Watersportblad met diepgang
de
classic
Zeiler
E-magazine voor liefhebbers van klassieke zeiljachten www.oldsaltwatersport.nl
“Solo non stop around the America’s” met een
Albin Vega Matt Rutherford
vertaling: Rob Kloosterman
Matt Rutherford’s
27.000 zeemijlen rond het
Amerikaans continent. (juni 2011-mei 2012) Compilatie van artikelen verschenen in e-magazine “de CLASSIC Zeiler”
“De Vega is een geweldig stabiel jacht,” zei Matt Rutherford, toen hij op 21 april 2012 in Annapolis/Maryland/USA aan wal stapte na 27.000 zeemijlen en 10 maanden non-stop solo varen! De 31-jarige zeezeiler uit Ohio/USA ondernam de reis om fondsen te werven voor CRAB, “Chesapeake Region Accessible Boating”, een organisatie voor zeilers met een lichamelijke of geestelijke handicap. Medio juni 2011 stak hij in Annapolis van wal, voer noordwaarts tussen de ijsschotsen door
de Noordwest passage, rondde Alaska en stevende op Kaap Hoorn af. Daarna linksaf en rechtstreeks weer terug naar Annapolis aan de Chesapeake Bay.
INHOUD VERTREK UIT ANAPOLIS NOORD-WEST PASSAGE ALASKA OPEN WATER NOORDELIJKE PACIFIC GOLF VAN ALASKA NAAR HET ZUIDEN DE EVENAAR ZUIDELIJKE PACIFIC WORDT VERVOLGD.........
foto’s: Aankomst Annapolis mei 2012
Aankomst Annapolis
De PolyClassic Zeiler nr 8 mei juni 2014
Het begin van een “epische” reis 4 april 2011. Nog negen weken
Eigenaardig! Mijn grootste bezorgdheid is de boot gereed te hebben voor de reis. Ik heb nog nooit eerder een gesponsorde reis gemaakt, Tot nu toe heb ik voor mijn reizen alleen maar hard gewerkt en gespaard. Nu komen dan de sponsoractiviteiten er bij. Voor mijn eerste trip, ik was toen 20 jaar oud, heb ik geld gespaard voor een solo fietstocht door Laos, Vietnam, Cambodja en Thailand. Het kostte mij 9 maanden om genoeg te sparen voor een drie en een halve maand durende reis. Een derde van het bedrag ging naar het vliegticket. Dit “low budget” noemen zou een understatement zijn. Ik sliep overal en nergens, fietste 100 dagen door de jungle, huttendorpjes en grote steden. Wanneer je denkt dat het verkeer druk is in de U.S., dan moet je het spitsuur in Saigon eens proberen. Voor mijn tweede reis had ik vijf jaar voorbereidingen
Sponsorschap is een ander verhaal. Om een bedrijf of een prive iemand zo ver te krijgen jou hun zuurverdiende geld te geven, moet je jezelf en jouw idee verkopen. Dat is een ander kunstje dan een oceaan over te zeilen. Het is voor mij dus een leer-experiment geworden. Maar als je stopt te leren, stop je te leven! De voorbereidingen aan de Albin Vega 27 schieten al aardig op. De mast staat er op en nieuwe zeilen zijn in de maak. Ik heb de oude binnenschotten verwijderd en de boot half uitelkaar genomen. Soms moet je alles uit elkaar nemen om het naar je zin weer inelkaar te zetten. Ik heb nog een paar sponsoren nodig en het plaatje is compleet. Ik weet zeker dat ik 7 Juni uit Annapolis kan vertrekken.
5 Mei 2011. Nog één maand
Nog 1 maand te gaan en het werk aan de boot staat in de hoogste versnelling. Nu de boot bijna klaar is, realiseer ik mijzelf dat ik er geen foto’s van heb gemaakt, zoals hij twee maanden geleden was. Toen nog met zwarte vuilniszakken voor de gaten waar eens ramen zaten. Een met vuilniszakken bedekte rom zonder schotten, mast en zeilen. Geen electronica en geen windvaan. Je zou St. Brendan niet meer herkennen. Hij begint aardig op een zeewaardige 27 voeter te lijken. Ik leid een superhectisch leven tegenwoordig van werk en fuondsenwerving. Morgen hijs ik de boot uit het water om te schilderen en de afsluiters te installeren. Er is nog veel werk te doen maar ik lig op schema en over twee weken is alles bijna klaar. Deze uitdaging is niet alleen maar een grote zeiltocht. Deze tocht is een fundraiser voor C.R.A.B. (Chesepeake getting ready Regional Accessible Boating) Een non profit organisatie ter ondersteuning van mensen met een psychischeof lichamelijke beperking door het bieden van nodig. Een zeiljacht is wel wat duurder dan een fiets en ik moest mijzelf ook nog zeilen leren. Ondanks alles zeilmogelijkheden. Een dagje zeilen lijkt heel gewoon voor de meesten van ons, maar is buitengewoon voor kon ik mijn Pearson 323 single handed van Annapolis een invalide kind. Het belangrijkste aspect van mijn naar Europa, Afrika, de Caraïbische zee en terug trip is fondsen te werven opdat C.R.A.B. verder kan naar Annapolis zeilen. Nogmaals: Geld was schaars. met dit werk. Gedurende 15.000 zeemijlen verbleef ik slechts in 1 marina. Het was in November en ik zeilde rond op de Noordzee en dacht: Dit is gekkenwerk. Dus een www.crabsailing.org goedkope marina ergens in Amsterdam’s binnenstad gevonden waar ik de hele winter bleef. Voor de rest is altijd geankerd. Ik kon mij simpelweg geen marina’s van 35 euro per nacht veroorloven.
De PolyClassic Zeiler nr 8 mei juni 2014
15 Juni 2011. 48 uur op zee
De officiële start en finish van deze reis is de Bay Bridge Tunnel aan de Chesepeake monding. Op die plek zullen mijn sporen zich overlappen en zal het Amerikans Continent gerond zijn. Ik gebruikte de 110 zeemijlen in de Chesepeake Bay als een zeetest en ontdekte een paar zaken die nog verbeterd moesten worden. Het meest interessante was dat ik 29 uur op
de motor had gevaren en ontdekte toen ik tankte bij Little Creek (net voor de startlijn) dat er slechts 25 liter diesel was verbruikt. De motor maakte tussen de 1200 en 1400 toeren maar toch, indrukwekkende getallen voor een Volvo Penta 2002. Ik heb 425 liter diesel meegenomen en reserveer dat voor de NoordWest passage. De eerste twee dagen waren erg plezierig. Ik ben zo blij eindelijk onderweg te zijn. Het was een uitdaging om fondsen te werven en de Vega opnieuw in te richten. Maar nu ik onderweg ben gleed een grote last van mijn schouders. Dank aan iedereen die hieraan meegeholpen heeft, speciaal Don Backe van C.R.A.B., zonder wie de trip niet mogelijk was geweest. De boot gedraagt zich uitstekend, ondanks dat haar eigen gewicht van 2.300 kg toegenomen is met 1.135 kg etenswaren en brandstof. Ik voel hoe dit gewicht haar prestaties beïnvloedt maar zij blijft heel goed zeilen. De boot zal gepamperd moeten worden om haar tuigage te sparen - zij was niet gemaakt voor deze zware belasting en de extra stress zou de boot uitelkaar kunnen trekken. Dus “langzaam maar zeker” is het devies. Gelukkig dat tegen de tijd dat ik door de Noord-West passage kom, de boot zo’n 500 kg minder beladen is en aldus in een betere positie is om Alaska te omzeilen. Omdat dit een non-stop solo trip is en de grootste boot die ik kon vinden een 27 voeter, zal ik het moeten doen met een overbeladen boot en proberen te blijven lachen. Ik sta nog aan het begin van de trip, maar het was
tenminste een goede start!. Alles wat ik nu nodig heb is, dat de tegenwind plaats maakt voor een mooi zuidwindje.
21 Juni 2011 1 Week op zee
De eerste 24 uur had ik gunstige wind. De volgende twee dagen een licht windje uit het Noorden. De derde dag plaatste ik per ongeluk iets zwaars op mijn brandblusser zodat de witte poeder door de kajuit spoot. Dag vier en vijf trok de wind aan tot 25 knopen uit het zuiden zodat 252zm gemaakt kon worden in 48 uur. Het is prachtig om te zien dat ik met de wind uit de goede richting dit bootje echt kan laten lopen. Maar ik ben nog steeds voorzichtig met zeilen gezien het overgewicht, dus aan de wind gaat het erg langzaam. Ik weet dat de meeste moderne zeilers hun wenkbrauwen zullen fronsen over dit overgewicht maar al honderden jaren geleden, voor de dagen van de Grieken, hebben zeelui hun schepen zwaar beladen en hun schepen waren minder zeewaardig dan mijn Albin Vega. Ik ben ervan overtuigd dat zij hun schepen anders voeren dan nu, zodat zij de zware lasten konden hebben. De zesde dag was de meest enerverende tot nu toe. Veel bliksemschichten achter mij tegen zonsondergang. Ik dacht dat het slechts een onweertje was, zodat ik extra zeil zette om het te kunnen ontlopen. Ik racede voor de bui uit (mijn favoriete manier van racen), terwijl ik dacht winst te maken. Niet wetend dat dit geen gewoon onweersbuitje was. Het was een front. Om twee uur ‘s nachts haalde het front mij in en geselde de boot met 50 knopen wind, slagregens en een enorme hoeveelheid bliksem. Ik haat bliksem! Het sloeg in op mijn eerste boot in Zuid-Georgia. Alle electriciteit viel uit. Wanneer het nu weer zou toeslaan, zou het een ramp voor deze trip betekenen. Ik heb zoveel brandstof aan boord dat een blikseminslag de boot zou opblazen. De bui duurde drie en een half uur en toen hij voorbij was zakte de wind in en veranderde van richting.
De PolyClassic Zeiler nr 8 mei juni 2014 De meeste tijd heb ik een boek zitten lezen over de opkomst en val van de Zulu natie. Ook is er nu tijd om Spaans te leren. Mijn Zulu boek heeft mij veel inspiratie gegeven. Ik dacht over hun speren die zij voor alles en nog wat gebruikten en kijkend naar mijn bootshaak kwam het idee: “He, die kan ik mooi gebruiken om mijn windvaan bij te stellen zonder uit de kajuit te komen. Dus nu heb ik altijd mijn trouwe speer (bootshaak) bij de hand om zonder naar buiten te gaan van richting te veranderen. (voordeel van een kleine boot!) Van een oostkoers moet nu overgaan worden naar een noordkoers. Wachten dus tot de noordwind plaats wil maken voor westwind. Schiet op!
27 juni 2011. De picknick is voorbij
Wel, de picknick is voorbij. Juni is een geschikte maand om de Atlantic te bezeilen en de eerste 10 dagen was ik warm, droog en blootsvoets. Maar hoe snel kunnen de dingen veranderen!. Nu mist en een temperatuur van 13 graden Celsius en wanneer ik dit schrijf hoor ik het onweren. Mijn westenwind is nooit gekomen en de hele afgelopen week heb ik wind tegen gehad, eerst noord, lagter oost. Een paar dagen geleden mijn eerste vis gevangen, een geelvintonijn. Ik moest er van overgeven. Onbegrijpelijk. Ik heb zo vaak tonijn gevangen en gegeten op mijn eerdere reizen en nog nooit een probleem gehad. Meestal eet ik gevriesdroogd voedsel van Shelf Reliance. Top!. Ik kan romige kippesoep maken die smaakt alsof het vers uit de keuken komt. Al schrijvend er aan denkend: Ik ga die maken voor de lunch! De laatste twee dagen was het knokken tegen 30 knopen oostenwind. Ik heb veel nieuwe lekkages gevonden en sliep vannacht op een nat matras, gewikkeld in een natte slaapzak op een nat kussen. Na het boek “North by East” te hebben gelezen verwachte ik al zoiets mee te maken. Het zou allemaal veel erger kunnen zijn. In 2008 ranselde de tropische storm Cristobal mij af met 60 knopen wind. Toen deed ik mijn eerste solo non stop transatlantische oversteek van Kittery, Maine naar Falmouth, Engeland. Was de kettingbak maar bereikbaar om een biertje te pakken. Het zal nog lang duren voordat er weer bier is. Het gaat alleen maar harder waaien op deze noordkoers, maar toch kijk ik uit naar deze uitdaging! Enige uitleg over de website over mijn tocht: Zelf kan ik die niet zien omdat er geen internetverbinding is. Ik verzend met de sateliettelefoon een e-mail aan mijn
vriend Mike McLinn, de webmaster. Hij plaatst die op de website en stuurt mij de reacties weer terug. Ik zal proberen alle vragen te beantwoorden maar helaas kunnen zij niet allemaal behandeld worden. Sorry. Dit is een non stop trip en als alles goed gaat kom ik by Chesapeake Bay weer aan land. Om hierin te slagen is 425 liter diesel en 340 kilo gevriesdroogd Shelf Reliance voedsel ingeslagen. Ik heb ook een handwatermaker met een capaciteit van vier liter water per uur. Dus elke dag in de kajuit pompen, pompen, pompen. Dus hoeft alleen maar gestopt teworden als er een ramp gebeurt met mijzelf of met de boot.
29 Juni 2011. Een bijna ramp!
Gisteren was een mooie dag. Ik realiseerde mij dat dit .... Noord west passage
Groenland
Noord Amerika
de eerste dag was in 1000zm dat voor de wind gevaren kon worden. Dus luister ik naar Kora muziek en pompte mijn watermaker in een poging 2 liter water te maken voor het avondeten. Toen plotseling “pop”! Mijn halve watermaker vloog als een raket door de kajuit. Ik was een halve minuut in shock en kon niet geloven dat mijn watermaker was geexplodeerd. De volgende halve minuut gaf ik een schreeuw die Godzilla wakker had kunnen maken. Is alles verloren? Er zijn veel dingen die gemist kunnen worden en nog meer die ik kan repareren, maar het verlies van de watermaker is een ramp! Buiten alle zinnen greep ik mijn sateliettelefoon en belde mijn goede vriend Simon Edwards. Simon runt een bootdienst (Endurance Yacht Deliveries) en voer 350.000 zm op zee. De laatste 5 jaar zeilde ik 12.000zm met Simon die zo’n beetje mijn mentor is geweest. Dit is niet de eerste keer dat Simon mij hielp tijdens moeilijkheden op zee.
