Consultatiebureau voor ouderen Werkmethodiek
Platform Consultatiebureau voor ouderen Kenniscentrum Ouderen, Vilans, januari 2008
© Januari 2008 Vilans Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op enige andere wijze zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteurs. Auteurs: Els Bakker, Stichting Icare Niek Jaspers, onafhankelijk adviseur, arts maatschappij en gezondheid en sociaal geriater Marja Kraakman, Stichting Thuiszorg Groot Rijnland Geraldine Visser, Vilans Kenniscentrum Ouderen M.m.v. Platform Consultatiebureau voor ouderen Kenniscentrum Ouderen (KCO) / Vilans Het Vilans Kenniscentrum Ouderen (KCO) is een punt waar informatie over ouderen en ouderenzorg bijeen wordt gebracht. Het KCO slaat een brug tussen onderzoek, het beleid en de praktijk. Het KCO verzamelt kennis die over ouderen beschikbaar is, maakt deze toegankelijk en toepasbaar en draagt de informatie over aan uiteenlopende gebruikersgroepen in de praktijk en het beleid. Het KCO schreef onder andere Ouder worden we allemaal. Trendstudies en toekomstdebatten over de vergrijzing in Nederland en voert projecten uit op het terrein van zorgmijders, ouderenadvisering, ouderenmishandeling, leefstijlgerichte zorg, zelfmanagement, kwaliteit van leven en levensvragen. Catharijnesingel 47 Postbus 8228 3503 RE Utrecht 030-7892406
[email protected] http://www.vilans.nl Het visiedocument en de werkmethodiek zijn te downloaden via de website van het Vilans Kenniscentrum Ouderen http://www.kenniscentrum-ouderen.nl
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
-2-
Inhoudsopgave Inleiding en leeswijzer
4
Deel I Voorbereiding en organisatie 1. Draagvlak creëren & samenwerking 2. Financiering 3. Medewerkers 4. Locatie & Accommodatie 5. Materiaal 6. Werving doelgroet & PR 6.1 Benaderen van de doelgroep 6.2 (Pro) Actieve benadering van risicogroepen/kwetsbare ouderen 6.3 Koppeling aan bestaande (bevolkings)campagnes 6.4 Public Relations 6.5 Aanmeldingen en afsprakenplanning 6.6 Frequentie van het consultatiebureau voor ouderen
5 5 7 8 9 10 11 11 11 11 11 12
Deel II Uitvoering 7. Het Klantdossier 7.1 Criteria 7.2 Opbouw van het klantdossier 7.3 Onderwerpen 7.4 Screeningstesten 7.5 Het eerste consult 7.6 He vervolgconsult 7.7 Verdiepende testen
13 13 13 13 14 14 14 15 16
Bijlagen: 1. Bereiken en werven van risicogroepen 2. Verantwoording van de keuze van de opgenomen testen 3. Protocol Informatie, Advies en Verwijzing 4. Consultatiebureau voor ouderen, klantkaart 5. Consultatiebureau voor ouderen, overdracht 6. Onderbouwing bepaling totale cholesterol in het CbO 7. Relevante (gezondheids-)informatiematerialen 8. Relevante websites 9. Lijst met relevant achtergrondmateriaal
18 20 22 53 54 55 56 58 60
Testen opgenomen in het klantdossier 10. LASA, ADL-vragen 11. Timed get up and go, mobiliteit en valrisico 12. Verkorte audit, alcoholgebruik 13. De Jong Gierveld, Eenzaamheidsschaal 14. Inventarisatie sport en bewegen 15. HADS-A, angst en depressie 16. GDS minivragenlijst, depressie 17. Observatie en vragen gehoor (OESO) 18. Observatie ouderenmishandeling
61 61 62 63 64 66 67 68 69 70
Verdiepende testen 19. Observatie cognitieve problemen (OLD) 20. Verdiepingstest depressie: GDS-15 vragenlijst 21. Verdiepingsonderzoek Veilig huis (Halt! U valt) 22. Verdiepingstest mantelzorgbelasting CSI Literatuurlijst
72 72 74 76 77 79
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
-3-
Inleiding werkmethodiek Het Consultatiebureau voor ouderen is een systematische vorm van integrale en contextuele preventie. Dat wil zeggen dat ouderen op diverse levensdomeinen meerdere keren gescreend worden en geëvalueerd wordt op de verstrekte adviezen/verwijzingen. In het visiedocument dat het Landelijk Platform CbO heeft geschreven staat beschreven wat de visie, doelen, functies en het referentiekader voor het CbO zijn. Het Platform adviseert allereerst dit visiedocument te lezen voordat deze werkmethodiek gehanteerd wordt. Deze werkmethodiek is een praktische handleiding bij de opzet, organisatie, voorbereiding en uitvoering van de functie ‘consultatiebureau voor ouderen’. Voor achtergrondinformatie en visie rond dit relatief nieuwe fenomeen in het land van de preventieve zorg verwijzen we naar het visiedocument dat het Landelijke Platform Consultatiebureau voor ouderen met ondersteuning van het Vilans Kenniscentrum Ouderen heeft ontwikkeld. Het Landelijke Platform CbO heeft het visiedocument en de werkmethodiek geschreven, omdat er uit de praktijk veel vraag was naar praktische informatie over het opzetten van een consultatiebureau voor ouderen. Het Platform heeft deze werkmethodiek samengesteld vanuit praktijkervaringen en de huidige stand van wetenschappelijke kennis. Het Platform adviseert bestaande en nieuw op te richten consultatiebureaus om dit visiedocument en de werkmethodiek te gebruiken om hun consultatiebureau voor ouderen op de hier voorgestelde wijze te organiseren, zodat er landelijk meer uniformiteit ontstaat. Dat maakt het ook mogelijk onderzoek te doen naar de betekenis en effecten van het consultatiebureau voor ouderen. Het Platform CbO benadrukt dat gedegen wetenschappelijk onderzoek naar deze bijzondere vorm van integrale preventieve zorg belangrijk blijft.
Leeswijzer Deze werkmethodiek heeft de vorm van een stappenplan voor het voorbereiden, organiseren en uitvoeren van de functie CbO. Deel 1 gaat over de voorbereidende activiteiten, zoals het creëren van draagvlak, het vinden van samenwerkingspartners, het opzetten van de netwerkorganisatie en het regelen van de financiering, werving en scholing van personeel. Deel 2 beschrijft hoe het CbO uitgevoerd wordt. Het besteedt aandacht aan de voorbereiding, de planning en de uitvoering van een consult. In de bijlagen vindt u de instrumenten en informatie die nodig zijn voor de uitvoering van het CbO: bij dit onderdeel zijn formulieren opgenomen die onderdeel uitmaken van het CbO en is de informatie-, adviesen verwijsfunctie in protocol uitgewerkt. Ook zijn alle gevalideerde testen, die in deze werkmethodiek gebruikt worden in de bijlagen meegenomen. Tot slot zijn er bijlagen met relevante folders en brochures, websites en achtergrondinformatie. Bij deze werkmethodiek hoort tevens het klantdossier. Dat klantdossier bestaat uit de vragenlijst voor de oudere, het formulier waarop uitslagen van testen, observaties en adviezen genoteerd worden en een evaluatie. Dit klantdossier kunt u downloaden van www.kenniscentrum-ouderen.nl.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
-4-
Deel 1. Voorbereiding en organisatie 1. Draagvlak creëren & samenwerking Het CbO dient onderdeel uit te maken van lokaal ouderenbeleid. Op het CbO krijgt de deelnemer een “integrale gezondheidscheck”. Hierbij worden niet alleen risico’s voor de gezondheid op het gebied van fysiek, sociaal, psychisch en cognitief functioneren en leefstijl in kaart gebracht. Het CbO kijkt ook naar de mogelijkheden die de oudere heeft of die hij of zij zou kunnen ontplooien om actief en gezond ouder te worden. Wat betekent het CbO voor partijen uit de sector wonen, welzijn en zorg? Het CbO kan vroegtijdig risico op ongezond ouder worden opsporen. Onder de oudere bevolking komt nogal wat onderbehandeling voor, bijvoorbeeld voor depressie en angsten. Het CbO kan mensen op tijd verwijzen naar daarvoor geschikte organisaties. Datzelfde geldt ook voor een ongezonde leefstijl. En het CbO kan mensen enthousiasmeren tot maatschappelijke participatie, zoals het doen van vrijwilligerswerk. Het CbO heeft tot doel dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen en deelnemen aan de samenleving op een manier die zij prettig vinden. Voor partijen uit de sector wonen, welzijn en zorg en het CbO is het daarom goed om de samenwerking en afstemming te zoeken met elkaar, De deelnemer wordt in het CbO gestimuleerd tot gezond gedrag en bij gebleken risico geadviseerd over een gezonde leefstijl. Lokale voorzieningen kunnen daarbij onder de aandacht worden gebracht zoals fitnesscentra, sporten voor ouderen, clubs en verenigingen, cursussen over gezondheidsonderwerpen of als ontmoetingsplaats etc. Bij gezondheidsproblemen wordt verwezen naar de betreffende deskundigen, zoals huisarts, opticien, audicien, thuiszorg, stichting welzijn ouderen etc. De eerste stap om een CbO op te starten is dan ook het opbouwen van draagvlak en het maken van een lokale sociale kaart. Daarbij moeten alle relevante partijen in de netwerkorganisatie van wonen, welzijn en zorg betrokken worden en afspraken worden gemaakt in een plan tot samenwerken in de netwerkorganisatie rondom het CbO. Doelgroep zelf Voorop staat het vinden van draagvlak bij de doelgroep zelf. Bij een aantal bestaande CbO’s hebben ouderen zelf het initiatief genomen om een consultatiebureau voor ouderen op te zetten. Zij gaven aan dat er onder ouderen veel behoefte bestaat aan informatie over hoe ze gezond en actief ouder kunnen worden. Daar waar ouderen niet zelf het initiatief nemen om een CbO op te zetten, adviseert het Platform om het contact met de doelgroep te zoeken, bijvoorbeeld via ouderenbonden, seniorenraden of cliëntenorganisaties. Huisartsen Huisartsen spelen een belangrijke rol bij het CbO, zowel in het draagvlak als in het vervolgtraject na het bezoek aan een CbO. Daarom is het raadzaam huisartsen zo vroeg mogelijk bij het ontwikkelproces te betrekken. Zie het visiedocument over de relatie met de huisarts. Met de huisarts kan de inhoud van de advisering vanuit het CbO, het protocol voor informatie, advies en verwijzing, worden afgestemd met de advisering vanuit de huisartsenpraktijk. Er kunnen afspraken worden gemaakt over de verslaglegging, bijvoorbeeld door met de huisarts af te spreken dat hij/zij bij gebleken risico´s een kort verslag krijgt van de uitkomsten van de testen, advisering en verwijzing. Overeenkomstig de privacywetgeving, moet dit altijd na akkoord van de deelnemer (zie bijlage 5 Consultatiebureau voor Ouderen, overdracht) Door goede afstemming en samenwerking met de huisarts kunnen onduidelijkheden worden voorkomen en worden curatie en preventie dichter bij elkaar gebracht, waardoor meer continuïteit in de netwerkorganisatie wordt aangebracht. Zo zijn er bijvoorbeeld al initiatieven waarbij geprotocolleerde samenwerking wordt voorbereid tussen het CbO en het cardiovasculair risicomanagement in de huisartsenpraktijk.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
-5-
Met de huisarts moet over de volgende onderwerpen gesproken worden: verstrekken van informatie over de uitgangspunten en de werkwijze van het CbO; het verkennen van mogelijkheden voor aansluiting op de huisartsenpraktijk, bijvoorbeeld door selectie van senioren via het huisartsenbestand, aansluiting op de bestaande activiteiten in de huisartsenpraktijk etc.; inzicht geven in protocol Informatie, advies en verwijzing en afstemming over inhoud van de advisering en de verwijscriteria; consensus over criteria voor verwijzing, zoals geadviseerd in het protocol Informatie, Advies en Verwijzing (bijlage 3), de locatie, de verwijzingen over en weer, de wijze van rapportage etc. Andere samenwerkingspartners De partijen die betrokken zijn bij het CbO, staan in het volgende schema weergegeven. Deze lijst geeft een algemeen overzicht. Afhankelijk van de lokale/regionale situatie moet deze aangepast en aangevuld worden. Doelgroep zelf
Wonen
Ouderenbonden Seniorenraden Cliënten/patiëntenorganisaties
Woningcorporaties
Zorg Huisarts Thuiszorg Verzorgings- en verpleeghuizen/woonzorgcentra GGZ Apotheek Ziekenhuis/revalidatiecentrum
Beleid & Financiers Gemeente GGD Zorgverzekeraar
Welzijn/Maatschappelijke Ondersteuning Stichting welzijn ouderen Ouderenadviseurs Vrijwilligersorganisaties Steunpunt mantelzorg WMO-loket Overig Werkgevers Fitnesscentra e.d. (Sport)verenigingen
Zorgkantoor Provincie
Tabel 1. Samenwerkingspartners
Het is naast het creëren van draagvlak belangrijk om vooraf contacten te leggen met deze partijen (zo nodig aangepast aan / aangevuld met andere lokale organisaties en diensten) om een goede lokale sociale kaart te kunnen ontwikkelen voor ouderen en te weten welke adviezen en verwijzingen gegeven kunnen worden tijdens het CbO-consult. Goede aanbevelingen vanuit deze contacten kunnen ook leiden tot een grotere toeloop naar het CbO.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
-6-
2. Financiering In deze paragraaf geeft het Landelijk Platform weer welke typen kosten gemaakt moeten worden voor het CbO en welke financieringsmogelijkheden er zijn. Kosten van het consultatiebureau voor ouderen De te verwachten exploitatiekosten bestaan onder andere uit: voorbereidings- en ontwikkelkosten; projectleiding; o werving & scholing personeel; o begeleiding; o overleg met netwerkorganisatie/consultatie bij derden; o evaluatie en verslaglegging; o voorbereiding logistiek. uitvoeringskosten; o wervingskosten voor cliënten (PR, uitnodiging); o huisvestingskosten; o materiaalkosten; o salariskosten voor de consulent: gemiddeld één uur per consult; o administratie (o.a. planning, registratie, vragenlijst versturen, verwerken); o materiaal over gezondheidsinformatie. Zolang er nog geen duidelijkheid bestaat over een structurele financiering kan op lokaal niveau naar een oplossing worden gezocht. Onderstaand is een lijst van partijen die mogelijk bij de financiering kunnen worden betrokken: provincie; gemeente (de Wet Maatschappelijke Ondersteuning WMO en de Wet op de Collectieve Preventie Volksgezondheid WCPV); zorgverzekeraars (zorgverzekeringswet: basis- en aanvullende verzekeringen); AWBZ (AIV Verpleging) in afstemming met het zorgkantoor; AIV Preventie (ZonMw); ledenverenigingen Thuiszorg; woningbouworganisaties (als onderdeel van Corporate Social Responsibility); fondsen; markt: bv. fitnesscentra, wellness centers, hulpmiddelenindustrie of werkgevers; eigen bijdrage van ouderen. Het vinden van tijdelijke financiering is echter een zeer tijdrovende zaak en het is nog niet duidelijk waar de structurele financiering vandaag gaat komen. Het Landelijke Platform gaat in gesprek met mogelijke financiers om te spreken over het financiële kader. Meer informatie over financiering leest u in het Visiedocument (paragraaf 7.1 en bijlage 5 van het visiedocument). Eigen bijdrage voor deelnemers Het platform adviseert om het CbO gratis aan te bieden. Dit maakt de drempel laag. Daar waar het financieel niet haalbaar is, is het te overwegen om het CbO tenminste gratis aan te bieden aan risicogroepen en kwetsbare ouderen. Uit inventarisatie blijkt dat veel senioren wel bereid zijn een klein bedrag (rond de tien euro) te betalen. De vraag is of dit opweegt tegen de kosten voor administratie. Een optie is om afspraken te maken met zorg- en dienstverleners om via lidmaatschapssystemen of via de aanvullende verzekering (bijvoorbeeld in collectieve contracten die ouderenbonden of bedrijven met verzekeraars hebben afgesloten) deze eigen bijdrage te compenseren.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
-7-
3. Medewerkers De deskundigheid en ervaring van de CbO-consulent en de brede netwerkorganisatie eromheen zijn essentieel voor de kwaliteit en de effectiviteit van het CbO. Zo moet er voldoende kennis en expertise zijn op het terrein van gerontologie en geriatrie. De consulent moet nadrukkelijk letten op de samenhang tussen lichamelijke, geestelijke, cognitieve en sociale aspecten, die bij het ouder worden steeds meer met elkaar verweven raken. De consulent moet affiniteit met ouderen hebben en werken vanuit de attitude van zorg voor gezondheid in plaats van ziektezorg. Het motto is “Welzijn komt voor zorg en voorkómt zorg”. Er moet voldoende deskundigheid zijn op het gebied van methoden binnen de gezondheidsbevordering. Daarnaast is kennis van de lokale sociale kaart onontbeerlijk. De positie van de consulent is die van een spin in het web met regiefunctie, waarbij persoonlijke contacten met het werkveld ‘wonen, welzijn en zorg’ de samenwerking en netwerkorganisatieaanpak vergemakkelijken. Dat vraagt voor de uitvoering van het CbO om een functionaris op tenminste HBO-opleidingsniveau (zie bijlage 4 in het visiedocument, competentieprofiel CbO-consulent). Het Platform CbO benadrukt dat het belangrijk is de CbO-consulenten te scholen.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
-8-
4. Locatie & Accommodatie Het CbO kan gehuisvest zijn bijvoorbeeld in een wijkgebouw van de thuiszorg, een gezondheidscentrum, in een huisartsenpraktijk, buurthuis, in een gebouw van een welzijnsorganisatie of binnen een woonzorgcomplex, etc. Het is ook mogelijk het CbO mobiel aan te bieden, bijvoorbeeld in de vorm van huisbezoeken of een bus. Dit kan zinvol zijn in een plattelandsregio waar onvoldoende mogelijkheid is voor senioren zich te verplaatsen met openbaar vervoer of wanneer deelnemers onvoldoende mobiel zijn. Bij het inrichten van het CbO moet met de volgende locatie- en accommodatie-eisen rekening worden gehouden. Eisen waaraan de locatie minimaal moet voldoen: laagdrempelig: men gaat makkelijker naar een wijkgebouw of buurtcentrum dan naar een huisartspraktijk;. de reisafstand moet kort zijn, dus zoveel mogelijk in wijken waar veel senioren wonen. Een langere afstand zorgt voor meer bezwaren om deel te nemen; goed bereikbaar met auto en openbaar vervoer; toegankelijk met rollator/rolstoel. Eisen waaraan de accommodatie minimaal moet voldoen: voldoende privacy: goed afsluitbare en geluidsdichte (spreek)ruimte; rustige en sfeervolle ruimte; aanwezigheid telefoon / eventueel een pc; ruimte om zich om te kleden; koffie/theevoorziening; ontvangstbalie/ruimte (met informatiefolders).
