Cliëntennieuwsbrief TAXContent september 2013

Cliëntennieuwsbrief TAXContent september 2013 In dit nummer onder andere: -

Speciaal uitstelbeleid bij emigratie Wetgever gaat compartimenteringslek repareren Fiscale eenheid kan sneller ontstaan Btw-aangiftebrief verdwijnt Kwalificatie pensioenfonds vereist overname pensioenverplichting Nieuwe voorbeeldafspraak verbod privégebruik bestelauto Hypotheek voor naar privé overgebrachte woning Kort geding telt als ingebrekestelling

De ondernemer en de dga Commissie bepleit verlenging eerste schijf De Commissie Van Dijkhuizen heeft haar eindrapport medio juni 2013 gepresenteerd aan de staatssecretaris van Financiën. De commissie adviseert in haar rapport om in de inkomstenbelasting terug te gaan van vier naar twee belastingschijven van 37% en 49%. Over het inkomen tot € 62.500 betaalt men dan 37%. De verwachting is dat het aantal belastingplichtigen dat onder de eerste belastingschijf valt zal verdubbelen van krap 6 miljoen naar bijna 12 miljoen mensen, ofwel 93% van alle belastingplichtigen. De commissie stelt voor deze maatregel te financieren door een flink aantal aftrekposten af te schaffen of aan te passen. Gebruikelijk loon Het rapport bevat daarnaast nog andere adviezen. Eén van deze adviezen is om het gebruikelijk loon dat de dga zelf mag vaststellen meer in lijn te brengen met dat van een vergelijkbare werknemer in box 1. Dit kan door het fictief loon van de dga niet maximaal 30% maar maximaal 10% te laten afwijken van wat een ‘vergelijkbare werknemer zonder aandelenbelangen’ verdient. Verder adviseert de commissie het tarief van box 2, na afdracht vennootschapsbelasting, te verlagen van 25 naar 22%. Leverancierskorting aan bv doorbetalen Als een dga bij de uitoefening van de werkzaamheden voor zijn bv kortingen ontvangt van deze leveranciers, moet hij deze kortingen in beginsel doorbetalen aan de bv. Als de dga in plaats daarvan de korting in eigen zak steekt en de bv daarmee akkoord gaat, is volgens Hof Amsterdam sprake van een verkapte dividenduitkering. Het bedrag aan kortingen is dan bij de dga belast als voordeel uit aanmerkelijk belang. Korte arbeidstijd kan toch redelijk loon meebrengen Ook als een dga maar een paar uur per week werkzaamheden verricht voor zijn onderneming, moet zijn bv hem daarvoor toch loon toekennen. Dit loon kan dan best lager zijn dan het minimum van € 43.000 dat de fiscus in beginsel hanteert. In een recente zaak voor het hof stelde een bv zelfs dat zij haar dga helemaal geen loon hoefde toe te kennen. Volgens de bv zou de dga per week namelijk maar één à twee uur besteden aan werkzaamheden voor zijn bv. De Belastingdienst stelde het fiscale loon van de dga op € 20.000 en de belastingrechter ging daarmee akkoord. Speciaal uitstelbeleid bij emigratie Als u van plan bent te emigreren bestaat een grote kans dat de inspecteur u een belastingaanslag zal opleggen om te voorkomen dat zijn fiscale claim op u verloren gaat. De Belastingdienst moet u uitstel verlenen bij deze zogeheten exitheffing. Op het moment van emigratie ontvangt u immers niet het bedrag waarover u moet afrekenen. De fiscus zal bij het verlenen van uitstel zekerheid stellen. Onlangs is speciaal beleid opgesteld voor de situatie

© 2013 Licent 29 augustus 2013

2

van emigratie. Daarbij is aangeven dat de hoogte van de zekerheid niet gelijk hoeft te zin aan de exitheffing. Echter de zekerheidstelling stijgt als het uitstel langer duurt, uw fiscale gedrag de fiscus zorgen baart of als het gaat om overgehevelde activa met een verhoogd risico. Vraag ons om nader advies bij het plannen van uw emigratie.

