Bomenbeheerplan 2012 - 2017 Helmond, februari 2012
Bomenbeheerplan 2012 – 2017 Onderdeel van Bomenplan Helmond
Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 13/03/2012 Gemeente Helmond SB/BOR.GA Joke Polak 8 februari 2012
1
Samenvatting Inleiding Het Bomenbeheerplan 2012 – 2017 is onderdeel van het (op te stellen) Bomenplan Helmond waarin alle beleidskeuzes die betrekking hebben op bomen in onderlinge samenhang worden gebundeld. Het Bomenbeheerplan heeft tot doel sturing te geven aan uitvoering van het reguliere onderhoud van het gemeentelijk bomenbestand, als leidraad voor alle betrokken partijen. Hiertoe wordt in het plan inzicht gegeven in zowel organisatorische als financiële aspecten. Dit moet bijdragen aan de ontwikkeling van een gezond en duurzaam bomenbestand om het groene karakter van de stad te behouden en waar mogelijk te versterken (conform Bomenvisie 2004). Kader Het bomenbeheerplan sluit aan op het wettelijk kader en gemeentelijke regels en beleidsplannen. Ook wordt ingespeeld op bedreigingen door ziekten, plagen en klimaatverandering. Analyse Uit analyse van het gemeentelijk bomenbestand (51.200 stuks) blijkt dat het aantal bomen sinds enkele jaren licht daalt. Opvallend is dat: - bijna alle bomen in de invloedsfeer van verharding staan; - veel bomen door slechte groeiomstandigheden nooit tot volle wasdom komen en het eindbeeld (dat de ontwerper had van de bomen) zelden bereiken; - er geen vrij uitgroeiende bomen zijn; alle bomen worden opgekroond; - een derde van het bomenbestand bestaat uit eik; - de laatste jaren veel vormbomen zijn geplant (die relatief duur in onderhoud zijn); - de laatste jaren steeds vaker groeiplaatsvoorzieningen en – constructies worden toegepast om bomen (in verharding) een goede groeiplaats te geven. Met de inhaalslag op het achterstallig onderhoud is de afgelopen jaren het aantal verwaarloosde bomen sterk afgenomen, al laat de verwaarlozing zijn sporen na in de kroonopbouw van bomen. Met het huidige onderhoudsregime wordt invulling gegeven aan de wettelijke zorgplicht. Daarmee is het gevaar voor de veiligheid (in de omgeving van bomen) sterk afgenomen ten opzichte van 2006. Voor landschappelijke beplanting en bos moet de zorgplicht echter nog worden ingevuld. Het aantal ziekten en plagen dat bomen bedreigt, ontsiert en overlast veroorzaakt neemt toe. Hierdoor wordt het bruikbare sortiment voor stadsbomen beperkt en de noodzakelijke beheerinspanning in het kader van de zorgplicht en de volksgezondheid steeds groter. Andere bedreigingen zijn: - ruimtelijke ontwikkelingen waarbij onvoldoende rekening wordt gehouden met te behouden (beschermde) bomen. - herstraatwerkzaamheden waarbij grote delen van de boomwortels worden verwijderd Hierdoor gaan veel bomen overlast veroorzaken en gaat de conditie van deze bomen achteruit, soms zo sterk dat de betreffende bomen dood gaan. In het Bomenbeheerplan 2012-2017 worden op basis van de bevindingen uit de analyse verbeteringen doorgevoerd in het beheer. De belangrijkste verbeteringen zijn: - Voortzetting goede invulling beheer en onderhoud, waarmee onderhoudsachterstand verder wordt ingelopen;
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
2
-
Het aantal kansloze en overlastveroorzakende bomen terugdringen door passieve sanering; Keuze voor kwaliteit boven kwantiteit bij advisering over ruimtelijke plannen; Alleen snoeien als het uit veiligheidsoverwegingen nodig is en aanwijzen parkbomen die vrij uit kunnen groeien.
Visie Het boombeheer is gericht op een bomenbestand gekenmerkt door: 1. Veiligheid 2. Gezondheid 3. Duurzaamheid Om de in de bomenvisie benoemde gewenste omlooptijd van het bomenbestand te bereiken is een vereiste dat bomen bij aanplant een goede groeiplaats krijgen. Bomen worden vervangen als ze gaan aftakelen. Een uitzondering zijn de beschermde bomen : het beheer van deze bomen is gericht op het zo lang mogelijk behouden van de boom, ook als deze aftakelt. De visie resulteert in een strategie waarin de ambitie per levensfase is uitgewerkt: 1. invulling wettelijke zorgplicht voor alle bomen in alle levensfasen 2. kansen creëren voor jonge bomen 3. voldoende zorg voor volwassen bomen 4. instandhouding van beschermde bomen en belangrijke boomstructuren 5. bescherming van alle bomen 6. aanpak van probleemsituaties. Uitgewerkt is tot welke eindbeelden het boombeheer zou moeten leiden. Beheermaatregelen Om aan de visie te voldoen en de gewenste eindbeelden te bereiken is regulier beheer nodig. Dit omvat in hoofdlijnen het onderzoeken, snoeien, verzorgen en vervangen. Uitgewerkt is welke maatregelen nodig zijn in elke levensfase, wat daarvan het doel is en hoe de maatregel wordt uitgevoerd. Daarbij zijn knelpunten in de huidige werkwijze gesignaleerd. Op basis hiervan zijn verbetervoorstellen gedaan. De belangrijkste zijn: - Aandacht voor Massaria bij visuele controle van platanen - Opname bomen in bosplantsoen - Meerjarige bestekken - Eigen boomspecialisten gericht inzetten - Aanpassen werkwijze inboet - Betere afstemming op projecten Planning en organisatie Voor het bepalen van de volgorde voor uitvoering van omvangrijke verbeteringen zijn de volgende prioriteiten gehanteerd: 1. Wettelijke verplichtingen (veiligheid) 2. Verbeteringen die weinig voorbereiding/ inspanning kosten, maar veel betekenen voor efficiency en/of duurzaamheid van het bomenbestand: 3. Verbeteringen die meer voorbereiding of nader onderzoek vragen Op basis hiervan is een meerjarenplanning opgesteld. Daarbij zijn kleinschalige verbeteringen op zo kort mogelijke termijn ingepland. Voor de planning van onderzoeken en rooi- en snoeiwerk wordt met drie rayons gewerkt. Op basis hiervan is een planning opgesteld. In de jaarplanning is uitgewerkt in welke (vaste) periode maatregelen (bij voorkeur) worden uitgevoerd.
3
Kosten Voor de reguliere maatregelen en de verbetervoorstellen is uitgewerkt wat de kosten per jaar zijn in de periode van 2012 tot en met 2017. Voor het boombeheer is jaarlijks € 680.000 (prijspeil 2010) beschikbaar. Hierbinnen kunnen alle maatregelen worden uitgevoerd. De verbetervoorstellen leiden tot marginale verschuivingen binnen het budget. De meeste verbetervoorstellen kunnen binnen de huidige capaciteit worden gerealiseerd door ook efficiënter te werken. De geraamde interne uren nemen echter licht toe door de toenemende vraag naar boomspecialisten voor medeadvies bij ruimtelijke projecten. Daarom is het wenselijk dat de benodigde tijd ten laste wordt gebracht van betreffende projecten.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
4
Inhoudsopgave Samenvatting ............................................................................................ 2 1.
Inleiding .................................................................................... 7
2. 2.1. 2.2. 2.3. 2.4.
Achtergrond en kader.................................................................. 9 Begrippen en afbakening ............................................................. 9 Wettelijk kader ........................................................................... 9 Gemeentelijke regels en beleidsplannen....................................... 10 Bedreigingen: ziekten, plagen en klimaatverandering .................... 12
3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6. 3.7.
Analyse bomenbestand.............................................................. 13 Omvang................................................................................... 13 Leeftijdsopbouw........................................................................ 14 Samenstelling........................................................................... 15 Onderhoudstoestand ................................................................. 16 Kwaliteit .................................................................................. 18 Standplaats.............................................................................. 20 Verbeterpunten ........................................................................ 22
4.1. 4.2. 4.3. 4.4.
Beheervisie .............................................................................. 24 Ambitie.................................................................................... 24 Uitgangspunten ........................................................................ 25 Strategie ................................................................................. 25 Eindbeelden ............................................................................. 27
3.
4.
4.4.1. 4.4.2. 4.4.3.
5. 5.1.
Beheermaatregelen ................................................................... 31 Onderzoeken ............................................................................ 32 5.1.1. 5.1.2. 5.1.3. 5.1.4.
5.2.
Water geven ...........................................................................42 Onkruidbestrijding boomspiegel .................................................42 Verzorgen tijdelijke voorzieningen..............................................43 Verzorgen permanente voorzieningen.........................................43
Bestrijden van ziekten en plagen ............................................... 43 5.4.1. 5.4.2. 5.4.3.
5.5.
Begeleidingssnoei ....................................................................38 Onderhoudssnoei .....................................................................39 Verwijderen stamschot en wortelopslag ......................................40 Snoei vormbomen ....................................................................41
Verzorgen ................................................................................ 42 5.3.1. 5.3.2. 5.3.3. 5.3.4.
5.4.
Opname onderhoudstoestand ....................................................33 Visuele boomcontrole ...............................................................35 VTA+ en nader onderzoek.........................................................36 Inboetopname .........................................................................37
Snoeien ................................................................................... 37 5.2.1. 5.2.2. 5.2.3. 5.2.4.
5.3.
Parkboom (vrij uitgroeiende boom) ............................................27 Straatboom .............................................................................27 Vormboom ..............................................................................28
Iepziekte bestrijden .................................................................43 Eikenprocessierups bestrijden....................................................44 Luizen bestrijden .....................................................................44
Overige maatregelen ................................................................. 45 5.5.1. 5.5.2. 5.5.3.
Innemen van de kroon .............................................................45 Speciale (herstel)maatregelen ...................................................45 Rooien ....................................................................................46
5
5.5.4.
5.6.
5.6.1. 5.6.2. 5.6.3.
6.
Organisatorische verbeterpunten ...............................................47 Aandachtspunten .....................................................................48 Verbetering beheersysteem.......................................................49
6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5. 6.6.
Planning en organisatie.............................................................. 50 Algemeen ................................................................................ 50 Deskundigheid.......................................................................... 50 Prioriteiten en planning verbeterpunten ....................................... 51 Meerjarenplanning .................................................................... 52 Onderzoeksplanning .................................................................. 53 Jaarplanning............................................................................. 54
7.1. 7.2. 7.3.
Kosten..................................................................................... 55 Beschikbaar budget................................................................... 55 Externe kosten ......................................................................... 55 Interne kosten.......................................................................... 57
7.
8.
Inboet ....................................................................................46
Verbetervoorstellen ................................................................... 47
Vervolgstappen......................................................................... 60
Literatuurlijst ........................................................................................... 61 Begrippenlijst .......................................................................................... 62 Bijlage 1. Maatregelpakketten.................................................................... 64 1. Parkbomen .................................................................................... 65 2. Straatbomen .................................................................................. 66 3. Vormbomen ................................................................................... 67 4. Totaal............................................................................................ 67 Bijlage 2. Huidige procedures .................................................................... 68 1. Gegevensbeheer............................................................................. 68 1.1 Opname, registratie en mutatie .......................................................68 1.2 Opname bomen (uit bosplantsoen) in beheersysteem .........................68
2. Werkvoorbereiding en toezicht ......................................................... 69 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8
VTA-opdracht ................................................................................69 NO-opdracht..................................................................................69 Snoeibestek ..................................................................................70 Groenonderhoudsbestek (onderdeel bomen)......................................70 Opdracht water geven ....................................................................70 Inboetopname ...............................................................................70 Rooibestek ....................................................................................71 Boomwisselplannen ........................................................................71
Bijlage 3. Kostenraming ............................................................................ 72 Bijlage 4. Urenraming ............................................................................... 74
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
6
1. Inleiding Aanleiding In de afgelopen vijf jaar is vorm gegeven aan beleidskader voor stadsbomen. Via de Bomenvisie, het Veiligheidsplan bomen en het BomenBeschermBeleid heeft de gemeente de afgelopen jaren steeds beter grip gekregen op de kwaliteit van het bomenbestand. Deze plannen zijn vervolgens vertaald op operationeel niveau in: - een inhaalslag voor het wegwerken van achterstallig onderhoud - investering in deskundigheid van medewerkers - een nieuw beheersysteem met digitale beheerkaarten - een nieuwe bomenkaart en catalogus met beschermde bomen - een kwaliteitsimpuls voor de groen- en bomenhoofdstructuur - meer integrale aanpak van projecten. Het is de wens om continuïteit te geven aan deze ingeslagen ‘goede weg’. Hiervoor is het nodig dat eerder gemaakte beleidskeuzes worden vastgelegd en uitgewerkt op operationeel niveau. Hiermee wordt voorkomen dat investeringen teniet worden gedaan, opnieuw achterstand ontstaat en de ontwikkeling van een duurzaam boombestand afhankelijk is van incidentele middelen. Doel Het Bomenbeheerplan heeft tot doel sturing te geven aan uitvoering van het reguliere onderhoud van het gemeentelijke bomenbestand. Dit moet bijdragen aan de ontwikkeling van een gezond en duurzaam bomenbestand om het groene karakter van de stad te behouden en waar mogelijk te versterken (conform Bomenvisie 2004). Het eindproduct is een plan dat inzicht geeft in zowel organisatorische als financiële aspecten en dat als leidraad wordt gebruikt door alle betrokken partijen. Plaats binnen Bomenplan Helmond Dit beheerplan is onderdeel van het (op te stellen) Bomenplan Helmond waarin alle beleidskeuzes die betrekking hebben op het dagelijks onderhoud en beheer van bomen op operationeel niveau in onderlinge samenhang worden gebundeld (zie Startnotitie Bomenplan Helmond). Het Bomenplan wordt gefaseerd opgebouwd tot een modulair geheel, zodat het op onderdelen kan worden herzien en eenvoudig actueel te houden is.
BEHEER
INRICHTING
MJP
OVERLAST
BESCHERMING
STRUCTUUR
VISIE
BOMENPLAN
Figuur 1. Modulaire opbouw Bomenplan
7
Werkwijze Het beheerplan geeft antwoord op de volgende vragen: • Hoe geven we invulling aan de wettelijke zorgplicht? (zie par. 4.3) • Hoe weten we wat de kwaliteit van ons bomenbestand is? (zie par. 3.5) • Wat willen we bereiken met het beheer van de bomen? (zie par. 4.1) • Wanneer gaan we bomen verwijderen en vervangen? (zie 4.3) • Wat moeten we doen om bomen in stand te houden en het gewenste eindbeeld te bereiken? (zie hoofdstuk 5 en 6) En wat kost dat? (zie hoofdstuk 7) • Hoe kunnen we het boombeheer efficiënter organiseren en de kwaliteit van het werk verbeteren? (zie paragraaf 5.6) Het beheerplan is tot stand gekomen op basis van literatuuronderzoek, analyse van de gegevens in de beheersystemen en interviews. Het globale beeld dat hieruit ontstond is nader ingevuld in de werkgroep Bomenplan waarin vertegenwoordigers van BOR.GA, WE.WIJ en ROV hebben deelgenomen. Een aantal discussiepunten en ideeën is vervolgens voorgelegd aan de groene wijkopzichters en senior-groenbeheerders. Dit heeft geleid tot een aantal verbetervoorstellen. Leeswijzer In hoofdstuk 2 worden de achtergronden en kaders geschetst. In hoofdstuk 3 wordt de analyse van de opbouw en toestand het bomenbestand gepresenteerd. Daaruit worden conclusies getrokken voor de inhoud van de volgende hoofdstukken van het Bomenbeheerplan. Hoofdstuk 4 omvat de beheervisie waarin ambities zijn vertaald in een strategie, uitgangspunten en gewenste eindbeelden. In Hoofdstuk 5 worden vervolgens de maatregelen beschreven die nodig zijn om de visie te verwezenlijken. Daarbij zijn eveneens verbetervoorstellen gedaan om knelpunten op te lossen. Plannings- en organisatorische aspecten zijn nader uitgewerkt in hoofdstuk 6. In hoofdstuk 7 worden de financiële consequenties van deze aanpak in beeld gebracht. Hoofdstuk 8 sluit af met conclusies en aanbevelingen voor het vervolg op het Bomenplan. Achter in het rapport zijn een begrippenlijst en een literatuurlijst opgenomen In de bijlagen is het maatregelpakket voor de bomen opgenomen, zijn de procedures uitgewerkt en is een gedetailleerde raming van de kosten en uren opgenomen.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
8
2. Achtergrond en kader 2.1.
Begrippen en afbakening
Boom Van het begrip ‘boom’ bestaan veel definities. In het kader van dit bomenplan is gekozen voor een juridische definitie, vanwege de wettelijke zorgplicht die bij het beheer centraal staat. Onder een boom wordt (conform de APV) verstaan: een houtig opgaand gewas met een stamomtrek van minstens 30 centimeter op 1,3 meter boven het maaiveld. (Bij meerstammige exemplaren geldt de doorsnede van de dikste stam.) In het kader van aanplant worden echter ook dunnere exemplaren als boom gezien. De bomen waarop dit beheerplan betrekking heeft zijn alle gemeentelijke bomen, ook in boomgroepen en lanen. Deze zijn afzonderlijk geregistreerd. Bomen in bossen, landschappelijke beplantingen, houtwallen en stroken bosplantsoen vallen buiten de reikwijdte van dit beheerplan. Regulier onderhoud Het beheerplan beperkt zich tot het reguliere onderhoud. Dit wil zeggen regelmatig terugkerende verzorgingsmaatregelen gericht op ontwikkeling en behoud van een gezond en duurzaam bomenbestand. Een aantal van deze maatregelen wordt (uit efficiencyoverwegingen of vanwege effect op de netheid van de openbare ruimte) uitgevoerd via het groenonderhoudsbestek. Deze maatregelen worden wel beschreven in dit bomenbeheerplan, maar de uitwerking van de organisatie en planning van deze maatregelen krijgt in het Beheerplan stedelijk groen een plaats. Uit het eerder opgestelde Beleidsplan overlast bomen is bekend dat er veel gemeentelijke bomen zijn die geen ideale standplaats hebben en daardoor problemen veroorzaken of niet uitgroeien tot het oorspronkelijk bedoelde eindbeeld. Dit beheerplan geeft geen antwoord op de vraag wat we hieraan kunnen doen. Hiervoor zijn incidentele ingrepen nodig. Welke dit zijn moet nader onderzocht worden en is afhankelijk van de status die de bomen krijgen toegekend bij de uitwerking van het bomenstructuurplan en het meerjarenprogramma (volgende fasen van het Bomenplan Helmond). 2.2.
Wettelijk kader
Flora- en faunawet (FFwet) De Flora- en faunawet beschermt in het wild levende planten en dieren. Bij het uitvoeren van werkzaamheden moet hiermee rekening gehouden worden. Om aan de wettelijke verplichtingen te voldoen wordt gewerkt volgens de Gedragscode Bestendig beheer groenvoorzieningen (Stadswerk 2008). Voor bestekken is op basis hiervan een plan van aanpak (ontwerpfase) opgesteld, waarin ondermeer een tijdschema is opgenomen dat aangeeft wanneer werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd, rekening houdend met bijvoorbeeld het broedseizoen. Wegenverkeerswet In de Wegenverkeerswet is vastgelegd dat vrachtwagens niet hoger mogen zijn dan 4 meter. Dit heeft consequenties voor de obstakelvrije ruimte (=takvrije zone) boven rijbanen. Door hiervoor 4,20 meter aan te houden is een marge ingebouwd.
9
Zorgplicht (Burgerlijk Wetboek, art. 6.162) Bij de zorgplicht gaat het om de privaatrechtelijke “maatschappelijk betamelijke zorgvuldigheid”. Op basis van rechtspraak wordt in de praktijk onderscheid gemaakt tussen: a. Algemene zorgplicht: Dit betreft alle bomen en omvat: - regulier onderhoud - regelmatig systematisch controle op uitwendige zichtbare gebreken. Uit jurisprudentie blijkt controle eens per drie jaar te volstaan als deze door een gecertificeerd boomveiligheidscontroleur wordt uitgevoerd en de onderzoeksresultaten beknopt worden vastgelegd. b. Verhoogde zorgplicht: Dit betreft aandachtsbomen die vanwege (eerder) geconstateerde gebreken minstens een keer per jaar visueel gecontroleerd moeten worden, rekening houdend met intensiteit van het gebruik van de ruimte waarin de boom staat. c. Onderzoeksplicht: De onderzoeksplicht betreft bomen die bij visuele controle (zoals bedoeld bij punt 1 en 2) potentieel gevaarlijke gebreken vertonen. Bij deze bomen is nader onderzoek naar de aard en omvang van die gebreken vereist en moeten zo nodig adequate maatregelen worden getroffen om de veiligheid te garanderen. Voor voldoende invulling van de wettelijke zorgplicht is registratie van onderzoeksgegevens en uitgevoerd onderhoud noodzakelijk. Hiermee kan in geval van aansprakelijkstelling bij schade worden aangetoond dat zorgvuldig is gehandeld. 2.3.