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
-9-
5. Materiaal Voor het uitvoeren van het consultatiebureau voor ouderen moet de consulent kunnen beschikken over een aantal materialen om testen te kunnen uitvoeren en om registratie te kunnen verzorgen. Eenmalige aanschaf computer weegschaal lengtemeter met muurbevestiging meetlint stopwatch bloeddrukmeter met normaal en extra brede manchet glucose- en cholesterolmeter prikpen voor capillair bloedprikken naaldcontainer bekkentje(s) de werkmethodiek opbergdoosje voor pleisters opbergsysteem voor informatiemateriaal lokale sociale kaart
Verbruiksmateriaal cholesterolstrip glucosestrips naaldjes behorend bij de prikpen ontsmettingsmiddel/-doekjes pleistertjes controlevloeistof voor glucose/cholesterolmeter klantdossier I (voor de klant) klantdossiers II en III (voor consulent) updates werkmethodiek updates lokale sociale kaart voorlichtingsmateriaal (brief)papier en enveloppen
Tabel 2. Benodigde materialen
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 10 -
6. Werving doelgroep & PR 6.1 Benaderen van de doelgroep Het benaderen van de doelgroep kan via algemene kanalen en via een specifieke benadering. Algemene werving kan plaatsvinden via de (lokale en regionale) media en via ouderenorganisaties, via folders in wachtkamers en openbare ruimtes of in gemeentelijke zorgloketten. Maar ook persoonlijke berichtgeving is mogelijk als met behulp van de bevolkingsregisters van gemeenten een algemene selectie wordt gemaakt, bijvoorbeeld op leeftijd of wijk. Als een organisatie besluit om het CbO slechts voor bepaalde groepen met een verhoogd risico open te stellen, zal selectie van een specifieke doelgroep moeten plaatsvinden.
6.2 (Pro) Actieve benadering van risicogroepen/ kwetsbare ouderen Omdat bij risicogroepen veel gezondheidswinst – in de brede zin van fysieke, psychische en sociale gezondheid – met preventie te behalen valt, is het zinvol om extra tijd en energie aan de benadering van deze risicogroepen te besteden. In goede samenwerking met intermediairs, zoals thuiszorgmedewerkers, ouderenadviseurs (vrijwillige en beroepsmatige), allochtone zorgconsulenten, dominee, pastor, imam en andere geestelijk verzorgers kan deze groep worden opgespoord. In bijlage 2 beschrijven we hoe je risicogroepen kunt bereiken, waaronder een voorbeeld van allochtone ouderen en mantelzorgers. Soms kan in samenwerking met de huisarts een dergelijke risicogroep worden geselecteerd. Zo werken enkele CbO’s met huisartsen samen om 70-plussers te benaderen die al geruime tijd niet meer bij de huisarts waren geweest. Dit moet uiteraard binnen de grenzen van de privacywetgeving gebeuren. Een andere manier om een selectie te maken, is via woon-zorgcomplexen (WOZOCO´s) of via de gemeente (selectie op wijken met een lage sociaaleconomische status). Op de website van het Vilans Kenniscentrum Ouderen kunt u meer lezen over proactieve of outreachende benadering van ouderen: http://www.kenniscentrum-ouderen.nl/smartsite.dws?ch=def&id=74391
6.3 Koppeling aan bestaande (bevolkings)campagnes Op sommige plekken werd het idee gelanceerd om het CbO te koppelen aan bevolkingscampagnes, zoals de griepvaccinatie, baarmoederhals- en borstkankerscreening. Voor griepvaccinatie geldt de beperking dat deze alleen in het najaar gegeven wordt en de borstkankercampagne is vooralsnog op vrouwen gericht. De mogelijkheid wordt onderzocht om aan te sluiten bij de GALM-projecten (Groninger actief leven model), zie http://www.nisb.nl/frames.htm of www.galm.nl waarmee een kostenreductie is voorzien doordat het consult verkort kan worden.
6.4 Public relations Op verscheidene manieren kan publiciteit gegeven worden aan het CbO. Een mix van (mondelinge, audiovisuele en schriftelijke) communicatiemiddelen is het meest effectief. PR-mogelijkheden zijn: mondelinge reclame van medewerkers van zorg- en dienstverleners die bij cliënten thuiskomen; presentaties op bijeenkomsten / congressen; oproepen in de lokale media (krant, radio, tv, kabelkrant); directe mailing aan de doelgroep; bladen van ouderenbonden; informatiepakketten die gemeentes sturen aan inwoners als ze 65 jaar worden; een telefoonlijn voor vragen / aanmeldingen; magazines of ledenbladen, nieuwsbrieven en websites van zorg- en dienstverleners; poster, affiches, folders ; berichtgeving over een officiële opening.
6.5 Aanmeldingen en afsprakenplanning Planning, duur consult Het eerste consult duurt een uur, waarvan ongeveer tien minuten besteed wordt aan administratie. Een vervolgconsult kan in sommige gevallen korter duren, afhankelijk van de adviezen en testen. Voor de planning van de afspraken is het verstandig een afsprakenbureau in te richten, dan wel deze onder te brengen bij bestaande afsprakenbureaus. Het is verstandig de gemaakte afspraak schriftelijk te bevestigen. Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 11 -
Aanmelding In verband met de lange duur van een consult, is het nodig dat mensen een afspraak maken. Aanmelden kan bijvoorbeeld via een antwoordkaart, een speciale telefoonlijn of via internet. Bij het maken van de afspraak worden de toelatingscriteria zoals leeftijd, thuiswonend en niet terminaal ziek, getoetst. De (telefonische) afspraak wordt schriftelijk bevestigd. Voorbereiding door de deelnemer Het platform adviseert om vooraf de vragenlijst (dit is het Klantdossier, deel I) op te sturen naar de deelnemer en te vragen om deze ingevuld mee te nemen naar het consultatiebureau voor ouderen. De deelnemer kan zich zo rustig voorbereiden op het gesprek en weet tevoren waarover het zal gaan. Dat geeft tijdens het consult meer tijd voor het persoonlijke verhaal en voor de gedragsbeïnvloedende component. Voor allochtone ouderen of analfabeten / laaggeletterden kan het lastig of onmogelijk zijn om de lijst vooraf in te vullen. Het is daarom belangrijk om de mogelijkheid aan te bieden van het samen invullen van het dossier tijdens het consult, of hiervoor vooraf begeleiding te organiseren.
6.6 Frequentie van het CbO Het CbO is een vorm van periodieke preventieve zorg. Dat betekent dat klanten herhaaldelijk op consult komen. Als er geen duidelijke risico’s zijn geconstateerd bij de klant adviseert het Platform de volgende frequentie: 50-60 jaar één keer per drie jaar; 60-70 jaar één keer per twee jaar; 70 jaar en ouder één keer per jaar. Nota bene: het CbO bepaalt zelf per individu, op basis van gewogen intuïtie of het gezondheidsrisico aanleiding geeft tot wijzigen van de frequentie; er is nog geen evidence based ondersteuning voor de frequentie. Het Platform adviseert om hier onderzoek naar te doen.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 12 -
Deel II Uitvoering van het CbO Hieronder worden achtereenvolgens het klantdossier besproken, het eerste CbO-consult, het vervolgconsult en de verdiepende testen.
7. Het klantdossier Het Platform CbO heeft voor het CbO een klantdossier ontwikkeld, die CbO-consulenten kunnen gebruiken om het consult af te nemen. Deze kunt u downloaden van de website van het Vilans Kenniscentrum Ouderen: http://www.kenniscentrum-ouderen.nl. Het klantdossier is gebaseerd op uitgebreid literatuuronderzoek, bestaande landelijk gebruikte standaarden en evidence based screeningsmethodes. De elf gezondheidspatronen van Gordon zijn leidraad voor de onderwerpen die aan de orde moeten komen (Gordon,1996). Het platform doet een beroep op organisaties om alleen deze gestandaardiseerde vragenlijst te gebruiken, zodat de verzamelde gegevens gebruikt kunnen worden voor verder onderzoek. Het klantdossier is uitgetest in een aantal pilots in het land. Het bestaat uit vragen, testen en metingen. Het geheel is aangevuld en vastgesteld in het Landelijk Platform CbO.
7.1 Criteria De belangrijkste criteria bij de ontwikkeling van het klantdossier waren: de onderwerpen voldoen aan de criteria van screening van gezondheid van Junger en Wilson, zie ook visiedocument bijlage 3 verantwoording preventie; de onderwerpen hebben voor de klant een logische en herkenbare vorm; het is in begrijpelijke taal opgesteld; er wordt zoveel mogelijk gewerkt met bestaande testen en metingen. Om te komen tot een afgewogen keuze van te gebruiken testen en metingen zijn de volgende criteria gebruikt: de testen zijn gevalideerd en wetenschappelijk verantwoord, dan wel algemeen geaccepteerd en veel gebruikt in de praktijk; de test moet kort zijn en gemakkelijk in gebruik; er moet een duidelijke interpretatie van de test- en onderzoekgegevens beschikbaar zijn; er moeten duidelijke criteria aanwezig zijn voor vervolgonderzoek of verwijzing; de uitkomst geeft een risico-inschatting, geen diagnose.
7.2 Opbouw van het klantdossier Het Klantdossier bestaat uit drie delen: deel I, dossiergedeelte dat de deelnemer voorafgaand aan het consult invult; deel II, waarop de consulent de uitslagen van de testen vermeldt; deel III, dossiergedeelte waarmee de consulent de psychosociale problematiek in gesprek kan brengen, en waarop de consulent observaties, afspraken, evaluatie en registratie invult.
7.3 Onderwerpen In het klantdossier deel I worden de volgende onderwerpen behandeld: algemene gegevens (naam, sekse, leeftijd, woonplaats, geboortedatum, samenstelling huishouden, opleiding en beroep(s-geschiedenis); gezondheidstoestand: o.a. ervaren gezondheid, gezondheidsgeschiedenis, medicijngebruik, slapen en ontspannen, lichaamsfuncties; eten, drinken en genotmiddelen; vrije tijd: o.a. beweging, sport, mobiliteit, ADL, mantelzorg, vrijwilligerswerk; zintuigen: o.a. zien, horen, spreken, geheugen; sociaal en psychisch functioneren: o.a. sociaal netwerk, betekenisvol sociaal functioneren, zingeving. Het klantdossier is zo opgesteld, dat de antwoorden in de rechterkolom in de regel de punten vormen voor het gesprek met de deelnemer.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 13 -
7.4 Screeningstesten In het klantdossier zijn de volgende screeningstesten opgenomen: Onderwerp Test Bron Valrisico; Eenzaamheid; Alcoholgebruik ADL Angst/stress Ondervoeding Beweging en sport
Timed Get Up and Go Eenzaamheidsschaal Verkorte Audit LASA- ADL-vragen HADS-A SNAQ Inventarisatie Sport en bewegen
Stemming/depressie
Mini GDS vragenlijst
Psodsiadlo & Richardson,1991 De Jong Gierveld en Kamphuis Babor e.a, 1988 (AUDIT) Prof. D. Deeg, VUMC Zigmond & Snaith, 1983 Kruizenga, H., VUMC, 2004 gebaseerd op GALM (Groninger Actief Leven Model) www.galm.nl Sheikh & Yesavage, 1983
Tabel 3: testen als onderdeel van het klantdossier
In bijlage 2 is een overzicht opgenomen voor de verantwoording van het opnemen van deze testen. Bij de ontwikkeling van het screeningsinstrument bleken sommige testen zeer waardevol, maar te uitgebreid om standaard te worden opgenomen in het klantdossier. Deze testen zijn als verdieping toch opgenomen binnen het screeningsinstrument om de overdracht naar een vervolgtraject goed te kunnen onderbouwen (zie paragraaf 7.7 en de bijlagen 19 t/m 22). Het besluit tot het uitvoeren van een verdiepende test is duidelijk gebaseerd is op de gegevens van het ingevulde klantdossier. Als de consulent problemen signaleert, waar ze graag wat meer over wil weten om te komen tot een geschikt advies of een adequate verwijzing, kan ze besluiten om incidenteel een verdiepingstest af te nemen.
7.5 Het eerste CbO-consult Inhoud van het consult Bij het eerste consult neemt de consulent met de klant de antwoorden door die hij/zij in de vragenlijst (het klantdossier, deel I) heeft Wordt nog aangevuld met jaartallen; bronvermeldingen worden nog opgenomen in de literatuurlijst; toestemming voor gebruik is in onderzoek gegeven. De consulent kan besluiten aanvullend daarop verdiepende vragen stellen. Het is belangrijk dat hierin voldoende ruimte voor het eigen verhaal van de klant is. Vervolgens worden enkele metingen gedaan. Op grond van de uitkomsten van de vragenlijst uit het klantdossier, de uitkomsten van de metingen, de observaties en het gesprek stelt de CbO-consulent, samen met de deelnemer, een kansen- en risicoprofiel op. Dit profiel is de basis voor verdere voorlichting, advisering en verwijzing. Ook worden er afspraken gemaakt over vervolgconsulten. Het klantdossier is hierboven besproken. De overige delen van het consult zullen hieronder besproken worden. Consult 1 Bespreking van ingevulde klantdossier Verrichten van metingen Observatie, registratie Adviezen geven en evt. verwijzen
Formulieren Klantdossier deel I Klantdossier, deel II Klantdossier, deel III (behalve 8 Evaluatie vorig consult) Formulier Klantinformatie Formulier overdracht
Tabel 4. Inhoud eerste consult
De metingen: De volgende metingen worden gedaan: gewicht; lengte; BMI (Body Mass Index of Quetelet Index genoemd, is een maat voor het gewicht in verhouding tot lichaamslengte = kg/m2); Bloeddruk; cholesterol (zie ook bijlage 6 Onderbouwing bepaling totale cholesterol in het CbO;) bloedsuiker; valrisico volgens Timed Get Up and Go; Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 14 -
visus. De CbO-consulent schrijft de uitkomsten van de metingen in deel II van het klantdossier. Observaties Sommige problemen, zoals het gehoor, ouderenmishandeling (bijlage 18) en cognitieve problematiek (bijlage 19 OLD) kunnen niet eenvoudig met een vragenlijst of meting opgespoord worden. De testen zijn te ingewikkeld binnen het CbO of mensen reageren te veel met sociaalwenselijke antwoorden of het onderwerp ligt te gevoelig. Dan is observatie een geschikte methode. De CbO-consulent schrijft de uitkomsten van de observaties in deel II van het klantdossier. Kansen en risico’s Op grond van de resultaten uit vragenlijsten, testen en observaties stelt de consulent kansen en risico’s vast. Zowel de gunstige, beschermende aspecten als ook de risico’s worden vervolgens met de klant besproken. Hierop volgt een gesprek met de deelnemer gericht op empowerment, waarin de consulent de oudere bemoedigt ten aanzien van het gebruiken van de eigen mogelijkheden, gezond gedrag, autonomie en kwaliteit van leven en adviseert over eventuele gedragsveranderingen t.a.v. leefstijlelementen. Belangrijk uitgangspunt voor het CbO is dat het accent niet zo zeer ligt op de risico’s en beperkingen, maar dat zoveel mogelijk de autonomie en de mogelijkheden van de ouderen gestimuleerd worden. Informatie, adviezen en verwijzingen Op grond van vastgestelde kansen en risico’s krijgt de deelnemer ook een advies over de mogelijkheden om gezondheid en welzijn te bevorderen. De consulent geeft uitleg hoe de geconstateerde risico’s zijn te hanteren en te verminderen en houdt hierbij rekening met de individuele mogelijkheden van de klant. Ook wordt informatie gegeven over instanties die kunnen bijdragen aan een verbetering van de levensstijl. Indien nodig vindt verwijzing plaats naar de huisarts of een andere instantie. De gegevens van de klant kunnen naar de verwijzer worden gestuurd, als daarvoor met een handtekening in het klantdossier toestemming is gegeven door de klant. Hiervoor kan In het protocol Informatie, Advies en Verwijzing (bijlage 3) staat per onderwerp kort weergegeven welke voorlichting, informatie en/of advies gegeven kan worden. Het protocol doet daarnaast suggesties voor gebruik van lokale voorzieningen en geeft de bases (afkappunten) waarop een verwijzing kan volgen naar de huisarts of andere deskundigen. Ook wordt onderwerpsgewijs verwezen naar relevante (gezondheids)informatie. Bij een verwijzing naar de huisarts en/of andere betrokken hulpverleners wordt de deelnemer om toestemming gevraagd voor het doorsturen van de screeningsresultaten. Voor de overdracht kan het formulier CbO, overdracht worden gebruikt (bijlage 5). Wat geef je ouderen mee? Omdat in het algemeen alleen mondeling advies onvoldoende beklijft, is het ook belangrijke om schriftelijke informatie mee te geven. De deelnemer ontvangt dan ook na afloop van het consult de uitkomsten van de testen en de adviezen mee op papier (voorbeeld van een klantkaart in bijlage 4). Op verzoek van de klant worden hierbij ook de normaalwaarden doorgegeven. Ook staat hierop de naam en adres van de instanties waarnaar is verwezen en de naam van de consulent die de deelnemer op het CbO ontmoette. Tot slot wordt de afspraak voor een eventueel volgend bezoek aan het CbO hierop genoteerd. Uitgebreidere gezondheidsinformatie in de vorm van een folder of brochure kan de advisering ondersteunen. In bijlage 7 is een overzicht opgenomen met relevante folders en brochures. Voor senioren die het Internet gebruiken is een overzicht met relevante websites opgenomen in bijlage 8. Risico-inventarisatie, geen diagnostiek Nadrukkelijk wordt nog gemeld dat het CbO geen diagnostiek stelt, maar screent op risico’s en als die groot blijken, verwijst de consulent door naar een hulpverlener, naar een organisatie die daarvoor specifiek is toegerust of naar geschikte interventies.
7.6 Het vervolgconsult Het consultatiebureau voor ouderen biedt een systematische vorm van preventie. Dit houdt ook in dat deelnemers periodiek in de loop der jaren gescreend worden. Zo wordt niet alleen het beloop van de gezondheid samen met hen gevolgd, maar wordt de oudere ook ondersteund in het daadwerkelijk opvolgen van de adviezen over gezond en actief ouder worden. Met de oudere kunnen eventuele belemmeringen waardoor adviezen niet worden opgevolgd, in kaart worden gebracht, waarna de advisering kan worden aangepast, ofwel de oudere gestimuleerd om in verband met de gezondheid de adviezen toch op te Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 15 -
volgen. Zo nodig kan (opnieuw) verwezen worden en kan de consulent zo nodig ondersteunen door zelf contacten te leggen met de betreffende instantie. Dit kan uiteraard alleen in overleg met de deelnemer. Andersom kunnen de redenen voor het niet opvolgen van adviezen en verwijzingen belangrijke informatie opleveren over het functioneren van het CbO.