Vennootschapsbelasting Fiscale eenheid kan sneller ontstaan Een voorwaarde voor het aangaan van een fiscale eenheid tussen een moeder- en dochtermaatschappij is dat beide lichamen hetzelfde boekjaar hanteren. Volgens een besluit konden twee bestaande lichamen ook een fiscale eenheid vormen als de boekjaren feitelijk wel, maar statutair nog niet samenvielen. De dochtermaatschappij moest dan haar statuten wijzigen en eventueel daarvoor een verklaring van geen bezwaar aanvragen. De verklaring moest vóór het voegingstijdstip zijn aangevraagd en de statutenwijziging moest plaatsvinden binnen twee weken na de ontvangst van de verklaring. Inmiddels is de verplichting een verklaring van geen bezwaar aan te vragen komen te vervallen. Omdat de statutenwijzing hierdoor een stuk eenvoudiger is geworden, is de zojuist beschreven regeling ook komen te vervallen. Wetgever gaat compartimenteringslek repareren Als een holding een belang houdt in een lichaam dat eerst geen deelneming vormde en later wel, moet zij rekening houden met compartimentering. Compartimentering houdt in dat de deelnemingsvrijstelling alleen ziet op voordelen die zijn ontstaan in de periode waarin het belang een deelneming was. Uit een arrest van de Hoge Raad blijkt dat de fiscus geen compartimentering mag toepassen als een belang door een wetswijziging als een deelneming gaat kwalificeren. In dat geval spreekt men van regelcompartimentering. Houdstermaatschappijen mogen echter wel compartimentering toepassen als hen dat beter uitkomt. Wetsaanpassing De staatssecretaris van Financiën verwacht dat het arrest leidt tot een verlies van € 200 miljoen voor de schatkist. Om dit te voorkomen zal hij op korte termijn een wetsontwerp aan de ministerraad voorleggen. Nadat de Tweede en Eerste Kamer het voorstel hebben behandeld en goedgekeurd, zal de wet met terugwerkende kracht ingaan per 14 juni 2013. Commissie vennootschapsrecht afwachtend met flexibilisering van nv-recht De minister van Veiligheid en Justitie heeft van de Commissie vennootschapsrecht het advies gekregen om op korte termijn geen grote wijzigingen in het nv-recht aan te brengen. Volgens de commissie is het raadzaam eerst eens te kijken hoe de flexibilisering van het bv-recht uitpakt. De commissie heeft wel enkele verbeterpunten voor het nv-recht voorgesteld. Zo


3

bepleit de commissie de opheffing van het verplichte maatschappelijk kapitaal. Daarnaast stelt de commissie voor dat nv’s hun aandelenkapitaal ook in een andere geldeenheid dan de euro mogen laten luiden. Een ander punt betreft de vergaderingen van houders van bijzondere aandelen. De Commissie wil dat deze vergaderingen ook worden aangemerkt als bevoegde organen.

