Inzicht
Relatiemagazine van de AFM, januari 2013 - nr. 30
De bankierseed
Een appèl op eigen verantwoordelijkheid
Productontwikkeling
Het perspectief van Rabobank en AFM Derivatentransacties
Wat zijn de nieuwe regels?
1
Goed
inhoud
4
zeemanschap
van verleden tot heden
Het fenomeen hypotheekrenteaftrek stamt al uit 1893. Het onderwerp neemt in het publieke debat op dit moment een prominente plaats in. Wat is de oorsprong van de hypotheekrente?
8 forum
“N
u en dan staan regels maar in de weg. En nu en dan zijn er regels die dat erkennen. Neem het vaarregelement. Preciezer: artikel 1.05 van het reglement voor de binnenvaart. Het is van een verbluffende nuchterheid. Het zegt dat het reglement overboord moet als het nodig is. “De schipper moet in het belang van de veiligheid of de goede orde van de scheepvaart, voor zover dit door de bijzondere omstandigheden waarin het schip of het samenstel zich bevindt is geboden, volgens goed zeemanschap afwijken van de bepalingen van dit reglement.” Het is een vorm van zelfrelativering die ik wel mag. Waarom niet zo’n bepaling in de Wet Financieel Toezicht? Goed zeemanschap als richtsnoer voor financiële dienstverleners. Rechts heeft voorrang en beroepsvaart gaat boven het spelevaren, maar niet als je op een midscheepse aanvaring aankoerst. Doe dan wat nodig is. Laat dan goed zeemanschap, in ons geval ‘goed bankierschap’, prevaleren. Een nieuw ‘artikel 1-zoveel’ in de Wft. “De financiële dienstverlener moet in het belang van de veiligheid van klanten of de goede orde van de financiële markt, voor zover dit door de bijzondere omstandigheden waarin de klant of de markt zich bevindt is geboden, volgens goed bankierschap afwijken van de bepalingen van deze wet”. Dat is nog eens een open norm… Zonder twijfel met wat haken en ogen. Maar wel één om wat over na te denken. Eéntje die welbeschouwd verder gaat dan de zorgplicht van banken of verzekeraars, verder dan het goed koopmansgebruik in de fiscaliteit, of verder dan het ‘onvoorzichtig, onachtzaam of onoplettend rijgedrag’ dat in de Wegenverkeerswet verboden wordt. Eéntje die opdraagt zelf verantwoordelijkheid te nemen: zélfs als regels een andere kant op lijken te dwingen, zeker als ze tegenstrijdig worden, onuitvoerbaar zijn of niet passen bij omstandigheden. Niet ongetoetst natuurlijk. Wat ‘goed bankierschap’ in omstandigheden vraagt, zal verantwoord moeten worden. Maar een regel die aanspoort zelf verantwoordelijkheid te nemen, dat is hoe dan ook een zinnige regel. Een regel die aanspoort om ook eens voorbij al die regels te kijken, dat is een regel die goede schippers en goed zeemanschap maakt. Ronald Gerritse, voorzitter AFM.
Colofon: Hoofdredactie: Karin Stuut Redactie: Jantine Vos, Joep Knook, Kelly Pierik, Bas de Wit, Simone Meijer-Hulsen, Hendrien de Vries, Imre de Roo, Vivian Boumans Eindredactie: Imre de Roo, Hendrien de Vries Medewerking: Job Dijkstra, Paul van Dijk, Lieke Helleman, Manon Korthals, Gwenael Pover, Ellen Boelema, Sander van Leijenhorst, Rudmer van der Meulen, Maaike Stevens, Debbie van Steenpaal. Vormgeving: Kris Kras Design, Utrecht Illustratie omslag: Carolyn Ridsdale Fotografie: Karima el Ghalbzouri, Edith Paol
2
Het zou één van de oplossingen moeten zijn om het vertrouwen in de financiële sector terug te brengen: de bankierseed. Vanaf 1 januari 2013 moeten alle bestuurders (beleidsbepalers) en commissarissen zo’n ‘moreel-ethische verklaring’ afleggen. Maar gaat de eed of belofte helpen om het vertrouwen te herstellen? Tweede Kamerlid Eddy van Hijum, George Möller, voorzitter Raad van Toezicht AFM, en Ben Schellekens van de Consumentenbond geven hun visie.
ga stc olu mn
De
gast colu mn
De aaDvis IsDviseu urr vv Is g gReA aa
TT
RATTIIsnn m mo s
orrgen ge n
uss –zo en 187 usse 0 en een n 1870 wa ’n 60 Dit overz ars mi en191 de staats–zo’n icht chu vinde ljar 1914 60 milj 4 sta biedt wa stak n op d grerschwd Eer eenard waa ken en Fran de webs een klein en ardhu ste staa huid idi ep ep na uwd de de e greep Fra se ite van ige euro ap eep ar enRussi ge We tsgr Ru waa nse spaa Russ uit nieuw de AFM ge Eers sse reldo ier ennaarhun sch isch euro’ ’s- inspa rders du ten rdep . e e opsts- in Russ 20 milj e wett orl renver hun pe in apie Da ard geld kop ge ld opsta and en en t de erdWer191 Ru isch eldo og tuiverk kond nd eling kon oblig ard gou en He illuRuss regel . No 8 orlo ssi erse20 me g nd open en dfra ver s die t gedustreer schdat mi aties elin en Op 1 , wan denen fluit ing1918 tuinen , wa nken Ne zou peer van alt t be noveDit ord nt t de flu en. geToche obdeze ljar . Al in 1906 krach met tal denon de een d.t Nog enin mbe de com n da ho ijd lig inve we eten d go rla illus les t word be Dat betaen onw voor vin over rzic e ter g sho1 novembe com ite 2012 miss n. ati stee do altij strijd nd tree tblev len stopten en. Meer shor den de en rder de boer ies ware es. ud nd zouers Ga instr ht treed loz Het mi Toc rtkun gednd rt sell r 2012 strijen sto de t-sel ze Fran fra s bij stc op ling bie t de ume e inf erd infor sein denkin pteten, neterg eenvoe hoe bo ssi en oph ble n rian inv Al ban nke n, raak olu de vandt een eu-V nten leg Ned mati uni ing n zijn ere es de eren est erlanen geleslen endlangzakind kiers n 190 het ven t. cred wa e is te (aan we gin eri for bepakle erord is eco mn ren raaktetenn1,6 Nog eu ders plukunn lang eer plat it zic me bedo Fra dele bsit enin 6 ren iste me op defa gspnder en Met en tot de re telan am milj en klein inefinan de h, zijnvoo zaam voel e vanalde n g reg ut swap n, staa no deze ria nse r de rs en zichna voo er loze gre ciële voor d woon kt. me roduct ver vert kle 1,6 om drs. kind hetoen els Ha tsob Vero shor nt. d erin ba . Toen bij de s) in ep gepllas Me eren plaFran traraptink mi nd Ze sch nserieu en rden t sellin en ing. nk seNo ‘ui infe natw AFMies geld ee dege He rlegg Op uit de eu ligat ind ljoen en ukt. n ,ver els fam pt vert ldbbran voorttelan twe ing zijn gel eri n wereen g iliesier t ver tge 1 no ve ings bla rijf bec aan tenMen ver rouw ere in werk. en nieuwin novembe g in de woo koc ede dza ca dece cen ran che koo Fracompens on mee be verk investe prod d eri tot de s ten nlas om d en t colum ken Ver tro eu van straks vem ro nen radtenb tro che van nnia sch natio de ht zich nse e we ing. nia kt voo ucte r in r ocht voo rd uw me atie. uw rzo men en esch too voor de prov van nu.en nale ber hersfam n. krach uniforme erm on -jo deg ringsv ninm ns ins tte maa werking ons pro r Toe Wan r com aanr senverkoo en ek Gast ntarie Consu voo urn aal 201 enin idd en wuerm n en trege milj visisiejagen tru sho ers s mi rege zict ook petelt.ilie 10. nt n treed t. Hoew doekooinwet da ‘uitg alis colu rt-s ljo oene ieja nu. Wa 2 tre g els en rge ers. enpve aden ls voor Dit me erb . We or el de reg DeHet vert t t, kunn s len tot doorh he veel mnisert gel me r o.a en n woe We liete sh 1 novem elliclu nte od kt ge slu ldb inm Por rha els edt 1 janua ge idde dat wurgend ver barouw bele institutiocreverb en verk te drs.dkw nte . NR t. is econ advirst nsatie ng ster or juli 2013 en best Verorden dit od gaat n iteond die n do nt oo ed al’.ls dat‘on nde e lietenn ons ggin zek nken en ter oopv wo kerp seur de ri 2013 elt nele van mu erzo ing.est nbon C . En t- ber 201 def (aageld oom n me rijv oliss ing hyp van aand gspr k afh hypo No s, erha . in eu van eke qu era bele ‘ona nd or riska ek on erica d, vee toc en aut geldvel en al’. oduc en bep niti e krach kra -Vee selli ver2 oththee s ris rpo an gger ele fhan ies Verd ars a ver nte, aden sim toon rad bedr l Han Ze schrijft geld h t t een door ten is sw kel li on aal cht s en n,voor visen talPort t blijve ror zake kelij eek kconkan te dure ng bod delsb op egaa leg pe10. off dat kri en ijven dus io n-jou in ijk k advi aanbsta bank eu de stru liss denDe wo De verz ree ban investe miken jgeer tro un n. l de is dusbe l hyp ve financieel wordt aps en beco lad en columns en ats en, rs, te, cties en en bead con fin ) in iede rde serqua n Novuw ingAFM gaat ifo r he rt st str vie es’ een lab te . Stee de Cons voor tv. rnalist.mo ginsluit n. Me een ellien ond de de rsob mm Metoez rm ab vert ren toez via de wet van anc verb er gsf enoth eker t pubelabe s’ een uct eufe du een er het enta bber dstalele rouw eu ligatie iële od op icht do krijg t dezichth in eek aars clu on met 4,6 ume o.a. NRCwo geEn er re rde ies op mism rieer der bli (wft sho nsb ors e re ster kan gs in inves toch dse een info pubeks r dan admise ne en4,4 ,en bel e Veroude t geld ntenbond tereen5,2 sco ins ) gere het we s en de AFM rtteren lieks da ooit eufem. Ste ebe eh offre . muniti een rm n en vie egg de ekesimp inboet titu Dit ver verb sel in rkin ed is kwe opls geld rpo el eer n oo . Een rabee tus 4,6, wi 5,2 ren papan s, pro atie ord nge ert on nov de ling clust ing sties de, finlegg . tio ism s le sen terwjl assscor od de door de g. lishhypo van it. es ople en opnelelvan is