Inhoud van het vervolgconsult Voor het vervolgconsult (zie paragraaf 6.6 van over frequentie) wordt dezelfde procedure gevolgd als bij het eerste consult. Opnieuw wordt het hele klantdossier ingevuld en worden de testen opnieuw afgenomen. Dit geeft de mogelijkheid om ook de vooruitgang, dan wel eventuele achteruitgang te constateren. In het vervolgconsult wordt ook het klantdossier deel III kopje 8 ingevuld als evaluatie van de resultaten van het 1e consult en de activiteiten van de oudere die daarop volgden. Vervolgconsult Bespreking van ingevulde klantdossier Verrichten van metingen Evaluatie vorig consult, observatie, registratie Zo nodig nieuw advies en evt. verwijzing of bestendigen eerder advies Tabel 5. Inhoud vervolgconsult
Formulieren Klantdossier deel I Klantdossier, deel II Klantdossier, deel III (incl. 8 Evaluatie vorig consult) Formulier Klantinformatie Formulier overdracht
Voor verdere informatie over metingen, observaties, kansen- en risicoprofiel, informatie advies, verwijzing en wat mee te geven wordt verwezen naar het eerste consult.
7.7 Verdiepende testen Als de consulent uit de antwoorden in het klantdossier en de metingen een risico op specifieke problemen signaleert, zal deze verdiepende vragen stellen. Voor enkele onderwerpen, zoals ‘stemming/depressie’ en ‘belasting van de mantelzorger’ zijn hiervoor verdiepende testen opgenomen (GDS-15, bijlage 20 en CSI, bijlage 22). Door het afnemen van deze testen wordt beter inzicht verkregen in de ernst van de problematiek en kan in voorkomende gevallen een goede overdracht naar een andere deskundige worden voorbereid. Bij een niet-pluisgevoel over de cognitieve mogelijkheden van de klant kan een observatielijst dementie (bijlage 19) worden ingevuld om te beoordelen of verwijzing naar de huisarts zinvol is. Bij geconstateerde valriscio kan een huisbezoek plaatsvinden in verband met veiligheid. CbO-consulent kan hiervoor verwijzen naar lokale instanties. Volledigheidshalve is informatie over een ‘veilig huis’-onderzoek opgenomen in bijlage 22. Hieronder volgt een overzicht van genoemde verdiepende testen. In de laatste kolom staat beschreven wanneer tot het afnemen van de verdiepende test wordt overgegaan. Ook hier geldt dat de verdiepende test niet is bedoeld als diagnostiek, maar als een verscherpte screening op risico’s. Bij gebleken risico verwijst de consulent de klant door naar een organisatie die specifiek is toegerust voor nadere diagnostiek en eventuele behandeling. Veelal zal dat de huisarts zijn. Onderwerp Stemming / depressie
Test GDS-15
Bron Sheikh & Yesavage, 1983 en 1986
Overbelasting door mantelzorg
CSI (Caregiver Strain Index)
Robinson, USA, 1983
Dementie
OLD. Observatie Lijst voor vroege symptomen Dementie
TNO, HopmanRock e.a., 2001
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
Wanneer afnemen Bij mini GDS, score 1 en > Bij als antwoord op vraag 2 van hoofdstuk 2 klantdossier Bij nietpluis-gevoel van consulent Bij overbelasting van de mantelzorger Bij belastende life-events Bij meer dan 8 uur mantelzorg per week Als belasting aangegeven wordt met ‘min of meer’ ‘belast’ of ‘overbelast‘. Bij nietpluisgevoel Bij bezorgdheid klant of mantelzorger
- 16 -
Onderwerp Valrisico
Test Verdieping Veilig huis en valpreventie Halt! U valt
Bron Stichting Consument en Veiligheid
Wanneer afnemen Bij Timed Get Up and Go > 14 pnt Bij historie vallen Bij historie botbreuken Bij onregelmatig gangpatroon
Tabel 6. Verdiepende testen
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 17 -
Bijlagen
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 18 -
Bijlage 1. Bereiken en werven van risicogroepen In deze bijlage beschrijven we een voorbeeld hoe allochtone ouderen en mantelzorgers bereikt kunnen worden. Dit zijn twee voorbeelden van risicogroepen.
Allochtone ouderen De gezondheid van veel allochtone ouderen is relatief slecht (Schellingerhout, 2005). De redenen daarvoor komen deels voort uit de maatschappelijke positie van allochtonen, zoals een lage SES, een beperkt sociaal netwerk dat deels niet overeenkomt met de gebruikelijke netwerken, de bemoeilijkte toegang tot werk en voorzieningen. Daarnaast zijn er ook factoren die verbonden zijn aan de cultuur van de allochtonen zelf. Voorkomen moet worden dat deze culturele invloeden worden gegeneraliseerd. Elke culturele groep heeft zijn eigen kenmerken. De cultuurgebonden factoren kunnen zowel beschermend werken, maar ook een extra risico vormen. Zo is de interne sociale samenhang een beschermende factor. Daarnaast kan het ook een ongewenste afscherming vormen met de (voorzieningen van de) Nederlandse samenleving Sommige culturen hebben voedingsgewoonten die een beschermend effect hebben op de gezondheid.
Enige statistische gegevens: Nederland telde in 2003 ruim 115.000 niet-westerse allochtonen van 55 jaar en ouder. In 2020 zal dit aantal zijn verdrievoudigd;. van de Turkse en Marokkaanse ouderen heeft een ruime meerderheid (67% en 86%) een laag inkomen (minder dan 10.000 euro per jaar). Onder Surinaamse en Antilliaanse ouderen is dit bij een grote minderheid het geval; veel Turkse en Marokkaanse ouderen spreken slecht of geen Nederlands. Dit geldt met name voor de vrouwen, die hierdoor bij contacten met hulpverleners aangewezen zijn op de hulp van partners of kinderen; slechts een minderheid van de allochtone ouderen wil terugkeren naar het land van herkomst. Dit geldt voor 11% van de Turkse ouderen, 13% van de Marokkaanse, 16% van de Surinaamse, 24% van de Antilliaanse en 35% van de Molukse ouderen; 46% van de Turkse, 57% van de Marokkaanse en 25% van de Surinaamse ouderen kent ernstige fysieke beperkingen. Bij de Antilliaanse ouderen is dit 12%, bij de Molukse 11% en bij de autochtone ouderen 15%.; ongeveer de helft van de zelfstandig wonende Marokkaanse 55-plussers en 30% van de Turkse ouderen ontvangt informele hulp, veelal van thuiswonende kinderen of de partner. Bij andere groepen ouderen ligt dit percentage lager: 21% van de Surinamers, 10% van de Antillianen, 17% van de Molukkers en 10% van de autochtonen; bijna één op de vijf Surinamers en autochtonen van 55 jaar en ouder maakt gebruik van de thuiszorg. Bij de Turken, Marokkanen, Antillianen en Molukkers is dit gebruik vele malen lager. Dit komt enerzijds door de nog relatief jonge leeftijd van de allochtone ouderen, anderzijds door de beschikbaarheid van informele zorg van familieleden. Het bereiken van allochtone ouderen Om de allochtone groep ouderen te bereiken en hen te motiveren voor het Consultatiebureau voor ouderen is het in eerste instantie belangrijk om voorlichting te geven aan deze ouderen uit verschillende culturen. Een outreachende aanpak is nodig en dit vraagt dus meer tijd dan voor autochtone ouderen. Daarbij de kanttekening dat dit ook geldt voor autochtone ouderen met een lage SES of andere risicogroepen. Aansluiting bij bestaande groepen werkt vaak goed. Voor sommige culturen betekent dit een gescheiden benadering (en consulten) voor mannen en vrouwen. Het is belangrijk dat consulenten van het CbO een vertrouwensband opbouwen met sleutelfiguren (bv. met opbouw- of welzijnswerkers uit de diverse culturen). Probeer de voorlichting zoveel mogelijk in de eigen buurt te houden. De taal kan een barrière zijn. In samenwerking met een opbouwwerker / welzijnswerker / allochtone zorgconsulent kan in de eigen taal het doel en nut van het consultatiebureau uitgelegd worden. Gemiddeld hebben veel allochtonen een laag inkomen, laag beroepsniveau en / of een lage opleiding, dat wil zeggen een lage sociaaleconomische status (SES). Omdat bij mensen met een lage SES ouderdomsproblemen eerder ontstaan1 (Cherkas e.a.) is het zinvol de leeftijdsgrens van 50 jaar bij deze groep te verlagen naar 45 jaar. Het klantdossier van consultatiebureau voor ouderen (bijlage 3) is ook voor deze doelgroep geschikt. Inhoudelijk is daarom het consult hetzelfde, alleen zal de organisatie anders moeten verlopen.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 19 -
Organisatie De afstand en de taal zijn de twee belangrijkste factoren om het consultatiebureau anders te organiseren. Om het eerste aspect aan te pakken – de afstand – is het zinvol om het CbO zo flexibel mogelijk in te zetten. Dat wil zeggen dat de CbO-consulent naar de allochtone ouderen toe moet, daar waar zij zich prettig voelen en samenkomen, naar locaties die door deze groepen als laagdrempelig ervaren worden, waar ze zich vertrouwd voelen, bijvoorbeeld een buurthuis. Belangrijk is om dit met betrokken welzijnsorganisaties goed af te stemmen. Ook qua openingstijden moet de CbO-consulent de nodige flexibiliteit hanteren en aansluiten bij wensen van de doelgroep. De materialen, die nodig zijn voor het uitvoeren van het consultatiebureau, moeten dan ook makkelijk te vervoeren zijn. De taal en communicatie zijn het grootste probleem voor de uitvoering van het CbO. Schakel hiertoe bijvoorbeeld allochtone zorgconsulenten of andere hulpverleners van allochtone afkomst2 in. Het maken van afspraken voor een CbO moet anders georganiseerd worden voor allochtone ouderen. Door het feit dat analfabetisme veel voorkomt of dat veel allochtone ouderen de Nederlandse taal niet beheersen, kunnen zij zelf geen afspraken maken en de bevestigingsbrief niet lezen. Ook hier kan inschakelen van welzijnswerker / opbouwwerker van allochtone afkomst uitkomst bieden bij om samen met de ouderen de afspraken te maken. De welzijnswerker/opbouwwerker draagt zorg voor de communicatie met de CbO-consulent. Deze kan bijvoorbeeld ook de persoonsgegevens, naam van de huisarts en dergelijke noteren en vragen de medicijnen mee te nemen. In het consult stelt de CbOconsulent de vragen en de allochtone zorgconsulent vertaalt zo nodig de vragen en de antwoorden. Voorbeeld Aveant, Utrecht: Ludka Lyskawa, CbO-consulent: “Aveant beschikt over allochtone zorgconsulenten en daarom werd contact gezocht met een Marokkaanse zorgconsulent. Zij ziet veel Marokkaanse cliënten/patiënten in de huisartsenpraktijk. De zorgconsulente zag een consult op het consultatiebureau als een gestructureerde manier van aanpak om aan gezondheidsproblemen te werken. Zij wilde graag meewerken en haar leidinggevende gaf toestemming. Dat betekende dat samen met de wijkverpleegkundige het consult gevoerd zou worden. Hiermee werd een belangrijke basis voor het welslagen van consulten bij de Marokkaanse vrouwen gelegd. Het taalprobleem werd zo opgelost. En de verwachting was dat de vrouwen door de aanwezigheid van een landgenote, die in de gezondheidszorg werkt en hun cultuur en gewoonten kent, eerder en gemakkelijker hun gezondheidsproblemen zouden kunnen uiten”.
Mantelzorgers Zoals al eerder is besproken zijn oudere mantelzorgers ook een risicogroep voor gezondheidsproblemen. Mantelzorgers zijn bij uitstek zorgmijders. Ze denken veelal niet aan hun eigen gezondheid en cijferen eigen behoeften weg. Ze zorgen immers voor een zieke. Maar zeker voor mantelzorgers is het belangrijk om hen vroegtijdig te wijzen op de mogelijkheden voor mantelzorgondersteuning. Een manier om hen over de streep te trekken is om erop te wijzen dat als ze niet goed voor zichzelf zorgen ze dat waarschijnlijk ook niet voor de ander kunnen doen. En dat dan het risico van een verpleeghuisopname in zicht komt. Maar hoe kom je in contact met mantelzorgers? Dat kan bijvoorbeeld door contact op te nemen met het dichtstbijzijnde steunpunt mantelzorg (voor adressen zie www.mezzo.nl). Het is sowieso ook belangrijk om dit steunpunt te betrekken bij het opzetten van een CbO. Met de mantelzorgconsulent kunnen dan afspraken gemaakt worden dat mantelzorgers die aankloppen bij het steunpunt mantelzorg geadviseerd worden om naar het CbO te gaan, om te kijken hoe het met hen gaat.
2
Het verschil in 'biologische leeftijd' is gemiddeld zeven jaar, zo blijkt uit onderzoek aan Britse en Amerikaanse universiteiten. De oorzaak van het verschil tussen 'arm' en 'rijk' is nog onbekend. De onderzoekers vermoeden dat mensen met een lagere sociaaleconomische status een slechter zelfbeeld hebben, slecht betaald krijgen voor zwaar werk en in het algemeen minder het gevoel hebben zelf greep te hebben op hun leven. Door de stress die hieraan verbonden zou zijn, zouden cellen zich vaker delen en daardoor sneller verouderen (Bron: ANP, 20 juli 2006). 2 Voorbeelden: 1. Stichting Thuiszorg Groot Rijnland leidt CbO-consulenten van Turkse en Marokkaanse afkomst op. 2. Meerdere thuiszorgorganisaties hebben allochtone zorgconsulenten in dienst die betrokken zijn bij het bereiken van allochtone vrouwen en mannen 3. Aveant, Utrecht, heeft al enige jaren ervaring met een consultatiebureau voor allochtone ouderen
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 20 -
Bijlage 2. Verantwoording van de keuze van de opgenomen testen Hieronder volgt een overzicht van alle onderzochte testen en een beknopte verantwoording van de keuze voor wel op niet opname binnen het screeningsinstrument van het Consultatiebureau voor ouderen. Bij de afweging is ook opgenomen welke eventuele restrictie nog wordt gezien bij het gebruik van de test. Onderwerp Valrisico en mobiliteit
ADL Bewegen en sport Ondervoeding Alcoholgebruik Angst/stress Psychosociale problematiek Stemming/ depressie Stemming / depressie Depressie
Test EFST (Elderly Falls Screening Test) Verdieping Blijf Staan
Bron American Geriatric Society, 2001 Consument en Veiligheid
Valrisicoprofiel
S. Pluijm
Timed Get Up and Go Tinetti
Psodsiadlo & Rochardson Tinetti
Blijf op eigen benen staan Checklist Valpreventie LASA- ADL-vragen
VIG, Rode Kruis, LoGo, België Prof. D. Deeg, VUMC
Beweegtest GALM SNAQ
NISB Y. Dijkstra, RUG H. Kruizenga, VUMC, 2004
Verkorte Audit HADS-A Observatielijst voor ouderen Mini GDS vragenlijst
Veldman, J Zigmond & Snaith, 1983 TNO Sheikh & Yesavage
GDS-15
Afweging om niet op te nemen
Voldoet aan criteria voor verdiepingstest Uitvoeren in de thuissituatie Nog niet gevalideerd; uitvoering binnen functieprofiel twijfelachtig Algemeen gebruikt, nog niet gevalideerd Uitvoering binnen functieprofiel twijfelachtig Betreft een zelfhulpprogramma
Vragen zijn gevalideerd, weging heeft een praktische invulling gekregen Interpretatie onvoldoende duidelijk Voldoet aan criteria Nog testen of vraag 3 relevant is binnen het CbS Verkorte versie voldoet aan de criteria Voldoet aan de criteria Niet geheel gestandaardiseerd Voldoet aan criteria Voldoet aan criteria voor verdiepingstest
GDS-30 HAM-D of HRSD
Hamilton
MADRS
Montgomery, Asberg
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
Afweging voor opname Voldoet aan de criteria.
Te uitgebreid voor dit doel Te uitgebreid, vraagstelling niet helder, niet valide voor CbO Geen gestandaardiseerde vraagstelling
- 21 -
Dementie
OLD
Clox-test MMSE, wordt z.n. door de huisarts uitgevoerd
Voldoet aan criteria voor verdiepingstest; Sluit aan bij LESA (Landelijke eerstelijns samenwerkingsafspraken tussen thuiszorg en huisartsen). Noot 1: Valide voor > 70 jaar. Noot 2: Toevoeging duidelijke vraagstelling is wenselijk. Royall DR, Cordes JA, Polk M, R.M. Kok en F.R.J. Verhey (2002 en update Alzheimer-centrum, 2006)
Sociaal netwerk
Eenzaamheidsschaal
De Jong Gierveld en Kamphuis
Overbelasting i.vm. mantelzorg
CSI
B. Robinson, USA,
Inventarisatie Draagkracht- draaglast
Kruisvereniging Breda, 1991
Zorgkompas
NIZW
EDIZ
Pot, A.M., 1995
Gehoorscreening Amsterdamse Vragenlijst voor autidtieve beperkingen Nationale gehoortest
OESO en C. Smits S.E. Kramer, VUMC
Gehoor
S.E. Kramer
Geen eenduidige interpretatie en weging van het resultaat Interpretatie wat ingewikkeld binnen functieprofiel Is niet sensitief genoeg voor vroege signalering van cognitieve stoornissen Nogal tijd rovend. Wel goed als verdiepingstest. Meet vooral Alzheimerdementie Voldoet aan de criteria. Weging geeft slechts een indicatie en kan op individueel niveau niet als maat gelden voor de problematiek Voldoet aan criteria voor verdiepingstest Test is van 1983. Praktisch instrument voor hulpverlening, minder voor risicoinventarisatie Anamnese-instrument, geschikt voor mantelzorgconsulent Voldoet aan criteria, voorkeur voor CSI omdat deze breder lijkt Voldoet aan de criteria Test te uitgebreid voor dit doel
Is een zelftest, thuis uit te voeren
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 22 -
Bijlage 3. Protocol Informatie, Advies en Verwijzing Inhoudsopgave 1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.7a 1.7b 1.8 1.9 1.10 1.11
Gezondheidsbeleving en instandhouding Medicijngebruik Gewicht Overgewicht / obesitas Ondergewicht / ondervoeding Bloedglucose Bloedcholsterol Bloeddruk Hoge bloeddruk Lage bloeddruk Luchtwegen Gebit Botten en gewrichten, ostoporose Botten en gewrichten, artrose
2. 2.1 2.2 2.3
Voeding en stofwisseling Eetgewoonten Vochtinname algemeen Alcoholgebruik
3. 3.1 3.2 3.3 3.4
Uitscheiding Plassen, incontinentie/ongewild urineverlies Obstipatie Diarree Aambeien
4. 4.1 4.2 4.3 4.4
Activiteiten en rust Bewegen en sport Voeten Slaap en rust Spanning en ontspanning
5. 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
Cognitie Geheugen Dementie Pijn Gehoor Zien
6. 6.1 6.2 6.3 6.4
Zelfbeleving Ouder worden Depressie Angst Veiligheid
7 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5
Rollen en relaties Eenzaamheid Rouw Relatieproblemen Mantelzorg Seksualiteit
Toelichting Deze informatie is vooral richtinggevend is en streeft geen volledigheid na. Ook de onderlinge samenhang is hierin nog niet optimaal aangegeven. Het is aan te raden om dit protocol in afstemming met huisartsen ter plaatse te te gebruiken. In de advisering is gewerkt vanuit het gezondheidspatroon van Gordon, gezondheidsbevordering en – instandhouding.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 23 -
1.