Gemeentelijke regels en beleidsplannen
APV (Het bewaren van houtopstanden Artikel 4.3.1 t/m 4.3.8) In de APV is een kapverbod opgenomen voor alle beschermde bomen. Daarnaast is in de APV ten behoeve van bestrijding van de iepziekte geregeld dat aangetaste iepen verwijderd moeten worden en op welke wijze dat moet gebeuren. Een aantal aspecten zijn nader uitgewerkt in de Beleidsregel Bescherming bomen in Helmond (2010) Beleidsregel Bescherming bomen in Helmond (2010) Doel van de beleidsregel is ontwikkeling van een gezond en duurzaam bomenbestand (conform Bomenvisie 2004) en een goede bescherming van bijzondere bomen. Om dit laatste te bereiken is in de beleidsregel Bescherming bomen bepaald welke bomen zo bijzonder zijn dat ze beschermd moeten worden. Deze bomen zijn vastgelegd op de Bomenkaart en in de Bomencatalogus. Voor deze bomen geldt een kapverbod. In de beleidsregel is tevens beschreven welke criteria gelden voor het verlenen van ontheffing op het kapverbod. Bomen die geen beschermde status hebben mogen zonder ontheffing gekapt worden. Dit betekent echter niet dat deze bomen waardeloos zijn. Alle bomen zijn van belang voor het groene karakter en de leefbaarheid van de stad. Met alle bomen moeten we daarom zorgvuldig omgaan en terughoudend zijn met kap. Bomen in Helmond, Bomenvisie (2004) De ambitie van de Bomenvisie is ontwikkeling van een duurzaam en gezond bomenbestand om het groene karakter van de stad te behouden/versterken.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
10
De visie omvat de ontwikkeling van het bomenbestand aansluitend op intensief gebruik van openbare ruimte en gewenste ruimtelijke kwaliteit. Ten aanzien van planontwikkeling en inrichting zijn uitspraken gedaan over de omlooptijd van bomen: • bij hoofdstructuren is een duurzame instandhouding van boomsoort van de eerste grootte uitgangspunt • bij nevenstructuren is het wenselijk de vervanging te koppelen aan rioolvervanging na 50 of 60 jaar. Een kortere omlooptijd is mogelijk, maar het minimum is 30 jaar. Belangrijkste opgave is verlegging van het accent van kwantiteit naar kwaliteit. Hiertoe is een actieve sanering voorgesteld als er sprake is van overlast of slechte conditie van nevenstructuren. Daarnaast is passieve sanering (niet terugplanten van een dode boom) voorgesteld. Veiligheidsplan bomen (2006) Doel van het Veiligheidsplan bomen is de kans op letsel en schade te verminderen door gestructureerde controle (conform wettelijke zorgplicht) om voorzienbare problemen te signaleren en tijdig aan te pakken. Hiertoe zijn de volgende activiteiten geïnitieerd: • zorg voor goed bomenbeleid • zorg voor bomen tijdens ontwerpfase: o voldoende groeiruimte, o keuze boomsoort afstemmen op locatie o nulmeting bestaande bomen bij ruimtelijke plannen o boomeffectanalyse bij te handhaven bomen bij ruimtelijke plannen • zorg voor bomen tijdens werkzaamheden o beschermende maatregelen voorschrijven o goede groeiomstandigheden creëren • kennis van bomenbestand en knelpunten • zorg voor duurzaam boombeheer door structurele inspectie en planmatig onderhoud. Op basis van dit plan is sinds 2006 een inhaalslag in uitvoering/uitgevoerd op een deel van het achterstallig onderhoud. Evaluatie op basis van praktijkervaring is nodig (maakt onderdeel uit van dit Bomenbeheerplan) en aanvulling van nog niet ingevulde taken. Hiermee komt voorliggend Bomenbeheerplan in de plaats van het Veiligheidsplan bomen. Beleidsplan overlast bomen (2010) Het Beleidsplan overlast bomen is opgesteld om eenduidige objectieve behandeling van vragen over bomen mogelijk te maken. Daarbij worden boomwaarde en boombezwaren op basis van meetbare criteria bepaald en afgewogen. De strategie voor de aanpak van overlast is (ondermeer) gericht op voorkomen van overlast en terughoudendheid met verwijderen van bomen. Deze strategie is vertaald in regels die zijn opgenomen in de Beleidsregel bescherming bomen in Helmond die van toepassing is op gemeentelijke bomen en beschermde particuliere bomen. Bestrijdingsplan Eikenprocessierups (2010) Doel van dit plan is efficiënte bestrijding van de groeiende plaag van Eikenprocessierupsen mogelijk te maken, om daarmee overlast en gezondheidsrisico’s te beperken. In dit plan is een strategie uitgewerkt bestaand uit proactieve communicatie, terugdringen van bestrijdingskosten door oa. meer preventieve bestrijding en jaarlijkse registratie en evaluatie.
11
2.4. Bedreigingen: ziekten, plagen en klimaatverandering Er komen in Nederland steeds vaker uitheemse ziekten en plagen voor zoals de Eikenprocessierups, de Massaria bij platanen en de Kastanjebloedingsziekte. Deze ontwikkeling is op lokaal niveau niet (of nauwelijks) beïnvloedbaar. De opwarming van de aarde lijkt een belangrijke rol te spelen bij deze toename. Bestrijding van deze nieuwe ziekten en plagen is nog vaak een probleem. Met de klimaatverandering moet rekening worden gehouden bij aanplant en beheer van bomen, vanwege: 1. Frequenter langduriger overstromingen van grotere gebieden, die problematisch kunnen zijn voor diverse boomsoorten en waarmee daarom rekening moet worden gehouden bij soortkeuze en situering van bomen vooral in (vm.) beekdalen; 2. Minder gelijkmatige verdeling van neerslag en meer kans op verdroging, wat het noodzakelijk maakt bij aanplant meer aandacht te besteden aan de vochtvoorziening van bomen; 3. Toename van windsnelheden, de frequentie van stormen en hagelbuien, ook gedurende de vegetatieperiode, waardoor een groter risico op tak- en stambreuk. Om de veiligheidsrisico’s te beperken worden boomcontroles en planmatig onderhoud steeds belangrijker. 4. Meer kansen voor warmteminnende soorten gedurende zomers, met risico op terugslag in incidentele strenge winters. De huidige klimaatveranderingstrend betekent toenemende bedreigingen voor stadsbomen. Daaruit volgt dat instandhouding van de huidige kwaliteit van het bomenbestand in de toekomst alleen met meer technische en financiële moeite te bereiken is.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
12
3. Analyse bomenbestand De analyse van gegevens is uitgevoerd in het 1e kwartaal van 2010 op basis van actuele gegevens. Elke paragraaf in dit hoofdstuk begint met een kader waarin de belangrijkste analyseresultaten kort zijn samengevat. Deze worden in de daarna volgende tekst toegelicht. 3.1.
Omvang
Momenteel kent Helmond circa 51.200 gemeentelijke bomen. Dit is een lichte daling ten opzichte van 2006 ten gevolge van (passieve) sanering (conform Bomenvisie). Voor komende jaren is voortzetting van de licht dalende trend te verwachten. De gemeente Helmond heeft momenteel circa 51.200 individueel geregistreerde bomen. Dit is exclusief de gemeentelijke bomen in landschappelijke beplanting, bos en bosplantsoen. Aantal 54.000 52.000 50.000 48.000 46.000 44.000 42.000
20 09
20 08
20 07
20 06
20 05
20 04
20 03
20 02
20 01
20 00
19 99
19 98
19 97
40.000
Jaar
Figuur 2. Omvang gemeentelijk bomenbestand van 1997 tot 2009 Passieve sanering De omvang van het bomenbestand is de laatste jaren licht afgenomen (zie figuur 2) door de ‘passieve sanering’ van bomen die voortkomt uit de Bomenvisie van 2004. Concreet houdt dit in dat sinds 2006 jaarlijks via de rooilijst gemiddeld 550 bomen worden gerooid, waarvan ongeveer de helft wordt herplant. De jaren daarvoor werden er jaarlijks tussen de 35 en 200 bomen gerooid, die over het algemeen allemaal werden herplant. Actieve sanering De afgelopen jaren zijn veel bomen gerooid die overlast veroorzaakten of gevaar opleverden (zoals Sierperen, Populier en Wilg). In de wijken Helmond-Oost, -Noord en Rijpelberg is het bomenbestand actief gesaneerd. Dit houdt in dat: - overlastsituaties en nevenstructuren met een slechte conditie zijn aangepakt; - boomwisselplannen zijn opgesteld, waarbij kritisch is gekeken of er wel (evenveel) bomen teruggeplant moesten worden.
13
Naar verwachting zal het aantal bomen (bij voorzetting van deze werkwijze) de komende jaren het bestand licht blijven dalen, vanwege de keuze voor kwaliteit boven kwantiteit (conform de Bomenvisie). 3.2.
Leeftijdsopbouw
Het bomenbestand van Helmond is relatief jong: • 22 jaar is de gemiddelde leeftijd • Bomen ouder dan 60 jaar zijn schaars • In oude wijken zijn bomen uit de bouwtijd een zeldzaamheid • Bomen worden meestal gerooid voordat ze volwassen zijn • Er zijn geen eeuwen oude bomen in Helmond De in het Veiligheidsplan bomen voorgestelde zorg voor bomen tijdens de ontwerp- en uitvoeringsfase wordt zelden (volledig) gerealiseerd. De Bomenvisie lijkt niet haalbaar bij de huidige werkwijze.
Opvallend is dat de leeftijd van het bomenbestand laag is: de gemiddelde leeftijd is slechts 22 jaar. Dit wordt veroorzaakt doordat meer dan de helft van de bomen (52%) nog geen 20 jaar is. Bovendien zijn er maar heel weinig oude bomen: minder dan 4% is ouder dan 60 jaar! Eeuwen oude (veterane) bomen heeft Helmond niet (zie figuur 3). Dat er zo weinig oude bomen in Helmond zijn, is van invloed op de beeldkwaliteit, want juist oude bomen zijn van belang voor de beleving. Aantal 16000 14000
14363 12315
12000
11649
10000 8000 5151
6000
3067
4000
2835 734
2000
648
319
66
0 < 10
10 - 20 20 - 30 30 - 40 40 - 50 50 - 60 60 - 70 70 - 80 80 - 90
> 90
Leeftijd
Figuur 3. Leeftijdsopbouw bomenbestand Ruim 24% van het bomenbestand is jonger dan 10 jaar. Dat dit percentage hoog is, is begrijpelijk omdat Helmond sterk uitbreidt: in Brandevoort zijn de afgelopen 10 jaar 3500 bomen geplant. Maar uit bestudering van de gegevens valt op dat ook in oudere wijken veel jonge bomen zijn. Gemiddeld (zonder Brandevoort) bestaat bijna 20% van het bomenbestand per wijk uit bomen jonger dan 10 jaar. Bomen uit de bouwtijd Nader onderzoek wijst uit dat in bijvoorbeeld Helmond-Oost slechts 10% van het huidige bomenbestand stamt uit de bouwtijd (voor 1965). Bijna alle bomen uit de bouwtijd zijn gerooid en inmiddels vervangen door jonge aanplant. De oorzaak hiervan ligt in slechte groeiomstandigheden, te weinig groeiruimte en toepassing van boomsoorten die zich niet lenen voor standplaatsen in verharding
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
14
In Helmond-Noord is de situatie vergelijkbaar. Deze wijk is van recenter datum, maar slechts 35% van de bomen dateert uit de bouwtijd (1963-1979). In de komende jaren is groot onderhoud aan wegen en riolering gepland in de wijk. Daarbij zullen naar verwachting veel van de bomen uit de bouwtijd worden verwijderd. Naar verwachting zal het aantal bomen uit de bouwtijd nog veel lager zijn als de wijken Brouwhuis en Rijpelberg een halve eeuw bestaan. In deze wijken zijn namelijk veel bomen in verharding geplant zonder goede groeiomstandigheden. Hierdoor wordt het oorspronkelijke idee van de architect(en) niet verwezenlijkt. De groene kwaliteit van deze wijken is gelukkig geborgd doordat hier de oude landschappelijke structuren succesvol zijn ingepast. Dit is een duurzaam groen geraamte in beide wijken. In veel andere wijken is dit niet het geval en bepalen juist de straatbomen het groene karakter. Trend Dat het aandeel jonge bomen hoog is in Helmond is dus geen momentopname maar een trend. Dit wordt veroorzaakt door keuzes ten nadele van bomen die worden gemaakt bij de inrichting. Daarmee komt de doelstelling (duurzame levensloop van bomen in de hoofdstructuur en minimaal 30 jaar voor nevenstructuren) uit de Bomenvisie onder druk te staan. Helmond is hierin overigens geen uitzondering. Een toenemende druk op de (openbare) ruimte is een landelijke trend. Vooral in grote steden is te zien dat door verdichting steeds meer bomen verdwijnen en steeds minder ruimte voor bomen overblijft. Ook de lage gemiddelde leeftijd van bomen in Helmond is vergelijkbaar met die in verschillende andere grote steden. 3.3.
Samenstelling
Helmond kent geen vrij uitgroeiende bomen; alle bomen zijn opgekroond, ook als dat niet nodig is. Een derde van het totale bomenbestand bestaat uit eik, wat een risico is in verband met ziekten en plagen. De laatste jaren zijn veel vormbomen geplant; deze zijn relatief duur in onderhoud. Boomsoorten Het bomenbestand is opgebouwd uit een grote diversiteit aan boomsoorten. Belangrijkste boomsoort is de eik; bijna een derde van het bomenbestand bestaat uit eiken. Dit is echter niet verwonderlijk omdat de eik hier van nature voorkomt en een sterke soort is met een hoge levensverwachting. Een risico bij veelvuldige toepassing van één boomsoort in boomstructuren die met elkaar zijn verbonden, is dat plagen (zoals de eikenprocessierups) zich gemakkelijk over een groot gebied kunnen verspreiden. Onder bomen ouder dan 60 jaar bestaat 75% uit eik. Daarnaast komen ook Linde (6%) en Paardenkastanje(7%) veel voor onder oude bomen. Dit komt doordat deze soorten ook in het verleden veel zijn toegepast. Daarnaast zijn veel landschappelijke structuren, veelal bestaand uit eiken, in gepast in nieuwe woonwijken.
15
Groeivormen Het grootste deel van de bomen zijn straatbomen; dit zijn bomen die gesnoeid zijn om het verkeer er onderdoor te laten. Bomen in parken, waar geen verkeer onderdoor hoeft, zijn in het verleden ook behandeld als straatbomen. Deze zijn opgekroond om te zorgen dat de maaimachine er onderdoor kan. Volledig natuurlijk uitgegroeide bomen waaraan niet gesnoeid is (parkbomen) komen in Helmond daardoor niet voor. Dit is een gemist aspect, met name voor de beleving en de beeldvorming; Wie weet nog hoe een boom die de ruimte heeft er van nature uitziet? Een deel van het bomenbestand bestaat uit vormbomen. Het gaat hier om circa 1900 stuks. Dit houdt in dat 1 op de 25 bomen een cultuurvorm is en een aanzienlijke extra onderhoudsinspanning met zich meebrengt. Vormbomen zijn vooral in de afgelopen 10 jaar veel aangeplant, vaak vanwege ruimtegebrek voor een volledig uitgegroeide straatboom. Opvallend is het grote aantal knotbomen (ruim 1180 stuks). Het gaat hier voornamelijk om de knotwilgen die in Brandevoort zijn geplant langs de geluidwering Vanwege de daarop gemonteerde zonnepanelen waren volledig uitgegroeide bomen niet wenselijk; deze zouden teveel zonlicht tegenhouden. Knelpunt bij deze knotwilgen is dat het grootste deel zo dicht op het fietspad staan dat ze jaarlijks geknot moeten worden. 3.4.
Onderhoudstoestand
Met het huidige onderhoudsregime wordt invulling gegeven aan de wettelijke zorgplicht. Het risico voor de (verkeers-)veiligheid is sterk afgenomen ten opzichte van 2006 door de aanpak conform Veiligheidsplan bomen. De helft van het bomenbestand heeft een aanvaardbare onderhoudstoestand; de overige bomen hebben nog een snoeiachterstand. Deze snoeiachterstand is in 6 jaar in te lopen. De jarenlange verwaarlozing blijft echter in de kroonopbouw van veel bomen zichtbaar. Voor landschappelijke beplanting en bos moet de zorgplicht nog worden ingevuld. Invulling zorgplicht Bomen ouder dan 10 jaar worden sinds het Veiligheidsplan bomen (2006) elke drie jaar onderzocht, aandachtsbomen jaarlijks. Indien nodig volgt nader onderzoek. Elk jaar worden de bomen in een derde deel van de stad in een snoeiprogramma opgenomen. Met deze maatregelen wordt voldoende invulling gegeven aan de wettelijke zorgplicht. Voor landschappelijke beplanting en bos moet de wettelijke zorgplicht nog worden ingevuld. Hiertoe moeten bomen in landschappelijke beplanting (voor zover mogelijk) worden geregistreerd en in het onderzoek- en snoeiprogramma worden meegenomen. Voor bossen (en mogelijk enkele landschappelijke beplantingen, zoals bossages en houtwallen) is afzonderlijke registratie van de bomen niet wenselijk. Voor deze beplantingen is een andere werkwijze denkbaar, die uitgewerkt moet worden in het bosbeheerplan.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
16
Verw aarloosd 5%
Onbekend 8% Bomen < 10 jaar 24%
Achterstallig 33%
Aanvaard 30%
Figuur 4. Onderhoudstoestand Onderhoudstoestand 30% van de bomen ouder dan 10 jaar heeft een aanvaardbare onderhoudstoestand (zie figuur 4). Over de bomen jonger dan 10 jaar zijn geen onderzoeksgegevens beschikbaar, want vanwege het zeer geringe veiligheidsrisico worden deze niet gecontroleerd. Bij het huidige onderhoudsregime mag echter worden aangenomen dat ook deze bomen een aanvaardbare onderhoudstoestand hebben. Hiervan uitgaande heeft ruim de helft van het totale bomenbestand een aanvaardbaar onderhoudsbeeld. Dit is een flinke verbetering ten opzichte van 2006, toen vrijwel het volledige bomenbestand een onderhoudsachterstand had en het aandeel verwaarloosde bomen veel hoger was. Naar aanleiding van het Veiligheidsplan bomen is sinds 2006 een impuls gegeven aan het onderhoud en zijn de achterstanden voor een belangrijk deel ingelopen. Bij veel bomen (38%) rest echter nog een gedeelte van de snoeiachterstand met bijbehorende veiligheidsrisico’s. Deze achterstand is bij goed beheer in 6 jaar geheel in te lopen. Van ongeveer 8% van de bomen is de onderhoudstoestand onbekend. Dit percentage wordt lager bij elke volgende inspectieronde. Uit nadere analyse van het oostelijk deel van de stad blijkt dat de meeste bomen met een onbekende snoeistand door de controleur niet zijn aangetroffen (vermeld als opmerking). Op basis van deze informatie moeten de bestanden nog worden bijgewerkt. Het gaat hierbij om waarschijnlijk om circa 2% van het totale bomenbestand. Opvallend is dat veel bomen op latere leeftijd nog begeleidingssnoei krijgen (45% van de bomen boven de 20 jaar en 30 % boven de 30 jaar). Normaal is te verwachten dat een boom rond de 20 jaar de noodzakelijke takvrije zone bereikt, zodat van begeleidingssnoei overgestapt kan worden op onderhoudssnoei. Waarschijnlijk heeft dit te maken met de grote onderhoudsachterstand die de bomen hadden.
17
3.5.
