Bondsraadsreglement 2013
Inhoudsopgave Voorstel nieuw Bondsraadsreglement
2
Hoofdstuk 1 Algemene bepaling
3
Hoofdstuk 2 Bondsraadscommissie
4
Hoofdstuk 3 Vergaderingen Bondsraad
11
Hoofdstuk 4 Verkiezingen Bondsraad
18
Hoofdstuk 5 Andere bijeenkomsten
19
Hoofdstuk 6 Kostenvergoedingen
20
Bijlage Gedragscode vertrouwenspersoon
23
Bijlage Selectiecriteria verkiezingen nieuwe Bondsraadsleden
25
Bijlage ‘Lief en leed’ leden Bondsraad Consumentenbond
27
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2013
1
Voorstel nieuw Bondsraadsreglement1 Vast te stellen versie Dit nieuwe Bondsraadsreglement is het gevolg van de statutenwijziging waarmee de Bondsraad (BR) op 17 januari 2012 heeft ingestemd2; in dit reglement zijn opgenomen (in gewijzigde vorm) het ‘Reglement Commissies ingesteld door de Bondsraad’, het ‘Vergaderreglement Bondsraad’ en het ‘Reglement Kostenvergoedingen’ (de bepalingen daaruit met betrekking tot de Raad van Toezicht waren al eerder verplaatst naar het door de Bondsraad vastgestelde Reglement Werkzaamheden RvT). Nieuw zijn de bepalingen in hoofdstuk 4 over de Bondsraadsverkiezingen. De volgende afkorting wordt gebruikt: de Bond voor Consumentenbond. Naar aanleiding van het structureel toekennen van vacatiegeld aan de Monitorcommissie (MC), de lief-en-leedcoördinator en de vertrouwenspersoon is art. 50 aangepast.
1 In deze versie is in alle gevallen een tussen-s toegevoegd: Bondsraadslid, Bondsraadsreglement, et cetera. Het gaat immers om een lid van de Bondsraad en het reglement van de Bondsraad. 2 Conform beslissing 3.14 van de besluitenlijst BR 11/41 heeft de Bondsraad op 5 november 2011 de opdracht gegeven ‘de statuten en de reglementen conform deze beslissingen (aangaande de ‘heroriëntatie’) bij te werken’. De interne BR-organisatie wordt overgeheveld van de statuten naar de reglementen. Dat betekent dat de BR-besluiten over de heroriëntatie waar nodig hun plaats vinden in de reglementen voor zover zij al niet in de statuten vermeld staan.
2
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
Hoofdstuk 1 Algemene bepaling Artikel 1. Algemeen Dit Bondsraadsreglement is opgesteld op grond van artikel 37 van de statuten van de Consumentenbond (verder te noemen: de Bond), vastgesteld door de Bondsraad op 17 januari en 21 april 2012 en in werking getreden op 20 april 20133. De Bondsraad bestaat uit ten hoogste 75 leden. De norm voor het aantal leden van de Bondsraad is: 1 Bondsraadslid per 6500 leden van de Bond4. De omvang van de Bondsraad wordt iedere twee jaar geëvalueerd. Indien de omvang van de Bondsraad bij de evaluatie onder de norm is gedaald, of te voorzien is dat dit binnen drie maanden na evaluatie zal gebeuren (bijvoorbeeld omdat leden aangeven zich niet herkiesbaar te stellen), worden verkiezingen gehouden. Indien bij het ingaan van dit reglement de Bondsraad meer dan 75 leden telt, is er een overgangsregeling van kracht5. Deze regeling houdt in dat er geen nieuwe Bondsraadsleden toetreden totdat het aantal Bondsraadsleden onder het maximum is gedaald. De zittende leden worden wel herkozen binnen de regels die gelden voor herverkiezing (indien zij dat wensen).
3 Datum invoeren na verlijden tweede ronde statutenwijziging die vastgesteld wordt op 3 november. De eerste ronde statutenwijziging is verleden 31 augustus 2012. 4 BR 11/41 verslag november; besluit heroriëntatie o.b.v. BR 11/27. 5 BR 11/41 besluitenlijst punt 3 en 4.
Algeme n e be pa li n g
3
Hoofdstuk 2 Bondsraadscommissie Artikel 2. Instelling Door de Bondsraad is, op grond van artikel 5 sub d van de statuten, op 17 januari 2012 de Bondsraadscommissie (BC) ingesteld. Artikel 3. Samenstelling De Bondsraadscommissie bestaat uit zeven Bondsraadsleden, te weten: - de voorzitter, tevens voorzitter van de Bondsraad, - de voorzitter en de secretaris van de regio Noord-Oost, - de voorzitter en de secretaris van de regio Centrum Zuid, - de voorzitter en de secretaris van de regio West. De voorzitter van de Bondsraadscommissie wordt direct in functie gekozen door de Bondsraad. De Bondsraadscommissie kiest uit haar midden een secretaris (tevens waarnemend voorzitter) en een budgetbewaker (tevens waarnemend secretaris). De secretaris en de budgetbewaker vervullen hun functie voor de Bondsraadscommissie en de Bondsraad. De Bondsraadscommissie wordt ondersteund door een – door de Directie aan te wijzen – medewerker van het bureau van de Bond (Verenigingszaken). De aard en hoeveelheid van deze ondersteuning worden in overleg met Verenigingszaken vastgesteld en opgenomen in de begroting. Naast de leden van de Bondsraadscommissie zijn er drie waarnemende leden, per regio één. Een waarnemend lid neemt de plaats in van een regulier lid van de Bondsraadscommissie dat zich voor een vergadering afmeldt en acteert dan als lid van de Bondsraadscommissie. De waarnemende leden ontvangen alle voor de Bondsraadscommissie bestemde stukken.
