sized for Comics
T H E M A D OSSI E R
1. Brussel en het stripverhaal a.
b.
Geboorte van het stripverhaal in Brussel Van stripheld tot filmster
2. Het stripverhaal, Brussels erfgoed a.
b. c.
d.
Publicaties rond het Stripverhaal De stripmuren Niet te missen gebouwen en beelden Musea, tentoonstellingen en galeries
3. Terugkerende stripactiviteiten en -evenementen a.
b. c.
d.
Het Stripfeest De Stripmarkt De verschillende stripfestivals in Brussel Rondleidingen
4. Stripshopping a.
b.
Adressen Boekhandels
5. Striprestaurants 6. Striphotels 7. Nuttige contacten W W W. V ISI T B R U SS E L S . B E / C OMI C S
Brussel is de hoofdstad van het stripverhaal! In elke wijk, om elke straathoek, overal in Brussel kom je de stripverhalen en hun helden tegen. Het stripverhaal is een nationale trots en dat voel je bijzonder goed in onze hoofdstad. Vele van de auteurs die tot de bloei van de 9de kunst hebben bijgedragen, hadden hun roots in Brussel. U kunt er alles over te weten komen door een bezoek te brengen aan het Belgisch Stripcentrum (beter gekend als het Stripmuseum), door een wandeling te maken in het “Stripdorp” of nog door in de straten van Brussel de monumentale figuren te bekijken die uit diverse Belgische stripverhalen zijn geplukt. Het stripverhaal is een volwaardige kunst die de Brusselaars na aan het hart ligt.
W W W. V ISI T B R U SS E L S . B E / C OMI C S
1. Brussel en het stripverhaal a. Geboorte van het stripverhaal in Brussel Verhalen vertellen via een reeks opeenvolgende beelden is iets wat al heel lang bestaat. Toch zijn de specialisten het erover eens dat België niet weg te denken is in het ontstaan van het stripverhaal. De ‘9de kunst’ is een van de elementen die mee de identiteit bepalen van Brussel, de Belgische hoofdstad, en dit sinds bijna een eeuw. De geschiedenis van het Franstalige Belgische stripverhaal begint echt in 1929 met Hergé, pseudoniem van Georges Remi. Het is in Le Petit Vingtième, de jongerenbijlage van de Brusselse krant Le Vingtième Siècle, dat hij het leven schenkt aan de beroemdste van alle reporters: Kuifje. Hij is ook de uitvinder van de ‘klare lijn’, de strakke grafische stijl die meteen herkenbaar is. Na de Tweede Wereldoorlog wordt het Belgische stripverhaal gedomineerd door twee weekbladen die zich specifiek richten tot de jeugd: Kuifje gepubliceerd door uitgeverij Lombard en Le Journal de Spirou (Robbedoes) van uitgeverij Dupuis. Deze weekbladen hebben de carrière gelanceerd van of samengewerkt met de grootste stripauteurs van de 20ste eeuw: Hergé (Kuifje/Quick & Flupke), Peyo (Smurfen/ Johan en Pirrewiet), Walthéry (Natacha), Franquin (Guust Flater/Marsupilami), Edgar P. Jacobs (Blake en Mortimer), Roba (Bollie en Billie), Jijé (Blondie en Blinkie) … Het Vlaamse stripverhaal, hoewel minder gekend bij het Franstalige publiek, heeft ook zijn helden met de reeks Jommeke van Jef Nys, De Kiekeboes van Merho en Nero van Marc Sleen. Het grootste internationale succes genieten Suske en Wiske van Willy Vandersteen. Het stripverhaal is vandaag een kunstvorm die alle genres beoefent en waarin geen enkele school nog het overwicht heeft. Opmerkelijk is dat ook de filmindustrie meer en meer Belgische stripverhalen op het witte doek brengt, tot groot genoegen van klein en groot.
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
4
b. Van stripheld tot filmster Wat een geluk dat de Brusselse striphelden van papier zijn. Ze zouden het anders hoog in hun bol krijgen, nu ze ook beroemd worden in de filmwereld. Kuifje is de enige niet. Zoals vanouds spant Kuifje wel de kroon. Niemand minder dan Steven Spielberg maakte van deze Brusselse stripheld een filmster. De legendarische Amerikaanse filmregisseur ontdekte het oeuvre van Hergé toen filmrecensenten in de vroege jaren tachtig wezen op de gelijkenissen tussen Indiana Jones en Kuifje. Spielberg was instant fan én de uitverkorene van Hergé om Kuifje te verfilmen. Hij nam wel zijn tijd. Zo’n dertig jaar. Kuifje ging pas oktober 2011 in Brussel in wereldpremière. De strips De krab met de gulden scharen, Het geheim van de Eenhoorn en De schat van Scharlaken Rackham werden samengesmolten tot een wervelende avonturenfilm. Geavanceerde technieken waren nodig om Kuifje en de bonte bende nevenpersonages gestalte te geven: eindresultaat is animatie maar de basis is gelegd door echte acteurs. Bij wijze van hommage heeft Spielberg Hergé een cameo gegeven in de eerste scène van de film. Hergé is de straattekenaar die Kuifje portretteert tijdens de Vlooienmarkt op het Vossenplein. The Adventures of Tintin: the secret of the Unicorn zou een vervolg krijgen en geregisseerd worden door een andere filmreus die gek is van Kuifje: Peter Jackson, regisseur van de Lord Of The Rings-trilogie. 2011 was ook een wonderjaar voor de Smurfen. Peyo, de artiestennaam van Brusselaar Pierre Culliford, tekende de bekende, kleine blauwe wezens met witte muts en broek voor het eerst in 1958. De strips sloegen enorm aan. In 1975 volgde de animatiefilm De fluit met zes Smurfen. Amerika ging in de jaren tachtig voor de bijl dankzij de honderden tekenfilms die Hanna-Barbera produceerde voor de televisie. Zomer 2011 stalen Grote Smurf, Mopper, Klungel, Smurfin en Brilsmurf de harten van vele kinderen in een Hollywoodproductie. The Smurfs is geen tekenfilm maar live-action met driedimensionale, met de computer gegenereerde Smurfen. Achternagezeten door de gemene tovenaar Gargamel en zijn kat Azraël belanden de smurfen in het New York van vandaag. The Smurfs deed het erg goed aan de kassa. The Smurfs 2 is in de maak. Kuifje en de Smurfen zijn niet de enige striphelden die het tot filmsterren schopten. In 2008 en 2011 kwamen twee Franse blockbusters uit rond Largo Winch. Dat is een miljardair in spijkerbroek met de charme van een playboy en de dadendrang van een klassieke stripheld. Largo Winch is een creatie van de Brussels tandem Jean Van Hamme (scenario) en Philippe Francq (tekeningen). Zij combineren in de populaire gelijknamige stripreeks actie met economische thema’s. Lente 2012 ten slotte kwam Sur la piste du Marsupilami uit van Alain Chabat, de Franse regisseur die eerder een hit had met Astérix & Obélix: Mission Cléopâtre. De Marsupilami, een wonderlijk wezen uit het Palombiaanse woud dat de gekste dingen kan doen met zijn staart, is een verzinsel van Franquin. Aan deze grootmeester van de Belgische strip hebben we onder andere Guust Flater te danken. De kans is groot dat nog meer striphelden de stap zetten naar het grote witte doek. Zo is er onder andere een project om het Gele Teken te adapteren. By Jove!, dat is een van de meest geliefde avonturen uit de klassiek geworden Blake en Mortimer reeks van Edgar P. Jacobs.
Niels Ruel (Journalist)
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
5
2. Het stripverhaal, Brussels erfgoed VISITBRUSSELS-sized for Comics Fans van stripverhalen worden verwend in Brussel! De alom gekende hoofdstad van het stripverhaal blijft de 9de kunst onverminderd hoog in het vaandel voeren. Meerdere musea, galerijen, markten, festivals en speciaalzaken zijn volledig aan de strip gewijd, maar een van de meest verrassende activiteiten is ongetwijfeld het befaamde stripparcours. Ontmoet Kuifje, Asterix, Blake & Mortimer, Suske & Wiske, Lucky Luke en vele andere striphelden op de gevels van de Brusselse straten. Al kuierend langs een veertigtal monumentale muurfresco’s maakt u kennis met deze mythische personages en hun getalenteerde auteurs. Een wandeling die uniek is in zijn soort! Het plannetje is beschikbaar in het Nederlands, het Frans, het Engels en het Duits (€ 0,50).
VISITBRUSSELS-sized for Tintin Brussel is ontegenzeggelijk de stad van Kuifje. Hij is hier 80 jaar geleden geboren en inmiddels is hij een soort ereburger geworden. Elke Brusselaar is opgegroeid met de avonturen van deze dappere globetrotter. Hij maakt onlosmakelijk deel uit van de Brusselse cultuur. Een aangename stadswandeling in het voetspoor van Kuifje en Hergé. De plattegrond “VISITBRUSSELS - Sized for Tintin” is in alle onthaalkantoren van de stad verkrijgbaar. Het plannetje is beschikbaar in het Nederlands, het Frans, het Engels, het Duits en het Spaans (€ 0.50).
VISITBRUSSELS-sized for MArc Sleen Brussel eist meer dan ooit de titel op van Hoofdstad van de 9de kunst! Het Gewest is een voortdurende bron van inspiratie voor de stripauteurs, vol contrasten en met talloze plekjes die een prachtig decor vormen voor elk stripverhaal. Marc Sleen, de auteur van tweehonderd zeventien albums over De Avonturen van Nero, staat in het Guinness Book of Records met deze reeks die schatplichtig is aan het mooie Brussel. Werp een nieuwe blik op de hoofdstad door de ogen van Marc Sleen en verwonder uzelf zoals Nero in het album De Zwarte Toren : “Maar wat hebben wij toch een mooie hoofdstad!” Het plannetje is beschikbaar in het Nederlands en het Frans (€ 0.50).
COMICS FOR KIDS Ontdek de stripmuren. Wist u dat Brussel in totaal 47 stripmuren telt? VISITBRUSSELS heeft er daarvan zowat de helft geselecteerd, zodat kinderen van 6 tot 10 jaar de mogelijkheid hebben hun striphelden te ontdekken. De muurschilderingen bevinden zich overigens allemaal in het centrum van de stad. Op die manier ontmoeten de kinderen stripfiguren als Kuifje, Rik Ringers, Stam & Pilou, Billy the Cat, Suske en Wiske enz. Aan de hand van verschillende spelletjes maken de kinderen uitgebreid kennis met deze striphelden. Met kleuropdrachten, het zoeken naar de 7 verschillen, labyrintspelletjes en tal van andere ludieke opdrachten wordt de aandacht van de kinderen op bepaalde details van de muurtekeningen gevestigd. In een begeleidende tekst van een paar regels komen de kinderen ook iets meer te weten over hun striphelden en de bedenkers ervan. Onderweg ontdekken de kinderen eveneens het standbeeld van Guust Flater, het beroemde nieuwe Smurfenstandbeeld en de verschillende stripmusea! Voorzien van kleurpotloden en een nieuw tekenschrift gaan de kinderen op zoek naar de rijkdommen van het stripverhaal in onze hoofdstad. Plezier verzekerd! Het spelletjesboek is beschikbaar in het Nederlands, het Frans, het Engels en het Duits (€2,50). BIP Koningsstraat 2-4 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 513 89 40
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
6
B. De stripmuren Ontdek de 47 muren van de stripwandeling tot in de kleinste details. Geschiedenis van de reeks, anekdotes en belangrijke datums … u komt er alles over te weten!
Kuifje Zin om de beroemdste Belgische stripheld tegen het lijf te lopen? Haast u naar de Stoofstraat, bekend van Manneken Pis. Maar de kans is klein dat Kuifje, zijn hond Bobbie en zijn vriend kapitein Haddock tijd hebben om een babbeltje met u te slaan. De razende reporter en de vuilbekkende whiskyliefhebber zitten weer tot over hun oren in een avontuur. We weten zelfs welk avontuur. De tekening komt namelijk uit De Zaak Zonnebloem. In het achttiende album uit de reeks ontvoeren eerst Bordurische en vervolgens Syldavische geheim agenten Professor Zonnebloem. Die heeft een ultrasoon wapen uitgevonden dat beide landen zouden willen misbruiken. Kuifje en Haddock doen er alles aan om hun verwarde vriend te bevrijden. Bijna 30 jaar na de dood van Hergé worden er nog steeds 1 miljoen exemplaren per jaar verkocht. Kuifje wordt gepubliceerd in 77 talen. Niemand minder dan Steven Spielberg kwam in 2011 op de proppen met de wervelende animatiefilm The Adventures of Tintin: The Secret of the Unicorn. Hergé, het pseudoniem van de Brusselaar Georges Prosper Remi ( 1907-1983), wordt tot de allergrootste stripauteurs gerekend. Hij debuteerde in 1929 in ‘Le Petit Vingtième’, de wekelijkse jeugdbijlage van het katholiek tijdschrift ‘Le Vingtième Siècle’. Zijn uitgezuiverde tekenstijl (de fameuze klare lijn) wordt geroemd en velen beschouwen zijn tekeningen als kunst. Maar zijn gevoel voor beweging, suspense, humor en avontuur en grote vertelkunst zijn minstens even belangrijke verklaringen waarom Kuifje nooit heeft opgehouden mensen te boeien. Waar? Stoofstraat, 1000 Brussel|Auteur: Hergé|Uitgeverij: Casterman
De Doorgang De internationale gereputeerde stripauteurs François Schuiten en Benoît Peeters laten graag uitschijnen dat het universum dat ze in kaart brengen in de cyclus De Duistere Steden echt bestaat. De steden en werelden die voorkomen in roemruchte titels als Brüsel, De koorts van Urbicande, De archivaris en Het scheve kind lijken op de onze maar zijn toch anders. Zijn de duizelingwekkende, virtuoze tekeningen uitwerkingen van de toekomstvisioenen van weleer? Perspectiefveranderingen met denkers als Jules Verne, José Luis Borges, Le Corbusier, Victor Horta of Franz Kafka in gedachten? Denk er het uwe van. Via lezingen, tentoonstellingen, een heuse Gids van de duistere steden en websites (www.urbicande.be) moedigen Schuiten en Peeters iedereen aan om hun licht te werpen op De Duistere Steden. Dat lukt beter als je Brussel al eens bezocht hebt. Het Paleis van de Drie Machten in Brüsel is het Justitiepaleis van Poelaert. De Grote Hal van Zarbec lijkt wel het station van Schaarbeek. De serrestad Calvani moet ontstaan zijn na een bezoek aan de Koninklijke Serres van Laken. Op hun website stellen Schuiten en Peeters dat men al jaren het bestaan verdoezelt van doorgangen. Verbindingswegen tussen de aarde en de zogenaamde Tegenaarde, tussen Brussel en Brüsel. Is de stripmuur aan de Kolenmarkt zo’n Doorgang? De klokkentoren, centraal in het fresco lijkt alvast als twee druppels water op die van de even verder op gesitueerde Goede Bijstandskerk. Intrigerend is dat niet elke baksteen van de blinde gevel is overschilderd. En had u meteen in de gaten dat de schaduw-figuren onderaan getekend zijn? Waar? Kolenmarkt 19, 1000 Brussel| Auteurs: François Schuiten & Benoît Peeters|Uitgeverij: Casterman
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
7