De PolyClassic Zeiler nr 8 mei juni 2014 Simon doet een paar telefoontjes en zegt dat ik hem binnen 24 uur terug moet bellen. Wanneer ik hem terugbel heeft hij een nieuwe watermaker gevonden en een paar mannen bereid gevonden in een boot te springen en mij het apparaat te bezorgen. Vrijdag is een vrije dag in in Canada dus komt de watermaker op zijn vroegst a.s. maandag. Ik ontmoet de boot in Bowl Bay, 2 dagen zeilen van hier. Dus een paar dagen afwachten. Tot zondagavond is er geen reden dicht bij de kust te gaan. Het goede van deze situatie is dat niet gestopt hoeft te worden. Ik verlies hierdoor tijd maar omdat ik 3 dagen te vroeg ben vertrokken komt dat goed uit. Ook ontdekte ik dat mijn watermaker een oud model was. Denkelijk heeft men voor militaire doeleinden de Survivor 35 her-ontworpen. Ik vond het vreemd dat een watermaker als popcorn uit elkaar zou springen na slechts 14 dagen gebruik na minder dan 50 liter water te hebben geproduceerd. Er wordt beweerd dat hij 4 liter per uur kan doen, dus ik heb hem voorzichtig behandeld. Enfin, de trip gaat door en dank zij Simon verlies ik maar 3 dagen. Buiten de watermaker geen grote ellende gehad. Ik kwam de laatste 4 dagen vast te zitten in dikke mist. Die mist snijdt dwars door je kleren en koelt je tot het been af. Ik zal waarschijnlijk nog wel 5 dagen in die mist blijven omdat hier gewacht moet worden.
praat. Het leven aan boord kan erg frustrerend zijn. Er is niet overal stahoogte. Twee dagen geleden stond ik in de kajuitingang in de mist te staren. Vanuit het niets springt zes meter achter mijn boot een spuitende orka uit het water. Grote schrik! Het is lang geleden dat ik Seaworld bezocht en ik was vergeten hoe groot die dieren zijn! Zijn rugvin was manshoog. Hij bleef een paar minuten en verdween weer even snel als hij kwam. Dat is zeezeilen. Uren en uren van niets, afgewisseld met minuten van ongelooflijke opwinding. Het probleem is dat die opwinding niet altijd positief is. Wanneer dingen breken gebeurt dat snel en zonder waarschuwing. Maar momenten zoals het spotten van een walvis, een vis vangen en s’nachts de melkweg aanschouwen maken het de moeite waard. Dus momenteel drijf ik op een zeeanker 20 zm van New Foundland en wacht op mijn nieuwe watermaker. Het goede nieuws is dat gunstige wind wordt verwacht op mijn noordkoers. Het slechte nieuws is dat mijn watermaker pas dinsdag komt. Dus drijf ik tot die tijd.
7 Juli 2011. Noord!
4 Juli 2011. De twintigste dag
Ik kwam op dag 12 in de mist terecht en kwam er op dag 19 weer uit! Wanneer je op zee zeilt leef je in een grote wereld. Zicht 3zm rondom. Je ziet zware regenbuien passeren en de sterren zijn s’nachts mooier dan waar ook op het land. De mist verkleint die grote wereld tot een meter of honderd, bijna claustrofobisch! Ik heb vaker in de mist gezeild, dus geen “big deal”, maar zie liever de zon weer. Over de zon gesproken. Drie dagen geleden besloot ik de motor drie uurtjes stationnair te laten lopen om de accu’s op te laden, omdat er door de mist weinig zon is. De contactsleutel omgedraaid en “klik”. Opnieuw geprobeerd en weer “klik, klik, klik”. Dit is de eerste maal dat ik meemaakte dat een Volvo Penta starter niet werkte. 5 Jaar geleden had ik hetzelfde op een trip rond Florida met mijn Pearson 323. Een toevallige vent die ik ontmoette in een toevallige marina toonde mij hoe zonder starter te starten met eens schroevendraaier. Met kunst en vliegwerk krijg ik nu de motor aan de
Eindelijk een noordkoers. Ik heb geen tijd verloren laten gaan de laatste vier dagen. Al kruisend maakte ik voortgang. Drie keer mijn zeeanker uitgegooid om te oefenen en ook kleine reparaties uitgevoerd. Mijn tracklijn op de website moet er uitzien als een kindertekening, maar gelukkig dat alles is nu voorbij.
De PolyClassic Zeiler nr 8 mei juni 2014 Eén interessante dag. Ik startte de motor om het zeeanker binnen te halen. Er kwam een vreemd geluid rook uit de kajuit. Ik stopte de motor en zag met mijn flashlight dat de uitlaat los lag. Dit was eenvoudig te repareren maar ik was even erg geschrokken. Net toen dit gefixt was viel een blok uit de mast op mijn hoofd. Vervolgens werkte ik 10 uur buiten in de regen en kwam nat en gefrustreerd terug in de kajuit. Mijn frustratie werd nog verergerd door het feit dat er een prachtige noordenwind stond waarvan geen gebruik kon worden gemaakt omdat ik nog op de watermaker wachtte. Of die nooit kwam! En laat op die dag kwam er nog een mayday op kanaal 16. Man overboord 50 mijl verderop waar naarstig naar gezocht werd. Door de dikke mist een onmogelijke taak. Terwijl ik daarnaar luisterde schenen mijn eigen moeilijkheden paeanuts. De watermaker aflevering werd vertraagd tot woensdag. Dinsdag stond er een bijna storm maar woensdag was een rustige dag. Ongeveer een mijl in zee kwam een boot langszij, overhandigde een paar dozen en weg was ik. Dat alles nam 2 minuten in beslag. Don Backe zeilde in jaren ‘60 om New Foundland en vertelde mij hoe vriendelijk men daar is. De Newfys gaven mij een fles “Screech” (New Foundlandse drank), een paar stukken bananenbrood, een krant en een paar sokken. Ik dank hierbij Doug Mckenzie en John Earle voor hun hulp. Dus ik ben terug op het goede spoor! Zij het, nog steeds in de mist. Binnenkort komt ijsbergland. Eigenlijk ben ik opgewonden bij de gedachte van het zien van mijn eerste ijsberg. Maar tegelijkertijd realiseer ik mij dat zij spoedig hun aantrekkingskracht zullen verliezen.
13 Juli 2011. Dag 29
De eerste twee dagen na New Foundland waren mooi en zonnig, niet veel wind maar een welkome pauze. De volgende dag was er de mooiste zonsopgang ooit, maar een kleurrijke zonsopgang voorspelt helaas niet veel goeds. Tegen half tien stormde het. Een zomerstorm die opsteekt voor het ontbijt en gaat liggen na het diner. s’Winters houdt de storm dagen lang aan en zou ik hier niet wilklen zijn. De storm kwam uit het noordoosten dus ik zeilde aan de wind. De Vega kan niet scherp aan de wind kan varen met meer dan 35-40 knopen wind. Zij dreef bijna net zo sterk weg als zij vooruitgang maakte. Ik zeil graag met 35-40 knopen wind achter mij. Dat betekent een snelle dag. Maar aan de wind is het niets en wordt alles nat. Ik heb voor het eerst de buiskap geplaatst en die
werkte heel goed tot het moment dat een golf hem wegsloeg. Ook werd mijn kaartplotter van zijn bevestiging geslagen. Ook de montagesteun van de windgenerator werd beschadigd. Ik moest hem vastbinden tot de wind wat zou afnemen. De volgende dag waaide het om de 30 knopen. Nog steeds aan de wind en alles werd zo nat dat ik niet meer wist waar te gaan zitten. Ik voelde mij rot. Jullian from West Marine tuigers drukte mij op het hart zoveel mogelijk te filmen gedurende deze trip. Ik heb een waterproof HD kamera waar ik een paar goede
opnamen mee heb gemaakt. Het weer lijkt een beetje kalmer te worden en ik hoor Julian nog zeggen: “film”. Dus ik nam mijn kamera naar buiten om hem te bevestigen. Omdat de laatste tijd geen golven meer overkwamen trok ik mijn zeilpak niet aan. U voelt hem al komen. Tijdens het monteren van de kamera hoorde ik een golf aankomen. Toen ik keek zag ik een grote torengevormde golf recht op mij af komen. Ik probeerde overeind te komen aan de achterstag maar de golf sloeg zo hard toe dat ik viel. Al vasthoudende aan de achterstag realiseerde ik mij dat ik aan de goede kant van de boot stond. Overbodig te zeggen dat gisteren drijfnat eindigde. De volgende keer mijn zeilpak aan! Vandaag was het mooi zonnig weer, dus die werd gebruikt om alle beschadigde zaken te repareren, zo ook vijf lekkages. Het was een lachwekkend gezicht, mijn boot behangen met wasgoed en alle kussens op het dek. Ik slaagde er in de kajuit en equipment te drogen en was klaar voor de volgende natte periode. De mist was opgetrokken, ik nam een glas “screech” en had een goed gevoel voor morgen. So far so good.
De PolyClassic Zeiler nr 8 mei juni 2014
19 Juli 2011. 60° Noord
De 60 graden lijn kruisen, dat schiet lekker op! Ik ben nu op dezelfde hoogte als de Noord Schotse Shetland eilanden. In de kajuit is de temperatuur 9 graden en buiten is het 7 graden. Liever deze temperaturen dan weer een andere zomer op een hete zeilboot in Annapolis. Ik kan beter tegen de kou dan tegen de hitte. Voor een roodharige is de zomerse zon niet best voor een super witte huid. Na mijn laatste blog had ik twee dagen noordenwind. Er stond slechts 20 tot 25 knopen dus hoewel niet al te comfortabel, beter dan een regenachtige storm. Ik heb nooit ergens gezeild waar de windrichting meer veranderde dan hier. Nu erover pratend is het niet alleen de noordwind zelf. Hij brengt ook grijze eentonige hemels en slagregens en de kajuit begint te druipen als een vochtige grot. Wanneer het uit het zuiden waait komen er blauwe luchten en de lucht wordt droger. Na nog twee dagen aan de wind krijg ik eindelijk zuidenwind. De volgende dag was zonnig met een rustige zee en ik kon mijn geluk niet op! Gisteren meest mist en vandaag zon! Er is goede vooruitgang gemaakt maar dagen verloren bij New Foundland en geen tijd voor een verdere vertraging. Het wordt spannen bij de ingang van de Noordwest passage. Ik moet de passage exact op tijd beginnen of overwinteren in het ijs. Al met al gaat het goed zo. De laatste dagen is niets kapot gegaan en ik ben gewend aan de kou. Alles waar ik nu aan kan denken is: Noord!
22 Juli 2011. Arctic
Morgen op deze tijd wordt de poolcircel bereikt en zeil ik in de Poolzee. Ik heb geluk gehad en een paar dagen 20-25 knopen zuidenwind gehad. De boot heeft gesurft met snelheden van 7-9 knopen. 2 dagen van meer dan 140zm per dag. Ook jaagde ik de boot op om verloren tijd in te halen. Het weer was over het algemeen nat maar de wind ging niet over de 30 knopen heen. Een jacht voor mij verzeilde in een storm en moest voor reparaties uitwijken naar Groenland. Ik hoop dat zij het op tijd kunnen repareren om op tijd te zijn voor de Noordwest passage. Dat is zeilen. Twee schepen op dezelfde route, misschien 4 dagen van elkaar verwijderd, kunnen compleet verschillende passages hebben. Persoonlijk ben ik van mening dat de Labrador Zee het somberste water is van allen. Ik heb veel slechter weer gehad in andere wateren, maar de dagelijkse somberheid heeft grote invloed op je moraal. Vreemd genoeg ga ik deze sombere plek missen omdat het mijn sombere plek is. Er is een band ontstaan met de Labrador zee. Verschillende wateren lijken verschillende karaktertrekken te hebben. De Labrador Zee doet mij denken aan een oude mopperige man.