Kwaliteit
Bomen bereiken zelden hun eindbeeld vanwege de slechte groeiomstandigheden Ruim 90% van de bomen heeft een goede levensverwachting en een normale conditie. Veel risicobomen (waaronder veel populieren en wilgen) zijn de laatste vier jaar verwijderd naar aanleiding van het Veiligheidsplan bomen. Steeds meer ziekten en plagen (zoals Massaria onder platanen en de Kastanjebloedingsziekte) vormen een bedreiging voor het bomenbestand en de veiligheid. Hierop wordt bij invulling van de zorgplicht nog niet voldoende ingespeeld. Daarnaast zijn er steeds meer ziekten en plagen (zoals Eikenprocessierups en bladluizen) die de bomen bedreigen en ontsieren en overlast veroorzaken. Hierdoor wordt het bruikbare sortiment voor stadsbomen beperkt en de noodzakelijke beheerinspanning (in het kader van de zorgplicht en de volksgezondheid) steeds groter. Levensverwachting Uit de onderzoeken (VTA) blijkt dat 95% van de bomen een goede levensverwachting heeft. Dit houdt in dat deze bomen nog minstens 15 jaar mee kunnen. De levensverwachting zegt echter nog niets over de kwaliteit van de boom; veel bomen zullen hun eindbeeld nooit bereiken omdat de groeiomstandigheden daarvoor te slecht zijn. Deze bomen hebben een goede levensverwachting ondanks dat ze niet groeien. Conditie Uit de onderzoeken (VTA) blijkt dat 92% van de onderzochte bomen een normale conditie heeft. Dit betekent dat de meeste bomen in Helmond het goed doen. Slechts 8% van de bomen (circa 4000 stuks) heeft een verminderde tot slechte conditie. De oorzaak van de verminderde conditie kan verschillen: meestal is de oorzaak slechte groeiplaats, een aantasting door ziekten of plagen of beschadiging door graafwerkzaamheden. Soms kan door verbetering van de groeiplaats de conditie van de boom weer worden verbeterd. Dode bomen en bomen met een slechte conditie komen jaarlijks op de rooilijst. Ziekten en plagen Ziekten en plagen zijn een natuurlijk verschijnsel. Bomen met een verminderde conditie zijn echter extra kwetsbaar voor aantasting door insecten, bacteriën of virussen. Omdat bomen in de stad door een gebrek aan ruimte vaak te kampen hebben met zuurstoftekort, droogte, milieuvervuiling en wortelbeschadiging, zijn de bomen ook gevoeliger voor ziekten en plagen. Steeds meer ziekten en plagen vormen een bedreiging voor het bomenbestand of een toenemende bron van overlast. Op de belangrijkste voor Helmond (op dit moment) wordt hieronder kort in gegaan: •
Iepziekte is een groot probleem geweest. Inmiddels zijn de meeste iepen gerooid (in het openbaar groen staan nog maar 215 iepen). Incidenteel worden nog zieke iepen
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
18
aangetroffen in Helmond. Voorzichtig worden op dit moment weer iepen aangeplant; het betreft resistente cultivars. •
Massaria is een ‘nieuwe’ schimmelziekte in platanen. Bij een besmetting met Massaria kunnen takken binnen korte tijd afsterven en afbreken, waardoor problemen met de veiligheid kunnen ontstaan. De ziekte is ook in Helmond geconstateerd. Omdat de Plataan in Helmond veel is toegepast als straatboom (ruim 2150 exemplaren), is het in het kader van de wettelijke zorgplicht nodig om op korte termijn adequate maatregelen te treffen. Bekend is inmiddels dat stressfactoren en droogte belangrijke aspecten zijn bij het voorkomen van de ziekte. Dit vraagt om extra aandacht voor groeiomstandigheden bij aanplant van platanen en vooral voor een goede vochthuishouding.
•
De Kastanjebloedingsziekte is eveneens een ‘nieuwe’ ziekte. Deze komt voor in de Paardenkastanje. De ziekte verspreidt zich razendsnel over Nederland en komt ook (in beperkte mate) in Helmond voor. Aangetaste bomen krijgen bruine vlekken op de stam en 'bloeden' donker vocht. De aantasting leidt tot baststerfte en bij ernstige aantasting tot sterfte van de boom. Helmond telt 1590 Paardenkastanjes in openbaar groen, waaronder ook aangetaste exemplaren. Bij de uitvoering van onderhoudsmaatregelen is oplettendheid gewenst om verdere verspreiding van de ziekte zoveel mogelijk worden voorkomen. Dit moet worden verankerd in het beheerplan.
•
Kastanjemineermot is een aantasting die ontsierend werkt en vervroegde bladval veroorzaakt. Hierdoor kunnen aangetaste bomen geen reservevoedsel opslaan en krijgen ze het volgend jaar veel minder blad. Jaarlijkse aantasting betekent een verminderde conditie van de bomen, die hierdoor vatbaar worden voor andere ziekten en plagen. Geadviseerd wordt afgevallen bladeren te verwijderen (omdat de mot daarin overwintert) en te vernietigen om zo de plaag te beperken. In Helmond wordt regulier blad verwijderd, dus ook blad van Paardenkastanjes.
•
Eikenprocessierupsen komen sinds 2006 in explosief toenemende mate voor in Helmond. Deze rupsen vormen geen directe bedreiging voor de eiken waarin ze voorkomen, maar veroorzaken gezondheidsklachten bij mensen en dieren. Voor de bestrijding van deze plaag is het Bestrijdingsplan Eikenprocessierups opgesteld, waarnaar in dit beheerplan wordt verwezen.
•
Bladluizen kunnen honingdauw en roetdauw veroorzaken. Dit komt voornamelijk voor onder lindes, het probleem breidt zich uit naar ondermeer eiken en esdoorns. In Helmond zijn op enkele locaties (als proef tot 2011) de luizen jaarlijks bestreden. Dit heeft geen meetbare vermindering van de overlast opgeleverd. Naar verwachting zal het aantal probleemlocaties in de toekomst verder gaan toenemen.
19
3.6.
Standplaats
Bijna alle bomen staan in de invloedsfeer van verharding. Veel bomen zullen door slechte groeiomstandigheden nooit tot volle wasdom komen; veel bomen ‘staan stil’ in hun ontwikkeling. Bij ruimtelijke ontwikkelingen wordt vaak onvoldoende rekening gehouden met te handhaven (beschermde) bomen. Hierdoor: • gaat de conditie van deze bomen achteruit, soms zo sterk dat de betreffende bomen dood gaan. • vormen veel bomen een bron van overlast. Belangrijkste overlast is het opdrukken van verharding door boomwortels, waardoor veel jaarlijks herstraatwerk nodig is. Bij herstraatwerk worden grote delen van de wortels van bomen verwijderd, waardoor de opdruk vaak verergert en de conditie van de boom wordt bedreigd. Steeds vaker worden groeiplaatsvoorzieningen en -constructies toegepast om bomen een goede groeiplaats te geven. Deze zijn niet geregistreerd en de effectiviteit van deze (vaak dure) oplossingen is niet bekend. Vanwege netheid wordt afgevallen blad onder bomen in beplanting veelal verwijderd. Dit is ongunstig voor de bomen. De standplaats is bepalend voor de ontwikkelmogelijkheden van een boom. Van nature groeien bomen in beplanting. Gras of gazon is minder gunstiger. Een standplaats in verharding is het minst gunstig (vaak ronduit ongunstig) voor een boom. De afgelopen 10 jaar zijn veel bomen in gras aangeplant en weinig in beplanting. Uit analyse van de gegevens over de standplaats van bomen lijkt de situatie vrij gunstig omdat er maar 14% van de bomen direct in verharding staat. Dit beeld is echter vertekend. De beplantings- en grasstroken waarin bomen veelal worden geplant zijn zo smal of klein dat binnen de kroonprojectie het grootste deel van de oppervlakte verhard is. Een inschatting is dat 90 % van de bomen in gazon, gras en beplanting in de invloedsfeer van verharding staan. Speciale groeiplaatsvoorzieningen en -constructies Steeds vaker worden daarom bij bomen speciale voorzieningen en -constructies toegepast. Hierin is een grote diversiteit vanwege de voortdurende innovaties op dit gebied. De toegepaste voorzieningen en constructies zijn niet geregistreerd in het beheersysteem; hierdoor ontbreekt een overzicht. Ook wordt niet bijgehouden wat de ervaringen zijn met de toegepaste systemen. Het is wenselijk om dergelijke gegevens te gaan vastleggen en te evalueren of het beoogde effect wordt bereikt. Het gaat immers om dure voorzieningen. Inrichting en onderhoud boomspiegels Afhankelijk van de locatie van een boom wordt de boomspiegel ingericht. Daarbij spelen de volgende problemen: • Niet overal is voldoende ruimte om bij een boom die in omvang toeneemt voldoende doorgang op het voet- of fietspad te behouden. Bovendien drukken de wortels in zulke situaties vaak de verharding op zodat jaarlijks herstel nodig is. Vooral bomen ouder dan 50 jaar kampen met een ernstig ruimtegebrek. Bekende
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
20
•
voorbeelden hiervan zijn de platanen langs de Bakelsedijk en de eiken langs de Bruhezerweg en Rivierensingel. Vanwege de gewenste netheid wordt afgevallen blad op de meeste plaatsen uit beplanting verwijderd. Voor bomen (in beplanting) zou het beter zijn als het afgevallen blad blijft liggen, omdat het dan ten goede komt aan het bodemleven en de bodemstructuur.
Groeiruimte en -omstandigheden Veel bomen in (de invloedsfeer van) verharding zullen door de slechte groeiomstandigheden nooit tot volle wasdom komen en tijdens hun leven veel overlast veroorzaken. Over de ondergrondse groeiomstandigheden zijn geen gegevens beschikbaar, maar problemen zijn er volop. Het gaat daarbij vooral om een gebrek aan voedingsstoffen, een slechte waterhuishouding of een te beperkte groeiruimte (doorwortelbaar volume). Een effect van slechte groeiomstandigheden kan zijn dat een boom zich niet verder ontwikkelt (maar ‘stil staat’) en in conditie achteruitgaat. Hoeveel bomen worden beperkt in hun ontwikkelmogelijkheden door slechte groeiplaatsomstandigheden is onbekend. Het is echter een veel voorkomend probleem met sprekende voorbeelden, zoals de lindes langs de Traverse en de essen langs de Rivierensingel. Het blijven bomen met een omvang van circa 15 jarige bomen, die door de groeiomstandigheden niet groter kunnen worden en daardoor vaak overlast gaan veroorzaken (bv. opdrukken verharding). In het kader van het boomstructuurplan is onderzoek nodig naar de groeimogelijkheden voor bomen in de beoogde hoofdstructuur, om te toetsen of de ambities realistisch zijn. Veel bomen zijn zo dicht bij elkaar geplant dat ze elkaar (gaan) beconcurreren in boven- en ondergrondse groeiruimte. Een duidelijk voorbeeld hiervan is de beplanting van platanen en populieren aan de Brandevoortsedreef. Deze bomen zijn zo dicht op elkaar geplant dat de kronen nu al in elkaar groeien. Hierdoor komen de bomen ‘in de verdrukking’ en gaan dood hout vormen (veiligheidsrisico). Bovendien worden geen mooie kronen gevormd. Overlast Wortelopdruk is de meest voorkomende vorm van overlast . De oorzaak is vaak te vinden in de slechte groeiomstandigheden. Jaarlijkse kosten (kleinschalig onderhoud dat alleen aan boomwortels toe te schrijven is) voor herstel van de meest risicovolle situaties bedragen minimaal €265.000 per jaar. Bij herstraatwerk worden grote delen van de wortels verwijderd, waardoor de conditie van de betreffende bomen verslechtert, en de boom als tegenreactie des te harder terug komt, waardoor het probleem verhevigt. Naar aanleiding van het opgestelde overlastbeleid wordt nader onderzoek gedaan naar de oplossingsmogelijkheden. Uit onderzoek in het kader van het overlastbeleid is naar voren gekomen dat veel overlast door bomen samenhangt met de onzorgvuldige wijze waarop tijdens de ontwerp- en uitvoeringsfase met bomen wordt omgesprongen: - veel in te passen bomen krijgen te weinig groeiruimte - veel jonge bomen staan in slechte groeiomstandigheden, maar ook slechte soortkeus komt nog voor. Dit ondanks de verbeterpunten die in de Bomenvisie en het Veiligheidsplan bomen zijn benoemd.
21
3.7. Verbeterpunten De belangrijkste bevindingen uit de analyse van het bomenbestand zijn in onderstaande tabel samengevat. Tabel 1. Belangrijkste bevindingen uit de analyse van het bomenbestand Sterktes 1. Huidige beheer (onderzoek, registratie en uitvoering) voldoet aan wettelijke zorgplicht 2. Onderhoudsachterstand voor belangrijk deel ingelopen; risico voor (verkeers-)veiligheid is sterk afgenomen ten opzichte van 2006 (Veiligheidsplan Bomen) 3. Veel risicobomen (waaronder veel populieren en wilgen) zijn gerooid 4. Passieve sanering: sinds Bomenvisie zijn minder kansarme bomen geplant
Zwaktes 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16.
Weinig oude bomen (3,5% is ouder dan 60 jaar) Lage gemiddelde leeftijd (22 jaar) Geen vrij uitgroeiende bomen (alle bomen zijn opgekroond) Geen overzicht van toegepaste speciale constructies en voorzieningen en geen inzicht in effectiviteit daarvan Er is nog niets gedaan met informatie uit de VTA over bomen die niet zijn aangetroffen Afgevallen blad wordt bijna overal verwijderd uit beplanting onder bomen Veel bomen met slechte groeiomstandigheden en in invloedsfeer van verharding; hierdoor veel ‘stilstand’ (bomen die niet gaan voldoen aan hun eindbeeld), overlast en uitval Grote overlast door boomwortels en hoge jaarlijkse herstelkosten Platanen worden nog niet gecontroleerd op veiligheidsrisico’s door Massaria Er worden niet consequent eisen gesteld aan snoeiwerk ter voorkoming van verspreiding van de Kastanjebloedingsziekte Knotwilgen (in Brandevoort) staan te dicht op fietspad, waardoor jaarlijks knotten nodig is Laanbeplanting (oa. Brandevoortsedreef) te dicht bij elkaar geplant
Kansen 17. 18. 19. 20.
Betere bescherming via herziening Bomenkaart en op te stellen Boomstructuurplan Keuze voor kwaliteit boven kwantiteit Innovaties op het gebied van groeiplaatsvoorzieningen en –constructies Vervolg Bomenplan
Bedreigingen 21. Groene karakter van de stad neemt geleidelijk af 22. Ruimtelijke ontwikkelingen ten koste van (beschermde) bomen 23. Omlooptijd uit Bomenvisie wordt niet gehaald en de daarin vastgelegde uitgangspunten voor aanplant van bomen worden niet altijd in praktijk gebracht 24. Slechte groeiomstandigheden en soortkeus bij aanplant 25. Klimaatverandering en toenemend aantal ziekten en plagen in combinatie met kwetsbaarheid van boomstructuren door toegepaste monoculturen 26. Afkappen van wortels ten behoeve van herstraatwerk 27. Onvoldoende ruimte in het straatprofiel voor oude bomen
In dit bomenbeheerplan kunnen op basis van deze bevindingen gericht een aantal verbeterpunten in het beheer worden doorgevoerd. Het gaat daarbij om het uitbouwen van de sterke punten en het ombuigen van enkele benoemde zwaktes.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
22
Hieronder is beschreven op welke wijze hierop in dit bomenplan wordt ingespeeld. Tussen haakjes is weergegeven op welk van de in bovenstaande tabel genoemde punten de verbetering betrekking heeft. -
In het beheerplan kan gezorgd worden dat de ingeslagen ‘goede weg’ voor het beheer en onderhoud van bomen wordt voortgezet. Daarmee kan de onderhoudsachterstand verder worden ingelopen en veiligheidsrisico’s verder teruggedrongen. (punt 2)
-
Er kunnen parkbomen (die niet opgekroond hoeven worden) worden aangewezen en vastgelegd in het beheersysteem, zodat het voor iedereen duidelijk is dat deze bomen niet gesnoeid dienen te worden. Daarnaast kan als uitgangspunt worden genomen dat alleen gesnoeid wordt als het nodig is voor de (verkeers-)veiligheid. (punt 7)
-
Het is mogelijk de toegepaste speciale constructies en voorzieningen te gaan registeren in het beheersysteem en met monitoring (van een deel van deze locaties) inzicht te verkrijgen in de effectiviteit. (punt 8)
-
In de inboetprocedure kan worden opgenomen dat van bomen die tijdens de VTA niet zijn aangetroffen wordt bepaald of deze moeten worden vervangen of dat ze komen te vervallen. (punt 9)
-
Bij visuele boomcontroles kan extra worden gelet op Massaria bij platanen. (punt 13)
-
Ter voorkoming van het bevorderen van de verspreiding van de Kastanjebloedingsziekte is het nodig nader uit te werken hoe (maai)schade kan worden voorkomen en welke eisen worden gesteld aan de ontsmetting van snoeigereedschap. (punt 14)
-
Om de frequentie van het knotten van de knotwilgen in Brandevoort omlaag te kunnen brengen, van jaarlijks naar eens per twee of drie jaar, is verplaatsen of vervangen van de bomen wenselijk. Deze eenmalige investering maakt de structurele beheerlasten aanzienlijk lager. (punt 15)
-
Om de laanbeplanting (oa Brandevoortsedreef) voldoende groeiruimte te geven is een dunning nodig
-
Voldoende kennis van de (ontwikkeling) van ziekten en plagen is essentieel om hierop goed in te kunnen spelen. Waar ziekten of plagen een gevaar voor de veiligheid vormen dient hier in het kader van de wettelijke zorgplicht aantoonbaar zorgvuldig mee omgegaan te worden. (punt 25)
Niet alle problemen kunnen in dit bomenbeheerplan worden opgelost. Om de overige zwaktes om te buigen en de bedreigingen het hoofd te bieden zijn vervolgstappen in het kader van het Bomenplan nodig (zie Hoofdstuk 8).
23
4. Beheervisie 4.1. Ambitie De ambitie (conform Bomenvisie 2004) is ontwikkeling van een duurzaam en gezond bomenbestand om het groene karakter van de stad te behouden en waar mogelijk te versterken. Daarbij wordt ingespeeld op het intensieve gebruik van openbare ruimte en de gewenste ruimtelijke kwaliteit. Het accent ligt op kwaliteit van het bomenbestand, in plaats van op kwantiteit. Vanuit het BomenBeschermBeleid is de ambitie om bijzondere bomen (die zijn opgenomen op de Bomenkaart) te beschermen. De ambitie in het Overlastbeleid is om bij de aanpak van overlast door gemeentelijke bomen terughoudend om te gaan met kap en eerst te proberen de overlast terug te dringen door extra onderhoudsmaatregelen of herinrichting. Vertaling van deze ambities naar beheer betekent dat: Het boombeheer wordt gericht op : 1. Veiligheid, 2. Gezondheid en 3. Duurzaamheid van het bomenbestand. •
• •
Onder veilig wordt in dit kader verstaan: voldoen aan de wettelijke zorgplicht. Dit kan door het realiseren van voldoende doorgang voor het verkeer (takvrije zone) en verkleinen van het risico op breuk van stam of takken die letsel of schade aan de omgeving kunnen veroorzaken. Onder gezond wordt een goede conditie, zonder ziekte verstaan. Duurzaam heeft betrekking op de kwaliteit en betekent in dit verband dat bomen tot volle wasdom kunnen komen en oud kunnen worden, bij voorkeur zonder kunstmatige groeiplaatsvoorzieningen en zodanig dat ze geen zwaarwegende overlast (gaan) veroorzaken.
