstrooien. Diffuus licht dringt beter door in het gewas en de middelste bladeren kunnen daardoor beter fotosynthetiseren en dat komt de productie ten goede. Actuele
proeven met komkommer in een kas met diffuus glas hebben geresulteerd in 10% meer productie. De diffusiteit van glas wordt uitgedrukt in de zogenaamde ’hazefactor’. Er is een groot aantal soorten diffuus of matglas op de markt, welke allemaal verschillende eigenschappen vertonen, zowel in lichtdoorlatendheid als ook in lichtverstrooiing.
UV-transmissie (< 320 nm)
gelijk aan standaardglas
NIR-transmissie
gelijk aan standaardglas
Haze/diffusiteit
10-75% dus heel divers!
Energieverlies
5,8 W/m2/K (gelijk aan standaard glas)
Brandrisico
klein
Condensatie/ druppelvorming
afhankelijk van het glastype
Gewassen
vooral hoog op- gaande gewassen, maar waarschijnlijk alle gewassen
Levensduur
25 jaar
Prijs per m2
€ 8-10
Eigenschappen behandeld glas. PAR-transmissie
95 – 97%
PAR-transmissie onder diffuus licht
89 – 91%
UV transmissie (< 320 nm)
hangt af van behandeling
NIR transmissie
85%
Haze/diffusiteit
0%
Energieverlies
5,8 W/m2/K
Brandrisico
klein
Condensatie/ druppelvorming
meestal klein
Gewassen
lichtminnende planten
Levensduur
>15 jaar
Prijs per m2 Sunarc Centro Solar GroGlass
€ 15-20 ca. € 17 ± € 20
Glas met oppervlaktebehandeling Andere namen: antireflectie-glas (AR glas), Sunarc AR glass, Centrosol HiT, GroGlass AR Bij doorzichtig materiaal, zoals glas, zal altijd een deel van het licht reflecteren. De mate van reflectie hangt af van de invalshoek van het licht. Een lage lichtdoorlatendheid wordt dan ook voornamelijk veroorzaakt door hoge reflectieverliezen. Er zijn twee manieren om het oppervlak van glas te behandelen waardoor de reflectie vermindert: etsen en coaten. Bij etsen wordt het oppervlak door een chemische behandeling poreus gemaakt. Een voorbeeld is glas van Sunarc.
Bij coaten worden er heel dunne lagen op het oppervlak van het glas aangebracht. Dit is het geval bij onder andere GroGlass en CentroSolar. In beide typen glas wordt er minder licht gereflecteerd en daardoor is de transmissie groter. De verzamelnaam voor dit soort behandeld glas is antireflectie(AR)-glas. Omdat de PAR-transmissie hoog is, is ARglas in theorie geschikt voor toepassing als dubbelglas. Dit is echter nog niet in de praktijk gerealiseerd.
Eigenschappen wit glas. PAR-transmissie
90-91%
PAR-transmissie diffuus
83%
UV-transmissie (< 320 nm) afhankelijk van het glastype NIR-transmissie
gelijk aan standaard glas
Haze/diffusiteit
0%
Energieverlies
5,8 W/m2/K (gelijk aan standaard glas)
Brandrisico
klein
Condensatie/ druppelvorming
groot
Gewassen
Michiel van Spronsen:
’Koelend glas interessant voor de sierteelt’ Gecoat antireflectie-glas, GroGlass AR-glas, zou meer PAR-licht in de kas moeten toelaten. In de praktijk is er echter nog geen ervaring mee opgedaan, zegt Michiel van Spronsen, de Nederlandse contactpersoon voor GroGlass. De nieuwe fabriek waar het glas gecoat wordt, staat in Letland. Met het nieuwe type glas is nog maar net de eerste kas beglaasd, bij tomatenteler Van der Lans in Poeldijk. Het tweede project dat wordt gerealiseerd betreft de Belgische tomatenteler D. Verlinden. Het derde project, waarvoor inmiddels de papieren zijn getekend, betreft ook een groentebedrijf. Volgens Van Spronsen wordt gewerkt aan een
perkplanten, aubergines, aardbeien, roodkleurige sla, lichtminnende compacte potplanten, zomerbloemen, boomkwekerijproducten, alles wat naar buiten gaat
Levensduur
25 jaar
Prijs per m2
€ 8-10
ander type glascoating, waarbij het accent ligt op aanzienlijke reductie van NIR-instraling (nabijinfrarood), zonder veel lichtverlies ten opzichte van standaard tuinbouwglas. Door glas toe te passen waardoor warmtestraling buiten is te houden, kan het in de kas koeler blijven. Daardoor is warmteophoping in bijvoorbeeld de belichte rozenteelt te verminderen en is ook op koelkosten en koelapparatuur te besparen. Dit kaskoelend effect van het gecoate glas is volgens Van Spronsen onder de huidige omstandigheden in de tuinbouw voor menig teler, ook in de sierteelt, wellicht nog interessanter dan een aantal procenten meer licht.