De Schorpioen Klim van de kathedraal van Sint-Michiel en Sinte-Goedele naar de Treurenberg en je stoot op Armando Catalano. Een held uit één stuk, dat zie je aan de vastberaden blik waarmee hij de vijand onbevreesd opwacht, een wapenkeuze die Zorro en D’Artagnan goedkeuren en laarzen waar de De Gelaarsde Kat stikjaloers op is. En wat te denken van zijn kaken, de trendy gezichtsbeharing en de streep borsthaar die de aandacht vestigt op de borstkas om u tegen te zeggen? Catalano is een echte Casanova. En dan hebt u de tatoeage op zijn rechterschouder nog niet gezien. De warmbloedige vechtjas / levensgenieter dankt er zijn bijnaam aan: De Schorpioen. Zijn aartsvijand is Trebaldi, een kardinaal die qua machtshonger en verdorvenheid niet onderdoet voor de kardinaal Richelieu uit de Drie Musketiers van Alexandre Dumas. Met de hulp van zijn gevreesde rode krijgsmonniken en een knappe gifmengster met zigeunerbloed werkt de boosaardige Trebaldi zich op tot Paus. Als hij het niet te druk heeft met het ophangen en verbranden van andersdenkenden maakt hij jacht op De Schorpioen. Religieus fanatisme is van alle tijden, dus ook van de achttiende eeuw. Scenarist Stéphane Desberg voorziet de mantel-en-degenreeks ruim van schermduels in sinistere catacomben en andersoortige spectaculaire actiescènes. De sierlijke, beweeglijke beelden zijn van Enrico Marini. Vrouwelijke personages voorzien van sensuele en wulpse contouren is een van de specialiteiten van dit tekentalent uit Zwitserland. Waar? Treurenberg, 1000 Brussel|Tekenaar: Marini, scenarist: Stéphane Desberg|Uitgeverij: Dargaud
Suske en Wiske Wie ook maar een beetje aandacht had voor de musculatuur van Manneken Pis valt niet achterover van het tafereel in de Lakensestraat. Zonder te stoppen met plassen draagt de wereldberoemde Brusselaar vijf van België’s meest geliefde striphelden op één hand. Zes zelfs als we Schanulleke meetellen en dat moeten we. De lappenpop van Wiske speelt in meerdere avonturen een hoofdrol. Wiske is het meisje met witte jurk, eihoofd en de strik in het haar. Sinds 1945 is deze eigenwijze meid nooit gestopt met avonturieren. Daarin wordt ze zonder fout bijgestaan door dapper Suske. De geelgekuifde strijkplank is de nerveuze Tante Sidonia. Lambik ziet er op de stripmuur een beetje braaf en simpel uit maar is eigenlijk de zot. Hij zet de boel vaak op stelten, er kan altijd mee gelachen worden. Jerom is een zachtaardige krachtpatser. Suske en Wiske is de onbetwistbare nummer één van de Vlaamse familiestrip. In Vlaanderen verkoopt De Kiekeboes van Merho beter maar met dank aan Nederland en Franstalig België is Suske en Wiske nog steeds de best verkopende stripreeks van de Benelux. Er bestaan vertalingen in onder andere het Frans (Bob et Bobette) Afrikaans (Neelsie & Miemsie), het Portugees (Bibi & Baba) en het Latijn (Lucius et Lucia). Amerikanen spreken over Willy & Wanda, Britten over Spike & Suzy. Het 315de album rolde november 2011 van de persen. De reeks werd na de dood van geestelijke vader Willy Vandersteen (1913-1990) gewoon verder gezet. Vandersteen werd de Bruegel van het stripverhaal genoemd. De Antwerpenaar was een begenadigde tekenaar én een meesterlijke verteller met veel fantasie en een scherp gevoel voor volkse humor. Met die unieke combinatie had hij de wereld kunnen veroveren. Waar? Lakensestraat 111, 1000 Brussel|Auteur: Willy Vandersteen|Uitgeverij: Standaard
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
8
Billy the cat Geniet van de guitige blik en het enthousiasme waarmee de geel-zwartgestreept kat over de kasseien zweeft. De stripmuur in de onopvallende Oppemstraat is een baken van licht en optimisme. Billy the Cat dook in 1981 even op in het stripweekblad Robbedoes maar begon pas echt aan zijn carrière in 1987. De troeven zijn de vrolijke, afgewerkte tekeningen van de Luikse tekenaar Stéphane Colman en de toon die de Amerikaans-Brusselse scenarist Stephen Desberg aanslaat. De serie past in de roemrijke traditie van de zwierige Belgische kinderstrip die stiekem ook veel volwassenen bekoren kan. Op straat leven is niet evident, gelukkig heeft Billy naast vijanden ook een bonte schare vrienden zoals dikke Saucijs, Jumbo de duif, m’neer Hubert en juffrouw Cha-cha. Dat de poes eigenlijk een omgetoverd jongetje is en dat hij graag terug gewoon zou worden, biedt heel wat mogelijkheden. Andere strips en ambities hebben Colman en Desberg belet om voluit te gaan. De reeks werd begin deze eeuw overgenomen door Luikenaar Péral. Billy the cat is ook de ster van een internationale tekenfilm-serie. Strip en tv-serie verschillen sterk van mening over de oorzaak van de transformatie van kind in kat. In de strip steekt pestjoch Billy zonder kijken de straat over, wordt overreden en reïncarneert als kat. De tv-makers waren bang dat kinderen zich voor auto’s zouden smijten in de hoop zo te veranderen in een dappere snoezige poes. Ze kozen dan maar voor een tovenaar die notoire poezenpester Billy in een kat te verandert. Waar? Oppemstraat 24, 1000 Brussel|Tekenaar: Colman|Scenarist: Desberg|Uitgeverij: Dupuis
Dommel Waar zou de gelukzalige glimlach op het gezicht van de tonronde hond met het witte pluishaar aan te wijten zijn? Is theatraal wildplassen zonder bekeurd te worden zo leuk? Of is hij in zijn nopjes dat hij Manneken Pis een loer heeft kunnen draaien. Te oordelen aan de donderwolk boven zijn hoofd vindt Manneken Pis de tijdelijke vervanging maar niks. Slimmer dan Rataplan, luier dan Idéfix, vrolijker dan Snoopy en minder voorbeeldig dan Bessy of Bobby: van alle striphonden is Dommel de kwaadste niet. Dommel zag het licht in 1968 in het weekblad Kuifje. Op zijn baasje was het nog een jaar wachten: de op rommel verlekkerde uitvinder-zeebonk-brokkenpiloot Semafoor. Dommel vindt het doorgaans maar niks dat hij diens uitvindingen moet uittesten. Nog vreselijker vindt hij het om plaats te moeten nemen in het zijspan van de lawaaierige, giftige, uiteen vallende motorfiets waarmee Semafoor zich verplaatst. Dommel houdt meer van lekker eten, een goede roman of conversaties op niveau met buurman Balthazar. Tenzij hij meer zin heeft om die zwarte kater in elkaar te rammen. De pratende hond is het levenswerk van de Waalse tekenaar Luc Dupanloup (1945-2000), beter bekend als Dupa. Hij gunde zichzelf Hitchcock-gewijs af en toe een rolletje in de reeks. Eind jaren 80 maakte Dommel zijn opwachting in een Japanse tekenfilmreeks. Dat vergrootte zijn populariteit. Waar? Vlaamsesteenweg 109, 1000 Brussel|Auteur: Dupa|Uitgeverij: Lombard
Blake & Mortimer By jove! Veel strips heeft Edgard P. Jacobs (1904-1987) niet getekend maar het zijn wel stuk voor stuk klassiekers. De avonturen van Blake en Mortimer: Het Gele Teken heet zelfs een van de beste strips aller tijden te zijn. In dat album heeft de megalomane uitvinder Septimus, Olrik in zijn macht en voorziet hem van schijnbaar bovennatuurlijke krachten. Na elke misdaad laat de über-slechterik zijn visitekaartje achter: een geel teken. Op de stripmuur in de Hopstraat is duidelijk te zien dat de koelbloedige Kapitein Francis Blake van de M.I. 5, en de opvliegende professor kernfysica Philip Mortimer er niet gerust in zijn. Het onafscheidelijke, oer-Brits duo is nochtans niet aan zijn proefstuk. In hun eerste avontuur, Het Geheim van de Zwaardvis, moeten ze de winnaar van een wereldoorlog omver werpen. Ook voor tijdreizen, mysterieuze piramides en zotte proffen die het weer controleren, deinzen ze niet terug. Het ongewoon kleurgebruik niet te na gesproken, drijft Jacobs het realisme grafisch ver door. De natuurgetrouwe weergave van personages, kledij, wapens, gebouwen en andere decorelementen is meer dan een esthetische keuze: het moet de vele fantastische elementen geloofwaardig maken. In het universum van Blake en Mortimer weet je nooit waar de werkelijkheid eindigt en de fantasie begint. Vanaf de jaren 90 wordt de serie voortgezet door verschillende, gereputeerde scenaristen en tekenaars. Waar? Hopstraat 24, 1000 Brussel|Auteur: Edgar P. Jacobs|Uitgeverij: Lombard - Blake en Mortimer
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
9
De Engel “Het misverstand is onuitroeibaar. Dieu est-il mort? - God: Nietzche is dood. - Verloren illusies zijn gevonden waarheden. Dès le début, il n’y avait pas de commencement” de woorden onderaan de muurschildering lijken een ongevraagde toevoeging van een tweetalige graffiti-artiest. Maar eigenlijk maken de existentiële slogans integraal deel uit van de muurschildering van Bernard Hislaire. Al naar gelang het project wisselt hij van nome de plume: Hislaire, Yslaire, Bernar Yslaire of Sylaire. De veelvuldig bekroonde Brusselse tekenaar is geen hokjesdenker maar een vernieuwer die de experimenten met vorm en verschillende media niet schuwt. Het bekendst is Samber. In deze historisch-romantische saga over liefde en oorlog focust Yslaire op de met de dood flirtende passie tussen een bloedmooie roodogige vrouw en een stoere zwartogige man. De Duitse Romantiek, Böcklin, Caspar David Friedrich, Hugo of Mallarmé zijn nooit veraf. De engel op de muur behoort tot een reeks waarin de auteur op beklijvende wijze terugblikt op die revolutionaire maar niet zo vrolijke twintigste eeuw: XXe ciel.com. Een engel is onsterfelijk. Je zal maar onsterfelijk wezen als je geliefde dat niet is. Zou dat de onmiskenbare droefenis niet kunnen verklaren van de gevleugelde die in Kartuizersstraat neerstreek? Waar? Kartuizersstraat, 1000 Brussel|Auteur: Yslaire|Uitgeverijen: Humanoïdes Associés - Futuropolis - Glénat
Nero Een dikke neus, een strik en welgeteld twee haren: knap is de man niet die op deze stripmuur de vogeltjes een hand reikt. Toch is Nero een van de grootste Vlaamse striphelden. Nero noemt zichzelf een ‘dagbladverschijnsel’. Zijn avonturen verschenen haast zonder onderbrekingen van 1947 tot 2002 in de katholieke Vlaamse kranten. Aanvankelijk was niet hij het hoofdpersonage maar Detective Van Zwam, de man die op het fresco het gras onder de loep neemt. In het tweede album botst de speurneus in een gekkenhuis tegen een man met laurierblaadjes achter zijn oren die zich de keizer van Rome waant. De lezers vonden de zot sympathieker dan de detective. De antiheld met de al te herkenbare menselijke gebreken kreeg de hoofdrol. Om de kranten dagelijks van een vervolgverhaal te voorzien was tekenaar Marc Sleen verplicht er een moordend tempo op na te houden en voor een losse, dynamische tekenstijl en eenvoudige decors te opteren. Als geen ander speelde hij in zijn vlot vertelde, grappige strips in op de actualiteit. Paul Vanden Boeynants, Guy Verhofstadt, Jozef Stalin, Idi Amin Dada, Margaret Thatcher, Saddam Hoessein en andere beroemdheden kregen gastrollen. Maar de leukste personages zijn pure verzinsels van Sleen. Op de stripmuur herkent u de kinderen Petoetje en Petatje aan de P’s op hun trui, Nero’s geniale zoon Adhemar aan zijn professoren-uiterlijk en frituur-uitbater Jan Spier aan zijn spierkracht. Op de achtergrond wandelen Piet Fluwijn en Bolleke, een kinderstrip waarmee Marc Sleen begin jaren 60 succes had. In de kruin schuilt de knotsgekke Tuizentfloot. Een fascinerende creatuur is de voor één keer geen pijp rokende Madame Pheip. Mijnheer Pheip is een Franstalige Brusselaar die een Franse verbastering van het Vlaams spreekt. Tot 1993 tekende Sleen alles alleen. Het Guinness Book of Records erkent hem als de meest productieve striptekenaar ter wereld. Het Marc Sleen Museum bevindt zich in een prachtig pand in de Zandstraat 31-33, recht tegenover het Belgisch Stripmuseum. Waar? Sint-Goriksplein, 1000 Brussel|Auteur: Marc Sleen|Uitgeverij: Standaard
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
10
Cori de scheepsjongen In 1949 begon Bob De Moor (1925-1992) voor het weekblad Kuifje te werken en groeide uit tot de rechterhand van perfectionist Hergé. 35 jaar werkten ze samen: van Raket naar de maan tot Kuifje en de Picaro’s. Toen Kuifje hem niet meer in beslag nam, kreeg De Moor de kans om een droomproject uit te werken. Dat werd Cori de scheepsjongen. Naar de stripmuur kijken is de scheepshoorn horen loeien en zeeziek worden van het geklots van de golven. Vanuit de mast zwaait Cori ons toe. Zijn geluk kan niet op. Niets of niemand kan van deze jongen nog een landrot maken. De donkere hartstochten van het getij en de donderende lawine van de branding op een zandbank verblijden zijn hart. De garantie op avontuur en de kans op eeuwige roem doen het sneller kloppen. De scheepsjongen vaart mee met de Verenigde Oostindische Compagnie die de Nederlanden hun Gouden Eeuw bezorgde. Muiterij, piraterij, oorlogszuchtige Spanjolen, inboorlingen op de Nieuw-Guinese kusten die ‘voor het eerst de taal der musketten horen’, schatten die gezocht moeten worden: het avontuur druipt van elke bladzijde. De boten zijn magistraal, de zeeslagen onvergetelijk. De zes albums van Cori de scheepsjongen zijn het werk van een technisch superieure tekenaar die de fameuze klare lijn in de vingers heeft en er in slaagt om het kleinste nevenpersonage een eigen stijl en karakter te geven. Die zich tot in de puntjes documenteert en dàn zijn passie voor zee, avontuur en majestueuze zeilschepen botviert. Schip ahoy! Waar? Fabrieksstraat 21, 1000 Brussel|Auteur: Bob De Moor|Uitgeverij: Casterman
De dromen van Nick Aan de stijl herken je de tekenaar meteen. Om vervolgens toch weer te twijfelen. Het lijkt niets voor Hermann, zo’n zwartharige jongen met een rode pyjama die in lichte extase tussen witte wolkjes zweeft, omringd door een beestenbende die staat te trappelen om wat leven in de stad te brengen. Cynisme is een vast ingrediënt in zijn werk. Liever dan onverschillig te blijven, confronteert Hermann zijn lezers met de vreselijke dingen die kleingeestige, zelfzuchtige en op macht beluste mensen elkaar aandoen. Bovenal is hij een van de uitzonderingen die uitstekend tekenen én begenadigd vertellen. Hermann Huppen brak door met de avonturenstrip Bernard Prince, tekende de eerste albums van Jugurtha om in 1969 samen met scenarist Greg aan Comanche te beginnen, een legendarische westernreeks. In 1977 dumpt hij Bernard Prince voor zijn eigen reeks: Jeremiah. De titelheld is een einzelgänger die probeert een goed mens te zijn in een post-apocalyptische farwest die het slechtste in de mens naar boven brengt. One-shots als Sarajevo-Tango en Caatinga bevestigen zijn plaats aan het firmament van de Europese strip. Beroemde strips en beroemde personages genoeg maar voor wie koos de meedogenloze chroniqueur van het menselijk wangedrag toen hij een blinde gevel in Brussel mocht versieren? Voor een jongen in pyjama met een rijke verbeelding en een talent voor dromen. Begin jaren 80 tekende Hermann drie albums rond deze Nick. Elke nacht opnieuw beleeft hij samen met een olifant, chimpansee, giraf, nijlpaard, schildpad of een walvis leuke avonturen die niet altijd goed aflopen. Hermann noemt de drie strips een hommage aan Windsor McKay, de Amerikaanse strippionier die Little Nemo de droomwereld liet verkennen. Hij is een gevoelige ziel. Waar? Zennestraat - Fabrieksstraat 40, 1000 Brussel|Auteur: Hermann|Uitgeverij: Dupuis