GEZONDHEIDSBELEVING EN – INSTANDHOUDING
Specificatie 1.1 Medicijngebruik
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing
Ondersteunende informatie
Algemene informatie over medicijngebruik: juist gebruik bijwerking medicijn interactie medicijnen medicijnen in relatie tot ouder worden mogelijkheid pillendozen jaarlijkse controle bij de huisarts bij langdurig medicijngebruik en polyfarmacie
Test: Polshartslag: normaal tussen 50 en 100 en regelmatig.
Naar huisarts bij pols < 50 pols > 100 continu irregulair klachten langdurig gebruik van slaapmiddelen en/of antidepressiva meer dan [4/aantal] soorten medicijnen
Websites:
Specificatie 1.2 Gezond gewicht
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Gezond gewicht: BMI 18,5-25 kg/m2
Algemene informatie gezonde voeding (zie 2)
Test: Lengte Gewicht BMI = gewicht gedeeld door lengte in het kwadraat
Naar huisarts bij obesitas overgewicht in combinatie met hoge bloeddruk, hoog cholesterolgehalte, hoog bloedsuiker voedingsadvies van diëtist
Websites:
Maak met de huisartsen afspraken over te voeren beleid bij gebruik van bijvoorbeeld 4 soorten medicijnen of meer, bij langdurige medicatie voor slapen en/of antidepressiva Therapie(on)trouw
Specifieke informatie bij: pols < 50 en continu irregulair klachten als kortademigheid en duizeligheid valrisico bij polyfarmacie
Folders/brochures: Boeken: Het juiste medicijn bij pijn. Gids voor senioren
Wijs op mogelijkheid van apotheker voor nadere informatie
Folders/brochures: Folder: Eet gezond! Schijf van vijf (Voedingscentrum) Boeken:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 24 -
Specificatie 1.3 Overgewicht / obesitas
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
BMI 20 – 25: goed gewicht 25 – 27: neiging tot overgewicht 27 – 30: overgewicht Meer dan 30: ernstig overgewicht.
Algemene adviezen gezonde voeding (zie 2) Drie keer per dag maaltijd (+ontbijt) Veel drinken (bij voorkeur water) Light-produkten, zoetjes Met mate of geen alcohol Tussendoortjes fruit Koopgedrag aanpassen Langzaam eten (vermindert het hongergevoel) Voldoende beweging
Test: Lengte Gewicht BMI = gewicht gedeeld door lengte in het kwadraat
Naar huisarts bij obesitas overgewicht in combinatie met hoge bloeddruk, hoog cholesterolgehalte, hoog bloedsuiker voedingsadvies van diëtist psychische begeleiding GGZ
Websites: www.happyweight.n l www.hartstichting.n l
Let
op oorzaken als: Verdriet Eenzaamheid Stress Alcoholverslaving
Afvallen bij overgewicht Leefstijladviezen
Naar AMW/huisarts voor psychische begeleiding Lokale voorzieningen clubs/cursus voor ondersteuning bij afvallen. specifieke bewegingscursussen voor chronisch zieken, vaak bij de fysiotherapie.
Folders/brochures: Brochure. Over gewicht (Nederlandse Hartstichting) Folder. Eet gezond! Schijf van vijf (Voedingscentrum) Download. Bewegen doet wonderen (Nederlandse Hartstichting)
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 25 -
Specificatie 1.4 Ondergewicht / ondervoeding
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
BMI < 18,5 kg/m2 Gewichtsdaling: > 6 kg in 6 maanden > 3 kg per maand Onevenwichtige voeding
Algemene informatie gezonde voeding (zie 2)
Test: Lengte Gewicht BMI = gewicht gedeeld door lengte in het kwadraat
Naar huisarts bij: gewichtsdaling > 6 kg in 6 maanden > 3 kg per maand voedingsadvies door diëtist psychische begeleiding GGZ alcoholverslaving
Websites:
Let op oorzaken als: psychische problemen alcoholverslaving Specificatie 1.5 Bloedglucose
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Risico: 7,5 -11 mmol/l
Algemene informatie:
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Folders/brochures: Folder: Eet gezond! Schijf van vijf (Voedingscentrum) Boeken:
Naar CAD bij: alcoholverslaving Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Naar huisarts bij > 7,5 mmol/l (niet nuchter) > 6,9 mmol/l (nuchter) Voedingsadvies door diëtist
Websites: www.mijnbloedgluc ose.nl (voor diabetici)
Naar diabetesverpleegkundige bij gediagnosticeerde diabetes
Boeken:
Test: Bloedglucose Te hoog : > 11 mmol/l (niet nuchter) Te hoog :> 6,9 mmol/l (nuchter)
Symptomen van te hoog bloedsuikergehalte: dorst en veel plassen blaasontsteking wondjes die slecht genezen vermoeidheid Algemene informatie over verhoogd bloedsuikergehalte en het belang van gezonde leefstijl voldoende lichaamsbeweging gezonde voeding (zie 2) niet roken matig met alcohol
Let
op: Afkomst Hindoe, Marokkaans, Turks DM type 2 familiair Zwangerschapsdiabetes en Geboorte kinderen boven 4 kg Combinatie met overgewicht
Specifiek: Suiker mag met mate Dieetpreparaten zijn niet nodig Verspreid over de dag eten Matige porties Afvallen bij overgewicht Niet roken Vold. lichaamsbeweging (zie 4.2 ) Voldoende drinken (1,5 - 2 lr. p.d.) Onverzadigde vetten
Folders/brochures:
Naar fysiotherapie voor specifieke progamma’s in geval van chronische ziekten Lokale voorzieningen sportclubs bewegingsprogramma’s
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 26 -
Specificatie 1.6 Bloedcholesterol
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Totaalcholesterol: Normaal: <5 mmol/l Risico: 5-8 mmol/l Te hoog: > 6,5 mmol/l
Gevolgen benoemen van te hoog cholesterolgehalte: Risico voor hart- en vaatziekten
Huisarts bepaalt gedifferentieerd cholesterol op indicatie (LDL en HDL) uit lipidenspectrum in veneus bloed via laboratorium
Algemene adviezen over: Gezonde voeding (zie 2) Stoppen of verminderen met roken Sporten, bewegen
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test Test: Bloedcholesterol Specifieke informatie: Magere of halfvolle producten Gebruik producten met voedingsvezels Bewegen verhoogt het goede cholesterol Afvallen bij overgewicht Informatie over soorten vetten Soorten vetten niet eten: Verzadigde vetten (vaak dierlijk) in: boter, slagroom, speklapjes, vette kaas,vette worst, volle melk, koekjes chips, chocolade, snacks
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Naar huisarts bij cholesterol >6,5 mmol/l Voedingsadvies door diëtist
Websites: www.hartstichting.n l www.mijncholestero l.nl Folders/brochures: Brochure. Te hoog cholesterol (Nederlandse Hartstichting) Boeken:
Soorten vetten wel eten: onverzadigde vetten (veelal plantaardig) in: vis (m.u.v. paling en garnalen), vloeibare vetten en oliën, vloeibare bak- en braad, dieethalvarine/margarine, noten Evt. visolie-capsules (als niet 1 x per week vette vis gegeten wordt) Let op combinatie met: Overgewicht verhoogde bloeddruk
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 27 -
Specificatie 1.7 Bloeddruk
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
a. Hoge bloeddruk
Algemene informatie: Hoge bloeddruk geeft schade op lange termijn Belang van gezonde leefstijl gezonde voeding (zie 2) stoppen met roken max. 2 glazen alcohol per dag voldoende bewegen
Test: Meten van bloeddruk; indien verhoogd 2 x extra controles en gemiddelde berekenen
Naar huisarts bij: gemiddelde waarde systolische druk > 140mmHg stressfactoren begeleiding stoppen met roken
Websites: www.mijnbloeddruk.nl www.hartstichting.nl
Verhoogd risico: SBD (systolische bloeddruk) >120- 140 mmHg
Te hoge waarde: SBD > 140 mmHg
Voedingsadvies: minder of geen zoutgebruik minder drop weinig vet bakken in olie/ dieetmargarine voldoende groente en fruit (minder) koffie gebruik Overige advisering: overgewicht: afvallen stoppen met roken ontspanning voldoende beweging
Naar fysiotherapie voor specifieke beweegprogramma’s in geval van chronische ziekten Lokale voorzieningen: Cursussen in verband met stoppen met roken in groepsverband Individuele begeleiding in verband met stoppen met roken Lokale voorzieningen i.v.m. lichaamsbeweging
Folders/brochures: Brochure Hoge bloeddruk (Nederlandse Hartstichting) Brochure. Opsteker voor rokers (Nederlandse Hartstichting Brochure. Stoppen met roken. Willen en kunnen (Stivoro) Download. Bewegen doet wonderen (Hartstichting)
b. lage bloeddruk: Algemene informatie: <100/ 60 mmHg met klachten
zitten bij duizeligheid zout of bouillon
Let
op relatie met : roken verhoogd cholesterol overgewicht stress ondervoeding en ondergewicht
Naar huisarts bij: < 100 mmHg en klachten, b.v. duizeligheid, flauwvallen
Websites: Folders/brochures: Boeken:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 28 -
Specificatie 1.8 Luchtwegen
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Benauwdheid/ kortademigheid (evt. alleen bij inspanning) bleke huidskleur
Algemene voorlichting: kwaliteit van lucht in huis (ventilatie en vocht) goede ademhaling stoppen met roken
Specifieke informatie over mogelijkheden voor stoppen met roken (voorwaarde dat men gemotiveerd is) Groepsbegeleiding bij stoppen met roken Individuele begeleiding bij stoppen met roken Acupunctuur Hypno/laserbehandeling Nicotinevervangers: kauwgum, pleister, inhaler, tablet Zelfhulpgroepen
Naar huisarts bij: forse klachten luchtwegen depressieve klachten na stoppen met roken Handleiding Minimale Interventie Strategie
Indien niet gemotiveerd volledig te stoppen, de volgende tips: Advies om te halveren Alleen op gezette tijden te roken Jezelf belonen als je niet rookt Afspraak maken met partner, vriend(in), kennis ter controle
Lokale voorzieningen: Cursus Stoppen met roken Individuele begeleiding bij stoppen met roken Zelfhulpgroep Hypnotherapeut Lasertherapeut Zelfhulpgroep
Ondersteunende informatie
Websites: www.astmafonds.nl
Folders/brochures: Brochure. Opsteker voor rokers (Nederlandse Hartstiching) Brochure. Stoppen met roken. Willen en kunnen (Stivoro, Informatie en bestellijn: 0900-9390) Bewegen doet wonderen (Nederlandse Hartstichting) Boeken: Boek van Allan Carr: “Beter niet alleen, maar met hulp”.)
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 29 -
Specificatie 1.9 Gebit
Slechte adem Tand- of kiespijn
Specificatie 1.10 Botten en gewrichten, osteoporose Krommer of kleiner worden Historie: botbreuken bij vallen Familie Geschiedenis Timed Up and Go > 14 sec. Ongelijkmatig gangpatroon
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Algemene voorlichting over goede mond- en gebit/prothese verzorging Minimaal 2 maal daags tanden poetsen Niet meer dan 3 maaltijden en 4 tussendoortjes Minimaal eenmaal per jaar controle gebit
Specifiek advies: Mondholte borstelen met zachte tandenborstel om tandvlees te masseren Ook de tong poetsen om slechte adem te voorkomen Reiniging gebitsprothese
Naar tandarts voor: Jaarlijkse controle Bij klachten
Websites:
Naar lokale tandprothetische praktijken
Boeken:
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem Algemene informatie over ontstaan van osteoporose: Komt bij mannen evenveel voor als bij vrouwen maar ontstaat gem. 5 jaar later Erfelijke belasting Calciumarme voeding Vitamine D tekort Drinken van veel koffie Weinig lichaamsbeweging Langdurige bedrust Vroege menopauze Schildklieraandoening Gebruik bijnierschorshormoon (prednison)
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test Test: Timed Up and Go Lengte
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Naar huisarts bij Lengteafname Historie vallen Timed Get up and go >14 seconden Ongelijkmatig gangpatroon Voedingsadvies bij diëtist
Websites: www.osteoporose.nl
Huisbezoek valpreventie bij: uitvoering ‘timed Get up and go’, > 14 sec. en/of ongelijkmatig gangpatroon historie vallen historie botbreuken
Boeken:
Specifieke informatie bewegen: Regelmatig en gedoseerd bewegen (wandelen, fietsen en zwemmen en ouderengym) Elke dag min. 15 min. in buitenlucht
Folders/brochures:
Folders/brochures: Brochure. Gezond blijven. Over uw voeding en botontkalking (NZO)
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 30 -
Osteoporose preventief: Voldoende beweging Voldoende daglicht (vit. D deficiëntie let op allochtonen) Vit-D suppletie3 volgens tabel Calciumrijke voeding (1000-1200 mg/dag): melk /zuivelproducten Vermijd roken peulvruchten, vis, roomijs, garnalen, boerenkool, gedroogde vijgen, tarwezemelen, hazelnoten, walnoten en melkchocolade matig vlees, zout en cafeïne (koffie/thee) goed lichaamsgewicht (zeker niet te laag)
Specifieke informatie voeding: 4 á 5 glazen melk/producten en 2 plakken kaas, 5 gram halvarine/boterham en 15 gram margarine (bak en braad) per warme maaltijd 50-70 jaar: 500 ml melk(producten) en 20 gram (1 plak kaas) 70 jaar en ouder: 550 ml melk(producten) en 20 gram (1 plak) kaas)
Lokale voorzieningen Thuiszorg voor huishoudelijke hulp Thuiszorg voor verzorging Voorlichtingsbijeenkomst over gezonde voeding bij osteoporose
Specifieke informatie veiligheid: Goed schoeisel Informatie over heupbeschermers bij verhoogd valrisico Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen Vermijd alcohol Niet lopen met leesbril op Bij duizeligheid vasthouden gevaar losliggende snoeren/matten Bespreken valrisicoinventarisatie thuis
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 31 -
Specificatie 1.11 Botten en gewrichten, artrose Pijn ADL-problematiek
1
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem Algemene informatie over artrose: startpijn overbelasting het wisselende en individueel bepaalde beeld.
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test Let op Veiligheid (zie 6.4) en valrisico belasting mantelzorger
Verwijzing / sociale kaart
Naar huisarts bij: ernstige klachten Lokale voorzieningen Thuiszorg voor huishoudelijke hulp Thuiszorg voor verzorging Personenalarmering Huisbezoek valpreventie Maaltijdvoorziening Tuinonderhoud Etc.
Ondersteunende informatie Websites: Folders/brochures: Brochure. Artrose (Nationaal Reumafonds) Boeken:
Advies voor Vit-D suppletie. Hoeveelheden in microgrammen: 2,5 microgram = 100 IE (internationale eenheden)
Vit-D suppletie
50 -60 jaar
Man
Dagelijks in zon
Niet dagelijks in zon
Vrouw
61-70 jaar
Man
> 71 jaar
Vrouw
Man
Vrouw
geen
2,5
2,5
5
7.5
10
5,0
7,5
5
7,5
10
12,5
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 32 -
2.
VOEDING EN STOFWISSELING
Specificatie 2.1 Eetgewoonten
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Slecht eetlust Ondergewicht Overgewicht ADL-problemen Eenzaamheid
Algemene voorlichting over volwaardige gezonde voeding: x p.dag maaltijd, zeker ontbijt veel drinken (1.7 - 2 ltr/ dag) is belangrijk voor ouderen gevarieerd eten, door afwisseling in brood, aardappelen, rijst, pasta, peulvruchten, in groenten en fruit en matig te zijn met verzadigd vet. diepvries/potgroente Kant-en-klaar maaltijden (let op voedingswaarde)
Specifieke informatie: Vitamine D-suppletie4 2 ons groente / dag (= 4 groentelepels), > 70 jaar is 150 gram voldoende (= drie groentelepels) 2 stuks fruit/dag volkoren producten, voldoende brood en aardappelen 3 x melk (product) =ruim ½ ltr + 1 plak kaas matig met zout evt. 3 x gezond tussendoortjes niet meer dan twee glazen alcohol / dag Niet of minder gebruiken: verzadigde vetten (boter, slagroom, speklappen en meer verborgen in kaas, worst, volle melk, koekjes, chips en chocolade)
Naar diëtist voor advies gezonde voeding
Websites: www.voedingscentrum.nl
Naar huisarts bij dieetadvisering door diëtist
Folders/brochures: Folder. Eet gezond! Schijf van vijf (Voedingscentrum)
4
Lokale voorzieningen maaltijdvoorzieningen Maaltijdservices Eettafels voor ouderen Seniorenrestaurant via verzorgingshuizen Restaurants die maaltijden bezorgen
Boeken:
Advies voor Vit-D suppletie, zie noot 1.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 33 -
Specificatie 2.2 Vochtinname algemeen
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Verzadigde vetten vervangen door onverzadigde vetten: oliën, dieethalvarine, dieetmargarine (Becel, Pro Activ) en vloeibare bak- en braad. 2 maal per week vis: alle vissoorten, vooral vette vis zoals zalm, haring en makreel (rijk aan meervoudig onverzadigde vetzuren), met uitzondering van paling en garnalen Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Vochtinname ouderen: 1,7 liter per dag
Algemene informatie:
Specifieke informatie:
Websites:
Praktische tips voor meer vochtgebruik: klaar zetten integreren in dagpatroon bespreken wat aantrekkelijk is opschrijven wat gedronken wordt
Folders/brochures:
Met het ouder worden vermindert de behoefte aan drinken en het dorstsignaal waardoor grotere kans op uitdroging ontstaat; ouderen hebben minder vochtreserve in het lichaam, waardoor vochtbenodigdheden juist toenemen de aanbevolen hoeveelheid drinken = 1,7 tot 2 liter per dag gevarieerd drinken
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Boeken:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 34 -
Specificatie 2.3 Alcoholgebruik
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verkorte Audit: Score 6 en >
Algemene voorlichting: maximaal alcoholgebruik Door verouderen lichaam wordt alcohol minder goed verdragen Maximaal alcoholgebruik voor senioren ligt lager! Voorlichting over gevolgen van overmatig alcoholgebruik
Test Verkorte audit (5 vragen) Specifieke informatie Maximum alcoholgebruik voor mannen 2-3 glazen per dag Maximum alcoholgebruik voor vrouwen 1-2 glazen per dag 2 onthoudingsdagen per week Bij medicijngebruik, geen alcohol gebruiken; let op bijsluiter Praktische tips doornemen voor vermindering alcoholgebruik
Verwijzing / sociale kaart
Naar huisarts/CAD bij overmatig gebruik Audit, score > 5
Ondersteunende informatie
Websites: www.alcoholdebaas.nl www.alcoholtest.nl www.alcoholinfo.nl Folders/brochures: Boeken:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 35 -
3.