Levensverwachting Om duurzaamheid en gezondheid te realiseren is een vereiste dat bomen bij aanplant een goede groeiplaats krijgen. Concreet betekent dit dat bomen in de hoofdstructuur bij aanplant worden voorzien van groeiomstandigheden waardoor zij minstens een leeftijd van 60 jaar zouden moeten kunnen bereiken in goede gezondheid. Voor nevenstructuren zou dit minstens 30 jaar moeten zijn. (Wat nevenstructuren zijn is in de bomenvisie niet gedefinieerd, dit wordt uitgewerkt in het nog op te stellen bomenstructuurplan; voorlopig worden onder nevenstructuren bomen in woonstraten verstaan.) Vervanging Uiteindelijk bereikt elke boom het einde van zijn levensduur. Gezien het grote aantal gemeentelijke bomen is planmatig omgaan met de vervanging van bomen essentieel om op efficiënte wijze de veiligheid te kunnen garanderen en de beheerkosten beperkt te houden. De regel is daarom dat een boom wordt vervangen zodra deze gaat aftakelen (van aftakeling is sprake als de boom meer dan 1x per jaar een veiligheidscontrole nodig heeft). Bij renovaties en reconstructies kan worden afgeweken van deze regel als wordt ingeschat dat de boom niet tot de volgende renovatie (30 jaar later) kan worden gehandhaafd. Beschermde bomen nemen een bijzondere positie in; voor deze bomen is het beheer gericht op het zo lang mogelijk behouden van de boom, ook als deze begint af te takelen.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
24
4.2. Uitgangspunten Bij de vertaling van deze ambitie naar een strategie en naar de uitvoering worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: • Kwaliteit voor kwantiteit • Invulling zorgplicht (onderzoek, registratie en onderhoud) • Alleen indien nodig ingrijpen (snoeien, verzorgen ea) • Efficiënte werkwijze (waaronder terugdringen snoeiachterstand en voorkomen ontstaan nieuwe snoeiachterstand) • Terughoudendheid met verwijderen van bomen bij overlast (zie Overlastbeleid) • Bescherming van bijzondere bomen (zie BomenBeschermBeleid) • Duurzaam inkopen 4.3. Strategie De ambitie voor het bomenbeheer is vertaald naar een strategie per levensfase van bomen. Deze is samengevat in onderstaand figuur.
Beschermde bomen Aanslagfase
Jeugdfase
Volwasfase
Veteranenfase
Invullen wettelijke zorgplicht
Kansen creëren • Zorgvuldige aanplant • Intensieve verzorging • Goede begeleiding
Goede verzorging • Zorgvuldig beheer (veiligheid) • Vervanging bij aftakeling
Instandhouding • Zorgvuldig beheer (veiligheid) • Groeiplaatsverbetering • Levensverlenging
Bescherming Aanpak probleemsituaties
Figuur 5. Schematische weergave van de strategie per levensfase
25
De strategie omvat: 1. Invulling wettelijke zorgplicht Dit betekent aantoonbaar zorgvuldig handelen door: a. Regelmatige controle van alle bomen b. Frequenter (minimaal jaarlijks) controleren van aandachtsbomen c. Nader onderzoek naar potentieel gevaarlijke gebreken, ziekte en plagen d. Treffen van adequate maatregelen in gevaarlijke situaties e. Registratie van onderzoeksgegevens en uitgevoerde onderhoudsmaatregelen 2. Kansen creëren voor jonge bomen (in de aanslag- en jeugdfase) Dit kan worden bereikt door: a. Zorgvuldige aanplant gericht op duurzame ontwikkeling (uit te werken in Richtlijn aanplant bomen, zie hoofdstuk 8) b. Intensieve verzorging gericht op goed laten aanslaan c. Goede begeleiding van de boom gericht op veiligheid en het verkrijgen van een goed ontwikkelde kroon en eventueel de vereiste takvrije zone 3. Voldoende zorg voor volwassen bomen Als in de jeugdfase een goede start is gemaakt, is een goede verzorging in de volwasfase relatief arbeidsextensief. Deze verzorging omvat: a. Zorgvuldig beheer en onderhoud gericht op veiligheid b. Vervanging van bomen als deze in de aftakelingsfase komen 4. Instandhouding van beschermde bomen en belangrijke boomstructuren Het streven is de boom zo lang mogelijk te behouden (veteraanbomen), waar mogelijk (mits er geen veiligheidsrisico is) zelfs als dood exemplaar (bijvoorbeeld in een park). Dit kan worden bereikt door: a. Zorgvuldig beheer en onderhoud gericht op veiligheid b. Groeiplaatsverbetering bij bomen die achteruitgaan, als daarmee de levensduur wordt verlengd c. Levensverlengende maatregelen (bv. innemen kroon of kroonverankering) in de aftakelingsfase d. Per geval beoordelen wanneer de boom uiteindelijk wordt verwijderd 5. Bescherming van alle bomen Dit kan bereikt worden door: a. Bedreigingen door menselijk handelen (proberen) weg (te) nemen b. Stimuleren van behoud, met name van beschermde bomen. (uitwerking in Richtlijn voor inpassing van bomen in ruimtelijke plannen, zie hoofdstuk 8) 6. Aanpak van probleemsituaties Dit kan bereikt worden door: a. Bestrijden van overlast door bomen of organismen in bomen die overlast veroorzaken conform het vastgestelde Overlastbeleidplan b. Bestrijden van de overlast door eikenprocessierups conform het vastgestelde Bestrijdingsplan c. Bestrijden van ziekten en plagen die het bomenbestand bedreigen d. Uitwerken van een aanpak voor bomen die ‘stil staan’ of de verharding opdrukken (Boomstructuurplan of Groenvisie per wijk, zie hoofdstuk 8)
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
26
4.4.
Eindbeelden
4.4.1. Parkboom (vrij uitgroeiende boom)
Figuur 6. Eindbeeld van een parkboom
Een parkboom is een vrij uitgroeiende boom die tot onder toe is vertakt en waarvan de takken tot op de grond (kunnen) reiken. Dit is alleen mogelijk als een boom in gras of beplanting staat, zonder voet- of fietspaden binnen 1 meter van de kroonprojectie (in de volwasfase). Bomen in een weiland of dierenpark, waarvan dieren de onderste takken hebben afgegeten, worden ook tot de parkbomen gerekend.
4.4.2. Straatboom Een straatboom staat op een plaats waar onvoldoende ruimte is om de boom vrij uit te laten groeien. Dit is het geval voor de meeste bomen in de bebouwde kom. Er moet daarom een takvrije zone worden gecreëerd afhankelijk van bebouwing en verkeer in (de directe nabijheid) van de kroon van de boom. Daarbij kunnen voor verschillende zijden van de boom verschillende takvrije zones gelden (zie volgende figuur).
Figuur 7. Eindbeeld van een straatboom Voor de afmetingen van een takvrije zone worden de volgende richtlijnen aangehouden: 1,0 meter afstand tot woningen of andere gebouwen 3,0 meter boven voet- of fietspad (ten behoeve van doorgang strooiwagens) 4,2 meter boven rijbanen (conform Wegenverkeerswet) Boven particuliere tuinen is de takvrije zone gelijk aan de takvrije zone aan de andere zijde van de boom, maar minimaal 3 meter. De term takvrije stamlengte wordt in Helmond niet gebruikt voor aansturing van het onderhoud, om verwarring met de term takvrije zone te voorkomen.
27
Takvrije zone
Figuur 8. Voorbeelden van verschillende takvrije zones rond straatbomen Ongewenste situatie De in bovenstaande figuur weergegeven wijze van opkronen van bomen is een consequentie van de inrichting van de ruimte. Situaties zoals rechts in de figuur, waarbij de boom eenzijdig bijna geheel kaal wordt gekapt, zijn ongewenst! Deze kunnen echter alleen worden voorkomen door bij ruimtelijke ontwikkelingen te kiezen voor kwaliteit. 4.4.3. Vormboom Knotboom Een knotboom is een boom die op een bepaalde hoogte is afgezaagd en waarbij ook de overgebleven takken zijn verwijderd. Hoe hoog de boom is afgezaagd verschilt per situatie. Aan het einde van de stam ontstaat een nieuwe kroon die vervolgens periodiek teruggesnoeid (geknot) wordt. Hierdoor krijgt de boom zijn karakteristieke vorm. De meest geknotte boomsoort is wilg, maar ook andere soorten (zoals bolaccacia) worden soms geknot. Figuur 9. Eindbeeld van een knotboom
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
28
Leiboom Een leiboom is een boom die gedwongen wordt in een niet-natuurlijke vorm te groeien door de hoofdtakken (armen) in etages in horizontale richting langs een (tijdelijk of permanent) raamwerk te leiden. De leiboom wordt in de gewenste vorm gehouden door de twijgen op de hoofdtakken regelmatig af te knippen.
Figuur 10. Eindbeeld van een leiboom Blokboom Een blokboom is een soort (blok-)haag op stam. Deze komt voor in verschillende verschijningsvormen (kubus, rechthoek ea.) De blokboom wordt gedwongen in een niet-natuurlijke vorm te groeien door de kroon regelmatig in de gewenste vorm te knippen of te scheren. In de kroon komen daardoor altijd twijgen voor.
Figuur 11. Eindbeeld van een blokboom
Dakboom Een dakboom is een boom die is getopt op circa 3 meter hoogte en wordt gedwongen in een niet-natuurlijke vorm te groeien door de hoofdtakken in een horizontaal vlak langs een (tijdelijk) raamwerk te leiden. De dakboom wordt in de gewenste vorm gehouden door twijgen op de hoofdtakken regelmatig af te knippen.
Figuur 12. Eindbeeld van een dakboom
29
Gekandelaberde boom Een gekandelaberde boom heeft een kroon die op latere leeftijd meer dan 50% is verkleind; alleen de gesteltakken van de boom zijn overgebleven, maar sterk ingekort. Keuze voor het kandelaberen van bomen of het toepassen van gekandelaberde bomen is veelal een gevolg van stabiliteitsproblemen, overlast of ruimtegebrek. Door kandelaberen kan de boom in dergelijke situaties behouden worden terwijl het gevaar of de overlast wordt beperkt. Figuur 13. Eindbeeld van een gekandelaberde boom
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
30
5. Beheermaatregelen Het regulier beheer van bomen omvat in hoofdlijnen: het onderzoeken, snoeien, verzorgen en vervangen. De te treffen maatregelen variëren per levensfase van de boom. In onderstaand figuur is weergegeven welke maatregelen in welke levensfase nodig zijn.
takvrije zone
Jeugdfase
Volwasfase
Veteranenfase
3 a 4 jaar
Circa 17 jaar
Na jeugdfase: Minimaal 30 jaar voor hoofdstructuren Minimaal 10 jaar voor overige bomen
Zo lang mogelijk
ONDERZOEK
Aanslagfase
vanaf 10 jr.
OVERIG
VERZORGING
SNOEI
begeleidingssnoei
Opname snoeistand, VTA, VTA+, NO Massaria-controle, inboetopname
onderhoudssnoei
vormsnoei (alleen vormbomen) verwijderen stamschot water geven verzorgen tijdelijke voorzieningen verzorgen boomspiegel / permanente
voorzieningen (indien aanwezig)
bestrijden ziekten / plagen
speciale maatregelen rooien en inboeten
Figuur 15. Schematische weergave van de maatregelen per levensfase
31
In dit hoofdstuk wordt per maatregel beschreven: - Omschrijving wat omvat de maatregel en waarop heeft deze betrekking? - Doel wat willen we ermee bereiken? - Werkwijze hoe wordt de maatregel uitgevoerd? en welke procedure (bijlage 2) wordt gevolgd? Knelpunten Bij het samenstellen van het maatregelpakket voor het boombeheer zijn enkele knelpunten gesignaleerd in de huidige werkwijze. Deze worden bij de betreffende maatregelen beschreven. In paragraaf 5.6 worden voorstellen gedaan om deze knelpunten aan te pakken. Registratie Voor planmatige uitvoering van de maatregelen is individuele registratie van bomen essentieel (zie procedure 1.1 en 1.2 in bijlage 2). Deze registratie vormt eveneens de basis voor het vastleggen van onderzoeksgegevens conform de wettelijke zorgplicht. 5.1. Onderzoeken De basis voor het beheer en onderhoud wordt gevormd door onderzoeksgegevens. Het resultaten van diverse onderzoeken is bepalend voor de keuze van de herstelmaatregelen. Dit is in onderstaand schema verbeeld.
ONDERZOEK
HERSTEL
Veiligheid
Duurzaamheid Veilig?
ja
ja
Niets doen
nee Opname snoeistand en VTA
Snoeien
Aanwezig?
Speciale verzorging
incl. massariacontrole
VTA+ en nader onderzoek Rooien
nee
Inboetopname
Inboeten
Figuur 16. Schematische weergave van samenhang tussen onderzoeks- en herstelmaatregelen
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
32
In de volgende paragrafen worden de onderzoeken nader beschreven. In bijlage 2 is een beschrijving opgenomen van de huidige procedures voor voorbereiding en uitvoering van de herstelmaatregelen. Hierin wordt de input vanuit de onderzoeken benoemd. Knelpunt: door uitbesteding van al het specialistische onderzoekswerk veroudert en ‘vervliegt’ kennis van interne specialisten snel Knelpunt: interpretatieverschil door onderzoeksopdrachten jaarlijks apart aan te besteden (aan andere partij) en wisseling van inspecteur binnen het bedrijf. Voor het bomenbestand zou het goed zijn als de zelfde inspecteur bij de bomen zou terugkomen en de ontwikkeling meemaakt. 5.1.1. Opname onderhoudstoestand Omschrijving Periodiek beoordelen en registreren of de boom op dat moment: a. het beoogde eindbeeld heeft bereikt (voldoende takvrije zone) en b. een aanvaard, achterstallig of verwaarloosd boombeeld heeft en c. volgend jaar een snoeibeurt nodig heeft om een aanvaard boombeeld te behouden of te verkrijgen. Ad a. Of de boom het eindbeeld heeft bereikt is bepalend voor de keuze van de snoeimaatregel: • Als de boom het eindbeeld nog niet heeft bereikt, is bij snoei sprake van begeleidingssnoei (zie 5.2.1) • Als de boom het eindbeeld wel heeft bereikt, is bij snoei sprake van onderhoudssnoei (zie 5.2.2) Ad b. Aanvaard boombeeld: onderhoudssituatie waarbij er geen probleemtakken zijn en waarbij er geen takken in de tijdelijke kroon zijn waarvan de takdikte (gemeten in cm) meer is dan de ondergrens van de boomhoogte (gemeten in meters). Achterstallig boombeeld: onderhoudssituatie waarbij één snoeibeurt nodig is om een aanvaard boombeeld te bereiken (tot 20% kroonreductie). Verwaarloosd boombeeld (komt in theorie alleen bij onderhoudssnoei voor): onderhoudssituatie waarbij meer dan één snoeibeurt nodig is om een aanvaard boombeeld te bereiken (tot 40% kroonreductie). Ad c. Bomen met een achterstallig of verwaarloosd boombeeld worden in de eerstvolgende ronde gesnoeid. Bomen met een aanvaard boombeeld worden normaal niet gesnoeid. Alleen als de controleur inschat dat in de komende jaren problemen ontstaan die niet kunnen wachten tot de daarop volgende snoeironde wordt de betreffende boom in de eerstvolgende ronde gesnoeid. Uitzondering (tak van tak) In uitzonderlijke situaties wordt van bovenstaande afgeweken. Het betreft situaties waarin bomen een of enkele zeer zware takken in de takvrije zone hebben (zie figuur) die: - niet verwijderd kunnen worden zonder de boom in gevaar te brengen - en de doorgang voor het verkeer niet belemmeren
33
te handhaven zware tak te verwijderen zijtakken
Figuur 17. Voorbeeld van een te handhaven zware tak in de takvrije zone Vaak is het in dergelijke gevallen mogelijk om zijtakken van deze takken te verwijderen om een aanvaardbaar boombeeld te bereiken en te behouden. Bij opname van de onderhoudstoestand is het van belang dat in deze gevallen wordt aangegeven dat de boom: - het eindbeeld heeft bereikt - en een aanvaard boombeeld heeft. Zo wordt voorkomen dat de zware tak(ken) toch worden verwijderd. Knelpunt: is dat dit tot op heden niet (consequent) zo is uitgevoerd. Hiervoor zijn nadere afspraken nodig die in bestekken (VTA- en snoeibestek) moeten worden vastgelegd. Bijzondere aandacht is nodig voor borging van uniforme beoordeling (bij inzet andere inspecteur) Doel Inzicht verkrijgen in locatie en omvang van de volgende snoeibeurt voor straatbomen. Werkwijze Uitvoering in combinatie met VTA
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
34
5.1.2. Visuele boomcontrole Omschrijving Om invulling te geven aan de algemene en verhoogde zorgplicht worden bomen periodiek op een systematische manier gecontroleerd. Bij de visuele boomcontrole wordt in Helmond gewerkt volgens de Visual Tree Assessment (=VTA) volgens Mattheck en Breloer. Daarbij wordt de veiligheid van een boom beoordeeld op basis van breukgevoeligheid en de stabiliteit. Bij de VTA wordt vastgesteld of de boom veilig is of gerooid moet worden. In twijfelgevallen wordt nader onderzoek geadviseerd. Doel Een goede indruk krijgen van de veiligheid van elke afzonderlijke boom en aantoonbaar zorgvuldig handelen in het kader van de wettelijke zorgplicht. Daarmee voorkomen van letsel of schade door boomtechnische gebreken. Werkwijze De boom wordt rondom gecontroleerd op zichtbare gebreken in de kroon, stam en wortelaanlopen. Daarbij kan eventueel gebruik gemaakt worden van een prikstok of een houten hamer om verborgen holtes op te sporen. Bij de VTA hoort ook (digitale) registratie van gegevens in het beheersysteem van de gemeente. De resultaten vormen input voor: • de opdracht voor VTA+/nader onderzoek • het snoeibestek en • het rooibestek. Het risico voor de veiligheid is voornamelijk afhankelijk van de grootte van de boom en of er (rekening houdend met de gebruiksdruk op die locatie) sprake is van gevaar. Daarom wordt voor de VTA de volgende controlefrequentie gehanteerd: • bomen tot 10 jaar niet • bomen van 10 jaar en ouder 1 keer per 3 jaar (of vaker als dit door deskundige is aangegeven) • aandachtsbomen 1x per jaar. Aandachtsbomen zijn bomen waarbij tijdens de VTA door de controleur is aangegeven dat ze jaarlijks of vaker gecontroleerd moeten worden vanwege verhoogd risico. Het betreft: a. Bomen waar bij VTA kenmerken (zoals holtes, scheuren of zwammen) van potentieel gevaarlijke gebreken zijn aangetroffen b. Bomen die eerder al eens nader onderzocht zijn c. Oude bomen die door aftakeling veel dood hout vormen d. Bomen op locaties met een historie van problemen voor bomen (zoals graafwerk of wortelrot). Vanwege de zichtbaarheid van zwammen is uitvoering in de 2e helft van het jaar gewenst. Knelpunt: Massariacontrole wordt nog niet uitgevoerd: In het kader van de zorgplicht is het nodig alle risicovolle platanen te controleren, om een goede indruk te krijgen van het risico op takbreuk. Dit kan als onderdeel van VTA. (De te controleren platanen eventueel vooraf selecteren op basis van leeftijd, standplaats (gebruiksdruk) en stressgevoeligheid van de boom (slechte groeiomstandigheden)).