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
11
Caroline Baldwin Het Ninoofseplein is meer een belangrijk verkeersknooppunt dan een swingende uitgaansbuurt. Een sfeervolle, opvallende stripmuur laat iets anders uitschijnen. De tekening dompelt je onder in een zwoele nacht in een of andere paradijs. We gokken op Cuba. De muzikanten zijn niet van de jongste en evenmin moeders mooiste maar te oordelen naar de passie op de dansvloer weten ze verduiveld goed wat het juiste ritme met een vrouw kan doen. De dichtgemetste vensters en het reliëf van de muur waren een uitdaging voor de tekenaar en de uitvoerders. Van die beperking hebben ze het beste gemaakt. De hele gevel is beschilderd, enkel op de dicht gemetste vensters zie je snapshots van een feest dat velen in extase brengt. Let op het aantal opengesperde monden. In het oog te houden is de dame met het korte zwarte haar en de zwarte jurk die in het laatste venster op het punt staat te zoenen. Ze heet Caroline Baldwin en heeft haar eigen stripreeks. Ze is privé-detective maar niet van het soort dat jacht maakt op ontrouwe echtgenoten. Baldwin is het type dat het aan de stok krijgt met Birmaanse rebellen, sjoemelende Amerikaanse presidentskandidaten, geheime diensten en ander tuig dat geen graten ziet in groteske medische experimenten. De vrijgevochten maar kwetsbare vrouw duikt nog al snel met de verkeerde man de koffer in. Met undercover FBI-agent Gary Scott heeft ze een turbulente knipperlicht-relatie. Baldwin overleeft de avonturen niet zonder kleerscheuren. De kwetsbare heldin is seropositief. Tekenaar en scenarist André Taymans sluit aan bij de klare lijn en heeft oog voor details die de juiste sfeer oproepen. Waar? Ninoofseplein, 1000 Brussel|Auteur: André Taymans|Uitgeverij: Casterman
Lucky Luke De inkt op het uithangbord is nog niet droog of de bank is al overvallen door de beruchte gebroeders Dalton. Kleine driftkikker Joe gaat zoals steeds voorop. Averell is de grootste, hongerigste en domste en heeft een ham buit gemaakt. Nog meer grapjes: in de bergen voorbij de prairie duikt het Atomium op, Rataplan, de domste hond van het Wilde Westen, kijkt naar de pot rode verf als was het een steak saignant en held Lucky Luke is eens te meer sneller dan zijn schaduw. Een vlot verteld en spannend avontuur combineren met grappen om vingers en duimen bij af te likken was de specialiteit van René Goscinny, het genie dat tot aan zijn dood in 1977 ook de scenario’s voor Asterix verzon. Maar Lucky Luke is op de eerste plaats het levenswerk van Morris of Maurice De Bevere (1923-2001). De Kortrijkzaan vond tekenen leuker dan de pijpenfabriek van zijn vader overnemen en begon zijn carrière in de Brusselse filmstudio CBA. Zijn eerste Lucky Luke verscheen in 1946 in de Robbedoes Almanak. Morris teerde niet op zijn tekentalent en documenteerde zich zorgvuldig. Zijn stijl is zeer filmisch en verraadt een passie voor de western. Zo’n 200 miljoen albums waren er al verkocht toen de serie na zijn dood werd overgenomen door de Franse tekenaar Achdé en scenarist Laurent Gerra. Tv-series, animatiefilms en speelfilms houden de populariteit op peil van Lucky Luke, a poor, lonesome cowboy, a long way from home. Waar? Washuisstraat 19, 1000 Brussel|Auteur: Morris|Uitgeverijen: Dupuis, Dargaud
Asterix Geestdriftig bestormen Asterix, Obelix en hun kleurrijke dorpsgenoten een Romeins kamp. Idefix loopt voorop. Het is een bekend tafereel voor miljoenen lezers. De kleine maar o zo dappere Galliër en zijn dikke vriend die geen toverdrank meer krijgt sinds hij als kind in de ketel van druïde Panoramix viel, behoeven geen introductie meer. De verkoop van de albums is de kaap van de 350 miljoen voorbij. Een eigen pretpark, tekenfilms en drie bijzonder populaire speelfilms (de vierde is op komst) zorgden er voor dat Asterix en Obelix ook vertrouwde namen zijn in huishoudens zonder stripkast. Ze weten daar niet wat ze missen. Asterix is de strip op zijn best: speels en spannend maar ook veelgelaagd, intelligent en boordevol verwijzingen naar cultuur en geschiedenis. Een goeie Asterix is nooit uitgelezen, je ontdekt telkens weer nieuwe dingen. Meestal zijn die erg grappig. Asterix zag het licht op 29 oktober 1959 in het tijdschrift Pilote. De begenadigde tekenaar Albert Uderzo en de geniale scenarist René Goscinny hadden elkaar in Brussel leren kennen. Voor Asterix werkten ze samen aan de indianenstrip Hoempa Pa. Na het overlijden van Goscinny in 1977 zette Uderzo Asterix op zijn eentje verder. Hij wil dat de reeks ook na zijn dood wordt verder gezet. Asterix en Obelix zijn nog niet uitgeraasd. De Romeinse centurions lachen zuur. Waar? Washuisstraat 33-35, 1000 Brussel|Tekenaar: Uderzo|Scenarist: Goscinny & Uderzo|Uitgeverijen: Dargaud, Albert-René
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
12
Isabelle Voorbij de stripmuur in de Loofstraat wandelen is heel even al je zorgen en muizenissen vergeten. Het feeëriek tafereel nodigt uit om in een fantasiewereld te stappen waar gekke groene wezens graag bouwvakker spelen, tantes in bootjes aangevaren komen en een volledig kasteel op een peiler in het water gebouwd wordt. De tekening wordt gedomineerd door de dame met de zwarte hoed, de lange grijze haren en de gele rok die meterslange benen verbergt. Maar eigenlijk is de vrolijke meid met de rode haren en de blauw-wit gestreepte trui het personage dat haar naam aan de strip leent. Isabel is een vrij normaal, lief meisje dat buiten haar wil om steeds opnieuw avonturen beleeft in een fantasiewereld. Tante Ursula gelooft daar niet veel van en stopt haar vol taart. Oom Hermes weet beter, hij is een magiër. Zijn verloofde is de bevallige dame die de stripmuur inpalmt: de vriendelijke heks Calendula. Haar overgrootmoeder is de slechte heks Kalendula. Isabel werd door Raymond Macherot en Yvan Delporte in 1969 bedacht maar is vooral het kind van Will, het pseudoniem van de Waalse tekenaar Willy Maltaite (1927-2000). Vanaf 1975 kon Will voor de poëtische fantasiereeks op de medewerking rekenen van zijn vriend Franquin. Als kind werd Will door niemand minder dan strippionier Jijé onder de vleugels genomen om zijn tekentalent verder te ontwikkelen. Waar? Loofstraat 17, 1000 Brussel|Tekenaar: Will|Scenaristen: Raymond Macherot, Yvan Delporte, Franquin|Uitgeverij: Dupuis
Rik Ringers Een stripmuur naar het hart van amateur-detectives. Op het eerste gezicht lijkt een geheimzinnige wind aan de haal te gaan met de hoed én de pijp van Commissaris Baardemakers. Dat inspireert het hondje tot een circustruc waardoor journalist Rik Ringers afgeleid wordt en zijn reportage over de stevigheid van de Brusselse dakgoten bijna verkeerd afloopt. Maar zo eenvoudig zit de zaak uiteraard niet in elkaar. Studie van de trompe-l’oeil leert dat Nadine belaagd wordt door een een mysterieuze snoodaard met een onheilspellend groot mes. Wat een geluk dat Rik Ringers al meer dan vijftig jaar ervaring heeft met het redden van levens (bij voorkeur dat van het nichtje van de commissaris) en het oplossen van de vreemdste raadsels. Met mode heeft hij minder affiniteit. De speurneus draagt al jaren dezelfde coltrui met wit-zwarte tweedjas of regenjas. Tekenaar Tibet, het alias van Gilbert Gascard (1931 - 2010), en scenarist André-Paul Duchâteau leerden elkaar kennen in de Brusselse studio van Walt Disney en behoren tot de officiële ereburgers van deze stad. Aanvankelijk hielp Ringers de lezers van het weekblad Kuifje detectiveraadsels van één pagina oplossen. In 1961 begon hij aan het grote werk. 78 albums lang was de schrandere journalist met de Porsche de grootste charlatans en gevaarlijkste gekken te slim af. Tibet en Duchâteau zijn ook de geestelijke vaders van de humoristische western Chick Bill. Waar? Bijstandsstraat 9, 1000 Brussel|Tekenaar: Tibet|Scenarist: A.P. Duchâteau|Uitgeverij: Le Lombard
Victor Sackville En wie mag die onberispelijk geklede gentleman wel wezen die op deze muurschildering een akelige ontdekking doet in het bijzijn van een bevallige dame? De naam is Sackville, Victor Sackville. In onze verbeelding is hij Britser dan James Bond. Als spion voor Zijne Majesteit de Koning van Engeland, George V, reist hij tijdens de Eerste Wereldoorlog de wereld rond. Waar hij kan, steekt hij de Duitsers stokken in de wielen. Uiteraard zonder zich tot schurkenstreken te verlagen. Je bent een gentleman of je bent het niet. Sackville is niet de bekendste aller striphelden maar bij de liefhebbers valt de historische spionagestrip wel in de smaak. Dat komt omdat de Waalse tekenaar Francis Carin de sfeer van de tijd goed weet te vatten en de traditie van de klare lijn fraai verder zet. Hij slooft zich uit om de decors tot in de kleinste details te verzorgen. Hij is zo minutieus dat het resultaat soms meer weg heeft van een toeristisch-historische evocatie dan van een strip. Fans van architecturale hoogstandjes en old timers worden op hun wenken bediend. Op de muurschildering schitteren ook de kasseien die zo typisch zijn voor Brussel. Het tafereel komt uit het allereerste album, De Zimmerman-code 1: Dood in de opera. Te ontdekken? Waar? Kolenmarkt 60, 1000 Brussel|Tekenaar: Francis Carin|Scenaristen: François Rivière, Gabrielle Borile|Uitgeverij: Le Lombard
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
13
Ragebol Ragebol was in juli 1991 de allereerste stripmuur. Aan hun pas te zien, zijn de rossekop en zijn sympathieke en slimme vriendin Catherine niet van plan om zomaar wat te slenteren. Dit goed geluimd koppel heeft trek in een fikse stadswandeling. De dromerige, zachtaardige jongeman zou een ideale stadsgids zijn. De belezen bewoner van de Godecharlestraat in het hart van de Leopoldswijk, kent Brussel door en door en wandelt graag. In zijn laatste ‘avontuur’, Een faun op je schouder, ervaart Ragebol een diepgaande harmonie met de dingen terwijl hij van op zijn dak de stad overschouwt. Hij besluit die intense momenten van geluk en de eenheid met de natuur te delen door erover te vertellen. De Brusselse auteur Frank Pé steekt niet weg dat Ragebol een alter ego is. Het valt ook niet te ontkennen. Beide stadsjongens zijn gevoelige zielen, nieuwsgierige natuurliefhebbers tot in hun diepste vezels en begenadigde dromers. In hun visioenen duiken filosofische faunen op, walvissen die over de grijze stad vliegen, reuzengrote schildpadden die onze boulevards oversteken. Frank Pé tekende zijn eerste Ragebol in 1978 in de natuurrubriek van het stripblad Robbedoes. De jongen deelde zijn kennis van de natuur graag met de lezers. Met scenarist Bom aan boord verschijnt in 1984 een eerste album. Er volgen er nog vier. Kwaliteit krijgt bij Frank Pé voorrang. Waar? Plattesteen, 1000 Brussel|Auteur: Frank Pé|Uitgeverij: Dupuis
Roze Bottel Op een boogscheut van Manneken Pis bevindt zich een van de meest feestelijke stripmuren. De frisse, vrolijke jongeman die enthousiast zijn strooien hoed afneemt en een sensuele verschijning de hand reikt heet Roze Bottel. De kortgerokte schoonheid luistert naar de naam Duifje Vleugelslag. De bolhoed die de rij sluit is de aardige Meneer Folio. De drie heren in toga zijn de Drie IJslollies en besturen Morgenrood, de hoofdstad van Droomland. Geld kennen ze niet in dit utopisch parallel universum. Betalen doe je met vreugdetranen, liedjes, lachen of een dikke zoen. Zaten tekenaar Dany en scenarist Greg aan de geestverruimende middelen toen ze de fantasyreeks Roze Bottel verzonnen in het zotte jaar 1968? Ach, een beetje flowerpower kan geen kwaad in het Brussel van vandaag. De poëtische reeks bloeide in de jaren 70. In 2005 verscheen na achttien jaar eindelijk nog eens een nieuw album. Heren die net iets te lang naar Duifje Vleugelslag staren hoeven zich nergens voor te schamen. Dany heeft wulpse vormen, ronde borsten en zwoele lippen meer dan behoorlijk in de vingers. Hij tekent ook de erotisch-humoristische reeks Rooie Oortjes. Waar? Eikstraat 9, 1000 Brussel|Tekenaar: Dany|Scenarist: Greg|Uitgeverij: Le Lombard
De Jonge Albert De grootste tekenaar die niemand kent? Dat zou wel eens Yves Chaland (1957-1990) kunnen zijn. Hij was amper 33 toen hij het leven liet in een verkeersongeval en heeft bijgevolg ook nauwelijks de tijd gehad om door te breken bij het grote publiek. Om het bescheiden oeuvre dat hij wel naliet, vechten verzamelaars. Gerenommeerde tekenaars noemen hem hun groot voorbeeld. Kenners schatten zijn werk erg hoog in. Chaland was een Fransman maar tekende Belgischer dan de Belgen. Hij wierp zich op als de erfgenaam van de meesters van de Klare Lijn. Dat deed de meesterlijke stilist niet door slaafs het werk van Hergé of zo te imiteren. De nostalgie is tastbaar maar voor een gratuite retro-oefening bent u aan het verkeerde adres. Chaland gaat heel speels met de traditie om en vermengt de strakke stijl van Hergé en Jacobs met het dynamisme van Franquin en Jijé. Het beste van twee werelden: de school van Brussel en de school van Marcinelle. De zogenaamde Atoomstijl kreeg in heel Europa navolging. Bob Fish en Freddy Lombard zijn Chalands bekendste figuren. De schitterende muurschildering in de Cellebroerstraat verwijst naar De Jonge Albert. In die albums verhaalde Chaland over de soms verregaande, wrede kwajongensstreken van een ketje in het naoorlogse Brussel. Voor deugnieterij heeft de bengel even geen tijd, hij is een detective aan het lezen uit de beruchte “Série Noire” reeks. Hopelijk mist hij zijn tram niet. Waar? Cellebroersstraat 49, 1000 Brussel|Auteur: Yves Chaland|Uitgeverijen: Humanoïdes Associés, Metal Hurlant
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
14