BTW Vanaf 1 januari 2014 moet ondernemer zelf letten op btw-aangifte Per 1 januari 2014 verdwijnt de zogeheten ‘Aangiftebrief omzetbelasting’. De Belastingdienst stuurt vanaf die datum deze brief niet langer naar u op. De acceptgiro bij de aangiftebrief verdwijnt ook. Dit zal al plaatsvinden in december 2013. U moet dus voortaan in beginsel zelf in de gaten houden dat u op tijd aangifte doet en betaalt. Op het beveiligde gedeelte van de internetsite van de Belastingdienst valt op te zoeken wanneer dat moment is aangebroken. Op dezelfde website is ook het betalingskenmerk te vinden. U kunt ook de zoekhulp betalingskenmerk gebruiken. De fiscus stuurt u begin januari 2014 een overzicht om de overgang makkelijker te maken. Dit overzicht bevat de aangiftetijdvakken, uiterste inleverbetaaldatums en betalingskenmerken. Tip! Als een u liever per e-mail een bericht ontvangt als herinnering dat u door ons uw btw-aangifte moet laten doen, kunt u naar het beveiligde gedeelte gaan van de Belastingdienst. Bij uw gebruikersinstellingen kunt u dan uw e-mailadres opgeven en aanvinken aan dat u een e-mailbericht wil ontvangen. Eerst levering afwachten of vooruitbetaling doen, dan pas btw aftrekken Hof Arnhem-Leeuwarden heeft duidelijk gemaakt dat ondernemers pas recht op btw-aftrek hebben als zij van hun leverancier of dienstverlener een factuur hebben ontvangen. Dit kan gebeuren als de leverancier of dienstverlener zijn prestatie heeft verricht of als de ondernemer een vooruitbetaling moet doen. Nu komt het vooral bij grote projecten voor dat beide partijen een overeenkomst sluiten waarin de verschuldigde vergoeding en de te betalen btw zijn opgenomen. U moet beseffen dat deze overeenkomst voor de btw-aftrek niet kwalificeert als een factuur.


4

Latere levering en betaling In de zaak voor het hof had een maatschap tussen twee echtgenoten eind 2008 een overeenkomst gesloten met een aannemer om een bedrijfspand te laten bouwen. De maatschap wilde dit bedrijfspand btw-belast exploiteren. De overeenkomst vermeldde zowel de aanneemsom als de omzetbelasting. De maatschap wilde de btw al in 2008 aftrekken. Het hof wees dit standpunt af omdat de levering van het bedrijfspand pas had plaatsgevonden in 2009. In dat jaar had de aannemer facturen verstuurd waarbij hij de maatschap btw in rekening had gebracht. Bovendien had de maatschap in 2008 evenmin een vooruitbetaling gedaan. De maatschap kon daarom pas in 2009 de btw aftrekken.

Loonheffingen en sociale verzekeringen Uniformering loonbegrip lijkt bescheiden positief effect te hebben De staatssecretaris van Financiën heeft de Evaluatie van de Wet uniformering loonbegrip gestuurd naar de Tweede Kamer. Uit de evaluatie blijkt dat de inkomenseffecten per saldo iets positiever zijn dan destijds gepresenteerd. Het effect van de uniformering van het loonbegrip op de loonkosten is in zijn totaliteit beperkt. Het aantal ondernemingen waarbij de loonkosten door de uniformering aanzienlijk stijgen of dalen is gering. Per sector kunnen de loonkosteneffecten echter duidelijk verschillen. Over het derde doel van de uniformering van het loonbegrip, namelijk vereenvoudiging, durft de staatssecretaris nog geen oordeel te geven. Hij wil in 2016 laten evalueren in welke mate de uniformering van het loonbegrip heeft geleid tot een vereenvoudiging en een administratieve lastenverlichting. Premiedifferentiatie in 2014 In 2013 en 2014 vinden enkele wetswijzigingen plaats om het aantal Ziektewetuitkeringen en arbeidsongeschiktheidsuitkeringen terug te dringen. De maatregelen van de overheid richten zich vooral op werknemers zonder vast dienstverband, de zogenaamde flexwerkers. Als gevolg van deze maatregelen kunnen werkgevers krijgen in 2014 te maken met een gedifferentieerde WGA-premie. Hoe deze differentiatie precies uitpakt, hangt af van de grootte van de werkgever en eventueel ook van de sector waartoe hij behoort. Gemiddelde gedifferentieerde premies Het UWV heeft onlangs de gemiddelde gedifferentieerde premies voor 2014 gepubliceerd. Voor vaste werknemers in de WGA geldt in 2014 een gemiddelde gedifferentieerde premie van 0,50%. Voor flexibele werknemers in de Ziektewet bedraagt de premie 0,34% en voor flexibele werknemers in de WGA is de premie 0,17%. Alleen werkgevers die publiek