UITSCHEIDING
Specificatie 3.1 Plassen, incontinentie / ongewild urineverlies
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Ongewild verlies van urine bij: Inspanning Plotselinge aandrang Overlopende blaas
Algemene informatie over praktische zaken: op tijd naar het toilet om te plassen goed uitplassen informatie over hygiëne: vrouwen: van voren naar achteren afvegen schoon ondergoed
Praktische informatie over incontinentie: weet waar het toilet is s nachts po(stoel)/fles bij de hand, liever niet buigen (beknelde blaas) maar door knieën voldoende blijven drinken (evt. paar uur voor slapen stoppen) geregeld naar toilet gaan bijv. om de 2 uur (aandrang of niet) geen zeep drinkpatroon bespreken informatie over goed incontinentiemateriaal geen inlegkruisjes of maandverband
Naar huisarts: bij ernstige of langer durende klachten
Websites:
Houd rekening met schaamtegevoelens
Naar incontinentieverpleegkundige Voor begeleiding Info materialen Voor informatie over cursus blaastraining
Folders/brochures: Folder. Incontinentie. Het taboe doorbreken (CM) Boeken:
Lokale voorzieningen:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 36 -
Specificatie 3.2 Obstipatie
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Moeilijke of pijnlijke stoelgang Aambeien
Algemene informatie:
Specifieke informatie:
Websites:
De spijsvertering verloopt trager omdat het darmweefsel veroudert, de darmperistaltiek neemt af.
Naar huisarts bij obstipatie / aambeien indien klachten ernstig zijn of niet verbeteren
Oorzaken obstipatie: te weinig lichaamsbeweging te weinig drinken ouderen zijn geen grote broodeters (brood is een belangrijke bron van voedingsvezels) medicijngebruik(ijzer) laxerende pillen etc. Uitleg geven dat darmen hier lui van worden.
Specificatie 3.3 Diarree
veel drinken (2 ltr.) op nuchtere maag een of twee glazen water gebruik voldoende vocht met mineralen: bouillon, thee, ongekruid tomatensap met zout, wortelsap. eten van voldoende vezelrijke voeding zoals: donkerbruinbrood, roggebrood, ontbijtkoek, rauwkost, gewelde pruimen, muesli , sinaasappelsap handhaven eigen eetpatroon, eet waar men trek in heeft, blijven eten om voldoende mineralen binnen te krijgen. voldoende bewegen
Folders/brochures: Boeken:
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Algemene voorlichting:
Specifieke informatie:
Websites:
Oorzaken diarree: Veelvuldig gebruik van suikervrije kauwgom en snoep Infectie Bedorven voeding
Navraag doen naar: De laatste keer gewone ontlasting gebruik suikervrije kauwgom/snoep Voedselhygiëne
Naar huisarts bij diarree indien klachten ernstig zijn of niet verbeteren
Folders/brochures: Boeken:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 37 -
Specificatie 3.4 Aambeien
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test Specifieke informatie Vezelrijke voeding, Veel drinken /bewegen Alleen toilet bij aandrang
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Naar huisarts bij klachten die ernstig zijn of niet verbeteren
Websites: Folders/brochures: Boeken:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 38 -
4.
ACTIVITEITEN EN RUST
Specificatie 4.1 Bewegen en Sport
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem Algemene informatie: Dagelijkse inspanning en beweging is bewezen levensverlengend en voorkomt veel gezondheidsproblemen Intensief bewegen houdt in: sporten, fietsen, wandelen, huishoudelijk werk / tuinieren / klussen etc. Hiervan per dag minimaal een half uur (1x 30 min, 2x 15 min of 3x10 min) bewegen, zodanig dat er een matige tot redelijke inspanning geleverd moet worden: men moet behoorlijk ademhalen en een snellere hartslag krijgen. Voor de een vereist dat andere inspanning dan voor de ander. Geleidelijk opbouwen Evt. inbouwen in dagelijkse routine bijv. op fiets, via trap i.p.v. lift
30 – 60 minuten per dag sporten/bewegen, minimaal 5 dagen per week
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test Specifieke informatie zoeken naar passende activiteit ochtendgymnastiek op tv van 9.05-9.20u. fietsen op hometrainer fitness op sportscholen voor ouderen sportief bewegen voor 55+ meer bewegen voor ouderen (wijkgebouwen/ buurthuizen )
Verwijzing / sociale kaart
Benauwdheidklachten ADL-problematiek
Lokale voorzieningen: fitness sportscholen wijkcentra GALM-projecten Welzijnswerk voor stimuleren activiteiten
Ondersteunende informatie www.flash123.nl www.nisb.nl Folders/brochures Folder. Sportief wandelen. Méér dan alleen wandelen (NISB) Brochure. Veilig op pad met de rollator (Consument en Veiligheid) Boeken:
Let op combinatie met overgewicht / afvallen Let op preventie van vallen Let op combinatie met eenzaamheid; misschien is begeleiding naar activiteiten nodig
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 39 -
Specificatie 4.2 Voeten
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Pijn aan de voeten Huidaandoening aan de voeten
Algemeen verzorgingsadvies: goed wassen en drogen goede nagel/voet/eeltverzorging goed schoeisel
Specifieke informatie bij: kalknagels zwemmerseczeem eeltvorming likdoorns wratten anatomische voet/teenproblemen (hallux valgus)
Naar huisarts bij Aanhoudende pijn Wratten Anatomische voet- / teenproblemen Etc.
Websites: Folders/brochures: Boeken:
Naar pedicure voor voetverzorging
Specificatie 4.3 Slaap en rust
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Moeilijk inslapen Niet goed doorslapen Heel vroeg wakker
Algemene informatie: behoefte aan slaap neemt tijdens het leven langzaam af bijv. voor tachtigers is vijf tot zes uur slaap voldoende bij weinig slaap, maar overdag niet moe, is er niets aan de hand hoe slechter de nachtrust hoe groter de behoefte overdag te gaan liggen
Specifieke informatie: overdag niet langer dan 30 tot 40 minuten gaan slapen, anders gaat het ten koste van de nachtelijke slaap regelmaat aanbrengen in slaap- en waakritme niet proberen een slaappatroon van 8 uur in stand te houden met slaapmiddelen gebruik max. 7 keer per maand slaapmedicatie zorg overdag voor regelmatige lichaamsbeweging
Naar huisarts bij: ernstige slaapproblemen langdurige slaapmedicatie Programma stoppen met slaapmiddelen bij huisarts lokaal cursusaanbod ontspanning/ slapen
Websites:
Lokale voorzieningen: Cursus slapen Cursus ontspannen Cursus massagetechnieken
Folders/brochures: Folder. Denk eens na over hersenen… slaapstoornissen (Hersenstichting) Folder. Zalig slapen, fris ontwaken. 10 voor mentaal (CM) Boeken:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 40 -
slaappatroon verandert: periodes van aller-diepste slaap worden korter door lichter slapen, meer slaaponderbrekingen (ook door lichamelijke ongemakken) de rust die men nodig heeft wordt meer verspreid over de dag en nacht acceptatie van nieuwe slaap en waak ritme om te kunnen slapen moet je lichamelijk en geestelijk ontspannen en moe zijn uitzoeken hoeveel slaap je nodig hebt slaapmiddelen alleen kortdurend gebruiken, niet langer dan 2 weken of in overleg met huisarts angst en spanning zijn niet bevorderlijk voor de slaap
alcohol werkt ontspannend, overmatig gebruik daarentegen verstoort de slaap let op koffie, gefermenteerde thee en nicotine (opwekkende stoffen) vermijd intensief sporten voor het slapen gaan voorkom te zware maaltijden of een hongerig gevoel voor het naar bed gaan glas warme melk met honing goed matras, prettige omgeving, matige temperatuur, geen knellende kleding ventileer de slaapkamer voldoende, ook ‘s nachts slapen kun je leren ontspannen kun je leren
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 41 -
Specificatie 4.5 Spanning en ontspanning
Specificatie 4.6 ADL Problemen bij het uitvoeren van dagelijkse activiteiten
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Algemene informatie: veel bewegen veel koolhydraten weinig eiwitten
Specifieke informatie: oorzaak spanningsklachten oplossen /proberen duidelijk te krijgen ademhalingsoefeningen ontspanningsoefeningen
Naar huisarts Naar GGZ-hulpverlener
Websites:
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem Voorlichting over: Normale ouderdomsverschijnselen Mogelijkheden voor hulp
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test Test: ADL-vragen LASA Specifieke informatie over ADL-ondersteuning: Hulp bij huishouden tuinonderhoud klussen maaltijdvoorziening kleding aan huis voetverzorging aan huis kapper aan huis financiële administratie audicien aan huis opticien aan huis Let op belasting mantelzorg
Folders/brochures:
Ontspanningstherapie Autogene training
Lokale voorzieningen: Cursus slapen Cursus ontspannen Cursus massagetechnieken Cursus yoga Verwijzing / sociale kaart
Naar CIZ: voor thuiszorg huishoudelijke hulp verpleging verzorging Naar thuiszorg voor: huishoudelijke hulp verpleging verzorging begeleiding Naar ergotherapie voor problemen bij ADL
Boeken:
Ondersteunende informatie
Websites: Folders/brochures Brochure. Veilig op pad met de rollator (Consument en Veiligheid) Boeken:
Lokale voorzieningen: thuiszorgvereniging maaltijd aan huis tuinonderhoud klussendienst rollatortraining Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 42 -
5.
COGNITIE
Specificatie 5.1 Geheugen
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem Algemene informatie: Vergeetachtigheid is niet altijd hetzelfde als dementie (zie specifieke informatie 5.2) geestelijk zo veel mogelijk actief blijven (krant)lezen, woordpuzzels, cryptogrammen, discussies Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem Algemene voorlichting: Vergeetachtigheid is niet zelfde als dementie. Herkennen aan: vergeetachtigheid, kort geheugen niet op juiste woorden komen vragen niet goed begrijpen besef van tijd achteruit verzinnen van uitvluchten moeilijk nieuwe dingen leren vaardigheden kwijtraken moeite met plannen maken/organiseren gedrag- en stemmingsveranderingen achteruitgang hersenfuncties
Vergeetachtigheid
Specificatie 5.2 Dementie Vergeetachtigheid Desoriëntatie Cognitieve stoornis Afasie Apraxie Agnosie Denken/plannen etc. Verminderd dagelijks functioneren
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test Test: Observatielijst Dementie Specifieke informatie: blijf rustig als je iets vergeten bent, als je in paniek raakt ontstaat er een blokkade. Als je kalm blijft, komt het vanzelf weer boven training: use it or lose it. Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test Test: Observatielijst Dementie
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Naar huisarts n.a.v. observatie (OLD) of bij ernstige geheugenproblemen of zorgen daarover
Websites: Folders/brochures: Geheugenkaartje. Vergeetachtig? Wat te doen (Hersenstichting) Boeken:
Verwijzing / sociale kaart
Naar huisarts bij verdenking van dementie Naar thuiszorg voor begeleiding PG-team (verzorging, huishoudelijke hulp, begeleidende ondersteuning) Naar Steunpunt Mantelzorg bij overbelasting of vragen van mantelzorger
Specifieke informatie: Bij geringe vermindering: gebruik van hulpmiddelen zoals afspraken / boodschappen opschrijven, agenda, kookwekker, kalender op toilet, pillendoos, dagboek bijhouden, prikbord
Let op Overbelasting mantelzorger Z.n. mantelzorger uitnodigen Z.n. verdiepingstest SCI uitvoeren
Lokale voorzieningen: cursus omgaan met vergeetachtigheid cursus omgaan met dementie voor mantelzorger Alzheimercafé
Ondersteunende informatie Websites: Folders/brochures: Folder. De meest gestelde vragen over dementie (SAN) Boeken: Telefoon: Alzheimertel. 030-6567511
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 43 -
Specificatie 5.3 Pijn
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Algemene informatie: pijn is geen ziekte, maar een signaal serieus nemen van pijn
Specifieke informatie: ver pijnbestrijding d.m.v. zelfmedicatie (alleen bij duidelijke oorzaak)
Naar huisarts bij: onbegrepen en langer durende pijnklachten
Websites:
Specificatie 5.4 Gehoor
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Let op Overmedicatie (zie 1.1) Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verminderd horen
Algemene informatie: Ouder worden en veranderingen in het gehoor Herkenning gehoorproblemen: mensen spreken onduidelijker dan vroeger moe na lang gesprek moeilijk verstaan als men zachtjes spreekt vaak navragen wat er gezegd wordt gesprek niet goed kunnen volgen in ruimte met meerdere mensen bij achtergrondlawaai moeite met telefoongesprek geluid TV/radio harder zetten de omgeving merkt slechter horen
Folders/brochures: Boeken:
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Test: Observatie tijdens gesprek
Naar huisarts bij gehoorproblemen eventuele oorsmeerprop
Websites: www.hoortest.nl
Specifieke informatie: Zelftest via Internet Zelftest via telefoon
Naar audicien
Folders/brochures:
Let op: bij ADL-problematiek: audicien aan huis
Boeken: Telefoon: Nationale gehoortest 0900-4560123
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 44 -
Specificatie 5.5 Zien
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Verminderd gezichtsvermogen
Algemene informatie: Klachten bij gezichtsproblemen moeite lezen wazig zien vermoeidheid vallen
Test: visustest
Naar huisarts bij klachten en ter uitsluiting van andere oogproblemen
Websites:
Naar opticien
Boeken:
Folders/brochures:
Let op: bij ADL-problematiek: opticien aan huis
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 45 -
6.
ZELFBELEVING
Specificatie 6.1 Ouder worden
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Algemene voorlichting: normaal ouder worden mentale en fysieke achteruitgang hulpmiddelen veel mogelijkheden voor benodigde hulp
Specifiek informatie: luisteren naar signalen van het lichaam CIZ indicatie WMO Zorg in natura/PGB Voorzieningen voor ouderen Veiligheid (zie 6.4)
Thuiszorg voor huishoudelijke hulp ondersteunende begeleiding verzorging verpleging
Websites:
Lokale voorzieningen maaltijdvoorziening welzijnswerk ouderenbonden thuiszorgvereniging tuinonderhoud klussendienst rollatortraining bewegen voor ouderen etc.
Folders/brochures: Denk eens na over hersenen …Ouderdomsziekten (Hersenstichting) Boeken:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 46 -
Specificatie 6.2 Depressie
Abnormale lusteloosheid Somberheid Neerslachtigheid, Ongeïnteresseerdheid Onvermogen om ergens van te genieten Snelle vermagering GDS-mini: 1 of > Hads-A > 14
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Algemene informatie:
Test: In klantdossier: GDS minivragenlijst Hads-A
Naar huisarts bij: Score GDS-15: hoger dan 6
Websites: www.depressiecentrum.nl
Naar AMW
GDS-15 als verdieping
Naar welzijnswerk voor activiteiten voor senioren
Folders/brochures: Brochure en download. Ouderen en depressie. (H)erkennen en begrijpen
Bijkomende problemen kunnen zijn: Slaapproblemen Concentratieproblemen Vermoeidheid Gebrek aan eetlust Vermindering van seksuele gevoelens Negatief zelfbeeld. Informatie over winterdepressie
Specifieke informatie: aanraden veel te bewegen voeding: veel koolhydraten en weinig eiwitten zoeken naar best passende ondersteuning zoeken naar best passende activiteit Let op onderscheid met normale ouderdomsverschijnselen
Lokale voorzieningen: Cursus ‘In de put, uit de put’ 55+ Lotgenotengroepen Sportclubs Rouwverwerkinggroepen Maatje Cursussen, clubs Etc.
Boeken:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 47 -
Specificatie 6.3 Angst
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Hads-A > 14 Uitingsvormen: Niet kunnen ontspannen Onrust Lichamelijke klachten Gebrek aan concentratie Gespannen spieren Trillende handen Slapeloosheid
Algemene voorlichting: Onderscheid tussen reële en irreële angst Uitingsvormen van angst Risico bij overgang in ontwikkelingsfasen bijv. pensionering en bij (soms meerdere) bijzondere gebeurtenissen, zoals overlijden in de familie, verhuizing, financiële achteruitgang etc.
Test: HADS-A
Naar huisarts bij: HADS-A >14 Belemmeringen in dagelijks functioneren
Websites:
Specifieke informatie: zo weinig mogelijk stress voldoende ontspanning structuur in dagpatroon voldoende beweging voldoende goede koolhydraten
Folders/brochures: Boeken:
Lokale voorzieningen: Cursus Angst de baas 55+
Let op bij risicogroepen: overgang in ontwikkelingsfasen
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 48 -
Specificatie 6.4 Veiligheid
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Historie vallen Historie botbreuken Familiehistorie osteoporose Artrose Verminderd zien
Veiligheid preventief: Voldoende beweging Vit-D suppletie (zie noot bij 1.10) Calciumrijke voeding (1000-1200 mg/dag): melk /zuivelproducten Inrichting woning Goede bril Preventie osteoporose (zie 1.10)
Test: Timed Get Up and Go Gezichtsvermogen
Naar huisarts bij: Timed Get Up and Go > 14 Onregelmatig gangpatroon
Websites: www.veiligheid.nl www.seniorgezond.nl
Specifieke informatie veiligheid: Goed schoeisel Informatie over heupbeschermers bij hoog valrisico Bespreken gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen Vermijd alcohol Niet lopen met leesbril op bij duizeligheid vasthouden geen losliggende snoeren/matten
Huisbezoek valrisicoinventarisatie bij: uitvoering ‘timed Get up and go’, > 14 sec. en/of ongelijkmatig gangpatroon historie vallen historie botbreuken
Folders/brochures: Brochure. Is jouw woning veilig? Voorkom valpartijen (CM) Brochure Rollator, tips en weetjes (KBOH) Brochure Veilig op pad met rollator (Consument en Veiligheid) Brochure Hulpmiddelen in bad, douche en toilet (KBOH)
Lokale voorzieningen Thuiszorg voor huishoudelijke hulp Thuiszorg voor verzorging Voorlichtingsbijeenkomst over gezonde voeding bij osteoporose
Boeken:
Bespreken valrisicoinventarisatie thuis
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 49 -
7.