Blondie en Blinkie Een vogelkooi kan een vraatzuchtig geel beest niet beletten naar het fruit te grijpen. In vakje één is de kruidenier boos, in vakje twee is hij al wat meer op zijn gemak. De twee jonge klanten die het gelag moeten betalen, zetten een dondergezicht op. De stripfanaat herkent Blondie en Blinkie. Blondie is een ernstige held à la Kuifje die de problemen al redenerend oplost. Blinkie is de gekke boezemvriend die liever meteen tot de actie overgaat. De figuren beleefden hun eerste avonturen tussen 1939 en 1942 in het katholiek tijdschrift Petits Belges. Ze zijn een vondst van Joseph Gillain (1914 -1980) of Jijé. De peetvader en pionier van de Belgische strip begon in 1939 bij het pas gestarte weekblad Robbedoes. Hij nam de serie Robbedoes over van de Fransman Rob-Vel en introduceerde Kwabbernoot. Hij riep Jan Kordaat in het leven en tekende Amerikaanse strips toen de bevoorrading tijdens de Tweede Wereldoorlog stil lag. Na de oorlog nam het blad Robbedoes een hoge vlucht. Steunpilaar Jijé haalde het ene grote talent na het andere binnen: Will, Morris, Eddy Paape en Franquin. In de jaren 1950 begon Jijé nog western Jerry Spring en tekende hij als overtuigde katholiek een biografie van Baden-Powell en Don Bosco. Tien jaar later nam hij Tanguy en Laverdure over van Albert Uderzo en Roodbaard van Victor Hubinon. De begenadigde, vlotte tekenaar kon alle genres aan. Hij had ook meteen door hoe leuk de Marsupilami van Franquin was en in Blondie en Blinkie ontdekken de Vliegende Schotels, kwam hij op de proppen met een variant. De Marsupilami Africanis is staartloos, dikker en... minder geliefd bij kruideniers. Waar? Kapucijnenstraat 15, 1000 Brussel|Auteur: Jijé|Uitgeverijen: Averbode, Dupuis, Magic Strip
Govert Suurbier Herkent u de fascinerend mooie dame die hier zo galant naar beneden geholpen wordt door een struise missionaris? Een tip: haar beruchtste outfit bestond uit niet veel meer dan een bananenrokje. Yep, dit is de fameuze Josephine Baker die Parijs tijdens het Interbellum in lichterlaaie zette met opwindend cabaret. Dat luipaard hield ze over aan een optreden in de Folies Bergère in 1927. De stripreeks vertelt eigenlijk de doldwaze avonturen van missionaris Govert Suurbier en zijn bange discipel Reinier Kneppelhout. Joséphine Baker speelt slechts in drie van de zeven albums een rol. Maar geef toe, ze is dé ster van deze stripmuur op een steenworp van het Justitiepaleis. De knappe tekening is van Laurent Verron. Wijlen Jean Roba vroeg hem om Bollie en Billie verder te zetten. Aan nieuwe afleveringen van Govert Suurbier komen Verron en scenarist Yann voorlopig niet toe. De humoristische avonturenreeks speelt gretig in op historische personages (Edith Piaf, Hitler, Laurel & Hardy, John Wayne,...) en gebeurtenissen en dat vergt veel research. Govert Suurbier is een norse brompot die er niet mee kan lachen dat het Vaticaan hem van zijn geliefde Papoea’s weghoudt door hem steeds opnieuw op te zadelen met geheime missies. Maar eigenlijk is hij de edelmoedigheid zelve. Verkijk u niet op de strenge witte baard en klederdacht: zijn kennis van Papoeaanse vloeken en boertige liedjes bezorgen velen rooie oortjes. En zoek geen ruzie want hij heeft een verleden als straatjoch, pooier op de Place Pigalle en aalmoezenier in de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog. Miss Baker is in goede handen. Waar? Kapucijnenstraat 13, 1000 Brussel|Tekenaar: Laurent Verron|Scenarist: Yann|Uitgeverij: Lombard
Jojo In welk jaar moeten we dit schoolvoorbeeld van huiselijk geluk situeren? Het kachelfornuis, oma’s voorliefde voor kledij met bloemen en bollen en het feit dat er op de keukentafel een dikke boterham ligt waar je cornflakes verwacht, doen denken dat de scène een halve eeuw oud is. Wie de stripfiguur herkent, weet beter. De vrolijke jongen heet Jojo en heeft een game-boy. Deze innemende kinderstrip speelt zich gewoon vandaag af. De zevenjarige goudeerlijke knul hapt van het leven met aanstekelijke appetijt en verkeert meestal in het gezelschap van zijn boezemvriend Dik Lowietje, de tarzan die op de stripmuur de stevigheid van de lamp test. Bij gebrek aan mama woont Jojo bij zijn oma of Mamy, ergens waar de stad overgaat in het platteland. Stedelijker en moderner is de omgeving waar Jojo’s overwerkte papa woont. De vage datering is geen toeval. De te vroeg overleden tekenaar André Geerts (1955-2010) schaamde zich niet voor een vleugje nostalgie of romantiek. Met herkenbare taferelen uit het dagelijks bestaan probeerde hij het verloren paradijs te reconstrueren. Het talent om die kleine maar onschatbare momenten te spotten, combineerde hij met een tegelijk dynamische en fragiele tekenstijl met veel ronde lijnen en pastelkleuren. Jojo zag het levenslicht in 1983 maar haalde om onbegrijpelijke wijze niet de verkoopcijfers die het verdiende. Hopelijk zet de tijd dat nog recht. Waar? Pieremansstraat, 1000 Brussel|Auteur: André Geerts|Uitgeverij: Dupuis
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
15
De Beverpatrouille Meerdere Belgische striphelden zijn stichtende voorbeelden, jongens die niet bang zijn voor het avontuur en nobele waarden verdedigen als rechtvaardigheid, kameraadschap en hulpvaardigheid. Heel wat gerenommeerde tekenaars hebben dan ook een scoutsverleden en lieten hun kunnen voor het eerst zien in de ledenblaadjes. Kuifje is getekend door Nieuwsgierige Vos, Suske en Wiske door Sluwe Vos, Natasja door Dynamische Struisvogel, Nero door Standvastige Reiger en De Smurfen zijn een uitvinding van Humoristische Ram. Belangeloze Toekan ging het felst op in de ideologie van de scouts. Belangeloze Toekan is de totem van de in Ukkel geboren Michel Tacq (1927-1994). Onder het pseudoniem Mitacq tekent deze bewonderaar van Hergé in 1953 de eerste avonturen van een groep verkenners. Veulen (de bevlogen leider), Valk (het brein), Kat (de waaghals), Tapir (de levensgenieter) en Vlieg (de verlegen benjamin) vormen samen De Beverpatroelje. De eerste 21 scenario’s zijn van Jean-Michel Charlier, bekend van de reeksen Blueberry en Buck Danny. De laatste negen verzint Mitacq zelf. De stripmuur geeft een verkeerd beeld van De Beverpatroelje. Hartje Marollen blinde gevels verven is zonder twijfel een van die goede daden waar de scouts zichzelf dagelijks toe verplichten. Maar eigenlijk hebben Veulen, Valk en co zelden tijd voor dat soort klusjes. Net als Jommeke, Kuifje en Suske en Wiske zijn ze regelmatig te laat thuis voor het avondeten omdat er aan de andere kant van de wereld dringend heldendaden verricht moeten worden. En dan gaat het niet om wat verfwerk maar om humanitaire hulp in militaire dictaturen. Waar? Blaesstraat - Pieremansstraat, 1000 Brussel|Tekenaar: Mitacq|Scenaristen: Jean-Michel Charlier, Mitacq|Uitgeverij: Dupuis
De Kat Krijg nou wat, een gekostumeerde kat die zichzelf metselt op een blinde gevel! De Kat verscheen voor het eerst in de krant Le Soir op 22 maart 1983. De humoristisch-filosofische kat die zich rechtstreeks tot de lezer richt, is een vondst van Philippe Geluck. Aanvankelijk had de cartoon een vaste plek, later werd De Kat meer uitgespeeld als stoorzender die op onverwachte plaatsen in de krant opduikt. De tekenstijl is eenvoudig, sober en efficiënt waardoor de aandacht gaat naar wat De Kat te zeggen heeft. Hij leeft niet van applaus maar heeft binnenpretjes als hij er weer in geslaagd is om de lezer kortstondig uit zijn lood te slaan. Dat doet hij vooral door met een absurde of filosofische opmerking of kwinkslag ogenschijnlijk triviale zaken van een heel andere kant te bekijken. Hij mikt niet op de bulderlach maar op de grinnik. Een eerste album dat de beste grappen bundelt, komt er in 1986 en is een groot succes. De Kat is ook het zelfportret van Geluck. ‘Maar dan toch vooral als hij iets intelligents zegt en niet als hij stom uit de hoek komt’, pleegt hij te grappen. Striptekenaars zijn door de bank genomen te schuw om te wedijveren met de bekendheid van hun personages maar niet Geluck. Ettelijke radio- en tv-programma’s in België en Frankrijk hebben hem beroemd gemaakt. Dat hij in Parijs geridderd werd tot Chevalier des Arts et des Lettres kan De Kat ongetwijfeld relativeren in vier, vijf welgemikte woorden. Waar? Zuidlaan 87, 1000 Brussel|Auteur: Philippe Geluck|Uitgeverij: Casterman
Kwik en Flupke Door de animatiefilm Tintin van Steven Spielberg heeft Kuifje internationaal enorm aan bekendheid gewonnen. Maar laten we niet vergeten dat Hergé (1907-1983) nog twee andere zonen had. Kwik en Flupke zijn in meerdere opzichten het tegengestelde van Kuifje. Ze zijn eerder subversief dan voorbeeldig. Ze beleven hun avonturen niet in alle uithoeken van de wereld maar in de Marollen, de Brusselse volksbuurt waar Hergé opgroeide. De twee ketjes zijn amper een jaar jonger dan Kuifje. Ze haalden hun eerste komische kwajongensstreken uit in 1930 in Le Petit Vingtième, de kinderbijlage van Le Vingtième Siècle waarin ook Kuifje het daglicht zag. De strips bestaan uit meerdere komische verhalen van een pagina of twee, al dan niet voorzien van tekst. Of Kwik met de rode coltrui en Flupke met de groene jas nu bewust kattenkwaad uithalen dan wel al spelend problemen veroorzaken, in de regel komen ze onzacht in aanvaring met het gezag. Of het zou moeten zijn dat ze er in geslaagd zijn om wijkagent 15 een poets bakken. Heeft iemand trouwens een idee wat hij op de stripmuur door het gaatje in de schutting ziet? Kwik en Flupke zijn er alvast niet gerust op. Hebben ze daar soms een van hun levensgevaarlijke zeepkisten verstopt? Medewerker Johan De Moor verzon in de jaren tachtig zelf enkele grappen voor Kwik en Flupke en was de man achter een reeks bijzonder korte animatiefilms. Waar? Hoogstraat 195, Brussel|Auteur: Hergé|Uitgeverij: Casterman
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
16
Oh ! Lieve hemel In de humoristische stripreeks Oh! Lieve hemel maken scenarist Janry (De Kleine Robbe) en tekenaar Stuf zich vrolijk over Sint-Pieter en Lucifer. Aan de hemelpoort bezorgen laatkomers, verdwaalden of ongehoorzame engeltjes Sint-Pieter kopzorgen en extra werk. Zo komt hij nooit toe aan wat rust of een partij biljarten. Wie ervoor moet zorgen dat in het paradijs alles ordentelijk verloopt, gaat door een hel. Kan je het de brave man kwalijk nemen dat hij al eens een glaasje teveel drinkt en dan sujetten toelaat die hun hemel eigenlijk niet verdiend hebben? Dat niets menselijk de heilige Pieter vreemd is, valt ook af te lezen op de ondeugende muurschildering in de Miniemenstraat. Enkele meters verder bevindt zich het Justitiepaleis en dat heeft de schelmen Janry en Stuf geïnspireerd. Lucifer zou er klacht kunnen neerleggen tegen zijn beroemde bovenbuur. Niet alleen verknoeit die zijn barbecue, Sint-Pieter beheert een heuse cannabis-plantage en te oordelen naar zijn gelukzalige glimlach hoeft er niet gedebatteerd te worden over de kwaliteit van de wiet. Tot juridische spitstechnologie lijkt die zwevende advocaat in toga echter niet meer in staat. Zelfs een eenvoudige administratieve arrestatie zit er niet in. De arm der wet heeft het te druk met het schaduwen van rastaman en het bewaken van een naaktstrand. Een mens moet zijn prioriteiten kennen. Waar? Miniemenstraat 91, 1000 Brussel|Tekenaar: Stuf|Scenarist: Janry|Uitgeverij: Dupuis
Titeuf Wiske heeft een eierkopje, Kuifje een kuif. Titeuf heeft het allebei. Hij ontleent zijn naam aan het eierkopje: petit oeuf werd verbasterd tot Titeuf. Maar het is dankzij de fiere, rebelse strogele kuif dat je hem er overal en altijd meteen uitpikt. En misschien ook wel een beetje door zijn gedrag. Kijk maar naar de stripmuur. Is Titeuf op schoolreis naar Brussel de bollen van het Atomium opgekropen om in de bolle spiegel te kijken of zijn haar nog wel goed ligt? Of was het een poging om de meisjes vanuit de lucht te bespieden? Met deze eigenwijze druktemaker weet je het nooit. Zijn grappen, grollen en grillen vallen enorm in de smaak van de jonge lezers. Met oplages van boven het anderhalf miljoen mag je gerust van een fenomeen spreken. Het stripventje heeft zijn eigen animatieserie, computer-spelletjes en behangpapier en haalde in 2011 de bioscopen. De geestelijke vader is een Led Zeppelin-fan die zich niks aangetrokken heeft van het cliché dat Zwitsers geen humor hebben. Hij heet Philippe Chappuis als hij naar de bank gaat maar Zep als hij strips signeert. Titeuf is een humoristische strip maar er wordt niet dwangmatig in gegrapt. Er is net zo goed plaats voor emotie, verbazing en vertedering. Het ventje spreekt als een echt kind en niet zoals ouderen denken dat kinderen spreken. Zijn avonturen spelen zich niet af op verre planeten maar op de speelplaats, in de klas, thuis of op weg naar school. Zijn verbeelding doet de rest. Zo is hij ervan overtuigd dat zijn overjaarse juf een buitenaards wezen is. Door Titeufs ogen naar de ongerijmde wereld van de grote mensen kijken, is je een breuk lachen. Waar? Emile Bockstaellaan 1, 1020 Laken|Auteur: Zep|Uitgeverij: Glénat
Kuifje Brussel houdt van Kuifje. Treinreizigers die in het Zuidstation afstappen, kunnen er niet naast kijken. Aan de ingang op het Hortaplein springt een fresco van acht meter op acht meter in het oog sinds de viering van de honderdste verjaardag van de geboorte van Georges Remi (1907-1983), alias Hergé. De Brusselaar wordt tot de grootste striptekenaars aller tijden gerekend. De tekening is een uitvergroting van het 56ste prentje uit Kuifje in Amerika. Kuifje is niet op de locomotief gesprongen om zwart te rijden. Dat zou de brave maar ontzettend dappere jongen nooit doen. Hij zit midden in een achtervolging op Billy Smiles. Deze gangster staat Kuifje naar het leven omdat hij weigert de beruchte Al Capone te doden. Kuifje in Amerika is het derde album uit de wereldberoemde reeks van Hergé en dateert uit 1932. Dat is een hele poos geleden. Maar Kuifje heeft nooit opgehouden wereldwijd lezers van 7 tot 77 jaar in vervoering te brengen. Daar is de ongeëvenaarde, tijdloze grafische stijl van Hergé niet vreemd aan. Voor de originele tekeningen wordt er op kunstveilingen tegenwoordig grof geld neergelegd. Maar de strip werd ook een fenomeen omwille van de wervelende, spannende avonturen die Kuifje in alle uithoeken van de wereld beleeft. De held met de grappige coiffure is een relatief kleurloos en anoniem figuur. Leeftijd, volledige naam en familiale situatie kennen we niet. Maar die neutraliteit maakt dat hij overal op zijn plaats is en dat iedereen zich met hem kan identificeren. Vrienden, tegenstanders en kennissen als kapitein Haddock, professor Zonnebloem of de stuntelige detectives Janssen en Jansen zijn des te gekker en kleurrijker. Waar? Hortaplein, 1000 Brussel|Auteur: Hergé|Uitgeverij: Casterman
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
17