5

verzekerd zijn bij het UWV en geen eigenrisicodrager zijn betalen de premies voor WGA-vast en Ziektewet. Let op! Voor wat betreft de premies voor flexwerkers in de Ziektewet en vaste medewerkers in de WGA blijft het mogelijk eigenrisicodrager te worden. In dat geval betaalt u geen premie voor het deel waarvoor u eigenrisicodrager bent geworden. Bent u een middelgrote of grote werknemer dan zult u wel een deel respectievelijk alle lasten van vaste werknemers in de WGA moeten meenemen.

Auto Nieuwe voorbeeldafspraak verbod privégebruik bestelauto De fiscus heeft in overleg met belangenorganisaties VNO-NCW en EVO een nieuwe voorbeeldafspraak gemaakt voor het verbod op privégebruik van een bestelauto die de werkgever ter beschikking stelt aan zijn werknemer. De Belastingdienst raadt werkgevers aan hun oude afspraak te vervangen door de nieuwe. De nieuwe voorbeeldafspraak is te downloaden op de website van de Belastingdienst. Als u de (oude of nieuwe) voorbeeldovereenkomst niet gebruikt of als u deze verandert, kan het gebeuren dat de schriftelijke vastlegging van uw verbod niet (meer) voldoet. Dit is te voorkomen door ons uw afspraak verbod op privégebruik bestelauto met een toelichting voor goedkeuring voor te leggen aan de Belastingdienst. Let op! Als u voor een bepaalde bestelauto de ‘Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto’ gebruikt, mag u voor deze bestelauto niet de nieuwe voorbeeldafspraak ‘Verbod privégebruik bestelauto’ toepassen. Zelfs tijdens detentie MRB schuldig Als uw auto in beslag is genomen kunt u niet meer over deze auto beschikken, maar u blijft nog wel kentekenhouder. Het gevolg is dat u belastingplichtig blijft voor de MRB tenzij u schorsing van het kenteken aanvraagt of door ons laat aanvragen. Dit blijkt uit de volgende zaak voor Rechtbank Gelderland. Een kentekenhouder zat op het moment van de beslaglegging van zijn auto vast in een penitentiaire inrichting. Hij stelde dat hij door zijn detentie het kenteken niet had kunnen schorsen. De rechtbank vond deze stelling echter niet aannemelijk, omdat de gedetineerde enkele maanden later wel het kenteken liet schorsen. Op dat moment verbleef hij in dezelfde inrichting. De rechter oordeelde dat de inspecteur de man terecht een naheffingsaanslag MRB inclusief verzuimboete had opgelegd.