4
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
Artikel 4. Statutaire taken en bevoegdheden De Bondsraadscommissie heeft de volgende taken en bevoegdheden: - het voorbereiden en organiseren van de Bondsraadsverkiezingen (artikel 12 lid 1 statuten); - het bijeenroepen van de Bondsraadsvergaderingen (artikel 15 lid 1 en 16 lid 1 statuten) en de regionale vergaderingen (niet expliciet in de statuten opgenomen maar beleidsvoorbereidend voor de Bondsraadsvergaderingen); - het, in overleg met de Raad van Toezicht en de Directie, opstellen van de agenda en het voorbereiden van de Bondsraadsvergaderingen (artikel 16 lid 1 en 2 statuten) en de regionale vergaderingen van Bondsraadsleden; - het voorzien in het voorzitterschap van de Bondsraadsvergaderingen (artikel 17 lid 1 statuten); - het doen van een voordracht tot vernietiging (c.q. herroeping) van een besluit, genomen in een voorgaande Bondsraadsvergadering, waarin minder dan eenderde deel van het aantal zitting hebbende Bondsraadsleden op het moment van de stemming aanwezig was (artikel 19 lid 1 statuten); - het tijdig toezenden van de kandidatenlijst voor de verkiezingen van de leden van de Raad van Toezicht (artikel 24 lid 4 statuten); - het instellen van commissies en toezien op een evenredige verdeling over de regio’s (artikel 5 sub h statuten);6 - gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen aan de Bondsraad over alle aangelegenheden op het gebied van de organisatie van de Bondsraad en, voor zover geen regiovergaderingen hebben plaatsgevonden, ook op inhoudelijk werkterrein; - het vertegenwoordigen van de Bondsraad.5
6 Zoals besloten en vastgelegd in BR 11/16 pagina 14 en 15.
B o n d s r a a d s co mmi s s ie
5
Artikel 5. Overige taken Daarnaast heeft de Bondsraadscommissie de volgende taken: - het periodiek stellen van doelen, het monitoren van de realisatie daarvan en het doen van voorstellen tot bijsturing van het functioneren van de Bondsraad; - het op basis van de uitkomsten van de regionale vergaderingen opstellen van een gezamenlijk advies aan de Bondsraad, waarin ook eventuele minderheidsstandpunten gemeld zullen worden; - het voordragen van een vertrouwenspersoon aan de Bondsraad, zoals uitgewerkt in artikel 15 van dit reglement; - het voordragen van mentoren voor nieuwe leden van de Bondsraad, zoals uitgewerkt in artikel 16 van dit reglement; - het voordragen van een coördinator ‘lief en leed’, zoals uitgewerkt in artikel 17 van dit reglement. Artikel 6. Financiën De Bondsraadscommissie kan noch zelf, noch namens de Bond financiële verplichtingen aangaan, behoudens het hierna bepaalde. Voor vergaderingen van de Bondsraadscommissie wordt voor rekening van de Bond vergaderruimte gehuurd. Voor het doen van overige noodzakelijke uitgaven tot honderdvijftig euro (€150) per transactie is de Bondsraadscommissie, ter beoordeling van de voorzitter, zelfstandig bevoegd; voor het doen van hogere uitgaven of uitgaven die voortdurend terugkeren, is toestemming van de Directie c.q. een door deze aangewezen budgetbeheerder van de Bond vereist. De gemaakte kosten bedoeld in dit artikel worden op de daartoe door het bureau van de Bond verstrekte formulieren gedeclareerd. Artikel 7. Benoeming & zittingsduur De leden en de voorzitter van de Bondsraadscommissie alsmede de drie waarnemende leden worden benoemd voor de tijdsduur van twee jaar, voor het eerst in de januari-vergadering van de Bondsraad van 2012. Het lidmaatschap van de Bondsraadscommissie gaat in bij het sluiten van de vergadering waarin de benoeming heeft plaatsgevonden. De voorzitter en de leden van de Bondsraadscommissie alsmede de waarnemende leden kunnen maximaal tweemaal herkozen worden voor een termijn van twee jaar, waarmee de maximale zittingsduur zes jaar is. Indien in een regio zowel de voorzitter als de secretaris hun taken voor langere tijd niet kunnen uitvoeren, doet de regionale vergadering uit haar midden een bindende voordracht
6
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
voor nieuwe regionale bestuursleden voor zover noodzakelijk wordt geacht. De vervangers nemen de plaats in van de uitgevallen bestuursleden voor de duur van het oorspronkelijke mandaat. Artikel 8. Kandidaatstelling Uiterlijk twee maanden vóór de regionale vergadering waarin de benoeming van de leden of waarnemende leden van de Bondsraadscommissie of vóór de Bondsraadsvergadering waarin de benoeming van de voorzitter zal plaatsvinden, worden de Bondsraadsleden in de gelegenheid gesteld zich kandidaat te stellen voor het lidmaatschap of waarnemend lidmaatschap van de Bondsraadscommissie dan wel het voorzitterschap. De Bondsraadscommissie richt hiertoe een oproep aan de Bondsraadsleden. De kandidaten dienen zich uiterlijk één maand vóór de desbetreffende regionale vergadering dan wel Bondsraadsvergadering schriftelijk aan te melden bij de Verkiezingscommissie. Kandidaten voor het lidmaatschap van de Bondsraadscommissie moeten voldoen aan de door de Bondsraad vastgestelde profielschets. Artikel 9. Voordracht Op grond van de aanmeldingen stelt de Bondsraadscommissie een voordracht op, zo nodig voorzien van een aanbeveling en rekening houdend met de continuïteit binnen de Bondsraadscommissie. De Bondsraadscommissie maakt de voordracht niet eerder kenbaar aan de Bondsraad dan nadat de betrokken kandidaat-leden van het advies hebben kennisgenomen, en zich bereid hebben verklaard de functie aan te nemen. De voordracht, al dan niet met aanbeveling, wordt toegezonden aan de Bondsraadsleden uiterlijk drie weken voor de regionale vergadering dan wel Bondsraadsvergadering waarin de benoeming plaatsvindt. Artikel 10. Stemming Indien er meer kandidaten op de voordracht staan dan er vacatures zijn, vindt in de regionale vergadering een schriftelijke stemming plaats voor de verkiezing van de voorzitter, secretaris en waarnemer van de betreffende regio. Daartoe kruist elk aanwezig lid van de regio op de uitgereikte kandidatenlijst zoveel kandidaten aan als er vacatures zijn. De kandidaten met de meeste stemmen worden als lid van de Bondsraadscommissie door de Bondsraad benoemd. Indien op meer personen een gelijk aantal stemmen is uitgebracht, maar het aantal te vervullen vacatures kleiner is, vindt een herstemming tussen deze personen plaats. De verkiezing van de voorzitter van de Bondsraad vindt plaats in de Bondsraadsvergadering. Indien er meer dan één kandidaat is voor de functie van voorzitter, vindt in de Bondsraads-