Tiny Is het niet heroïsch om zo vrolijk en onbezorgd met de hond door de stad te huppelen? De hond heet Poeffie; het meisje heet Tiny. Tenminste zo heet ze in Brugge. In Doornik kennen ze haar als Martine, in Tirana als Zana, in Madrid als Martita, in Cagliari als Cristina, in Dover als Debbie, in Skopje als Mapuka, in Ankara als Aysegül, in Maribor als Marinka en in Malmö als Mimmi. Meer dan 85 miljoen albums zijn er verkocht in een dertigtal landen. Tiny is het bewijs dat ook een doodbraaf meisje een echte wereldster kan zijn. Elk album is gewijd aan een nieuwe hobby of activiteit voor het onwaarschijnlijk lief, behulpzaam en getalenteerd kind. De reeks startte met een uitstap naar de boerderij. De zee, het circus, de bergen, het park zouden volgen. In 1964 ging ze winkelen. In 1968 speelt ze moedertje, in 1975 leert ze zwemmen, in 1994 vindt ze een poes, in 2009 ontdekt ze de natuur. In alles wat ze doet is ze griezelig goed. De Waalse tekenaar Marcel Marlier (1930-2011) was zelf ook een perfectionist. Het karakter van de ideale dochter bleef onveranderd sinds haar eerste verschijning in 1954. Haar look evolueerde wel voortdurend. Marlier volgde trouw de heersende mode. De reeks is vooral populair bij meisjes uit de lagere school. Over de schoonheid en de harmonie van de idyllische tekeningen kan niet getwist worden. Marlier zweert bij een naïef realisme met een uitgekiende belichting, vertederende pastelkleuren en decors die tot in de details zijn uitgewerkt. Waar? Koninginnelaan 325, 1020 Laken|Tekenaar: Marcel Marlier|Scenaristen: Gilbert Delahaye, Jean-Louis Marlier|Uitgeverij: Casterman
Le Roi des Mouches Kijk naar de namen boven de intacte kooien: King Kong en de Minotaurus zullen nog wat langer opgesloten zitten in de imaginaire zoo in de schaduw van het Atomium. De geestdriftige jongen die van Batman en broeken met brede pijpen houdt, koos ervoor om de Yeti te bevrijden. Het dier lijkt meer op een harige, buitenmaatse gorilla maar toch is het de Yeti. Bewijsstuk één: het traliewerk van de kooi van de Yeti is bijgewerkt. Bewijsstuk twee: Kuifje in Tibet. In dat wereldberoemd en behoorlijk emotioneel album kan Kuifje niet geloven dat zijn vriend Tchang (De Blauwe Lotus) een vliegtuigramp boven de Himalaya niet overleefd heeft en start een zoektocht. Tchang leeft inderdaad nog: hij werd opgevangen door een eenzame, vrouwelijke, lieve loebas die ocharme door het leven moet als de verschrikkelijke sneeuwman. Vergelijk de fysiek (het punthoofd) en karaktertrekken van de yeti van Hergé met die van de yeti van Mezzo en concludeer dat dit een hommage is. Mezzo is het pseudoniem van de Fransman Pascal Mesenburg. Samen met scenarist Michel Pirus ontwierp hij in De vliegenkoning-albums een universum dat veel vreemder en donkerder is dan de stripmuur in de Stiernetstraat laat uitschijnen. Hergé mag een invloed zijn, de Amerikaanse underground-cultuur is dat evenzeer. Met sardonisch genoegen ontleden ze in een aantal piekfijn getekende en erg beklemmende kortverhalen de onderhuidse waanzin en frustraties van jongeren die zich te pletter vervelen in een kleinburgerlijk milieu. De vliegenkoning is gesneden koek voor de fans van David Lynch, Robert Crumb of Charles Burns. Waar? Hubert Stiernetstraat 23, 1020 Laken|Tekenaar: Mezzo|Scenarist: Pirus|Uitgeverij: Drugstore
Lincoln Blueberry, Lucky Luke, Comanche, Buddy Longway, Jerry Spring...: de lijst geweldige westernstrips is lang. De familie Jouvray liet er zich - terecht - niet door intimideren en kwam in 2002 met een nieuwe western op de proppen: Lincoln. Olivier Jouvray verzint de scenario’s, broer Jérôme verzorgt het tekenwerk en de inkleuring is voor de vrouw van Jérôme, Anne-Claire. Zoals je op de stripmuur in de Paleizenstraat kunt zien, gaat het er ruig aan toen in hun strip. Lincoln is de jongeman met de hoed die klaar staat om te boksen met de reus die zijn mauwen opstroopt. Het is niet de eerste keer dat deze chagrijnige, eenzame cowboy zijn vuisten laat spreken of in de klappen deelt. Lincoln is een gepatenteerde ruziezoeker en een notoire brompot die liever lui dan moe is. Maar laat God nou net op dit exemplaar van de menselijk soort rekenen om superheld-gewijs wat orde op zaken te stellen aan het begin van de twintigste eeuw. God heeft met Lincoln gewed hij op een dag eindelijk het geluk zal kennen. Voor alle zekerheid heeft Hij de cynische cowboy onsterfelijk gemaakt. Als er geknokt wordt, houdt God zich liever afzijdig. Op de stripmuur kijkt hij toe van op de eerste etage, omringd door Engeltjes met harpen. Twee deuren verder grijnst zijn eeuwige tegenspeler de duivel. Het origineel concept is uitgewerkt in een reeks spannende avonturen, overgoten met pittige humor. Vooral Lincoln weet zijn zwartgallige kijk op de wereld met scherpe humor te verwoorden. Waar? Paleizenstraat Over de Bruggen, 1020 Laken|Tekenaar: Jérôme Jouvray|Scenarist: Olivier Jouvray|Uitgeverij: Paquet
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
18
De Kleine Robbe “Het is een guitige, spontane en gezonde knaap die wel te vinden is voor een grapje, maar een hart van goud heeft: hij is een model, een Kampioen van de Goede Luim.” Zo omschreef de trotse uitgever Jean Dupuis de held met dezelfde naam als zijn legendarisch stripblad: Spirou (Robbedoes). De eerste Robbedoes was van de hand van de Franse tekenaar Rob-Vel, later namen anderen het van hem over. De bekendste zijn Jijé (1943-1946) en André Franquin (1946-1968). Vandaag is de strip in handen van Morvan en Munuera. Maar tussen 1981 en 1998 werd Robbedoes verzorgd door Tome en Janry. Het duo leerde elkaar kennen toen ze nog gewoon Philippe Vandevelde en Jean-Richard Geurts heetten. In 1983 kwamen ze voor een speciaal nummer op de proppen met een gag over de kindertijd van Robbedoes. De Kleine Robbe was geboren. Hij is bepaald geen onkreukbare held met nobele inborst, eerder een ondeugende belhamel met een voortijdige, naïeve interesse voor seks en een ongebreidelde fantasie. Eigenschappen die hem niet helpen als hij weer eens het slachtoffer is van ondoorgrondelijke en soms doldraaiende opvoeders. De nevenreeks scoorde. Tekeningen zijn verzorgd, de brave humor en de zoete, licht nostalgische sfeer kunnen nog wel een paar jaar mee. De carrousel op de stripmuur in Bruparck heeft nog een paar rondjes voor de boeg tot jolijt van Robbes juf wiskunde. Juf Cijfer (Mademoiselle Claudia Chiffre) is die amazone met blote benen waar de papa’s net iets te lang naar gapen. Waar? Bruparck, 1020 Laken|Tekenaar: Janry|Scenarist: Tome|Uitgeverij: Dupuis
Guust Flater Hij vindt het vast wel weer een veel te mooie dag om zomaar aan de baas te schenken en leunt dus over de vensterbank om met de jojo te spelen. Dat die jojo een toevallige voorbijganger vol op het hoofd zou raken, stond in de sterren geschreven. Je bent Guust Flater of je bent hem niet. Deze tedere anarchist, de eerste anti-held en de beste maatschappijkritische clown van het Frans-Belgisch stripverhaal, debuteerde op 28 februari 1957 in het tijdsschrift Spirou. De eerste nummers beperkte hij zich tot mysterieus verschijnen. Stoorzender zijn bleek een roeping. Hij was zogezegd de laconieke postsorteerder en loopjongen van de Spirou of Robbedoes-redactie, liever lui dan moe. Zijn talent om de boel op stelten te zetten met maffe experimenten, waanzinnige uitvindingen (de flaterfoon!) of geniaal-absurde invallen maakten hem zeer populair bij de lezers. De Brusselse tekenaar André Franquin (1924 - 1997) was dol op Guust die onaantastbaar was voor het sérieux van volwassenen, in staat om de grofste scheldpartijen en woede-uitbarstingen te pareren met anderhalf woord: M’enfin (Nou moe). In de loop der jaren gebruikt Franquin zijn anti-comformistisch alter ego steeds meer om uiting te geven aan zijn ecologische, humanitaire bekommernissen. Net als Hergé was Franquin een groot voorbeeld voor de volgende generaties. Zijn losse, bijzonder dynamische tekenstijl stak velen de ogen uit. “Hij is een groot kunstenaar, waartegen ik maar een armzalig tekenaar ben,” bekende Hergé. Waar? Schildknaapsstraat 15, 1000 Brussel|Auteur: Franquin|Uitgeverijen: Dupuis - Marsu Productions
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
19
Mijnheer Johan Ziet u die meneer die het zich niet lijkt aan te trekken dat het een druilerige dag is en dat de tram zijn lichten al ontstoken heeft? Rechterhand in de broekzak, boekentas in de linkerhand en nonchalant rokend slentert hij voorbij een van onze fraaie brasserieën met gueuze en andere Brusselse specialiteiten. Dat is meneer Johan. Hij laat wel eens zijn sokken slingeren. Hoe we dat weten? Na een handvol strips ken je meneer Johan beter dan je beste vriend. Deze schrijver uit Parijs beleeft geen grootse, meeslepende avonturen maar leidt een volkomen alledaags leven. Met elke album wordt hij een beetje ouder. Angst voor de conciërge ruimde plaats voor angst om zich te binden die vervolgens overging in angst voor het vaderschap. Deining in de relatie, depressies, vrienden die onwaarschijnlijk kunnen zeuren, het eindeloze gevecht tegen de sleur, de dagelijkse beslommeringen die zoveel energie vreten: zijn belevenissen zijn aandoenlijk herkenbaar. De ondertoon is afwisselend lichtvoetig en licht deprimerend of weemoedig. Een beetje zoals het doordeweekse leven zelf. De eenvoudige maar zeer aangename en elegante tekenstijl verlicht de zeden. De verhouding nonchalance - helderheid zit net goed. Het is niet zo dat de ene tekent en de andere scenario’s verzint. Auteurs Philippe Dupuy en Charles Berberian doen alles samen. Inspiratie putten ze uit hun onmiddellijke omgeving. In 2008 wonnen ze de Grand Prix van het stripfestival van Angoulême. Waar? Bogaardenstraat 28, 1000 Brussel|Auteurs: Philippe Dupuy & Charles Berberian|Uitgeverijen: Humanoïdes Associés, Dupuis, Oog&Blik
FC De Kampioenen Beste buitenlandse bezoekers, gelieve hier niet mee te lachen: in Vlaanderen is de populairste voetbalploeg niet Club Brugge, Sporting Anderlecht, FC Barcelona of de nationale ploeg maar een stel amateurs dat er zelden of nooit in slaagt om een wedstrijd te winnen. De verklaring? Zo slecht als FC De Kampioenen kan voetballen, zo goed kan het de mensen doen lachen. FC De Kampioenen is geen echte club maar de naam van een immens populaire tv-serie die liep van 1990 tot 2011. Zelfs herhalingen van herhalingen kluisterden hele families aan het scherm. Sinds 1997 bestaan de Kampioenen ook in stripvorm. De humoristische reeks was vanaf het eerste album Zal ‘t gaan, ja? een groot succes. Ze is in handen van Hec Leemans, een doorgewinterde tekenaar die naam maakte met de historische stripreeks Bakelandt. Op de stripmuur herkent u de voornaamste personages. De wijd gesticulerende man met de gele jas en de snor is Balthasar Boma, de grootsprakerige voorzitter-worstenfabrikant-vrouwenzot. Fernand Costermans, uiterst links, noemt zich antiquair maar sjoemelt er op los. De dame met de korte rok, in het midden vanboven, is Carmen: een extraverte roddeltante die vaak aan de basis ligt van de knotsgekke misverstanden waarrond elke aflevering draait. Wellicht de grappigste van de bende is de jonge vader met de baby: de hopeloos naïeve en klunzige Marc Vertongen. Waar? Vaartstraat 27, 1000 Brussel|Auteur: Hec Leemans|Uitgeverij: Standaard
Kobe de Koe In de wereld van het beeldverhaal komt het zelden voor dat kinderen in de voetstappen van hun ouders treden. Een uitzondering is de zoon van Bob De Moor, de rechterhand van Hergé. Johan De Moor begon als cartoonist. Begin jaren 80 trok hij naar de Studio Hergé. Hij bedacht er nieuwe grappen voor Kwik en Flupke en liet de ketjes opdraven in een gesmaakte reeks korte tekenfilms voor televisie. De fameuze ‘klare lijn’ was hem met de papfles meegegeven. Zowel Hergé als Edgar P. Jacobs kwamen ten huize De Moor over de vloer. Maar door meer aansluiting te zoeken bij een Bruegheliaanse traditie, bij het zotte en volkse van een Willy Vandersteen en niet vies te zijn van een experimentele mix van verschillende technieken vond Johan De Moor een bonte, eigen stijl. Kijk maar naar de twee uitbundige muurschilderingen die jeugdherberg Sleep Well opvrolijken. Je weet niet waar eerst gekeken. Naar de bolhoeden van Magritte? Het Gele Teken op de bol van het Atomium? De koe op het skateboard heet Kobe. Ze is Geheim Agent Pi = 3,1416 en was de muze van De Moor en scenarist Stephen Desberg voor een reeks exuberante, guitige, licht anarchistische strips. Kobe vraagt zich op het tweede fresco verschrikt af waar die enthousiaste muis met Kuifjes raket naar toe vliegt? De reus in het zwart gestipt maatpak maakt deel uit van de Brusselse folklore. Net als de woefels (wafels), de stoemp (aardappelpuree met groenten) die aangeprezen worden in de frituur die straal genegeerd wordt door de dwaas kijkende olifant op het dak van een blauwe auto. ‘Als ik uw boeken lees is het alsof ik een pot verf tegen mijn bakkes krijg’, zei een bevriend tekenaar ooit tegen Johan De Moor. Waar? Hotel Sleep Well, Dambordstraat 23, 1000 Brussel|Auteur: Johan De Moor|Uitgeverijen: Casterman - Lombard
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
20
Yoko Tsuno Dat groene ruimtepak en die visbokaal op haar hoofd zijn niet echt flatterend. Van de stripmuur kun je het dus niet afleiden maar geloof ons (of neem de strip ter hand) Yoko Tsuno is een knappe verschijning. Alleen kan ze daar niet tot gereduceerd worden. Samen met stewardess Natasja is Yoko Tsuno begin jaren 70 een van de eerste stripvrouwen die een eigen reeks krijgt. Ze staat voor een breuk met het stereotype beeld van de vrouw. Ze is ingenieur elektrotechniek, een verwoede ruimtereiziger en minstens zo doortastend, moedig en avontuurlijk als haar mannelijke collega’s striphelden. De jonge Japanse is een meertalige boeddhiste die met haar kennis van aikido en kendo menig booswicht het nakijken geeft en zich moeiteloos tussen verschillende culturen begeeft. Afwisselend beleeft ze haar avonturen op aarde en in de ruimte. Maar of ze nu in de tijd terugreist naar de stad Brugge in de 15de eeuw of de gevaren van de planeet Vinea trotseert, altijd blijft ze trouw aan zichzelf. Loyaliteit, vriendschap en respect voor het leven zijn de eigenschappen die ze boven alles waardeert. Die gevoeligheid onderscheidt haar fijntjes van de lompere actiehelden. Yoko Tsuno is een creatie van Roger Leloup voor het weekblad Robbedoes. De Waalse stripauteur wakkert via haar de belangstelling voor moderne technologie, wetenschap en astronomie aan. Hij documenteert zich nauwgezet en maakt werk van elke tekening. Op veertig jaar tijd verschenen er slechts een vijfentwintigtal albums. Waar? Nieuwland, 1000 Brussel|Auteur: Roger Leloup|Uitgeverij: Dupuis