ROLLEN EN RELATIES
Specificatie 7.1 Eenzaamheid
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Eenzaamheidsschaal 3 en hoger
Algemene voorlichting: verschil tussen sociale en emotionele eenzaamheid inzicht in eigen beleving: wat wordt bedoeld met eenzaamheid inventariseren wens
Test: Eenzaamheidsschaal score ≤ 3 geen eenzaamheid score > 3: Informatie over:
Naar Welzijnswerk voor huisbezoek activiteiten
Websites: www.50plusnet.nl www.vilans.nl/werkboekeen zaamheid www.seniorweb.nl
Specifieke informatie: activiteiten wijkgebouw/buurthuis activiteiten lokale welzijninstellingen activiteiten Zonnebloem, Rode Kruis, kerken cursussen speciaal voor ouderen vrijwilligersorganisatie
Lokale voorzieningen: Clubs, verenigingen Kerken Zonnebloem, Rode Kruis etc. Sport(vereniging)
Folders/brochures: Boeken:
Let op! Bij hoge score kan het zijn dat de klant moeilijk in staat is om zelf contact te leggen en kan ondersteuning hierin nodig zijn.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 50 -
Specificatie 7.2 Rouw
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Verwerken verlies
Algemene voorlichting: over normale rouwverwerking ruimte geven aan en toelaten van (zowel positieve als negatieve) gevoelens
Specifieke informatie: Goede voeding Regelmaat Kontakten Activiteiten Mantelzorg
Naar huisarts bij klachten en z.n. gesprek met 1e lijns SPV-er
Websites: www.verliesverwerken.nl
Lokale voorzieningen: Cursus rouwverwerking Maatjesproject
Folders/brochures:
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing /sociale kaart
Ondersteunende informatie
Algemene voorlichting:
Specifieke informatie: luisterend oor kort bespreken
Naar huisarts Naar AMW
Websites:
Specificatie 7.3 Relatieproblemen
Boeken:
Folders/brochures: Boeken:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 51 -
Specificatie 7.4 Mantelzorg
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Prikkelbaarheid Vermoeidheid Depressie Score CSI > 7
Algemene voorlichting: het begrip "mantelzorg" verdriet over achteruitgang Gezondheid mantelzorger Assertiviteit Relatie met leeftijd en algemene conditie
Test:CSI Score 4-6: risico bespreken Score 7-9: matig overbelast Score 10-12: overbelast
Naar huisarts bij: gezondheidsklachten
Websites: www.mantelzorg.nl www.mezzo.nl
Let op: Overbelasting vaak bij mantelzorg langer dan 3 maanden en meer dan 8 uur per week.
Specifieke informatie over: Schuldgevoel (on)Begrip van omgeving Reflectie op rol mantelzorger Grenzen aan mantelzorg Fysiek zware last Gebruik van hulpmiddelen De zorg delen Aanpassen werkschema Vinden van de juiste wegen voor hulp verbreden van draagvlak Financiële ondersteuning
Naar Steunpunt Mantelzorg Bij CSI score 7–12 Bij behoefte aan ondersteuning van mantelzorgconsulent Voor respijtzorg Naar gemeente/thuiszorg voor: Huishoudelijke hulp
Folders/brochures: Folder Zorgt u voor een ander .. Zorg dan ook goed voor uzelf! (Mezzo) Folder Tips voor mantelzorgers. Mantelzorgers bewust laten zijn van eigen situatie en attenderen om goed voor zichzelf te (blijven) zorgen (Mezzo)
Naar thuiszorg voor: Ondersteunende belgeleiding PG-verzorging bij Boeken: mantelzorg voor dementerende Tijdschrift: Nachtzorg De Mantelzorger (Mezzo 1x per jaar Nationale mantelzorgdag (verwendag voor mantelzorger) Telefoon: Mantelzorglijn: 0900 Lokale voorzieningen: 2020496 Respijtzorg Vrijwilligerscentrale Uitleenpunten voor hulpmiddelen Maaltijdvoorziening Boodschappendienst Tuinonderhoud Mantelzorgkrant Lotgenotengroep Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 52 -
Specificatie 7.5 Seksualiteit
Algemene voorlichting m.b.t. (potentieel) gezondheidsprobleem
Specifieke informatie/ advies m.b.t. gezondheidsprobleem en test
Verwijzing / sociale kaart
Ondersteunende informatie
Erectieproblemen Pijn bij vrijen Veranderende behoefte
Algemene voorlichting: Seksualiteit in relatie tot het ouder worden: erectieproblemen, droge vagina Behoefte aan gemeenschap neemt af, aan vrijen niet Seksualiteit in relatie tot ziekte
Specifieke informatie: een luisterend oor begrip Informatielijn
Naar huisarts bij problemen
Websites: www.rutgersnissogroep.nl http://www.schorer.nl/ informatie over roze ouderen (lesbisch/homo) Folders/brochures: Download. Ouderen en seksualiteit (Rutgers Nisso Groep) Boeken: Telefoon: Informatielijn Ouderen en seksualiteit 0900-5112233
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen - 53 -
Bijlage 4. Klantkaart
Consultatiebureau voor Ouderen Resultaten van het gezondheidsonderzoek van Naam:
……………
Woonplaats:
……………. Wij adviseren contact op te nemen met:
Datum: ……………
in verband met: Gewicht
…………………….. kg
Lengte
…………………….. meter
Body Mass Index:
…………………….
Bloeddruk
………../.……….
Onder-/bovendruk
Bloedsuiker
…………………….
Mmol/liter
Bloedcholesterol
…………………….
Mmol/liter
Mobiliteit
Afspraken
goed
verminderd Vervolgafspraak over ………………………weken/maanden/jaar. U kunt hiervoor een afspraak maken via tel. ……………………
Uw consulent:
………………..
Uw persoonlijk advies: Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 54 -
Bijlage 5. Consultatiebureau voor ouderen, overdracht Naam: heer/mevrouw
Woonplaats:
Geboortedatum: Verwijzing naar: In verband met:
Uitslagen metingen Datum Streef (normaal) gewicht Huidig gewicht Oorspronkelijke lengte: Huidige lengte BMI Bloeddruk Bloedsuiker Cholesterol
kg kg m m / Mmol/l Mmol/l
mmHg
kg kg
kg kg
m
m
/ mmHg Mmol/l Mmol/l
/ mmHg Mmol/l Mmol/l
Sec
Sec
Sec
Pnt Pnt Goed / kan verbeterd Pnt Pnt
Pnt Pnt Goed / kan verbeterd Pnt Pnt
Pnt Pnt Goed / kan verbeterd Pnt Pnt
Uitslagen testen Datum Timed Get up and go: gangpatroon Timed ‘Get up and Go, 3 m lopen Verkorte audit, alcoholgebruik Eenzaamheidsschaal Sport en bewegen HADS-A (angst en depressie) GDS 15 Observaties Gehoor Cognitie (OLD) Overig
goed g.b.
Gegeven advies:
Naam consulent: Telefoon consulent: E-mail consulent:
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
verminderd twijfel
slecht score 4 of >
Bijlage 6. Onderbouwing bepaling (totale) cholesterolgehalte in het CbO In de huidige vormen van het Consultatiebureau voor ouderen wordt in de praktijk veelal ook de cholesterolbepaling opgenomen. Hiermee wordt het Totale Cholesterol (TC) bepaald. Er is echter discussie of de bepaling in deze vorm zinvol is. Het platform wil een gefundeerd advies geven gebaseerd op de laatste wetenschappelijke inzichten en richtlijnen in standaarden. Als basis wordt hiervoor informatie gebruikt uit de NHG-Standaard Cardiovasculair Risicomanagement 2006. De reden hiervoor is dat men aansluit bij de standaarden voor de huisartsen, waar de cliënt indien nodig naar wordt verwezen. NHG-Standaard Cardiovasculair Risicomanagement 2006: Dit model bepaalt een risicoprofiel voor hart en vaatziekten (HVZ) van de persoon m.b.t. leeftijd, geslacht, roken, systolische bloeddruk, lipidenspectrum, glucosegehalte, familieanamnese, voeding, alcoholgebruik, lichamelijke activiteit, BMI en middelomtrek. De NHG-Standaard maakt onderscheid in patiënten mét of zónder HVZ of DM2 voor het besluit om lipidenspectrum te bepalen. Het Lipidenspectrum omvat: Totaal Cholesterol (TC), LDL, HDL en triglyceridengehalte Modellen: Het scoremodel voor inschatting van het risico op HVZ geeft twee modellen aan: 1. op basis van het TC; 2. op basis van TC/HDL ratio >>>hier kiest de Standaard voor. Afweging: 1+2 hebben beide ongeveer dezelfde specificiteit, maar de sensitiviteit van 2 is hoger. Deze ratio is gebleken een betere voorspeller te zijn voor het risico op HVZ. Het effect van behandeling wordt weer beter weergegeven door het LDL-gehalte. Conclusie: TC/HDL ratio is een betere bepaling dan TC alleen Betekenis voor de praktijk van het Consultatiebureau voor ouderen: In de huisartsensetting is deze bepaling via het lab simpel aan te vragen. Dit is echter voor een Consultatiebureau voor ouderensetting lastiger. Hier wordt veelal TC bepaald. De Standaard vermeldt echter ook dit: ‘Een risicoprofiel voor HVZ dient te worden opgesteld bij patiënten zonder HVZ of DM-2 bij klachten, een belaste familieanamnese, zichtbaar overgewicht, of de wens van de patiënt. Dan kan er naar rookgedrag worden geïnformeerd, of bloeddruk of cholesterol worden bepaald. Ook kan een verhoogde bloeddruk of een verhoogd totaalcholesterolgehalte (bijvoorbeeld ingestuurd vanuit een bedrijfscontrole etc.; vergelijkbaar met een Consultatiebureau voor ouderen) reden zijn om een risicoprofiel te maken. Een risicoprofiel wordt opgesteld bij : TC > 6,5 mmol/l Conclusie voor het Consultatiebureau voor ouderen: Het is om bovenstaande reden dus gelegitimeerd om het TC in het Consultatiebureau voor ouderen als onderzoeksdeel te laten fungeren. De ratio TC/HDL heeft de voorkeur, maar het TC kan op het Consultatiebureau voor ouderen worden opgenomen (vanuit praktische overwegingen).
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 56 -
Bijlage 7. Relevante (gezondheids)informatiemateriaal5 Gezond ouder worden Tien tips voor gezond ouder worden http://www.ouderenpsychiatrie.nl/redir.asp?TargetID=514&linkID=462 Leefstijl - voeding Brochure Over Gewicht (http://www.hartstichting.nl) Folder Eet Gezond! Schijf van vijf (http://www.voedingscentrum.nl) Brochure De keuken te lijf! Zelfstandig met …. (http://www.vilans.nl/migratie%20content/docs/broch_keukenhulpm.pdf) Leefstijl – roken Brochure Opsteker voor rokers (http://www.hartstichting.nl) Brochure Stoppen met roken. Willen en kunnen (http://www.stivoro.nl/) Flyer Pakje Kans – over cursus stoppen met roken (http://www.stivoro.nl/) Leefstijl – bewegen Download PDF Bewegen doet wonderen (http://www.hartstichting.nl) Folder Sportief wandelen. Méér dan wandelen alleen (http://www.nisb.nl/) Risicofactoren – Hart- en vaatziekten Brochure Hoge bloeddruk (http://www.hartstichting.nl) Brochure Te hoog cholesterol (http://www.hartstichting.nl) Spieren en gewrichten Brochure Gezond blijven. Over uw voeding en botontkalking (http://www.zuivelonline.nl) Brochure Artrose (https://www.reumafonds.nl/) Folder: Incontinentie. Het taboe doorbreken (http://www.cm.be/) Veiligheid Brochure. Val niet thuis (http://www.veiligheid.nl/csi/websiteveiligheid.nsf/wwwVwContent/l1voorlichtingsmateriaalbr ochurevalnietthuis.htm) Checklist Hoe veilig is uw woning? http://www.veiligheid.nl/csi/websiteveiligheid.nsf/wwwVwContent/l1voorlichtingsmateriaalch ecklisthoeveiligisuwwoningmax2stuks.htm Brochure Rollator, tips en weetjes (http://www.kboh.nl/download.asp?ffe_ID=60) Handboek Veilig op pad met rollator (http://www.veiligheid.nl ) Brochure Hulpmiddelen in bad, douche en toilet (http://www.kboh.nl/download.asp?ffe_ID=117) Geheugen Folder De meest gestelde vragen over dementie (http://www.alzheimer-nederland.nl) Geheugenkaartje Vergeetachtig? Wat te doen (http://www.hersenstichting.nl) Folder Denk eens na over hersenen .. Ouderdomsziekten (http://www.hersenstichting.nl) Folder Dementie (http://www.fondspsychischegezondheid.nl/) Psychisch welbevinden Brochures over depressie, en angststoornissen bij ouderen (http://www.fondspsychischegezondheid.nl/) Folder Denk eens na over hersenen .. slaapstoornissen (http://www.alzheimer-nederland.nl) Folder Zalig slapen, fris ontwaken. 10 voor mentaal (http://www.cm.be/cmtridion/nl/100/Resources/Folder%20slapen%202005%20lr_tcm24-6346.pdf) 5
Onder een folder verstaan we één (gevouwen) A4 formaat. Een brochure bevat uitgebreidere informatie en bevat meerdere pagina’s.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 57 -
Verslaving Factsheet ouderen en alcohol (http://www.nigz.nl/inc/pdf.cfm?filename=winkel/AV051670.pdf) Brochure 'Ouderen en het gebruik van medicijnen in combinatie met alcohol' (http://www.ouderenpsychiatrie.nl/) Seksualiteit Download Ouder worden en intimiteit, seksualiteit en relaties. http://www.rutgersnissogroep.nl/ Mantelzorg Folder Zorgt u voor een ander .. Zorg dan ook goed voor uzelf! (Mezzo) Folder Mantelzorger op vakantie? (St. Thuisverzorging van Gehandicapten) Folder Even op adem komen? Folder voor mantelzorgers met informatie en data over de respijtarrangementen (Mezzo) Folder Tips voor mantelzorgers. Mantelzorgers bewust laten zijn van eigen situatie en attenderen om goed voor zichzelf te (blijven) zorgen (Mezzo)
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 58 -
Bijlage 8. Relevante websites Lichamelijk functioneren Aandoeningen http://www.hartstichting.nl/go over hart- en vaatziekten en gezond leven http://www.vitalevaten.nl Het Platform Vitale Vaten is een initiatief van de patiëntenorganisaties Stichting Hoofd, Hart & Vaten (namens de 7 aangesloten patiëntenverenigingen), Stichting Bloedlink en Diabetesvereniging Nederland. http://www.Hoortest.nl Nationale hoortest ontwikkeld door het Audiologisch Centrum van VU Medisch Centrum en de Nationale Hoorstichting http://www.hartstichting.nl/go/default.asp?mID=5569&rID=204 over hoge bloeddruk http://www.hartstichting.nl/go/default.asp?mID=5569&rID=205 over hoog cholesterol http://www.diabetesfonds.nl/ over voorkomen van en leven met diabetes http://www.astmafonds.nl/ over longaandoeningen http://www.osteoporose.nl over osteoporose van de Osteoporose Stichting Bewegen http://www.galm.nl over de GALM-methode (Groninger Actief Leven Model). GALM richt zich op sportief niet actieve senioren in de leeftijdsgroep 55-65 jaar. Doel is deze groep in beweging te brengen én te houden. http://www.beweegmaatje.nl; mensen die liever niet alleen sporten of bewegen, kunnen ze op deze site een maatje vinden. http://www.flash123.nl/ over de campagne “30 minuten bewegen per dag” http://www.beweegambassade.nl/ De Nationale Beweegambassade wil 50-plussers in Nederland verleiden meer te sporten en bewegen. Valrisico http://www.seniorgezond.nl/SeniorGezond/ SeniorGezond helpt valongevallen voorkómen (van het geriatrisch netwerk Zuid-Holland-Noord, LUMC en TNO) http://www.veiligheid.nl (van Stichting Consument en Veiligheid) over o.a. valpreventie
Psychisch functioneren Algemeen http://wwww.trimbos.nl: over psychische problematiek en verslaving. http://www.ouderenpsychiatrie.nl (Nederlands Kenniscentrum Ouderenpsychiatrie) http://www.depressiecentrum.nl over depressie (Fonds Psychische Gezondheid) http://www.verliesverwerken.nl (Landelijke Stichting Rouwbegeleiding [LSR]) over rouw. Verslaving http://www.alcoholdebaas.nl Internetbehandeling voor alcoholverslaving http://www.alcoholtest.nl ((nationaal gezondheidsinstituut NIGZ) http://www.alcoholinfo.nl speciale over alcoholgebruik door ouderen
Sociaal, maatschappelijk en emotioneel functioneren Eenzaamheid http://www.vilans.nl/werkboekeenzaamheid werkboek eenzaamheid ouderen Levensvragen http://www.vilans.nl/smartsite.dws?id=76213 over levensvragen en ouderen Mantelzorg www.mezzo.nl: (Landelijke Vereniging voor Mantelzorgers en Vrijwilligerszorg) over ondersteuning van mantelzorgers, de Mantelzorglijn en lokale steunpunten mantelzorg.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 59 -
Sociale contacten http://www.50plusnet.nl een internetcommunity als sociaal vangnet voor ouderen http://www.seniorweb.nl over senioren en gebruik van de pc en internet; ook voor sociale contacten: forum, vraag en aanbod, webfamilie etc. Vrijwilligerswerk http://www.vrijwilligerscentrale.nl/ http://www.handjehelpen.nl/ http://www.zonnebloem.nl http://www.humanitas.nl/ http://www.legerdesheils.nl/ http://www.npvzorg.nl/ http://www.pkn.nl/ http://www.johanniter.nl/ http://www.lsvt.nl/ http://www.rodekruis.nl http://www.vptz.nl over en voor vrijwilligers in de palliatieve terminale zorg www.mezzo.nl http://www.vrijwilligerswerk.nl Belangenbehartiging http://www.anbo.nl http://www.uniekbo.nl http://www.pcob.nl
Websites voor professionals Algemeen http://nhg.artsennet.nl www.kenniscentrum-ouderen.nl: over ouderen en ouderenzorg (Vilans Kenniscentrum Ouderen) www.vilans.nl: (Landelijke Kennisinstituut Langdurige Zorg) www.rivm.nl: (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) over volksgezondheid en gezondheidszorg. Interessante subsites: o http://www.rivm.nl/preventie/themasites_preventie_en_zorg.jsp o http://www.rivm.nl/preventie/toekomst/ Volksgezondheid Toekomst Verkenningen o http://www.rivm.nl/vtv/root/o6.html Nationaal Kompas Volksgezondheid o http://www.rivm.nl/vtv/object_document/o4236n21143.html Nationale Atlas Volksgezondheid Preventie http://www.quidatabank.nl/kr_nigz/ over projecten en activiteiten op het gebied van gezondheidsbevordering en preventie (nationaal gezondheidsinstituut NIGZ) www.nigz.nl (nationaal gezondheidsinstituut NIGZ) Dementie http://www.tno.nl/content.cfm?context=markten&content=case&laag1=189&item_id=121 over observatie-instrument OLD voor vroegtijdige opsporing dementie http://www.dementieprogramma.nl over het landelijke dementieprogramma (Alzheimer Nederland, CBO en Vilans) http://www.alzheimercentrum.nl over het Alzheimercentrum (VUMC) Mantelzorg http://www.eiz.nl (Expertisecentrum Informele Zorg [Vilans en Movisie]) over mantelzorg en mantelzorgondersteuning
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 60 -
Bijlage 9. Lijst relevant achtergrondmateriaal Standaardwerk over gezondheidsbevordering Bij Van Gorcum is de vijfde geheel herziene druk verschenen van ‘Gezondheidsvoorlichting en gedragsverandering: een planmatige aanpak'. Het boek behandelt inzichten uit de epidemiologie, theorieën over het ontstaan van gedrag en theorieën en methodieken voor gedragsverandering. Ook is er aandacht voor de implementatie en evaluatie van interventies en voor specifieke settings waarin interventies worden uitgevoerd. Bron: Gezondheidsvoorlichting en gedragsverandering: een planmatige aanpak, door J. Brug, P. van Assema, L. Lechner. Van Gorcum, 2007. Empowerment instrument In opdracht van ZonMw heeft het NIGZ in samenwerking met de Universiteit van Humanistiek een Empowerment Kwaliteit Instrument (EKI) voor gezondheidsbevorderaars en preventiewerkers ontwikkeld. Het instrument is een aanvulling op het Preventie Effectmanagement Instrument, de Preffi 2.0, en volgt dezelfde stappen in het werkproces van de gezondheidsbevorderaar. Het EKIinstrument benoemt die aspecten binnen het werkproces van de gezondheidsbevorderaar waar vanuit een empowerment perspectief extra aandacht aan geschonken moet worden. Bron: Empowerment kwaliteit instrument, door F. Visser e.a., NIGZ, 2007. Allochtone ouderen L. F. Cherkas, A. Aviv, A. M. Valdes, J. L. Hunkin, J. P. Gardner, G. L. Surdulescu, M. Kimura, T. D. Spector (2006) The effects of social status on biological aging as measured by white-bloodcell telomere length. Aging Cell 5 (5), 361–365. R. Schellingerhout (2005). Gezondheid en welzijn van allochtone ouderen. SCP, Den Haag. Gerontologie en geriatrie Onder redactie van Dr. F. Eulderink, Dr. T.J. Heeren, Dr. D.L. Knoop, Dr. G.J. Ligthart, Inleiding Gerontologie en geriatrie (1993, herziene druk 2004). Bohn Stafleu Van Loghem, Houten. Een leerboek voor studenten op het gebied van gerontologie en geriatrie met bijdragen van een groot aantal deskundigen. J. Mast, Het juiste medicijn bij pijn. Gids voor senioren (derde herziene druk). DGV Nederlands Instituut voor verantwoord medicijngebruik i.s.m. Unie KBO, ANBO, PCOB en Stichting Pijn-Hoop. Anne-Mei The, In de wachtkamer van de dood (2005). Een boek over leven en sterven in een veelkleurende samenleving. Een indringend verhaal dat iedereen aangaat over mensen met dementie. Thoeris, Amsterdam. T. van Tilburg, J. de Jong-Gierveld, Zicht op eenzaamheid (2007). Een leerboek over eenzaamheid. Kon. Van Gorcum, Assen Mantelzorg M. Duijnstee, H. Guldemond en L. Hendriks, Zorgkompas voor mantelzorgers van ouderen en chronisch zieken. Een leidraad voor het in kaart brengen van de belasting van zorgende familieleden. Serie factsheets van het Expertisecentrum Informele Zorg (http://www.eiz.nl): o.a. mantelzorg in Nederland, mantelzorg in de geestelijke gezondheidszorg, mantelzorg en dementie H. Buijssen, M. Adriaansen (2005). Hulpverlening aan mantelzorgers. Een leerboek voor verpleegkundigen. Uitgeverij Boom, Amsterdam. Ouderenmishandeling Landelijk Platform Bestrijding Ouderenmishandeling (LPBO), maart 2006. Factsheet Ouderenmishandeling: Algemene informatie LPBO, Factsheet Ouderenmishandeling: LPBO-registratie 2005 H. Bakker, Met de mantel der liefde. Als mantelzorg aan ouderen ontspoort (2002). NIZW, Utrecht
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 61 -
Bijlage 10. LASA, ADL-vragen Longitudinal Aging Studies Amsterdam Bron: Prof. D. Deeg, VUMC; met aangepaste weging Inleiding LASA is een langlopende studie naar veroudering, uitgevoerd door het Centrum voor Ouderenonderzoek aan de VUMC te Amsterdam, onder leiding van professor D. Deeg. Onderstaande vragen naar ADL-functie worden in dit onderzoek gesteld. Zie http://www.lasa.vu.nl of http://www.cvo.vu.nl
Vragen 1. Kunt 2. Kunt 3. Kunt 4. Kunt 5. Kunt 6. Kunt 7. Kunt
u een trap van 15 treden op- en aflopen zonder stil te moeten staan? u zich aan- en uitkleden? u gaan zitten en opstaan uit een stoel? u de nagels van uw tenen knippen? u buitenshuis vijf minuten aan een stuk lopen zonder stil te staan? u van uw eigen of het openbaar vervoer gebruik maken? u zelf een douche of een bad nemen?
