Cijfervergelijking examencijfers
Afdeling Onderwijsvergelijking Versie: 2.0 Datum: Februari 2014
Inhoud Inleiding ....................................................................................................................................................................4 België (Vlaanderen) ..................................................................................................................................................7 Bulgarije....................................................................................................................................................................8 Cyprus ......................................................................................................................................................................9 Denemarken ........................................................................................................................................................... 10 Duitsland................................................................................................................................................................. 11 Europees Baccalaureat .......................................................................................................................................... 12 Estland ................................................................................................................................................................... 13 Finland .................................................................................................................................................................... 14 Frankrijk .................................................................................................................................................................. 15 Griekenland ........................................................................................................................................................... 16 Hongarije ................................................................................................................................................................ 17 Ierland .................................................................................................................................................................... 18 IJsland .................................................................................................................................................................... 19 International Baccalaureate .................................................................................................................................... 20 Italië
.................................................................................................................................................................... 21
Kroatië .................................................................................................................................................................... 22 Letland .................................................................................................................................................................... 23 Liechtenstein .......................................................................................................................................................... 24 Litouwen ................................................................................................................................................................. 25 2
Luxemburg.............................................................................................................................................................. 26 Malta .................................................................................................................................................................... 27 Noorwegen ............................................................................................................................................................. 28 Oostenrijk ............................................................................................................................................................... 29 Polen .................................................................................................................................................................... 30 Portugal .................................................................................................................................................................. 31 Roemenië ............................................................................................................................................................... 32 Slovenië .................................................................................................................................................................. 33 Slowakije ................................................................................................................................................................ 34 Spanje .................................................................................................................................................................... 35 Tsjechië .................................................................................................................................................................. 36 Verenigd Koninkrijk ................................................................................................................................................. 37 Zweden ................................................................................................................................................................... 38 Zwitserland ............................................................................................................................................................. 39
3
Inleiding Cijfersystemen tussen landen kunnen sterk verschillen. Zelfs wanneer eenzelfde cijferschaal wordt gebruikt, kan de achterliggende cijfercultuur totaal anders zijn. Om dit beter in kaart te brengen heeft de Nuffic een onderzoek uitgevoerd naar de vergelijkbaarheid van middelbare schoolcijfers in Europa. In eerste instantie was dit onderzoek bedoeld om te komen tot een lijst aan de hand waarvan buitenlandse middelbareschooldiploma’s kunnen worden geïdentificeerd waarvan het eindcijfer overeenkomt met het Nederlandse gemiddelde van 8 of hoger. Wanneer dit het geval is komt men in aanmerking voor vrijstelling van de loting door de Dienst Uitvoering Onderwijs. De verdere verwerking van de toen verkregen statistische gegevens heeft geresulteerd in dit overzicht. De huidige (tweede) versie is aangevuld met de volgende landen: Ierland, Italië, Kroatië, Liechtenstein, Litouwen, Malta, Oostenrijk, Slovenië, Slowakije, Tsjechië, Zweden en het Europees Baccalaureaat.
Tijdens dit onderzoek is gestreefd naar het gebruiken van statistische informatie over de cijferverdeling op nationaal niveau in het buitenland. Deze informatie is echter niet altijd beschikbaar. In voorkomende gevallen heeft de Nuffic op basis van (beperktere) gegevens uit de eigen databases geprobeerd om statistisch onderbouwde vergelijkingen van buitenlandse cijfers met Nederlandse cijfers te maken. Hoewel deze gegevens mogelijkerwijs niet altijd een representatieve steekproef vormen van de werkelijke cijferverdeling op nationaal niveau in het betreffende land, komt de cijfercultuur hier in grote lijnen wel uit naar voren. Het is desalniettemin het streven om de tot op heden verzamelde gegevens uit te breiden, om de betrouwbaarheid te vergroten. Wanneer de gegevens zijn verkregen middels een steekproef, dan is dit in het onderstaande overzicht aangegeven met een *. In een enkel geval is de cijfercultuur van een heel land (België) afgeleid uit die van een deel van het land (Vlaanderen).