XIII Voor veel actiehelden is de hamvraag: welke slechterik moet ik in elkaar rammen voor hij de wereld om zeep helpt. Voor XIII is de vraag der vragen: wie ben ik? Is het nu John Fleming, Jason Mac Lane, Hugh Mitchell, Karl Meredith, Kelly Brian of Reginald Wesson? Net als Jason Bourne in de film is XIII een getrainde vechtmachine met als belangrijkste kenmerk een falend geheugen. Al zoekend naar zijn ware identiteit en zich afvragend waarom zoveel mensen over lijken gaan om hem uit te schakelen, tuimelt hij van het ene avontuur in het andere. Hij wordt onder meer verdacht van moord op de president van de Verenigde Staten en blijkt ongewild een spilfiguur in verschillende groteske samenzweringen. Rond XIII zwermen nog meer intrigerende, boeiende personages zoals aartsvijand De Mangoest en aartsengel Majoor Jones, een van de vrouwelijke heldinnen. Actiescènes lijken uit een film geplukt. Telkens je denkt dat het mysterie niet nog ingewikkelder kan worden, bewijst een nieuwe intrige of een fameuze coups de théâtre je ongelijk. De Brusselse scenarist Jean Van Hamme (zie ook Thorgal en Largo Winch) vertrouwde zijn personages en spannende plots toe aan William Van Cutsem alias William Vance. Deze Brusselse tekenaar staat bekend voor zijn realistische stijl en doorgedreven research. Samen bouwden ze XIII uit tot een monument van de realistische actiestrip. De kaap van de 10 miljoen exemplaren is intussen gerond. Waar? Philippe de Champagnestraat, 1000 Brussel|Tekenaar: William Vance|Scenarist: Jean Van Hamme|Uitgeverij: Dargaud
Corto Maltese Wel tachtig meter lang zijn de vier tekeningen aan de Akenkaai. Iemand moet de grootste stripmuur hebben. Niemand misgunt het Hugo Pratt (1927-1995). Met Corto Maltese riep de in Venetië geboren grootmeester in 1967 een held in het leven zoals er maar weinig zijn: dapper, anarchistisch en sterk maar ook dromerig, romantisch, melancholisch en mysterieus. Met zijn lange witte broek, sobere mantel, zeemanspet en oorbel herken je de onvoorspelbare kapitein zonder boot van ver. De omstandigheden zetten zijn natuurlijk flegma nog meer in de verf. De onpeilbare wereldreiziger duikt telkens weer op die plekken op die afspraak hebben met de geschiedenis. Corto is ondermeer getuige van de Bokseropstand in China, de Russisch-Japanse oorlog, de Russische revolutie, en de Eerste Wereldoorlog. De wereld staat in brand, beschavingen brokkelen af maar alleen bloedmooie, fatale vrouwen kunnen de op zijn vrijheid gestelde wereldwijze avonturier van slag brengen. De kosmopoliet is een geliefde gids in onbekende streken én doorheen de twintigste eeuw. De beelden aan de Akenkaai komen uit de albums De Ethiopiërs, Corto Maltese in Siberië, Het gouden huis van Samarkand en De Kelten. De sober getekende, erudiete, sfeervolle strips van Hugo Pratt worden met romans vergeleken. Hij trok zich weinig aan van het keurslijf van de tradionele strip en durfde als een van de eersten resoluut op een volwassen publiek mikken. Waar? Akenkaai, 1000 Brussel|Auteur: Hugo Pratt|Uitgeverij: Casterman
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
21
Natasja Een pijnlijke maar ware geschiedenis: veel vrouwen kom je niet tegen in de strips van voor de jaren zeventig en al helemaal geen heldinnen die hun vrouwelijkheid durfden te etaleren. Comanche en Yoko Tsuno volgenden vrij snel maar het was Natasja die rond 1970 de ban brak. Dat ze blond is, gezegend met wulpse vormen en er in uniform beeldschoon uitziet, moeten we u niet vertellen. Een blik op de stripmuur volstaat. Maar verkijk u niet op haar uiterlijk. De stewardess is geen dom blondje maar een intelligente vrouw die weet wat ze wil en gesteld is op haar onafhankelijkheid. De kordate dame weet in noodsituaties haar kalmte te behouden maar durft al eens uit te vliegen als ze beledigd wordt. Ze kan ook behoorlijk koppig zijn en heeft zoals alle echte striphelden een sterk ontwikkeld gevoel voor rechtvaardigheid. De meeste van haar avonturen houden op een of andere manier verband met de luchtvaart. De man die op de stripmuur al zwetend twee rode koffers voortsleept, heet Walter. De onhandige jazz-liefhebber zou graag meer zijn dan haar vriend, collega en mede-avonturier maar dat zit er niet in. Natasja is het personage waarmee de Waalse tekenaar François Walthéry vergroeide. Walthéry was amper zeventien toen hij de assistent werd van Peyo, de tekenaar van De Smurfen. Eind jaren zestig nam hij een tijdje het tekenwerk voor Steven Sterk van Peyo over. Van haastklussen houdt hij niet. Op veertig jaar tijd verschenen er maar dik twintig albums. Daar zitten zowel klassieke avonturen tussen als strips die meer de thriller of science fiction toer opgaan. Walthéry werkte met wel tien verschillende scenaristen. Natasja ziet er na al die tijd gelukkig nog altijd even knap uit. Waar? Jan Bollenstraat, 1020 Laken|Auteur: François Walthéry|Uitgeverijen: Dupuis, Marsu Productions
Guus Slim Zoek de stripheld.....Het gaat om de kerel die achter het stuur zit van de gele wagen: de detective Guus Slim. Op de passagiersstoel zit Vlinder, bekend om zijn apart gevoel voor humor, in dit geval te herkennen aan de gele hoed en de sigaret. Vlinder is een ex-inbreker die de soms wat hautaine detective met wisselend succes bijstaat. De sfeervolle avonturen zijn opgebouwd rond een spannende plot met de nodige actie, snedige dialogen, een snuif mysterie en humor. Guus Slim loste zijn eerste zaak op in het tijdschrift Spirou in 1956. Maar eigenlijk borduurde Maurice Tillieux (1922 -1978) voort op een personage dat hij eerder voor het weekblad Héroic-Albums tekende: de roodharige, bebrilde journalist Felix. Aan het einde van de jaren zestig laat Tillieux het tekenwerk over aan Gos zodat hij zich nog meer kan toeleggen op het verzinnen van scenario’s voor Will (Baard en Kale), Roba (De Sliert), Walthéry (Natasja) en Roger Leloup (Yoko Tsuno). Onder verschillende pseudoniemen bedacht hij de ene strip na de andere. Dat een stoere zeeman de stripmuur domineert is geen toeval. Tillieux was zeeman maar de Tweede Wereldoorlog smoorde zijn carrière in de kiem. Het grapje met het gevaarsbord dat waarschuwt voor een rechte baan is een beetje macaber. Na ontelbare autocrashes te hebben bedacht en getekend, kwam Tillieux om in een auto-ongeluk. Waar? Hoek Thijs Van Hamstraat met de Leopold I straat, 1020 Laken|Auteur: Maurice Tillieux|Uitgeverij: Dupuis
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
22
De Kiekeboes Naar een Vlaming zoeken die je niet kan vertellen dat die snorremans achter de camera Marcel Kiekeboe heet, ga je lang mogen doen. Héél lang. Zijn vrouw Charlotte showt de kleren van de legendarische fairhostessen van de wereldtentoonstelling die Brussel in 1958 in een nieuw tijdperk katapulteerde. Zoon Konstantinopel speelt voor razende reporter. De babe die in een zwierige jaren 50 jurk een hoelahoep aan de praat houdt, is de dochter van Marcel. Fanny heeft al veel mannenhoofden op hol gebracht. Bijvoorbeeld toen ze naakt poseerde op de cover van een Vlaams mannenblad. De Kiekeboes is een typevoorbeeld van de Vlaamse familiestrip en geeft qua verkoop zelfs Suske en Wiske het nakijken. Van elk nieuw album gaan er honderdduizend over de toonbank. Een helder verhaal wordt telkens op smaak gebracht met een flinke dosis goedaardige humor. Het regent woordspelingen en persiflages. De serie debuteerde op 15 februari 1977 in de krant Het Laatste Nieuws. In 2004 namen de Gazet van Antwerpen en Het Belang van Limburg over. Om de krant dagelijks van nieuwe stroken te voorzien moet Merho er net als Willy Vandersteen, Marc Sleen en Jef Nys een hels tempo op nahouden. Merho, het alias van Robert Merhottein, tekende zijn eerste Marcel Kiekeboe voor zijn broer, een verwoed poppenkast-speler. Ook kinderen op de laatste rij moesten de pop makkelijk herkennen, vandaar de dikke neus, de grote ogen en de gigantische snor. De half-kale knikker past dan weer perfect in de traditie van Lambik en Nero. Waar? Amerikaans Theater, Dikke Lindelaan 2, 1020 Laken|Auteur: Merho|Uitgeverij: Standaard
Stam & Pilou Om deze stripmuur te bewonderen moet je naar het zomerterras van “Het Goudblommeke in Papier”. Niet dat dat een straf is. De boegbeelden van het Brusselse surrealisme zoals René Magritte, Louis Scutenaire, Marcel Mariën kwamen er over de vloer en in hun zog vele andere kunstenaars en schrijvers. Verwijzingen naar de kunststromingen die van Het Goudblommeke in Papier een cultureel historisch café maken, zijn verwerkt in de tekening. De stripfiguren zelf komen uit De onvrijwillige avonturen van Stam & Pilou. Het jongetje dat de acrobatie minder onder de knie heeft dan hij zelf dacht, heet Stam. Op zijn hoofd zit buurmeisje Pilou. Ze spelen dolgraag samen. Opa Fons is de derrière van Stam’s moeder aan het bestuderen. Hij is niet toevallig postbode op rust en een fervent postzegelverzamelaar. De strip kwam er op vraag van De Post en verscheen in het clubblad van een filatelieclub voor jongeren. Toen de licht en luchtig gehouden verhaaltjes met veel practical jokes en situatiehumor bleken aan te slaan, werden de albums ook op de markt gebracht. Op het bord dat Opa Fons vasthoudt staat ‘Sprekt a mooiertoêl, ARA!’ Dat is Brussels dialect voor ‘spreek je moedertaal’. Ara is een steunpunt voor het Brussels dialect. Stam & Pilou is een creatie van De Marck en De Wulf, de artiestennamen van de authentieke ketten Marc Daniels en Rik Dewulf. Waar? Het Goudblommeke in Papier, Cellebroersstraat 53/55|Auteurs: De Marck en De Wulf|Uitgeverij: Van Halewyck
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
23
C. Niet te missen gebouwen en beelden Het Lombardgebouw Vlak bij het Zuidstation bevindt zich de “Kuifjebuilding”, een beschermd gebouw waarin destijds stripuitgeverij Lombard gevestigd was die van 1946 tot 1988 het weekblad Kuifje publiceerde. De lichtreclame met de afbeelding van Kuifje en Bobbie is een van de herkenningspunten van Brussel. Paul-Henri Spaaklaan 7, 1060 Brussel
Smurfenstandbeeld Toen het idee van de uitvoering van een Smurfenstandbeeld ter sprake kwam, onderzocht Studio Peyo onmiddellijk de mogelijke pose en uitstraling van de te creëren Smurf. Immers, de juiste pose vinden bij een beeld van die afmetingen was een delicate opdracht. Vandaar de keuze om de Smurf op een paddestoel te plaatsen, wat eveneens een directe link creëert met de natuurlijke leefwereld van de Smurfen. Uiteraard moest hij de vriendelijke en warme uitstraling hebben die we van onze blauwe vrienden gewend zijn. Daarom kreeg hij ook een brede glimlach mee die, naar we hopen, de voorbijgangers zal uitnodigen om hem van nabij te bekijken en hen de galerij zal wijzen. Grasmarkt, 1000 Brussel - net naast Galerie Horta (in het Brusselse Centraal station)
Beeld van Guust Flater Het beeld van Guust Flater werd gerealiseerd door de supermarktketen Delhaize De Leeuw ter gelegenheid van de eindejaarsfeesten van 1992. Guust Flater is een creatie van de beroemde stripauteur Franquin en behoort tot de mythische personages van het Belgische stripverhaal. Hij kreeg zijn definitieve plaats nabij het Belgisch Stripcentrum in februari 1996. Pachecolaan, 1000 Brussel
Beeld van Bollie en Billie Sinds september 2000 is de gemeente Jette verrijkt met een beeld van Bollie en Billie door beeldhouwer Tom Frantzen. Het is een eerbetoon aan de Jetse striptekenaar Jean Roba, die niet ver daarvandaan woonde. Van Engelandlaan-Heymboschlaan, 1090 Jette
Beeld van Kuifje en Bobbie in Ukkel en op de Zavel In 1975 besloten Raymond Leblanc (Uitgeverij Lombard) en Guy Dessicy (Publiart) om Hergé te verrassen voor de 30ste verjaardag van het weekblad Kuifje. Ze bestelden een levensgroot beeld van Kuifje en Bobbie bij beeldhouwer Nat Neujean. Van dit beeld zijn meerdere exemplaren gemaakt. Het eerste bevindt zich vandaag in het Cultureel Centrum van Ukkel na enige tijd in het Wolvendaalpark te hebben gestaan. Dit exemplaar werd op 29 september 1976 onthuld. Het tweede exemplaar staat sinds 21 september op de Grote Zavel. Het 1,80 meter grote beeld was gekocht door Francis Slomka uit Parijs die beloofd had het aan Brussel terug te geven. Dat is vorig jaar gebeurd tot grote vreugde van alle Kuifjefans. Rodestraat 47, 1180 Ukkel & Grote Zavel 8, 1000 Brussel
Het Autriquehuis www.autrique.be Het Autriquehuis is een particuliere woning gebouwd naar het ontwerp van Victor Horta in 1893. De woning onderging diverse verbouwingen tot ze uiteindelijk in de jaren 1990 gerestaureerd werd. Bij die gelegenheid werd binnenin een volledige scenografie ontworpen door François Schuiten en Benoît Peeters. Het huis is van woensdag tot zondag te bezoeken in een unieke sfeer. Elk jaar worden er ook buitengewone tentoonstellingen georganiseerd. Autriquehuis Haachtsesteenweg 266 1030 Brussel Tel.: +32 (0) 2 215 66 00
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
24
d. Musea, tentoonstellingen en galerijen Het Belgisch Stripcentrum (BSC) www.stripmuseum.be In het land van de Smurfen en Kuifje presenteert het Belgisch Stripcentrum (of Stripmuseum) een geheel van vaste tentoonstellingen waar zeldzame platen en unieke objecten te zien zijn, naast tijdelijke tentoonstellingen die gelijktijdig lopen. Ontdek ook een bibliotheek, een boekwinkel en een restaurant.
•
Onder de vaste tentoonstellingen:
Het ontstaan van een stripverhaal Hier zien de bezoekers stap voor stap hoe een stripverhaal tot stand komt, van basisidee tot boekhandel. Het Uitstalraam van de Verbeelding (1929-1959) Dit is een grote reis door de verbeeldingskracht van de pioniers van het Belgische stripverhaal. Het begint met Hergé (Kuifje, 1929) en eindigt met Roba (Bollie en Billie, 1959), met daartussen Jijé (Robbedoes), Jacobs (Blake en Mortimer), Vandersteen (Suske en Wiske), Peyo (de Smurfen), Morris (Lucky Luke) en Franquin (Guust Flater). Aan de hand van 19 etappes wordt de carrière en het oeuvre van de auteurs getoond die van België het koninkrijk van de strip hebben gemaakt. In deze periode (1929-1959) waren meer dan tweehonderd auteurs actief in de stripwereld tussen Brussel, Gent en Charleroi. De Gallery Deze ruimte is gewijd aan nieuwe namen die van zich doen spreken in de Belgische stripwereld. Alle genres en stijlen zijn vertegenwoordigd van klassiek tot hedendaags, van pure verbeelding tot satire, van autobiografische verhalen tot detective of ‘heroic fantasy’. Deze werken bewijzen dat de Belgische strip levendiger is dan ooit.