35
5.1.3. VTA+ en nader onderzoek Omschrijving Met het nader specialistisch onderzoek wordt invulling gegeven aan de onderzoeksplicht (zie 2.2) voor bomen die gevaarlijk kunnen zijn vanwege uitwendige gebreken of symptomen van verborgen gebreken. Er zijn verschillende onderzoeksmethoden. Welke zinvol is, is afhankelijk van de resultaten van de VTA. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen enkele typen: • Structuurbeoordeling: wordt toegepast als er aanwijzingen zijn dat de stabiliteit of breukgevoeligheid van de stam of een tak een probleem kan opleveren • Groeiplaatsonderzoeken: wordt toegepast als er aanwijzingen zijn dat de slechte conditie te wijten is aan de groeiomstandigheden • Beoordeling aantasting door zwam of schimmel; op naam brengen van de soort en inschatten van het risico Met het onderzoek wordt vastgesteld of en in hoeverre er een verhoogd risico is, of dit aanvaardbaar is, of (en op welke wijze) het is weg te nemen of te verkleinen en wat dan de ingeschatte restlevensduur is. Doel Duidelijkheid krijgen over ‘twijfelgevallen’ uit de VTA. Een goede indruk krijgen van de veiligheid van elke afzonderlijke boom en aantoonbaar zorgvuldig handelen in het kader van de wettelijke zorgplicht. Daarmee voorkomen van letsel of schade door boomtechnische gebreken. Werkwijze Om de hoge kosten voor nader onderzoek te beperken (met 50%!) worden de bomen die bij de VTA het advies tot nader onderzoek hebben gekregen eerst nogmaals visueel gecontroleerd (VTA+). Deze controle wordt uitgevoerd door een boomexpert (opleidingsniveau ETT) die beter kan bepalen voor welke bomen naderonderzoek echt nodig is. Afhankelijk van de resultaten van het NO kan het nodig zijn te snoeien, te rooien of andere speciale maatregelen te treffen (zie 5.5). Voor structuurbeoordeling en groeiplaatsonderzoek zijn verschillende hulpmiddelen en technieken beschikbaar (Zie Stadsbomen Vademecum 3A). De resultaten van het onderzoek worden vastgelegd in een onderzoeksrapport. In het rapport wordt geadviseerd welke maatregelen nodig zijn voor de veiligheid. Deze maatregelen kunnen bijvoorbeeld zijn: snoei (uitlichten of innemen van de kroon), kroonverankering, groeiplaatsverbetering of in het uiterste geval rooien. Bij de gemiddelde straatboom zal bij gevaarlijke situaties (als snoeien geen oplossing biedt) al snel worden overgegaan tot rooien. Alleen bij beschermde bomen en belangrijke boomstructuren wordt meer moeite gedaan om de levensduur van de betreffende boom te verlengen. Daarbij wordt mede op basis van de ingeschatte restlevensduur bepaald of de geadviseerde maatregel zinvol is. Het nader onderzoek wordt jaarlijks uitgevoerd na de VTA.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
36
5.1.4. Inboetopname Omschrijving Periodiek beoordelen en registreren welke bomen dood zijn gegaan en gerooid of vervangen moeten worden. Dit vormt input voor de rooilijst. Doel Inzicht verkrijgen in locatie en omvang van de gewenste inboet en mogelijkheden voor passieve sanering. Werkwijze Visuele boomcontrole en registratie van te rooien bomen. Daarbij wordt in het veld per boom bepaald of de boom: • nodig is om het groene beeld in stand te houden • past binnen het oorspronkelijk ontwerp (spontane opslag past niet altijd) • gewenst is in verband met functionaliteit van de openbare ruimte (bv afstand tot verlichting) • kans van slagen heeft in verband met concurrentie door omringende bomen Bij opname door een wijkopzichter ligt de focus op dode bomen Bij opname door een groenbeheerder worden alle bomen aan deze 4 criteria getoetst. Jaarlijks wordt de gehele stad gecontroleerd en verwerkt in de rooilijst. Knelpunt: het deel dat door de senior groenbeheerders wordt uitgevoerd (1/5 deel) staat onder grote tijdsdruk en is daardoor vaak niet (tijdig) uitgevoerd. 5.2. Snoeien (Voor de wijze van snoeien zie Stadsbomen Vademecum 3B) Algemeen knelpunt: interpretatieverschil door snoeiopdracht jaarlijks apart aan te besteden (aan andere partij). Voor de kwaliteit het bomenbestand zou continuïteit beter zijn (meerjarensnoeibestek).
37
5.2.1. Begeleidingssnoei Omschrijving Het verwijderen van probleemtakken en takken in de tijdelijke kroon, van straatbomen die hun eindbeeld (takvrije zone) nog niet bereikt hebben (zie figuur). Onder probleemtakken worden verstaan: • dode takken die dikker zijn dan 4 cm doorsnede • gebroken takken • takken die een onveilige situatie, schade of mechanische onbalans (kunnen gaan) veroorzaken. Doel In het kader van de wettelijke zorgplicht realiseren van een bepaalde takvrije zone, een solide doorgaande stam en een goed ontwikkelde blijvende kroon om risico’s voor de veiligheid te voorkomen.
Takvrije zone
Figuur 18. Schematische weergave van te verwijderen takken bij begeleidingssnoei (Bron: De Bilt)
Werkwijze De werkwijze wordt overgelaten aan de aannemer. Wel wordt voorgeschreven dat : • geen tak van tak wordt gezaagd; alleen tak van stam • minstens 1 European Treeworker per snoeiploeg aanwezig moet zijn • snoeihout moet worden verwijderd binnen 1 dag • in bepaalde gevallen maatregelen treffen om kans op verspreiding van ziekten en plagen te beperken • verkeersmaatregelen waar nodig worden getroffen (conform CROW-publicatie 96B) • gewerkt wordt conform de Gedragscode bestendig beheer groenvoorzieningen (Stadswerk) Bij bomen met een aanvaard of achterstallig boombeeld wordt maximaal 20% van de kroon verwijderd per snoeibeurt. Uitvoeringsfrequentie per boom is 1x per 3 jaar. Dit wordt ingevuld door elk jaar een derde deel van de stad aan te pakken. Voor uitvoering van de begeleidings- en onderhoudssnoei wordt een snoeibestek opgesteld op basis van de opname van de onderhoudstoestand (5.1.3). Knelpunt: Bomen die zo dicht bij elkaar zijn geplant dat ze elkaar (gaan) beconcurreren in boven- en ondergrondse groeiruimte (bv Brandevoortsedreef). Hiervoor is plan van aanpak (sanering) nodig. Daarnaast is het een aandachtspunt bij nieuwe aanplant.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
38
5.2.2. Onderhoudssnoei Omschrijving Het verwijderen en voorkomen van probleemtakken in de blijvende kroon van straatbomen die hun eindbeeld hebben bereikt. Onder probleemtakken worden verstaan: • dode takken die dikker zijn dan 4 cm doorsnede • gebroken takken • takken in de takvrije zone • en takken die een onveilige situatie, schade of mechanische onbalans (kunnen gaan) veroorzaken. Doel In het kader van de wettelijke zorgplicht risico’s voor de veiligheid verhelpen en voorkomen. Werkwijze De werkwijze wordt overgelaten aan de aannemer. Wel wordt voorgeschreven dat : • normaal alleen tak van stam wordt gezaagd; in uitzonderingsgevallen tak van tak mag worden gezaagd (zie figuur 17) • minstens 1 European Treeworker per snoeiploeg aanwezig moet zijn • snoeihout moet worden verwijderd binnen 1 dag • in bepaalde gevallen maatregelen treffen om kans op verspreiding van ziekten en plagen te beperken • verkeersmaatregelen waar nodig worden getroffen (conform CROW-publicatie 96B) • gewerkt wordt conform de Gedragscode bestendig beheer groenvoorziening (Stadswerk) Bij bomen met een aanvaard of achterstallig boombeeld wordt maximaal 20% van de kroon verwijderd per snoeibeurt. Bij bomen met verwaarloosd boombeeld wordt ten minste 20% en maximaal 40% van de kroon verwijderd. Uitvoeringsfrequentie per boom is 1x per 6 jaar. Dit wordt ingevuld door elk jaar een derde deel van de stad aan te pakken. Bomen die hun eindbeeld hebben bereikt hoeven niet meer iedere ronde gesnoeid te worden. Welke bomen moeten worden gesnoeid wordt bepaald bij de opname van de onderhoudstoestand gelijktijdig met de VTA. Naar schatting gaat het per ronde om 50% van de bomen die hun eindbeeld hebben bereikt. Voor uitvoering van de begeleidings- en onderhoudssnoei wordt een snoeibestek opgesteld op basis van de opname van de onderhoudstoestand (5.1.3). Uitzonderingsgevallen (tak van tak) Een uitzondering op de regel dat alleen tak van stam mag worden gezaagd zijn bomen van de 3e grootte (bijvoorbeeld bomen die zijn geënt op stam en een brede groeiwijze hebben) langs rijbanen voor autoverkeer (zie figuur 17). Verwijderen van takken in de takvrije zone is dan vaak onmogelijk vanwege de beperkte hoogte van deze bomen; de hele kroon zou verwijderd moeten worden. In dergelijke gevallen kunnen takken worden ingekort, of kan een tak van een tak worden gezaagd.
39
5.2.3. Verwijderen stamschot en wortelopslag Omschrijving Jaarlijks verwijderen van twijgen op de stam(voet) of op de wortels (rond de boom) Vooral bij lindes komt opslag op de stamvoet veel voor. Doel Verzorgde aanblik geven en voorkomen van overlast Werkwijze De werkwijze wordt overgelaten aan de aannemer. Wel wordt voorgeschreven dat : • twijgen zo dicht mogelijk bij de stam verwijderd moeten worden zonder de stam te beschadigen. • gereedschap moet worden ontsmet na snoei van elke boom om kans op verspreiding van ziekten en plagen te beperken • verkeersmaatregelen waar nodig worden getroffen (conform CROW-publicatie 96B) • gewerkt wordt conform de Gedragscode bestendig beheer groenvoorziening (Stadswerk) Uitvoering via beeldpost in groenonderhoudsbestekken
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
40
5.2.4. Snoei vormbomen Doel Vormboom in model houden Tabel 2. Maatregel en planning per soort vormboom Soort vormboom Maatregel en omschrijving Lei- en dakboom Aanbinden Twijgen van jonge bomen langs raamwerk leiden Snoei Verwijderen van alle twijgen op de armen Blokboom Scheren In vorm knippen of scheren door alle twijgen in te korten. Knotboom Knotten Alle takken vlak tegen de knot afzagen Gekandelaberde Terugzetten gekandelaberde boom boom Vervolgens vijfjaarlijks alle takken vlak tegen de knot afzagen.
Planning Jaarlijks (winter)
Jaarlijks in juni
Afhankelijk van schot 1x per 1,2 of 3 jaar (winter) 1x per 5 jaar
Knelpunt: - in het beheersysteem is niet eenduidig (volgens de definitie in paragraaf 4.4.3) geregistreerd wat knot- en bolbomen zijn - Op diverse plekken staan ‘bolbomen’ (bomen van de 3e grootte met een ronde kroon) op een plek waar ze in volgroeide toestand overlast geven. De kroon wordt in dergelijke situaties soms (periodiek) teruggenomen. - circa 150 knotbomen moeten jaarlijks geknot worden door verkeerde soortkeus, te lage knot of standplaats te dicht bij verharding. Werkwijze • Waar nodig verkeersmaatregelen treffen (conform CROW-publicatie 96B) • Werken conform de Gedragscode bestendig beheer groenvoorziening (Stadswerk) Uitvoering via aparte opdrachten; streven naar uivoering via (jaarrond) snoeibestek
41
5.3.
Verzorgen
5.3.1. Water geven Omschrijving Een pas aangeplante boom (1, 2 of 3 jaar oud) in droge perioden van water voorzien. Hiervoor is soms een watergeefsysteem aangelegd bij aanplant van de boom. Het IBH verzorgt het watergeven aan de overige (niet overgedragen) jonge bomen en als grotere bomen zijn geplant met onderhoudsverplichting Doel Voorkomen dat de boom verdroogt. Werkwijze Knelpunten in de huidige werkwijze: - niet tijdig opdracht geven (monitoring moet beter) - nog niet eenduidig: hoeveelheid water per boom? Sleuven maken/dichten? - Ontbrekende of niet-functionerende voorzieningen Bij uitvoering • Waar nodig verkeersmaatregelen treffen (conform CROW-publicatie 96B) • Werken conform de Gedragscode bestendig beheer groenvoorziening (Stadswerk) Uitvoering via aparte opdracht
5.3.2. Onkruidbestrijding boomspiegel Omschrijving Voorkomen van vochtconcurrentie door onkruid met een nieuw aangeplante bomen door op mechanische wijze ongewenste begroeiing te verwijderen. Het beeld is afgestemd op het vastgestelde kwaliteitsniveau van dat deel van de stad. Bij bomen in lang gras (gras dat maximaal 6x/jr wordt gemaaid) wordt boomschors toegepast. Doel Voorspoedige ontwikkeling van jonge bomen Alle boomspiegels een verzorgde aanblik geven. Werkwijze Mechanische onkruidbestrijding gedurende het groeiseizoen Boomschors waar nodig aanvullen Bij uitvoering: • Waar nodig verkeersmaatregelen treffen (conform CROW-publicatie 96B) • Werken conform de Gedragscode bestendig beheer groenvoorziening (Stadswerk) Uitvoering via beeldpost in groenbestek
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
42
5.3.3. Verzorgen tijdelijke voorzieningen Omschrijving Voldoende steun en bewegingsvrijheid geven aan een pas aangeplante bomen door regelmatige controle (en indien nodig bijstellen) van boompaal en –band en verwijderen als deze niet meer nodig zijn. Bescherming bieden aan pas geplante bomen in (lang) gras door maaischadepaaltjes en boomschors in stand te houden tot de boom een doorsnede van 25cm heeft. Doel Voorspoedige ontwikkeling van jonge bomen Werkwijze Jaarlijks controleren en bijstellen Op aanwijzing van directie verwijderen (meestal na 5 of 6 jaar). Knelpunt: wordt vaak vergeten Uitvoering via groenonderhoudsbestek Bij uitvoering: • Waar nodig verkeersmaatregelen treffen (conform CROW-publicatie 96B) • Werken conform de Gedragscode bestendig beheer groenvoorziening (Stadswerk) 5.3.4. Verzorgen permanente voorzieningen Omschrijving Bij bomen worden (steeds vaker) diverse permanente voorzieningen toegepast zoals stormankers, boomkorven, boomroosters, beluchtingssystemen en watergeefsystemen. De toegepaste voorzieningen zijn op verschillende wijze uitgevoerd. Doel Doel van de verzorging is het functioneel houden van de voorzieningen. Werkwijze - rechtleggen of –zetten van boomkorven en –roosters via aparte opdracht(en) Knelpunt: momenteel ontbreekt overzicht van de voorzieningen en onderhoud daaraan Behoeft nadere uitwerking met name voor technische installaties. 5.4.
Bestrijden van ziekten en plagen
In deze paragraaf is beschreven hoe wordt omgegaan met de op dit moment meest in Helmond voorkomende ziekten en plagen. Knelpunt: Een toename van ziekten en plagen is te verwachten. Het is van belang ontwikkelingen op dit vlak scherp in de gaten te houden en hierop in te spelen, met name als er veiligheidsrisico’s spelen. 5.4.1. Iepziekte bestrijden Omschrijving Verwijderen van aangetaste bomen op openbaar terrein zo kort mogelijk nadat de ziekte is geconstateerd. Doel Op grond van de APV verdere verspreiding van de iepziekte tegengaan.
43
Werkwijze • Betreffende bomen vellen, ontbasten en bast vernietigen. • Of niet-ontbaste delen behandelen tegen verspreiding van de ziekte of vernietigen. • Waar nodig verkeersmaatregelen treffen (conform CROW-publicatie 96B) • Werken conform de Gedragscode bestendig beheer Alleen in voorkomende incidentele gevallen via aparte opdracht Als op particulier terrein aangetaste bomen worden geconstateerd, wordt contact opgenomen met de eigenaar om deze te verplichten tot bestrijding. 5.4.2. Eikenprocessierups bestrijden Omschrijving Bestrijden van de overlast door (de brandharen) van Eikenprocessierupsen door preventieve en repressieve bestrijding. Jaarlijkse evaluatie en planning voor volgend jaar. Doel Gezondheidsrisico’s en overlast beperken tegen zo laag mogelijke kosten. Werkwijze, planning en organisatie Uitgewerkt in Bestrijdingsplan Eikenprocessierups en Protocol (DIGIDIS) Uitvoering via aparte opdracht aan gespecialiseerd bedrijf. 5.4.3. Luizen bestrijden Omschrijving Er zijn een aantal locaties waar luizen (jaarlijks) werden bestreden vanwege jaarlijks terugkerende overlast (roetdauw en honingdauw). Betreffende bomen zijn (als proef) enkele jaren bespoten met een biologisch middel. Doel Beperken van extreme overlast door luizen. Werkwijze Monitoring door de aannemer: op vaste representatieve locaties wordt de ontwikkeling van de populatie gevolgd om ingrijpmoment te bepalen. Communicatie door de aannemer: vlak voor de bestrijding bezorgt de aannemer een informatiebrief bij alle betrokken bewoners. Uitvoering via aparte opdracht aan gespecialiseerd aannemersbedrijf. Deze maatregel had geen meetbare positief effect. Per 2011 is vanwege bezuinigingen gestopt met de luizenbestrijding.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
44
5.5.
Overige maatregelen
5.5.1. Innemen van de kroon Omschrijving Innemen betreft het selectief inkorten van één of meer takken verspreid in de kroon. Deze maatregel is maatwerk wordt vooral toegepast bij beschermde bomen en hoofdstructuren. Doel Het innemen van de kroon is een effectieve methode voor vermindering van mechanische belasting en risico op omwaaien. Werkwijze De werkwijze wordt overgelaten aan de aannemer. Wel wordt voorgeschreven dat : • minstens 1 European Treeworker per snoeiploeg aanwezig moet zijn • snoeihout moet worden verwijderd binnen 1 dag • gereedschap moet worden ontsmet na snoei van elke boom om kans op verspreiding van ziekten en plagen te beperken • verkeersmaatregelen waar nodig worden getroffen (conform CROW-publicatie 96B) • gewerkt wordt conform de Gedragscode bestendig beheer groenvoorziening (Stadswerk) Uitvoering via snoeibestek of aparte opdracht alleen in specifieke situaties naar aanleiding van nader onderzoek. 5.5.2. Speciale (herstel)maatregelen Omschrijving Op basis van nader onderzoek uitvoeren van specifieke (herstel)maatregelen gericht op verbetering van de kwaliteit van de groeiplaats, herstel van de veiligheid of verlenging van de levensduur. Deze maatregel is maatwerk en wordt vooral toegepast bij beschermde bomen en hoofdstructuren. Doel Levensverlenging van bijzondere bomen(structuren). Werkwijze Specialistisch werk van diverse aard, afhankelijk van de specifieke situatie per boom. Kan variëren van aanbrengen van verankering tot groeiplaatsverbetering ea. Daarbij: • Waar nodig verkeersmaatregelen treffen (conform CROW-publicatie 96B) • Werken conform de Gedragscode bestendig beheer Uitvoering op basis van nader onderzoek als aparte opdracht, mits voldoende budget beschikbaar is.