te nat em ermu naleving e nel bod spr op vor ancie rs na snee mo 4,4. in eni ijl assu pro Inde radio ura op Een jaarlijkse is ings oudethee ion ber ggen een Ind pe de ngnitie vol odu van kadv pend visi e bel gaat clus el fond rs ink en tv.He nti een 1 m rant rso scha ale jaaer omies, gb ten . eu zijn . Bij over tuss het in cteeve egg gel t mog te janu van etu ietu sch ensbonwesen we enpe on are ba ma van straks tredi wo steprom me iswoe n enrboers 1 janua van fina den ri rm ari 201 fin ssen aalalep en1 rlijks een sse rkin no verehee ten eneke atr onn n wa oten ge nkarsoo kra 2013 un de tot ngen kerp dvi n g nppersvan wo d bep ege en aalvoo avol str 3 lor rderde illu olish g ne ntde Het ancnci r cht un rpo ban ers onen gbar ar rdt aan der ban iti uctkadvseunogijsk en s inko hypo n. berou sie prov ieeële len treedt . Ho ifor rec ouud over de rij e hts ve on 1 tot isievl toe provia ma We fina thek we n temstlishou ede rs ijsko ure iseu bie tot ncie teouders d €2.8 lijde ew me reg en klaruct de lev wv en waadegest erbozic duc en, lva nepp trerb deten der ken de erd rslus Vana nsris juli , kun olel onw el de nt uree de ge ximalevorm tigg €2.8000 en van nke woe artkerp en els we od geld ga s van , f volgDe eks uitva icove betalings d ht e lusti r rs. arbe 201 nen ld, Het de klange (wt voor hu hun 0 voor een rij AFM bet at etennden , verolish in verlo t artve advi idso pr rzek enrdepro 3 van bes Verord voor wa iswi Da De He da te tro .oud een ren he durevoo duucten du natio ering beschermft) ger op het seur verend nges t geen jaar inale rzek ve n fina nstillus ide prod aro men taa nt een t een lpe ma t bli cte nepp uw ers. ov r rechbod gaa naal ering chik beta eni kra st re huis kos ers, ege advies kan . Daie ma welv e m t da n, inne Het jft idee betstreop t toe theid en, indiv ats alt de regim ng en, dien isi er nci hu een cht nde aart ad en. en ar uwv rkt n zijn zou bero van n, inn voor de blijfnamevan ld. t iste denk eksinv idue isb eel zic consen De ten nen , vert vis De en De e en fin evsverz blij heef enn vermaa chappt nam he voor de AFM le ver van. We levemoete ol gaat advi enno pri eco est bemhth eker adv eume over He stve rouw eu cl ove ven getsch ij rlenierbo dat max de de es- en hiernaast hyp elijk eft,t, en blijv ver inge ove vic Britte ies ige t an r, 1 janu opge luk appibe lijk n in n bu ma mieenloren en boe eren iddeoudenntus help rlij . zijn ciëng onde kin en n, uit e.o geldn ima enzek bem proplex gewinsrhe nom een rge als advige ver j beta den oth com en zijne, wa in ling en tefinan taa kind tes emd gelu. ari de erspblijve en nl) le d rbe idde geno rg. , do le rm cieel en in id mar clu he verloari seur op nat vaartv arb althehet e prod sris eken, visiev ld, verz erak. rsp el om lt en ldbran uk wan pa 201 pr het t. Dat tw ktec rs e finan ste finan eur de prem lingskostoplegg de cieelun n ion eid zen in de el Daa ). In t he ico erz ucte od al 3 hu n elk en ono t gaat ren ee daar gela t ge ekerar ope nal cheis prim om ver ciële aal en word ver betalin erbod n.uc de t me eke son sterom zou n mie, en. rm ie van unprod evi itie moe se om geldbeen troaarofofba ete waa fin uitkost lagg in , rec din reg re ges zek a ge ige onsde der rin itie ucteng ten gel te als het gsb en t an rollen ban lan vert uw n, dri nk en eri ch bro de burg in im gen ivat Vana niet rs. ht chi nhet finan van kdede cië dri rin n. van be rouw esc dt voo n elk jf ma ng d heidMo Van mogaat en e enw, die kth De lang. Bij ove ts kri Na over f voor ers ciële vanaf l nke odbedr cons le Britt, wa de en, her het entete con tr er jge hun ete om ast staat twe OTC- januari en ove etg eidjanua prod zoa movice g rtre t de geld en doen adv af vol n en , maijf ind me r ee he 2013 rig nst eten n do broo ete consum herw su-ubran de neeyding deriv evin ri 2013 uct. gra ar magga eu Ad n op ver g sverze ks din ivid rs, d, an rwingaan n.org inen ls Alb Ge onmaaonacc ro tran aten, cent treedet com het tische, rech vic en moe adv iseur gend len (emi ker uel inz, drinen zijn.uk). en me gen be voor ris nl)ert de Vero de r onac voo met hu ld . Ied pe sact rec ing r) ing uitz ich ken en ond ten nse . HuIn ons e ond teg rale ico in Ein de steig Ad e Ser ten r de Mon De ies voo hts jaar bettalen lp, t krijg se iereg cept t in ere rdak ep on tege ple rdening land n vee vol en opvic doen tab en zen lde pro mo vie adv De eMIR opgerin der en, r de treeks aal e (w zijn voo Van deriv isters (eMi npar xe pro . Iede enerda ler steiners. Naa ove uitro l ad eyete el bij kvan abel fin inzic Advi s Die gen tijen du het llen, on aan st dustaa fina bij cte t de r OT af jan bevaeno ies rge - en hie finreenmoet,vanbe vie van voo t de R) in an nst htww at ncië makenwat Geld n ce in .m tal len. er Serv moe beta C-d ge elkgrat zijn ancië me werk en cten. derivaten t onde en bem rnaast r bem con uar cie ver skoAdvi bel moestelelde isnhulp en ice(w cons . Made t,op vee men geldb eisen sum ste stand eri ing. (ww onfina . el le op idd in door nr mee gen , cht nessch vat i 201 wetg van sen ed pli eyancië tra r zei idd Dienaar www.m zijn ten te ume rege ar ent zoal ad veel rijfmoe een der pre af 3 nsa en, bedo te behe zijn. do nten oneydvi lesitsitua st d .gelda ua lselin s : “El een vie cent zijn voor oem eling advida ten eel (ww en heprod eld ctie cen treedt evin januari ces t tie tie. stan en risicAlbert Eins Huld erse de rale mie gskhet ke esko er dviadvi vou t. Dafinw.ge e. aan veructe an ldad tra er-r- . reg g n. Pens om het tegevan osten afwi fin en fin financ s 201 instelling de dw t zoi sten digdaar gt n verp esdcese ovol tein wed npar iste le teg Ver (em te3 anc elk geld kkele tege aas en anc ioen finaciële viesien etssche , go darn wo iee ong erzij het tij. Deze nove ler mak ig licht rs bepe en die OTCfond ncië ad dien iee rde n iële l dse kan eenv du elt. (eM enp ordeni ir) ge ed aas fin stren en. Maaeveer zei: bedr rges rken le advi ui vie st.st. l ijf dat dinoudrft Daa deriv sen en niet- tegenpar koo anc n nie pro rnaat zou teld iR) artijen ng(commerc tzdat “Elke nie aten r e te st zoud zoie ge ig,te Deiële onuit hun p en de ein tijrisiële ge t lan ducte finan aifm stekoop dwa –en gebr doen het verg ts n goed we eM hedgde ico pro en en un ger n. fle n van t enig as kanveeldurfgro . rkin rich IR ing), rinkernactiv uiken om ciële du Met xivanaf bev flexi dingmo t teter tlij steuen.en ct. g. geni iteite de gest ge 22 juli het risico eis deriva at zijn ened , com nenWant e –en eld aan AiFM-rich n in n zond n voor en 2013 on uitge . - om ten Wan wer ple veel grot te zijn er, com der behe tlijn erd van tvloeit king moe xer t alte ins beheer bed door word me erde aif d- omhet plexer rna de rege een er oel m- bele rs van alter en eisen een te tel tiev het d ges Me linge sen. cen reg ls. behe bep ggin natie tel t de richt belePensioom het tra els voo en gsin zoge (co erde d aan AiF ve die ggi r mag stell noemmm erk r we le teg enf en niet OT ngs M- lijn vanafinge of aanb de alter beh dat zond rich inst derzijd enp het afw C-d ond erc 22 n. in iede iële eer juli sen ellingse art uit ereriv tlij ikk n aan natie ij. n wo werk 201 geldt ook der ve bele hu verg ate en ele n ker unni profehedgin bel s n geb nie tegenpDeze n een ng een rde in 3als er ssion g),ggin egg van verg t-fi gsin nacstell aang art streng rui al ele bele unni ing altern n eis gop zijn tivi ing ken nan ijris ngpl pagi teebod en sin gger uit tei beheom ciële een na’s rn en word icht ico e ste atieve s. Daarten gez met ren 16 enat llin ond naas zog beheer voo het 17.iev t aan retai aanvullen gen risi erd t rtv l bele . of enoem der e be van loeit co gger de rege aan ma leg ls de s. Lees gel bie de alt g nie gi reg dt mee ng Door ook den aan ern als els r beslu ati t zon sin . er der iten mog op aan een pro eve of elijk pag ver stell geb vergu fes bel dat de wetgeving egg gu ina sio in ode nn Do tekst ing nning g ’s 16 or ing nel n op het op natio bes mo en wordt plic e bel sinste naal een mom luit gel 17. ent van en inter en aan ht me eggers llin ijk g beh of natio dat t ret publ . we naal de icatie ail aanvul Daarn ere nivea tek tgevin bel niet u is st op lang egg lende aast n g er actue het ers het op nat . Lee regels el is. mo ion me s
-
14
14
-
verw acht
ver wa ch t
16
katern
Wat zijn de plannen van de AFM in 2013? Waar legt de AFM haar accenten in het toezicht? En zijn er ook nieuwe aandachtsgebieden? Elk jaar in januari publiceert de AFM de agenda voor dat jaar. Ook de begroting is erin opgenomen. Het jaar 2013 telt negen toezichtthema’s. nt
aal van en inte pub rna lica tion tie nie aal niv t lan eau ger is het act uee l is.
me er 15
15
20
perspectief
Per 1 januari 2013 is het toezicht op productontwikkeling gestart. Hoe gaat de markt om met deze verandering? Het perspectief van Rudi Kleijwegt, Directeur Toezicht bij Rabobank en Michiel Denkers, hoofd Toezichtgroepen Financiële Ondernemingen van de AFM.