Gisteren mijn eerste ijsberg ontmoet. Het was een van de beste dagen tot dusver. Blauwe luchten en een kalm zuidenwindje. Dus ik hees mijn asymmetrisch zeil en tegen de tijd dat dat klaar was zag ik die ijsberg. Er voorbij zeilend zag ik pas hoe groot hij was. Hij moet 250 meter hoog zijn geweest met gevaarlijke pieken en een diameter van een paar mijl. Ik zag nog een dozijn ijsbergen met allerlei vormen en afmetingen en besloot meer naar het noorden te gaan, weg van het ijs. Ik zeilde langs de rand van een enorm stuk ijs van een paar honderd mijl. De enige weg er om heen is zo’n 300 tot 500 mijl dicht langs Groenland te varen, dan naar het westen, de Noordwest passage in. Het ijs aanschouwen is geweldig, maar ik sliep die nacht niet veel, bang een ijsberg te raken. Het mooie was dat zover noord was gevaren was dat de zon niet meer onder ging. Dus 2 uur s’nachts lijkt op 2 uur s’middags. Kan ik het ijs tenminste zien, behalve als helt mist natuurlijk. Op dit moment kan ik in de verte kijken en de dramatisch verlaten kust van Groenland zien. Zelfs nu, 25 mijl op zee, zie ik de met sneeuw bedekte Groenlandse bergen en lijkt het erop dat ik een andere dimensie ben binnengezeild. Ik ben blij eindelijk in het Poolgebied te zijn en hoop dat het ijs in Baffin Bay verdwijnt zodat west gevaren kan worden. ----------------------------
27 juli 2011 Baffin Bay (Baai van slapeloosheid) Na de tijd weer ingelopen te hebben en mijn eerste ijsbergen te hebben gezien, draaide de wind weer naar het noorden. Twee dagen 4 tot 5 Bf pal tegen in dikke mist. Ik ben nooit een grote liefhebber van mist geweest maar wanneer je zonder radar blind zeilt, omringd door ijsbergen, dan wordt het wel erg riskant. Toen de mist eindelijk brak zag ik vijf ijsbergen binnen 1 mijl afstand. Vanaf dat moment werd het mooi weer met helaas weinig wind. Gedurende de reis zakte de temperatuur dusdanig dat het in de mist -10 C was. Gisteren was het 130 C en vandaag 150 C! 150C op 71 1/2 North?! Ik kan wel naar het strand varen en een duik nemen. (grapje). Ja, de hemel is blauw en de dagen zijn warm, maar er is geen wind en wind moet ik hebben! De laatste 5 dagen ben ik niet veel opgeschoten en ik voel dat dit zo blijft hier. Als je mijn windtracker bekijkt zie je dat ik dicht bij Groenland ben gebleven. Het centrale deel van Baffin Bay is nog bedekt met ijs. Er is vlak bij Groenland slechts een nauwe corridor van ijsvrij water. Het warme weer zou de dooi moeten versnellen. Ik kan ijsbergen hebben, maar pakijs is iets heel anders! Over ijsbergen gesproken, ik heb er ontelbaren gezien. Van reuze Van reusachtig grote kantoorgebouwen tot bergjes met de afmetingen van een VW kever. De bergen zijn natuurlijke sculpturen, elk exemplaar is uniek en wanneer zij smelten en afbreken verandert hun schoonheid langzaam. Sommigen zijn bleekwit maar de meesten zijn blauw of roze getint. De grootsten zijn majesteitelijk en intimiderend. Het is de moeite waard er heen te varen om ze te bekijken. Ieder voordeel heeft zijn nadeel. Ijsbergen zijn verbazingwekkend mooi, maar man wat is het moeilijk
Met Albin Vega slapen wanneer zij in de buurt zijn. Een ijsberg raken is als een botsing met een reusachtig rotsblok. Het ijs heeft geen pardon en zou mijn Vega’tje in recordtijd laten zinken. Elke dag zie ik meer ijs! Zonder mijn hoofd te draaien telde ik 17 bergen. Zij lijken overal te zijn. Dit is een situatie waarin ik wat meer bemanning zou kunnen gebruiken. Ik heb 3 etmalen niet geslapen en sliep afgelopen nacht slechts een paar uur met tussenposen van 20 minuten. Omdat de zon hier nooit ondergaat is mijn gevoel van tijd weg. Ik weet niet meer of het dag of nacht is. Als ik op de klok kijk ben ik steeds in de war. `Is het 3 uur s´middags=. Maar ik dacht dat het negen uur was!”. Het goede is dat wanneer ik uit Baffin Bay ben, ik de ijsbergen kwijt ben maar in de Noordwest passage zik ik weer in het pakijs. Uiteindelijk zal ik vele soorten ijs zien. Afgezien van het gebrek aan slaap gaat alles goed, alleen hoop ik dat de wind een beetje aanwakkert. Het is nog 400 zm tot de ingang van de Noordwest passage.
St. Brendan door de Baffin Bay
Groenland NW Passage
Baffin Bay is genoemd naar de Britse zeevaarder William Baffin (1584-1622). Baffin was op zoek naar de NW passage en voer in 1616 door de baai.
Baffin Bay
V.S.
2 augustus 2011
75.22.410n
Zo noordelijk als mogelijk gekomen, ben ik uit mijn Garmin plotter gezeild. Het ding sloeg op tilt en het scherm werd geel. Niet getreurd, zodra wij onder de 75 graden komen zou hij het weer moeten doen. Het is wel veel kouder geworden! Het voelt veel “arctischer” aan met temperaturen van plus 3 tot min 5 graden. De kou wordt een probleem. Het grootste deeI van mijn lichaam blijft warm maar het is moeilijk ook mijn handen warm te houden. De boot is enorm vochtig, zodat elke keer als ik een lijn beetpak of iets aanraak mijn handen nat en koud worden. Na mijn laatste bericht waren er een paar dagen met een zwak windje. Dat gaf mij gelegenheid een beetje te slapen en van de ijsbergen te genieten. Woensdag sliep ik drie uur. Daarna wakkerde de wind aan tot bf 4 en zag ik de mooiste ijsbergen van deze trip. Ik hoorde dat je op deze plek dagen van weinig wind kunt hebben. Nee hoor! Ik ontving een bericht dat windkracht negen naar mij onderweg was en begon mij daarop zo goed mogelijk voor te bereiden. Weerberichten in deze gebieden zij niet erg betrouwbaar dus als de storm niet vlug komt vergeet ik die maar. Terwijl ik dat denk wakkert de wind aan met mist en regen. Gelukkig bereikt hij slechts bf 7, maar het probleem is dat als ik verder noord kom, er steeds meer kleine ijsbrokken tussen de ijsbergen gaan verschijnen. Deze kleine bergjes zijn moeilijk waar te nemen. Er kan een klein stukje met de afmetingen van een basketball boven water uitsteken dat onderwater de afmetingen van een schoolbus blijkt te hebben. Met 30 knopen wind achter is de zee vol witte kuifen en wordt het ongelooflijk moeilijk om die te onderscheiden van mini ijsbergen. En helemaal met zo’n vaart wanneer het stevig regent of mist. Een paar kon ik juist op het laatste moment ontwijken. Het is als hardzeilen op een regenachtige mistige dag in een gebied vol halfgezonken zeecontainers. Ik word echt hysterisch van die verborgen ijsbergjes en kijk scherp uit mijn doppen om ze te ontwijken. Dat betekent dus 14 uur wacht in ijskoude regen. Vrijdag, ongeveer 10 uur s’avonds temidden van dit weer moest ik iets uit de kajuit pakken. Wat nu? Een poeltje dieselolie op de vloer! Hier is dieselolie bijna belangrijker dan water! In het slechtste geval, in geval van water tekort, zou ik naar een ijsberg kunnen varen, een stuk afbreken, smelten en het drinken. Diesel is zo belangrijk omdat het niet veel waait in de Noordwestpassage. De gelekte dieselolie bleek uit een lek
in de 350 liter flexibele brandstoftank te komen. Paniek!! Ik begon alles wat ik kon vinden met diesel te vullen. Water jerrycans, flessen, zelfs mijn 25 liter douche. En dat al zeilende in dichte mist. In een ooghoek zie ik iets vreemds! In het raam verschijnt een reusachtige ijsmuur. In de paniek om diesel te redden vergat ik naar ijsbergen uit te kijken en kwam ik binnen 30 meter afstand van een monsterberg. Het geluid van brekende golven in het ijs was te horen. Het was als het gedonder van onweer en het water schoot zo’n tien meter de lucht in. De berg werd door de wind met een grote vaart voortgedreven en dreef bijna over mijn Vega heen. Teruggerend naar de kajuit, weer containers met diesel vullen en tegelijkertijd uitkijk houden. Het plan was zoveel diesel te lossen totdat het lek boven kwam. Tot ik er achter kwam dat ook in
de andere zijde een lek zat. Uiteindelijk slaagde ik er in beide lekkende zijden boven te krijgen. Na er de hele nacht aan te hebben gewerkt was de hele kajuit vol diesel. Kussens, slaapzak, eigenlijk alles. Zo’n 35 liter diesel, 10 procent van mijn voorraad, bleek verloren te zijn gegaan. Je kunt je voorstellen hoe de boot nu ruikt. Dus tegen de ochtend ben ik 50 uur achterelkaar op wacht geweest, waarvan 14 in de ijsregen, bedolven onder dieselolie. Ik wil alleen maar een warme douche en een droog bed! In plaats daarvan ga ik bijliggen en slaap 6 uur. Nu schrijf ik mijn blog met ijskoude vingers en luister naar de op mijn boot kletterende regen. Over een paar minuten trek ik mijn zeilpak weer aan en doe al zeilende nog een wacht van 50 uur. Als de wind aanhoudt tenminste.
Afgezien van alle drama’s - de Baffin Bay is een van mijn favoriete wateren waar ik ooit heb gezeild! Net zoals de Gambia rivier, Galicia en de Exuma’s. Met de onverklaarbare schoonheid van de ijsbergen en het 24 uur durende daglicht is het zo uniek als een stuk water kan zijn. Met plezier ruil ik mijn behoefte aan slaap in voor de kans in dit ongelooflijke gebied te kunnen zeilen, maar het is ook de gevaarlijkste plek waar ik ooit heb gezeild. Ik houd er van, vrees het en respecteer het. Nu iets over de technische kant van deze trip. De eerste regel van solo zeilen is: Je moet zorgen dat de boot zich zelf kan zeilen. Alles wat je zelf zou moeten doen is reven, trimmen en de windvaan bijstellen. Ik gebruik een Monitor windvaan. Gedurende de jaren heb ik er drie gehad, Hyravane, Navic, en Monitor. Ik vind de Monitor de sterkste en eenvoudigste om te bedienen. Voor energie heb ik vier zonnepanelen en een windgenerator. Wanneer geen zonne energie te krijgen is, dan gewoonlijk wel van de wind en vice versa. Mijn dagelijkse energievoorziening is sterk gelimiteerd, dus ik moet er zuinig mee zijn. Ik heb 3 gps units, warvan ik er twee constant gebruik. De derde is een back up. Ik heb ook AIS. Heel goed voor de open oceaan maar hier doet het niet veel want er zijn geen andere schepen. Ik heb geen radar omdat ik er geen geld voor heb. Dit is een low budget trip en sponsoring blijkt niet eenvoudig. Ik was al blij dat ik de haven kon uitvaren. Wat voedsel betreft heb ik
een jaarvoorraad “Shelf Reliance freeze dried food” ingeslagen. Het is verassend goed en ik kijk steeds uit naar de volgende maaltijd. En dan die verdomde watermaker. Gelukkig lijkt mijn nieuwe beter te werken maar buiten een uur pompen voor twee liter water doet mij verlangen nar een normale kraan. Tot slot is een van de belangrijkste zaken op de boot mijn PredictWind itrac sateliet communicator. Dit is nieuwe Nieuw-Zeelandse technologie die niet alleen mijn Vega “trackt” zodat jullie kunnen zien waar ik ben, maar belangrijker, geeft mij op twee manieren een weerbericht. Een uit de U.S. en een uit Canada. Het is leuk te zien welk land de beste verwachting van de dag geeft. Een kwalitatief goed weerbericht geeft mij een enorme rust. Ik heb veel op zee gezeild zonder weersverwachting. Ik voel mij dan altijd alsof ik blind zeil. Het geeft mij ook de snelste route naar het volgende waypoint (weer routing). Die mogelijkheid gebruik ik niet veel want ik ben eigenwijs en wil zelf dagelijks uitvinden. Maar het is een goede optie om te hebben. Alles wat ik nog nodig heb is een hete douche en een paar pizza’s. Ik stink als een Arctische ontdekkingsreiziger. Gelukkig is er niemand in de buurt die het ruikt.
4 augustus 2011
Northwest Passage Het is geweldig hier te zijn! Vandaag is mijn 50e dag alleen op zee en ik ben nog niet zo dicht bij land geweest. Je vraagt je misschien af waarom ik hier in een fjord ronddrijf. Ik ben in Croker Bay, omgeven door bergen en een 300 meter diepe gletsjer. Mijn woorden schieten tekort om deze schoonheid te beschrijven. Ik ben hier iets te vroeg aangekomen. De Noordwest passage is nog bevroren maar smelt snel, dus het zal hopelijk niet lang duren. Het parachute zeeanker is uit en houdt goed omdat er weinig wind staat.
Tot Lancaster Sound had ik een mooi oostelijk windje achter. Tegen de tijd dat ik ik Croker Bay aankwam was het derde rif gestoken en spoelden een paar golven de kuip in. Niets ernstigs! Alleen van die vervelende golven die juist over je heen breken. Vreemd genoeg ging de wind liggen juist toen ik de Croker Bay binnenvoer, maar toch waait het nog hard in de Lancaster Sound. Ik blijf hier een paar dagen achter het parachute anker drijven, neem wat rust en voer wat reparaties uit. Van hier ga ik verder naar Maxwell Bay, 115 zm westelijker en blijf dar ook een paar dagen hangen. Hopelijk zal het ijs dan gebroken zijn en kan ik verder richting Alaska.
Beaufort Zee
Alaska
Croker Bay
Op mijn reis hierheen vanaf 75 noord trof ik weer drie dagen dichte mist. Zonder radar door de mist zeilen, omringd door ijs, is zeer beangstigend. Ik heb een strategie: Ik sta in de kuip met één hand aan de helmstok en staar recht vooruit. Klaar om weg te duiken op elk moment dat iets uit de mist opdoemt. Vergeet dat je naar het toilet kunt of een maaltijd kunt bereiden. Je staat daar tot de mist optrekt of de wind wegvalt. Het is verbazend hoe snel de tijd dan verstrijkt. Als de mist optrekt en ik de kajuit in spring realiseer ik mij dat ik meer dan 10 uur daar buiten heb gestaan. Geholpen door slaaptekort vervaagt de tijd. Dat de mist is opgetrokken betekent niet dat mijn wacht over is. Het betekent alleen maar dat ik kan zien hoe ver de volgende groep ijsbergen weg is en als er tijd is ga ik de kajuit in om uit de wind wat op te warmen. Even verwennen met een kop koffie en dan weer naar buiten. Slaaptekort is gevaarlijk wanneer je alleen op een boot bent, maar ik heb een plan. Ik doe alles half zo snel als ik normaal zou doen. De logica hiervan is dat met slaaptekort de hersenen ook op halve kracht werken. Het wordt gevaarlijk als je hersenen je lichaam niet meer kunnen bijhouden, dus maak ik langzame en gecontroleerde bewegingen. Op die manier vinden lichaam en geest hun balans. Het doet mij goed in Matt’s idiote wereld van slaaptekort te zijn. Er bekruipt mij een gevoel of ik een paar glazen sterke drank heb gedronken. Ik lach om dingen die ik normalerwijze niet om te lachen zou vinden. Ik sta uren te zingen in de kuip. Eerst wat Wu-Tang maar later kerstliedjes. Dat klinkt gek, zo midden in de zomer, maar omgeven door ijsbergen is dat niet zo raar. Ik zing zo hard dat ik mijn stem verlies. Maar waar heb ik een stem voor nodig? Er is niemand om mee te praten. Het was een harde tijd maar ik had een geweldige tijd in Baffin Bay! Er staat een artikel over deze trip in Yachting World van deze maand. Mijn vriend Andy schreef het dus ik weet zeker dat het goed is. Ik geef Apsley het laatste woord: “Dit weer op deze plek benadert mijn ideaal van perfectie meer dan elke andere omstandigheid waarin ik ooit verkeerde. De warme gloed van de zon met de intens verkwikkende kou in de lucht geeft een niet uit te drukken gevoel van welzijn en genoegdoening. Het gouden licht op deze schitterende omgeving van bergen en ijs voldoet aan iedere gedachte van grootsheid. Mijn woorden kunnen het indrukwekkende van het fantastische panorama dat zich hier ontvouwt niet overbrengen.”