B o n d s r a a d s co mmi s s ie
7
vergadering een schriftelijke stemming plaats. Elk aanwezig Bondsraadslid kruist op de uitgereikte kandidatenlijst de voorkeur aan. In tussentijdse vacatures van de leden van de Bondsraadscommissie wordt voorzien in de eerstvolgende regionale vergadering met inachtneming van de termijnen en procedures genoemd in artikel 8 en 9 van dit reglement. De eerstvolgende Bondsraadsvergadering benoemt de door de regio voorgedragen kandidaten. Artikel 11. Aftreden voorzitter, secretaris, budgetbewaker en leden Bondsraadscommissie7 Na het verstrijken van de termijnen zoals genoemd in artikel 7 van dit reglement treden de voorzitter, secretaris en budgetbewaker automatisch af. Hetzelfde geldt voor de leden van de Bondsraadscommissie. Indien de Bondsraad van mening is dat een van de leden van de Bondsraadscommissie niet naar behoren functioneert, kan hij tot schorsing of ontslag overgaan. De procedure die in dat geval gevolgd wordt, is analoog aan de procedure in artikel 24 van de statuten. Artikel 12. Taken voorzitter, secretaris en budgetbewaker Bondsraadscommissie De voorzitter leidt de vergaderingen van de Bondsraadscommissie. De secretaris stelt in overleg met de voorzitter en de budgetbewaker de conceptagenda voor de vergaderingen op en is belast met: - het convoceren van de vergaderingen; - de verslaglegging van de vergaderingen; - het bijhouden van de presentielijst; - het reserveren van vergaderruimte; - het bijhouden van het archief en - het verzorgen – in overleg met de voorzitter – van de eindredactie van de adviezen en andere documenten van de Bondsraadscommissie.
7 Statuten artikel 13 lid 4.
8
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
De budgetbewaker bewaakt de out-of-pocketkosten van de Bondsraad en stelt maatregelen ter bijsturing voor.8 Bij belet of ontstentenis van de voorzitter treedt de secretaris op als waarnemend voorzitter, tenzij de vergadering anders beslist. Bij belet of ontstentenis van de secretaris is de budgetbewaker secretaris. Bij belet of ontstentenis van zowel voorzitter als secretaris is de budgetbewaker waarnemend voorzitter en kiest de vergadering uit de leden van de Bondsraadscommissie een waarnemend secretaris, tenzij artikel 28 van dit reglement van toepassing is. De Bondsraadscommissie wordt ondersteund conform het gestelde in artikel 3. Artikel 13. Stemmingen Bondsraadscommissie Indien er binnen de Bondsraadscommissie geen eenstemmigheid is over een uit te brengen advies, wordt besloten bij meerderheid van stemmen. In het advies wordt opgenomen of er sprake is van een minderheidsstandpunt. Zodra een advies definitief is vastgesteld, zorgt de secretaris voor toezending van het advies aan de Directie, de Raad van Toezicht en de Bondsraad. Artikel 14. Directie & Raad van Toezicht Een afvaardiging van de Directie en van de Raad van Toezicht kan de vergaderingen van de Bondsraadscommissie bijwonen en heeft daarin een adviserende stem. Artikel 15. Vertrouwenspersoon De Bondsraadscommissie draagt ten minste één lid van de Bondsraad voor als vertrouwenspersoon. De benoeming vindt plaats op de Bondsraadsvergadering waarin de Bondsraadscommissie de Bondsraad hierover informeert. De benoeming geldt voor de periode van twee jaar. Daarna is de vertrouwenspersoon tweemaal herbenoembaar. De Bondsraadscommissie formuleert voor de functie van vertrouwenspersoon functie-eisen. De Bondsraad wordt hierover geïnformeerd. Voor de vertrouwenspersoon geldt een gedragscode, die is opgenomen als bijlage bij dit reglement. De vertrouwenspersoon rapporteert eenmaal (1) per jaar aan de Bondsraad over de gevoerde gesprekken.9
8 BR 11/16 pagina 30. 9 Als er geen gebruikgemaakt is van consultatie kan worden volstaan met een mondelinge mededeling daarvan in de Bondsraad.
B o n d s r a a d s co mmi s s ie
9
Artikel 16. Mentoren De Bondsraadscommissie kan ervaren leden van de Bondsraad als mentoren voordragen, die nieuwe Bondsraadsleden informeren over het functioneren van de Bondsraad. Aantal, periode, werkwijze, takenpakket en functie-eisen worden door de Bondsraadscommissie vastgesteld. Artikel 17. Coördinator ‘lief en leed’ De Bondsraadscommissie draagt uit het midden van de Bondsraad een lid voor als coördinator van ‘lief en leed’. Dit Bondsraadslid is aanspreekpunt voor Bondsraad en bureau en coördineert aandacht voor en informatie over persoonlijke omstandigheden van Bondsraadsleden. De benoeming vindt plaats op de Bondsraadsvergadering waarin de Bondsraadscommissie de Bondsraad hierover informeert. De coördinator wordt aangesteld voor de periode van twee jaar en is tweemaal herbenoembaar. Het bureau is verantwoordelijk voor de praktische ondersteuning. Ter zake geldt een regeling, die als bijlage bij dit reglement is opgenomen. Artikel 18. Stemming over personen Stemmingen over personen gebeuren schriftelijk en anoniem. Indien voor een positie maar één kandidaat beschikbaar is, kan de vergadering besluiten om per acclamatie te stemmen. Artikel 19. Overgangsbepaling In afwijking van het bepaalde in artikel 7 is de eerste termijn van de regiosecretaris drie jaar, opdat een roulerend schema van aftreden ontstaat.