Lees verder op pagina 52
50
Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
51
>
www.vakbladvoordebloemisterij.nl
Vervolg van pagina 51. Eigenschappen voor dubbele plaat en zigzag dubbelwandige plaat. PAR-transmissie * Dubbel * Zigzag
Plexiglas SDP16
De afgelopen twintig jaar is er een groot aantal doorzichtige kunststof platen op de markt gekomen, waarvan een deel geschikt is om kassen mee te bedekken. Kunststof platen worden jaarlijks op zo’n 40 tot 45 ha nieuwbouw toegepast
(10 à 12% van het areaal nieuwbouw). De meest bekende zijn in Nederland polymethylmetacrylaat (PMMA) en polycarbonaat (PC). Kunststof platen worden in diverse diktes geleverd en kunnen enkel of dubbel worden toegepast. Enkele
soorten zijn niet geschikt als kasdekmateriaal. In Nederland zijn vooral de kanaalplaten (stegdoppelplaat (SDP)) bekend. Verder zijn er experimenten met dubbele zigzagplaten van polycarbonaat om de lichtdoorlatendheid te vergroten.
PAR transmissie
86 – 89%
PAR transmissie ± 76% onder diffuus licht
Acrylplus Sunstop
Massief Acrylaat XT
UV transmissie (< 320 nm)
hoog, maar afhankelijk van het mate- riaal
NIR transmissie
3% minder dan standaardglas
Haze/diffusiteit
15-25% afhankelijk van het materiaal
Energieverlies
2,8 W/m2/K
Brandrisico
zeer hoog
Condensatie/ druppelvorming
veel, maar afhankelijk van het materiaal
Gewassen
potplanten, uit gangsmateriaal buitenteelt, gewas- sen met een hoog energieverbruik
Levensduur
15 jaar
Prijs per m2
€ 25
Leverbare vormen polycarbonaat. Soort plaat
Merknamen
Enkelwandige vlakke plaat
Makrolon, Calibre, Lexan.
Dubbelwandige vlakke plaat
Akyver, Makrolon, Thermoclear, Lexan, Polygal, Casolith, Macrolux, Sunlite.
Zigzag dubbelwandige plaat
Lexan Zigzag
UV-transmissie (< 320 nm)
0%
NIR transmissie
3% minder dan standaardglas
Haze/diffusiteit
15-25% afhankelijk van het materiaal
Energieverlies * Dubbel * Zigzag
3,5 W/m2/K 3,4 W/m2/K
Brandrisico
Klein
Condensatie/ druppelvorming
veel, maar afhan- kelijk van het mate- riaal
Gewassen
uitgangsmateriaal kasteelt, orchideeën, gewassen met een hoog energiever bruik en een lage lichtbehoefte
Levensduur
15 jaar
Prijs per m2 * Dubbel * Zigzag
€ 20 € 32
Polycarbonaat Sunstop
Polycarbonaat driewandige uitvoering
PMMA Andere namen: acryl, plexiglas et cetera De kunststof polymethylmetacrylaat (PMMA) is een materiaal met een zeer hoge lichtdoorlatendheid. De grondstoffen voor PMMA zijn aceton, methanol, waterstofcyanide en zwavelzuur. Hoewel dit niet de vriendelijkste stoffen zijn, is het eindproduct onschadelijk. Bij een temperatuur boven de 450°C verbrandt polymethylmethacrylaat volledig tot koolstofdioxide en water. De slagvastheid is matig, maar dit kan door toevoegingen verbeteren.