Apsley George Benet Cherry-Garrard (1886-1959) was een Britse Antarctica ontdekkingsreiziger
10 augustus 2011
Barrow Straits Het pakijs ligt zuidelijk van mij. De vroege ontdekkingsreizigers hadden niet zoveel moeilijkheden tot hier te komen. Het ging pas fout zuidelijk en westelijk van hier. Ik zeilde Lancaster Sound in op de zelfde dag als Parry dat deed in 1819 met dezelfde wind! De meeste ontdekkingsreizigers rapporteerden oostelijk wind. Die heb ik dan ook alleen maar gehad. Een beetje ijs in Lancaster Sound, genoeg om mij scherp te houden, maar Barrow Straat is vrijwel ijsvrij. Geen ijs te zien voor 50 mijl, dat is nog niet gebeurd since 65 N. Maar het is stilte voor de storm, verder zuidelijk begint het kat en muis spel met het pakijs. Ik ben een klein muisje tegen een angstig grote kat! Ik heb hier voor de noordkust van Somerset eiland liggen wachten op smeltend ijs om mijn reis door Peel Sound te kunnen beginnen. Ik zou morgenochtend moeten kunnen vertrekken. Dan vaar ik door Peel Sound, Franklin Street, langs Boothia schiereiland, James Ross Street, rond het zuiden van King William eiland naar de Queen Maud Golf and verder naar het westen. Dezelfde weg nam Amundsen in 1905. De volgende 600 zm zijn met moeilijkst van de Noordwest passage met pakijs, onderwater rotsen en ontelbare eilandjes. Na de Queen Maud Golf heb ik het meeste ijs gehad en is het alleen een kwestie van zeilen naar Barrow Point, Alaska en dan verder zuid. De Noordwest passage is geen stuk water om haast te hebben en mijn St. Brendan is verre van een ijsbreker, dus geduld is cruciaal. Straks ga ik dus zuid het ijs in, maar nu eerst rusten!
16 augustus 2011
Rae Strait
Alles is goed gegaan sinds Peel Sound. Halfweg ontmoette ik grote aantallen zeehonden, vogels en narwals, tandwalvissen. Ik heb trouwens veel zeehonden gezien sinds Lancaster Sound. Zij houden grote afstand dus zijn moeilijk te fotograferen. Soms verschijnt er een vlak bij de boot maar verdwijnt alweer voor ik de camera kan grijpen. In Peel Sound waren er honderden. Sommigen in groepen op vis jagend, sommigen lijken zomaar rond te zwemmen. Op een gegeven moment staken een stuk of tien hun kop boven water en starden mij aan. Zij lijken op kleine prairiehonden die hun kop uit de grond omhoog steken. Er zijn zoveel zeehonden in de Noordwest passage dat ik bang ben om te vissen. Stel je voor dat ik per ongeluk een zeehond vang! De narwals schijnen mijn boot niet op te merken. Zij zwemmen ogenschijnlijk ongeinteresseerd voorbij. Ik moet er minstens 50 hebben gezien gedurende een aantal mijlen. Ik kan nog steeds niet geloven dat ik echt narwals heb gezien! Er was weinig wind sinds de Peel Sound zodat ik de meeste tijd heb gemotord. Mijn Volvo Penta start moeilijk in deze koude omgeving, maar als hij eenmaal loopt, loopt hij als een kampioen. Mijn timing is perfect geweest en ik ben er in geslaagd het slechtste ijsgedeelte makkelijk te passeren. Er was een stuk pakijs ongeveer 10 mijl van noord naar zuid, maar ik vond een vrije corridor van ongeveer een kwart mijl breed. Het is hier deze zomer warm geweest. In Baffin Bay vond ik het kouder, met temperaturen net onder nul. De laatste 4 dagen was het van 13 tot 16 graden celsius, wat leuk is voor mij maar slecht voor het arctische gebied. Ik heb het angstige gevoel dat als dit zo doorgaat het noordpoolgebied de volgende 15 jaar inkrimpt met alle gevolgen van dien ook voor ons. Wetenschappers zien al verschillen in weerpatronen ten zijden van het arctisch gebied en als al het ijs smelt dan kan je New York City vaarwel zeggen. Genoeg gesomberd. Ik ben in een gedeelte van de passage met een rijke geschiedenis. Slechts een paar mijl verwijderd bracht Amundsen een winter door tijdens zijn reis van 1903 tot 1905. Niet ver van hier ging het verschrikkelijk mis met Franklin’s expeditie en vonden 130 personen de dood. Hier ontmoet oost west. Het ontbrekende deel van de puzzel dat zoveel vroege ontdekkers ontging. Ik weet trouwens niet hoe zij het haalden. Mijn kompas is waardeloos de laatste 20 dagen. Het wijst steeds naar het zuiden, ongeacht welke kant ik ook op ga. Er is zoveel mist dat ook een sextant waardeloos is. Zij hadden geen motoren, slechte zeekaarten en geen idee welke kant zij op moesten in dit net van de Canadese archipel. Ik heb alle respect van de wereld voor deze mannen! Mike “da web masta” McLinn heeft voor mij een manier gevonden om een foto te nemen en als een kleiner bestand te verzenden. Dus kon ik goede foto’s maken. Dar ben ik blij om want zo kunnen jullie zien hoe het mij vergaat. Wel, de wind steekt weer op en ik moet de zeilen wisselen.
Grote ontdekkingsreizigers in het noordpoolgebied J. Franklin, Groot-Brittannië 1786-1847 overleden NW passage. R. Amundsen, Noorwegen 1872-1928 overleden bij vliegtuigcrash in de Noordelijke IJszee.
Amundsen Golf Alaska
21 augustus 2011
Amundsen Gulf (Go west young man) Het is een stuk kouder geworden. De wind wakkerde aan uit het oosten, dat is mooi, maar hij bracht ook mist, regen en kou. Na Rae Straat werd het navigeren inspannender. Simpson Straat (ten zuiden van King William eiland) is een uitdagend stuk water. De stroom snelt door de straat en botst via de vele eilanden weer terug. Soms was de stroom in mijn voordeel, soms duwde hij mij naar de lei kust. Op een gegeven moment voer ik achteruit met de motor voluit in zijn vooruit. Maar ik kwam er door en zag een schip van de Canadese kustwacht voor anker. De laatste keer dat ik een schip zag was toen iemand mij een nieuwe watermaker en een fles “screech” overhandigde. De man waarmee ik sprak was erg vriendelijk en hij gaf mij goede ijs informatie voor de Queen Maud Golf. Vanaf dit punt zeilde ik met 20 tot 30 knopen oostenwind. Ik weet niet zeker wat de Vega rompsnelheid is, maar ik kwam er vast wel boven. Er waren een paar risico plekken ten oosten van de Queen Maud Golf en er liep pakijs van oost naar west. Ik denk dat dit uit Icebreaker Bay kwam. Het was mogelijk zuidelijk van het ijs te zeilen zonder zelfs te hoeven gijpen. Na Queen Maud waaide het zo’n 30 knopen en vloog ik op topsnelheid door een paar moeilijke gebieden. Soms door nauwe passages tussen twee eilanden. Het waren 3 fantastische dagen, maar aan alles komt een eind. Na halfweg door Dolphin and Union Straits te zijn draaide de wind naar noordwest en wakkerde aan tot 30 knopen met sterkere
vlagen. Mijn voortgang kwam knarsend tot stilstand. De wind was nog niet het ergste maar er was een sterke stroom tegen wind met verrassend steile golven. St. Brendan is veel te klein met een waterverplaatsing van 2.300k om deze golven aan te kunnen. De golven nemen de Vega op als een stuk drijvend wrakhout. Zo erg dat twee maaltijden uit de pan sprongen en door de kajuit vlogen. Dat was zoooooo frusterend! Ik kan tegen de kou en nattigheid, maar bederf mijn eten niet! Gisteravond ging ik naar bed in een erg natte kajuit bezaaid met stukjes mais en kip. Vanochtend ging de wind langzaam liggen zodat ik de kajuit kon schoonmaken en wat gebroken spullen herstellen. Een ding dat ik niet kan repareren is mijn autopilot. (een helmstok stuurautomaat) Die is de afgelopen maand steeds slechter geworden en stopte er vandaag helemaal mee. Het ding is minstens 15 jaar oud, dus ik was niet verrast. Hij is alleen nodig als er gemotord wordt zonder wind, dus al met al niet zo erg. Oschoon, onlangs maakte ik een solo trip van Annapolis naar Europa, de Caribbean en terug met alleen een windvaan en ik haatte lange uren aan de helmstok te zitten als er geen wind was. Ik heb nog 200 liter diesel over, dat is goed, maar het betekent ook dat ik ontelbare uren al motorend in de kuip moet zitten staren naar het kompas. Ach, het zij zo! Ik wilde Peter Semotiuk even bedanken. Hij heeft mij sinds Baffin Bay voorzien van ijs verwachtingen. Goede ijsverwachtingen zijn cruciaal omdat ik niet online kan gaan om die zelf te zoeken. Peter was altijd vriendelijk en daar hij ook echt in de Noordwest passage verbleef is hij een van de weinige echte experts in het gebied. Als ik terug ben stuur ik hem een fles whiskey. wordt
vervolgd
Alaska 26 augustus 2011
Oceanen zijn als vrouwen!
Weet je, wanneer je vriendin echt kwaad op je is , boos kijkend en schreeuwend? Ondanks die boosheid, kan ik het niet helpen dat ik denk: Wat zie je er nu sexy uit! Dat kan je natuurlijk niet zeggen want dat zou de dingen alleen maar erger maken. Oceanen zijn als vrouwen. Zij zijn mooi als ze kwaad zijn en kunnen je vernietigen. Een paar uur nadat ik mijn laatste notitie maakte, stak de wind op uit het zuidoosten en groeide in 12 uur uit tot een storm. Het werd windkracht 10 met nog ergere vlagen en dit zou de krachtigste wind zijn tijdens mijn reis. St Brendan hield zich goed en zou nog wel wat meer hebben kunnen verdragen. De golven in Amundsen Golf zijn onregelmatig. Ik denk omdat de Golf een rare vorm heeft, wat veel terugslag veroorzaakt. Een paar maal stortte zich een groene muur van water in de kuip, mij uitgeput achterlatend. De kuip van de Vega loopt niet zo snel leeg, maar de boot leek daar goed tegen te kunnen. Soms, als het water weer verdween, spartelden een paar vissen in de kuip, te klein jammergenoeg om op te eten. Er is iets heel naars aan een arctische
Het zeil werd gespietst en stond op het punt in tweeën te scheuren, ik kon nog net de boom er uit halen om dit voor te zijn. Erger kon voorkomen worden maar in de verwarring vergat ik de tros die dus overboord ging. Dat was een stomme fout die dodelijk kan zijn in de poolcircel! Ik heb nog een paar van die lijnen, dus het is niet het einde van de wereld. Zo gauw er weer een zonnige dag is kan het zeil drogen en gerepareerd worden. Afwachten maar want het is al een week mistig en regenachtig. Vocht kruipt overal in. De kajuit is al zolang vochtig geweest, dat het hout op sommige plekken zwart begint te kleuren. De eerste tekenen van houtrot dus. Het vocht heeft al twee van de vier omvormers verwoest, mijn multimeter, een koptelefoon en er is zwarte schimmel in al mijn boeken en kleren. Uitkijken maar naar het warme, droge weer van de open Stille oceaan. Dat is helaas nog een lange weg dus daar moet ik niet te veel over fantaseren.
storm. Het water is zo koud, dat wanneer ik mijn hand er in steek het brandend aanvoelt, in plaats van koud. Ik wierp een 12 cm dikke tros van 150 meter uit, vastgemaakt aan de beide achterkikkers, de eerste stap om de boot af te remmen. In een echte storm wil je langzaam varen in plaats van hard om te voorkomen dat je de controle verliest. De tweede stap zou het bevestigen van een drijfanker aan deze tros moeten zijn. Maar zover is het bij mij nooit gekomen. Dat is een goed teken! De Albin Vega kan meer aan dan zij er uit ziet, maar dan is zij niet comfortabel meer. Dit bootje zeilen op wilde zeeën is als rijden in een oude Alfa Romeo Spider: Je rijdt 100km maar het voelt alsof je 150 rijdt. Weer heb ik een maaltijd moeten overslaan. De cardanische ophanging van het kooktoestel werkt niet meer en in zwaar weer morst het mijn eten door de kajuit. Nou, dan eet ik niet. Na de storm ging de wind snel liggen, dus hees ik mijn spinnaker. Ik haalde mijn lange tros weer in, toen plotseling een sterke vlaag uit een andere richting kwam, mijn zeil van de spinnakerboom sloeg zodat er een groot gat in kwam.
Kort nadat mijn tros verloren ging is de wind compleet gaan liggen, maar er stond nog steeds een sterke deining. De volgende 11 uur bracht ik op de motor door, zittend in de koude regen en starend naar mijn kompas. Het kompas is nog steeds 80 graden van slag en beweegt constant zonder een echte koers aan te geven. Proberen te sturen is een grap, dus stuur ik op de richting van de deining. Mijn brandstof en temperatuurmeter en de decompressie-hendel werkten gelijktijdig niet meer. Niet dat ik die temperatuurmeter nodig heb, ik weet de motortemperatuur als ik hem aanraak. Ik heb geen kachel aan boord dus de motor is een reusachtige hand- en voetenverwarmer. De meeste oudere zeiljachten hebben ook geen brandstofmeter, dus die mis ik niet. En de decompressie-hendel? Ik kan de motor ook met de hand uitzetten. Ik heb de Noord West passage pas beëindigd als Barrow Point Alaska is gepasseerd. Daarvan ben ik nog 300+ mijl verwijderd. Daarna kan ik eindelijk zuid sturen!