10
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
Hoofdstuk 3 Vergaderingen Bondsraad Artikel 20. Vergaderfrequentie De Bondsraad komt ingevolge artikel 15 lid 1 van de statuten ten minste tweemaal per jaar bijeen in een plenaire Bondsraadsvergadering, in april en in november. Elke plenaire Bondsraadsvergadering wordt voorafgegaan door een beleidsvoorbereidende vergadering in de drie regio’s. Artikel 21. Bijeenroeping De voorzitter, secretaris en budgetbewaker van de Bondsraadscommissie stellen in samenspraak met de Directie en indien nodig de Raad van Toezicht de agenda op conform artikel 16 lid 1 en 2 statuten. Uiterlijk tegelijk met de agenda of in uitzonderingsgevallen zo spoedig mogelijk daarna zendt de Bondsraadscommissie aan de Bondsraadsleden: - een toelichting op de onderscheiden agendapunten en – als het agendapunt niet een voorstel van de Raad van Toezicht of de Directie betreft – een advies van de Bondsraadscommissie over de wijze van behandeling en een inhoudelijk advies over de door de Bondsraad te nemen besluiten (dit advies is opgesteld aan de hand van de adviezen uit de regiovergaderingen conform het gestelde in artikel 5 tweede deelstreepje) ; - stukken door anderen dan de Raad van Toezicht of de Directie aan de Bondsraad gericht, met een voorstel tot afdoening daarvan. Artikel 22. Bijeenroeping buitengewone vergadering Bij de oproep voor een buitengewone vergadering van de Bondsraad als bedoeld in artikel 15, lid 4 van de statuten, wordt een kopie gevoegd van het verzoek tot het houden van deze vergadering en van een eventuele schriftelijke reactie van de Bondsraadscommissie op dit verzoek. Als de Bondsraadscommissie geen gevolg geeft aan een dergelijk verzoek en de verzoekers zelf de vergadering beleggen, doen zij in de oproep voor de vergadering mededeling van de nalatigheid van de Bondsraadscommissie en noemen zij – zo mogelijk – de redenen die de Bondsraadscommissie daarvoor heeft gegeven; in dat geval dient in artikel 4 van dit reglement in plaats van de Bondsraadscommissie gelezen te worden ‘de verzoekers’.
V e r g a d e r i n ge n B o n d s r a a d
11
Artikel 23. Presentielijst & stemkaart Na het tekenen van de alfabetisch ingerichte en genummerde presentielijst ontvangt een Bondsraadslid een stemkaart, die bij het voortijdig verlaten of na het beëindigen van de vergadering wordt ingeleverd. Een Bondsraadslid dat de vergadering voortijdig verlaat, doet daarvan mededeling aan de secretaris van de vergadering en neemt geen deel aan stemmingen daarna. Artikel 24. Taken en bevoegdheden voorzitter De voorzitter - is verantwoordelijk voor het in acht nemen en naleven van de statuten en het reglement door de deelnemers aan de vergadering; - leidt de vergadering, zorgt dat deze op de vastgestelde tijden aanvangt, regelt en handhaaft de orde bij de beraadslagingen; - verleent het woord, regelt het gebruik van de microfoon, bevordert dat een spreker ongestoord het woord kan voeren, kan korte zakelijke interrupties toestaan, roept een spreker tot de orde die naar zijn oordeel van het onderwerp afwijkt of die beledigende of onvoegzame uitdrukkingen gebruikt, en kan deze het woord ontnemen; - kan een deelnemer aan de vergadering die zich bij herhaling schuldig maakt aan wangedrag, het recht van verdere deelneming aan de vergadering ontzeggen, en kan toehoorders of vertegenwoordigers van de pers die zich naar zijn oordeel hinderlijk gedragen en zich niet voegen naar zijn aanwijzingen, opdragen terstond de vergaderruimte te verlaten; - doet desgewenst voorstellen voor beperking van de spreektijd of van het aantal termijnen waarin het woord zal worden gevoerd, tot schorsing van de vergadering of tot sluiting van de beraadslagingen; - bevordert de voortgang der vergaderingen onder meer door de vraagpunten aan te geven waarover beslist moet worden, door discussies samen te vatten en door het formuleren van de te nemen besluiten; - maakt de uitslagen van de stemmingen bekend.
12
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
Artikel 25. Taken secretaris vergadering De secretaris van de vergadering is verantwoordelijk voor: - het opstellen van de besluitenlijst en de ontwerpnotulen, bedoeld in artikel 20 van de statuten; - het zorgdragen dat bovengenoemde besluitenlijst en ontwerpnotulen uiterlijk drie weken na de vergadering ter beschikking van de deelnemers worden gesteld; - het laten tekenen en het bijhouden van de presentielijst, bedoeld in artikel 23 van dit reglement, en het uitgeven en in ontvangst nemen van de stemkaarten en stembiljetten; - de leiding van het stembureau. Artikel 26. Stembureau Het stembureau bestaat naast de secretaris van de vergadering uit ten minste één lid. Het is belast met het toezicht op de gang van zaken bij de stemmingen, het tellen der stemmen en het vaststellen van de uitslag. De agenda van de vergadering bevat een voorstel voor de samenstelling van het stembureau. Indien geen voorstel in de agenda is opgenomen, wordt het stembureau ter plekke benoemd uit de leden die zich beschikbaar stellen. Het bureau van de Bond (Verenigingszaken) voorziet in een medewerker ter ondersteuning. Een Bondsraadslid dat zich in een stemming over personen kandidaat heeft gesteld kan geen deel uitmaken van het stembureau. Artikel 27. Quorum Na de opening van een vergadering waarvoor een voorstel tot wijziging van de statuten of ontbinding van de Bond is geagendeerd, gaat de voorzitter na of tweederde van de Bondsraadsleden aanwezig is. Is dat niet het geval, dan kan hij de vergadering schorsen. Daarna laat hij de vergadering opnieuw bijeenroepen conform artikel 38 lid 4 van de statuten. Indien op die vergadering het quorum niet wordt gehaald, kan de voorzitter de vergadering voor ten hoogste één uur schorsen. Daarna laat hij de vergadering opnieuw aanvangen, ongeacht het aantal aanwezige Bondsraadsleden.