•
Een selectie van de tijdelijke tentoonstellingen in 2013:
François Walthéry (tot 26 februari 2013) 50 jaar stripverhalen François Walthéry, afkomstig van de Luikse hoogten, besliste al op jonge leeftijd dat hij striptekenaar zou worden. Hij publiceerde zijn eerste platen toen hij amper 16 jaar was, in 1962. Ze warden opgemerkt door Peyo, de maker van de Smurfen, die hem prompt aanwierf als assistent. De jonge François leerde de knepen van het vak aan de zijde van Peyo en diens medewerker Willy Maltaite (Will). Al snel was hij klaar om met zijn persoonlijke reeks te beginnen: Natasja, een erg bevallige stewardess die vanaf 1970 avonturen beleeft vol spanning en onverwachte wendingen. François Walthéry is een echte erfgenaam van de meesters van het Belgische stripverhaal – voor hij hun vriend werd. Maar hij is ook een echte bekendheid in de Luikse regio waarvan hij met veel verve en nostalgie de decors, de taal en de gebruiken weergeeft in zijn locale producties. Curator: JC de la Royère
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
25
10 jaar Ecritures (tot 8 april 2013) Van de vierdelige autobiografie van Osamu Tezuka, de geestelijke vader van de Japanse cultreeks Dragon Ball, tot het nieuwste boek van het Amerikaanse wonderkind Craig Thompson, van Baru tot Salma, is de stripcollectie Ecritures van Uitgeverij Casterman in de Franstalige stripwereld uitgegroeid tot een kwaliteitslabel voor wat sommigen de grafische roman noemen. Met een auteursbestand samengesteld uit de crème de la crème van de Europese, Aziatische en Engelstalige stripscene biedt elk œuvre een nieuwe blik op de eeuw, door de ogen van talentvolle auteurs die het beste van zichzelf geven, in tweehonderd zwart-wit pagina’s of meer. Willy Vandersteen, een meesterlijke verteller (van 12 maart tot 1 september 2013) In het kader van de honderdste verjaardag van Willy Vandersteen. Willy Vandersteen, de bedenker van Suske en Wiske en een hele reeks andere populaire reeksen die hij zelf tekende tot hij ze toevertrouwde aan zijn Studio, werd op 15 februari 1913 geboren in Antwerpen, in de wijk Seefhoek, een paradijs voor kunstenaars en verhalenvertellers. Wie had toen kunnen weten dat deze zoon van een beeldhouwer ooit even beroemd zou worden als Hendrik Conscience, de populairste Vlaamse schrijver van zijn tijd? Als kind droomt hij van Buffalo Bill en Nick Carter, van Jules Verne en diens eerste boek ‘Vijf weken in een luchtballon’. Later, van De Rode Ridder tot Robert en Bertrand, dat geïnspireerd was op een ander lievelingsboek uit zijn jeugd, ontwikkelde Willy Vandersteen een tekenstijl die veel ruimte liet voor het verhaal. Zijn verhalen zijn rechtstreeks geïnspireerd op de volksliteratuur en vervolgverhalen, ze zijn intrigerend en zitten vol verrassingen, zijn humor is niet vies van enige onzin en de algemene context van zijn verhalen laat veel plaats voor het sociale aspect. Bij Willy Vandersteen is het stripverhaal meer dan ooit een literair genre. Curator:Daniel Couvreur Robbedoes van hand tot hand (van 23 april tot 24 november 2013) Naar aanleidingvan de75ste verjaardag van Robbedoes. Stripfiguur Robbedoes werd geboren op 21 a pril 1938 om het gelijk namige weekblad, opgestart door Uitgeverij Dupuis , op te vrolijken. Sindsdien is Robbedoes uitgegroeid tot één van de iconen uit de geschiedenis van het Europese stripverhaal. Hij is een van de zeldzame figuren die aan hun uitgever toebehoren en niet aan hun bedenker. Daardoor is hij in de loop van de eerste driekwarteeuw van zijn bestaan en de zowat zestig avonturen die als album zijn verschenen voortdurend veranderd. Hoewel zijn rode uniform van piccolo in het Moustic Hotel hem beroemd heeft gemaakt , is het tegelijkertijd ook een beperking. Sinds Rob -Vel, Jijé en Franquin tot Yoann en Vehlmann, Schwartz en Emile Bravo in de XXIe eeuw hebben meer dan twintig auteurs zijn verhalen verteld. Telkens opnieuw lieten ze hun eigen stempel na en lieten ze zowel Robbedoes als zijn omgeving evolueren. Curator: Yvan Delporte (+) en JC De La Royère Will Eisner, van The Spirit tot de grafische roman (van 17 september 2013 tot 2 maart 2014) De Amerikaan Will Eisner (1917 -2005) wordt unaniem beschouwd als een van de groot meesters van het stripverhaal uit de XXe eeuw. Hij werd voor het eerst bekend als bedenker van The Spirit (1940), een onrechtbestrijder in een blauw pak met vilt hoed, bij wie de enige verwijzing qua kleding naar de iets daarvoor gecreëerde superhelden een klein oogmasker is. Maar de bekendheid van Will Eisner heeft in dezelfde mate te maken met de uitvinding van de term ‘graphic novel’ (grafische roman), de vorm waarin hij zijn werk giet in de tweede helft van zijn leven en waarin hij het heeft over het leven in de stad, het leven als jood en in meer algemene zin over relaties tussen mensen. Deze tentoonstelling is gebaseerd op een uitzonderlijke collectie originele documenten en brengt op die manier hulde aan een van de grondleggers van het modern stripverhaal. Curator:Paul Herman Belgisch Stripcentrum Zandstraat 20 1000 Brussel Tel.: + 32 (0) 2 219 19 80
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
26
Museum Marc Sleen www.marc-sleen.be Het leven en werk van Marc Sleen worden uitvoerig belicht in een permanente tentoonstelling die de vele facetten van zijn creativiteit laat zien. Deze pionier van de Vlaamse strip is vooral bekend als geestelijke vader van Nero, over wie hij in zijn eentje meer dan 200 albums maakte. Marc Sleen Museum Zandstraat 33-35 1000 Brussel Tel.: + 32 (0)2 219 19 80
[email protected]
Huis van het Stripverhaal www.jije.org Deze stripboekhandel richt zich tot een gevarieerd publiek met diverse smaken. U vindt er stripverhalen van gisteren en vandaag, heruitgaven, luxe-edities, een goed voorziene afdeling manga’s, een Engelstalige sectie, een ruim aanbod aan Nederlandstalige strips, strips voor jongeren, papierwaren met opgedrukte stripfiguren en allerlei merchandisingobjecten. Bijzonder aan deze boekhandel is de ruimte gewijd aan Kuifje en zijn geestelijke vader Hergé waar alle albums in verschillende formaten en in bijna 70 talen en dialecten verkrijgbaar zijn. Een ruim assortiment bibliografisch materiaal over Hergé en zijn œuvre is eveneens aanwezig. Het Huis van het Stripverhaal organiseert twee tot drie keer per jaar een verzorgde tentoonstelling over een stripauteur, een personage of een speciaal thema. Bij die gelegenheid worden originele stukken afkomstig uit privéverzamelingen tentoongesteld samen met allerlei vintage objecten. « The Pioneers of US comics » (tot 3 februari 2013) Fred Opper, Winsor McCay, George Herriman, Alex Raymond, Milton Caniff, Will Eisner vaak geïmiteerd maar nooit geëvenaard. Meer dan 100 originele werken, covers en illustraties zijn voorgesteld met Will Eisner als guest star! Retrospectieve tentoonstelling Pierre Joubert ( van februari tot juni 2013) Pierre Joubert was een grote Franse illustrator van de reeks “Signe de piste”, van Het Jungleboek en andere mooie boeken rond de geschiedenis van de Mensheid. Hij heeft ook aan meerdere magazines over de scouts meegewerkt. Tentoonstelling gewijd aan Will (van juli tot november 2013) Naast de auteur van de reeks “Tif et Tondu” en “Isabelle”, was Will ook een talentvol schilder en aquarellist. Hommage aan Jijé (van december 2013 tot 2014) Naar aanleiding van de honderdste verjaardag van Joseph Gillain (13 janvier 2014), zal een grote tentoonstelling rond zijn werk plaatsvinden in het Huis van het Stripverhaal. Ze zal uitgebreid worden met nieuwe publicaties gewijd aan deze grote auteur. Huis van het Stripverhaal Keizerinlaan 1 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 502 94 68
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
27
Het Stripdorp-Comics Café www.comicscafe.be Het Stripdorp is een uniek concept in zijn soort en een plek waar alle stripliefhebbers van dromen. Het is in de eerste plaats een museum waar hoofdzakelijk objecten of platen te zien zijn afkomstig van grote Europese en Amerikaanse verzamelaars. U kunt er originele platen bewonderen van Kuifje, Lucky Luke, Blake & Mortimer, Asterix, Corto Maltese, enz. Daarnaast is er een kunstgalerij waar men zich zeldzame werken kan aanschaffen. Het concept van het Stripdorp omvat echter nog heel wat meer. U vindt er ook een boekhandel en de brasserie “Comics Café” waar u een Popeye- of Obelix-hamburger kunt eten. De bezoekers worden verwelkomd door een levensgroot beeld van Kuifje en Bobbie (1,80 m) aan de ingang! Het Stripdorp Grote Zavel 8 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 513 13 23
[email protected]
MOOF www.moof-museum.be Het Museum of Original Figurines bezit een unieke verzameling striphelden die de grote mythes van het stripverhaal tot leven brengen in de vorm van echte meesterwerken in het klein. Enkele zeer bijzondere figuurtjes zijn de sarcofaag van Bobbie (De sigaren van de farao), de vaas van Kuifje (De blauwe lotus), het beeld van kelner Abdallah (Kuifje en het zwarte goud), de buste van de Japanse schurk Mitsuhirato (De blauwe lotus) en de fresco’s van Rascar Capac (De 7 kristallen bollen). Daarnaast zijn er ook levensgrote beelden van Kuifje, Bobbie, kapitein Haddock en professor Zonnebloem zoals ze afgebeeld zijn in het album Mensen op de maan. U kunt er ook andere exclusieve voorwerpen ontdekken zoals twee bronzen bustes van Asterix en Obelix, een originele zwart-witplaat van Guust Flater door Franquin en het dorp van de Smurfen op ware grootte. De Stichting Raymond Leblanc, gevestigd in het MOOF, verzamelt, bewaart en ontsluit de volledige culturele nalatenschap van Raymond Leblanc, de stichter van Uitgeverij Lombard, het weekblad Kuifje, het reclameagentschap Publiart en de tekenfilmstudio’s Belvision. MOOF Hortagalerij-Centraal Station Grasmarkt 116 1000 Brussel Tel.: + 32 (0) 2 265 33 25
[email protected] Stichting Raymond Leblanc Hortagalerij-Centraal Station 1000 Brussel Paulette Smets-Melloul (Stichter-Bestuurder) Tel.: +32 (0) 2 526 68 90
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
28
HERGÉ MUSEUM Niet minder dan 80 originele platen, 800 foto’s en tal van objecten en documenten brengen het creatieve leven van Hergé in beeld. U ontdekt hier dat Hergé meer op zijn palmares heeft staan dan Kuifje alleen. Alle facetten van deze graficus, publicist, karikaturist en verteller worden voor het voetlicht gebracht. De 9de editie van de Vlooienmarkt heeft als thema Hergés oeuvre Op zaterdag 18 mei 2013 vindt van 11 tot 17 uur op basisschool Martin V, vlak naast het Hergé Museum, voor de negende keer de bekende Kuifje-vlooienmarkt plaats. Alles wat daar aangeboden wordt heeft zonder uitzondering betrekking op het werk van Hergé (boeken, voorwerpen, albums, originelen, beeldjes, spellen, speelgoed, documenten, enz…). Naast de vlooienmarkt vinden tal van andere verrassende evenementen plaats. Hergé Museum Rue du Labrador, 26 1348 Louvain-la-Neuve Tel.: +32 (0)10 48 84 21 www.museeherge.com www.tintin.com
Galerie Brüsel www.brusel.com Boekhandel Brüsel, in 1994 opgericht door Frédéric Ronsse en Reynold Leclercq, met zijn stalen structuren die de sfeer van “Duistere Steden” oproepen, is al bijna 20 jaar de vaste stek van alle stripliefhebbers die in Brussel wonen of er geregeld komen, en mag zich erop beroemen dé referentie op stripgebied van de hoofdstad te zijn. Gevestigd in een vroegere kruidenierswinkel in een gebouw niet ver van de Beurs, heeft Brüsel de evolutie en veranderingen van het stripverhaal op de voet gevolgd en was het daarbij vaak een trendsetter. De boekhandel die aanvankelijk het beste presenteerde uit 500 nieuwe uitgaven per jaar op 60 m² winkelruimte, biedt nu de top aan van meer dan 5.000 nieuwe uitgaven per jaar op 300 m² en heeft 20.000 titels in voorraad. Van meet af aan hield Brüsel er naast de boekhandel ook een tentoonstellings- en verkoopgalerij op na, die het tot dan toe onbekende fenomeen introduceerde van merchandising en allerlei randactiviteiten rond de strip: tentoonstellingen, verkoop van kunstwerken, originele platen, zeefdrukken, inlijstingen, stripfiguurtjes, productie van ex-libris en exclusieve oplages. Eind 2010 opende Brüsel een tweede winkel op het Flageyplein in Elsene, gericht op een lokaal publiek, jeugdboeken en literatuur. Maar ondanks alle uitbreiding is de filosofie nooit veranderd: door zijn service, advies en zorgvuldige dosering van genres en uitgevers blijft Brüsel, dat alle dagen open is, een trefpunt voor alle stripliefhebbers. Brüsel Anspachlaan 98 1000 Brussel Maa-zat: 10.30 – 18.30 u Zon: 12.00 – 18.30 u Tel.: +32 (0) 2 511 08 09
[email protected]
Flageyplein 29 1050 Brussel (Elsene) Maa-zat: 11.00 – 19.00 u Zon: 10.00 – 17.00 u Tel.: +32 (0) 2 649 02 11
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
29
Galerie Champaka www.galeriechampaka.com Op de grens tussen stripverhaal en illustratie presenteert de galerij Champaka, gevestigd in een typisch Brussels herenhuis, een bijzondere kijk op beeldende kunstenaars van internationaal formaat. Hier vindt u geen gewone albums of originele platen. De galerie Champaka richt zich tot een meer gesofisticeerd publiek dat zich interesseert voor stripwerken die raakvlakken vertonen met de hedendaagse kunst. Galerie Champaka Ernest Allardstraat 27 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 514 91 52
[email protected]
Petits Papiers www.petitspapiers.be Op de Zavel kunt u alle originele platen van de galerie Petits Papiers bewonderen. Het seizoen 2012 is geopend met een tentoonstelling over Geluck en zijn Kat. Daarna volgen nog verschillende kunstenaarsduo’s, de ene afkomstig uit de wereld van het stripverhaal, de andere uit de hedendaagse kunst. Op het programma: Hervé di Rosa en Philippe Druillet, Pat Andrea en Jacques de Loustal, Claude Viallat en François Avril. Een galerie die u zeker eens moet bezoeken! Petits Papiers Grote Zavel 8 1000 Brussel
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
30
3. Terugkerende stripactiviteiten en -evenementen Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest draagt de 9de kunst een warm hart toe. De terugkerende evenementen lokken steeds veel bezoekers. Klein en groot, liefhebbers en professionals komen er naartoe om een zeldzaam stuk te vinden of te genieten van een typisch Brussels feest.
a. Stripfeest (van 5 september tot 8 september) www.stripfeest.be Het hart van de Brusselaar klopt voor strips en klopt nog harder tijdens het weekend dat de negende kunst in de bloemetjes wordt gezet. Tentoonstellingen, beurzen, animatie, boekvoorstellingen, signeersessies... liefhebbers weten niet waar eerst te kijken. Ook niet als op het Koningsplein een geluid- en lichtshow in het teken van de strip wordt opgezet. Een weekend dus voor wie jong is of op zijn minst nog altijd jong van geest. Contactpersonen: VISITBRUSSELS • Martha Meeze :
[email protected] • Pierre Massart :
[email protected] • Gary Divito :
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
31
b. De Stripmarkt www.stripverhalenmarkt.be De Stripmarkt in de Sint-Gorikshallen, de enige markt die volledig aan de strip is gewijd, geeft zowel liefhebbers als specialisten de gelegenheid om hun verzameling aan te vullen. Nieuwe en tweedehandse strips, verzamelobjecten, ex-libris, signeersessies … Kortom, alles om er een gezellige uitstap van te maken met het gezin of vrienden. Deze markten vinden plaats van 13 tot 17 uur. De Stripmarkt Sint-Gorikshallen Sint-Goriksplein 1000 Brussel
[email protected]
c. De verschillende stripfestivals in Brussel Foire du livre de Bruxelles (van 7 tot 11 maart) In 2013 reserveert de « Foire du livre de Bruxelles » een ruimte voor stripverhaal : het Imaginarium ! Een creatieve ruimte die u meeneemt op een levendige en ludieke reis. Een 9de laan zal voor « kleine » uitgevers van het stripverhaal worden gereserveerd.
Made in Asia (van 8 tot 10 maart) www.madeinasia.be Dankzij het succes van de vierde editie van deze beurs, is ‘Made In Asia’ (MIA) nog steeds het belangrijkste evenement rond Aziatische cultuur in de Benelux. De vijfde editie gaat door van 8 tot 10 maart 2013. Op hetzelfde moment als MIA, zal er een nieuwe beurs plaatsvinden die in het teken zal staan van strips, in de brede zin van het woord (comics, blogs, webcomics, alternatieve strips, strips voor de jeugd, grafische romans, …). De beurs zal zeer toepasselijk de naam ‘DE FORMIDABELE BEURS VAN HET STRIPVERHAAL’ heten. Brussels Expo (Paleis 5) Belgiëplein 1, 1020 Brussel
De prijs Raymond Leblanc (4 mei 2013) Voor zijn zevende editie wil de prijs Raymond Leblanc zijn statuut als een van de belangrijkste prijzen voor jong stripgeweld bevestigen. In 2013 wordt de prijs Raymond Leblanc dan ook de allerbelangrijkste wedstrijd voor jonge auteurs van het stripverhaal in België. De prijs beloont 1 auteur met een contract bij uitgeverij Lombard. Meer informatie op www.fondationrleblanc.be
STRIP-FESTIVAL-BD JETTE 2013 (op 21 augustus en 24 augustus 2013) Deze nieuwe editie van het Strip-festival-BD van Jette zal door een eerbetoonavond aan de auteur Christian Denayer worden geopend. Deze avond en de opening van de tentoonstelling rond het werk van Denayer zullen plaatsvinden op woensdag 21/08/2013 om 20u in de Abdij van Dieleghem (14 Tiebackxstraat, 1090 Brussel). Op zaterdag zullen een vijftiental auteurs hun albums signeren. Eerbetonen van vorige edities: Roba (2005) De Marck & De Wulf-Studio MAX ! (2008), Jacques Martin (2009), Dino Attanasio (2010), François Walthéry (2011), L-M Carpentier (2012). Info : +32 (0) 475 47 87 28 (De Marck)
Japan Expo (te bevestigen) www.japan-expo.be Ontdek het hart van de Japanse cultuur… alle fans van Japanse popcultuur kunnen in Brussel terecht voor meerdere dagen vol emoties en activiteiten. www.VISITBRUSSELS.BE/comics
32
d. Rondleidingen Gidsen van Brussel & België - GBB www.visitbrussels.be
•
Brussel, hoofdstad van het stripverhaal De officiële gidsen van Brussel nemen u mee op een wandeling langs de verschillende stripmuren waardoor u onze stad op een andere manier leert kennen en tegelijk op plaatsen komt die u anders nooit zou ontdekken. Onderweg ontmoet u bekende auteurs zoals Frank Pé, Roba, Carin, Tibet, Morris, Philippe Geluck, Marc Sleen en Willy Vandersteen, en de stripfiguren die ze gecreëerd hebben: Bollie en Billie, Lucky Luke, de Kat, Rik Ringers, Dommel, Suske en Wiske, Nero en zijn vrienden. Een mooie afsluiter van deze wandeling is een bezoek aan het Belgisch Stripcentrum waar u al uw geliefde helden terugvindt (specifiek reserveren bij het BSC).
•
In de voetsporen van Kuifje, de jonge reporter Ontdek dit typisch Brusselse personage met de officiële gidsen van Brussel (GBB). Zij laten u gedurende een wandeling van meer dan twee uur de verschillende plaatsen en gebouwen zien die een rol spelen in de verhalen van Kuifje, tonen de muurschilderingen van het stripparcours en vertellen intussen allerlei wetenswaardigheden over de beroemde reporter. Ook over Hergé, pseudoniem van Georges Remi en tekenaar van alle Kuifjealbums, komt u alles te weten: zijn privé- en beroepsleven, zijn creaties en de plaatsen waar hij gewerkt heeft. Tarieven 2012: Wandeling: € 110,00, scholen: € 90,00, maximaal 25 personen per gids. De wandeling begint aan het Belgisch Stripcentrum, Zandstraat 20, 1000 Brussel. Stadhuis van Brussel Grote Markt 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 548 04 48
[email protected]
Itinéraires www.itineraires.be
•
Kuifje en Brussel Het team van Itinéraires nodigt u uit om Brussel te ontdekken met Kuifje als rode draad: het gezang van Bianca Castafiore voor de Koninklijke Muntschouwburg, de haven van Brussel met kapitein Haddock, de evocatie van de ontmoeting tussen Tchang en Hergé, de geniale ideeën van professor Zonnebloem en de samenwerking tussen de stuntelige detectives Jansen en Janssen. Bereid u voor op avonturen die een eer bewijzen aan de 9de kunst en die u een “ander Brussel” laten zien. Deze route is ontwikkeld in samenwerking met de Studios Hergé. Het is noodzakelijk contact op te nemen met het team van Itinéraires om de concrete invulling van uw bezoek te bespreken.