45
5.5.3. Rooien Omschrijving Verwijderen van bomen die: • in VTA of nader onderzoek als te rooien zijn aangegeven, of • bij wijze van dunning moeten worden verwijderd om andere bomen meer kans te geven, of • overlast veroorzaken die op geen andere wijze te verhelpen is (zie overlastbeleid), of • dood zijn gegaan (inboetopname jonge bomen). Vooraf wordt kritisch bezien of op die plek goede groeiomstandigheden (te creëren) zijn voor een nieuwe boom. Op basis daarvan wordt besloten of een boom teruggeplant moet worden. Hiermee wordt beoogd de kwaliteit van het bomenbestand te verhogen (Kwaliteit voor kwantiteit conform Bomenvisie). Bomen worden niet herplant als: • binnen enkele jaren een renovatie/reconstructie is gepland • de jonge boom geen kans van slagen heeft vanwege slechte groeiplaats of concurrentie met volwassen bomen. Doel Veilige bomen en passieve sanering van het bomenbestand Werkwijze • Hout van Paardenkastanjes zodanig verwerken dat verspreiding van de Kastanjebloedingsziekte niet wordt bevorderd. • Waar nodig verkeersmaatregelen treffen (conform CROW-publicatie 96B) • Werken conform de Flora- en faunawet Uitvoering via rooibestek. 5.5.4. Inboet Omschrijving Aanplanten van een boom op een plek waar een boom is verwijderd. (Nadat is vastgesteld dat nieuwe aanplant wenselijk is, zie 5.5.1) Het betreft veelal vervanging van bomen die in de aanslagfase dood zijn gegaan en worden vervangen door een nieuwe jonge boom. Hiervoor wordt geen kapontheffing aangevraagd of kapmelding gedaan. Doel In stand houden van de boomstructuur en het groene karakter van de stad. Werkwijze Standaard is maat 14/16, zwaardere maat als de omgeving het nodig maakt. Nadere uitwerking is gewenst in Richtlijn aanplant boom Bij uitvoering: • Waar nodig verkeersmaatregelen treffen (conform CROW-publicatie 96B) • Werken conform de Flora- en faunawet Uitvoering via rooibestek Knelpunt is dat hierdoor bomen in februari/ en maart geplant worden terwijl aanplant in het najaar veel beter is voor de boom en minder kans geeft op uitval. Wenselijk is daarom rooien en inboeten apart uit te voeren: rooien in de winter, aanplant in het daarop volgden najaar.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
46
5.6. Verbetervoorstellen Bij de beschrijving van de maatregelen in de vorige paragrafen zijn diverse knelpunten geconstateerd. Om deze knelpunten aan te pakken worden verbeteringen voorgesteld. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen: - organisatorische verbeterpunten - aandachtspunten - verbetering met betrekking tot het beheersysteem. Deze verbetervoorstellen zijn nader uitgewerkt in bijlage 3. 5.6.1. Organisatorische verbeterpunten Met name in de organisatie en planning van maatregelen is het nodige te verbeteren. Kort samengevat gaat het hierbij om: 1. Meerjarige bestekken Meer continuïteit brengen in de uitvoering van maatregelen aan bomen, in plaats van ‘projectmatige’ aanbesteding (korte eenmalige opdrachten die gegund worden aan verschillende partijen) waardoor: a. jaarlijks minder tijd en energie gaat naar afstemming, werkvoorbereiding en instructie van aannemers. b. minder interpretatieverschil bij uitvoering onderzoek en daaruit voortvloeiende adviezen c. minder interpretatieverschil bij snoei Voorstel: • meerjarige onderzoeksopdracht voor VTA, opname onderhoudstoestand en NO. daarbij eis: inzet zelfde inspecteur • meerjarig boombestek voor zo veel mogelijk werkzaamheden, op termijn mogelijk beeldbestek (nader te onderzoeken, incl. verkenning ervaringen elders) Bij het voor het eerst opstellen van een meerjarig boom(beeld)bestek inhuren van externe specialist ter advisering. Randvoorwaarde: goede bestekken en tekeningen en intern goed afgestemd 2. Gerichte inzet eigen boomtechnisch adviseurs (ETT) Interne specialisten gericht inzetten voor specialistisch onderzoekswerk om: a. kennis bij te houden, incl. kennis over ziekten en plagen b. specialisten te motiveren en te ‘binden’ en c. beter beeld te hebben van de ontwikkeling van het bomenbestand d. specialisten te ontlasten vanwege overbelasting (specialisme versus regulier werk in zelfde functie) Voorstel: • VTA+ (en meer?)door eigen boomspecialisten • Periodiek vakoverleg voor boomspecialisten ten behoeve van afstemming en uitwisseling kennis • Bij opstellen bestekken ondersteuning/samenwerking met technisch medewerker 3. Aanpassen werkwijze inboet Wijziging organisatie van inboetopname om haalbaarheid van deadlines te vergroten en aanplant in het najaar (voor half december) mogelijk te maken. Daarbij extra aandacht voor organisatie van combinatie vakantieperiodes en regulier werk. Digitale opname overwegen. Voorstel: • Uitvoering door wijkopzichters, niet meer gedeeltelijk door senior-groenbeheerder • Splitsen inboet uit rooibestek om aanplant in meest gunstige periode (najaar) te kunnen uitvoeren
47
4. Afstemming projecten Voor uitvoering van NO, snoei- en rooiwerk consequent checken of betreffende bomen in het kader van projecten (IBH/PBH/GZ) op korte termijn verwijderd worden. Tevens afstemmen projecten op beheer. Gezamenlijk zoeken naar efficiënte werkwijze en verkleinen kans op fouten. Voorstel: nadere uitwerking gewenste werkwijze in protocol of werkafspraken voor werkvoorbereiders 5.6.2. Aandachtspunten Uit voorgaande paragrafen blijkt ook dat een aantal beheeraspecten tot op heden onvoldoende aandacht heeft gekregen. Kort samengevat gaat het om: 1. Massaria-controle Voorstel: In combinatie met VTA onderzoek uitvoeren. Daarbij is het noodzakelijk de (landelijke) ontwikkelingen goed te volgen, zodat bij nieuwe inzichten die van invloed zijn op de risico-inschatting de werkwijze tijdig kan worden aangepast. 2. Opname bomen in bosplantsoen Voorstel: Individuele registratie van bomen met een hoge gevaarzetting in bosplantsoen, waardoor ze mee worden genomen bij onderzoek en andere noodzakelijke maatregelen. Een eenmalige inhaalslag en consequente opname bij de eerste dunning van nieuw aangelegd bosplantsoen is nodig. 3. Aanpassing snoeistand van bomen met zware takken in takvrije zone Voorstel: Eenmalige correctie registratie van de snoeistand van bomen met zeer zware takken in de takvrije zone (die niet verwijderd kunnen worden zonder de boom in gevaar te brengen, maar de doorgang voor het verkeer niet belemmeren). Tevens is duidelijke instructie bij volgende (regulier) onderzoeksopdrachten nodig om correcte registratie in de toekomst zeker te stellen. 4. Water geven Voorstel: Uitwerking tijdige duidelijke opdrachten (BOR.GA) en duidelijke (interne) werkafspraken over aansturing en toezicht. 5. Verzorging permanente voorzieningen Voorstel: Eenmalige opname en registratie van verschillende permanente voorzieningen. Daarbij extra aandacht voor werking en onderhoudsbehoefte van technische installaties. Verzorging zekerstellen door opname in boombestek. Tevens extra aandacht voor permanente voorzieningen in de beheerparagraaf en bij de overdracht. 6. Groeiplaatsvoorzieningen en -constructies Voorstel: Opzet registratie en evaluatie groeiplaatsvoorzieningen en –constructies om inzicht te krijgen in de effectiviteit. 7. Vervangen knotbomen die jaarlijks geknot moeten worden Voorstel: Eenmalige vervangen van knotbomen die door verkeerde soortkeus, te lage knot of standplaats te dicht bij de een voet- of fietspad ) jaarlijks gesnoeid moeten worden. Daarbij zoeken naar mogelijkheden om de knotbomen elders te hergebruiken.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
48
8. Dunnen boomstructuur Brandevoortse dreef Voorstel: populieren- en platanenrijen (Brandevoortsedreef en mogelijk enkele andere locaties) dunnen waardoor de afzonderlijke bomen beter kunnen uitgroeien, er minder dood hou gevormd wordt. Daarbij zoeken naar mogelijkheden om de bomen elders te hergebruiken. 5.6.3. Verbetering beheersysteem Op het gebied van het beheersysteem zijn ook enkele verbeterpunten. Kort samengevat gaat het hierbij om: a. Bol- en knotbomen Voorstel: Eenmalige controle en aanpassing van de registratie van deze vormbomen in het beheersysteem is nodig b. Controle beheersysteem Regelmatige controle (buiten) van mutaties op het beheersysteem om het niet consequent aanleveren van mutaties te ondervangen Voorstel: uitvoering door technisch medewerker, niet meer in combinatie met opname inboet c. Afstemming MBBeheer en GEOVISIA Organiseren van efficiënte basisregistratie van bomen in beide beheersystemen en controle of deze overeenkomen. Voorstel: uitwerking op korte termijn d. Keuze beheersysteem Onderzoek (eventueel overstap) naar gewenst beheersysteem waarin alle benodigde functionaliteiten (zo veel mogelijk) zijn verenigd. Voorstel: opstellen plan van aanpak Deze verbeterpunten vallen buiten de reikwijdte van dit beheerplan. Hiervoor is een apart plan van aanpak nodig.
49
6. Planning en organisatie 6.1. Algemeen In dit hoofdstuk is voor de in vorig hoofdstuk beschreven maatregelen uitgewerkt hoe deze gepland en georganiseerd worden en welke deskundigheid daarbij noodzakelijk is. Daarnaast is in beeld gebracht wat realisatie van de voorstellen in paragraaf 5.6 betekent voor de planning en de organisatie. Om hiervan een goed beeld te krijgen zijn allereerst (in bijlage 2) de huidige procedures voor uitvoering van de maatregelen uitgewerkt. Per procedure is een omschrijving van de te doorlopen stappen gemaakt, waarbij is aangegeven wie wat doet. Niet uitgewerkt zijn de procedures voor maatregelen die in groenbestek zijn opgenomen: • verzorgen boomspiegel • verzorgen tijdelijke voorzieningen • verzorgen permanente voorzieningen Ook niet uitgewerkt zijn de procedures voor boomwisselplannen en kwaliteitsverbeteringen; deze krijgen een plek in het op te stellen MJP. 6.2. Deskundigheid Werkvoorbereiding en toezicht Specialistische bomenkennis is nodig voor voorbereiding, uitvoering en toezicht op: • Onderzoek • Snoeibestek • Speciale maatregelen • Rooibestek Dit werk dient intern voorbereid (of getoetst) en begeleid te worden door een boomspecialist (European TreeTechnician, afgekort ETT). In dit beheerplan wordt de boomspecialist bij BOR.GA aangeduid als boombeheerder en de boomspecialist bij WE.WIJ als boomopzichter. Een deel van de voorbereidende werkzaamheden is minder specialistisch en kan door elke groenbeheerder, technisch medewerker of wijkopzichter worden uitgevoerd. Advisering Uit ervaring de afgelopen 2 jaar is gebleken dat de boomspecialisten naast deze planbare maatregelen in toenemende mate gevraagd worden te adviseren bij ruimtelijke plannen. Deze ontwikkeling is toe te juichen, maar voor goede sturing is het wenselijk hierover via het tijdschrijven meer informatie te verzamelen. Bij veel ruimtelijke ontwikkelingen wordt ook extern advies ingewonnen over bomen. Hierop kan mogelijk bespaard worden door inzet van interne boomspecialisten. Als specialistisch onderzoek gewenst is kan een interne boomspecialist in elk geval de onderzoeksvraag beter formuleren zodat een beter advies wordt gegeven. Knelpunt is dat voor deze interne advisering geen tijd/capaciteit is ingepland en daardoor ten koste van het reguliere werk. Daarom is het wenselijk dat de benodigde tijd ten laste wordt gebracht van betreffende projecten (zoals ook door bv een IBA of een rioleringsspecialist). Uitbesteed werk Bij uitbesteding van werk worden eveneens eisen gesteld aan de kundigheid van in te zetten medewerkers. Voor de uitvoering (extern) van nader onderzoek is een ETT nodig. Voor VTA volstaat een basisopleiding op het gebied van visuele boomcontrole. Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
50
Voor zekerheid over goede uitvoering van het snoeiwerk en de speciale maatregelen is inzet van een European TreeWorker (ETW) nodig. 6.3. Prioriteiten en planning verbeterpunten Bij het bepalen van de volgorde voor uitvoering van de in paragraaf 5.6 voorgestelde verbeterpunten zijn de volgende prioriteiten gehanteerd: 4. Wettelijke verplichtingen (veiligheid) 5. Verbeteringen die weinig voorbereiding/ inspanning kosten, maar veel betekenen voor efficiency en/of duurzaamheid van het bomenbestand: 6. Verbeteringen die meer voorbereiding of nader onderzoek vragen
Op basis van deze prioriteiten wordt de planning van majeure verbeteringen in onderstaande tabel voorgesteld. Daarbij zijn kleinschalige verbeteringen eveneens op zo kort mogelijke termijn ingepland.
Middel
Laag
Behoud ETT deskundigheid
Verbetervoorstel ++ Massaria-controle toevoegen aan VTA ++ + Opname bomen in bosplantsoen + Dunningsplan Brandevoortse dreef opstellen en zoeken naar locaties voor herplant + Vervangingsplan knotbomen opstellen en uitvoeren inclusief herplant + Splitsen rooien en inboeten + Invoeren vakoverleg ETT + Meerjarige opdracht VTA + Uitvoering VTA+ door eigen boomspecialisten + Aanpassing snoeistand bomen met zware tak in takvrije zone + Aanpassen organisatie watergeven Opstellen meerjarig boombestek (traditioneel), + inclusief verzorgen tijdelijke en permanente voorzieningen + Opnemen permanente voorzieningen, uitwerken onderhoudsbehoefte + Monitoring groeiplaatsvoorzieningen en –constructies (+) Oriëntatie meerjarig boombestek (beeld)
Efficiëntie
Kwaliteit
Prioriteit Zeer hoog Hoog
Veiligheid
Tabel 3. Planning verbetervoorstellen op basis van prioriteiten
+
Jaar (2011) 2012
+ + + + + + + + +
2013 +
+
2014
+ + +
2015 2016
51
6.4. Meerjarenplanning In tabel 4 is de planning inclusief de verbetervoorstellen gepresenteerd. Hierin wordt duidelijk wat de gevolgen van de verbetervoorstellen zijn voor de huidige werkwijze Tabel 4. Meerjarenplanning Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen in bosplantsoen Werkvoorbereiding en toezicht Jaarlijkse VTA-opdracht VTA+opdracht NO-opdracht Aparte opdracht herstelmaatr. obv NO Inboetopname Opdracht water geven Snoeibestek Rooibestek Bestrijding ziekten en plagen Massaria-controle invoeren Splitsen rooien en inboeten Meerjarige opdracht VTA Uitvoering VTA+ door eigen boomspecialisten Aanpassen organisatie watergeven Aanpassing snoeistand bomen met zware tak in takvrije zone Dunningsplan Brandevoortse dreef Vervangen knotbomen Opnemen permanente voorzieningen en uitwerken onderhoudsbehoefte Opstellen meerjarig boombestek (traditioneel), inclusief verzorgen tijdelijke en permanente voorzieningen Monitoring groeiplaatsvoorzieningen Oriëntatie beeldbestek Advisering en behandeling aanvragen Vakoverleg ETT Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen
2011 2012 2013 2014 2015 2016 +
+ + + + + + + + + + +
+ +
+ +
+ +
+ +
+ +
+ + + + + + + + + (W) + +
+ + A A + + + + + + +
+ +
+ +
+ +
+ + + + +
+ + + (W) +
+ + + + +
+
+
W
+
+
+ +
+ + + +
+ + + +
+ + + +
+ P + + W
+ + +
+ + + +
+ + + +
Uitleg: Cursief = verbetervoorstel Niet cursief = bestaande maatregel + = jaar van uitvoering A = aangepaste werkwijze
P = alleen planvorming, uitvoering als er herplantlocaties zijn W = alleen werkvoorbereiding en aanbesteding; uitvoering start jaar erna (W) = werkvoorbereiding in zelfde jaar als aanbesteding en start uitvoering
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
52
6.5. Onderzoeksplanning Er wordt een indeling in drie rayons gehanteerd (zie figuur): West, midden en oost (inclusief Brandevoort).
Figuur 19. Kaart met rayonindeling Deze rayonindeling wordt gebruikt als basis voor planning van onderzoeken. (zie tabel 5) De onderzoeksresultaten vormen de basis voor het snoei- en rooibestek van het daarop volgende jaar. Tabel 5. Planning op basis van rayonindeling 2009 2010 2011 2012 VTA west oost midden west VTA+/NO west oost midden west Uitvoering midden west oost midden snoeiwerk (accent op)
2013 oost oost west
2014 midden midden oost
2015 west west midden
53
6.6. Jaarplanning De jaarplanning wordt voor een belangrijk deel bepaald door het groeiseizoen. Bovendien zijn enkele beheermaatregelen afhankelijk van elkaar (zie paragraaf 5.1). Daarom is het belangrijk dat de maatregelen jaarlijks in vaste perioden worden uitgevoerd. In de volgende tabel is weergegeven in welke periode de maatregelen (optimaal) zijn gepland.
dec
nov
okt
sept
aug
juli
juni
mei
april
mrt
feb
Maatregel maand 1 Opdracht VTA, incl. Massaria-controle en opname onderhoudstoestand 2 VTA+ 3 NO 4 Snoeibestek, incl. kandelaberen (obv 1) 5 Snoei blokbomen 6 Snoei knot-, lei- en dakbomen 7 Opname inboet 8 Aanplant bomen (inboet) 9 Rooibestek (obv 1, 2 en 3) 10 Opdracht watergeven 11 Opdracht speciale maatregelen (obv 2 of 3) 12 Bestrijding ziekten/plagen
jan
Tabel 6. Jaarkalender onderhoudsmaatregelen
w w u u e u w u w w w w w u u u u e w u w u i i e w w u u w u u e w w w a a a a e w u w u u u u u u e
w = werkvoorbereiding BOR.GA u = uitvoering aannemer, toezicht WE.WIJ a = uitvoering aannemer in opdracht van BOR.GA (toezicht WE.WIJ) of IBH i = opname door BOR.GA en WE.WIJ e = evaluatie en plan van aanpak maken door BOR.GA i.s.m. WE.WIJ
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
54
7. Kosten1 7.1. Beschikbaar budget Regulier De beschikbare financiële middelen voor het reguliere boombeheer staan niet apart vermeld in de begroting. Deze zijn onderdeel van het budget Openbaar groen (658405). Van dit budget wordt jaarlijks circa € 520.000 gereserveerd voor het regulier onderhoud aan bomen en € 75.000 voor bestrijding van ziekten en plagen. Via de groenonderhoudsbestekken wordt bovendien de verzorging van boomspiegels en boompalen bekostigd (circa € 80.000). Daarnaast wordt het rooien of vervangen van overige bomen (niet hoofdstructuur) in het kader van boomwisselplannen, renovaties en reconstructies gefinancierd uit het reguliere budget Renovaties en reconstructies Openbaar groen (658605). Vanuit het budget voor Klein onderhoud aan verhardingen wordt jaarlijks circa € 265.000 uitgegeven aan herstel van verharding dat rechtstreeks toe te schrijven is aan opdruk door boomwortels. Incidenteel In het kader van het Veiligheidsplan bomen is in 2008 incidenteel € 271.000 beschikbaar gesteld voor het inlopen van snoeiachterstanden. (Hiervan resteert momenteel (7/12/2011) circa € 58.000.) Via het Investeringsprogramma (IVP) is geld beschikbaar voor Kwaliteitsverbetering aan de groen- en bomenhoofdstructuur. In de periode van 2009 tot en met 2011 is dit jaarlijks €325.000, in 2012 € 95.000. Dit bedrag is bedoeld voor onderzoek en kleinschalige verbetering van de boomstructuur in 7 straten en grootschalige aanpak (in combinatie met reconstructie van de weg) in 10 straten. Ook via het IVP is de Kwaliteitsimpuls openbaar groen gefinancierd. Hiermee zijn de afgelopen jaren belangrijke verbeteringen in de boomstructuur in ondermeer Rijpelberg, Helmond Noord en ’t Hout gerealiseerd. Deze budgetten zijn inmiddels afgesloten. 7.2. Externe kosten Externe kosten huidig beheer In bijlage 1 is in maatregelpakketten uitgewerkt welke reguliere beheermaatregelen jaarlijks nodig zijn per boom, afhankelijk van het gewenste eindbeeld en de groeifase van de boom. Berekend is wat de uitvoering kost per jaar. Dit is kort samengevat in de volgende tabel. Daarbij is aangegeven ten laste van welk budget dit wordt gebracht.
1
Prijspeil december 2011
55
Overig
Conform beheerplan
Tabel 7. Raming externe kosten voor uitvoering van huidig regulier boombeheer per jaar Maatregel Kosten Budget Budgetomschrijving (€ / jaar) (€ / jaar) Bestrijden ziekten en plagen 80.000 75.000 Openbaar groen, ziekten Verzorgen boomspiegels en -palen 80.000 80.000 Openbaar groen, onderhoudsbestek Onderzoeken 39.000 520.000 Openbaar groen, bomen Snoeien 210.000 Water geven 45.000 Overig 90.000 VTA particuliere beschermde bomen 6.000 Groot onderhoud 80.000 Onvoorzien 45.000 Totaal 675.000 675.000 In deze tabel is eveneens een bedrag van €50.000 opgenomen dat gereserveerd is voor het opvangen van onverwachte maatregelen door bijvoorbeeld storm, klachten en meldingen. Ook is jaarlijks € 80.000 budgetruimte gereserveerd voor het uitvoeren van groot onderhoud aan bomen, zoals dunningen, specialistische verzorging en groeiplaatsverbetering. Bij de vaststelling van de bomenkaart (19 januari 2010) is eveneens besloten dat de gemeente eigenaren van beschermde bomen aanbied om de VTA periodiek uit te voeren op kosten van de gemeente. Hiervoor is jaarlijks €6.000 geraamd. In deze raming is rekening gehouden met vervanging van bomen aan het einde van de levensduur via inboet. Geen rekening is gehouden met verbetering van de groeiplaats of het treffen van aanvullende voorzieningen. Dit vraagt om een nadere uitwerking in een vervangingsprogramma op basis van de (verwachte) levensduur van bomen (aanbeveling hoofdstuk 8) Externe kosten uitvoering verbetervoorstellen Op basis van de meerjarenplanning (paragraaf 6.4) waarin de verbetervoorstellen in de komende vijf jaar zijn ingepland is een meerjarenbegroting opgesteld (zie bijlage 3). Daarbij is uitgegaan van een gelijkblijvend bomenbestand vanwege de voortzetting van de (passieve) sanering en de toevoeging van bomen in bosplantsoen. In de volgende tabel is samengevat wat de consequenties zijn voor de externe kosten.