! d i Zu 28 au
011 2 s u gust
Ik ging met Simon Edwards en Tag (Al Hunt) een schip, de Godspeed, afleveren naar Antigua toen ik Tag vertelde over mijn idee een “non profit” op te zetten in Annapolis, Maryland. Een non profit ten behoeve van zeilmogelijkheden voor gehandicapten. Tag vroeg mij of ik ooit van C.R.A.B. had gehoord. Dat was het begin van deze hele onderneming. C.R.A.B (Chesapeake Regional Assessable Boating) is een 20 jaar oude in Annapolis gevestigde vrijwilligersorganisatie met als doelstelling geestelijk of physiek gehandicapten te kunnen laten genieten van de zeilsport. Na de Antigua aflevering vlogen Simon en ik naar Puerto Rico, sprongen op een catamaran en leverden die af in Annapolis. Daar aangekomen belde ik Don Backe van C.R.A.B. die mij op de hoogte bracht van de organisatie. Daarna zeilde ik mijn eigen schip van de Caribbean naar Annapolis en voltooide daarmee mijn reis naar Europa, Afrika en de Caribbean. Ik had wat geld gespaard van de jachtafleveringen, dus toen ik terugkeerde naar Annapolis werd ik vrijwilliger bij C.R.A.B. in plaats van een betaalde baan te zoeken.
Waarom neem je niet onze Albin Vega?
Op een dag, nadat ik een 25ft Folkeboat had bekeken die C.R.A.B. te koop had, zei ik tegen Don “Je zou mij met deze boot naar de Noord West Passage moeten laten varen, zodat wij wat geld voor C.R.A.B. kunnen ophalen”. Ik dacht dat hij mij zou uitlachen, maar hij vond het een goed idee! Andy Shell schreef een artikel in “Spinsheet” dat twee C.R.A.B. vrijwilligers lazen, die zeiden “waarom neem je niet onze 27ft Albin Vega in plaats van die 25ft Folkeboat?” Dus ruilden zij hun Vega tegen een Hunter van C.R.A.B. en hadden wij een goede trip met een goede boot. Ik ben niet de eigenaar van Vega “St. Brendan”. Wanneer ik zeg “mijn boot”, staat “mijn” tussen aanhalingstekens. Het is mijn geestelijk eigendom en C.R.A.B. is de eigenaar. Ik ben eigenaar van een Pearson 323 die momenteel op de kant staat bij Ferry Point Marina. Toen wij de Vega eenmaal bezaten begon de enorme taak van geld ophalen. Op de een of andere manier slaagden wij erin. Wij probeerden het op twee manieren. Op “money for miles” basis. Daarbij doneert iemand een x bedrag per mile. Of geïnteresseerden doneren een eenmalig vast bedrag. Het is allemaal aftrekbaar van de inkomstenbelasting. (tenminste in de V.S.) Dit alles is te lezen op de website. Laat mensen alsjeblieft weten van deze trip. Hoe meer mensen het weten, hoe meer geld genereren wij. Als ik deze trip geheel afmaak en er is geen geld binnengekomen, dan is de reis een mislukking!
De reis mag geen mislukking worden!
De omstandigheden waren meestal licht sinds mijn laatste logboek notitie. Gisteren scheen de zon af en toe en kon de spinnaker eindelijk gerepareerd worden. Ik spinnakerde tot half zes in de ochtend tot de wind verder aanwakkerde en de spinnaker weer binnengehaald moest worden. Dan maar de genua uitrollen, maar helaas is de roller vastgelopen. Ik heb heel wat genuarollers zien vastlopen maar ditmaal was het wel vreemd. Ik zal moeten wachten tot de wind gaat liggen zodat ik de mast in kan om te zien of het te repareren valt. Geen zorg! Hier bij mij aan boord breekt nogal wat af! Dus eindig ik de NW Passage met alleen het grootzeil, wat ik vanavond ga vieren met een glas warme sake. De NW Passage volbrengen is voor elke boot een prestatie maar in mijn geval slechts een stukje van een veel grotere taart. Dit is een non stop omzeiling van de Amerika’s, ik moet dus “on the ball” blijven. Chesapeake moet bereikt worden. Zo niet, dan zal de trip een mislukking zijn.
!
water n e p O
011 ber 2
ptem 25 se
Ik zal proberen uit te leggen wat mijn probleem was met de herbevoorrading, hoewel ik misschien idioot over kom. De helden in mijn leven zijn mannen zoals Shackleton, Amundsen en Crean. Toen ik deze trip begon wilde ik mij voelen zoals zij dat deden, ik wilde afzien zoals zij dat deden. Ik voelde dat de herbevoorrading inbreuk maakte op mijn afzien. Maar de realiteit is dat ik nooit een Ernest Shackleton of Tom Crean zal zijn. Ernest Shackleton ( 1874Ik kan alleen 1922) was een Ierse Matt Rutherford ontdekkingsreiziger, vooral actief in Antarctica. Shackleton zijn. In ieder geval, er is geen overleed op 47 jarige leeftijd op Zuid Georgia. reden deze reis moeilijker te maken dan hij al is. Op dit moment ben ik de gelukkigste man op aarde. De herbevoorrading was tien keer zo mooi als de mooiste verjaardag en de mooiste Kerst tegelijk. Ongelogen, ik verliet met spijt het Arctische Tom Crean (1877-1938), gebied. bijgenaamd “the Irish Giant” Mijn “inner was een Ierse zeeman en ontdekkingsreiziger in Antarctica. Shackleton” Crean overleed in Cork, Ierland. gaf mij daar het gevoel van niet aflatend optimisme met betrekking tot mentaal- en fysiek afzien. Laat ik een paar stappen teruggaan. Er stond 35 knopen wind met nog sterkere vlagen, maar de golven braken alsof het nog harder waaide. Brekers sloegen de kuip in en ik moet 20 maal in 24 uur uitgeteld zijn geweest. Ik minderde zeil tot een klein puntje genua, maar zoals gezegd, het waaide slechts 35 knopen. Er is een doorschijnend luik voor de kajuitingang. Daarin zag ik bij toeval die monstergolf zich achter mijn boot oprichten.
Ik zei ”Oh Cra...”, maar kon de woorden niet uitbrengen want ik vloog al door de lucht en vervolgens rolde ik op het bakboordraam, half tegen het kajuitdak. St Brendan kwam weer vlug overeind. De Vega is een geweldig schip en eigenaren hebben goede redenen daar trots op te zijn. Het was een vreemde golf, geen “80 voeter” of iets dergelijks geks, maar veel groter dan de overige golven. Ik was er recht onder toen het besliste te breken. Zo’n vijf uur later, om drie uur s’nachts, toen ik in regen en mist probeerde een vissersboot te ontwijken, rook ik iets branderigs. Ik wist meteen dat het brandend elektradraad was. Ik rukte het schotje open waar ik nieuw draad had geinstalleerd. Daar bleek alles in orde. Daarna bekeek ik de oude bedrading en zag dat deze om een of andere reden lag te smeulen. Ik pakte een mes en sneed het weg. Probleem “opgelost”. Wat een dag! De enige echte schade van dit “plat slaan” was mijn goeie oude buiskap. Het frame is verbogen, het glas is eruit gevlogen en het ziet er uit of hij een gevecht met Freddy Crouger heeft verloren.
Aleoeten en Unalaska Bay Ik wist nooit dat de Aleoeten zo schitterend mooi waren. Had er ook nog nooit eerder een foto van gezien. Deze eilandengroep is een van de mooiste waar ik ooit gezeild heb. Het is zeer de moeite waard eens in juli en augustus een bezoek te brengen.
Ja, het is er soms slecht weer, maar je kunt overal een goed heenkomen vinden. De storm waar ik zo bezorgd over was bleek een tyfoon te zijn. Gelukkig veranderde hij van richting en ging als een nachtkaars uit in de Stille Oceaan want het laatste dat ik kan gebruiken is een nieuwe tyfoon. De herbevoorrading vond plaats in een veilig gedeelte van de Unalaska baai. (mooie naam, Unalaska) Jeff, Lauren, en Alexandra legden aan tegen mijn Vega en deelden mijn para anker.
Ale Un oete ala n e ska ila Ba nde y n
Zij brachten pizza en bier en bleven een paar uurtjes zodat ik van de gelegenheid gebruik maakte hen te vragen naar Libië, Syrië en ander nieuws omdat ik al meer dan honderd dagen niet op de hoogte was. Ik vroeg hen hoe de economie het deed en zij zeiden dat ik beter op zee kon blijven. Dat is een teleurstelling: Wanneer ik eindelijk weer in Annapolis terugkom heb ik liever een gezonde economie en daarna een koud biertje en een warme douche. Zij namen een usb stick met foto’s mee terug om op de website te plaatsen. Alexandra is NPR journalist, dus we deden een interviewtje. Dat was gecompliceerd want ik kon mijn boot niet verlaten en zij konden niet bij St. Brendan aan boord komen. Het waaide en regende ook hard. Ik had Simon gemaild dat drie van de vier omvormers niet meer werkten vanwege de extreme vochtigheid. Hij zei er een naar Dutch Harbor te sturen. Dat was het begin van de herbevoorrading die niet gepland was maar spontaan ontstond en groeide en groeide. Ik ontving meer zaken
dan ik kan opnoemen, zoals een nieuwe stuurautomaat, watermaker, 100 liter diesel, 20 liter olie voor het kooktoestel, sterke drank, ham, etc. Ik wilde iedereen die hierbij betrokken is geweest heel hartelijk danken. Jullie hebben mijn leven zooooo veel makkelijker gemaakt! Ik bleef 48 uur in Unalaska Bay langs de westkust en haalde wat nachtrust in en reorganiseerde mijn Vega. De baai is verbazingwekkend! Ik zag een vulkaan, een waterval en een paar walvissen, zonder mijn hoofd te hoeven draaien. De walvissen kwamen zo dicht bij dat ik bang was dat zij verstrikt zouden raken in het para anker en mij op een sleetocht door Alaska zouden tracteren. Maar er waren ook koude bergwinden van zo’n 60 knopen. Wel, ik ben nu door de eilanden gegaan en in open water terechtgekomen. Wat een geweldig gevoel! Door jullie gulheid zijn er nu verse voorraden en voel ik mij verfrist en versterkt. De plannen zijn nog dezelfde en nu kan de verloren tijd ingehaald worden. Wij komen er aan Kaap Hoorn, Wij komen!
North Pacific 30 september 2011
De passage door de Athenian eilanden moest goed gepland worden. Er staat daar zo’n 9 knopen stroom! Eenmaal door de Ungala geul gekomen nam de wind iets af en omdat ik voor de wind voer, werd de spinnaker gehesen. Wel, ik had de wind onderschat! Toen het zeil gehesen werd vulde het zich met zo’n kracht dat ik een meter de lucht in werd geslingerd. Mijn jack bleef aan een mastkikker hangen zodat ik niet hoger geduwd werd, maar het kostte mij een gescheurd jack. Ik kreeg het zeil onder controle en voer het de volgende 24 uur. Dat is dan ook de enige lichte wind die er kwam, want sindsdien bleef het stormen. De wind bleef langdurig zo hard dat hij 6 meter hoge golven produceerde. 6 Meter klinkt erger dan zij zijn. Op de open oceaan, ver weg van tegengestelde stromingen en golventreinen, zijn de golven hoog maar gedragen zich beter. Dit in tegenstelling tot de Behring zee, waarin het zeilen is als in een reusachtige wasmachine. Eens, gedurende mijn eerste solo transatlantic zeilde ik 70 uur in een storm van 50 knopen die 10 meter hoge golven veroorzaakte.
Moeder natuur is pas echt de baas!
Voordat Jeff met de bevoorrading kwam vroeg ik hem wat kranten mee te nemen. Hij kwam met een pak drie weken oude kranten uit de bibliotheek. Toch was het allemaal nieuws voor mij. Dus werd de vorige week doorgebracht met het lezen van de New York Times en de Wall Street Journal terwijl buiten de 6 meter hoge golven passeerden. Ik las over hurricane Irene. Het lijkt of zij delen van het land uiteengeblazen had. In staten als Vermont en Connecticut zijn ze geen hurricanes gewend. Ongelukkigerwijs werd de schade beschouwd als “overstromingsschade”, dus verzekeringmaatschappijen waren niet behulpzaam. Het lijkt erop dat Maryland zo hard getroffen werd, dat Martin O’Mally er zijn handen vol aan heeft. Wij denken dat wij deze planeet hebben veroverd, maar moeder natuur is pas echt de baas! Ik liep 4 dagen lang op de genua voor de storm uit. Toen de wind s’nachts eindelijk ging liggen moest in het pikkedonker het grootzeil gehesen worden. Golven zwierven nog voorbij. Terwijl ik een lijntje moest losmaken sloeg een golf de boot met zo’n kracht dat ik over de giek werd gesmeten. Ik hing met mijn lifeline tot mijn rug in het water en moest er eigenlijk om lachen, wat kan je anders?
