Algemeen bestuur Concept verslag 3 juli 2015 1.
Convenant bluswatervoorziening Mevrouw Zwart, directeur van het Waterbedrijf Groningen, geeft uitleg over de taak en functie van het Waterbedrijf Groningen en wat het Waterbedrijf Groningen en de veiligheidsregio Groningen voor elkaar kunnen betekenen. Mevrouw Zwart spreekt uit te vertrouwen op een goede samenwerking. Aansluitend wordt het geactualiseerde bluswatervoorzieningsconvenant ondertekend. Het algemeen bestuur besluit: 1. kennis te nemen van de geactualiseerde versie van de Overeenkomst levering bluswater; 2. de Overeenkomst levering bluswater vast te stellen; 3. de Overeenkomst levering bluswater te ondertekenen (burgemeester Den Oudsten namens de veiligheidsregio en namens de gemeenten).
2.
Opening / vaststelling agenda De voorzitter opent de vergadering en heet de heer Van Veen welkom die voor het eerst de vergadering van het algemeen bestuur bijwoont. Afwezigen zijn mevrouw Pot, de heer Munniksma, de heer Wiersma, de heer Ter Harmsel en de heer Knoop.
3.
Concept verslag 10 april en besluitenlijst 13 mei 2015 Het verslag wordt conform vastgesteld.
4.
Mededelingen en actualiteiten Geen mededelingen en actualiteiten.
5.
Verordening auditcommissie De verordening auditcommissie wordt conform vastgesteld. Het algemeen bestuur besluit: 1. de verordening op de auditcommissie vast te stellen; 2. Mevrouw Van Beek, mevrouw Galama en de heer Wiersma te benoemen als leden van de auditcommissie.
6.
Ontwikkeling BON De heer van de Nadort licht toe dat de BON mensen opleidt en geoefend houdt, een taak van de veiligheidsregio. De BON is, na in zwaar weer gezeten te hebben, op dit moment financieel gezond en kan zijn rekeningen betalen. Daarmee kan de oude situatie van de BON volgens de stuurgroep worden afgesloten en de leningen aan de veiligheidsregio worden terugbetaald. De heer Kosmeijer geeft aan dat eerder door de veiligheidsregio is besloten om de terugbetaling van de lening achterwege te laten voor de transitiekosten, maar dat er omwille van de wens om de oude situatie af te sluiten nu een ander voorstel ligt. De heer van de Nadort meldt dat er wordt gewerkt aan de vakbekwaamheidsorganisatie in Noord-Nederland en dat dit juridisch en financieel verder uitgewerkt moet worden. De stuurgroep doet nu wel het voorstel om burgemeesters uit het BON bestuur te halen en de BON onder aansturing van de drie regionale brandweercommandanten te laten vallen. Mevrouw Snijder verzoekt om een organogram zodat de verschuiving die nu plaatsvindt zichtbaar wordt en is van mening dat de drie regionale commandanten niet op persoonlijke titel zitting moeten nemen in het BON bestuur. De heer van de Nadort antwoordt dat de notitie op dat punt inderdaad niet juist is: de regionale commandanten nemen op basis van functionele titel zitting in het bestuur en niet op persoonlijke titel. De voorzitter verzoekt om dat bij het besluit op te nemen. De heer Kosmeijer stelt voor om de BON regelmatig op de agenda van het algemeen bestuur terug te laten komen. De heer van de Nadort antwoordt dat de BON in de nieuwe situatie onderdeel is van de bedrijfsvoering van Veiligheidsregio Groningen waardoor de BON in ieder geval in de begroting en de jaarstukken terugkomt. Mevrouw Van Beek vraagt naar de omvang en verdeling van de transitiekosten van de BON. De heer van de Nadort antwoordt hierop dat dit nog niet duidelijk is en 1
afhankelijk is van het vervolgtraject. Wel is duidelijk dat de kosten met de BON en de drie veiligheidsregio’s moeten worden gedeeld. Er zal echter geen geld worden uitgegeven zonder bestuurlijk fiat. Mevrouw Van Beek vraagt zich af hoe vrij het algemeen bestuur nog is als er met dit voorstel akkoord wordt gegaan. De voorzitter antwoordt dat het vervolgtraject weer ter besluitvorming aan het bestuur zal worden voorgelegd. De kosten moeten zo laag mogelijk gehouden worden. Het algemeen bestuur besluit: 1. in te stemmen met de vernieuwing van de vakbekwaamheidsorganisatie Noord-Nederland onder de aansturing van de drie regionaal commandanten brandweer; Daarbij nemen de commandanten op functionele titel deel aan het bestuur; 2. gezamenlijk eventuele transitiekosten samenhangend met beslispunt 1 te dragen; 3. in te stemmen met de vereenvoudiging van de juridische structuur van de BON Holding; 4. in te stemmen met de aflossingen van de leningen door de BON. 7.