Overig
Conform beheerplan
Tabel 8. Meerjarenbegroting externe kosten Maatregel
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
Bestrijden ziekten en plagen Verzorgen boomspiegels en – palen Onderzoeken Snoeien Water geven Overig VTA particuliere beschermde bomen Groot onderhoud Onvoorzien
80.000
80.000
80.000
80.000
80.000
80.000
80.000
Totaal
80.000 80.000 80.000 80.000 80.000 80.000 80.000 39.000 41.000 36.000 36.000 36.000 36.000 36.000 210.000 210.000 207.000 207.000 207.000 207.000 207.000 45.000 45.000 45.000 45.000 45.000 45.000 45.000 90.000 90.000 90.000 90.000 90.000 90.000 90.000 6.000 6.000 6.000 6.000 6.000 6.000 6.000 80.000 80.000 86.000 86.000 86.000 86.000 86.000 50.000 48.000 50.000 50.000 50.000 50.000 50.000 680.000 680.000 680.000 680.000 680.000 680.000 680.000
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
56
Uit bovenstaande tabel blijkt dat uitvoering van de verbetervoorstellen leidt tot marginale verschuivingen binnen het budget. Uitvoering van de dunning aan de Brandevoortse dreef en van knotbomen kan gefaseerd binnen het bestaand budget worden uitgevoerd als onderdeel van het Groot onderhoud. Dit leidt tot een lichte daling van de beheerkosten. Ook de uitvoering van de VTA+ door eigen boomspecialisten zorgt voor een lichte daling van de externe beheerkosten. De vrije ruimte die hierdoor ontstaat kan worden gebruikt om voor het werk dat blijft liggen, door uitvoering van de VTA+, personeel in te huren. 7.3. Interne kosten De interne kosten voor het boombeheer bestaan uit de kosten voor de inzet van medewerkers bij de afdelingen BOR en WE. In bijlage 4 is per jaar een raming van de benodigde uren per taak opgenomen. Deze zijn zo veel mogelijk gebaseerd op de geschreven uren in 2009. In de raming zijn taken toebedeeld aan functionarissen afhankelijk van de benodigde deskundigheid voor goede uitvoering van elke taak. In onderstaande tabel is deze raming samengevat. Daarbij is eveneens een vergelijking gemaakt met 2005 (vóór uitvoering van het Veiligheidsplan bomen). Tabel 9. Meerjaren-urenraming per taak Taak registratie onderzoek Meerjarig boombestek Snoei verzorging Overig advisering Totaal
2005
2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016
250 0 0 155
250 210 0 420
260 250 0 420
260 270 0 420
260 195 145 420
260 195 0 347
260 260 150 347
260 195 145 347
180 340 1520 2445
535 590 1430 3435
535 605 1516 3586
565 495 1531 3541
535 810 1546 3911
535 705 1566 3608
535 705 1586 3843
535 705 1609 3796
Uit deze meerjaren urenraming blijkt dat de arbeidsbehoefte jaarlijks licht stijgt. Dit is vooral het gevolg van de toenemende vraag naar medeadvisering over bomen bij ruimtelijke projecten (van 225 uur in 2011 tot naar verwachting 340 uur in 2016). Om deze vraag op te vangen is het wenselijk de adviesuren ten laste te brengen van de betreffende projecten. Daarnaast vraagt de uitvoering van de VTA+ door eigen boomspecialisten (in plaats van uitbesteding) een extra inspanning van 100 uur per jaar. Hier staat tegenover dat de externe kosten evenredig dalen. Uitvoering van de overige verbetervoorstellen kan verder grotendeels binnen de huidige capaciteit worden gerealiseerd door ook efficiënter te werken.
57
Verdeling over functionarissen De raming in voorgaande tabel is uitgesplitst per functionaris in de volgende figuur. 1600 1400 1200 1000 800 600 400 200
jaar
0
2005
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
0
410
487
487
692
497
607
542
Groenbeheerders (BOR)
675
520
410
402
405
404
407
412
Technisch medew erkers (BOR)
380
420
485
445
540
435
485
530
0
850
939
942
1009
977
1049
1017
1390
1235
1265
1265
1265
1295
1295
1295
3608
3843
Boombeheerder (BOR)
Boomopzichter (WE) Wijkopzichter (WE)
Totaal
2445
3435
3586
3541
3911
3796
Figuur 20. Meerjaren-urenraming per functionaris Uit bovenstaande figuur blijkt dat met name voor de beide boomspecialisten (boombeheerder BOR en Boomopzichter WE) een toenemende druk komt te liggen. Dit wordt deels veroorzaakt door de verbetervoorstellen die erop zijn gericht dat zij hun deskundigheid behouden en kunnen vergroten, zoals het uitvoeren van de VTA+. Belangrijkste oorzaak is echter de toenemende vraag om deskundig boomtechnisch advies bij ruimtelijke projecten. Om de boomspecialisten te ontlasten zijn zo veel mogelijk niet-specialistische of ondersteunende taken toebedeeld de overige functionarissen en met name aan de technisch medewerkers. De inzet van de wijkopzichters is hoog met name vanwege de grote hoeveelheid meldingen en klachten over bomen. Daarbij is de afhandeling van meldingen over problemen met boomwortels niet meegerekend; die komt ten laste van de producten wegen en riolering. De lichte stijging in de uren van de wijkopzichters heeft te maken met de aanpassing van de inboetopname; het proces wordt verbeterd door de gehele inboetopname door de wijkopzichters te laten verzorgen (in plaats van een klein gedeelte door BOR) . Ook is zichtbaar dat met name bij de afdeling BOR de arbeidsbehoefte per jaar fluctueert. Dit heeft te maken met de meerjarige bestekken die in de plaats komen van de jaarlijkse opdrachten. Dit veroorzaakt pieken in het werk. Deze zijn echter goed afgestemd op het overige takenpakket waarbij de pieken in andere jaren ligt. Vergelijking met 2005 Uit de tabel blijkt ook dat de arbeidsbehoefte voor het boombeheer tussen 2005 en 2009 sterk is gestegen. Dit komt doordat naar aanleiding van het veiligheidsplan bomen een impuls is gegeven aan het boombeheer. Daarbij zijn extra middelen ter beschikking gesteld om de onderhoudsachterstand in te lopen en wettelijke zorgplicht in te vullen (die tot in 2005 nog niet/nauwelijks werd ingevuld). De benodigde uren voor werkvoorbereiding en toezicht zijn echter binnen de beschikbare formatie opgevangen. In 2005 waren er nog geen boomspecialisten. Ook werd er niet planmatig beheerd maar gereageerd op incidenten. Dit is tussen 2006 en 2009 geleidelijk opgebouwd.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
58
Omdat in die zelfde periode het kapvergunningen stelsel is afgeschaft (en de kapaanvragen deels worden behandeld bij de afdeling Bouwen en wonen) is hiervoor momenteel jaarlijks 315 uur minder tijd nodig voor de groenbeheerders de afdeling BOR. Om het huidige kwaliteitsniveau te handhaven en te blijven voldoen aan de wettelijke zorgplicht is momenteel (zonder invulling van de verbetervoorstellen) structureel circa 1000 uur extra nodig ten opzichte van 2005.
59
8. Vervolgstappen Communicatie 1. Intern betrokkenen informeren over Bomenbeheerplan; 2. Uitwerken externe communicatie: a. Voorlichtingskalender voor jaarlijks terugkerende maatregelen zoals bestrijding eikenprocessierups, snoeien en rooien. b. Specifieke projectgebonden communicatie. c. Extra aandacht voor communicatie bij ingrijpende maatregelen (bv. dunnen Brandevoortse dreef, vervangen knotbomen) Vervolgstappen In deze nota zijn diverse bedreigingen geconstateerd voor de ontwikkeling van een gezond en duurzaam bomenbestand. In 2011 is mede naar aanleiding hiervan onderzocht welke stappen nodig zijn om te komen tot duurzame aanplant en inpassing van bomen in Helmond. Dit heeft geleid tot een besluit van het MO over organisatorische en inhoudelijke vervolgstappen (dd 29/11/11): - De organisatorische verbeterpunten worden via afdelingsplannen en het projectmatig werken geïmplementeerd. - Inhoudelijke verbeterpunten die in 2012 opgepakt worden zijn: 1. In elk project in de initiatieffase de beoogde levensduur benoemen en vastleggen 2. Uitwerken van een Bomenpalet met randvoorwaarden en kostenkengetallen voor duurzame aanplant en inpassing van bomen in verschillende situaties afgestemd op de beoogde levensduur 3. Bomenstructuurplan en groenvisie per wijk opstellen, inclusief visie op bomen en verkeer Vanuit dit beheerplan wordt daarbij tevens aandacht gevraagd voor: o In plantoelichting gewenst eindbeeld vastleggen (ook parkbomen!). o Protocol/werkafspraken voor werkvoorbereiding o Stimuleren watergeven door bewoners aan jonge bomen in droge periodes o Nadere uitwerking van eisen aan plantmateriaal, plantafstand, groeiplaats en uitvoering (ook bij inboet); o Afgevallen blad in beplanting onder bomen zo veel mogelijk laten liggen, om zo de bodemstructuur positief te beïnvloeden. o Vervangingsprogramma voor bomen Overig Nadere uitwerking invulling zorgplicht voor bomen in landschappelijke beplanting en bossen (in 2012 in het kader van Beheerplan Bossen);
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
60
Literatuurlijst Boeken en artikelen CROW, Standaard RAW Bepalingen (wijzigingen mei 2008), Ede 2008 NOCB, Kwaliteitsrichtlijnen en Besteksvoorwaarden Boombeheer, Westervoort 2001 Prooijen, G.J. van, Stadsbomen Vademecum 3B Boomverzorging en groeiplaatsverbetering, Arnhem 2004 Prooijen, G.J. van, Stadsbomen Vademecum 3A Boomcontrole en onderzoek, Arnhem 2004 Kehr, R., Zachte winters en droge zomers; Massaria geen uitzondering in ziekte en plagentoename, Bomenzorg nr. 2 2008 Beleidsplannen Gemeente Helmond, Startnotitie Bomenplan Helmond, 2009 Gemeente Helmond, Bomen in Helmond; Bomenvisie, Helmond 2004 Voorbeelden van andere gemeenten: Elementplan openbaar groen, deelplan bomen (beheerdocument), Gemeente Breda, 2001 Nota Haagse bomen: Kiezen voor kwaliteit en diversiteit, Den Haag 2008 Schraven, R. , Boombeheerplan Gemeente De Bilt, 2008 Websites www.kastanjeziekte.wur.nl/ www.massaria.nl www.minlnv.nl (Plantenziektenkundige Dienst) http://library.wur.nl/dps/diensten/dossiers/klimaatenplantgezondheid.html
61
Begrippenlijst Aandachtsboom Een boom die vanwege een verhoogd risico voor de veiligheid jaarlijks gecontroleerd moeten worden (VTA) Boomveiligheids controleur Gecertificeerd boomveiligheidscontroleur die: • op de hoogte is van de vereisten van zorgplicht met betrekking tot bomen en beplantingen en kent (de reikwijdte van) de wetgeving die hieraan ten grondslag ligt. • in staat is om aan de hand van een visuele beoordeling veilige en onveilige bomen te onderscheiden. Hij/zij begrijpt en herkent de zogenaamde lichaamstaal van bomen en kent de processen die hiervoor verantwoordelijk zijn. • in staat is om de resultaten van zijn beoordeling te registreren op een systematische wijze die voldoet aan de eisen van een (juridisch) zorgvuldig beheer. • kennis heeft van de meest gangbare apparatuur voor het registreren van breukgevoeligheid en stabiliteit van bomen en kent de reikwijdte en beperkingen van deze apparatuur. • in staat is om rapportages te begrijpen. • gevaarzetting in relatie tot gebruikersfunctie herkent. (Bron: GroenWeb) European Arboricultural Council (EAC) The European Arboricultural Council (EAC) is een forum waarin delegaties van verschillende boomverzorgingsorganisaties uit Europa elkaar ontmoeten met als doel de status en het kwaliteitsniveau van de boomverzorging te verhogen door aandacht voor zaken die variëren van research van onderwijs tot succesvolle boomaanplant en verbetering van de praktijk en werkmethodes. (Bron: EAC) European Tree Technician (ETT) EAC Gecertificeerd all-round boomtechnisch adviseur. De allround boomtechnisch adviseur is aantoonbaar bekwaam in het zelfstandig boomonderzoek uitvoeren, inspecties verrichten, advies uitbrengen en kent de belangrijkste procedures met betrekking tot de uitvoering van het werk. Hij/zij kan inhoudelijke kennis vanuit verschillende aspecten van de boomverzorging en het boombeheer vergaren en combineren ten behoeve van een optimaal gebruik, beheer en onderzoek van en naar bomen in de ruimste zin des woords. De Allround boomtechnisch adviseur kan de uitvoering van boomverzorgingswerkzaamheden organiseren en coördineren, rekening houdend met de wettelijke en juridische aspecten, veiligheid, arbotechnische zaken en sociale aspecten. (Bron: GroenWeb) European Tree Worker (ETW) AEC Gecertificeerd Allround uitvoerende boomverzorger De allround uitvoerende boomverzorger is een aantoonbaar bekwaam persoon die kennis en vaardigheden heeft van het hele spectrum aan boomverzorgings activiteiten die bij de uitvoering van werkzaamheden voorkomen. Dit omvat werkzaamheden zoals planten, beoordelen en het onderhoud van bomen in de bebouwde omgeving. Hij/zij voeren werkzaamheden uit in en om bomen met het doel deze gezond en veilig te houden. Zij handelen op basis van kennis van het vakgebied waarbij zij rekening houden met veiligheid, gezondheid, welzijnsaspecten en milieu. Boomverzorgingswerkzaamheden vereisen een hoog gekwalificeerde training met een speciale focus op veilig werken. (Bron: GroenWeb)
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
62
Nader onderzoek (NO) Nader specialistisch onderzoek bij bomen waarbij tijdens VTA+ is aangegeven dat deze gevaarlijk kunnen zijn (zie par.5.1.3) Passieve sanering Bij te rooien bomen kritisch beoordelen of herplant gewenst en nodig is. Op basis hiervan geen of minder bomen terugplanten. Visual Tree Assessment (VTA) Visuele boomcontrole door iemand met een basisopleiding op dit gebied (zie par. 5.1.2.) VTA+ Visuele boomcontrole door boomspecialist (ETT) (zie par. 5.1.3)
63
Bijlage 1. Maatregelpakketten Op de volgende pagina’s is per onderscheiden eindbeeld een maatregelpakket samengesteld op basis van de uitgangspunten in hoofdstuk 4 en 5. Hierbij zijn tevens de externe kosten (€) in beeld gebracht. Deze raming is gebaseerd op nacalculatie van de afgelopen 3 jaar. De kleuren in de tabel zijn gebruikt om de subtotalen te genereren die op de laatste pagina van deze bijlage zijn gepresenteerd. Gebruikte tekens: bomen in begeleidingssnoeifase, > 10 jr, niet op beeld + aandeel van de bomen waarvoor * snoeistand onbekend is bomen in ohsnoeifase, niet op beeld + aandeel van de bomen waarvoor snoeistand ** onbekend is aandachtsbomen die gesnoeid moeten worden buiten het rayon dat aan de beurt is voor *** snoeironde **** 1/3 van totaal + 0,66*1425 aandachtsbomen + 570 particulier ***** 2155 platanen waarvan de helft ouder dan 20
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
64
1. Parkbomen
Raming Categorie
Maatregel
Externe kosten (excl. BTW) Freq (keer/jr)
gemiddelde prijs per boom/jr (€/st/jr)
Bew. Eenh. Aantal Kosten perc. prijs (st) (€/jr) (%) (€/jr/st)
Parkbomen<10 jr Verzorgen bomen < 10 jr Water geven bomen Verzorgen boompalen/-banden Verzorgen Verzorgen maaipalen Verzorgen permanente voorzieningen Onkruidbestrijding boomspiegel Overig Inboet jonge bomen
0,92 1,50
1 1
3,68 0,45
0,00 0,00
0,64
1
0,64
0,00
1,75
1
0,00 1,75
0,00 0,00
1% 147,00 7,99
1 1
1,47 7,99
0,00 7,99
1 1,90 1 0,01% 9,50 1 0,01% 180,00 1 2% 0,00
1
1,90 0,00 0,01 0,00
1,90 0,00 0,01 0,00
0,01 0,01 1,93
0,01 0,01 1,93
4 30% beeld ? beeld
Totaal
100%
Parkbomen>10 jr Onderzoek VTA (regulier) + opname snoeistand**** VTA+ Nader onderzoek Massariacontrole***** Overig Rooien Aanplanten
1 0,01% 81,00 1 0,01% 136,00 Totaal
1
65
2. Straatbomen Raming Categorie
Maatregel
Externe kosten (excl. BTW) Freq (keer/jr)
Bew. Eenh. Aantal Kosten perc. prijs (st) (€/jr) (%) (€/jr/st)
gemiddelde prijs per boom/jr (€/st/jr)
Straatbomen<10 jr Verzorgen bomen < 10 jr Water geven bomen Verzorgen boompalen/-banden Snoeien Begeleidingssnoei bomen< 10 Verwijderen stamschot en wortelopslag Verzorgen Verzorgen maaipalen Verzorgen permanente voorzieningen Onkruidbestrijding boomspiegel Overig Inboet jonge bomen
0,92 12315 1,50 12315
45.319,20 9.236,25
3,68 0,75
6,10 12315
25.040,50
0,67
0,41 12315
5.049,15
0,41
0,64
5334
3.413,76
0,28
1,75
9516
0,00 16.653,00
0,00 1,35
Totaal
147,00 112 9,84 12315
16.464,00 121.175,86
1,34 9,84
1 1 1 1
1,90 13939 9,50 275 180,00 45 2% 0,00
26.483,78 2.612,50 8.100,00 0,00
0,71 0,07 0,22 0,00
1/3 1/6
17,20 14680 56,85 5072
84.165,28 48.057,20
2,26 1,29
275
9.231,75
0,25
0,41 37285
15.286,85
0,41
0,64 13974
2.235,84
0,06
1,75 25304
0,00 44.282,00
0,00 1,19
34.020,00 23.120,00 297.595,20
0,91 0,62 7,98
0,00 75.000,00 0,00 5.000,00
0,00 2,01 0,00 0,13
5
2.000,00
0,05
37285
10.000,00 92.000,00
0,27 2,47
4 50% 1/3
beeld ? beeld
100%
Straatbomen>10 jr Onderzoek VTA (regulier) + opname snoeistand**** VTA+ Nader onderzoek Massariacontrole***** Snoeien Begeleidingssnoei (regulier)* Onderhoudssnoei (regulier)** Onderhoudssnoei aandachtsbomen*** Verwijderen stamschot en wortelopslag Verzorgen Verzorgen maaipalen Verzorgen permanente voorzieningen Onkruidbestrijding boomspiegel Overig Rooien Aanplanten
1
33,57
beeld
25%
1 beeld
100%
1 1 Totaal
81,00 136,00
420 170 37285
Aanvullend straatbomen>10jr Bestrijden ziekten en plagen Iepziekte Eikenprocessierups Kastanjebloedingsziekte Luizen Overig Innemen kroon Speciale verzorging beschermde boom
1
Totaal
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
400,00
66
3. Vormbomen Raming Categorie
Maatregel
Externe kosten (excl. BTW) Freq (keer/jr)
Bew. Eenh. Aantal Kosten perc. prijs (st) (€/jr) (%) (€/jr/st)
gemiddelde prijs per boom/jr (€/st/jr)
Vormboom Onderzoek VTA (regulier) + opname snoeistand**** VTA+ Nader onderzoek Massariacontrole***** Snoeien Lei-/dakbomen snoeien en aanbinden Knotbomen knotten Gekandalaberde bomen kandelaberen Verwijderen stamschot en wortelopslag Verzorgen bomen < 10 jr Water geven bomen Verzorgen boompalen/-banden Verzorgen Verzorgen maaipalen Verzorgen permanente voorzieningen Onkruidbestrijding boomspiegel Overig Rooien Aanplanten
1 1 1 1
1,90 9,50 180,00 2% 0,00
633
1.203,33 0,00 0,00 0,00
0,63 0,00 0,00 0,00
1 2/3
49,20 15,00
130 1182
6.396,00 11.820,00
3,37 6,22
1/5
49,20
33
324,72
0,17
0,41
1900
779,00
0,02
4
5% 5%
0,92 1,50
1900 1900
349,60 142,50
0,03 0,01
beeld
25%
0,13
890
28,15
0,01
1 beeld
100% 1,75
1521
0,00 2.661,75
0,00 1,40
1900
1.539,00 1.292,00 30.106,05
0,81 0,68 15,85
1 1,00% 81,00 1 0,50% 136,00 Totaal
4. Totaal Onderzoek Snoeien Verzorgen Overig Ziekten en plagen
38.401,53 209.720,45 124.328,57 88.436,48 80.000,00
540.887,03
67
Bijlage 2. Huidige procedures In deze bijlage is uitgewerkt op welke wijze de verschillende taken worden ingevuld door betreffende medewerkers. In deze procedures is nog niet uitgewerkt op welke wijze verbetervoorstellen worden uitgewerkt en wat de consequenties zijn voor de reguliere taken. 1. Gegevensbeheer 1.1 Opname, registratie en mutatie Per boom wordt in het beheersysteem (MBBeheer) vastgelegd boomsoort, standplaats, eindbeeld, aanplant jaar Technisch medewerker voert gegevens in het beheersysteem bij: • Projecten op eigen initiatief BOR.GA • Overdracht projecten door IBH • Mutaties uit inboetopname en rooibestek • Overige mutaties gemeld door collega’s Werkwijze op basis van mondelinge afspraken Knelpunt: niet consequent aanleveren van mutaties. Voor de actualiteit van de gegevens is het wenselijk dat de stad 1x per 5 jaar geheel wordt nagelopen op mutaties. Dit gebeurt in combinatie met inboetopname door de seniorgroenbeheerder van BOR.GA. Knelpunt: is dat dit onder grote (tijds)druk moet gebeuren (door capaciteitsproblemen) en daardoor vaak niet haalbaar blijkt. De onderzoeksgegevens moeten ook in het beheersysteem geregistreerd worden. In 2009 is hiervoor een apart beheersysteem (GEOVISIA) ingericht. Aandachtspunt is dat de basisregistratie van bomen in beide systemen nodig is en overeen moet komen. Hoe dit efficient georganiseerd kan worden moet op korte termijn nader uitgewerkt worden om vervuiling van de bestanden en verlies van gegevens te voorkomen. Het beheersysteem is de kurk waarop het beheer drijft! Uiteindelijk is overstap of aanschaf naar een beheersysteem dat alle benodigde functionaliteiten behelst wenselijk. 1.2 Opname bomen (uit bosplantsoen) in beheersysteem Na de eerste dunning van bosplantsoen neemt de groenbeheerder in het veld de bomen op. Bosplantsoen wijzigt hij dan in grove heesters met bomen die op dat moment individueel worden geregistreerd. Knelpunt: is dat dit lang niet voor alle vakken bosplantsoen is gebeurd. Er zijn waarschijnlijk veel vakken bosplantsoen met bomen die niet individueel geregistreerd zijn. Opname van deze bomen is wenselijk als de gevaarzetting hoog is. Hiervoor is een eenmalige inhaalslag nodig
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
68
2. Werkvoorbereiding en toezicht 2.1 VTA-opdracht De boombeheerder selecteert de bomen die gecontroleerd moeten worden: • het rayon dat aan de beurt is (zie meerjarenplanning); • de bomen in andere rayons die vaker gecontroleerd moeten worden; • particuliere beschermde bomen (als de eigenaar daarmee ingestemd heeft). Het betreft gemiddeld 14.500 bomen per jaar. Voor het werk maakt de boom beheerder een bestek en een kostenraming. Het werk omvat zowel VTA als opname van de onderhoudstoestand. In de VTA opdracht en de instructie van de controleurs wordt duidelijk aangegeven dat aandachtsbomen buiten het te snoeien rayon alleen een aanbeveling ‘snoeien’ mogen krijgen als dit vanuit veiligheidsoogpunt nodig is en niet kan wachten tot het betreffende rayon aan de beurt is voor de snoeironde. Het werk wordt meervoudig onderhands aanbesteed, waarbij partijen worden geselecteerd op basis van deskundigheid. Na aanbesteding wordt het werk door de boombeheerder overgedragen aan de boomopzichter. De boombeheerder en boomopzichter organiseren samen een bijeenkomst voor de instructie van de controleurs. De uitvoerende partij registreert de onderzoeksgegevens in het beheersysteem en draagt deze bij oplevering over aan de boomopzichter, die ze vervolgens bij de boombeheerder aflevert. De boombeheerder verzorgt de opname van de gegevens in het beheersysteem. De uitvoerende partij levert ook aan de eigenaren van particuliere bomen die zijn gecontroleerd de betreffende onderzoeksresultaten op papier aan. 2.2 NO-opdracht De boombeheerder selecteert op basis van de Onderzoeksresultaten van de VTA welke bomen nader onderzoek behoeven. Het gaat om bomen waarbij dit expliciet is aangegeven. Het betreft gemiddeld 275 bomen per jaar. Van betreffende bomen checkt de boombeheerder of deze in het kader van projecten (IBH/PBH/GZ) op korte termijn verwijderd worden. Knelpunt: hoe kan dit op efficiënte wijze? (projectenplanning Flexiweb) Het werk (VTA+) wordt enkelvoudig onderhands aanbesteed. Na aanbesteding wordt het werk door de boombeheerder overgedragen aan de boomopzichter. De uitvoerende partij registreert de onderzoeksgegevens in het beheersysteem en draagt deze bij oplevering over aan de boomopzichter. Samen bepalen zij op basis van de onderzoeksresultaten voor welke bomen NO nodig is. Gemiddeld zijn er 45 bomen per jaar waarvoor NO nodig is. De uitvoerende partij rapporteert over het nader onderzoek aan de boomopzichter. Deze vervolgens levert de gegevens aan bij de boombeheerder. Samen beoordelen zij welke van de in het NO geadviseerde maatregelen uitgevoerd worden. Indien nodig maakt de boombeheerder hiervoor een aparte opdracht. De boombeheerder verzorgt de opname van de VTA+gegevens in het beheersysteem.