V e r g a d e r i n ge n B o n d s r a a d
13
Artikel 28. Voorzitterschap buitengewone vergadering Als de Bondsraadscommissie een buitengewone vergadering heeft belegd op een verzoek van Bondsraadsleden als bedoeld in artikel 15 lid 4 van de statuten, dan vraagt de voorzitter onmiddellijk na opening van de vergadering de aanwezige leden zich uit te spreken over de vraag wie de vergadering zal voorzitten. In het geval de vergadering besluit dat dit door één der andere aanwezigen dient te geschieden, draagt de voorzitter terstond nadien de leiding der vergadering over aan degene die daarvoor aangewezen is. De vergadering kan bepalen dat deze aanwijzing slechts betrekking heeft op de behandeling van één punt of een deel der punten van de agenda; in dat geval draagt de voorzitter de leiding over als dat punt of die punten aan de orde zijn. In het geval de leiding der vergadering aan één der andere aanwezigen wordt overgedragen, beslist de vergadering onmiddellijk nadien over de vraag wie als secretaris der vergadering zal optreden. Artikel 29. Voorzitterschap en secretariaat buitengewone vergadering zonder Bondsraadscommissie-bemoeienis Het bepaalde in artikel 28 van dit reglement inzake het beslissen over het voorzitterschap en de vervulling van het secretariaat is ook van toepassing als de Bondsraadscommissie geen gevolg heeft gegeven aan een verzoek tot het beleggen van een buitengewone vergadering. De verzoekers bepalen dan vooraf wie van hen de vergadering zal openen en zal voorzitten bij het nemen van deze beslissing en wie tot de beslissing van de vergadering over de vervulling van de functie van secretaris of voorzitter als zodanig zal optreden. Artikel 30. Stembureau buitengewone vergadering De benoeming van de leden van het stembureau als bedoeld in artikel 26 van dit reglement geschiedt in een buitengewone vergadering onmiddellijk nadat beslist is over de vervulling van de functie van voorzitter en secretaris van de vergadering. De agenda bevat daartoe een voorstel. Als ingevolge artikel 28 of 29 van dit reglement in een buitengewone vergadering de beslissing over de vervulling van het voorzitterschap en/of de functie van secretaris der vergadering door stemming plaatsvindt, worden voordien door loting aan de hand van de
14
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
presentielijst drie leden aangewezen die voor deze stemming(en) het stembureau vormen. De leden van het stembureau stellen zich geen kandidaat voor de functies waarover stemming plaatsvindt. Artikel 31. Vaststelling agenda en vergaderorde Nadat de gewone, dan wel buitengewone, vergadering is geopend stelt de voorzitter het vaststellen van de agenda aan de orde. De vergadering kan bij gewone meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen besluiten dat punten aan de agenda worden toegevoegd, of tijdens de eerstvolgende of een volgende vergadering worden behandeld. Artikel 32. Toevoeging agendapunten Een voorstel tot toevoeging van een punt aan de agenda dat niet voor de daartoe door de Bondsraadscommissie aangegeven datum bij de Bondsraadscommissie is ingediend, kan slechts op de agenda worden geplaatst als een gewone meerderheid der geldig uitgebrachte stemmen zich daar vóór verklaart. Nadat beslist is over de voorstellen over het toevoegen of uitstellen van agendapunten, stelt de vergadering de volgorde van de agenda vast. Het bepaalde in dit artikel is niet van toepassing op een buitengewone vergadering als bedoeld in artikel 15 lid 4 van de statuten. Artikel 33. Rondvraag De agenda voor een gewone vergadering dient voldoende gelegenheid voor het houden van een rondvraag te bieden. Als zowel een morgen- als een middagzitting wordt gehouden, wordt voor sluiting van de ochtendzitting gelegenheid gegeven voor het stellen van vragen. Bij de beantwoording wordt voorrang gegeven aan de schriftelijk ingediende vragen; de indiening daarvan dient liefst één week tevoren maar uiterlijk voor het begin van de vergadering bij de voorzitter te geschieden. Behalve bovenvermelde rondvraag wordt een rondvraag als laatste punt voor de sluiting van de vergadering geagendeerd. Artikel 34. Beraadslagingen De beraadslaging over een agendapunt of een onderdeel daarvan vindt in de regel plaats in ten hoogste twee termijnen. Op voorstel van de voorzitter kan de vergadering een derde termijn toestaan; tevens kan de voorzitter de gelegenheid geven voor het afleggen van korte (stem)verklaringen na het sluiten van de beraadslaging. Een spreker voert in dezelfde termijn niet meer dan eenmaal het woord, tenzij de voorzitter met goedvinden van de vergadering anders bepaalt. Korte zakelijke interrupties kunnen door de voorzitter worden toegestaan.
V e r g a d e r i n ge n B o n d s r a a d
15
Artikel 35. Indienen voorstellen, amendementen en moties Een lid kan een voorstel indienen met betrekking tot: - toevoeging van een agendapunt (artikel 16 lid 3 statuten); - de orde van de beraadslagingen (voorstel van orde); - het agendapunt dat in behandeling is (een dergelijk voorstel kan ook een amendement op een ander voorstel of een motie zijn). Een ingediend voorstel wordt eerst in behandeling genomen nadat vaststaat dat het door ten minste vier andere leden wordt gesteund. De voorzitter kan bepalen dat pas tot bespreking van het voorstel wordt overgegaan nadat het schriftelijk is ingediend. Artikel 36. Voorstel van orde Een voorstel van orde wordt steeds bij voorrang behandeld. Een voorstel dat betrekking heeft op het agendapunt dat in behandeling is en dat voldoet aan het bepaalde in artikel 35 van dit reglement, is mede onderwerp van de beraadslaging, tenzij de vergadering op voorstel van de voorzitter beslist dat het voorstel, het amendement of de motie onvoldoende verband houdt met het betrokken agendapunt. Artikel 37. Besluitvorming Voordat tot stemming over een voorstel wordt overgegaan, wordt het door de voorzitter zo nauwkeurig mogelijk geformuleerd. Dit geldt ook voor amendementen en moties. Als met betrekking tot een onderwerp over meer dan één voorstel gestemd moet worden, brengt de voorzitter het meest verstrekkende voorstel steeds het eerst in stemming, en daarna de in strekking steeds minder ingrijpende voorstellen totdat een voorstel bij volstrekte meerderheid van stemmen is aangenomen. Artikel 38. Hoofdelijke stemming Bij een hoofdelijke stemming leest de secretaris der vergadering aan de hand van de presentielijst bedoeld in artikel 23 van dit reglement de namen der aanwezige leden op. Een lid brengt zijn stem uit door op het horen van zijn naam te antwoorden met ‘voor’, ‘tegen’ of ‘onthouding’, zonder enige toevoeging. Door loting stelt de secretaris vast met welk nummer van de presentielijst wordt begonnen.