6

Toekomstvoorzieningen Stamrecht valt pas vrij na werkelijke vereffening pensioen-bv Als u uw pensioen-bv laat ontbinden, zal de inspecteur stellen dat het stamrecht vrijvalt. Hij zal dan het stamrecht aanmerken als een liquidatie-uitkering die bij u is belast. Maar de Belastingdienst kan dit alleen doen als de vereffening echt is voltooid. Een verklaring van de Kamer van Koophandel (KvK) is volgens Hof Den Haag op zich onvoldoende. In de desbetreffende zaak was een directeur en enig aandeelhouder gerechtigd tot de toekomstige uitkeringen uit een stamrecht in een bv. Op 17 maart 2003 verklaarde de KvK de bv ontbonden. Op 23 december 2003 kreeg de dga van de KvK te horen dat zij had vermeld dat de vereffening was voltooid. De inspecteur stelde dat het stamrecht in 2003 was vrijgevallen en bij de dga was belast als liquidatie-uitkering. De dga stelde dat zijn bv eind 2003 nog baten had. De vereffening was daardoor nog niet voltooid en de bv bestond fiscaal gezien nog aan het einde van 2003. Er was dus nog geen sprake van een vrijval van het stamrecht. Het hof volgde het standpunt van de dga. Kwalificatie pensioenfonds vereist overname pensioenverplichting Als een lichaam voor minstens 90% het doel heeft om werknemers en ex-werknemers te verzorgen bij invaliditeit en ouderdom in het kader van een pensioenregeling, kan het onder voorwaarden zijn vrijgesteld van vennootschapsbelasting. Eventueel kunnen ook de partners van de werknemers en kinderen jonger dan dertig jaar zijn meeverzekerd. Volgens Rechtbank Den Haag moet het lichaam zelf verplichtingen hebben tegenover de deelnemers aan de pensioenregeling. Een bv die alleen maar de uitvoering van de pensioenregeling van een gelieerde stichting had overgenomen kwalificeerde daarom niet als pensioenlichaam. Deze bv was dan ook gewoon belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Oppositie tegen verlaging pensioenopbouw De oppositiepartijen hebben zich negatief uitgesproken over de kabinetsplannen om de pensioenopbouw te verlagen. Zij vinden dat het kabinet te veel naar de sociale partners luistert en te weinig naar de Kamer. Alleen de regeringsfracties VVD en PvdA steunen de maatregel die € 2,9 miljard moet opleveren voor de staatskas. Het kabinet heeft echter de steun van de oppositie nodig voor een meerderheid in de Eerste Kamer. In de plannen van het kabinet moet de jaarlijkse pensioenopbouw per 1 januari 2015 dalen van 2,25 naar 1,85%. Maar de werkgevers en werknemers willen een kleinere krimp naar 2%. Het pensioendebat is al eens uitgesteld, zodat het kabinet met de sociale partners kon overleggen. Dit overleg liep echter op niets uit. Hoewel de Kamer en de sociale partners zich voorlopig verzetten tegen de verlaging van de pensioenopbouw, is een verscherping van de fiscale grenzen waarschijnlijk. Dit zal een aanpassing van de pensioenbrief van uw werknemers noodzakelijk maken. Met de nieuwe regels per 1 januari 2014 is hier overigens toch al geen ontkomen meer aan. Neem daarom contact met ons op voor nader advies.


7

Familievermogensrecht Alleen opgelegde erfbelasting verrekenen Het is mogelijk dat u als gevolg van het overlijden van een erflater met buitenlandse bezittingen indirect buitenlandse erfbelasting draagt. In dat geval mag u de buitenlandse erfbelasting alleen verrekenen als de aanslag ook echt aan u is opgelegd. Dit blijkt uit een hofuitspraak, waarin een erflater bij zijn overlijden onder andere twee Spaanse appartementen naliet. De aanslag Spaanse erfbelasting stond op naam van de weduwe, maar een bv betaalde deze belastingen verrekende deze betaling via rekening-courant met alle erfgenamen. Ondanks het feit dat de Spaanse erfbelasting op hen drukte, hadden de overige erfgenamen geen recht had op een vermindering van het Nederlandse successierecht (de voorloper van de erfbelasting) met de Spaanse erfbelasting.