Antwoorden: 1. ja, zonder moeite; 2. ja, met enige moeite; 3. ja, met veel moeite; 4. alleen met hulp; 5. nee, dat kan ik niet. Weging en opvolging Bij antwoord 1: geen verdere actie. Bij antwoord 2: Bespreek de mogelijkheid bij eventuele achteruitgang (nu of op termijn), zie hieronder. Bij antwoord 3 en 4: bespreek coping; bespreek verwijzing ergotherapie voor ADL-advisering of verwijzing naar pedicure; bespreek mogelijkheden van hulp van mantelzorger; bespreek zo nodig de mogelijkheid voor thuiszorg. Bij antwoord 5: bespreek coping; inventariseer belasting mantelzorg; bespreek verwijzing naar huisarts voor ergotherapie voor ADL-advisering; bespreek verwijzing naar pedicure; bespreek zo nodig de mogelijkheid voor thuiszorg.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 62 -
Bijlage 11. The Timed ‘Get up and Go’-test Bron: Psodsiadlo & Richardson, 1991
Uitvoering van de test door de klant Uitgangspositie: de klant zit op een stabiele stoel met rechte rugsteun en armleuningen, zithoogte ongeveer 46 cm of de bovenbenen ongeveer horizontaal. De klant voert de volgende opdracht uit: gaat rechtop staan; wandelt 3 meter, draait zich om; wandelt terug; en gaat opnieuw zitten. De klant draagt hierbij normaal schoeisel en mag een hulpmiddel gebruiken. Fysieke hulp is niet toegestaan. De klant mag de test eenmaal op voorhand uitvoeren (oefenen) om ermee vertrouwd te raken. Observatie van de consulent De consulent bepaalt met de chronometer / stopwatch / secondewijzer de tijd die de klant nodig heeft om deze test uit te voeren. De consulent observeert het gangpatroon. Beoordeling, weging De test is goed: bij een normale gang; als de uitvoering van de test niet langer duurt dan 14 seconden. De test is gestoord: bij een ongelijkmatig of onevenwichtig gangpatroon (van de lijn afwijken, onvaste of wankele stappen, slenteren, schuifelen, sloffen, etc.); als de uitvoering van de test langer duurt dan 14 seconden (bij kwetsbare ouderen kan dit iets hoger zijn <20).
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 63 -
Bijlage 12. Verkorte audit, alcoholgebruik Bron: WHO, 1989 Inleiding De screening naar ernst van alcoholgebruik is opgenomen in het klantdossier Consultatiebureau voor ouderen, omdat alcohol effect kan hebben op de gezondheid en belemmerend kan werken in samenwerking met medicatie en/of behandeling. Vraag om eerlijk te antwoorden. Het antwoord dat het best aan de situatie van de klant voldoet, wordt aangekruist. Een uitgebreidere alcoholtest is ook te vinden www.alcoholtest.nl De vragen 1. Hoe vaak drinkt u alcoholhoudende drank? nooit maandelijks of minder. 2 of 4 keer per maand 2of 3 keer per week 4 of meer keer per week
(0) (1) (2) (3) (4)
2. Hoeveel glazen alcohol drinkt u op een typische dag wanneer u drinkt? geen (0) 1 of 2 (1) 3 of 4 (2) 5 of 6 (3) 7 of 9 (4) 10 of meer (5) 3. Hoe vaak drinkt u 6 of meer glazen per gelegenheid? nooit minder dan maandelijks maandelijks wekelijks dagelijks of bijna dagelijks
(0) (1) (2) (3) (4)
4. Hoe vaak heeft u in het afgelopen jaar opgemerkt dat u niet instaat was het drinken te stoppen nadat u was begonnen met drinken? nooit (0) minder dan maandelijks (1) maandelijks (2) wekelijks (3) dagelijks of bijna dagelijks (4) 5. Heeft een familielid, vriend of een dokter of een hulpverlener in de gezondheidszorg zijn bezorgdheid geuit over uw drankgebruik en u gesuggereerd uw drankgebruik te minderen? Nee nog nooit (0) Ja maar niet het afgelopen jaar (2) Ja, het afgelopen jaar (4)
Weging Een score van 5 of meer is een indicatie voor een verder diagnostisch onderzoek.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 64 -
Bijlage 13. Eenzaamheidsschaal Bron: De Jong Gierveld en Kamphuis, 1985 Inleiding In Nederland wordt in veel (bevolkings)onderzoeken gebruik gemaakt van de zogenaamde gemisintensiteitsschaal, meestal de eenzaamheidsschaal genoemd, van De Jong Gierveld en Kamphuis. Uit deze onderzoeken blijkt de gemis-intensiteitsschaal redelijk robuust voor diverse leeftijden en discrimineert over het algemeen goed tussen zeer ernstig eenzamen, ernstig en matig eenzamen en niet-eenzamen. Met de gemis-intensiteitsschaal kan zowel sociale als emotionele eenzaamheid gemeten worden evenals de ernst van die eenzaamheid (zeer ernstig, ernstig, matig). De eenzaamheidsschaal bestaat uit de onderstaande elf uitspraken. De vragen 2, 3, 5, 6, 9 en 10 scoren de emotionele eenzaamheid. De vragen 1, 4, 7, 8 en 11 scoren de sociale eenzaamheid. Nr
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
Vragen /onderwerpen
Antwoorden Zeker Ja
Min of meer
Nee
Zeker niet
Er is altijd wel iemand in mijn omgeving bij wie ik met mijn dagelijkse probleempjes terecht kan Ik mis een echt goede vriend of vriendin Ik ervaar een leegte om mij heen Er zijn genoeg mensen op wie ik in geval van narigheid kan terugvallen Ik mis gezelligheid om mij heen Ik vind mijn kring van kennissen te beperkt Ik heb veel mensen op wie ik volledig kan vertrouwen Er zijn voldoende mensen met wie ik mij nauw verbonden voel Ik mis mensen om me heen Vaak voel ik me in de steek gelaten Wanneer ik daar behoefte aan heb, kan ik altijd bij mijn vrienden terecht
De antwoordmogelijkheden zijn: zeker ( = ja, geheel mee eens); ja; min of meer; nee; zeker niet ( = nee, geheel mee oneens).
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 65 -
Weging In onderstaande tabel staat aangegeven wanneer een punt wordt toegekend aan een gegeven antwoord. Emotionele Sociale eenzaamMissende Missende sociale eenzaamheidsheids-score emotionele eenzaamheidsscore eenzaamheidsscore score Vragen Zeker Min of meer Geen antwoord Geen antwoord Nrs. Ja Nee Min of meer Zeker niet Vraag 1 1 punt 1 punt Vraag 2 1 punt 1 punt Vraag 3 1 punt 1 punt Vraag 4 1 punt 1 punt Vraag 5 1 punt 1 punt Vraag 6 1 punt 1 punt Vraag 7 1 punt 1 punt Vraag 8 1 punt 1 punt Vraag 9 1 punt 1 punt Vraag 10 1 punt 1 punt Vraag 11 1 punt 1 punt Totaal Totaalscore: 1of > = totaalscore 1of > = totaalscore 0, 1, 2 = niet eenzaam emotionele sociale 3 t/m 8 = matig eenzaam eenzaamheid is eenzaamheid is 9, 10 = sterk eenzaam ongeldig ongeldig 11 = zeer sterk eenzaam Totaal missende scores > 1, dan is de topale eenzaamheidstest niet geldig NB! 1. Op individueel niveau mag totaalscore niet direct op de deelnemer van het CbO worden bestempeld. De score geeft slechts een indicatie van eenzaamheid. Bij een score 3 – 8 dient nagevraagd te worden, of eenzaamheid een belemmering vormt in het dagelijks leven en of er opvolging nodig is. 2. Als de totaalscore van de missende emotionele en de missende sociale eenzaamheid meer dan 1 is, is de totale eenzaamheidsscore niet geldig en kan er geen beoordeling plaatsvinden. De schaal bestaat uit vijf positief geformuleerde uitspraken (item 1, 4, 7, 8, 11) en zes negatief geformuleerde uitspraken (item 2, 3, 5, 6, 9 en 10). Het niet instemmen met de positief geformuleerde uitspraken en het instemmen met de negatief geformuleerde uitspraken is indicatief voor het ervaren van eenzaamheid. De telling van de antwoorden levert een schaalscore op die van 0 tot elf loopt. Hoe hoger de score des te eenzamer men is. Een score van drie of hoger is indicatief voor de aanwezigheid van eenzaamheid. Er kunnen twee aparte schalen geconstrueerd worden, één voor sociale eenzaamheid (score: 0-5) en één voor emotionele eenzaamheid (score: 0-6). De vijf positief geformuleerde items geven uitdrukking aan gevoelens van sociale inbedding, het ergens bijhoren. De zes negatief geformuleerde items gaan meer over gevoelens van verlatenheid en het gemis van een gehechtheidsrelatie. In de eenzaamheidsschaal komt het woord eenzaamheid niet voor en refereren de items niet aan specifieke situaties of gedragingen die leeftijdsgebonden zijn.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 66 -
Bijlage 14. Inventarisatie Sport en bewegen Bron: bewerking van GALM-screening, Dijkstra, Y., RUG, www.galm.nl Inleiding Onderstaande wijze van inventariseren van sport- en bewegingsactiviteiten zijn onderdeel van de GALM-projecten (Groninger Actief Leven Model). Genoteerd wordt in de linker kolom de sport of activiteit dat de oudere doet. In de vier volgende kolommen per seizoen het aantal minuten dat men gemiddeld per week daarmee bezig is. Vragen Welke sport en/of bewegingsactiviteiten doet u? Vul in de tabel in welke sportactiviteiten u doet en hoeveel tijd u daar elk jaargetijde aan besteedt. U noteert het aantal minuten per week. Naast sporten mag u ook meerekenen wandelen, fietsen, klussen, tuinieren, stevig huishoudelijk werk, maar niet de denksporten, jeu de boules en biljarten. Activiteit/sport
Totaal
Zomer jun-aug Min/wk Min/wk Min/wk Min/wk Min/wk Min/wk
Najaar sep-nov Min./wk Min./wk Min./wk Min./wk Min./wk Min./wk
Winter dec-febr Min/wk Min/wk Min/wk Min/wk Min/wk Min/wk
Voorjaar Mrt-mei Min/wk Min/wk Min/wk Min/wk Min/wk Min/wk
Weging Het Nederlands Instituut voor sport en bewegen adviseert iedereen minimaal 30 minuten per dag te bewegen en dat minimaal 5 dagen per week.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 67 -
Bijlage 15. HADS-A, angst en depressie Bron: Zigmond & Snaith, 1983 Hieronder staan een aantal uitspraken die door mensen zijn gebruikt om zichzelf te beschrijven. De klant leest iedere uitspraak door en kruist aan (of omcirkelt) wat het meest voor hem/haar van toepassing is, zoals hij/zij zich de afgelopen vier weken heeft gevoeld. Er zijn geen goede of slechte antwoorden. Let erop dat de klant niet te lang nadenkt en zijn eerste indruk aangeeft. Bijna nooit
soms
vaak
1. Ik voel me de laatste tijd gespannen 2. Ik krijg de laatste tijd het angstige gevoel alsof er elk moment iets vreselijks zal gebeuren 3. Ik maak me de laatste tijd ongerust 4. Ik kan de laatste tijd rustig zitten en me ontspannen 5. Ik krijg de laatste tijd een soort benauwd, gespannen gevoel in mijn maag 6. Ik voel me de laatste tijd rusteloos 7. Ik krijg de laatste tijd plotseling gevoelens van angst en paniek
Weging Vraag 1, 2, 3, 5, 6, 7: Bijna nooit: 1 punt Soms: 2 punten Vaak: 3 punten Bijna altijd: 4 punten
Vraag 4: Bijna nooit: Soms: Vaak: Bijna altijd:
4 3 2 1
punten punten punten punt
Een score hoger dan 14 duidt op angstklachten. Verwijzing naar de huisarts volgt.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 68 -
bijna altijd
Bijlage 16. GDS-minivragenlijst Geriatric Depression Scale Bron: Yesavage, J.A., Brink, T.L., Lum, O., Huang, V., Adey, M., & Lelliott, P. (1983) Inleiding De minivragenlijst is opgenomen in het klantdossier van het consultatiebureau voor ouderen. Met deze eenvoudige vragenlijst wordt bepaald of een diepgaander onderzoek ten aanzien van depressieve klachten noodzakelijk is.
De vragen Ja
Nee
1. Hebt u het gevoel dat uw leven leeg is? 2. Bent u het grootste deel van de tijd gelukkig? 3. Voelt u zich moedeloos of bedroefd? 4. Hebt u het idee dat uw situatie hopeloos is?
Weging Voor elk antwoord dat overeenkomt met de onderstaande lijst, 1 punt. 1. 2. 3. 4.