16
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
Artikel 39. Wijziging van stem Wijziging van de uitgebrachte stem is niet mogelijk. Wel kan een lid terstond na afloop van een hoofdelijke mondelinge stemming om de aantekening in de notulen vragen, dat hij zich bij het uitbrengen van zijn stem heeft vergist; de uitslag van de stemming wordt daardoor niet gewijzigd. Artikel 40. Notulen niet-openbare vergadering De notulen van een niet-openbare vergadering bestaan in ieder geval uit de namen van degenen die bij de vergadering aanwezig waren en uit een lijst van genomen besluiten. Als over een besluit gestemd is, wordt daarbij vermeld hoeveel stemmen daarvoor en daartegen zijn uitgebracht, alsmede het aantal stemonthoudingen. De vergadering kan besluiten tot geheimhouding van het besprokene. Aan het eind van de vergadering leest de voorzitter de lijst van genomen besluiten voor. Vervolgens beslist de vergadering over de vaststelling van de tekst daarvan.
V e r g a d e r i n ge n B o n d s r a a d
17
Hoofdstuk 4 Verkiezingen Bondsraad Artikel 41. Verkiezingscommissie De Bondsraad stelt een Verkiezingscommissie in op voorstel van de Bondsraadscommissie (de BC). De Verkiezingscommissie is belast met de uitvoering van de in artikel 12 van de statuten bedoelde verkiezingen voor nieuwe Bondsraadsleden, dan wel de herverkiezing van zittende Bondsraadsleden van wie de termijn verloopt. De Verkiezingscommissie is belast met het selecteren van de kandidaten conform het door de Bondsraadscommissie opgestelde en door de Bondsraad vastgestelde profiel voor kandidaat-Bondsraadsleden. Het bureau van de Bond draagt zorg voor ondersteuning van de Verkiezingscommissie. Artikel 42. Profiel kandidaten De lijst met selectiecriteria voor de kandidaten is als bijlage opgenomen in dit reglement. Artikel 43. Kandidatenlijst De verkiezingscommissie stelt op basis van het door de Bondsraad vastgestelde profiel een lijst van door de Bondsraadscommissie voor te dragen kandidaten samen. Indien naast door de Bondsraadscommissie voorgedragen kandidaat-Bondsraadsleden geen kandidaten zijn gesteld, zijn de eerstbedoelde kandidaten gekozen. Zijn er wel een of meer kandidaten gesteld, dan wordt door de gewone leden van de Bondsraad (conform artikel 11 lid 2 statuten) door stemming beslist wie tot lid van de Bondsraad is verkozen. Artikel 44. Bekendmaking uitslag De uitslag van de stemming wordt zo spoedig mogelijk ter kennis van de leden van de Bond gebracht. Degene die tot lid van de Bondsraad is gekozen ontvangt hiervan schriftelijk bericht.
18
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
Hoofdstuk 5 Andere bijeenkomsten Artikel 45. Regionale vergadering De regionale vergadering is de beleidsvoorbereidende vergadering voorafgaande aan de Bondsraadsvergadering (statutair, art. 15 lid 1 statuten 2e volzin). Na afloop van de regionale vergaderingen bundelt de BC de adviezen uit de regionale vergaderingen conform het gestelde in artikel 5, tweede deelstreepje. De regionale vergadering wordt voorgezeten door de regiovoorzitter. De regels gesteld in hoofdstuk 3 van dit reglement zijn onverkort van toepassing, behoudens het gestelde in de artikelen 46 - 47. Artikel 46. Taken secretaris regionale vergadering In aanvulling op de taken opgesomd in artikel 25, zijn de secretarissen van de regionale vergaderingen onder leiding van de secretaris van de Bondsraadscommissie belast met de taak om binnen een week na de regionale vergaderingen een conceptadvies samen te stellen. Waar nodig zal de waarnemer de plaats van de secretaris innemen. Dit conceptadvies wordt uiterlijk één week na de laatste regionale vergadering aan de Bondsraadscommissie gestuurd. Artikel 47. Taken Bondsraadscommissie inzake advisering Bondsraad De Bondsraadscommissie beraadslaagt uiterlijk twee weken na de laatste regionale vergadering over het advies van de secretarissen en draagt er zorg voor dat de adviezen worden voorgelegd aan de Bondsraad. Artikel 48. Discussieavonden (overige bijeenkomsten, art. 15 lid 1 statuten laatste volzin) Een discussieavond van de Bondsraad heeft een tweeledige functie: een klankbordfunctie voor de Directie en de gelegenheid voor de Directie om tussentijds informatie te delen met de Bondsraad. Discussieavonden van de Bondsraad vinden in principe vijf tot zes keer per jaar plaats. Een discussieavond wordt voorbereid onder verantwoordelijkheid van de Directie. De Directie zorgt voor een impressie van het besprokene en brengt dat onverwijld ter kennis van de Bondsraad.