Methodiek De buitenlandse examensystemen kunnen grofweg in twee categorieën worden verdeeld; er wordt in een samenhangend vakkenpakket examen gedaan hetgeen een gemiddeld eindexamencijfer oplevert, of een land kent een systeem waarbij voor de verschillende examenvakken alleen losse cijfers worden behaald. In onze methodiek hebben we voor beide systemen de Nederlandse statistische gegevens op nationaal niveau verzameld. Er is dus vastgesteld welk percentage van de leerlingen welk gemiddelde heeft behaald voor het vwo-examen, en welk percentage een bepaald eindexamencijfer in een ‘los’ vak heeft behaald. Vervolgens is gekeken welke cijfers in het buitenland met deze percentages corresponderen. Indien voorhanden werd de voorkeur gegeven aan een vergelijking van de percentages van het losse cijfer, zelfs wanneer ook een gemiddeld cijfer werd toegekend. Om de schijn van een al te grote nauwkeurigheid te vermijden, is er voor gekozen om de Nederlandse cijferverdeling op te delen in blokken die de hele cijfers vertegenwoordigen. Het bereik van 9,5 – 10 staat dan voor het cijfer 10, het bereik van 8,5 – 9,4 voor het cijfer 9, en zo verder. In de vergelijkingen worden alleen de voldoende cijfers uit de cijferschalen meegenomen. De gebruikte methodiek is gebaseerd op dezelfde principes die in de ECTS grading table worden toegepast (zie ECTS users’ guide 2009, p.40).
Per land worden een vergelijking in grafieken, een grading table en een informatieblok gegeven. In het informatieblok staat per land het volgende beschreven: 4
-
Diplomanaam van het buitenlands diploma dat vergelijkbaar is met het vwo-diploma.
-
Beoordelingssysteem: met welk cijfersysteem wordt er gewerkt en wat geldt als voldoende.
-
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: betreft het een gemiddelde van alle examencijfers (vakkenpakket) of losse cijfers.
-
Een grading table waarmee een vergelijking tussen twee cijfersystemen kan worden gemaakt.
Met een * is aangegeven dat de gegevens zijn verkregen op basis van een steekproef. Dit is eveneens in het informatieblok vermeld.
Gebruik grafiek In het overzicht is per land een grafiek gegeven. Afhankelijk van de aard van de statistische gegevens, betreft dit een grafiek van het gemiddelde of van de losse cijfers. Naast deze grafiek is de relevante Nederlandse grafiek geplaatst, zodat er een lineaire vergelijking kan worden gemaakt. Zo kan, bij benadering, een goede indicatie van de waarde van een bepaald buitenlands cijfer in Nederlandse termen worden bepaald. Het is doorgaans niet nodig de vergelijking nauwkeuriger te maken. Wanneer dit toch gewenst is kan dit eventueel middels een grading table.
Gebruik grading tables Wanneer de grading tables van twee landen bekend zijn kunnen overeenkomende percentages met elkaar worden vergeleken. Een grading table wordt van bovenaf gebruikt. Wanneer men wil weten met welk Nederlands equivalent het buitenlands cijfer overeenkomt, worden van bovenaf de percentages van de verschillende cijfercategorieën binnen
5
land X bij elkaar opgeteld, net zolang totdat men in de categorie van het te vergelijken cijfer uitkomt. Vervolgens wordt hetzelfde gedaan voor het Nederlandse cijfer. Hierbij wordt gekeken wanneer het percentage corresponderend met het te vergelijken cijfer uit land X wordt benaderd.
Bijvoorbeeld; In Roemenië heeft betrokkene een 8,66 behaald.