24 monitor
Meer dan 7000 financiële dienstverleners vulden eind 2012 een vragenlijst in over hun werkzaamheden: het self-assessment. Hoe hebben de financiële dienstverleners het self-assessement beoordeeld? En hoeveel tijd kostte het? Een overzicht in Monitor.
en verder
zaak x: Voor derivaten gelden nieuwe regels. Een fictieve casus geeft inzicht in de nieuwe EMIR-regels. missie: Toezicht op accountantsorganisaties. Jan Gerbrand Oppenhuizen vertelt. 13 gastcolumn: Adviseur Maarten Koster over wederzijds respect en het vakgebied van de adviseur. 14 internationaal: Toezicht in de Verenigde Staten. Hoe is dat georganiseerd? 19 werkwijze: Put up or shut up. Hoe werkt deze nieuwe regeling? 26 best practice: De stap naar een nieuw businessmodel. Provisieverbod van start. 28 in contact: De AFM en social media. 30
6
3
Hypotheekrenteaftrek
op de schop
1893
Het fenomeen hypotheekrenteaftrek stamt al uit 1893. In dat jaar werd door de liberale minister van Financiën Nicolaas Pierson de inkomstenbelasting ingevoerd. Tot die tijd werden de belastingen geheven in de vorm van accijnzen op bijvoorbeeld zout, zeep en suiker. Iedereen betaalde evenveel belasting. Die vormde voor armere mensen daarom een veel zwaardere financiële last dan voor rijke mensen. Koningin-regentes Emma had al in de troonrede van 1891 gezegd dat de hervorming van het ‘onbillijke’ belastingstelsel een ‘dringende eisch der rechtvaardigheid’ was. Iedere Nederlander moest belasting gaan betalen over het inkomen dat hij verdiende, en daaronder viel ook zijn eigen huis. Wie een eigen huis had, zou dit kunnen verhuren en zo geld verdienen aan zijn woning, was de redenering. Als je zelf in je eigen huis woonde, huurde je eigenlijk van jezelf en spaarde zo elke maand een bedrag aan huur uit. De huurwaarde werd opgeteld bij het belastbaar inkomen. Destijds kwam er nogal wat kritiek van vooral welgestelde woningbezitters. Zij richtten een ‘Vereeniging tot het Weigeren van Belastingbetaling’ op. Volgens een artikel in het Historisch Nieuwsblad zou dat ook een van de redenen zijn geweest waarom minister Pierson besloot dat iedereen de kosten om inkomen te verwerven mocht aftrekken van zijn belastbaar inkomen. Daaronder viel ook de rente die voor een hypotheek moest worden betaald, net zoals onderhoudskosten.
4
2013
van verleden tot heden
De hypotheekrente is op dit moment volop onderwerp van het publieke debat. Grootschalig woningbezit is pas iets van na de Tweede Wereldoorlog. Nederland moest weer worden opgebouwd en daarvoor was kopen beter dan huren. Eigen woningbezit moest gestimuleerd worden en wel met de hulp van de overheid. In de jaren vijftig kwamen er allerlei (premie)regelingen voor bouwers en kopers. Ook werd in 1956 de hypotheekgarantie ingevoerd. In 1975 ontwikkelde minister Hans Gruyters juist voor starters een zeer gunstige premieregeling. De hypotheekrenteaftrek trok een steeds zwaardere wissel op de financiën van de overheid. In 2001 betaalden de huizenbezitters 5,1 miljard euro aan onder andere huurwaardeforfait en onroerendzaakbelasting. Zij kregen 7,3 miljard euro terug via de hypotheekrenteaftrek. Het kostte de overheid dus 2,2 miljard euro. In 2001 werden daarom de eerste maatregelen genomen om de aftrek te beperken. De hypotheekrente was niet langer aftrekbaar voor een consumptieve lening of een tweede huis en werd beperkt tot maximaal 30 jaar. Het kabinet Balkende II verplichtte kopers in 2004, via de bijleenregeling, de overwaarde van hun oude huis te investeren in hun nieuwe huis. En in 2013? Vanaf 1 januari mogen kopers alleen de rente opvoeren als ze hun lening gedurende de looptijd annuïtair en volledig (maandelijks een vast bedrag) aflossen. Ook voor bestaande hypotheken wordt de hypotheekrenteaftrek beperkt. Nu mag hypotheekrente tegen maximaal 52 procent worden afgetrokken, maar dat percentage wordt tussen 2014 en 2040 jaarlijks met 0,5 procent verlaagd. 5
Iedereen moet
zaak x
derivaten melden
ABC, een niet-financiële instelling, wil het risico van een verhoging van de rente op een lening afdekken. ABC betaalt namelijk een variabele rente die in de toekomst kan gaan stijgen. ABC gaat een renteswap aan met een bank voor de tijdsduur van de lening. De bank betaalt aan ABC de variabele rente en ABC betaalt in ruil daarvoor een vaste rente aan de bank. In zaak X een voorbeeld.
niet is, hoeft ABC haar derivaten daarom niet aan te melden. De verwachting is dat de eerste registers in de tweede helft van 2013 een vergunning krijgen. Drie maanden daarna zou ABC haar derivatentransacties daar wel moeten melden. Als er meer registers zijn, mag ABC zelf kiezen bij wie ze de melding doet. Na die drie maanden moeten de gegevens uiterlijk de werkdag na de uitvoering van de transactie, de afwikkeling daarvan, of een wijziging van een bestaand contract worden gemeld. ABC kan de meldingsactiviteit overigens ook uitbesteden aan een andere partij, zoals de bank met wie ABC de renteswap heeft afgesloten. Er moeten dan natuurlijk wel goede afspraken worden gemaakt, zodat transacties niet dubbel worden gemeld.
het toezicht: De trade repository publiceert periodiek algede zaak: Per 16 augustus 2012 moeten dergelijke derivatentransacties volgens nieuwe Europese regels worden gemeld. In sommige gevallen moeten deze derivaten bovendien worden afgewikkeld door een zogenaamde centrale tegenpartij, die gespecialiseerd is in het beheersen van tegenpartijrisico’s. De AFM houdt samen met DNB en de Europese toezichthouder ESMA toezicht. Volgens de nieuwe ‘EMIR’-regels moeten alle transacties in derivaten door beide partijen die daarbij betrokken zijn, worden gemeld aan een speciaal Europees register, een zogenaamde ‘trade repository’. Dit geldt dus niet alleen voor banken of andere financiële ondernemingen die deze producten meestal aanbieden, maar voor iedereen die een dergelijk derivaat aangaat. Beide partijen moeten bij het register een aantal details melden, zoals het type product, de looptijd en de waarde van de onderliggende lening. ABC moet zowel transacties in derivaten melden die zij heeft verricht via een beurs, als transacties die buiten de beurs om zijn afgesloten. ABC kan de swaps alleen melden bij een trade repository met een vergunning van ESMA. Bij het ingaan van de nieuwe regels is er nog geen enkele partij die zo’n vergunning heeft. Zolang die er
mene informatie over de gegevens die bij haar zijn gemeld, om inzicht te geven aan de markt. Daarnaast zal zij gedetailleerde positie-informatie ter beschikking stellen aan de relevante toezichthouders. De meldingen van transacties voor EMIR hebben als doel informatie te verstrekken (aan toezichthouders) over het tegenpartijrisico in derivaten, een onderliggend instrument of een uitgever en/of tegenpartij. Op die manier worden systeemrisico’s in derivaten inzichtelijk en mogelijk verminderd. Toezichthouders zullen straks niet in staat zijn om alle misstanden te voorkomen, maar krijgen wel veel meer zicht op de derivatenmarkt. En daar ontbrak het tot dusver grotendeels aan. Doordat bepaalde transacties via een centrale tegenpartij afgewikkeld gaan worden, kunnen in geval van een dreigend faillissement bovendien posities en onderpanden worden overgeheveld naar een andere partij. Partijen die derivaten hebben afgesloten worden zo beter beschermd en de afhankelijkheid van banken wordt verminderd.
de uitkomst: De AFM kijkt of opvallende gegevens van
meldingsplichtige partijen zoals ABC worden aangeleverd, bijvoorbeeld omdat ze in aantal of waarde veel groter zijn dan bij vergelijkbare partijen. De AFM kan dan onderzoeken of er
“Toezichthouders krijgen wel veel meer zicht op de derivatenmarkt.”
sprake is van de het juist volgen van de regels die in EMIR staan. Daarnaast kan de AFM bekijken of er sprake is van opbouw van grote risico’s in bepaalde derivaten of tegenpartijen. Als daartoe aanleiding is, en de AFM de juiste bevoegdheid heeft, kan de AFM gegevens delen met andere relevante toezichthouders die de situatie verder kunnen onderzoeken.
emir Vanaf 1 januari 2013 gelden nieuwe regels voor derivaten. Deze zijn van toepassing op iedere partij bij een derivatentransactie, zowel financiële als niet-financiële. Veel van deze partijen vallen tot nu toe niet onder het toezicht van de AFM of DNB. De nieuwe regels zijn vastgelegd in de Europese verordening betreffende OTC-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters, ofwel de European Market Infrastructures Regulation (EMIR). Deze regels zijn verder uitgewerkt in zogenaamde technische standaarden van de Europese toezichthouder ESMA.
afm thema
2013
Los van EMIR doet de AFM onderzoek naar dienstverlening aan niet-retailklanten. Dit vormt één van de AFM-thema’s voor 2013. Recent is gebleken dat veel publieke en andere ‘professionele’ beleggers bereid zijn om in complexe financiële producten te stappen. Daarbij is het de vraag of deze partijen in staat zijn de risico’s daarvan te doorzien. De huidige wet- en regelgeving gaat er wel vanuit dat deze niet-retailklanten professioneel en deskundig genoeg zijn om de risico’s in te kunnen schatten. Incidenten doen echter vermoeden dat deze aanname nader moet worden getoetst. Er is een groot verschil in de mate van professionaliteit onder ‘professionele’ beleggers die deze producten hebben afgenomen. De focus van de verkennende analyse is om inzicht te krijgen in de markt, in de risico’s dan wel problemen en in de gewenste rol van de AFM.