Ja Nee Ja Ja
Bij een score van 1 of meer wordt de GDS-15 uitgevoerd.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 69 -
Bijlage 17. Screening gehoor d.m.v. vragen Bron: Smits, J.C.M. (2006). Hearing screening by Telephone: fundamentals and applications. Keywords: Het ontwikkelen en valideren van een screeningstest voor het gehoor, uit te voeren via telefoon. Amsterdam: Vrije Universiteit. Er zijn in Nederland erg weinig gevalideerde en betrouwbare vragenlijsten om op hoorproblemen te screenen. A. OESO vragen De zg. OESO vragen over het gehoor worden vaak in grote cohort studies meegenomen. De vragen: 1. kunt u, zonder hoortoestel(len) een gesprek met vier of meer personen volgen? 2. kunt u, zonder hoortoestel(len) een gesprek met één andere persoon volgen? 3. kunt u normaal telefoneren? Antwoordcategorieën en weging: a. ja, zonder enige moeite (1); b. ja, met enige moeite (4); c. ja, met grote moeite (5;) d. nee, kan ik niet (7); Om een maximaal onderscheidend vermogen te krijgen verdient scoring conform proefschrift C. Smits (hoofdstuk 7, 2006) de voorkeur. Hiertoe dient aan elk antwoord een score toegekend te worden (zie getal tussen haakjes achter elk antwoord) en de som van de scores te worden bepaald. Testuitslag voor somscore: <=6: goed 7-8: voldoende >=9: onvoldoende B. Nationale hoortest Cliënten kunnen ook de Nationale Hoortest te doen, ofwel via de telefoon 0900 4560123 (€ 0,35 per minuut), ofwel via Internet (http://www.hoortest.nl). Ze moeten dan zelf de uitslag (goed, onvoldoende, slecht) op een formulier op (laten) schrijven. Dat is een kwestie van 3 minuten en minder subjectief dan de vragenlijst.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 70 -
Bijlage 18. Observatie ouderenmishandeling Bron: Factsheet Ouderenmishandeling van Vilans Kenniscentrum Ouderen http://www.kenniscentrum-ouderen.nl/smartsite.dws?id=104385 Vormen We onderscheiden zes vormen van ouderenmishandeling: lichamelijke mishandeling: Blauwe plekken, schrammen, zwellingen, fracturen of brandplekken: deze symptomen kunnen het gevolg zijn van lichamelijke mishandeling. Soms worden ouderen vastgebonden aan een stoel of bed. Ze vertonen dan striemen aan polsen of enkels. Een minder zichtbare vorm van lichamelijke mishandeling is het geven van te weinig of juist te veel medicijnen (bijvoorbeeld slaapmiddelen); psychische mishandeling: Bij psychische mishandeling is er sprake van treiteren en sarren, dreigementen, valse beschuldigingen, beledigingen of bevelen. Bij de oudere leidt dit tot gevoelens van angst, woede, verdriet, schuchterheid, verwardheid of apathie; verwaarlozing: Lichamelijke verwaarlozing kan blijken uit ondervoeding, uitdroging, slechte hygiëne of wonden als gevolg van doorliggen. Wanneer de geestelijke behoeften van ouderen worden genegeerd, zoals de behoefte aan aandacht, liefde en ondersteuning, spreken we van psychische verwaarlozing; financiële uitbuiting: Bij deze vorm van ouderenmishandeling gaat het om het wegnemen of profiteren van bezittingen van de oudere. Te denken valt aan diefstal van geld, juwelen en andere waardevolle spullen, aan verkoop of gebruik van eigendommen zonder toestemming van de oudere en aan gedwongen testamentverandering. Ook iemand financieel kort houden is een vorm van uitbuiting; seksueel misbruik: Ouderen kunnen het slachtoffer zijn van seksueel misbruik, zoals exhibitionisme, betasten van het lichaam en verkrachting; schending van rechten: Hiervan is sprake wanneer de rechten van ouderen, zoals het recht op vrijheid, privacy en zelfbeschikking, worden ingeperkt. Bijvoorbeeld door post achter te houden, bezoekers weg te sturen en de oudere te verhinderen het huis te verlaten; Verschillende soorten van ouderenmishandeling komen vaak naast elkaar voor. Signalen Er zijn meerdere signalen die kunnen wijzen op ouderenmishandeling, maar een of enkele van die signalen hoeft zeker niet altijd mishandeling in te houden. Enkele gedragssignalen zijn: de oudere (of verzorger) geeft onsamenhangende en tegenstrijdige verklaringen voor lichamelijke verwondingen; de verzorger toont zich onverschillig voor het wel en wee van de oudere; de verzorger vertoont verschijnselen van overbelasting; er wordt gescholden en geschreeuwd in aanwezigheid van arts of hulpverlener; de oudere maakt een depressieve, angstige indruk; de oudere ziet er onverzorgd uit en de huishouding is verwaarloosd; er verdwijnen spullen en geld van de oudere; de oudere krijgt geen gelegenheid om alleen met de hulpverlener te praten; de betrokkenen proberen de hulpverlener buiten de deur te houden; toenemend aantal schuldeisers; lege koelkast. Vermoeden? Hebt u een vermoeden van ouderenmishandeling? Het is belangrijk dat u signalen van ouderenmishandeling herkent, omdat het niet vaak gebeurt dat de oudere zelf aangeeft dat hij/zij mishandeld wordt. Of er wat gebeurt en of er hulp geboden wordt, is daarom mede afhankelijk van de oplettendheid en moed van personen in de omgeving van de oudere. Dat kunnen familieleden, buren, huisarts, hulp- en dienstverleners zoals maatschappelijk werk, wijkverpleging, gezinszorg, CbO of de politie zijn. Als u een sterk vermoeden hebt dat een oudere mishandeld wordt, dan kunt dit het beste aankaarten bij een hulpverleningsinstantie in de directe omgeving. In bijna 200 gemeenten bestaat een Meldpunt Ouderenmishandeling en/of Consultatienetwerk Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 71 -
Ouderenmishandeling (adressen te vinden op: http://www.kenniscent;rum-ouderen.nl/, doorklikken naar ouderenmishandeling en vervolgens naar Meldpunten Ouderenmishandeling). Daarnaast kunt u terecht bij organisaties zoals: • thuiszorginstelling; • GGZ-instelling; • instelling voor Maatschappelijk Werk; • huisarts; • advies- en steunpunt Huiselijk Geweld. Meer informatie over ouderenmishandeling leest u in Royers, T. & Beelen. J. (2007), hoofdstuk 18 Ouderenmishandeling komt vaker voor dan we dachten, p. 335-350. In: Kruk, T., van der, Salentijn, C & Schuurmans, M. (2007). Verpleegkundige zorgverlening aan ouderen. Boom, Amsterdam.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 72 -
Bijlage 19. ObservatieLijst vroege symptomen Dementie (OLD) Bron: TNO Hopman-Rock e.a., 2001 Lees ook de toelichting op de volgende pagina.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 73 -
Toelichting observatielijst vroege dementie (OLD) Inleiding De Observatielijst Dementie ontwikkeld door TNO en is gevalideerd voor de huisartsenpraktijk. 6 De OLD zal worden gebruikt na een consult bij een vermoeden van dementie als de huisarts geen uitgebreide vragenlijst wil afnemen (b.v. MMSE). Voor andere settings is de validering nog niet gebeurd en is dus nog niet bekend of deze voldoende valide en betrouwbaar is. Bij gebleken risico moet verwezen worden naar de huisarts en moet terugkoppeling met de cliënt plaatsvinden. Belangrijk is dat de instructie goed gevolgd wordt en niet te snel tot conclusies overgegaan wordt. Het is mogelijk om met de OLD het verloop van achteruitgang te objectiveren, waarbij halfjaarlijkse observatie wordt aanbevolen. De OLD kan ook worden afgenomen door daarin gespecialiseerde verpleegkundigen. Zie voor alle downloadopties (o.a toelichting) van de vroegsignalering voor dementie de website van TNO: http://www.tno.nl/content.cfm?context=markten&content=case&laag1=189&item_id=121 Weging Een score van vier of meer keer ‘A’ is aanwijzing voor beginnende dementie. Er is reden voor verder onderzoek naar cognitieve stoornissen en dus verwijzing naar de huisarts. Bij een score van drie keer of minder ‘A’ is het zinvol de observatie na 6 maanden te herhalen. Is er geen enkele keer ‘A’ gescoord, is er in principe geen reden om aan dementie te denken.
6
NGH-standaard Dementie 2003
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 74 -
Bijlage 20. GDS-15, verdiepingstest depressie Geriatric Depression Scale, 15 vragen Bron: Sheikh & Yesavage, 1986 Inleiding Deze lijst bevat vragen waarop u met ‘JA’ of ‘NEE’ kunt antwoorden. Het is de bedoeling dat u de vragen leest en bedenkt welk antwoord u hierop zult geven. U geeft het antwoord dat het beste weergeeft hoe u zich de afgelopen week, met vandaag erbij, heeft gevoeld. Omcirkel het door u gekozen antwoord. Naam:
……………………………………………………………………
Woonplaats:
……………………………………………………………………
Datum invullen:
………………/…………........20..
Vragen
Antwoorden
1.
Bent u innerlijk tevreden met uw leven?
JA
NEE
2.
Bent u met veel activiteiten en interesses gestopt?
JA
NEE
3.
Hebt u het gevoel dat uw leven leeg is?
JA
NEE
4.
Verveelt u zich vaak?
JA
NEE
5.
Hebt u meestal een goed humeur?
JA
NEE
6.
Bent u bang dat u iets naars zal overkomen?
JA
NEE
7.
Voelt u zich meestal wel gelukkig?
JA
NEE
8.
Voelt u zich vaak hopeloos?
JA
NEE
9.
Blijft u liever thuis dan uit te gaan en nieuwe dingen te doen?
JA
NEE
10.
Hebt u het gevoel dat u meer moeite heeft met het geheugen dan anderen?
JA
NEE
11.
Vindt u het fijn om te leven?
JA
NEE
12.
Voelt u zich nogal waardeloos op het moment
JA
NEE
13.
Voelt u zich energiek?
JA
NEE
14.
Hebt u het gevoel dat uw situatie hopeloos is?
JA
NEE
15.
Denkt u dat de meeste mensen het beter hebben dan u?
JA
NEE
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 75 -
GDS 15, weging Voor elk antwoord dat overeenkomt met de onderstaande lijst, 1 punt. 1. Nee 2. Ja 3. Ja 4. Ja 5. Nee 6. Ja 7. Nee 8. Ja 9. Ja 10. Ja 11. Nee 12. Ja 13. Nee 14. Ja 15. Ja Een totaalscore van 6 of meer punten duidt op een mogelijke depressie. Verwijzing naar de huisarts volgt.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 76 -
Bijlage 21. Verdiepingstest Veilig huis Checklist voor de “Halt! U valt’- adviseur 'Een veilige woning voor ouderen'. J. van Til (2005) Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid, Amsterdam. Deze verdiepingstest omvat een huisbezoek om samen met de oudere de veiligheid in huis te onderzoeken en een actieplan op te stellen voor verbeteringen. De ‘Checklist voor de Halt! U valt adviseur - Een veilige woning voor ouderen’ is te downloaden bij de Stichting Consument en Veiligheid onder http://www.veiligheid.nl/csi/websiteveiligheid.nsf/wwwAssets/30016688E18541ACC12570BB003385 90/$file/checklist%20HUV%20adviseur%20lst102.pdf
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 77 -
Bijlage 22. Verdiepingstest Mantelzorgbelasting CSI Bron: B.C. Robinson, Validation of a Caregiver Strain Index, Journal of Gerontology, 1983 Inleiding. Zorgt u voor iemand? En hoe gaat het met u? Voor iemand zorgen waar je van houdt, doe je met liefde. Aan de patiënt wordt vaak gevraagd:” hoe gaat het?” Maar aan degene die voor de patiënt zorgt, wordt die vraag minder vaak gesteld. Om het vol te kunnen houden is het belangrijk dat de mantelzorger een gezonde balans vindt tussen zorgen voor een ander en voor zichzelf zorgen. Maar hoe weet u nu of de mantelzorger in balans is met zorgen voor een ander en zichzelf? Door onderstaande vragen te beantwoorden, krijgt u hier wat zicht op. Tel de score op en u weet wat de mantelzorger moet doen om het zorgen voor een ander en zichzelf zo lang mogelijk vol te kunnen houden. De vragen 1. Mijn nachtrust is verstoord
O ja
O nee
2. Mijn ………… helpen kost me nogal moeite/tijd
O ja
O nee
3. Ik vind het lichamelijk zwaar
O ja
O nee
4. Het beperkt me in andere dingen die ik wil doen
O ja
O nee
5. Ik heb mijn dagelijkse manier van doen moeten aanpassen
O ja
O nee
6. Ik heb mijn plannen moeten wijzigen
O ja
O nee
7. Ik moet mijn tijd ook aan andere zaken besteden
O ja
O nee
8. Onze relatie is veranderd
O ja
O nee
9. Het gedrag van mijn …………… maakt me soms van streek
O ja
O nee
10. Het is pijnlijk te moeten zien dat mijn ……………. is veranderd
O ja
O nee
11. Ik wordt geheel door deze situatie in beslag genomen
O ja
O nee
12. Ik leef onder financiële druk
O ja
O nee
De uitkomsten Tel het aantal keren dat de mantelzorger met “ja” heeft geantwoord, op. Dit is de score. In het onderstaande overzicht kunt u zien wat uw score betekent. Houdt er rekening mee dat het gaat om een globale inschatting en dat er sprake is van een momentopname. Als de mantelzorger regelmatig de lijst invult (bijvoorbeeld steeds op de eerste dag van een nieuwe maand), krijgt u zicht op de belasting op langere termijn.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 78 -
Weging van de score CSI Van 0 tot en met 3 keer “ja”:
Gefeliciteerd. U zorgt voor iemand, en bent heel goed in staat om die zorg (samen met anderen) te verlenen. U bent beslist niet te zwaar belast, en u zorgt ook goed voor u zelf. U bent op dit moment in staat om een goede balans te vinden tussen uw eigen leven en het leven van degene waar u voor zorgt.
Van 4 tot en met 6 keer “ja”:
U bent weliswaar niet te zwaar belast, maar toch merkt u dat het niet altijd even makkelijk is om een goede balans te vinden tussen uw eigen leven en dat van de dierbare andere waarvoor u zorgt. Het is verstandig om informatie op te vragen over mantelzorg en na te denken over wat er moet gebeuren als u onverhoopt niet meer in staat bent om voor uw ………… te zorgen. Hulp bij het maken van een plan kunt u krijgen bij het Steunpunt Mantelzorg
Van 7 tot en met 9 keer “ja”:
Let op! U hebt duidelijk een verhoogd risico op overbelasting. Wij adviseren u dringend contact op te nemen met het Steunpunt Mantelzorg
Van 10 tot en met 12 keer “ja”:
Help! Het is duidelijk dat u overbelast bent en dat de zorg die u op u genomen hebt te zwaar is om (alleen) op uw schouders te dragen. U wordt aangeraden direct contact op te nemen met het Steunpunt Mantelzorg.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 79 -
Literatuurlijst Verantwoording gebruik vragenlijsten in klantdossier LASA ADL-vragen: ADL: a selection of 3 most valid ADL items (walking stairs, cutting toenails, using transportation). Source: LASA, Van Sonsbeek (1988) (Added at wave C and D: 3 other ADL items). Sonsbeek, J.L.A., van (1988). Methodische en inhoudelijke aspecten van de OESOindicator betreffende langdurige beperkingen in het lichamelijk functioneren [Methodological and substantial aspects of the OECD indicator of chronic functional limitations]. Maandbericht Gezondheid (Statistics Netherlands), 88, 4-17. http://www.lasavu.nl/lasa_framework_of_measurement_instruments.html
Timed Get up and Go (TUG): Podsiadlo, D., Richardson, S. The timed ‘Up and Go’ Test: a Test of Basic Functional Mobility for Frail Elderly Persons. Journal of American Geriatric Society. 1991; 39:142-148
AUDIT en verkorte AUDIT: Babor, T.F. La Fuente, J.R., Saunders, J., Grant, M. (1989). AUDIT: The Alcohol Use Disorders Identification Test. Guidelines for use in primary health care. Geneve: World Health Organisation. Informatie: Etten van D.M,2004; Alcoholproblemen bij ouderen in de GGZ: Een pilotonderzoek naar alcoholgebruik bij ouderen in behandeling bij de extramurale ouderenpsychiatrie, Nederlands Kenniscentrum Ouderenpsychiatrie en Altrecht.
De Jong Gierveld Eenzaamheidsschaal: Jong Gierveld, J. de & Kamphuis, F. (1985). The development of a Rasch-type loneliness scale. Applied Psychological Measurement, 9, 3, p. 289-299. Achtergrondartikel: J. de Jong Gierveld, T. Van Tilburg & P. A. Dykstra (2006), Loneliness and social isolation. In A. Vangelisti & D. Perlman (Eds), Cambridge Handbook of Personal Relationships (pp. 485-500). Cambridge: Cambridge University Press. Voor de laatste gegevens en de manual van de De Jong Gierveld eenzaamheidsschaal zie: http://home.fsw.vu.nl/tg.van.tilburg/manual_loneliness_scale_1999.html
Stemming/depressie: Geriatric Depression Scale: GDS-mini (4 vragen) verwijzen naar referentie van GDS-30. GDS-15: Sheikh J.I., Yesavage J.A. (1986). Geriatric Depression Scale (GDS): Recent evidence and development of a shorter version. Clinical Gerontology: A Guide to Assessment and Intervention 165-173, NY: The Haworth Press. GDS-30: Yesavage, J.A., Brink, T.L., Lum, O., Huang, V., Adey, M., & Lelliott, P. (1983). Development and validation of a geriatric depression screening scale: A preliminary report. Journal of Psychiatric Research, 17, 37-49.
Lijst verdiepende testen Mantelzorg belasting: Caregiver Strain Index CSI. Robinson, B. 1983) Validation of a Caregiver Strain Index. Journal of Gerontology. 38:p. 344-348. Meer informatie: http://www.eiz.nl/smartsite.dws?id=103155
Angst: HADS-A: Zigmond, A.S. & Snaith, R.P. (1983). The hospital anxiety and depression scale. Acta Psychiatrica Scandinavica, 67, 361-370.
Dementie: ObservatieLijst vroege symptomen Dementie (OLD): Hopman-Rock, M., Tak, E.C.P.M., Staats, P.G.M. (2001)Development and validation of the observation list for early signs of dementia (OLD). International Journal of Psychiatry, 16: 406414.Hopman-Rock, M., Tak, E.C.P.M., Staats, P.G.M., Jonker, C., Wind, A.W. (2001) Signalering van beginnende dementie in de huisartspraktijk; Ontwikkeling en validering van de Observatie Lijst voor vroege symptomen van Dementie (OLD). Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie, 32: 74-81. Meer informatie: http://www.tno.nl/content.cfm?context=markten&content=case&laag1=189&item_id=121 en http://www.tno.nl/downloads/PZSCObservatielijstenToelichtingOLDNed.pdf
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 80 -
Valrisico: Checklist voor de “Halt! U valt’- adviseur 'Een veilige woning voor ouderen'. J. van Til (2005) Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid, Amsterdam. http://www.veiligheid.nl/csi/websiteveiligheid.nsf/wwwAssets/30016688E18541ACC12570BB00 338590/$file/checklist%20HUV%20adviseur%20lst102.pdf Ouderenmishandeling: Royers, T. & Beelen. J. (2007), hoofdstuk 18 Ouderenmishandeling komt vaker voor dan we dachten, p. 335-350. In: Kruk, T., van der, Salentijn, C & Schuurmans, M. (2007). Verpleegkundige zorgverlening aan ouderen. Boom, Amsterdam. Gehoor: Smits, J.C.M. (2006). Hearing screening by Telephone: fundamentals and applications. Keywords: Het ontwikkelen en valideren van een screeningstest voor het gehoor, uit te voeren via telefoon. Amsterdam: Vrije Universiteit.
Overige literatuur Gordon. M. (1996) Handleiding verpleegkundige diagnostiek 1995-1996, De Tijdstroom, Utrecht.
Werkmethodiek Consultatiebureau voor Ouderen
- 81 -