LMO De heer Michels geeft aan dat nog niet bekend is welk effect de problemen met de reorganisatie van de Nationale Politie op het traject van de LMO heeft. Mogelijk loopt de LMO forse vertraging op. De bezorgdheid die het bestuur eerder heeft uitgesproken ten aanzien van de LMO is ook weer terug te lezen in de reactie op de stukken die nu ter consultatie zijn aangeboden. De heer Bakker ziet graag de kanttekeningen bij dit traject wat stelliger in de brief verwoord aangezien de zorgpunten niet zijn weggenomen. De heer van Zuidam meldt dat er landelijk een rompnotitie is geschreven dat als basis heeft gediend voor een gezamenlijke brief vanuit de drie noordelijke veiligheidsregio’s. In deze brief zijn de zorgen voor de meldkamer geuit. De voorzitter verzoekt de zorgen van Veiligheidsregio Groningen in de brief aan het Veiligheidsberaad nog wat nadrukkelijker te verwoorden. Met die toevoeging wordt ingestemd met de brief. Het algemeen bestuur besluit: 1. in te stemmen met de concept reactie op de regionale consultatie LMO documenten; 2. het aanwijzen van het directieberaad MkNN en het Samenwerkingsbestuur MkNN als regionale stuurgroep tijdens de transitie LMO.
8.a
Jaarrekening De jaarrekening wordt conform vastgesteld. Het algemeen bestuur besluit: 1. het jaarverslag en de jaarrekening VRG 2014 (inclusief resultaatbestemming) vast te stellen; 2. het accountantsrapport ter kennisgeving aan te nemen.
8.b
Begroting De heer Swart geeft aan dat het merendeel van de gemeenteraden hun zienswijze heeft ingediend. De heer Rodenboog meldt dat de raad van Loppersum niet instemt met de begroting en een bezuinigingstaakstelling van 10 procent voorstelt. De heer Hoekstra mist de zienswijze van de gemeente Leek in het overzicht. Leek heeft aangegeven een betere inventarisatie van de risico’s en omvang van het weerstandsvermogen te willen zien. Mevrouw Galama vraagt waarom de opleidingskosten niet in de begroting zijn opgenomen. Daarnaast verzoekt mevrouw Galama om de paraatheid op de agenda te zetten zodat zichtbaar wordt hoe de regio ervoor staat. Mevrouw Snijder doet de suggestie om de opmerking van de raden ook mee te nemen bij het opmaken van de begroting van 2017. De heer Swierstra geeft aan dat zijn raad geen zienswijze zal indienen. De heer Swart verteld dat er bij de harmonisering in 2014 bewust voor is gekozen om de opleidingskosten niet in de begroting van de veiligheidsregio op te nemen maar via de gemeenten te laten verlopen. Daarbij zal dit jaar inzichtelijk moeten worden gemaakt waar het nu precies over gaat zodat er in de toekomst wellicht een andere keuze kan worden gemaakt. Ten aanzien van het weerstandsvermogen en de risico’s geeft de heer Swart aan dat is afgesproken om in de bestuursvergadering van oktober hier op terug te komen. De risico’s zullen verder worden geanalyseerd en er wordt gekeken waar we financieel gezien staan. Over het ontbreken van de reactie van Leek vraagt de voorzitter of het beeld van de zienswijzen wel compleet is.
2
Mevrouw Bos antwoordt daarop dat tot het laatste moment is gekeken naar de binnengekomen reacties. In enkele gevallen is aan de hand van raadsvoorstellen gekeken wat de zienswijze zal zijn. Daarin zijn alle gemeenten meegenomen. De voorzitter ziet de reactie van de gemeente Loppersum als een serieus signaal in hoeverre de veiligheidsregio gedragen wordt door de aangesloten gemeenten. Het dagelijks bestuur kan desgewenst met de gemeente Loppersum in gesprek gaan om in de toekomst het draagvlak te vergroten en de kritiek vanuit die gemeente serieus mee te wegen. De voorzitter wil daar een inspanning voor verrichten. De heer van Zuidam geeft aan dat als het gaat om het jaarplan van 2016 vanaf de tweede helft van het jaar alle gemeenten worden bevraagd naar hun standpunt over welke prestatie van de veiligheidsregio wordt verwacht. De voorzitter geeft aan dat de gemeente Groningen een zienswijze heeft ingediend met het verzoek om op de nullijn te gaan zitten. Dat heeft te maken met het principe dat wanneer een gemeente zelf op de nullijn ze alle aangesloten instellingen en gemeenschappelijke regelingen op dezelfde manier behandelt. De voorzitter ziet dat dit in meer gemeenten speelt en dat daar in de toekomst goed naar moet worden gekeken. Het algemeen bestuur besluit: 1. de begroting 2016 van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Groningen conform het ontwerp vast te stellen. 9.