*Namen van personen en instellingen in deze casus zijn fictief.
6
7
vertrouwen terug?
Brengt de bankierseed het
Moreel-ethische verklaring voor bestuurders en commissarissen
forum
Het zou één van de oplossingen moeten zijn om het vertrouwen in de financiële sector terug te brengen: de bankierseed. Vanaf 1 januari 2013 moeten alle
“Veranderingen moeten ook gedragen worden door de professionals zelf.”
bestuurders (beleidsbepalers) en commissarissen zo’n ‘moreel-ethische verklaring’ afleggen. Dit komt voort uit de Code Banken, waar zij ook haar naam aan te danken heeft. Maar gaat de eed of belofte helpen om het vertrouwen te herstellen? Wat voegt hij toe?
V
oor de huidige minister van Financiën, Jeroen Dijsselbloem, is het in elk geval duidelijk dat je de wezenlijke gedrags- en cultuurverandering, die nodig is om het vertrouwen terug te brengen, niet alleen met regelgeving bereikt. “Zo’n verandering kent ook een sterke morele dimensie”, schreef hij in een brief aan de Tweede Kamer. CDA-Tweede Kamerlid Eddy van Hijum beaamt dat. “Een bankierseed kan bijdragen aan een cultuur waarin de dienstbaarheid aan de samenleving en de economie weer centraal staan”, vindt hij. “Het is een manier om elkaar binnen organisaties en de sector aan hoge professionele standaarden te houden.” Niet alle dilemma’s die zich voordoen rond de dagelijkse dienstverlening over ingewikkelde financiële producten zijn in regels te vangen, erkent hij. “Ik hoop dat de bankierseed een impuls geeft aan morele zelfreflectie bij het handelen van professionals.”
ethiek
Dat dat hard nodig is, weet ook George Möller. De voormalige Euronext- en Robeco-baas, op dit moment voorzitter van de Raad van Toezicht van de AFM, schreef het boek ‘Waardenloos, banking on ethics’. Daarin stelt hij dat de crisis in de financiële markten pas ophoudt als het ‘beest’ in de mens is bedwongen. De moreel-ethische verklaring is een begin, maar het effect ervan kan niet één op één worden vergeleken met de eed of belofte in andere
8
9
Eddy van Hijum, Tweede Kamerlid voor het CDA sinds 2003, woordvoerder Financiën.
sectoren, vindt Möller. “Via mijn dochter heb ik gezien hoe het in de medische wereld is. Als je daar tijdens je opleiding het vak ethiek niet haalt, dan mag je niet door. Ethiek is daar geen bijvak, zoals bij de studie economie, maar een hoofdvak waar je een voldoende voor móet halen. Iets dergelijks zou in de financiële wereld toegepast moeten worden.” “Uiteindelijk draait het, net als bij andere partijen, om het gedrag van de bankier, niet om zijn ooit uitgesproken bedoelingen”, zegt Ben Schellekens van de Consumentenbond. “Consumenten kiezen een bank waarin ze vertrouwen hebben. Dan ontstaat een wederzijdse afhankelijkheid. Daarom is het van groot belang dat de bank dat vertrouwen waar maakt. Als het goed is, wás elke bankmedewerker zich al steeds bewust van die opdracht.” Het afleggen van een bankierseed kan bijdragen aan dat bewustzijn, denkt hij. “Je zou kunnen zeggen: de bankierseed is onnodig als het toezicht functioneert, maar ieder greintje extra bewustzijn is meegenomen.”
klantcontact
“Een bankierseed alleen is zeker niet voldoende om het vertrouwen te herstellen.”
Niet alleen besteden economiestudenten in hun studie vooralsnog beperkt aandacht aan ethiek, ook is de financiële sector op nog een belangrijk punt wezenlijk anders dan andere sectoren. “In de financiële sector lijkt de band tussen dienstverlening en de klant ernstig verzwakt”, constateert Möller. “Elke dag weer ziet de bakker zijn klant in de winkel. De loodgieter weet wanneer het werk dat hij levert niet goed is. De arts kijkt zijn patiënt in de ogen en leest daarin de hoop beter te worden. Maar de financiële wereld is anoniem en abstract. De grootschaligheid van de financiële sector is een groot nadeel.” De keten tussen oorzaak en gevolg in de financiële wereld is, gemeten in de dimensies tijd en afstand, lang, betoogt Möller. “Dat beïnvloedt de mogelijkheid om gedrag, dat onder de morele maat is, te corrigeren. Een ondeugdelijk product gemaakt in de Verenigde Staten wordt verkocht in Europa. Een verkeerd pensioenproduct ontploft pas jaren later. Alles gebeurt bovendien via een scherm in plaats van via de portemonnee. Een klein foutje op zo’n scherm kan zeer grote gevolgen hebben - basispunten worden tientallen miljoenen, centen worden miljarden. Maar ons morele systeem kan dat niet aan.”
bedrijven zelf verantwoordelijk
De bedrijven zijn zelf verantwoordelijk voor de procedure rond het afleggen van de eed en moeten er voor zorgen dat hun medewerkers deze afleggen en naleven (zie voor de aanpak van ING het kader). De AFM en DNB zien erop toe of de eed of belofte ook wordt afgelegd, ondertekend en nageleefd. Voor bestuurders en leden van toezichthoudende organen binnen een bedrijf, wordt het afleggen van de moreel ethische verklaring gekoppeld aan de geschiktheidstoets. Dat betekent onder meer dat het niet afleggen van de verklaring (of het zich daar niet aan houden) voor bestuurders en
10
(interne) toezichthouders ook persoonlijke consequenties kan hebben voor hun geschiktheid. De bankierseed doet een appèl op de eigen verantwoordelijkheid. “Dat zal alleen gaan werken als men ook eigen verantwoordelijkheid kan nemen”, tekent Möller aan. Van Hijum: “Een bankierseed alleen is zeker niet voldoende om het vertrouwen te herstellen. De wettelijke eisen zijn inmiddels flink opgeschroefd om te voorkomen dat risico’s in de toekomst opnieuw worden afgewenteld op de belastingbetaler. Het toezicht is aangescherpt. En ook de zorgplicht van de sector ten opzichte van de klant is steviger verankerd. Maar veranderingen moeten uiteindelijk ook gedragen worden door de professionals zelf. Zij zijn uiteindelijk de belangrijkste dragers en hoeders van de nieuwe moraal in de financiële sector. Maar ethiek is niet statisch; de wereld verandert in snel tempo en financiële producten en diensten veranderen mee.”
George Möller, voorzitter Raad van Toezicht AFM, ruim 40 jaar ervaring in de financiële sector.
opleiding
“Zowel in opleidingen als bij financiële instellingen zelf moet financiële ethiek meer aandacht krijgen”, vindt Tweede Kamerlid van Hijum. “De meeste mensen die in de financiële sector werken worden niet opgeleid om moreel gedrag te vertonen”, geeft veteraan Möller toe. “Er is bij opleiding weinig aandacht voor ethische dilemma’s. Iemand moet een dilemma herkennen en weten hoe te handelen als je vindt dat iets moreel verkeerd zit binnen een bedrijf. Dat wil overigens niet zeggen dat de sector amoreel is, maar correctiemechanismen ontbreken. Die moeten terug worden
bankverzekeraar ing “In de afgelopen jaren hebben de banken stappen gezet in het meer centraal stellen van het klantbelang. De monitoring commissie voor de Code Banken heeft dat onlangs nog eens bevestigd. Bij ING hebben we dat onder meer verankerd in onze basisprincipes met betrekking tot klanten, onze zogenoemde Customer Golden Rules. Onze Business Principles, de leidraad voor het gedrag voor alle medewerkers, zijn door het hele senior management persoonlijk onderschreven. Maar we beseffen dat het verbeteren een al maar voortgaand proces is. In de dagelijkse praktijk gebruiken we bijvoorbeeld steeds meer feedback van klanten voor het aanpassen van processen, zoals we met de Net Promoter Score doen. Maar ook een meer formele actie, zoals het afleggen van de bankierseed past bij ons commitment om de klant centraal te stellen. Wij hebben daarom in de afgelopen periode al concrete ideeën gevormd over hoe we de eed kunnen invoeren. Zodra duidelijk is wat de precieze eisen zijn, gaan we daar mee verder.”
“De meeste mensen die in de financiële sector werken worden niet opgeleid om moreel gedrag te vertonen.”
11
missie
Jan Gerbrand Oppenhuizen (44) Senior Toezichthouder, Toezicht Accountants organisaties
Ben Schellekens, Campagneleider financiële sector Betalingsverkeer en Pensioenen van de Consumentenbond.
gebracht. De eed of belofte kan alleen effectief zijn als de andere institutionele argumenten ook worden geadresseerd.” Van Hijum vindt het zinvol om na te denken over de vraag, hoe de reflectie op morele kwesties kan worden geïnstitutionaliseerd. “Zelfregulering via tuchtrecht heeft daarbij mijn voorkeur boven afdwingen van regels door de overheid. De minister van Financiën voert op ons verzoek een onderzoek uit naar de mogelijkheid om tuchtrecht breder in te voeren. Een scherp toezicht - onder meer door AFM en DNB - is het sluitstuk van de aanpak. Maar ook het toezicht zou zich in de eerste plaats moeten richten op het bevorderen van ‘compliance’ aan normen en professionele standaarden. Minister van Financiën Dijsselbloem bekijkt momenteel welke sancties hij wil verbinden aan het niet naleven van de eed en of die uitgebreid wordt naar meer medewerkers in de sector. Voorjaar 2013 komt hij met een wetsvoorstel voor een totaalpakket aan maatregelen rond de eed of belofte.
“Uiteindelijk draait het om het gedrag van de bankier, niet om zijn ooit uitgesproken bedoelingen.”
wat houdt de moreel-ethische verklaring in? De onderneming moet over procedures en maatregelen beschikken om de naleving van de bankierseed te borgen. Daarnaast zijn inhoudelijke eisen gesteld aan de verklaring. Deze gaan over: a. het integer en zorgvuldig uitoefenen van de functie; b. het maken van een zorgvuldige afweging tussen belangen van partijen die bij de onderneming betrokken zijn, in het bijzonder die van de klanten en de maatschappij; c. het centraal stellen van het belang van de klant; d. het naleven van wetten, reglementen en gedragscodes; e. het behouden en bevorderen van het vertrouwen in de financiële sector. De verklaring moet schriftelijk worden afgelegd en worden getekend, in het bijzijn van een beleidsbepaler en een andere vertegenwoordiger van de onderneming. Als een hoger geplaatste ontbreekt (bijvoorbeeld bij een kleine financiële dienstverlener), mag een lagere medewerker bij het afleggen van de eed of gelofte aanwezig zijn.