Wel, mijn bilgepomp was gestopt en er had zich zoveel water verzameld dat de accu’s onder water stonden.Gelukkig kunnen AGM accu’s daar tegen! Er is een hand bilgepomp in de kuip maar dit is de vreemdste pomp die ik ooit zag, maar hij werkt! De bilgepomp is intussen weer hersteld en de accupolen schoongemaakt. Wel een angstig moment! De dag daarna draaide de wind met 40 knopen naar het zuidwesten, dus duwde hij mij naar het noordoosten en daar wilde ik niet heen. Met mijn zeeanker vertraagde ik de snelheid om niet te ver van koers te gaan. Ik ben blij met mijn zeeanker! Ik zou er een Shakespeare sonnet over kunnen schrijven. “hoe zeer ik van mijn zeeankertje houd” Sommigen halen de termen “parachute zeeanker” en “zeeanker” doorelkaar of zij denken dat een één soort anker is. Mijn parachute zeeanker heeft een doorsnede van zo’n 3 meter en wordt toegepast vanaf de boeg van het schip. Mijn zeeanker heeft een doorsnede van een meter en wordt gebruikt vanaf de spiegel. Het parachute zeeanker stopt de boot, het zeeanker vertraagt de snelheid slechts. De vorige week zeilde ik oostzuidoost tot zuidoost rond de Pacific High, de grote vuilnis draaikolk. Ik had ook door een hogedrukgebied kunnen zeilen met lichtere wind, maar het idee door een hoop vuilnis te zeilen trok mij niet erg aan. Dus er omheen. Ik koers naar de Californische stroom die met 1 knoop mee zal helpen naar het zuiden te varen. Ik ben vol goede moed maar het kan een beetje eenzaam zijn hier. Wanneer weer land bereikt wordt moet ik een vriendin zoeken die van zeezeilen houdt. Of een zeemeermin ervan overtuigen een prinses te worden. Er volgt weer een storm en het ziet er naar uit dat die drie dagen blijft waaien. Maar gelukkig komt hij uit het noordwesten (hoop ik althans) dus ik kan veel voortgang maken. Victor Wejer bedankt voor alle weerberichten en goede informatie toen ik rond Alaska zeilde. Victor is als een bibliotheek en heeft een antwoord op alle Arctische vragen die je kunt bedenken.
wordt vervolgd
Niemand vroeg het nog, maar omdat ik denk dat de vraag wel komt, zal ik mijn “plan voor de Stille Oceaan” uit de doeken doen. Mijn plan voor de Stille Oceaan 2 oktober 2011
Tijdens de reisvoorbereiding thuis in Annapolis probeerde ik informatie te vinden over een jachtschipper die al eens eerder non-stop van Alaska naar Kaap Hoorn was gezeild. Omdat er niets over te vinden was, heb ik zelf maar een paar routes bedacht. Hier komen zij: 1) 44 05N 135 01W (California stroom) Het idee achter dit waypoint is om eerst langs de “Great Pacific Garbage Vortex” te gaan om uiteindelijk in een gunstige stroming te komen die mij zou helpen zuidwaarts te gaan. Er zijn ook goede noordwestelijke winden tussen Dutch Harbor en de California stroom. 2) 30 03N 128 09W (Baja) Van waypoint 1 naar waypoint 2 staat een gunstige stroming en hopelijk ook voordelige noordelijke winden. Vandaar. 3) 27 12Z 110 15W (Paaseiland) Dit is de grootste sprong tussen twee waypoints, ongeveer 3.500 zm! En het is een groot stuk zee met zwakke wind om de evenaar. Het gebied heeft een trechtervorm, waarvan het grootste deel Centraal Amerika beslaat. Het kleinste gedeelte is in Polynesië. Vanwege die zwakke wind wil ik niet te dicht bij Centraal Amerika blijven. Ook heersen daar zuidoostelijke Passaatwinden, waar ik niets mee te maken wil hebben. Ik kan ze helaas niet helemaal ontwijken, maar ver in zee blijven zal helpen. 4) 56 52Z 068 38W (Kaap Hoorn) Waypoint 3 ligt bij Paaseiland. Ten zuiden daarvan zou naar de overheersende westelijke wind gevaren moeten worden. Daar eenmaal aangekomen Dutch Harbor ga ik eenvoudig oost en rond de Hoorn. Ik denk ongeveer 50 tot 100 zm zuidelijk van de Kaap te blijven, “just to be safe”. Eastern Island
Cape Horn
Victor vertelde mij dat ik de enige ben die de Golf van Alaska in De Golf van Alaska deze tijd van het jaar durf te trotseren. Ik zei hem 5 oktober 2011 dat ik het niet kon helpen omdat de aard van deze reis mij dwingt ver in zee te gaan. Wanneer ik de Golf van Alaska niet oversteek, zal Kaap Hoorn nooit omzeild worden. Dus wat mij betreft is dit de goede manier. Na alles wat ik heb meegemaakt ben ik zo hard geworden als een bokser in zijn 50ste gevecht. De oceaan mag mij tien keer achter elkaar op mijn neus slaan en ik zal het nauwelijks voelen. Tenminste, dat houd ik mij zelf voor! De Kindle werd uit mijn handen geslagen en de videocamera begon te roken. De laatste storm was niet echt plezierig. De wind kwam plotseling uit twee richtingen. Eenmaal geselde hij mijn stuurboordzijde. Juist toen ik op mijn Kindle een boek probeerde te lezen over de Viking geschiedenis vloog een volle waterfles dwars door de kajuit. De petfles sloeg het e-boek uit mijn handen dat verkreukeld aan bakboord belandde. Ik had 39 boeken op mijn Kindle, allemaal nu dus niet meer te lezen. Je weet niet hoe frustrerend dit was. De weinige papieren boeken aan boord waren ook al drijfnat en beschimmeld. Dus moet ik nog een half jaar proberen die beschimmelde boeken te lezen. Zal
niet gaan want de bladzijden laten los. Ik probeerde ook mijn video camera op te laden. Die begon echter te roken. Vreemd, want ik heb hem altijd in een waterproof etui. Laat maar zitten, want de harddisk was ook al verwoest tijdens het plat gaan in de Behring Zee. En of dat niet genoeg is: Mijn waterdichte, stofdichte, slagabsorberende camera was kennelijk niet “knockdown” proof en ook verwoest in de Behring Zee. Jeff (de her-bevoorrading man) was zo aardig om mij zijn camera te lenen. Ik weet niet hoelang die heel blijft en zorg er voor alsof het een heilig relikwi is. Wat doe ik zonder boeken? Tot slot, het modem dat mijn sateliettelefoon met mijn computer verbindt ging plat. Ik kon het nog fiksen maar het blijft nu slechts met elastiekjes bijelkaar gehouden. Wanneer die telefoon dood is kan ik mijn blog invoeringen alleen nog met de “Predictwind” satelliet communicator doen maar dan zonder foto’s. Ook is mijn pikhaak gebogen en staat op breken. Soms heb ik het idee dat de wereld om mij heen uitelkaar valt. Wat moet ik doen zonder boeken?
Het originele reefsysteem van deze Vega was een primitief giekrolsysteem. In plaats van in de giek, rolt de giek langzaam het zeil op. Dit betekent dat naar de mast moet worden gegaan om te reven. Dat is gevaarlijk en zeer, zeer nat! Jester Op mijn Pearson 323 had ik een bindrif. Ontelbare keren drijfnat reven dus. Zo erg zelfs dat ik naakt stond te reven en terugging naar de kajuit om af te drogen en droge kleren aan te trekken.Ik probeerde een nieuw reefsysteem op mijn boot, zoals op de oude Jester, een Noorse Folkboot met een junk zeil. Op die manier kan je reven vanuit de veilige kuip. Gelukkig ben ik nu gesponsord door Eastport Spars and rigging. John Callawaert heeft langer jachten getuigd dan ik leef. Hij is de “godfather” van de tuigerij. Dus hielp hij mij met het installeren van een eenlijns rif, te bedienen vanuit de kajuitingang, dus vrijwel binnenstaand. Mijn grootzeil is te reven in 1 minuut. Eastport vernieuwde ook mijn staand want. Mijn nieuw lopend want kwam van West Marine Rigging. Julian was de grote kracht achter mijn sponsoractiviteiten. Hij verving de oude vallen met VPC lijnen. Het mooie van VPC lijn is dat het beter is dan het lopend want op mijn Pearson 323, dat Jester (clown) was de drie maal zo duur was. jonkgetuigde overnaadse Je vindt niet vaak een houten Noorse Volksboot van H.G. “Blondie” Hasler (1914product dat beter en ook nog goedkoper is. 1987), initiatiefnemer van de OSTAR
De Annapolis Boat Show staat voor de deur. Als jullie gaan, Don Backe van C.R.A.B. zal er dan zijn met een aantal boten. Doe hem de groeten van mij! Om de hoek ligt de Californië Stroom en dan is het zuid, zuid, zuid! Warm weer en de vissen wachten op mij.
Ik waardeer en begrijp een ieders bezorgdheid maar kan niet stoppen Mijn mening voor alweer een her-bevoorrading, over de tenzij iets absoluut katastrofaals hergebeurt. Er is tijd nodig om na te bevoorrading denken over de man die ik was, de 8 oktober 2011 man die ik ben en de man die ik zou moeten zijn. Ik kan nu geen menselijk contact blijven hebben, het brengt mijn “chi” in de war. Simon moest bijna letterlijk mijn tanden uit mijn mond trekken voordat ik instemde met de laatste her-bevoorrading. Nou ja, ik ga vele honderden mijlen uit de Californische kust. Midden januari moet Kaap Hoorn bereikt worden en ik ben al achter op mijn schema. Bevoorradingen zijn erg kostbaar. Als je mij een plezier wilt doen kan je beter geld doneren aan C.R.A.B. Ik wil niet dat het geld naar mij gaat. Deze reis wordt gemaakt voor C.R.A.B. en zou oorspronkelijk zonder bevoorrading zijn. Die poging faalde toen de watermaker er de brui aan gaf. De enige plaats waar een herbevoorrading gerechtvaardigd zou zijn zijn de Falkland Eilanden. Het tracking apparaat voor de website zou binnenkort weer moeten werken. Het gaat goed met mij want het leven 10.533 zeemijl is zoveel makkelijker nu het niet zo 12 oktober 2011 ijzig koud meer is. Dank jullie voor de bezorgdheid. Ik moet eerst Kaap Hoorn ronden, dan kunnen wij weer praten over bevoorrading. Zoals jullie zien is de 10.000 zm gepasseerd en zijn wij ook weer ten zuiden van Annapolis en de startlijn aan de monding van de Chesapeake Bay. De laatste paar dagen was er de meest drastische weersverandering van de hele reis. Elke dag kon ik een laag kleren uittrekken en nu zit ik blootsvoets in een korte broek. Deze temperatuur is perfect! Het zal wel snel vochtig warm en onplezierig worden, maar dat is beter dan bijna bevroren te zijn. Zeevogels De laatste paar dagen was het mistig en regenachtig. Ik was verbaasd over die mist, zo’n 500 mijl uit de kust. Maar deze mist is niets vergeleken bij het mistbeest dat in Arctica rondwaart. De zee ziet er nu vreemd uit. Er waait sinds 2 dagen een licht windje, dus de korte golfslag is verdwenen en nu staat er een 4 tot 5 meter lange deining uit het noordwesten en regenachtige mist. Het is griezelig mooi! Er vliegen enorm grote vogels om mij heen, de grootste zeevogels die ik ooit heb gezien. Zo’n 500 mijl noordelijker heb ik die ook al gezien. Ik zou niet weten welke soort het is. De volgende keer moet echt een vogelgids mee.
Goed nieuws! Ik keek op de Ipod, een kado van mijn zuster, en ontdekte een Kindle app waarop zij een aantal boeken had gedownload. Het is niet alles maar heel wat beter dan niets! Mijn zuster is één van mijn grootste sponsors. Zij is mijn oudere zuster maar lijkt jonger. Als je haar ziet denk je dat zij een onschuldig meisje is, maar zij is een krachtpatser in de zakenwereld. Wij zijn beiden enorm gedreven en ambitieus, echter met verschillende doelen. Onlangs werd ik wat bezorgd. Ik at wat pinda’s die mijn darmen ontregelden alsof het glasscherven waren. Drie dagen bloed in mijn ontlasting! Het gaat nu gelukkig weer beter, hoewel het nog steeds pijn doet. “Never mind”, Ik voel mij alweer ok! Een van mijn grootste problemen is het schavielen. ‘s Nachts wanneer ik slaap komt het schavielmonster dat op mijn lijnen kauwt. Voortdurend inspecteer ik mijn lijnen. Zij zijn niet erg dik, dus kunnen al vlug doorslijten. Iemand zou eens een schavielmonster
verdelgingsmiddel moeten uitvinden! Zeilen Mijn zeilen zijn van Hyde sails. Mijn originele sponsor verzaakte op het laatste moment en bracht mij in een benarde positie. Ik had geen zeilen! Scott Steele kwam op de proppen en bracht mij in verbinding met Hyde Sails. Dat heeft echt deze trip gered! Op de dag voor vertrek kreeg ik mijn zeilen. Over een “close call” gesproken! Scott geeft prive zeillessen. Veel mensen kunnen zeilinstructies geven maar Scott is de enige die een Olympische zeilmedaille heeft gewonnen. Als je kan leren van de “best” waarom dan rondknoeien met de “rest”? Scott had het moeilijker dan mijn andere sponsors want ik ben erg precies op mijn zeilen. Ooit ben ik namelijk ook zeilmaker geweest, dus ik weet wat ik wil!
Niet dat ik een hele goede zeilmaker was. Een naaimachine en Matt Rutherford, dat ging niet erg goed samen. Maar mijn handwerk was ok. Over een paar dagen pak ik mijn hengelspullen en ga mijn geluk proberen. Ook kan ik met dit warme weer proberen de kajuit te ontdoen van schimmel. Het zeewater is nu eindelijk van groen in blauw veranderd. Het leven is goed! Vandaag, 17 oktober is de dag dat Cornwallis Yorktown overgaf, een bekrachtiging van Amerika’s 17 oktober 2011 onafhankelijkheid van GrootBrittannië. Het is ook de dag dat ik eindelijk de flexibele dieseltank heb geleegd. Nu kan die opgerold en opgeborgen worden. Ik heb een haat liefde verhouding gehad met dit ding. Aan de ene kant was dit de enige manier om zoveel diesel mee te nemen om door de Noordwest passage Naar het zuiden!
te komen, Aan de andere kant lekte het ding en heeft alles 126 dagen naar diesel gestonken. Het lukte mij echter steeds om lekken te voorkomen. Het was een geschenk van John, de manager van Ferry Point Marina, en zijn vader. Het probleem was dat ik het op een plaats moest proppen die daar eigenlijk niet geschikt voor was. En dan vulde ik het ook nog eens met teveel diesel. De flexibele tank hield zich de eerste 4.000 zm goed, maar begon daarna snel te slijten. Ferry Point Marina gaf C.R.A.B. ook een paar boten. Gratis voor een paar jaar! Elke marina die een paar dollars wil spenderen om een “non profit” te helpen staat bij mijn goed aangeschreven! En zij leveren kwaliteit. Ik heb altijd gehouden van de “mom and pop” jachtwerven. Beter dan een groot commercieel bedrijf. Bij Ferry Point Marina kan ik het kantoor binnenlopen, een kop koffie nemen, dollen met de manager en het personeel. Bij een grote jachtwerf ben je slechts een klant, maar bij bedrijven als Ferry Point ben je ook een persoon.
