Conferentie Nazorg voor jeugdige ex-gedetineerden, hoe kan de gemeentelijke partnerrol eruit zien? Donderdag 2 april 2009, Hanzehof te Zutphen De dagvoorzitter Maarten Bouwhuis heet de aanwezigen hartelijk welkom en neemt het programma door. Presentatie netwerk- en trajectberaad, de heer W. Pattje, Ministerie van Justitie Er is gekozen voor een landelijke implementatie van het netwerk- en trajectberaad, De JJI’s zijn nu landelijk gesitueerd, waarvan er relatief veel in het oosten van Nederland zijn. De meest ideale situatie zou zijn dat er meer JJI’s in de Randstad gesitueerd zouden zijn, omdat daar naar verhouding meer jongeren wonen. Het zou dan mogelijk zijn om gebruik te maken van de eigen lokale partners. Aangezien dat in de huidige situatie niet mogelijk is, moeten er uniforme afspraken gemaakt worden die landelijk gelden. De heer Pattje geeft aan dat de gemeente de enige stabiele factor in het traject dat een jongere doorloopt als hij te maken krijgt met politie en justitie, en dat zij daarom onmisbaar is. Vragen en opmerkingen naar aanleiding van de presentatie. Bij casemanagement is de Raad voor de Kinderbescherming ketenregisseur, maar soms wordt er geen toezicht opgelegd of het loopt af. Wie is dan verantwoordelijk voor het casemanagement? Komt het dan bij gemeenten die het moeten inkopen? Het komt bijna niet voor dat een jongere niet meer onder toezicht staat en uit detentie stroomt. Het kan zijn dat de case is afgelopen, maar de zorg nog niet en dat kost inderdaad geld. Dit moeten gemeenten regelen. De partners die in de fase voor de detentie van de jongere in beeld zijn, zoals maatschappelijk werk, worden niet betrokken het trajectberaad. Met gemeente wordt hier een groot conglomeraat bedoeld, dus inclusief jeugdhulpverlening, maatschappelijk werk e.d. De aanwezigen van de Hunnerberg willen nuanceren dat de JJI’s onder de maat presteren. De Hunnerberg heeft goed gepresteerd. Wanneer er gedacht wordt aan landelijke plaatsing, is er dan aan gedacht om arrondissementen aan de jongeren toe te wijzen, want dan heb je een vaste club. Ja, er zijn gesprekken geweest met de plaatsingbureaus van de JJI’s, maar dat is praktisch onmogelijk. Er moet namelijk geplaatst worden op het moment dat er plaats is, anders moet de jongere naar huis. Dit heeft te maken met de wettelijke termijn voor plaatsing en de grote toestroom uit de Randstad. Wanneer je naar de criminele carriere van de jongere kijkt, dan is eerst de gemeente, dan het justitieel casusoverleg (JCO) en dan weer de gemeente in beeld. Zijn er geen vertegenwoordigers van het OM? De informatie uit het JCO is wel tot beschikking voor het netwerk- en trajectberaad. Jongeren die in detentie stromen, krijgen direct straf, in het JCO worden jongeren besproken voor een minder zwaar traject. De jongere die detentie krijgt is vermoedelijk al eens in het JCO besproken.