Werkte als accountant bij KPMG, ING en SNSREAAL.
“Gedreven om kwaliteit vak te verbeteren” waar komt je passie voor het vak vandaan? “Ik ben op mijn 18e bij KPMG begonnen. Daar leerde ik iedere dag opnieuw. Al snel krijg je daarbij te maken met de wereld achter de cijfers. Als internal auditor heb ik mij verder kunnen ontwikkelen en zo kunnen bijdragen aan de verhoging van de kwaliteit van de financiële stukken en bedrijfsprocessen. Accountancy vraagt naast inzicht in financiële gegevens en processen ook veel van je communicatieve vaardigheden. De manier waarop je feiten presenteert heeft veel invloed of je boodschap ook wordt overgenomen. wat maakt dat je nu al enige tijd werkt voor de afm? Bij de AFM heb
ik tijd om inhoudelijk met mijn vak bezig te zijn. Zowel op kantoor als tijdens onderzoek bij accountantskantoren is dat nu dagelijkse kost. Samen met mijn collega’s streef ik ernaar om de kwaliteit van het vak te verbeteren. Niet om een formeel regeltje te handhaven, maar juist om te zorgen dat accountants inhoudelijk beter werk afleveren.
waar liggen volgens jou de uitdagingen? Het omhoog brengen van die
kwaliteit is onze uitdaging. Dat doen we door helder te maken waar het probleem zit. We komen in onze controles regelmatig dossiers tegen die niet voldoen aan de eisen die hieraan gesteld worden. Dat moet veranderen. De afgelopen jaren is de druk op de accountant door bijvoorbeeld lagere budgetten, maar ook de complexiteit van onderwerpen toegenomen. Denk bijvoorbeeld aan derivaten. De accountant moet manieren vinden om de kwaliteit die de maatschappij van hem verwacht te blijven leveren. Daar kunnen wij als AFM ons steentje aan bijdragen. Maar uiteindelijk moet het komen vanuit de markt en de beroepsorganisaties.” Meer lezen over werken bij de AFM? Ga naar www.afm.nl/nl/toezichthoudend-accountant
12
13
gastcolumn
verwacht
Met alle respect W
at kan de AFM doen om de samenwerking met adviseurs te verbeteren? Met deze vraag werden groepjes adviseurs aan het werk gezet. Een seminar met een heuse hashtag, want de AFM verbindt ook graag op Twitter. Verbinding is goed, maar samenwerking? Met een toezichthouder werk je niet samen. Een toezichthouder houdt toezicht, een adviseur adviseert. En als het moet communiceren de twee met elkaar. Liefst op basis van wederzijds respect. Dat een toezichthouder in voorkomende gevallen wat minder respect voor een adviseur heeft, dat kan ik mij voorstellen, maar een autoriteit toont dat natuurlijk niet. Een autoriteit hoeft niet autoritair te zijn. In elk geval niet in de primaire benadering. Daarin heeft de AFM een grote verandering ondergaan. Je zou het een charme¬offensief kunnen noemen. Dat suggereert iets tijdelijks, terwijl ik denk dat het een bewuste koerswijziging is onder het motto “met stroop vang je meer vliegen dan met azijn”. Dat moet ook weer niet te ver doorschieten, dacht ik bij ‘samenwerking’. De AFM moet niet ‘one of the guys’ (m/v) worden.
Gastcolumnist Maarten Koster is adviseur en houdt van procesoptimalisatie in financiële dienstverlening. Motto: “Vooruitdenken scheelt een heleboel nadenken.”
De communicatie verbetert merkbaar, maar hoe zit het nou met dat wederzijds respect? Van het respect van de AFM voor de adviseur blijkt steeds meer. Maar hoe is dat andersom? De AFM doet het niet snel goed. De wetgever heeft open normen gesteld en menig adviseur worstelt daarmee. Als de AFM daarom met leidraden komt, is dat weer betuttelend. Menigeen denkt dat als het anders gaat, je dan een boete krijgt bij controle. Er heerst angst en dat zou niet nodig moeten zijn, als je ook na jaren het gegeven advies tegenover je cliënt kunt verantwoorden. Ook daar heb je een dossier voor nodig. Dat was voor de Wft al zo. Die leidraden bieden nuttige houvast. Je kunt er tips uithalen. Doe je het anders, maar volgens jou net zo goed? Prima! Een beetje zelfvertrouwen is bij de adviseur die z’n vak bijhoudt wel op z’n plaats. Het bijhouden van het vak moest een goed adviseur ook altijd al. Nu ook wettelijk verplicht. Dat is goed. Het weert het type ‘adviseurs’ dat de vorige gastcolumnist Erica Verdegaal (Inzicht nr. 29 red.) bedoelde. En nodig of niet, ook het provisieverbod zal zijn nut bewijzen. Niet dat de adviseur gratis wordt, maar als ik door een aantal ook door mij niet begrepen opmerkingen van Erica Verdegaal heenkijk, zie ik advies eenvoudiger worden en dus goedkoper. In dank aanvaard door een bezuinigende overheid, blijken banken in staat eenheidsworst in eigenwoningleningen wettelijk te verankeren. Niet toevallig gevolgd door nieuwe adviestarieven van de ideegevende bank. Mijn advies, met alle respect: kijk alleen achterom om te leren en kijk daarna weer snel vooruit. Ver vooruit.
Dit overzicht biedt een kleine greep uit nieuwe wetten en regels die (gaan) gelden. Meer informatie is te vinden op de website van de AFM.
1 januari 2013
provisieverbod bepaalde financiële producten
Het provisieverbod geldt voor hypotheken, betalingsbeschermers, overlijdensrisico verzekeringen, individuele arbeidsongeschikt heidsverzekeringen, uitvaartverzekeringen, dienstverlening onder het nationaal regime en overige complexe producten.
Vanaf januari 2013
europese derivatenwetgeving (emir)
Vanaf dit jaar is de Verordening voor OTCderivaten, centrale tegenpartijen en transac tieregisters (EMIR) van kracht.
Vanaf januari 2013
bankierseed
Alle bestuurders (beleidsbepalers) en commissarissen van alle financiële onder nemingen moeten een eed of belofte afleggen. De verklaring moet schriftelijk worden afgelegd en getekend, in het bijzijn van een beleidsbepaler en een andere vertegen woordiger van de onderneming.
Vanaf juli 2013
dienstverleningsdocument
Vanaf 1 juli 2013 wordt het nieuwe dienst verleningsdocument (DVD) ingevoerd. Vanaf die datum geldt de verplichting om een gestandaardiseerd DVD aan consumenten voor te leggen.
Vanaf 22 juli 2013
aifm-richtlijn in werking
Met de AIFM-richtlijn worden eisen gesteld aan beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen.
rechtstreeks betalen financieel advies
Vanaf dit jaar betaalt de consument zijn financiële adviseur rechtstreeks voor bemiddeling en financieel advies voor de hiernaast genoemde financiële producten. De advies- en bemiddelingskosten worden niet langer opgenomen in de premie van het financiële product.
uitzonderingen
De EMIR bevat onder meer regels voor het afwikkelen van derivaten door een centrale tegenpartij. Deze strenge eisen zijn bedoeld om het wederzijdse tegenpartijrisico te be heersen. Pensioenfondsen en niet-financiële instellingen die OTC-derivaten gebruiken om het risico te beperken dat uit hun kernactiviteiten voortvloeit (commerciële hedging), zijn uitgezonderd van de regels. Meer informatie op pagina zes.
verantwoordelijk
Bedrijven zijn zelf verantwoordelijk voor de procedure rond het afleggen van de eed en moeten ervoor zorgen dat bestuurders (beleidsbepalers) en commissarissen deze afleggen (en naleven). De AFM en DNB zien erop toe of de eed of belofte ook wordt afgelegd, ondertekend en nageleefd. Meer informatie op pagina 8
inzicht
De consument heeft met dit document inzicht in de aard en reikwijdte van de aangeboden dienstverlening en de beloning die hier tegenover staat. Consumenten kunnen zo dienstverlening en prijzen van financiële adviseurs met elkaar en met die van banken en verzekeraars vergelijken.
alternatieve beleggingsinstelling
Een beheerder mag niet zonder vergunning een zo genoemde alternatieve beleggingsinstelling beheren of aanbieden aan professionele beleggers. Daarnaast geldt ook een vergunningplicht met aanvullende regels als er aangeboden wordt aan retail beleggers.
Door besluiten of wetgeving op nationaal en internationaal niveau is het mogelijk dat de tekst op het moment van publicatie niet langer actueel is. 14
15
uitgelicht
nieuwe accenten
in agenda 2013 Ook in het komend jaar stimuleert de AFM dat aanbieders van financiële producten het belang van de klant centraal stellen. En zo keren meer toezichtthema’s terug in de agenda 2013. Maar er zijn ook nieuwe accenten. De AFM besteedt dit jaar bijvoorbeeld extra aandacht aan ‘professionele’ klanten van financiële ondernemingen.