Om te bepalen met welk cijfer de Roemeense 8,66 ongeveer correspondeert in Nederlandse termen, ronden we dit eerst af tot een 9. Dan tellen we de Roemeense percentages voor de cijfers 10 en 9 bij elkaar op: 9.2% + 35% = 44,2%. Voor het Nederlandse equivalent zoeken we, van bovenaf, het percentage dat de Roemeense 44.2% benadert. Als we de percentages van de Nederlandse cijfers 10, 9 en 8 optellen komen we tot 10,2%, hetgeen nog veel te laag is. Tellen we het cijfer 7 mee, dan komen we op 50,8 %, wat veel dichter in de buurt van de 44,2% ligt. Een Roemeense 8,66 komt dus ongeveer overeen met het cijfer 7 in Nederland. Reikwijdte van het onderzoek De Nuffic wil nogmaals de kanttekening plaatsen dat een volledig onderbouwde vergelijking van cijfers in sommige gevallen niet kan worden gegeven, en dat sommige vergelijkingen tot op zekere hoogte arbitrair zijn. Aan de andere kant zijn de verschillen in cijfercultuur tussen landen soms zo groot dat onze methodiek in ieder geval geschikt lijkt om te kunnen corrigeren voor de grootste discrepanties tussen de statistische verdeling van cijfers binnen de gebruikte cijferschalen, eventueel ook voor cijfers die niet afkomstig zijn uit de nationale eindexamens. In dit opzicht is Nederland (samen met België) een land dat zich aan de extreme kant van het spectrum bevindt, met veruit de laagste percentages hoge cijfers van Europa.
6
België (Vlaanderen)
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Diploma van Secundair Onderwijs (studierichting Algemeen Secundair Onderwijs). Beoordelingssysteem: Het hier getoonde systeem van 1 op 100 komt het meest voor. De cijfers kunnen tevens in een schaal van 1 op 10, 1 op 20 of in percentages worden gegeven. Het is aan de school hier een keuze in te maken.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Vanwege het ontbreken van centraal verzamelde gegevens is er gekozen voor een steekproef van de losse cijfers.
7
Bulgarije
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Diploma za Sredno Obrazovanie
Beoordelingssysteem: Cijfersysteem van 2 tot 6, waarbij 3 geldt als de laagste voldoende en 6 als het hoogst haalbare cijfer.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddeld cijfer op de eindlijst, vermeld op het diploma.
8
Cyprus
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Apolytirio
Beoordelingssysteem: Cijfersysteem van 1 tot 20, waarbij 10 geldt als de laagste voldoende en 20 als het hoogst haalbare cijfer. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddeld cijfer op de eindlijst, vermeld op de cijferlijst.
9
Denemarken
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Bevis for Højere Forberedelseseksamen(HF) / (STX)Studentereksamen in één van de vier academische programma’s. Beoordelingssysteem: Cijfers van 2 tot 12, waarbij 2 geldt als laagste voldoende en 12 als het hoogst haalbare cijfer. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddeld cijfer op de eindlijst, vermeld op de cijferlijst.
10
Duitsland
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Zeugnis der allgemeinen Hochschulreife
Beoordelingssysteem: Cijfers van 6 tot 1, waarbij 4 geldt als de laagste voldoende en 1 als het hoogst haalbare cijfer.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddeld cijfer op de eindlijst, vermeld achter durchschnittnote op de cijferlijst.
11
Europees Baccalaureat
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Diploma van het Europees Baccalaureat/ European Baccalaureate Certificate/ Diplôme du Baccalaureat Européen/ Europäisches Abiturzeugnis
Beoordelingssysteem: Gemiddelde in procenten, waarbij 60 als de laagste voldoende geldt en 100 als hoogst haalbare gemiddelde. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst. Het gemiddelde staat vermeld op de cijferlijst.