Voortgang bestuurlijke afspraken en ontwikkeling gemeentelijke kolom De heer van Zuidam geeft aan dat er binnen de veiligheidsregio twee evaluatietrajecten uitgevoerd worden. In het kader van een landelijke afspraak en de wettelijke verplichting zal een visitatieproces uitgevoerd worden waar collega’s van brandwacht tot directie ondervraagd worden. Dat moet een beeld geven van waar de veiligheidsregio staat, waar we van kunnen leren en wat voor de toekomst nodig is. Aansluitend wordt de veiligheidsregio in mei 2016 door een externe visitatiecommissie gevisiteerd. Na verwachting is in mei 2016 het verslag van de visitatie gereed. Naast het visitatieproces wordt in de tweede helft van het jaar de gemeenschappelijke regeling geëvalueerd waarvoor de heer van Zuidam met alle 23 bestuurders in gesprek gaat om hun mening op te halen. Deze evaluatie raakt ook aan de ontwikkeling van de gemeentelijke kolom en de GHOR. Voor deze evaluatie en de discussie hebben de drie directeuren daarom nauw overleg. Ten aanzien van de ontwikkeling van de gemeentelijke kolom vult mevrouw Kompier aan dat op directieniveau goede inhoudelijke gesprekken worden gevoerd. Daar is de keuze gemaakt om het netwerkteam niet bij de organisatie van de veiligheidsregio onder te brengen maar deze wel te huisvesten bij de veiligheidsregio. Deze tussenstap moet meer synergie geven. De heer Smit vraagt naar het juridische traject van de stemverhoudingen. Mevrouw Groote Schaarsberg antwoordt hierop dat de colleges van alle gemeenten moeten instemmen voordat het formeel vastgesteld kan worden. Formeel is dit een collegeregeling waarbij naar de gevoelens van de raden gevraagd wordt die vervolgens alleen toestemming kan onthouden wegens strijd met recht of het algemeen belang. De voorzitter verzoekt mevrouw Groote Schaarsberg de verzonden brief aan alle gemeenten nogmaals aan alle leden van het algemeen bestuur te versturen. De heer Swierstra vraagt of de inhoudelijk juridische discussie is afgedaan omdat binnen de gemeente Veendam verschillende opvattingen bestaan of het voorstel wel klopt. De voorzitter vraagt aan Mevrouw Groote-Schaarsberg of zij daar naar wil kijken. Het algemeen bestuur besluit: 2. in te stemmen met de te volgen stappen ten aanzien van de evaluatie van de hoofdstructuur en de gemeenschappelijke regeling; 3. in te stemmen met de tussenstap in de transitie van de GKG naar de VRG.
10.
Visitatie/zelfevaluatie Agendapunt 10 is tegelijkertijd met agendapunt 9 behandeld. Het algemeen bestuur besluit: 1. een visitatie uit te laten voeren in mei 2016.
3
11.
Rampenbestrijdingsplan Chemiepark De heer van Zuidam verteld dat de gemeente Delfzijl de implementatie van de multidisciplinaire voorbereiding op enkele punten gedetailleerder uitgewerkt wil zien. Dit zal worden doorgevoerd. De heer Smit vraagt hoe het thema aardbevingen in het plan verwerkt is. De heer van Zuidam antwoordt dat het rampenbestrijdingsplan Chemiepark en het Incidentbestrijdingsplan op elkaar inhaken. Het algemeen bestuur besluit: 1. het rampenbestrijdingsplan Chemiepark Delfzijl vast te stellen; 2. het rampenbestrijdingsplan Chemiepark Delfzijl per 1 oktober 2015 in werking te laten treden.
12.
Vereveningsfonds Mevrouw Galama licht toe dat het vereveningsfonds naar aanleiding van de regionalisering als afspraak tussen de 23 gemeenten is opgesteld. Door gemeenten wordt echter nu geconstateerd dat het vertrek van medewerkers naar de veiligheidsregio geen boventalligheid oplost. Daarnaast vergt het aanhouden van het vereveningsfonds een dusdanige administratieve belasting dat mevrouw Galama adviseert een streep onder het vereveningsfonds te zetten. De heer Michels vraagt of er al een verrekening heeft plaatsgevonden. Mevrouw Galama antwoordt daarop dat dit niet het geval is omdat er nog geen bedragen zijn ontvangen. De heer Van de Nadort geeft aan dat destijds vanuit de stuurgroep regionalisering is afgesproken solidair met elkaar te zijn en vindt het resultaat nu teleurstellend. De heer Bakker geeft aan dat de wens bestond om een balans aan te brengen, maar als we in de uitvoering in discussies over de hardheidsclausule terecht komen het beter is om te stoppen. De 23 burgemeesters besluiten om het vereveningsfonds af te schaffen omdat: 1. er geen sprake is van grote onevenredige voordelen voor een of meerdere gemeenten als gevolg van de ontstane vacatureruimte bij de veiligheidsregio; 2. het grootste gedeelte van de leverende gemeenten een beroep doet op de hardheidsclausule en het restant het voornemen uitspreekt dit ook te gaan doen.
13.
Rondvraag De voorzitter geeft aan dat het dagelijks bestuur direct na de zomervakantie met een voorstel zal komen voor de invulling van de vacature voor het dagelijks bestuur. Door een aantal leden van het algemeen bestuur is inmiddels belangstelling getoond voor de vacature. Andere belangstellenden worden door de voorzitter uitgenodigd om dat kenbaar te maken. In het dagelijks bestuur zal nog gekeken zal worden naar de portefeuilleverdeling.
4