Presentatie Nazorg jeugd in Gelderland, de heer M. van Wifferen, Raad voor de Kinderbescherming De heer Van Wifferen geeft aan dat dit niet de eerste keer is dat er over het thema nazorg wordt gesproken. Tijdens het Gelders Topoverleg waar onder andere bestuurders van de provincie, gemeenten en het OM bij elkaar komen staat nazorg ook op de agenda. Vragen en opmerkingen naar aanleiding van de presentatie. De gemeenten hebben geld gekregen voor veelplegersaanpak, maar nog niet voor de nazorg van jeugdgedetineerden. De gemeenten zijn verplicht om hier zorg voor te dragen, ook al kost et extra geld. Het is een algemene verantwoordelijkheid om goed voor de burgers te zorgen. Op landelijk niveau is afgesproken dat er geen geld is voor overleg. De Hunnerberg houdt ook telefonisch overleg. De trajectberaden gaan in de veiligheidshuizen plaatsvinden en de netwerkberaden in de JJI’s. Overleg kan ook telefonisch, als er maar overleg is. Het arrondissement stelt ook het arrondissement op de hoogte waar de jongere vandaan komt. De Sprengen: voor de eerste trajectberaden zijn de itb-ers niet altijd voorhanden, maar dan wordt telefonisch overleg gevoerd. De kleinere gemeenten ondersteunen het verhaal, zij zien het belang om binnen de keten de verantwoordelijkheden goed te organiseren. Maar als kanttekening wordt meegegeven dat het Rijk alleen de G31 extra middelen hiervoor geeft. Binnen de WMO heeft de gemeente de taak om voor deze categorie te zorgen, dus daar moet ook naar het budget gekeken worden. Het is ook mogelijk met een aantal gemeenten samen te werken.
Presentatie handreiking nazorg jeugdige ex-gedetineerden van SGBO, mevrouw M. de Vries en mevrouw J. Trommelen Gepresenteerd door de heer I. Kloppenburg (VNG) en de heer W. Pattje Vragen en opmerkingen naar aanleiding van de presentatie De gemeente (in dit geval de leerplichtambtenaar) krijgt niet alle informatie uit het JCO als het gaat over een afdoening. Het OM vindt dat namelijk niet relevant en daardoor weet de gemeente niet welk delict er is gepleegd. Dat is mogelijk, een gemeente hoeft niet van alles op de hoogte te zijn, als ze maar op de hoogte zijn van wat voor hen relevant is. Waarom is de gemeente niet meteen vanaf het begin bij het proces betrokken? Nu is er voor gemeenten te weinig tijd om dingen te regelen. In het netwerkberaad wordt al gekeken hoe lang iemand moet zitten en of daar maatregelen getroffen moeten worden. Het netwerkberaad vindt plaats op de JJI, dus dit brengt extra reizen en tijd met zich mee. Er wordt geprobeerd om het netwerkberaad naar voren te halen en om naar een vaste structuur van overleggen te gaan (vaste dag en tijdstip), zodat iedereen weet wanneer het netwerkberaad plaatsvindt. Over het algemeen wordt aangegeven dat gemeenten te laat betrokken worden bij het overleg. Zij hebben daardoor te weinig tijd om de juiste zaken (zoals huisvesting e.d.) te regelen. Verder zijn er landelijk veel verschillende procedures, dat moet veranderen. Dit wordt erkend, het heeft topprioriteit om dit aan te pakken. We zitten bij elkaar om zaken te organiseren. Zorg er voor dat de lijntjes korter worden. Wanneer je weet wie je kunt benaderen, dan wordt het al een stuk makkelijker. Bovendien is een jongere hoogstwaarschijnlijk geen onbekende binnen de lokale netwerken. Het is zaak de jongere van hieruit te blijven volgen, ook na detentie. In sommige gemeenten moet het traject nog opgezet worden. Waar kan men terecht voor informatie wanneer er een zorgdossier komt, wie kan benaderd worden? Zoek contact met de casusregisseur van de raad in de desbetreffende regio. Van volwassen (ex-)gedetineerden bestaat een d-plan formulier. Van jeugdige (ex-)gedetineerden is helemaal niets bekend. De gemeenten moeten voor informatie bellen. Kan daar geen verandering in komen? Het is de bedoeling dat er vanuit het trajectberaad een trajectkaart wordt opgesteld, die digitaal naar de gemeenten wordt gestuurd (Trajectkaart, zie andere documenten) Bij een kleine gemeente is de jongere voor de straf in beeld en daarna. Er is jeugdreclassering maar dat houdt op. Bestaat de mogelijkheid dat de jeugdreclassering eerder ophoudt en dat de gemeente dan verantwoordelijk wordt? In principe niet. Er wordt gekeken naar een redelijke termijn waarop justitie er nog bij betrokken moet worden en die termijn is over het algemeen vrij lang. Waar de netwerkberaden al goed verlopen zijn er weinig vragen over de afstemming. Wat is de stand van zaken van het wetsvoorstel voor verplichte nazorg (voor pij-ers)? Dit ligt nu bij de Raad van State. Daarna moet het nog behandeld worden in de Tweede en Eerste Kamer. Naar alle waarschijnlijkheid zal dit voorstel eind 2010 gereed zijn.