Leverbare vormen 16 mm dikke plaat. Soort plaat
Polycarbonaat (PC) is een stevig, hard en doorzichtig materiaal dat in tegenstelling tot de meeste andere kunststoffen hoge temperaturen aankan. De chemische samenstelling bestaat uit carbonaten, dit zijn koolstof- (carbon) en zuurstofverbindingen. Het materiaal is zeer slagvast en kan tegen hoge temperaturen. De lichttransmissie is echter lager dan bij PMMA.
Enkelwandige gevormde plaat Akrolon Suntuf, (golf, zigzag et cetera) Lexan
Eigenschappen 16 mm dikke plaat.
80 – 89% 90%
PAR-transmissie diffuus * Dubbel 61% * Zigzag 80%
Polycarbonaat (PC)
Merknaam o.a.
Enkelwandige vlakke plaat
Plexiglas, Perspex, Kascoplex
Enkelwandige gevormde plaat (golf, zigzag et cetera)
Plexiglas, Vedril, Vedrilser
Dubbelwandige vlakke plaat
Highlux, Plexiglas, Perspex, Vedril, Alltop, Kascoplex, Altuglas, Optima
Zigzag dubbelwandige plaat
Lexan Zigzag
Polycarbonaat x structuur LTA Opaal
Foto: Rens kromhout
>
Hans Fenger:
’Zigzag bespaart veel; condens blijft probleem’ Bromeliakwekerij Corn. Bak in Assendelft is een van de weinige bedrijven waar tot nu toe Zigzag dubbelwandige plaat is toegepast. In dit geval op het dek van een afdeling van 3.800 m2. Hans Fenger, hoofd technische zaken, vertelt dat de kwekerij al enkele jaren ervaring heeft met dit materiaal. Wat betreft de lichtdoorlaat en vooral ook de energiebesparing van de Zigzag-platen heerst er behoorlijke tevredenheid. De platen laten goed licht door en een vergelijking via de klimaatcomputer
met andere afdelingen voorzien van normaal glas maakt duidelijk dat Zigzag zo’n 30% energie kan besparen. Die gunstige ervaringen worden wat vertroebeld door condensvorming in de platen. Dit probleem is door fabrikant General Electric bij Corn. Bak nog niet echt opgelost. Ondanks het feit dat er meer gelucht moet worden om de kasluchtvochtigheid op een gewenst niveau te houden, kan er volgens Fenger toch enkele tientallen procenten energie worden bespaard.
Acryplus helder
Zigzag
Lees verder op pagina 54
52
Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
53
>
www.vakbladvoordebloemisterij.nl
>
Vervolg van pagina 53.
In grote delen van de wereld worden kassen met kunststof folies bedekt. Hiervoor zijn veel specifieke folies ontwikkeld. Het meest toegepaste materiaal is polyethyleen (PE). Daarnaast is sinds enkele jaren een nieuw, hoogtransparante materiaal op de markt: etheen tetrafluorethyleen (ETFE). De meeste folies zijn waterafstotend en dat betekent dat er druppelvorming optreedt. De lichtreflectie neemt daardoor toe. Er worden daarom vaak pigmenten toegevoegd aan de folie, zoals
bijvoorbeeld ’antidrop’-pigmenten. Ook wordt er wel een ’antidust’-laag aangebracht om stof af te stoten. De effectiviteit van deze toevoegingen heeft echter nog maar een beperkte levensduur van enkele maanden tot twee jaar. De isolerende waarde van folies is afhankelijk van het materiaal. Door een dubbele of een driedubbele laag te gebruiken is het warmteverlies aanzienlijk minder en dit gebeurt dan ook steeds vaker. Nieuwe materialen zoals ETFE hebben aanzienlijk minder warmteverlies.
Eigenschappen ETFE.