Doldrums De afgelopen dagen was de wind meestal licht en zuidelijk. Met andere woorden: Eentonig! Wanneer er wind staat is het meestal oost-zuidoost. Dus je merkt dat ik behoorlijk naar het westen ben afgedreven. Maar het is: Of de koers is zuidwest of noordnoordoost. Ik wil niet naar het noorden dus zuidwest is mijn enige echte optie. Er is nog 180 liter diesel over en die heb ik nodig wanneer de intercontinentale convergentie zone, oftewel doldrums, in zicht komt in de buurt van de evenaar. De lichte winden hebben mij een mooie rustpauze bezorgd vergeleken bij het moeizame weer dat ik daar in het noorden moest mee maken. Ik vraag mij af of ik de paardenbreedtes al door ben. Wanneer je een rechte lijn trekt door deze breedtegraad richting de Atlantische oceaan, dan zou ik er in moeten zitten, maar ik weet niet genoeg van de Stille oceaan en heb geen internet bereik, dus ik kan alleen maar gissen. Het lijkt op de paardenbreedten; Als ik een paard had zou ik hem overboord gooien om wat snelheid te maken. Ik heb non stop gevist met twee lok-azen maar geen vis! Ik gebruik lokaas voor tonijn maar heb geen geluk gehad. Twee lok-azen 25.000 mijl gesleept op verschillende plaatsen van deze planeet en slechts 25 vissen gevangen! Twee maal heb ik geluk gehad. Op een keer in 2009 in de Noord Atlantic, ter hoogte van Marokko ving ik tonijn op tonijn en daarna gedurende mijn tweede solo transatlantic tussen Gambia en Antigua. Toen ving ik regelmatig dorades. Maar ik blijf vissen. Je weet nooit of ik er vandaag misschien een vang. Wel, het gaat goed met mij. Ik voel mijzelf gezond en ik doe mijn best naar het zuiden te koersen. De klok tikt en ik moet op tijd bij Kaap Hoorn zijn. Mijzelf niet gek laten maken. Ik kan alleen maar mijn best doen. Meer niet!
1.300 zm west van Mexico
Ik vaar nu op dezelfde breedte als de Britse Maagdeneilanden. Ik zou er heel wat voor over hebben om nu op Jost van Dyke te zijn, (één van de Maagdeneilanden, red) op het terras van de Soggy Dollar Bar met een ijskoude “pijnstiller” in mijn hand. Het zou zijn alsof ik op een andere planeet was. Ik ben nu in het Oost-passaat gebied! Oost-noordoostelijke wind, draaiend naar het zuiden al naar gelang ik naar het zuiden vaar. Dan krijg ik bij de evenaar met de doldrums te maken, de z.g. intertropische convergentiezone. Dan, ten zuiden van de evenaar, zal de wind naar het zuidoosten draaien. Vervolgens een andere paardenbreedte ( volgens mij is er een op het zuidelijk halfrond), dan de westwinden en vervolgens om Kaap 28 oktober 2011
Hoorn! Nog ongeveer 5,500 mijl naar Kaap Hoorn van hier. Nog steeds op tijd voor een midden januari Kaap ronding.
Jost van Dyke
Evenaar
Een tijdje terug ving ik bijna een dorade! De vis vocht niet tot een halve meter van de boot. Maar dan sprong hij uit het water, los van de haak. Twee maal had ik een tonijn naast de boot, maar zij hadden geen belangstelling voor mijn aas. Voor ik vertrok kocht ik een boog met pijlen en maakte die geschikt om mee te vissen. Een paar nachten geleden werd ik om 3 uur s’ochtends wakker en ging er uit om de windvaan bij te stellen. Beneden zag ik door mijn hoofdlamp een grote school tonijnen om de boot. Bij het zien van de boog waren zij helaas alweer vertrokken. De boog houd ik nu schietklaar, dus als ik nog een tonijn bij St. Brendan zie schiet ik die knaap! De laatste tijd was er lichte wind, afgewisseld met Bf 4 tot 5, meestal uit het oosten of nn oosten. De temperatuur was om de 25 graden C en met een lichte bries is dat zo ongeveer perfect. Het water heeft de mooiste kleur blauw met een uitzonderlijke helderheid. Ik wordt nog verwend in deze wateren. Een harde rukwind sloeg plotseling toe, vijf dagen terug. De asymmetrische spinnaker stond uit, maar de rukwind was sneller dan ik het zeil kon strijken. Resultaat: een ernstig gebogen spinnakerboom. Zonder die boom wordt het moeilijk zeilen. Maar hoe die te repareren? Onlangs heb ik ook de verstaging bijgesteld. De spanners hadden nog maar 5% breeksterkte dus ik bracht die terug naar 10%. Achteraf vond ik dat te veel en bracht de spanners terug naar 8% en misschien rommel ik er vandaag nog wat mee voort. Verstaging spannen is misschien meer een kunst dan een wetenschap. Ik ga gewoon door tot het perfect is! In de masttop heb ik ook de verstaging gecontroleerd. Zag er goed uit. Maar het is altijd moeilijk te bveoordelen met rvs omdat de ellende van binnenuit komt. Vrachtverkeer op de Stille Oceaan bestaat bijna niet, in vergelijking met de Atlantische Oceaan. Zes of zeven schepen waren te bekennen op de breedte van Los Angeles en San Diego, dat is alles. Wel, gisteren zag ik een gedeelte van een vrachtschip. Het was te ver weg, dus ik zag alleen zijn brug. Normaliter haat ik vrachtschepen, deze kakkerlakken van de zee! Zij zijn groot, onverwoestbaar en overal. Maar op de Stille Oceaan zijn er zo weinig, dat ik ze weer graag zie. Het is goed te ervaren dat ik niet de enige mens ben hier. De vorige zomer, toen ik vertrok voor deze trip stierven 46,000 mensen in Mexico sinds 2006 aan drugs gerelateerd geweld. 19,000 in de laatste 16 maanden. Dus dit betekent dat wanneer ik terug ben in Annapolis er een kans is dat meer mensen in Mexico over een periode van zes jaar zijn overleden aan drugsgeweld dan V.S. soldaten, omgekomen in de Vietnam oorlog (56.500). Crazy! Mexico heeft een nieuw soort burgeroorlog. Een kartel tegen iedereen! Lees ook aflevering 1, 2 en 3 van “Solo the Americas” in de Polyclassic Zeiler nrs 8,9 en 10. Download hier. Geïnteresseerd in Rutherford’s bijzondere jeugd? Check hier.
wordt vervolgd
de CLASSIC Zeiler nr 12 jan/feb2015
Don Backe van CRAB was schoolhoofd tot hij 25 jaar geleden een ernstig auto ongeluk had en verlamd raakte. Het duurde een paar uur voordat hij uit zijn auto kon worden gehaald en intussen zwol zijn ruggegraat op. Terwijl hij vast zat zag hij de reddingshelicopter. De meeste mensen, ook ik, zouden het er moeilijk mee hebben, verlamd te zijn. Maar Don heeft een zeldzaam soort optimisme. Hij had de kracht verder te leven zonder depressies en zonder te zeggen: ”Kijk mij eens zielig zijn”. Zijn moeilijkheden zijn
echter nog lang niet voorbij. De laatste 28 weken moest hij het bed houden maar nu gaat het iets beter. Na het auto ongeval richtte hij met nog iemand C.R.A.B. op. Weet je, een ieder van ons kan invalide worden. Daarom vind ik C.R.A.B. zo’n goed initiatief. Morgen is geen vanzelfsprekendheid en soms kan het leven ontzaglijk hard zijn, vooral wanneer je te maken hebt met slopende invaliditeit. Een organisatie als C.R.A.B kan een groot verschil maken voor diegenen die in een buitengewoon moeilijke situatie zitten.
Don Backe (r) , oprichter van C.R.A.B. bij Rutherford’s aankomst in Annapolis, april 2012
de CLASSIC Zeiler nr 12 jan/feb2015
De evenaar
Ik kwam in de oost-noordoost passaat die zo hard blies dat dag 152, 13,334 zm ik 6 dagen lang tweemaal gereefd moest zeilen. Het was erg vervelend, dat gebeuk op St. Brendan van die 2,5 meter hoge golven. Steeds weer, dag na dag! De Vega heeft een vrij laag vrijboord zodat het dek de hele tijd overspoeld werd. “Zij is een natte zeiler”! Je zou de geluiden moeten horen die de boot maakt. Het kraakt en piept, klaagt en kreunt als een oud piratenschip. De Vikings zeiden altijd dat een boot buigzaam moet zijn om snelheid te hebben. Wel, deze boot is dat zeker! Polyester is altijd buigzaam onder druk van de zee, maar het houten binnenwerk buigt niet mee en klaagt de hele tijd. Dit is voor mij niets nieuws want zo is het geweest sinds het verlaten van de Chesapeake bay. Ik heb nog nooit zo’n volbeladen boot gezeild. Jammergenoeg worden omstandigheden slechter voordat zij verbeteren. Ik ben goed door de internationale convergentie zone gekomen, een vreemd gebied vol onweer. Het ene moment waaien er sterke oostwinden, dan verandert de wind plotseling uit het zuiden, dan uit het noorden, dan een andere onverwachte richting. Veel kleine felle buien. Het mooie was dat zowat elke verschillende wolkenvorm tegelijkertijd te zien was. Het zag er onecht uit. Nu ben ik in de zuidoostelijke passaat terechtgekomen en een dilemma duikt op. Tegenwind Ik probeer zuidoost te varen maar de passaat op alle fronten duwt ons van koers en zal dat voor de volgensde 1000 mijl doen. Ik wordt naar het westen geblazen en het enige dat ik kan proberen te doen is het goed te maken wanneer er westwind komt. Meer zuidelijk zal de wind oostelijker worden, maar moet nog steeds aan de wind gevaren worden. Dat betekent dat ik lange, lange tijd tegen wind en golven in moet stompen, wat verschrikkelijk oncomfortabel is en hard voor de boot. 13 november 2011
Het weer is ook erg heet geworden. Ik zweet de hele tijd, slapend of wakend, maakt niet uit. Je zou mij moeten zien nadat ik een half uurtje de watermaker heb gepompt. Drijfnat! De laatste paar dagen zijn erg zwaar geweest. Ik zeilde in een gebied met 3 knopen stroom noord zonder wind. De motor is betrouwbaar maar niet erg krachtig. De boot maakt maar 3 knopen over de grond, dus komt moeilijk naar het zuiden. Ik ben zelfs een tijdje achteruit gevaren. Ongelooflijk dat hier “in de middle of nowhere” zo’n sterke stroom kan staan! Terwijl ik dit schrijf vecht ik nog steeds tegen de stroom, maar het wordt al minder. Kwam de wind
maar terug om mij uit deze situatie te halen. Gisteren heb ik maar 16 mijl zuid gevaren. Mijn e-mail per sateliettelefoon is eindelijk dood. Sinds het Arctische gebied is het langzaam slechter geworden. Dit betekent dat bijna alle communicatie met de bewoonde wereld is verloren. Ik stuur de e-mail nu per Predict Wind satelliet, dus is er nog iets aan communicatiemiddelen. Het probleem is dat dit systeem de files niet zipt, dus is het duurder. Aan de andere kant is het wel mooi dat e-mails verstuurd kunnen worden met een “weer bericht systeem”. Dit betekent ook dat ik niet langer jullie postings op de website kan zien. Jammer, want die berichten maakten dat ik mij minder eenzaam voelde. Maar blijf jullie commentaren sturen! Ik zal ze lezen als ik weer terug St. Brendan’s zonnepanelen ben en mijn na terugkomst in Annapolis website voor het eerst in volle glorie kan zien. De grootschootbevestiging aan de giek is gescheurd. Het was gepopnageld. Terugbuigen lukte niet. Nu heb ik een lijn bevestigd en maar uitkijken of het niet doorschavielt. Ook zijn alle vier de zonnepanelen dood. Drie ervan zijn in oprol uitvoering (solar film). Al vroeg gedurende de trip begonnen zij te rotten. Er zullen wel leveranciers zijn die goede panelen leveren maar die van mij jammergenoeg niet. Ik hoopte dat mijn harde paneel het wel zou halen. Jammer, een paar weken geleden gaf hij het op. Geen idee waarom. Het is een schande dat er geen goede zonnepanelen te krijgen zijn. Dus blijven alleen mijn oude windgenerator over, mijn wisselstroomdynamo en mijn handgenerator. Wel, gedane zaken nemen geen keer. Mijn nieuwe autopilot heeft ook in het stof gebeten. Een technisch mankement. Steeds wanneer de arm helemaal uit of in was bleef het doorgaan in plaats van automatisch te stoppen. Gevolg: enorme slijtage. Ik kan echt niet geloven dat ontwerpers zo’n cruciaal iets over het hoofd hebben kunnen zien. Hoe het ook zei, het ding is nu dood.
de CLASSIC Zeiler nr 12 jan/feb2015
Het is waar, de grote ontdekkings eeuw is al een tijd voorbij. 29 maart j.l. was het 100 jaar geleden dat Scott, Wilson, and Bowers overleden. (Oates en Evens waren kort daarvoor al overleden) Er zijn geen nieuwe gebieden te ontdekken en bijna ongelimiteerde informatie kan met een paar klikken op een computer worden gevonden. Maar er is nog steeds zoveel te leren. Ik beschouw mijzelf een beetje een ontdekkingsreiziger.
Er is een mooie documentaire over Donald Crowhurst en het effect van te lang alleen op zee Trailer “deep water” te zijn. Het heet “Deep Water”. Kan ik zeer aanbevelen!
De laatste 10 jaar heb ik of geld gespaard voor reizen, reizen gepland of reizen gemaakt over de hele wereld. Het is geen betaald beroep. Ontdekkingsreizen zijn een soort van financiele zelfmoord. Zelfs nadat elk ding op deze planeet is gecatalogiseerd zijn er nog zoveel zaken die iemand over zichzelf kan leren. Wij zouden nooit moeten stoppen met ontdekken, want ontdekken is de fysieke uitdrukking van intelectuele passie.
Sind 30 zuid heb ik aan de wind moeten zeilen. Ik stamp langzaam tegen de zee in en probeer de Vega niet kapot te stampen. Het maakt niet uit hoeveel zeil ik minder, de boot blijft stampen. St. Brendan krijgt er danig van langs! Ondanks dat de westwinden die zuidelijker komen gevaarlijk sterk kunnen zijn, heb ik daar liever mee te maken dan deze zuidoostelijke knokpartij. Mijn mast maakt een verontrustend schurend geluid. Dat begon al op 350 noord en is sinds de evenaar luider geworden. Het zou De mast begint niet meer dan een alarmerend vervelend geluid kunnen zijn, of de te kraken aluminum mast zou tegen de rvs mastvoet kunnen schuren. Op den duur zou rvs dit gevecht winnen. Ik weet het niet. Ik heb liever een mast die op de kiel steunt, maar had het niet voor het zeggen, gegeven de omstandigheden.