Interview met Lonchi Gerly, jongerenwerker Lonchi is opgegroeid in Hengelo. Door allerlei omstandigheden is hij in de problemen geraakt. Toen hij niet meer op school kwam, is hij in aanraking gekomen met de jeugdreclassering. Omdat de boel escaleerde is hij vervolgens uit huis geplaatst. Hij heeft eerst in de Hunnerberg gezeten en daarna in de Sprengen. Bij elkaar heeft hij vijf maanden gezeten. Tijdens de detentie heeft hij veel tijd gehad om na te denken en heeft hij weinig van zijn “vrienden” gehoord. Hij heeft veel begeleiding gehad en gesprekken over hoe zijn toekomst eruit moet zien na zijn vrijlating. Na zijn vrijlating moest hij zich aan regels houden, die grotendeels door hem zelf zijn opgesteld. Dat hij zijn eigen regels mocht opstellen heeft voor hem heel positief uitgepakt. Ook ging hij stage lopen als jongerenwerker bij Scala, een welzijnsorganisatie. Verder werd hij nog goed begeleid door Sjaak Nefkens vanuit Inside-Out. Ook was er controle van een goede vriend van de familie en van de politie. Lonchi geeft aan dat wanneer er geen begeleiding en controle was geweest, hij weer op straat terecht zou komen met alle gevolgen van dien. Door zijn verleden is het voor hem makkelijker om jongeren te helpen, hij kan zich goed in hun situaties inleven. Hij confronteert de jongeren wel met zijn verleden, maar vertelt niet direct dat hij het zelf was, maar dat een vriend van hem dit heeft meegemaakt. Anders nemen de jongeren nog geen advies van hem aan, omdat hij geen haar beter was. Zijn oude vrienden oefenen soms nog druk op hem uit, maar door zijn ervaringen is hij verstandiger geworden en gaat daar niet meer op in. Heeft hij antwoord gekregen op zijn vragen die hij had toen hij net vast zat, zoals waarom hij niet naar school ging. Nee, maar hij heeft wel goed na kunnen denken over de voor- en nadelen van school. Zo vind hij school nog steeds niet echt leuk, maar je leert wel om te werken en om een toekomst te bereiken. Heeft zijn moeder ondersteuning gekregen na zijn vrijlating? Ja, het hele gezin werd ondersteund door Sjaak van Inside Out. Doet Sjaak de begeleiding nu nog als vriendendienst of vanuit zijn werk? De begeleiding is nog steeds via Inside Out, het werkt met een soort strippenkaart. Over een half jaar loopt de begeleiding af. Er is voor zijn detentie jeugdzorg in het gezin geweest, waarom heeft dit niet geholpen? Omdat het twee hele jonge broekies waren die nog nooit iets hadden meegemaakt en dachten alles beter te weten. Heeft hij hulp gemist of had hij het eerder willen hebben? Ja, Lonchi had graag gewild dat er was ingegrepen voordat de boel escaleerde. De jongens die op straat hangen gaan niet naar school of ze hebben geen werk. Daardoor hebben ze geen geld om leuke dingen te doen en gaan ze zich vervelen en glijden ze af. Heeft Lonchi tips voor de gemeenten? Gemeenten moeten heel veel samenwerken met jongerenwerkers en veel overleggen. Betrek de politie erbij en allerlei instanties. Wanneer je een hanggroep vanaf het begin aanpakt, dan kun je al zorgen dat het niet escaleert. Zet bijvoorbeeld degene die de hoogste rang heeft in de groep aan het werk, dan volgt de rest vanzelf. En zorg voor activiteiten voor jongeren, zodat ze zich niet hoeven te vervelen. Hoe ziet Lonchi zijn toekomst? Hij wil zijn school afmaken en daarna als jongerenwerker aan de slag. Het gesprek wordt vervolgd met Jan Roelof, een collega van Sjaak en Karin Gelderblom, de stagebegeleider van Lonchi bij Scala. Inside Out is een project waar jongeren een gedeelte van de looptijd in de Sprengen verblijven en daarna met intensieve begeleiding weer thuis. Er wordt daarbij gekeken naar het hele netwerk rondom een jongere zoals het gezin, vrienden, school en jongerenwerk en daarmee worden afspraken gemaakt. Was er wel of geen reclassering bij betrokken? Ja die is er wel bij betrokken, maar de instelling houdt de regie. Als je als gemeente zorg moet gaan inkopen, bestaat er dan iets dat je als gemeente weet wat de beste zorg is? Wat moet je inkopen? De JJI’s geven aan dat er zaken zijn opgesteld over welke zorg je het beste kunt inkopen. Er is veel kennis over de trajecten die er zijn. Er moet ook lef zijn om vooruit te financieren en zaken op te pakken.