12
Estland
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Gümnaasiumi lõputunnistus
Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 100, waarbij 20 als de laagste voldoende geldt en 100 als hoogst haalbare cijfer.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst van ten minste 5 examens (schoolexamens en/of staatsexamens). Het gemiddelde staat niet expliciet vermeld, een gemiddelde over 5 vakken dient zelf uitgerekend te worden.
13
Finland
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Ylioppilastutkinto Beoordelingssysteem: Cijfers van 0 tot 7, waarbij 2 geldt als de laagste voldoende en 7 als het hoogst haalbare cijfer. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers. De betekenis van de cijfers staat vermeld op de cijferlijst, het corresponderende cijfer is als volgt: Betekenis Laudatur (L) Eximia Cum Laude Approbatur (E) Magna Cum Laude Approbatur (M) Cum Laude Approbatur (C) Lubenter Approbatur (B) Approbatur (A)
Cijfer 7 6 5 4 3 2
14
Frankrijk
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Diplôme du Baccalauréat Général Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 20, waarbij 10 geldt als de laagste voldoende en 20 als het hoogst haalbare cijfer. Op het diploma en de cijferlijst staat de vermelding (mention) vermeld. Betekenis
In cijfers
Mention très bien
zeer goed
16 of >
Mention bien
goed
≥ 14 - < 16
Mention assez bien
tamelijk goed
≥ 12 - < 14
Sans mention
voldoende
< 12
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddeld cijfer op de eindlijst, vermeld als mention op het diploma. 15
Griekenland
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Apolytirio Vanaf 2011 is het Bebaiosi Prosbasis (Access Certificate) niet meer verplicht voor toelating tot het hoger onderwijs in Griekenland.
Beoordelingssysteem: Cijfers van 0 tot 20, waarbij 20 het hoogst haalbare cijfer is en de laagste voldoende een 10. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst, zoals gegeven op het Apolytirio.
16
Hongarije
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Gimnáziumi Érettségi Bizonyítvány Beoordelingssysteem: Cijfers van 0 tot 100, waarbij 20 geldt als de laagste voldoende en 100 als het hoogst haalbare cijfer. Dit beoordelingssysteem geldt zowel voor Ordinary Level als Advanced Level. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers op Ordinary Level (középszintű) of Advanced Level (emelt szintű). Er dient in 5 vakken examen te worden gedaan, 4 hiervan liggen vast (Hongaarse taal en literatuur, wiskunde, geschiedenis en een tweede moderne vreemde taal). Afhankelijk van de toelatingseisen voor de vervolgstudie wordt een vak op Ordinary Level (középszintű) of Advanced Level (emelt szintű) gevolgd. 17
Ierland
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Leaving Certificate met ten minste 6 vakken, waarvan 2 op Higher Level.
Beoordelingssysteem: Letter- en cijfercombinatie (A1 –A2 – B1- B2- B3- C1- C2- C3 – D1 – D2- D3 – E- F- NG) waarbij A/B/C vergelijkbaar is met het vwo-niveau. De D geldt als laagste voldoende op Ordinary Level, voor het Higher Level is dit de C. Het hoogst haalbare cijfer is A1.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers. Er dient in 6 vakken examen te worden gedaan.
18
IJsland
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Stúdentspróf
Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 10, waarbij 5 geldt als de laagste voldoende en 10 als het hoogst haalbare cijfer.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers. Er wordt in gemiddeld 13 vakken examen gedaan, het aantal vakken kan variëren van 10 tot 16 vakken.
19
International Baccalaureate
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
IB Diploma
Beoordelingssysteem: Cijfers van 0 tot 7, waarbij 2 als de laagste voldoende geldt en 7 als het hoogst haalbare cijfer. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers. Het IB Diploma kan met een maximum aantal punten van 45 punten behaald worden. Hierbij zijn ook maximaal 3 punten opgeteld die worden toegekend voor de IB kernvakken (Extended Essay, Theory of Knowledge en Creativity, Action, Service). Het is echter interessanter om te zien hoe de losse cijfers zich verhouden. 20
Italië
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Diploma di Superamento dell’Esame di Stato conclusivo dei Corsi di Istruzione Secondaria Superiore (van het onderwijstype liceo)
Beoordelingssysteem: Cijfers van 0 tot 100, waarbij 60 als de laagste voldoende geldt en 100 met lof (lode) als het hoogst haalbare cijfer.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst. Het cijfer staat op de eindlijst vermeld.