• Brussel verteld door striphelden en stripauteurs De striproute gaat op zoek naar de interactie tussen artistieke expressie en stedelijke omgeving. Het is een manier om het temperament van haar inwoners te leren kennen via de persoonlijkheid van tekenaars en scenaristen, en via de atmosfeer van de verhalen die ze bedacht hebben. Het is ook een zeer origineel uitgangspunt om de stad, sommige van haar monumenten en meest contrasterende wijken te ontdekken. Een stripverhaal en een stripanimator aan het begin van de wandeling zullen uw bezoek nog aangenamer maken! Het is noodzakelijk contact op te nemen met het team van Itinéraires om de concrete invulling van uw bezoek te bespreken.
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
33
• Brussel Segway: Stripverhaal Waarom geen stripparcours per Segway? Dit ludieke maar milieubewuste vervoermiddel is bijzonder prettig om mee te rijden. Een Segway is in feite een gemotoriseerde machine op twee wielen die dynamisch in evenwicht blijft en die u rechtstaand bestuurt. U beleeft een dubbele ervaring: terwijl u rijdt, wat op zich al fun is, ontdekt u met een gids de muurschilderingen van uw striphelden, de historische gebouwen die door de stripauteurs zijn afgebeeld en de niet te missen plaatsen die van Brussel de levende hoofdstad van de strip maken. Maximaal 7 deelnemers per bezoek. Zodra uw inschrijving bevestigd is, zal u gevraagd worden het bedrag te storten vóór uw bezoek. De huur van de Segway is in de prijs inbegrepen. Itinéraires Munthofstraat 157 1060 Brussel Tel.: +32 (0)2 534 30 00
[email protected]
Belgisch Stripcentrum www.stripmuseum.be
•
Stripparcours De bezoeken aan het BSC kunnen worden aangepast aan de leeftijd en de specifieke interesses van de groep. De dienst gidsen verzorgt rondleidingen rond verschillende thema’s (art nouveau, het klassieke of moderne stripverhaal, Kuifje …), evenals ontdekkingswandelingen in het centrum van Brussel. Duur: 2.30 uur Prijs per gids (groep van max. 25 personen): € 115,00 (behalve schoolgroepen, van dinsdag tot vrijdag: € 100,00) Talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits, Spaans, Italiaans, Deens, Pools, Tsjechisch en Grieks.
•
Het Brussel van Kuifje De wortels van Kuifje en Hergé zijn nauw verbonden met Brussel. Ga op ontdekking naar dit personage en zijn schepper met een officiële gids van het Belgisch Stripcentrum. U leert niet alleen een aantal plaatsen en gebouwen kennen die in de verhalen van Kuifje voorkomen, maar ontdekt ook muurschilderingen uit stripreeksen van Hergé en verneemt tal van details over het leven en werk van de kunstenaar. Tijdens dit 2 uur durende wandelparcours (her)ontdekt u een icoon van de negende kunst en maakt u kennis met Brussel door de ogen van een de grootmeesters van het stripverhaal. Tarief 2012: Parcours: € 115,00, scholen: € 100,00, maximaal 25 personen per gids De wandeling begint aan het Belgisch Stripcentrum, Zandstraat 20, 1000 Brussel. Belgisch Stripcentrum Zandstraat 20 1000 Brussel Tel.: +32 (0)2 219 19 80
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
34
Babbelbus www.busbavard.be De Babbelbus biedt originele rondleidingen aan en een nieuwe manier om Brussel te ontdekken. Het parcours “In de jungle van de stadskunst” dompelt u onder in het universum van de graffiti en zijn inspiratiebronnen: stripverhaal, manga, muziek … Babbelbus Thuyastraat 12 1170 Brussel Tel.: +32 (0) 2 673 18 35
[email protected]
Pro Velo www.provelo.org Cafés en stripverhalen. Van Quick en Flupke over Lucky Luke tot Brüsel, de hoofdstad van Europa is ook die van het stripverhaal. Talrijke auteurs hebben er gewoond en een van de mooiste realisaties van Victor Horta, het vroegere warenhuis Waucquez, is omgevormd tot tempel van het beeldverhaal. Meer dan 40 blinde muren in het centrum van Brussel zijn versierd met fresco’s van stripfiguren die u, terwijl u ze ontdekt, een andere kijk geven op de stad. En aangezien ook bier in België een kunst is, laat de toer u kennismaken met enkele typisch Brusselse cafés. 3.30 uur – 12 km. Pro Velo Londenstraat 15 1050 Brussel Tel.: +32 (0) 2 517 17 65
[email protected]
Te downloaden stripparcours http://visitbrussels.be/bitc/BE_fr/walk/344/promenade-bande-dessinee.do De website van VISITBRUSSELS biedt u gratis het plan van de «Stripwandeling» aan om te downloaden. Dit plan leidt u langs een dertigtal muren van de hoofdstad die bedekt zijn met monumentale muurschilderingen, kleurrijk en in de grappigste situaties. Een manier om Brussel met een nieuwe blik te bekijken. VISITBRUSSELS Koningsstraat 2-4 1000 Brussel Tel.: + 32 (0)2 513 89 40
[email protected]
Voor meer informatie … “Brussel gestript. De strip in Brussel.” door Thibaut Vandorselaer Deze gids beschrijft een lusvormige wandeling in het hart van Brussel met het stripverhaal als rode draad. U krijgt uitleg over de bekendste strips die Brussel als decor hebben en maakt kennis met muurschilderingen van striptekenaars. Een must voor zowel fans van stripverhalen als voor iedereen die Brussel in zijn hart draagt. Thibaut Vandorselaer is bijzonder geïnteresseerd in de evolutie van Brussel en in de negende kunst. Als licentiaat toerisme en Europese studies is hij gespecialiseerd in milieubeleid en territoriale ontwikkeling. Uitgeverij Lannoo 2005 144 pagina’s
[email protected] www.VISITBRUSSELS.BE/comics
35
4. Stripshopping Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is rijk aan originele winkeladresjes. Op het gebied van stripverhalen vindt u hier enkele niet te missen boekhandels en galerijen. De bekendste zijn ongetwijfeld de speciaalzaken Brüsel & Multi-BD aan de Anspachlaan, Het B-Gevaar in de Greepstraat en Le Dépôt BD en Utopia in de Zuidstraat. Sommige organiseren geregeld tentoonstellingen en signeersessies. Samen vormen ze het meest levendige segment van de stripsector in Brussel.
a. Adressen www.shopinbrussels.be Brussel-Stad
Brüsel
Anspachlaan 98 1000 Brussel
La boutique Tintin
Heuvelstraat 3 1000 Brussel
Smurf Store
Grasmarkt 116 1000 Brussel
Het B-Gevaar
Greepstraat 15 1000 Brussel
Tropismes
Koningsgalerij 4 1000 Brussel
Het huis van het Stripverhaal
Keizerinlaan 1 1000 Brussel
Het Stripdorp
Grote Zavel 8 1000 Brussel
Petits Papier
Fontainasplein 1 1000 Brussel
Little Nemo
Maurice Lemonnierlaan 25 1000 Brussel
Le Fantôme Espagnol
Maurice Lemonnierlaan 31 1000 Brussel
Multi-Jeunesse
Anspachlaan 126 1000 Brussel
Le Dépôt
Zuidstraat 108 1000 Brussel
Multi BD
Anspachlaan 122 1000 Brussel
Utopia
Zuidstraat 39 1000 Brussel
Dong Co
Zuidstraat 33 1000 Brussel
Hors Série
Zuidstraat 67 1000 Brussel
Etterbeek
Filigranes
Kunstlaan 39-40 1040 Etterbeek
Sint-Gillis
Librairie The Skull
Waterloosesteenweg 336 1060 Sint-Gillis
Dargaud-Lombard SA
Paul-Henri Spaaklaan 7 1060 Sint-Gillis
Bédémania
Waterloosesteenweg 169 1060 Sint-Gillis
Forbidden Zone
Taminesstraat 25 1060 Sint-Gillis
Anthracite
Waterloosesteenweg 205 1060 Brussel
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
36
Elsene – Naamse Poort
Jette
Librairie Durango
Atheneumstraat 3 1050 Elsene
Le Dépot
Elsensesteenweg 120 1050 Elsene
Espace BD
Fernand Cocqplein 2 1050 Elsene
Brüsel Flagey
Eugène Flageyplein 29 1050 Elsene
Paradise BD
Jettelaan 136 1090 Jette
Book Center
Henri Werriestraat 85 1090 Jette
Objectif BD
Jettelaan 272 1090 Jette
b. Andere boekhandels Le Wolf www.lewolf.be Deze boekhandel is voornamelijk op jongeren afgestemd. Naast de boekhandel zijn er ook een bibliotheek en een cafetaria. Strips vormen een deel van het assortiment. Le Wolf Violetstraat 18/20 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 512 12 30
[email protected]
Boekhandel BD World-Stripdorp www.comicscafe.be Deze boekhandel is uniek in zijn soort. U vindt er alle mogelijke stripverhalen: nieuwe, oude en soms tweedehands. Er is ook een kleine leeshoek. Stripdorp Grote Zavel 8 1000 Brussel Tel.:+32 (0)2 513 13 23
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
37
Boekhandel Slumberland – Belgisch Stripcentrum www.cbbd.be Albums, figuurtjes, ansichtkaarten, gezelschapsspelen en andere merchandisingproducten evenals talrijke voorwerpen met opgedrukte stripfiguren. Belgisch Stripcentrum Zandstraat 20 1000 Brussel Tel.: + 32 (0) 2 219 19 80
[email protected]
Boekhandel van het Huis van het Stripverhaal www.jije.org Eerste oplagen, luxe-edities, nieuwigheden en manga’s: deze boekhandel heeft werkelijk alles om stripliefhebbers te verwennen. Het Huis van het Stripverhaal Keizerinlaan 1 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 502 94 68
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
38
5. Striprestaurants COMICS CAFE in het Stripdorp http://comicscafe.be Het Stripdorp op de Grote Zavel huisvest ook het COMICS CAFE, een reusachtige Amerikaanse brasserie waar u kunt genieten van een “Obelix XXL-hamburger” of een “Popeye-hamburger” met zalm en spinazie. Om een Loch Lomond te drinken, de befaamde whisky van kapitein Haddock, zakt u af naar de pub lounge van het Stripdorp. Grote Zavel 8 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 523 13 23
Het Goudblommeke in Papier www.goudblommekeinpapier.be Hergé kwam vaak in deze bruine kroeg met zijn roemrijk verleden om er een lekkere geuze te drinken. Hier vergaderden in de jaren 1950 de boegbeelden van het Belgische surrealisme onder leiding van René Magritte, maar het was ook de favoriete stek van Pierre Alechinsky en Jacques Brel. Ook vandaag is het café nog een artistieke en literaire ontmoetingsplaats. Sinds mei 2011 is de binnenkoer van het Goudblommeke in Papier versierd met een stripmuur van de tekenaars De Marck en De Wulf (Stam en Pilou). Cellebroersstraat 53/55 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 511 16 59 lepetitgérard@lafleurenpapierdoré.be
Bar Dessiné-Radisson Blu www.radissonblu.be/royalhotel-brussels/restaurant/bar Maak een rondreis door het Belgische stripverhaal in Bar Dessiné, onder het genot van een single malt whisky, een havanasigaar of een exquise cocktail. Originele en unieke afbeeldingen versieren de bar waar u ook lichte maaltijden en Brusselse specialiteiten kunt bestellen. Wolvengracht 47 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 219 28 28
Brasserie Horta-BSC www.brasseriehorta.be Het Belgisch Stripcentrum, onmisbaar rendez-vous van fantasie, verbeelding en schoonheid, omvat ook een brasserie met een authentieke Brusselse atmosfeer. Zowel liefhebbers van stripverhalen als van art nouveau komen hier aan hun trekken. De brasserie verwent zowel de ogen als de smaakpapillen. Zandstraat 20 1000 Brussel Tel.: + 32 (0) 2 217 72 71
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
39
6. Striphotels Hotel Amigo www.roccofortehotels.com Dit prestigieuze hotel heeft kamers die met originele Kuifje-details zijn verfraaid, kleine humoristische toetsen die de grote badkamers opvrolijken. Het hotel Amigo is een van de meest gerenommeerde hotels van Brussel en favoriete verblijfplaats van vele vedetten en staatshoofden. Het ligt in het hart van Brussel, vlak bij de Grote Markt en de voornaamste toeristische bezienswaardigheden. In de buurt van dit hotel vindt u ook meerdere stripmuren: Kuifje (Stoofstraat), De Doorgang, Ragebol & Victor Sackville (Kolenmarkt) … Hotel Amigo Vruntstraat 1-3 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 547 47 47
[email protected]
Hotel Métropole www.metropolehotel.com Hotel Métropole figureert als decor in De 7 kristallen bollen van Hergé en in Wayne Shelton: Hare hoogheid Honesty van Vanhamme & Denayer. Dit prestigieuze 19de-eeuwse hotel ligt in het centrum van Brussel, op tien minuten wandelen van de Grote Markt en het Centraal Station. Het decor, een perfecte combinatie van heden en verleden, is uniek. Een vestibule vol marmer en vergulde decoraties, een taverne in barokstijl: niet te verwonderen dat deze legendarische locatie Hergé en vele andere kunstenaars geïnspireerd heeft. Hotel Métropole De Brouckèreplein 31 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 217 23 00
[email protected]
Hotel Atlas www.atlas-hotel.be Dit hotel is zeer goed herkenbaar in de reeks Charly van uitgeverij Dupuis. Hotel Atlas ligt nabij de Antoine Dansaertstraat en de SintGorikshallen. Dit is de oudste wijk van de hoofdstad waar vandaag de beste Brusselse modeontwerpers en designers geconcentreerd zijn die internationale vermaardheid genieten. Hotel Atlas Oude Graanmarkt 30 1000 Brussel Tel.: +32 (0)2 502 60 06
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
40
Radisson Blu - Royal Hotel www.radissonblu.be/royalhotel-brussels Het Radisson Blu Royal Hotel is gebouwd op de eerste stadsomwalling van Brussel. Een restant hiervan is te zien in het Atrium. Aan de muren van Bar Dessiné op de benedenverdieping hangen originele tekeningen die van deze plek een stemmig hoekje maken om van een cocktail te nippen of een kleine hap te eten. Radisson Blu - Royal Hotel Wolvengracht 47 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 219 28 28
[email protected]
Hotel Sleep Well (jeugdherberg) www.sleepwell.be Sleep Well ontvangt zijn gasten hartelijk en beschikt over alle accommodatie voor een super cool kort verblijf in de hoofdstad. De hal van de jeugdherberg is versierd met twee dolle muurschilderingen van “De Koe” van tekenaar Johan De Moor. Sleep Well Hostel Dambordstraat 23 1000 Brussel Tel.: +32 (0) 2 218 50 50
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
41
7. Nuttige contacten VISITBRUSSELS www.visitbrussels.be
Wallonië-Brussel Tourisme www.opt.be
Toerisme Vlaanderen www.toerismevlaanderen.be
Koningsstraat 2-4 1000 Brussel Tel.: + 32 (0) 2 513 89 40
[email protected]
Sint-Bernardusstraat 30 1060 Brussel Tel.: +32 (0) 2 504 02 00
[email protected]
Grasmarkt 61 1000 Brussel Tel : +32 (0) 2 504 03 00
[email protected]
Press officers:
Press officer:
Press officers:
Martha Meeze :
[email protected] Pierre Massart :
[email protected] Gary Divito :
[email protected]
Gaetan Peffer :
[email protected]
Gorik Kayaert :
[email protected] Jan De Greve:
[email protected]
Meer info over comic strip in Brussel :
w w w. v i s i t b r u s s e l s . b e / c o m i c s
Fototheek: www.Visitbrussels.be/pictures *Om de copyrights te respecteren, gelieve het formaat van de beelden van de fresco’s niet te veranderen
©VISITBRUSSELS-2012 FOTOS: E.Danhier |JP. LEjeune |M.Vanhulst|CBBD/D. Fouss|MOOF|OPT/Ricardo de la Riva|P.Moers www.VISITBRUSSELS.BE/comics
42