AND E R E B I J E E N K O M S T E N
19
Hoofdstuk 6 Kostenvergoedingen Artikel 49. Algemeen Ereleden van de Consumentenbond, leden van de Bondsraad en leden van de Bondsraadscommissie ontvangen een vergadervergoeding, een vergoeding van reiskosten, gemaakt in de uitoefening van hun functie, alsmede een jaarlijkse vaste onkostenvergoeding . Zij kunnen in aanmerking komen voor andere vergoedingen als daartoe door de Bondsraadscommissie na overleg met de Directie is besloten. Leden van andere door de Bondsraad ingestelde commissies kunnen, als daartoe door de Bondsraadscommissie is besloten, eveneens in aanmerking komen voor een vergadervergoeding. Artikel 50. Vergadervergoeding De vergadervergoeding voor de leden en ereleden van de Bondsraad bedraagt (met ingang van 1 juli 2008): - per bijgewoonde Bondsraadsvergadering: €50 - per bijgewoonde regionale vergadering:
€40
- per bijgewoonde Discussieavond: €30 - per bijgewoonde vergadering van de Raad van Toezicht, Bondsraadscommissie en andere door de Bondsraad ingestelde commissies:
€50
- voor eenmalige externe bijeenkomsten, die met voorafgaande toestemming van de Directie worden bijgewoond: €50 - voor alle andere bijeenkomsten, die worden bijgewoond met voorafgaande toestemming van de Directie dan wel zijn bijgewoond met goedkeuring achteraf door de Directie: €50 - voor dagbijeenkomsten van de Verkiezingscommissie:
20
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
€50
Daarnaast ontvangen de ereleden en Bondsraadsleden: - een jaarlijkse onkostenvergoeding voor gemaakte print- en/of kopieerkosten:
€50
- een vergoeding per gevoerd exitgesprek door leden van de VC:
€15
- een vergoeding voor de gevoerde gesprekken door de vertrouwenspersoon:
€15
- de lief-en-leedcoördinator ontvangt per kwartaal voor de gevoerde gesprekken en de rapportage op BR-net:
€15
Artikel 51. Speciale vergadervergoeding In afwijking van het in artikel 50 bepaalde bedraagt de vergoeding voor de voorzitters van vergaderingen van de Bondsraad en van zijn commissies en de regionale vergaderingen, en voor leden die een functie vervullen in vergaderingen van de Bondsraad, 150% van de vergoeding voor de desbetreffende vergadering. Artikel 52. Reiskostenvergoeding De vergoeding van reiskosten bedraagt per bijgewoonde vergadering voor alle in artikel 49 genoemden de reiskosten per openbaar vervoer vergoed op declaratiebasis van reizen per 1e klasse of achtentwintig eurocent (€0,28) per autokilometer. Het aantal kilometers is gedefinieerd als de afstand van woonplaats tot vergaderplaats en retour. De parkeer- of stallingskosten worden op declaratiebasis vergoed. Artikel 53. Arbeidsintensieve werkzaamheden In afwijking van het bepaalde in artikel 50 kunnen Bondsraadsleden bij bijzonder arbeidsintensieve werkzaamheden in een vaste of ad-hoccommissie of bij een vertegenwoordiging, een vergoeding ontvangen als bedoeld in artikel 51, zulks ter beoordeling van de Directie. Artikel 54. Indexering De vergoedingen genoemd in artikel 50 worden jaarlijks geïndexeerd op basis van het prijsindexcijfer voor de gezinsconsumptie van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
K o s te n ve r g o e d i n ge n
21
Artikel 55. Vergadering meerdere dagen Woont één van de in artikel 49 genoemden op verzoek van de Directie een vergadering bij die meerdere dagen duurt en/of waarvan het bijwonen één of meerdere overnachtingen buiten de woonplaats noodzakelijk maakt, dan worden hem onder overlegging van bewijsstukken vergoed: - alle in redelijkheid gemaakte reiskosten per railvervoer eerste klasse c.q. vliegvervoer toeristenklasse; - alle in redelijkheid gemaakte logieskosten; - alle in redelijkheid gemaakte verblijfskosten, de dagen van heen- en terugreis meegerekend, onder verrekening van de door hem van de organiserende instantie ontvangen vergoedingen terzake. Artikel 56. Kosten vergaderingen De kosten van vergaderruimten en van verzorging van de deelnemers aan vergaderingen van de Bondsraad en zijn commissies komen ten laste van de Bond. Artikel 57. Uitbetaling De vergoedingen bedoeld in dit hoofdstuk worden per kwartaal achteraf uitbetaald door de Directie aan de hand van door deze te verstrekken declaratieformulieren. Artikel 58. Slotbepalingen Met de inwerkingtreding van dit reglement vervallen - de Reglementen Consumentenbond; - het Reglement Commissies ingesteld door de Bondsraad; - het Vergaderreglement Bondsraad en - het Reglement Kostenvergoedingen De uitvoering van dit reglement is in handen van de Bondsraadscommissie. In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de voorzitter van de Consumentenbond. Tegen een dergelijke beslissing kan in beroep worden gegaan bij de Raad van Toezicht.
22
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
Bijlage Gedragscode vertrouwenspersoon Artikel 1 De vertrouwenspersoon (m/v) kan door ieder Bondsraadslid benaderd worden bij een integriteitsprobleem of een anderszins dringende kwestie die het lid in kwestie dwarszit. De vertrouwenspersoon gaat een vertrouwensrelatie aan met de melder of andere personen die een beroep op hem doen of tot wie hij zich richt. Daarom belooft de vertrouwenspersoon alle betrokkenen geheimhouding van hetgeen hem als vertrouwenspersoon ter kennis komt. Artikel 2 Tevens zorgt de vertrouwenspersoon ervoor dat eventuele documentatie/archivering van gegevens geschiedt in overeenstemming met het vertrouwelijke karakter ervan. Uitzonderingen hierop zijn alleen mogelijk als de klager of andere persoon/personen schriftelijk toestemming geeft/geven tot het doorbreken van deze belofte tot geheimhouding. Artikel 3 Bij het ontbreken van schriftelijke toestemming van de betrokken persoon om informatie aan derden te verstrekken, kan de vertrouwenspersoon zich pas ontheven achten van de belofte tot geheimhouding indien ten minste voldaan is aan alle vijf hieronder genoemde voorwaarden: - alles is in het werk gesteld de toestemming van de betrokken persoon te verkrijgen; - de vertrouwenspersoon verkeert in gewetensnood door het handhaven van de geheimhouding; - er is geen andere weg dan doorbreking van de geheimhouding om het probleem op te lossen; - het is vrijwel zeker dat het niet-doorbreken van de geheimhouding voor betrokkenen of voor derden aanwijsbare en ernstige schade en/of gevaar zal opleveren; - de vertrouwenspersoon is er vrijwel zeker van dat de doorbreking van de geheimhouding die schade aan de betrokkenen of anderen in belangrijke mate zal voorkomen of beperken.
G E DRA G S COD E V E R T RO U W E NSP E RSOON
23
Artikel 4 Indien een dergelijke situatie zich voordoet, zal de vertrouwenspersoon zijn redenen om de geheimhouding te doorbreken met de andere vertrouwenspersoon voor zover benoemd of een terzake kundige partij bespreken alvorens de geheimhouding te doorbreken. Artikel 5 De vertrouwenspersoon brengt betrokkene op de hoogte van het voornemen de geheimhouding te doorbreken alvorens dit daadwerkelijk te doen. Indien het doorbreken van de geheimhouding dit noodzakelijk maakt, verwijst de vertrouwenspersoon betrokkene onverwijld naar een andere vertrouwenspersoon en/of andere instantie.