Eigen woning Hypotheek voor naar privé overgebrachte woning Als u een woning tot uw ondernemingsvermogen hebt gerekend maar deze woning na 31 december 2012 overbrengt naar uw privévermogen, kwalificeert de bijbehorende hypotheekschuld niet als eigenwoningschuld. Dit komt omdat de wet eist dat op 31 december 2012 sprake is van een eigen woning. Doordat de schuld geen eigenwoningschuld vormt, is de hypotheekrente niet aftrekbaar. U kunt dit probleem oplossen door de hypotheekschuld ook over te brengen naar uw privévermogen. Desnoods laat u de schuld aanpassen aan de huidige fiscale voorwaarden. De staatssecretaris van Financiën vindt dit wat ver gaan. Hij keurt daarom goed dat de schuld die u bent aangegaan om de woning te financieren kwalificeert als eigenwoningschuld. Het bedrag aan eigenwoningschuld is daarbij maximaal het bedrag van de schuld op 31 december 2012 dat is aan te merken als een bestaande eigenwoningschuld. Voorwaarde is dat de desbetreffende woning op 31 december 2012 u anders dan tijdelijk als hoofdverblijf ter beschikking staat. De goedkeuring geldt ook als u resultaat uit overige werkzaamheden behaalt. Nieuw overgangsrecht voor KEW, SEW en BEW Vanaf 1 januari 2013 is het niet mogelijk om een nieuwe kapitaalverzekering eigen woning (KEW), spaarrekening eigen woning (SEW) of beleggingsrecht eigen woning (BEW) af te sluiten. Bestaande KEW’s, SEW’s en BEW’s vallen in beginsel onder overgangsrecht. Maar de wet voorziet niet in overgangsrecht als u bijvoorbeeld na 2012 tijdelijk een woning huurt omdat u ‘tussen twee eigen woningen zit’. Ook bij terugkeer naar een voormalige eigen woning nadat deze eerst is verhuurd of na een periode van buitenlandse belastingplicht, geldt geen overgangsrecht voor de KEW, SEW of BEW.


8

Tijdelijke huur De staatssecretaris van Financiën vindt overgangsrecht in deze situaties echter wel wenselijk. Hij keurt daarom goed dat in de genoemde situaties onder voorwaarden de desbetreffende financiële producten worden voortgezet als KEW’s, SEW’s of BEW’s. Bij tijdelijke huur geldt bijvoorbeeld onder andere de voorwaarde dat u weer een eigen woning en eigenwoningschuld hebt. In alle gevallen geldt dat de financiële producten ook moeten voldoen aan de normale eisen voor het overgangsrecht. Daarnaast mag u het gegarandeerde kapitaal van de KEW, SEW of BEW niet verhogen. Verlengingen zijn evenmin toegestaan. Tip! Bent u vóór 2013 schriftelijk en onherroepelijk onderhouds- of verbeteringsverplichtingen aangegaan in verband met uw eigen woning, maar vond de uitvoering pas plaats in 2013? En is in datzelfde jaar een eigenwoningschuld ontstaan? In dat geval kan een nieuw financieel product onder voorwaarden kwalificeren als een KEW, BEW of SEW, mits u dit product bent aangegaan in verband met het onderhoud of de verbetering. In deze situatie kan een verhoging of verlenging van de KEW, SEW of BEW zijn toegestaan.

Administratieve verplichtingen Noem fiscus als gedaagde partij in kort geding Als u te lang moet wachten op een beslissing van de Belastingdienst, kunt u in beroep gaan bij de rechter. In beginsel moet u dan eerst de inspecteur in gebreke hebben gesteld. Als de beslissing betrekking heeft op de ontvangst van een teruggaaf, kunt u ook proberen een kort geding aan te spannen voor de voorzieningenrechter. U kunt dan wellicht een voorschot krijgen. Bij een kort geding kan het een goed idee zijn om ook het ministerie van Financiën en de inspecteur van de Belastingdienst te melden als gedaagde partijen. Uit recente rechtspraak blijkt dat u dan de inspecteur niet meer in gebreke hoeft te stellen als u later toch in beroep gaat. Deze publicatie bevat informatie in samengevatte vorm en is daarom enkel bedoeld als algemeen leidraad. Ze is niet bedoeld om te dienen als een substituut voor gedetailleerd onderzoek of voor het aanwenden van een professioneel oordeel. 3RRR Belastingadviseurs BV kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het verlies van iemand die handelde of afzag te handelen ten gevolge van enige informatie in deze publicatie. Bij elke specifieke aangelegenheid, dient steeds een adviseur geraadpleegd worden.


9

Cliëntennieuwsbrief TAXContent september 2013

Recommend Documents