21
Kroatië
Diploma: Svjedodžba o državnoj maturi
Grading table (gebruik zie p. 5):
Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 5 waarbij 2 geldt als de laagste voldoende en 5 als het hoogst haalbare cijfer:
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers. Er wordt in 3 verplichte vakken examen gedaan: Kroatische taal, wiskunde en een moderne vreemde taal. Daarnaast is er keuze uit 0 tot 6 keuzevakken. 22
Letland
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Atestats par visparejo videjo izglitibu
Beoordelingssysteem: De centrale examens kennen een beoordelingssysteem van A t/m F, waarbij A de hoogst haalbare beoordeling is en F de laagste.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers.
23
Liechtenstein
Diploma:
Grading table (gebruik zie p. 5):
Matura
Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 6 waarbij 4 geldt als de laagste voldoende voor het gemiddelde en 6 als het hoogst haalbare cijfer. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst, vermoedelijk vermeld op de eindlijst.
24
Litouwen
Diploma:
Grading Table (gebruik zie p.5):
Brandos Atestatas
Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 10 waarbij 4 geldt als de laagste voldoende en 10 als het hoogst haalbare cijfer. De centrale examens kennen een beoordelingssysteem van 1 - 100, waarbij 100 de hoogst haalbare beoordeling. Deze wordt toegekend aan de top 1% van een bepaald jaar. In deze schaal is 50 de laagste voldoende.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst, welke berekend wordt aan de hand van de afgelegde staatsexamens. 25
Luxemburg
Diploma:
Grading Table (gebruik zie p.5):
Certificat de Fin d'Etudes secondaires Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 60, waarbij 30 als de laagste voldoende geldt en 60 als het hoogst haalbare cijfer. Mention
Moyenne générale pondérée
Excellent
52-60
Très bien
48-51
Bien
40-47
Assez bien
36-39
-geen-
30-35
punten
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst, vermeld op de cijferlijst.
26
Malta
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Matriculation Certificate
Beoordelingssysteem: Cijfers van 0 tot 100, waarbij 44 de laagste voldoende is en 100 als hoogste cijfer telt. Het gemiddelde wordt gegeven in letters. Omdat dit niet specifiek genoeg is, baseren wij ons op de cijfers. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst.
27
Noorwegen
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Vitnemal for Videregaende Skole
Beoordelingssysteem: Cijfers van 2 tot 6, waarbij 2 geldt als laagste voldoende en 6 als hoogst haalbare cijfer.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst. Het gemiddelde dient uitgerekend te worden.
28
Oostenrijk
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Reifeprüfungszeugnis Beoordelingssysteem: De cijfers 1 t/m 5, waarbij 1 het hoogst te behalen cijfer is, worden uitgedrukt in de beoordelingen: sehr gut (1), gut (2), befriedigend (3), genügend (4) en nicht genügnend (5). Een Reifeprüfungszeugnis kan worden behaald met, van hoog naar laag, de kwalificaties Ausgezeichneter Erfolg, Guter Erfolg en Bestanden. De Reifeprüfungszeugnis omvat ten minste 4 vakken. Om Ausgezeichneter Erfolg te behalen dient er vaker een sehr gut (1) dan een gut (2) te worden behaald en moet elke befriedigend (3) worden gecompenseerd met een sehr gut (1). Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst. 29
Polen
Diploma:
Grading Table (gebruik zie p.5):
Matura
Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 100%, waarbij 30% geldt als laagste voldoende en 100% het hoogst haalbare cijfer is.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers welke zijn uitgedrukt in scoringsklassen. Deze stanine scores worden gegeven in procenten.