24
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
Bijlage Selectiecriteria verkiezingen nieuwe Bondsraadsleden Beoordelen van de geschiktheid van de kandidaat De criteria moeten voldoende aanknopingspunten bieden voor een oordeel over het al dan niet geschikt zijn van de kandidaat, maar ook over de mate van geschiktheid. Verder is van belang dat de criteria toetsbaar zijn en op eenduidige manier gehanteerd kunnen worden door de afzonderlijke regioteams. De teams zullen een afweging maken op grond van de mate waarin de kandidaat aan de onderstaande criteria voldoet. Op grond van deze afweging plaatst het regioteam de kandidaat uiteindelijk in een der vier volgende categorieën: zeer geschikt, geschikt, geschikt met twijfel, ongeschikt. 1. De kandidaat dient zich betrokken te voelen bij het werk van de Bondsraad De kandidaat dient affiniteit te hebben met consumentenzaken. De kandidaat dient inzicht te hebben in het belang van het werk van de Bond in relatie tot maatschappelijke ontwikkelingen. De kandidaat dient te beschikken over kennis van het beleid en de werkzaamheden van de Bond. De kandidaat dient interesse te hebben in de organisatie van de Bond en het functioneren van de vereniging. 2. De kandidaat dient breed georiënteerd te zijn De kandidaat dient een brede belangstelling te hebben. De kandidaat dient op hoofdlijnen te kunnen meedenken. De kandidaat dient een goede algemene maatschappelijke kennis te hebben. De kandidaat kan zowel generalist als specialist zijn. 3. De kandidaat dient over bepaalde eigenschappen te beschikken Sociale vaardigheid Uitdrukkingsvaardigheid Analytisch vermogen Initiatiefrijk
Selectiec r ite r i a ve r kiezi n ge n n ieuwe B o n d s r a a d s le d e n
25
4. De kandidaat dient zo mogelijk te beschikken over bestuurlijke vaardigheden De kandidaat dient inzicht te hebben in het besturen van een organisatie. Zo mogelijk beschikt de kandidaat, gerelateerd aan de leeftijd, over bestuurlijke ervaring binnen een organisatie van enige omvang en complexiteit. De kandidaat dient oog te hebben voor de rol van de verschillende organen binnen de Bond bij het ontwikkelen, vaststellen en uitvoeren van het beleid. 5. De kandidaat dient voldoende tijd voor het Bondsraadslidmaatschap te hebben Naar schatting dient de kandidaat voor het Bondsraadslidmaatschap 15 dagdelen per jaar beschikbaar te hebben (vergaderingen exclusief voorbereiding daarvan). Bij deelname aan een commissie is het tijdsbeslag aanzienlijk groter. Daarbij dient men zich te realiseren dat de vergaderingen plaatsvinden in de avonduren en op zaterdagen.
26
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
Bijlage ‘Lief-en-leedleden’ bondsraad Consumentenbond Instelling en criteria 1. De ‘lief-en-leedpot’ (LLP) is ingesteld op 4 oktober 2008 door de BR. 2. De LLP is ingesteld om, in het kader van het Plan van Aanpak, mee te leven met BR-leden die langdurig ziek zijn of bij andere ingrijpende persoonlijke gebeurtenissen. 3. De LLP heeft als doel BR-leden een bloemetje, cadeaubon of wenskaart te sturen indien daar aanleiding voor is. 4. Criteria waarvoor de LLP in het leven is geroepen, zijn o.a. (maar niet uitputtend): langdurig ziek zijn, huwelijk, huwelijksfeest, geboorte of overlijden. 5. Bij langdurige ziekte kan het voorkomen dat een BR-lid meerdere keren een attentie uit de LLP zal ontvangen. Budget en verantwoording 1. De LLP wordt gefinancierd uit de begroting van Verenigingszaken. 2. Vooralsnog wordt een bedrag van €750 per verenigingskalenderjaar geraamd. 3. De contactpersoon (CP) neemt het initiatief voor een actie. 4. Verenigingszaken verzorgt, na een signaal van de CP, de uitvoering van de acties. 5. De CP zal elke ondernomen actie registreren en één keer per jaar verantwoording aan de BR afleggen over het aantal attenties en de uitgaven. 6. De LLP staat onder eindverantwoordelijkheid van de voorzitter van de BR. Contactpersoon (CP) 1. Vanuit de BR wordt een CP aangesteld die de attenties die uit de LLP worden gegeven, coördineert. 2. De aanstelling van een CP door de BR is voor een periode van twee jaar en kan maximaal twee keer worden verlengd. 3. De CP zal na een signaal contact opnemen met het betreffende BR-lid.
‘ L I E F - E N - L E E D L E D E N ’ B ONDSRAAD CONS U M E N T E N B OND
27
4. De CP zal, na overleg met het betreffende BR-lid, contact opnemen met een medewerk(st) er van Verenigingszaken met het verzoek de attentie verder af te handelen. 5. De voorzitter van de BR wordt van elke actie door de CP op de hoogte gebracht. BR-leden 1. Een BR-lid kan aangeven of hij of zij niet ingeschreven wil staan in het ‘LLP-bestand’ en in voorkomende gevallen dus niet in aanmerking wil komen voor een attentie uit de LLP. 2. Indien een BR-lid in aanmerking komt voor een attentie uit de LLP zal ook binnen de BR bekendheid worden gegeven aan de reden waarom hij of zij voor een attentie in aanmerking is gekomen via het BR-net. 3. BR-leden kunnen aan de CP aangeven wie van de BR-leden in aanmerking komen voor een attentie uit de LLP. 4. Uiteraard kunnen ook partners van betreffende BR-leden de CP benaderen.
28
B o n d s r a a d SR E G L E M E N T 2 0 1 3
R E G LE M E N T W E R K ZA AMHED EN R AAD VAN TO EZ ICHT
29
Consumentenbond Enthovenplein 1 Postbus 1000 2500 BA Den Haag Tel. +31 (0)70 445 45 45 www.consumentenbond.nl