de toezichtthema’s in 2013
• Productaanbieders stellen het belang van de klant centraal • Kwaliteit van financiële dienstverlening wordt beter • Vermogensopbouwproducten en de advisering daarover worden verbeterd • Niet-retail klanten krijgen een passende dienstverlening van financiële ondernemingen • Pensioenen worden transparant en passend • De kwaliteit van governance, verslaggeving en accountantscontrole gaat omhoog • De effectenmarkten functioneren eerlijk en efficiënt en de infrastructuur blijft bestendig • Gedragstoezicht draagt bij aan stabiliteit van het financiële stelsel • Bedreigingen van de integriteit van de financiële sector worden effectief aangepakt
E
én van de principes in financiële regelgeving is dat er een verschil bestaat tussen professionele en niet-professionele retailklanten. Of het nu gaat om financiële adviezen of om beleggingsproducten, de wetgever beschermt consumenten en particuliere beleggers meer dan professionele partijen. Deze zakelijke klanten worden beter in staat geacht om voor zichzelf op te komen, luidt de redenering. Maar, professionele partijen zijn bijvoorbeeld niet per se professioneel in beleggen. Denk aan de maatschappelijke onrust die ontstond over Vestia. Deze woningcorporatie bleek zich te hebben begeven in risicovolle transacties in derivaten en kreeg te kampen met een groot liquiditeitstekort. “De huidige wet- en regelgeving gaat ervan uit dat niet-retailklanten in staat zijn de risico’s volledig te doorzien”, schrijft de AFM in de agenda 2013. “Echter, incidenten doen vermoeden dat deze aanname nader moet worden getoetst.” Het gaat dan bijvoorbeeld om semi-publieke sectoren als woningcorporaties, zorg en onderwijs. Het is ook de vraag of van het midden- en kleinbedrijf kan worden gevraagd dat zij van alle markten thuis is, ook van de financiële markt. In 2012 was er al een onderzoek van de AFM naar de controle van woningcorporaties door de vier grootste accountantsorganisaties. “De grootste vier accountantsorganisaties hebben verhoogde aandacht voor de kwaliteit van de jaarrekeningcontrole”, constateerde de AFM in december en sprak daarbij de verwachting uit “dat de accountantsorganisaties de ingezette
16 16
kwaliteitsmaatregelen ook toepassen bij andere wettelijke controles in zowel de private als publieke sector. Daarnaast vraagt de AFM aandacht voor toepassing hiervan bij controles binnen andere publieke en semi-publieke sectoren, zoals bij de controles van onderwijs- en zorginstellingen.” Uit de plannen blijkt dat de AFM dit jaar een algemene analyse publiceert van de dienstverlening aan bepaalde professionele klanten. Dit moet ook een antwoord geven op de vraag welke rol zij zelf zou kunnen of moeten vervullen in dit deel van de markt. Er zijn daarbij verschillende invalshoeken mogelijk. De AFM houdt bijvoorbeeld toezicht op accountantsorganisaties, die (wettelijke) controles verrichten, ook in de semi-publieke sector. Ook wordt gekeken naar de rol van banken die producten aanbieden, en van adviseurs die professionele partijen terzijde staan.
stabiliteit
In de agenda voor 2013 valt ook het woord ‘stabiliteit’. De AFM krijgt daarover af en toe de vraag of dat niet veel meer op het terrein van de Nederlandsche Bank ligt. De AFM is toch een gedrags- en niet een prudentiele toezichthouder? De AFM is ervan overtuigd dat juist gedragsaspecten hierbij niet vergeten moeten worden. “Gedragstoezicht draagt bij aan stabiliteit van het financiele stelsel”, luidt de titel van een thema in 2013. Het thema spitst zich onder meer toe op het functioneren van wholesale markten, waaronder die voor derivaten en gestructureerde producten. Ook heeft de AFM in dit verband aandacht voor het zogenaamde schaduwbankieren en securities lending, het uitlenen van effecten.
uit van dit samenwerkingsverband, dat zich richt op de stabiliteit van het financiële stelsel en de daarvoor relevante macro-economische ontwikkelingen
risico’s
De Agenda 2013, waarin ook de begroting is opgenomen, telt in totaal negen toezichtthema’s. De thema’s komen voort uit een analyse van risico’s en problemen. De plannen zijn aangepast naar aanleiding van marktontwikkelingen en ervaringen. Ook is de ordening wat veranderd. Zo worden vraagstukken rond ondernemingsbestuur, accountancy en jaarverslaggeving nu samengebracht in een thema. De ministers van Financiën en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben ingestemd met de begroting van de AFM. De plannen zijn ook besproken met het Adviserend Panel van de AFM, dat bestaat uit vertegenwoordigende organisaties. Nieuw was dat in september al een voorlopige versie van de plannen werd gepubliceerd. Via Twitter en e-mail kwamen toen verschillende opmerkingen binnen. Die zijn gebruikt bij het vaststellen van de definitieve plannen. Zo werd gesuggereerd betrokken consumenten te informeren als het aan hen gegeven advies niet aan de wettelijke eisen blijkt te hebben voldaan. De AFM onderzoekt dit jaar of aan deze wens tegemoet kan worden gekomen.
Het is de bedoeling dat de wettelijke taakopdracht van de AFM wordt aangepast, zodat wettelijk is vastgelegd dat ook gedragstoezicht hoort bij te dragen aan de bevordering van financiële stabiliteit. De AFM werkt binnen het model van Twin Peaks nauw samen met DNB. Ook neemt zij deel aan het onlangs opgerichte financieel stabiliteitscomité. Behalve AFM en DNB maakt ook het ministerie van Financiën onderdeel Geïnteresseerd in de Agenda 2013? Ga naar www.afm.nl/agenda2013
17 17
internationaal
selectie
AFM-bestuurslid Theodor Kockelkoren tijdens de uitreiking van Financieel Product van 2012, over producten toezicht. “Toezicht op productontwikkeling stelt ons in staat om sneller een probleem met minder inspanning onschadelijk te maken. Immers, in plaats van in te grijpen nadat matige of slechte adviezen aan consumenten gegeven zijn, kunnen we ingrijpen als een slecht of matig product op de markt is verschenen.”
H
“Grote ondernemingen hebben vaak met wel vijf of zes toezichthouders te maken.”
et toezicht in de Verenigde Staten heeft veel weg van een bont gekleurde lappendeken. De Amerikanen hebben het financiële toezicht namelijk, anders dan in Nederland, opgedeeld per sector en sub-sector. De VS kennen bijvoorbeeld meerdere organisaties die toezicht houden op de verschillende onderdelen van banken. Dat zijn onder andere de Federal Reserve, de Federal Deposit Insurance Company en de Office of the Comptroller of the Currency, een toezichthouder voor de futures en opties (de Commodities Futures Trading Commission), een toezichthouder die opkomt voor consumenten (de Consumer Financial Protection Bureau), een organisatie voor toezicht op municipal bonds (de Municipal Securities Rulemaking Board) en een toezichthouder voor de brokers en dealers (FINRA). Vooral grote ondernemingen, zoals investment banks of bank holding companies, hebben vaak met wel vijf of zes toezichthouders te maken.
statelijk en federaal
verkleving
“Verkleving is het fenomeen dat een toezichthouder langzamerhand de wereld door de ogen gaat zien van de populatie waar hij toezicht op houdt. Het is een welhaast natuurlijk fenomeen. Toezichthouders hebben continu veel contact met de ‘onder toezicht staande instellingen’. Zij hebben typisch veel minder vaak direct contact met de belanghebbenden die bij uitstek baat hebben bij effectief toezicht, zoals de gewone burger. Zodoende lopen ze het gevaar in de voortdurende gevoerde gesprekken met de instellingen steeds een stukje op te schuiven naar het wereldbeeld van de sector. Het is bij uitstek een voorbeeld van een risico dat zich langzaam opdringt. Als de toezichthouder er niet alert op is, loopt het met hem af zoals met de kikker in de steeds warmer wordende pan met water.” AFM-bestuurslid Theodor Kockelkoren, op het Banking & Finance Risk Congres.
AFM-bestuurslid Harman Korte tijdens het jubileumcongres van de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet (NVVK). “Onderzoek wijst uit dat de mythe dat je pensioen 70% van je laatstverdiende brutoloon zal bedragen hardnekkig is. En dat terwijl we in het regeerakkoord lezen dat 70% van het gemiddeld verdiende brutoloon de algemeen aanvaarde maatschappelijke norm is. Deskundigen onder ons weten hoe groot het verschil kan worden tussen de mythe en deze norm, vooral als de indexatie van de pensioenaanspraken in de opbouwfase onvolledig is.”
In Amerika is er naast het toezicht per sector ook nog de ver deling tussen statelijk en federaal toezicht. Grofweg kijken de afzonderlijke staten naar de verzekeraars terwijl de federale overheid de futures en opties in de gaten houdt. Voor de effectenindustrie en (het toezicht op) de banken is er echter een mix van statelijk en federaal toezicht.
Toezicht in
Amerika regels, formulieren en bureaucratie
“De Verenigde Staten zijn een samenleving waar veel wordt geregistreerd.”
De Verenigde Staten zijn een samenleving waar veel wordt geregistreerd. Dit geldt zeker ook voor financiële ondernemingen en de personen werkzaam bij deze ondernemingen. Voor een broker/dealer geldt bijvoorbeeld dat zijn onderneming zich moet registreren bij de toezichthouder. Iedere onderneming heeft zijn eigen CRD (registratie) nummer waar alle mogelijke gegevens aan gekoppeld zijn. Denk bijvoorbeeld aan het soort producten dat een onderneming voert, welk segment klanten wordt bediend en welke individuele broker/dealers, de Registered Representatives (RR’s), bij de onderneming werken.
eén druk op de knop
Daarnaast moeten alle RR’s, maar bijvoorbeeld ook investment advisors, zich in de VS registreren. Met een druk op de knop weet de toezichthouder waar een RR of adviseur werkt of heeft gewerkt. Ook is inzichtelijk welke verplichte examens een adviseur heeft gehaald, of hij onder verhoogd toezicht staat en of hij ooit een overtreding heeft begaan. Het Amerikaanse register is ook toegankelijk voor consumenten – via de zogenaamde BrokerCheck of de Investment Advisor Public Disclosure.
18 18
19
Rabobank en AFM over productontwikkeling
Rudi Kleijwegt is Directeur Toezicht bij Rabobank.
“B
Twee vragen
• Wat vindt u belangrijke
randvoorwaarden voor goede productontwikkelings processen?