30
Portugal
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Diploma do Ensino Secundario
Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 20, waarbij 10 geldt als laagste voldoende en 20 als hoogst haalbare cijfer. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers, gegeven in hele getallen.
31
Roemenië
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Diploma de Bacalaureat
Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 10, waarbij 6 geldt als laagste voldoende en 10 als het hoogst haalbare cijfer. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst, vermeld op de cijferlijst.
32
Slovenië
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Matura
Beoordelingssysteem: Cijfers (in 5 vakken) van 1 tot 8 voor Higher Level (in max. 3 vakken), cijfer van 1 – 5 voor Basic Level. De 2 geldt als laagste voldoende en respectievelijk de 8 en de 5 als hoogste cijfer. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde (de som van alle vakken) op de eindlijst. Het gemiddelde staat op de cijferlijst. 33
Slowakije
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Vysvedcenie o maturitnej skúške
Beoordelingssysteem: Het examen bevat een extern en intern gedeelte. Voor wat betreft het externe gedeelte dient een minimale score van 33% te zijn behaald. Het hoogst te behalen cijfer is 100%.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers op basis van de gegevens van vier extern geëxamineerde vakken. De becijfering van het interne examen is niet meegenomen in de berekening. 34
Spanje
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Diploma de Bachiller
Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 10, waarbij 5 de laagste voldoende is en 10 als hoogste cijfer telt.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst, vermeld op de cijferlijst (note de expedient).
35
Tsjechië
Diploma: Vysvědčení o maturitní zkoušce
Grading table (gebruik zie p.5):
Beoordelingssysteem: In cijfers 1 2 3 4 5
Omschrijving Výborný Chvalitebný Dobrý Dostatečný Nedostatecný
Betekenis Uitstekend Loffelijk Goed Voldoende Onvoldoende
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers van vier of vijf examens (waaronder Tsjechisch en een moderne vreemde taal als verplichte vakken). Aan elke beschrijving kennen we een cijfer toe volgens onderstaand schema: Omschrijving Výborným Chvalitebným Dobrým Dostatečným Nedostatecný
Betekenis Uitstekend Loffelijk Goed Voldoende Onvoldoende
Cijfer 4 3 2 1 0
36
Verenigd Koninkrijk
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
General Certificate of Education – Advanced Level
Beoordelingssysteem: Cijfers van A* tot en met U, waarbij E de laagste voldoende is en A* als hoogste cijfer telt. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers.
37
Zweden
Diploma: Slutbetyg från Gymnasieskolan
Grading table (gebruik zie p. 5)
Beoordelingssysteem:
Het gemiddelde (Genomsnittligt betygspoäng) wordt gegeven in cijfers van 1 tot 20. Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Gemiddelde op de eindlijst. Het gemiddelde dient uitgerekend te worden Voor elk vak wordt een betyg (waardering) gegeven. Deze waardering correspondeert met een score:
Het betyg wordt vermenigvuldigd met de bijbehorende score. Het totaal wordt vervolgens gedeeld door het totaal aantal punten (te vinden onder elevensstudieplan).
38
Zwitserland
Diploma:
Grading table (gebruik zie p.5):
Maturity Certificate/Maturitätszeugnis/Maturiätsausweis/ Certificat de Maturité
Beoordelingssysteem: Cijfers van 1 tot 6, waarbij 4 de laagste voldoende is en 6 als hoogste cijfer telt. De cijfers worden gegeven in halve cijfers.
Gemiddelde op de eindlijst/Losse cijfers: Losse cijfers. Er wordt in 7 vakken examen gedaan, daarnaast tellen de cijfers voor de afstudeerscriptie, het vak Sport, het Schwerpunktfach en het Ergänzungsfach mee. Het exact aantal vakken kan verschillen per eindlijst.
39