Terugkoppeling mini-trajectberaden De belangrijkste conclusies uit de 3 mini-trajectberaden. Namens groep 1, mevrouw Kors van de Raad voor de Kinderbescherming: De deelnemers dachten goed mee. Sommige aanwezigen schrokken wel van de expertise die ze allemaal in huis moeten hebben. Per gemeente is er een groot verschil wat een gemeente kan bieden, maar ook wat een gemeente weet wat ze kunnen bieden.Zij heeft veel vertrouwen in de netwerk- en trajectberaden. Namens groep 2, de heer Prins van de gemeente Arnhem Er zijn veel vragen boven gekomen.Waar is de gemeente werkelijk verantwoordelijk voor en waar willen ze de diepgang creëren? Welke ambtenaar moet aansluiten in het trajectberaad? Wat is een taak van de gemeente en wat niet? Namens groep 3, de heer Kissing van de gemeente Oude IJsselstreek: De belangrijkste conclusie: er komt veel werk op de gemeente af en er moet goed overleg gevoerd worden met de partners. Hij wil bindende afspraken maken met de partijen, omdat hij nu merkt dat een aantal partijen lastig over de eigen grenzen kijkt, zoals welzijnswerk, maatschappelijk werk. Ook werd als tip meegegeven, dat een kleine gemeente met weinig of geen risicojongeren een scenario kan opstellen voor het geval dat zo’n situatie zich voor zou doen.
Interview met gedeputeerde J.J.W. Esmeijer Wat is de inhoudelijke reden dat de provincie zich verantwoordelijk voelt om de nazorg te regelen? De heer Esmeijer geeft aan dat nazorg een belangrijk onderdeel van de juegdketen is. We houden ons bezig met preventie en jeugdzorg, maar zonder goede nazorg heb je geen volwaardig traject. Op dit gebied is er een intermediaire rol voor de provincie weggelegd. Het valt samen met de vorming van de Centra voor Jeugd en Gezin, de veiligheidshuizen en de vijf gemeentelijke taken. Moet er extra geld voor de gemeentes komen en komt dit vanuit Den Haag of ligt hier ook een rol voor de provincie? Het is geen nieuwe rol voor de gemeenten, maar het is nog niet door elke gemeente opgepakt. Men moet geld met taken combineren. Kleinere gemeenten kunnen het regionaal aan de orde stellen. Zijn er vanuit de provincie mogelijkheden om nieuwe initiatieven te stimuleren? Eventueel in pilotverband. Het is niet zo dat er voor elke gemeente middelen beschikbaar zijn. Hoe zal het vervolg van vandaag er uitzien? Het verslag met de bijbehorende presentaties en informatie wordt naar de deelnemers gestuurd. Dit wordt ook gestuurd naar de gemeenten die vandaag niet hebben deelgenomen. Verder is het misschien mogelijk dat het ministerie de andere provincies aanspoort om dit thema op te pakken.