Cijfers huiselijk geweld en kindermishandeling ● In Nederland heeft 40% van de bevolking ooit te maken gehad met huiselijk geweld ● Jaarlijks 200.000 mensen in Nederland slachtoffer van huiselijk geweld ● In 58% van de gevallen van huiselijk geweld is er sprake van een gezinsverband, waarbij vooral jonge kinderen getuige zijn van geweld ● Ruim 100.000 kinderen per jaar worden in Nederland mishandeld
Zij vertonen aanmerkelijk vaker gedragsproblemen dan andere leerlingen
Scholen zijn bij uitstek plaatsen waar (een vermoeden van) huiselijke geweld en kindermishandeling gesignaleerd kan worden
Stelling 1 De LO docent heeft gezien dat Samir (14) vaak onder de blauwe plekken zit. Meestal gaat hij pas omkleden als iedereen al klaar is. Hij gedraagt zich daarbij heel schichtig.
a. Wat zou een mogelijk signaal kunnen zijn van dit gedrag? b. Hoe ga je hiermee om als docent/mentor?
Stelling 2 Loes vertelt aan haar mentor dat haar vriendin Mieke (15) seksueel misbruikt wordt door haar stiefvader. Mieke heeft dit in vertrouwen aan Loes verteld.
Wat ga je doen als mentor met dit verhaal?
Wat verstaat men onder
Kindermishandeling kan bestaan uit: ● ● ● ● ●
Lichamelijke mishandeling Lichamelijke verwaarlozing Psychische of emotionele mishandeling Psychische of emotionele verwaarlozing Seksueel misbruik
Huiselijk geweld Wordt gepleegd in huiselijke kring Er is meestal sprake van machtsverschil Het gaat hierbij om: ● Lichamelijke ● Psychische ● Seksuele vormen van geweld
Persoonlijke overwegingen om wel of niet in actie te komen
Opdracht
In praktijk blijkt dat het omgaan met deze signalen onzekerheid te weeg brengt De meldcode helpt ons hierbij ● Sinds 1 juli 2013 zijn scholen verplicht de meldcode te gebruiken
Doel van een meldcode: ● Beroepskrachten te ondersteunen bij het omgaan met signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling
Dit is geregeld in: ● Wet Verplichte Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling
Wat is de meldcode? 5 stappenplan hoe te handelen bij signalen 1. Vermoeden 5. Beslissing
2. Overleg
4. Inschatting
3. Nader onderzoek
Stap 1. VERMOEDEN
In kaart brengen van de signalen huiselijk geweld / kindermishandeling (Zie signalenlijst)
Stap 2. OVERLEG De signalen overleggen met collega: ● Leerlingbegeleider ● Schoolmaatschappelijk werk Mariëlle is de aandachtsfunctionaris meldcode van onze school
Zij raadpleegt, indien nodig, het AMK (kinderen tot 18 jaar) (Advies Meldpunt Kindermishandeling)
Stap 3.
NADER ONDERZOEK
Gesprek met de leerling om de signalen te bespreken (mentor en leerlingbegeleider / SMW)
BELOOF GEEN GEHEIMHOUDING ● ● ● ● ●
Doel gesprek uitleggen Signalen bespreken Laat leerling hierop reageren Gesprek met ouder(s) mits veiligheid gewaarborgd Bespreken resultaten met zorgteam (ZAT)
Stap 4. INSCHATTING Wegen van aard en ernst van het huiselijk geweld of kindermishandeling Bij twijfel altijd opnieuw raadplegen AMK Opmerking: ● Vermoeden niet terecht of is (nog) niet bevestigd blijf observeren ● Bespreek met leerling elk volgende stap ook bv. Melding AMK
Stap 5. BESLISSING Beslissen: Hulp organiseren of melden Bij melding AMK volgt gesprek met ouders en beroepskrachten (huisarts, school e.d. die met het kind te maken hebben)
Op basis van resultaten besluit AMK wat er moet gebeuren: ● Vrijwillige hulp inzetten ● Melding bij Raad v. Kinderbescherming c.q. politie Politie betekent: Aangifte / tijdelijk huisverbod
SHG of het AMK? ● Steunpunt Huiselijk Geweld: voor advies over en melden van alle vormen van huiselijk geweld ● Advies- en Meldpunt Kindermishandeling: voor advies over en melden van kindermishandeling
● U kunt bij het AMK en SHG ook terecht voor adviezen op basis van anonieme gegevens, ook als u niet zeker weet of er daadwerkelijk sprake is van signalen van huiselijk geweld en/of kindermishandeling ● Bij twijfel bij het wegen van het geweld over de aard, ernst, het risico of de vervolgstappen is het verplicht het AMK of SHG te raadplegen
Terugkoppeling SHG en AMK
● SHG en AMK koppelen terug na besluitvorming over de melding ● De mate van informeren is afhankelijk van de melder ● Uw rol hoeft niet op te houden na melding
Ans Trienes, Schoolmaatschappelijk werk Mariëlle Cuppen, Leerlingbegeleiding & vertrouwenspersoon