Ik had een leuke thanksgiving. Het laatste restje gezouten varkensvlees is opgegeten 26 november 2011 en ik heb een paar brownies gebakken. Van de whiskey die ik voor de feestdagen had bewaard heb ik ook wat genomen. De browny mix heb ik van Self Reliance gekregen maar mijn zonne-oven wordt niet erg heet zodat het 5 uur duurt om ze te bakken. Maar man, wat waren zij lekker! Er is veel om dankbaar voor te zijn. Voor het boterpoeder, de windvaan, voor het feit dat polyester sterker is dan het er uit ziet. Maar eerlijk gezegd, Thanksgiving in je eentje is eigenlijk helemaal niets! Ik ben blij dat ik door de “crazy latitudes” heen ben. Ik noem het zo omdat het een berucht gebied is dat er
Happy Thanksgiving
90N Matt’s Grazy Latitudes 30Z
om bekend staat zeelui het hoofd te laten verliezen. Het gebied begon voor mij ongeveer op 9 graden noord en eindigde op 3 graden zuid. Dat is zo’n 720 zm van onweer, weinig wind en tegengestelde stromen. De Fransen hebben een uitdrukking voor de doldrums, ruwweg vertaald als “verschrikkelijke, miserabele duisternis”. Volgens mij is dat mooi gevonden. Het voelde alsof ik door een schemerzone zeilde, maar ik heb mij niet gek laten maken. De oceaan kan mij doden maar niet breken. Over gek worden gesproken:
Mijn trip door de Doldrums bracht ook iets goeds. Ik kon veel reparaties aan de Vega uitvoeren en kon ook eens de was doen. Nu ben ik zo goed als klaar voor Kaap Hoorn!
Al met al is de Albin Vega een prima schip voor zijn afmetingen en betaalbaarheid, maar er is niet veel ruimte. Ik moet nog een heel eind gaan en heb een smerig stuk water voor de boeg. Proberen maar om St. Brendan heel te houden. De boot heeft al veel meegemaakt en niet te vergeten, is 40 jaar oud. Hopelijk ben ik over 7 of 10 dagen uit deze zuidoostelijke wind of nog langer. Er is maar één weg naar huis: zuid! “Wij allen zijn dingen die voorbijgaan en streven een moeilijke missie na, daar op volle zee”. H.G. Wells.
Onlangs was ik 15 zm van land verwijderd. Ik heb Ducie Eiland de Zuidelijke nooit gezien, maar ben er niet Stille Oceaan ver vanaf geweest. Klaarblijkelijk 4 december 2011 is het onbewoond en wemelt het er van de Galapagos haaien. Geen plaats om je huwelijksreis door te brengen. Het idee van land komt mij vreemd voor. Ik heb al lange tijd geen ander schip gezien en ook geen ander zeeleven. Ik ben alleen met de wolken, de hemel en water. Elke dag hetzelfde, hoewel de sterren gedurende de nacht ongelooflijk zijn. De laatste weken heb ik veel tijd besteed aan bootonderhoud. Ik dacht dat ik alles had gedaan, maar heb toch nog even een nieuwe lijst gemaakt. Op een boot is altijd iets dat onderhouden of gerepareerd moet worden. Het is ook een goede manier om met weinig wind de dag door te komen. Aan het eind van de dag geeft het een goed gevoel omdat je productief bent geweest. Ik herinner mij, voordat ik vertrok, een tv commercial waarin een anti depressie middel werd aangeprezen. Dat middel moest worden Pillen zijn niet gebruikt als extra voor Rutherford’s weer een ander anti depressie middel. (dit oplossing. zou tot zelfmoord Stoppen ermee! gedachten kunnen leiden) Het idee dat een pil je problemen zou kunnen oplossen is idioot! Ik nam Prozak vanaf mijn 13e jaar. Ik stopte er op een dag mee toen ik 16 was en voelde geen verschil. In die tijd voerden zij mij allerlei soorten pillen. In ieder geval, mijn punt is: werkzaamheid is het beste anti-depressie middel. Wanneer je voelt dat je iets met je leven doet, dan ben je gelukkig. Wanneer je je leeg voelt, dan neemt depressie het over. Vandaag is de eerste dag sinds 41 dagen dat ik ruime wind had. Man, wat is het fijn weer een volgend zeetje te hebben! Morgen heb ik goede noordelijke wind en daarna weer drie dagen van tegenwind en dan zou eindelijk die stomme zuidoostelijke wind vaarwel gezegd kunnen worden. Westenwind komt er aan! Ik heb ook een paar persoonlijke records gemaakt. 21 dagen niet overstag geweest en 53 dagen achterelkaar blootsvoets gelopen. Kon ik eindelijk sinds het arctisch gebied al mijn vuile sokken wassen. Ik heb ook geprobeerd mijn grammatica te verbeteren. Hebben jullie het gemerkt? Ik heb de laatste tijd veel nagedacht over Amerika. Historisch gesproken is het niet zo lang geleden dat Amerika “Terra Incognita” werd genoemd. Kon ik maar teruggaan in de tijd en Ptolemy vertellen over alle
de CLASSIC Zeiler nr 12 jan/feb2015
dingen die ik gezien en gedaan heb. Zou ik eerst oud Grieks moeten leren. Het is interessant te denken over hoe filosofische en technische vooruitgang in de hele geschiedenis een westerse richting heeft genomen. Om te beginnen met een van de oudste steden die wij kennen, Babylon. Eerst door de Arabische wereld (de Arabieren vonden het roer en veel andere zaken uit), dan via de Persen (die veel ontwikkelder waren dan het westen hen toeschrijft). De Grieken leenden veel van hun kennis van deze twee culturen en creërden
Ducie Island
Nieuw Zeeland Kaap Hoorn geheel nieuwe wijzen van denken. (Athene was de eerste democratie). De Romeinen leenden op hun beurt weer veel van de Grieken en bouwden op die basis een groot imperium. Europe zette een stap terug gedurende de donkere eeuwen, maar dat was slechts tijdelijk. De Florentijnen, Genuanen, Franken, Castilianen, Portugezen, Engelsen, allen bouwden zij op de filosofische- en technologische ervenis van de Romeinen. Vervolgens bewoog de vooruitgang zich weer naar het westen, over de Atlantische Oceaan, waar een nieuwe vorm van democratie was geboren met een wetgevende, juridische en een uitvoerende macht die uiteindelijk een einde maakte aan de macht van koninkrijken in de oostelijke landen. De oorspronkelijke bewoners van Amerika hadden de hoogontwikkelde culturen van de Maya, Azteken, Inca’s, ect, maar zij hadden niet het voordeel van de Arabieren, Grieken en Historische Romeinen te hebben kunnen leren. Dus toen mijmeringen de (imperialistische) op de Zuidelijke Europeanen tenslotte arriveerden, waren Stille Oceaan de inwoners van Terra Incognita in een groot nadeel. Nu, dit heeft absoluut niets van doen met zeilen maar wel met waar ik veel aan denk. Mijn lichaam is weliswaar op een boot midden op de oceaan, mijn geest reist door de tijd en geschiedenis en probeert de planeet waarop wij leven te begrijpen. Het in gedachten verzonken te zijn helpt mij mijn geest gezond te houden.
de CLASSIC Zeiler nr 12 jan/feb2015
Ik was behoorlijk ver van mijn Roaring Forties Paaseiland waypoint omdat 16 december 2011 ik had onderschat hoe ver de zuidoostelijke passaat mij naar 16.120 zm het westen had geduwd. Ik ben zo blij uit die zuidoostelijke tegenwind te zijn! Het goede nieuws is dat ik nog steeds op schema lig en Kaap Hoorn midden januari of eerder kan ronden. Het klimaat is snel aan het veranderen. De temperatuur is in de avond teruggelopen tot 100 C. en er zijn al dagen geweest met van die eentonige grijze hemels en constante regen. Het heeft zelfs gemist. Raar! Na de Arctic is mist een grap geworden. Het water is ook koud geworden dus ik neem regelmatig koude douches. Wel, ik denk dat het douches zijn. Ik gooi een paar emmers met zout water over mijn hoofd, smeer mij in met zeep en shampo en gooi dan weer een paar emmers vol over mijn hoofd en dat is het! Ik deed dit een paar dagen geleden weer en was geschokt hoe snel de watertemperatuur was gezakt. Ik ben officieel gestopt met vissen op de oceaan. Ik ben teveel aas aan de haaien kwijtgeraakt. Twee weken geleden beet een haai de lijn door en zwom weg met het aas. Plastic aas werd doormidden gebeten. Ik
een paar glazen Guinness! Alles wat ongezond is lijkt nu verschrikkelijk lekker. Maar toch, ik krijg ook geen genoeg van Shelf Reliance voedsel. Ik zit nu in de Roaring Forties met 30 knopen wind. Een goede introductie! Voor ik bij de Hoorn kom zal het wel wat harder gaan waaien. Het is moeilijk te zeggen wat gaat gebeuren. Poseidon heeft het voor het zeggen. Alles wat ik kan doen, is mijn best doen. Wat er ook gebeurt, ik denk niet dat ik mij zal vervelen. Ik hoop dat iedereen in goede Merry Christmas gezondheid Kertmis viert. Hier and happy new year is het niet erg feestelijk maar 26 december voor de feestdagen heb ik een paar dingen bewaard. 2011 Ik heb een blik ham (mijn Kerstham), een halve fles 15 jaar oude Highland Park Scotch en een sigaar. Dus heb ik een goede Kerst. Geen kerstboom maar een groenrood licht in de masttop. Ik wilde dat ik een engel had, dan hees ik die ook in de mast. Ik heb twee maal alleen midden op de oceaan de Kerst doorgebracht. De laatste maal was ik halfweg tussen Gambia en Antigua. Eens moet ik stoppen solo te zeilen op deze dagen, het wordt een beetje raar.
Roaring Fourties
Mijn automatische bilgepomp is dood. Ik heb een olie afzuig pomp aan De temperatuur kan Furious Fifties boord voor het geval de motor een snel dalen. Ook de olieverversing nodig had. Die heb ik nog niet nodig gehad en omdat ik nog watertemperatuur maar 40 liter diesel heb zal ik hem ook verder niet nodig hebben. Dus bouwde gebruik klein en sterk aas zodat alleen een ik de Na zoveel dagen grote vis er mee vandoor kan gaan. Maar dat gebeurt oliepomp om tot een zoveel in de Stille Oceaan dat ik gestopt ben en pas bilgepomp. Gelukkig is aan een stuk op op de Atlantische Oceaan weer ga vissen. Er zijn daar het een 4 liter uitvoering. minder haaien. De Stille Oceaan schijnt vol te zitten Het mooie van een olie zee te zijn geweest met witpunthaaien. Ik denk niet al te vaak aan haaien. afzuigpomp is dat hij steken op St. Boven water zijn zij geen gevaar. onder druk staat dus met een paar keer pompen Brendan allerlei Er is nog veel Shelf Reliance vriesgedroogd voedsel. zuigt hij twee liter. lekkages de kop op Ook ben ik weer aangekomen na in de Arctic te zijn St Brendan neemt veel afgevallen. Een gezond dieet, veel gesjor aan de water dus ik moet elke schoten en veel pompen met de watermaker zorgen 5 uur een keer pompen, de klok rond. Wat zou het! dat ik in goede lichamelijke conditie ben. Niettemin, Vroeger, op de oude zeilschepen was het heel normaal, 24/7 pompen met de watermaken en vechten met dus het is een beetje traditie. de zeilen zorgen er voor dat mijn handen behoorlijk ontveld zijn. Een vuist maken doet al pijn. Verder is alles ok, gezien het feit dat ik al 184 dagen achtereen onderweg ben. De laatste tijd hunker ik naar kip of een dikke plak cheesecake of een glas Guinness. Ok, ik loog,
de CLASSIC Zeiler nr 12 jan/feb2015
Anderhalve week geleden liep ik ernstige kneuzingen op. Het waaide 35 knopen en de buiige regen voegde daar nog 5 knopen aan toe. Bij teveel wind verliest mijn windgenerator op de een of andere manier contact met de accu’s en slaat op hol. Dat is onmiddellijk te horen aan het geluid. Dus om twee uur in de ochtend moest ik naar buiten om het “spinnen” te stoppen. De generator staat op een 2,5 meter hoge buis en mijn boot lag op één oor in 40 knopen wind. Ik had al heel weinig zeil staan, dus dat kon niet minder. Het was een precaire operatie, maar ik slaagde er in de generator vast te zetten. Om bij de kajuitingang terug te komen moet ik over wat lijnen stappen die de windvaan met de helmstok verbinden. Dit heb ik al 1000 maal gedaan en zou het geblinddoekt kunnen doen. Het probleem was dat het zich in het pikdonker afspeelde omdat de wolken de maan bedekten. Net toen ik over de lijnen stapte sloeg een muur van water toe. Ik had één voet in de lucht, dus de golf sloeg mij in de kuip, waar ik hard met mijn ribben op een lier en nog wat andere zaken terecht kwam. Kneuzingen alom. Een paar dagen later was ik al enigzins hersteld, maar diep ademhalen bleef pijnlijk. Het punt is dat wanneer op een zeilboot dingen fout gaan, dat erg plotseling gaat. Het ene moment lig je rustig in je slaapzak, een paar minuten later lig je gespreid en drijfnat op de kuipvloer en probeert te begrijpen wat er allemaal gebeurt. Wel, uiteindelijk is alles weer in orde. Ik ben gelukkig hier te zijn. Het is een opwindende omgeving met een beruchte geschiedenis. Ik ben 1,240 mijl van Kaap Hoorn verwijderd en lig op schema. Hoe dichter ik bij de Hoorn kom, hoe heviger de wind zal worden. Het ziet er naar uit dat het over een paar dagen zal gaan stormen. Prettige feestdagen! Neem er een advocaatje op van mij en gelukkig nieuwjaar!
wordt vervolgd Geïnteresseerd in Rutherford’s enerverende jeugd? Lees hier verder