PE (polyethyleen) Polyethyleen is van oudsher de folie waarmee (tunnel-) kassen worden bedekt. Het materiaal bestaat uit koolstof (carbon) en waterstof. Bij volledige verbranding ontstaat hieruit alleen kooldioxide en water. Polyethyleen veroorzaakt geen speciaal gevaar bij brand (door de lage massa), is bij vuilverbranding niet giftig en de milieubelasting is laag. Om de levensduur van PEfolie te vergroten worden UV-stabilisatoren toegevoegd. Ook worden tegenwoordig middelen toegevoegd om de folies minder kwetsbaar te maken voor de aantasting door pesticiden. Ethyleen vinylacetaat (EVA) is een folie die nauw verwant is aan PE, maar minder warmtestraling doorlaat.
PAR-transmissie 93 – 94%, afhanke- lijk van de dikte PAR-transmissie 86-88%, afhanke- van diffuus licht lijk van de dikte
Eigenschappen PE. PAR-transmissie
89 – 90%
PAR-transmissie onder diffuus licht
ca. 81%
UV-transmissie (< 320 nm)
0%, maar afhanke lijk van de folie
NIR-transmissie
8% meer dan standaardglas
Haze/diffusiteit
20-30% voor clear folies, tot 75% voor diffuse folies
Energieverlies Bij dubbele laag
6,4 W/m2/K 3,4 W/m2/K
Brandrisico
groot, maar niet gevaarlijk
Condensatie/ druppelvorming
groot, bij anti-drop folies klein
Gewassen
koude teelten, perkplanten, boom- kwekerijproducten
Levensduur
5-7 jaar
Prijs per m2
€ 0,80 - 1,50
NB De aangegeven waarde kan per fabrikant verschillen
ETFE Andere namen: flexiglas of F-Clean ETFE is een relatief nieuwe folie op basis van ethyleen en fluor. Dit heeft voor de tuinbouw gunstige eigenschappen. Het materiaal komt oorspronkelijk uit Japan waar hiermee al een jaar of twintig ervaring is in de kassenbouw. ETFE wordt in twee vormen geleverd, namelijk helder en diffuus. Er zijn verschillende diktes van deze folie op de markt.
UV-transmissie (< 320 nm)
Hoog, er is ook een uitvoering met een lage UV-B trans- missie
NIR-transmissie 8% meer dan standaardglas Haze/diffusiteit
5-8% voor clear- folies, tot 75% voor diffuse folies
Energieverlies 7,0 W/m2/K Bij dubbele laag 3,4 W/m2/K Brandrisico
klein
Condensatie/ weinig bij materiaal druppelvorming van Asahi Gewassen
roodkleurende gewassen, zoals potplanten of lollo rosso, snijbloe- men, aubergines, aardbeien, boom kwekerijproducten
Levensduur
15-20 jaar
Prijs per m2
€ 12 (bij dikte 100 µm)
Georg Hanka:
’Diverse gunstige effecten van F-Clean’ De Duitse teler Georg Hanka in Kempen, een plaats net over de grens bij Venlo, is een van de eerste tuinbouwondernemers met ervaring met F-Clean. Hij gebruikt deze folie in een diffuse, tweelaagse uitvoering sinds vorig jaar mei. Hanka benadrukt dat de eerste indrukken goed zijn, maar dat hij pas over één of twee jaar een goed oordeel kan vellen. Opvallend vindt hij dat zijn gewassen, waaronder struikmargriet en jasmijn, in de lichtarme perioden sneller groeien. Daardoor
54
kunnen er meer planten per m2 worden gezet. Daarnaast vertakken de gewassen beter en zijn er geen problemen met verbranding. Hanka heeft in dit ’nieuwe’ kasdekmateriaal geïnvesteerd met het oog op gunstiger gewasgroei en energieverbruik. Het dubbele materiaal moet volgens becijferingen in vergelijking met enkel glas zo’n 30% energie kunnen besparen. Genoemde voordelen moeten op termijn de meerinvestering die tussen € 12 en € 15 per m2 ligt goedmaken.
Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
< Vakblad voor de Bloemisterij 40 (2008)
XX