• Hoe zou de AFM toezicht
moeten houden?
ij de Rabobank hebben we sinds 2004 productgoedkeuringscommissies. Het proces van productontwikkeling en de goedkeuring ontwikkelt zich nog steeds. Behalve eigen financiële producten, gaan ook producten van derden door het goedkeuringsproces. Inmiddels ook zakelijke producten en niet-financiële producten. Belangrijk is het assortimentsbeleid. Een product kan wel goed werken, maar vinden we het ook passend voor de Rabobank? Willen we een product wel voeren? Ook is het belangrijk om producten te durven schrappen, bijvoorbeeld wanneer ze te complex blijken en de doelgroep de risico’s ervan onvoldoende kan overzien. Voor goede productontwikkeling heb je mensen nodig vanuit meerdere disciplines. Klantinzicht, productkennis, systeemkennis, juristen, risicomanagement, compliance. De diversiteit draagt bij aan de kwaliteit. Een helder normenkader is een randvoorwaarde. Daarmee kun je gestructureerd een vast aantal aspecten in ieder geval de revue laten passeren en zie je niets over het hoofd. Productontwikkeling is namelijk een veel moeilijker sport dan het lijkt. Bij de Rabobank start de productontwikkeling bij het belang van de klant. Niet omdat dat van de AFM moet, maar omdat dat hoort bij onze kernwaardes. Dat lijkt eenvoudig, maar strak redeneren vanuit klantbelang centraal geeft ons nu weer scherpere inzichten dan, zeg, twee jaar geleden.”
proces gaan we na of het product van de introductie tot de uitfasering goed is voor de klant. Op dit moment hebben we de regel dat elk product minimaal eens in de twee jaar aan een evaluatie wordt onderworpen en vervolgens weer door de productgoedkeuring moet. Ook bij de evaluatie kijken we vanuit meerdere disciplines naar de werking van het product in de huidige omstandigheden, naar de doelgroep, de communicatie naar de klant enzovoort. We werken nu aan een aanpak die meer risicogericht is. Dat betekent dat bepaalde producten vaker door de molen gaan en andere minder vaak, mede op basis van signalen van klanten of op basis van veranderende omstandigheden.”
toezicht “Het belangrijkste is dat de
processen leiden tot goede producten. Als de AFM op basis van eigen constatering of door klachten twijfelt of een product of de informatie erover wel in het belang van de klant is, dan moet ze daarover aan degene die het product aanbiedt scherpe vragen stellen. Voor het toezicht vind ik van belang dat niet alleen gekeken worden naar het proces, maar ook naar de uitkomst van het proces, het product. The proof of the pudding is in the eating.”
evaluatie “Een goed product voldoet aan een klantbehoefte die verder reikt dan de korte termijn. In het goedkeurings-
perspectief
“productontwikkeling is 20
moeilijker dan het lijkt.” “The proof of the pudding is in the eating.”
21
AFM en Rabobank over productontwikkeling
Michiel Denkers is Hoofd Toezichtgroepen Financiële Ondernemingen.
“I
Twee vragen
• Wat vind jij belangrijke
randvoorwaarden voor goede productontwikkelings processen?
• Hoe gaat de AFM hierop
toezicht houden?
toezicht De AFM houdt vanaf 1 januari 2013 toezicht op de kwaliteit van producten en productontwikkelings processen.
k vind het belangrijk dat alle medewerkers die betrokken zijn bij productontwikkelingsprocessen kritisch durven te zijn op de producten die zij ontwikkelen, goedkeuren en evalueren. Het inzetten van discussiesessies vanuit verschillende disciplines, het stellen van open vragen en een duidelijk normenkader kunnen hierbij helpen. Om het normenkader goed aan te laten sluiten op de eigen praktijk en om het zelfkritisch vermogen te stimuleren, is het in mijn ogen essentieel dat aanbieders hun eigen normenkader ontwikkelen. Daarbij is het natuurlijk belangrijk dat dit past binnen de nieuwe wettelijke norm (artikel 32 BGfo nieuw). Om ook het belang van de klant goed mee te kunnen wegen tijdens de productontwikkelingsprocessen is het belangrijk om te waarborgen dat de relevante scenario’s voor het product (met al haar kenmerken) goed worden getest. En dat het product en de uitkomsten van uitgevoerde scenarioanalyses worden vergeleken met andere productoplossingen die in een soortgelijke klantbehoefte voorzien. Bij veel producten moet de werking van het product gesimuleerd worden om een goede inschatting te kunnen maken van de kansen op de uitkomsten in verschillende scenario’s. Het zorgen voor een tijdige evaluatie van producten is ook belangrijk. Dit kan door per product een inschatting te maken van de benodigde frequentie voor evaluatie, in combinatie met het signaleren van aanleidingen voor een vervroegde evaluatie. Zo kunnen er ontwikkelingen zijn die sterk doorwerken op de prestaties van het product. Ook een substantiële aanpassing
van een product kan aanleiding zijn. Als een aanpassing aan een product de werking van het product wezenlijk verandert, moet bovendien vastgesteld worden of het product nog past bij de oorspronkelijke doelgroep. De doelstelling bij het toezicht van de AFM is dat retailklanten (inclusief retailbeleggers) erop kunnen vertrouwen dat de producten die ze aangeboden krijgen goede producten zijn. Daar bedoel ik mee, dat een product begrijpelijk is, waar voor z’n geld biedt, voorziet in een gefundeerde behoefte van de doelgroep en doet wat het belooft. Belangrijke randvoorwaarde om deze doelstelling te realiseren is dat bij productontwikkelingsprocessen op een evenwichtige manier rekening wordt gehouden met de belangen van de klant. Ons toezicht zal erop gericht zijn het zelfkritisch vermogen van productaanbieders met betrekking tot hun producten en productontwikkelingsprocessen te toetsen en waar nodig te bevorderen. Productaffaires kunnen daarmee worden voorkomen. Net als nu blijven wij in gesprek met de markt. We blijven DNB ook betrekken. Wij gaan ons toezicht risicogeoriënteerd aanpakken. We maken voortdurend een inschatting van de mogelijke problemen op het gebied van productontwikkeling en producten. Hierbij richten wij onze analyses en interventies op de belangrijkste en meest urgente problemen. Wij grijpen in als blijkt dat de uitkomst van de processen (dus de kwaliteit van producten) onvoldoende is of als duidelijk wordt dat het proces dusdanig slecht is dat het niet stelselmatig tot goede uitkomsten kan leiden.”
“durf kritisch te zijn.”
perspectief
“Het is essentieel een eigen normenkader te ontwikkelen.”
22
23
monitor
beter en sneller
self-assessment adviseurs en bemiddelaars
Meer dan 7000 financiële dienstverleners vulden eind 2012 een
vragenlijst in over hun werkzaamheden: het self-assessment. In totaal heeft meer dan 96% van de ondernemingen de vragenlijst op tijd ingevuld. De AFM heeft de vragenlijst grondig herzien en verschillende vragen anders of niet meer gesteld. Uit de reacties op voorgaande self-assessments bleek dat ondernemingen om uiteenlopende redenen problemen hadden met het invullen van de vragenlijst. Bijvoorbeeld door het ontbreken van antwoordopties, of door niet te beschikken over de gevraagde informatie. Ook was niet altijd duidelijk waarom bepaalde vragen gesteld werden. Uit de reacties blijkt dat de vragenlijst – in vergelijking met het voorgaande jaar – beter werd beoordeeld.
minder tijd
Ook dit jaar pakken we nog een aantal punten op. Zo blijkt uit het selfassessment van 2012 dat sommige financiële dienstverleners nog steeds meer dan tien uur nodig hebben om het self-assessment in te vullen. In 2013 streven we ernaar deze groep te verkleinen. Maar we willen de vragenlijst zo min mogelijk veranderen. Hierdoor kunnen ondernemingen zich voor dit jaar voorbereiden op het selfassessment en gedurende het hele jaar informatie verzamelen. Om dit verder te ondersteunen blijft ook de printversie van 2012 op de website staan. We verduidelijken wel die vragen die in 2012 tot onduidelijkheid hebben geleid en schrappen vragen die vanaf dit jaar niet meer relevant zijn.
self-assessment
Het self-assessment is een toezichtinstrument van de AFM. Met de informatie die financiële dienstverleners verstrekken krijgt de AFM beter inzicht in de problemen en risico’s die zich voordoen in de markt. Hierdoor kunnen wij gerichter toezicht houden en kunnen ondernemingen beoordelen of ze aan verschillende eisen voldoen.
feedback
Uit de reacties van voorgaande jaren blijkt dat verschillende types financiële dienstverlener - bijvoorbeeld volmachtkantoren of leadgeneratoren – zich niet altijd even goed kunnen herkennen in de vragenlijst. Daarom hebben we de vragenlijst zelf ook getoetst onder financiële dienstverleners. Op basis van hun feedback hebben we de vragenlijst verder aangepast. Ook in 2013 zullen we onder een aantal financiële dienstverleners de vragenlijst toetsen. Deelname aan deze pretest is vrijwillig.
6
e
week
moeilijk?
7000 self-assessments
Meer dan 7000 financiële dienstverleners vulden het self-assessement in. 95,8% vulde het op tijd in, 3,9% te laat en 0,2% niet.
24
tijdsbesteding
Het kostte 40% van de financiële dienstverleners zo’n twee uur, 43% tweeënhalf tot vijf uur, 13% vijf tot tien uur en 3% was er meer dan tien uur mee bezig.
Bijna een kwart van de financiële dienstverleners beoordeelden het self-assessement als makkelijker in vergelijking met vorig jaar. 62% gaf aan het even makkelijk tot moeilijk te vinden, 7% vond het moeilijker, 2% had het vorig jaar niet ingevuld en 5% gaf aan er geen mening over te hebben.
piek
Van de financiële dienstverleners vulden de meesten het self-assessement vooral in de zesde week in.
25
werkwijze
shut up
put up or
aankondiging overname
Kraft Foods Inc. (Kraft) maakt bekend dat het Cadbury Plc (Cadbury) wil overnemen voor £10.2 miljard. 22 september 2009:
nemen bij een overname. Dit verplicht een potentiële
Cadbury verzoekt het Takeover Panel tot het opleggen van een put up or shut up-deadline.
(put-up), of zich terug te trekken (shut-up). Hoe werkt deze regeling?
E
en overname is een ingrijpende gebeurtenis voor een beursgenoteerde onderneming. Het bestuur zal adviseurs inhuren, de koers schiet doorgaans omhoog en er ontstaan bij klanten, beleggers en werknemers veel vragen over het bod. Voor een onderneming is het dan niet langer ‘business as usual’. De AFM houdt toezicht op transparantie en het ordelijk proces tijdens de overname van in Nederland tot de handel toegelaten ondernemingen.
in de media wordt altijd veel aandacht besteed aan de overname van
(grote) beursgenoteerde bedrijven. Deze overnames kunnen de (financiële) media maandenlang beheersen. Een belangrijk beginsel in de Europese overnamewetgeving is dan ook dat een uitgevende instelling door een overname niet langer dan noodzakelijk gestoord wordt in de normale bedrijfsvoering.
om te voorkomen dat lang onduidelijkheid bestaat over de intenties
van een potentiële bieder kan de AFM sinds 1 juli 2012 een put up or shut up-besluit nemen. In het Verenigd Koninkrijk heeft het Takeover Panel, de toezichthouder op overnamebiedingen, deze mogelijkheid al langer. De AFM neemt zo’n besluit op verzoek van de potentiële doelvennootschap (de potentiële overnamekandidaat). Voorwaarde is dat de potentiële bieder informatie openbaar heeft gemaakt waaruit de indruk kan ontstaan dat een bod wordt voorbereid. Daarnaast moet de potentiële doelvennootschap aantonen dat zij nadelige gevolgen ondervindt van het uitblijven van duidelijkheid over de intenties van de potentiële bieder. Deze nadelige gevolgen kunnen bijvoorbeeld bestaan uit een belemmering van de normale bedrijfsvoering, of bepaalde koersontwikkelingen (hoger volume en hogere volatiliteit).
als de afm een put up or shut up-besluit neemt moet de potentiële
bieder aan een aantal verplichtingen voldoen. Ten eerste moet de potentiële bieder zo snel mogelijk de markt op de hoogte stellen van de ontvangst van het besluit van de AFM. Daarnaast moet hij binnen zes weken een openbaar bod aankondigen of afzien van een openbaar bod. Als de potentiële bieder afziet van het aankondigen van een openbaar bod dan mag hij minstens zes maanden lang geen nieuw openbaar bod op dezelfde onderneming aankondigen. Een zes maanden durende ‘shut up’ periode. Door middel van een put up or shut up-besluit kan de AFM ervoor zorgen dat duidelijkheid gecreëerd wordt in de markt.
26
7 september 2009:
De AFM kan sinds kort een put up or shut up-besluit bieder op een bepaald moment een bod te doen
“De AFM kan door de put up or shut up-regel, duidelijkheid scheppen in de markt.”
Deze buitenlandse casus illustreert de werking van een put up or shut up-regel in de praktijk.
Logboek De, in eerste instantie, vijandige overname van het Engelse Cadbury door het Amerikaanse Kraft heeft in Engeland voor veel ophef gezorgd.
put up or shut up
30 september 2009
bod of niet?
Het Takeover Panel geeft Kraft tot 9 november de tijd om formeel een bod uit te brengen of af te zien van een bod op Cadbury. 9 november 2009
vijandig bod
Kraft brengt een vijandig bod uit op Cadbury. 18 november 2009
meer bieders
Ferrero International SA (Ferrero) en The Hershey Company (Hershey) maken bekend dat zij een (gezamenlijk) bod overwegen op Cadbury. 19 januari 2010
wederom put up or shut up
Het Takeover Panel geeft Ferrero en Hershey tot 25 januari de tijd om formeel een bod uit te brengen of af te zien van een bod op Cadbury. 19 januari 2010
overeenstemming
Cadbury en Kraft bereiken overeenstemming over een overname die Cadbury waardeert op £11.6 miljard. 22 januari 2010
hershey geen bod
Hershey maakt bekend af te zien van een bod op Cadbury.
Tijdens de overname van Cadbury heeft het Takeover Panel meerdere keren partijen verplicht om duidelijk heid te verschaffen over hun intenties. Ook de AFM kan, weliswaar alleen op verzoek van de doelvennootschap, meerdere potentiële bieders verplichten om duidelijk heid te verschaffen. De put up or shut up-regel zorgt ervoor dat potentiële bieders op enig moment verplicht worden een bod te doen (put-up) of zich terug te trekken (shut-up). De AFM heeft informatie over deze regeling gepubliceerd in haar nieuwsbrieven. Kijk op www.afm.nl/professionals, bij publicaties.
25 januari 2010
ferrero geen bod
Ferrero maakt bekend af te zien van een bod op Cadbury.
Ga voor meer informatie naar www.afm.nl 27
best practice
beloning op basis van fixed fee blijft groeien volgens de consumenten.
Bemiddelaars, adviseurs, aanbieders en de AFM gebruikten het jaar 2012
60
om zich voor te bereiden op de komst van het provisieverbod. Het is een
50
grote verandering voor de markt. De op de tekentafel ontworpen ideeën
40
worden dit jaar verder in praktijk gebracht.
30
Op basis van provisie
20
Fixed fee
10
De stap naar een nieuw
businessmodel D
e nieuwe regelgeving behelst méér dan het sturen van een factuur naar de klant. De markt moet op zoek naar een ander businessmodel. “We moeten onze toegevoegde waarde tonen en onszelf en onze adviezen verkopen”, zo omschreven financiële dienstverleners de verandering in de gesprekken met de AFM het afgelopen najaar. “Het vraagt een andere klantbenadering en een omslag in denken”, was ook een veelgehoord geluid. Het vinden en onder de knie krijgen van die klantbenadering vergt de nodige tijd en inspanning van adviseurs en bemiddelaars. Ook in 2013. Hoe ga je als adviseur om met deze veranderingen richting de klant? Op LinkedIn, in de groep AFM Marktdiscussies, opperden marktpartijen verschillende ideeën. Een kleine greep uit deze tips: geef klanten uitleg over de eigen werkwijze, bijvoorbeeld in een nieuwsbrief; leg in persoonlijke gesprekken met (potentiële) klanten uit wat er verandert in het verdienmodel en wees direct duidelijk over de toegevoegde waarde van de aangeboden dienstverlening. Geef bijvoorbeeld ook aan wat de klant zelf kan doen, of wat je niet doet voor de klant.
praktische zaken belicht
Daarnaast vergt het op ‘fee’-basis werken ook een aantal praktische aanpassingen in de bedrijfsvoering. In de VVP-special van november 2012 over directe beloning is een aantal belangrijke praktische zaken belicht, bijvoorbeeld over een betaaladministratie en fiscaliteit. Daarmee is deze special een nuttig naslagwerk. 28
0
Gratis Najaar 2009
Voorjaar 2010
Najaar Voorjaar Najaar Voorjaar Najaar 2012 2011 2010 2012 2011
Weet niet
Uit de AFM-consumentenmonitor hypotheken van het najaar 2012 blijkt volgens de consument dat meer dan de helft van de ondervraagde hypotheeksluiters bij een assurantie-persoon of hypotheekwinkel de adviseur beloont op basis van een afgesproken bedrag. Ongeveer een kwart werd nog beloond op basis van een provisie. Dit voorbeeld laat zien dat de verandering volgens de consument al ingezet is en er een markt voor advies op feebasis is.
kennis en ervaring
Alle partijen staan voor de uitdaging om de veranderingen succesvol te laten zijn. De aanwezige kennis en ervaring in de markt kunnen bruikbaar zijn voor andere financiële dienstverleners in het maken van de omslag naar een ander businessmodel. Begin 2013 organiseert de AFM een tweede bijeenkomst met financiële dienstverleners om in gesprek te gaan over de marktontwikkelingen en de onderlinge relatie.
Meer weten over het provisieverbod? Ga naar de themapagina: www.afm.nl/nl/professionals/afm-voor/adviseurs-bemiddelaars/ provisieverbod. Meer weten over de consumentenmonitor? Ga naar: www.afm.nl/nl/professionals/afmactueel/rapporten. 29
in contact
Interpretaties over informatieverstrekking
2 november
Nu alle financiële bijsluiters op één plaats bit.ly/YcCE9p Direct naar FB-register via bit.ly/VHujqi
de afm krijgt vaak vragen over de wettelijke normen voor het verstrekken van informatie door financiële marktpartijen. Dit geldt vooral voor de termen correct, duidelijk en niet-misleidend, zoals die in de Wet op het financieel toezicht (Wft) staan. Ook over relevante kenmerken, waarover consumenten volgens de wet voorafgaand aan of tijdens de looptijd informatie moeten krijgen, ontvangt de AFM geregeld vragen.
in de afgelopen jaren heeft de AFM deze normen geïnterpreteerd. Deze interpretaties zijn al in de praktijk toegepast, bijvoorbeeld in individuele dossiers of in projecten waar meerdere partijen bij betrokken waren. Door deze interpretaties te verzamelen en te bundelen in het document ‘Beleids regel informatieverstrekking’, willen we de markt hier meer inzicht in geven en daarmee helpen te voldoen aan de regelgeving.
Ook meedenken over informatieverstrekking? Kijk voor het document ‘Beleidsregel informatie verstrekking’ op de website van de AFM.
6 december
Veel onduidelijkheid bij beleggers over betekenis AFM goedgekeurd prospectus ow.ly/fSne
12 december
AFM en Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV) sluiten convenant om kennis te delen bit. ly/SQ3UHW #woningcorporaties
18 december
“Nieuw! Provisieverbod en producten toezicht!” Speech van Theodor Kockelkoren bij uitreiking Financieel Product 2012 bit.ly/VOOPVH
de afm wil de interpretaties eerst graag breed in de markt consulteren. We nodigen u daarom uit om uw eventuele voorstel tot verbetering voor 15 februari 2013 te mailen naar
[email protected], onder vermelding van ‘voorstel tot verbetering beleidsregel informatie verstrekking’. Nadat de verbeteringen zijn doorgevoerd publiceert de AFM de beleidsregel definitief op de website. Vervolgens volgt er periodiek een update.
20 december
Europese Commissie publiceert nadere uitwerkingsregels van AIFM-richtlijn. ESMA start twee consulaties bit.ly/VSma1v
21 december
27 december
IFIAR publiceert eerste internationaal overzicht bevindingen van toezichthouders op accountantsorganisaties bit.ly/T44MfD
Consultatie ESMA en IOSCO over kredietbeoordelaars (CRAs) bit.ly/W6FJ6P
Volg de AFM via twitter.com/autoriteitfm 13 februari
17 april
Kennismakingsdag met de AFM en het toezicht voor bijna afgestudeerden.
AFM-bestuurslid Harman Korte geeft college over gedragstoezicht voor financiële instellingen en de rol van AFM.
inhousedag afm
agenda
april
februari 8 februari
Begin april
AFM-bestuurslid Gerben Everts neemt deel in een paneldiscussie ‘De toekomst van het financieel recht’.
De AFM publiceert haar digitale jaarverslag over het afgelopen jaar.
ifr symposium
30
college vrije universiteit
jaarverslag 2012
31
nieuwe accenten
Wat zijn de toezichtthema’s van de AFM voor 2013? In de agenda 2013 presenteert de AFM haar plannen voor dit jaar. Op basis van strategische doelstellingen en waargenomen externe ontwikkelingen komt de AFM tot negen toezichtthema’s. Deze negen thema’s beschrijven de belangrijkste problemen en risico’s voor het toezicht voor 2013. Meer lezen? Ga naar www.afm.nl/agenda2013
Autoriteit Financiële Markten | Postbus 11723 | 1001 GS Amsterdam | t 020 797 20 00 | f 020 797 38 00 | www.afm.nl 32