69
2.3 Snoeibestek Voor het opstellen van een snoeibestek selecteert de boombeheerder: • alle bomen jonger dan 10 jaar in het rayon dat aan de beurt is • alle bomen in het rayon dat aan de beurt is waarvan bij de VTA is aangegeven dat ze gesnoeid moeten worden (voornamelijk achterstallig en verwaarloosd) • alle aandachtsbomen in overige rayons waarvoor bij de VTA is aangegeven dat snoei nodig is • alle bomen in de overige rayons waarvoor wijkopzichters hebben aangegeven dat snoei nodig is op basis van klachten of waarnemingen (bv. dood hout) • alle vormbomen die gesnoeid moeten worden Van betreffende bomen checkt de boombeheerder of deze in het kader van projecten (IBH/PBH/GZ) op korte termijn verwijderd worden. Knelpunt: hoe kan dit op efficiënte wijze? (projectenplanning Flexiweb) Voor het werk maakt de boombeheerder een bestek en een kostenraming. Het werk omvat zowel begeleids- als onderhouds- en vormsnoei. Het werk wordt openbaar aanbesteed. Na aanbesteding wordt het werk door de boombeheerder overgedragen aan de boomopzichter. Deze rapporteert na oplevering aan de boombeheerder. 2.4 Groenonderhoudsbestek (onderdeel bomen) De technisch medewerker maakt een groenonderhoudsbestek per wijk. Hierin worden voor bomen de volgende werkzaamheden opgenomen: • onkruidbestrijding in boomspiegels • steken van graskanten • verwijderen van stamschot en wortelopslag • verzorgen van tijdelijke voorzieningen Na aanbesteding wordt het werk overgedragen aan de wijkopzichters. 2.5 Opdracht water geven De technisch medewerker maakt een tekening per rayon met alle bomen: • jonger dan 3 jaar die in het beheersysteem zijn geregistreerd • die iov IBH zijn aangeplant en waarop geen onderhoudsverplichting rust Een wijkopzichter maakt de opdrachten voor het watergeven (per rayon). De wijkopzichter bepaalt het moment waarop water wordt gegeven en houdt toezicht op het werk. 2.6 Inboetopname De boombeheerder maakt een tekening met alle bomen jonger dan 10 jaar (jaarlijks circa 12.000 bomen). De boombeheerder geeft op deze tekening tevens aan welke bomen
die de controleur tijdens de VTA niet heeft aangetroffen. Per rayon inspecteert een wijkopzichter of de groenbeheerder de jonge bomen en de niet aangetroffen bomen. Daarbij wordt aangegeven welke bomen moeten worden gerooid of vervangen of kunnen komen te vervallen in het beheersysteem. Als inboet wenselijk is wordt ook aangegeven of groeiplaatsverbetering nodig is. Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
70
De groenbeheerder neemt elk jaar een deel van zijn rayon voor zijn rekening; elke 5 jaar heeft hij zo het hele rayon een keer gezien. Als de groenbeheerder de inboet opneemt neemt hij gelijktijdig mutaties van bomen en groen in die wijk op. Ten behoeve van de efficiëntie is digitale opname te overwegen. Dit is in 2009 als proef in enkele (delen van) wijken gedaan door de groenbeheerders. Aandachtspunt: Een goede evaluatie is nodig om tot een richtinggevende keuze te komen. Bij analoge inboetopname is na opname verwerking in het beheersysteem nodig. 2.7 Rooibestek De boombeheerder selecteert welke bomen gerooid moeten worden op basis van: • de inboetopname en • de resultaten van VTA en NO • geplande dunning in (op te stellen) meerjarenplanning • toezeggingen vanwege overlast Het betreft gemiddeld 500 bomen per jaar. Dit overzicht laat de boombeheerder toetsen door de wijkopzichter. Van betreffende bomen checkt de boombeheerder of deze vallen binnen het plangebied van een project (IBH/PBH/GZ) op korte termijn verwijderd worden. Knelpunt: hoe kan dit op efficiënte wijze? (projectenplanning Flexiweb) De boombeheerder vraagt voor alle te rooien bomen indien nodig kapontheffing aan. Tevens maakt hij een bestek en een kostenraming. Het werk wordt meervoudig onderhands aanbesteed. Na aanbesteding wordt het werk door de boombeheerder overgedragen aan de boomopzichter. De boomopzichter rapporteert aan de beheerder na oplevering van het werk. De boombeheerder zorgt dat het beheersysteem wordt bijgewerkt door een technisch medewerker. 2.8 Boomwisselplannen Jaarlijks worden enkele locaties uitgekozen waar alle bomen worden vervangen. Dit worden boomwisselplannen genoemd. Het gaat hier echter niet om regulier beheer. Bovendien komen boomwisselplannen in het kader van het Bomenplan te vervallen als de Meerjarenplanning (op basis van het Boomstructuurplan) is vastgesteld. Een nadere beschrijving van de procedure wordt daarom achterwege gelaten in dit beheerplan.
71
Bijlage 3. Kostenraming Op de volgende pagina is een raming van de externe kosten (€) opgenomen. Daarbij zijn in cursief de geplande verbetervoorstellen opgenomen. Hierbij is een onderscheid gemaakt in: 1. Registratie en gegevensbeheer 2. Werkvoorbereiding en toezicht 3. Advisering en behandeling aanvragen De raming is gebaseerd op de maatregelpakketten (bijlage 1). De kleuren in de tabel zijn gebruikt om de subtotalen te genereren voor de overzichten in de rapportage.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
72
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
2.400
1.800
1.800
1.800
1.800
1.800
26.400
26.400
26.400
26.400
26.400
8.000 12.000
8.000 12.000
8.000 12.000
40.000
40.000
40.000
Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen bosplantsoen Eenmalige inhaalslag bosplantsoen (tlv openb.gr.) Werkvoorbereiding en toezicht Periodiek overleg (4x/jr) eenmalige opzet massaria-controle massaria controle opdracht massaria controle (2x/jr) VTA-opdracht eenmalige aanpassing opdracht/instructie zware tak in takvrije zone formuleren VTA-opdracht (1x/3jr) jaarlijkse VTA-lijst VTA+/NO-opdracht VTA+ NO-opdracht Aparte opdracht werk obv NO werkvoorbereiding boombestek(1x/3jr) orientatie beeldbestek opstellen beeldbestek Inboetopname inboetbestek jaarlijkse inboetlijst (boombestek) Snoeibestek jaarlijkse snoeilijst (boombestek) eenmalige opname/registratie perm.vz eenmalig uitwerken onderhoud perm.vz opnemen onderhoud perm.vz in boombestek jaarlijkse lijst permanente vz (boombestek) monitoring groeiplaatsvz/-constructies vervangen knotwilgen Brandevoort dunnen platanen Brandevoortse dreef Rooibestek eenmalige optimalisatie watergeven Opdracht water geven Groenbestek boompalen/maaipalen / onkruid Bestrijding ziekten en plagen
27.600
27.600
11.000
11.000
12.000
12.000
8.000 12.000
8.000 12.000 5.000
40.000
40.000
40.000
218.000 218.000 209.000 209.000 209.000 209.000 209.000
5.000
5.000
5.000
75.500
35.500
35.500
35.500
35.500
35.500
35.500
45.000 80.000 80.000
45.000 80.000 80.000
45.000 80.000 80.000
45.000 80.000 80.000
45.000 80.000 80.000
45.000 80.000 80.000
45.000 80.000 80.000
Advisering en behandeling aanvragen** Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen Totaal
549.100 551.500 537.700 542.700 542.700 542.700 542.700
73
Bijlage 4. Urenraming Op de volgende pagina’s is een raming van de interne uren per jaar opgenomen. Op elke pagina is voor een jaar in beeld gebracht hoeveel uren nodig zijn voor de diverse taken, door de verschillende functionarissen van de afdeling BOR en WE. Daarbij zijn in cursief de geplande verbetervoorstellen opgenomen. Hierbij is een onderscheid gemaakt in: 1. Registratie en gegevensbeheer 2. Werkvoorbereiding en toezicht 3. Advisering en behandeling aanvragen De raming is gebaseerd op de urenregistratie van 2009 en interviews met betreffende personen. Op adviesuren was in de urenregistratie echter niet consequent geboekt; veel adviesuren zijn als onderdeel van projecten of kapaanvragen geboekt. Op de laatste pagina van deze bijlage zijn de totalen bijeengebracht in een meerjarenplanning.
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
74
2005 Boombeheerder
Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen bosplantsoen Eenmalige inhaalslag bosplantsoen
Groenbeheerder
Technisch medew.
Boomopzichter
Wijkopzichter
Totaal
ETT ETT (BOR.GA) (BOR.GA) (BOR.GA) (WE.WIJ) (WE.WIJ)
0
0
250
0
250 0
0
Werkvoorbereiding en toezicht 0 0 0 0 0 0
Periodiek overleg (4x/jr) eenmalige opzet massaria-controle massaria controle opdracht massaria controle (2x/jr) VTA-opdracht eenmalige aanpassing opdracht/instructie zware tak in takvrije zone formuleren VTA-opdracht (1x/3jr) jaarlijkse VTA-lijst VTA+/NO-opdracht VTA+ NO-opdracht Aparte opdracht werk obv NO werkvoorbereiding boombestek(1x/3jr) orientatie beeldbestek opstellen beeldbestek Inboetopname inboetbestek jaarlijkse inboetlijst (boombestek) Snoeibestek jaarlijse snoeilijst (boombestek) eenmalige opname/registratie perm.vz eenmalig uitwerken onderhoud perm.vz opnemen onderhoud perm.vz in boombestek jaarlijkse lijst permanente vz (boombestek) monitoring groeiplaatsvz/-constructies vervangen knotwilgen dunnen platanen/populieren Brandev. dreef Rooibestek eenmalige optimalisatie watergeven Opdracht water geven Groenbestek boompalen/maaipalen / onkruid Bestrijding ziekten en plagen
0
0 0 0
0
0 1000 0
50 1050 420
380
0
1390
2445
1390
2445
125
0
15
40
100
15
0
50
0
25 40 25
Advisering en behandeling aanvragen** Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen
0
50 50 420
Totaal
0
675
Totaal per afdeling
0
25 40 25
0 0 0 0 0 0 0 0 0 275 0 0 155 0 0 0 0 0 0 0 0 65 0 50 80 50
1055
0
0
150
75
2010 Boombeheerder
Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen bosplantsoen Eenmalige inhaalslag bosplantsoen
Groenbeheerder
Technisch medew.
Boomopzichter
Wijkopzichter
Totaal
ETT ETT (BOR.GA) (BOR.GA) (BOR.GA) (WE.WIJ) (WE.WIJ)
0
0
250
0
0
250 0
Werkvoorbereiding en toezicht Periodiek overleg (4x/jr) eenmalige opzet massaria-controle massaria controle opdracht massaria controle (2x/jr) VTA-opdracht eenmalige aanpassing opdracht/instructie zware tak in takvrije zone formuleren VTA-opdracht (1x/3jr) jaarlijkse VTA-lijst VTA+/NO-opdracht VTA+ NO-opdracht Aparte opdracht werk obv NO werkvoorbereiding boombestek(1x/3jr) orientatie beeldbestek opstellen beeldbestek Inboetopname inboetbestek jaarlijkse inboetlijst (boombestek) Snoeibestek jaarlijse snoeilijst (boombestek) eenmalige opname/registratie perm.vz eenmalig uitwerken onderhoud perm.vz opnemen onderhoud perm.vz in boombestek jaarlijkse lijst permanente vz (boombestek) monitoring groeiplaatsvz/-constructies vervangen knotwilgen dunnen platanen/populieren Brandev. dreef Rooibestek eenmalige optimalisatie watergeven Opdracht water geven Groenbestek boompalen/maaipalen / onkruid Bestrijding ziekten en plagen Advisering en behandeling aanvragen** Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen Totaal Totaal per afdeling
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
75
10
0
75
0
0 0 0 0 160 0
25
0
0
25
0
25
0
0
25
0
125
0
0
150
25
15
80
300
0
100
15
0
150
0
0
0
0
10
150
25 40 25
0
25 40 220
0 0 50 0 0 50 0 0 0 275 0 0 420 0 0 0 0 0 0 0 0 265 0 50 80 405
100 50 0
50 50 105
0 0 0
75 200 0
0 800 0
225 1100 105
410
520
420 1350
850
1235 2085
3435 3435
76
2011 Boombeheerder
Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen bosplantsoen Eenmalige inhaalslag bosplantsoen
Groenbeheerder
Technisch medew.
Boomopzichter
Wijkopzichter
Totaal
ETT ETT (BOR.GA) (BOR.GA) (BOR.GA) (WE.WIJ) (WE.WIJ)
0 0 ?
0 10
250 0
0 0 ?
0 0
250 10
Werkvoorbereiding en toezicht Periodiek overleg (4x/jr) eenmalige opzet massaria-controle massaria controle opdracht massaria controle (2x/jr) VTA-opdracht eenmalige aanpassing opdracht/instructie zware tak in takvrije zone formuleren VTA-opdracht (1x/3jr) jaarlijkse VTA-lijst VTA+/NO-opdracht VTA+ NO-opdracht Aparte opdracht werk obv NO werkvoorbereiding boombestek(1x/3jr) orientatie beeldbestek opstellen beeldbestek Inboetopname inboetbestek jaarlijkse inboetlijst (boombestek) Snoeibestek jaarlijse snoeilijst (boombestek) eenmalige opname/registratie perm.vz eenmalig uitwerken onderhoud perm.vz opnemen onderhoud perm.vz in boombestek jaarlijkse lijst permanente vz (boombestek) monitoring groeiplaatsvz/-constructies vervangen knotwilgen dunnen platanen/populieren Brandev. dreef Rooibestek eenmalige optimalisatie watergeven Opdracht water geven Groenbestek boompalen/maaipalen / onkruid Bestrijding ziekten en plagen Advisering en behandeling aanvragen** Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen Totaal Totaal per afdeling
32 20
32 20
75
10
0
75
0
0
25 40 220
0 0 50 0 0 50 0 0 0 180 70 0 420 0 0 0 0 0 0 50 60 195 0 50 80 405
0 0 0
82 200 0
0 800 0
247 1100 105
485 1382
939
1265 2204
3586 3586
25
0
0
25
0
25
0
0
25
0
15
25
30
15
80
300
0
20 20 0
10 20 120
0
0
180
25
20 20 75
64 40 0 0 160 0
0
0
10
150
25 40 25
110 50 0
55 50 105
487
410
77
2012 Boombeheerder
Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen bosplantsoen Eenmalige inhaalslag bosplantsoen
Groenbeheerder
Technisch medew.
Boomopzichter
Wijkopzichter
Totaal
ETT ETT (BOR.GA) (BOR.GA) (BOR.GA) (WE.WIJ) (WE.WIJ)
0 0
0 10
250 0
0 0
0 0
250 10
Werkvoorbereiding en toezicht 32
64 0 0 0 0 10
50 25
15 60
50 5 25
0
25 40 220
65 85 0 100 10 50 0 0 0 180 70 0 420 0 0 0 0 0 0 0 0 195 30 50 80 405
Periodiek overleg (4x/jr) eenmalige opzet massaria-controle massaria controle opdracht massaria controle (2x/jr) VTA-opdracht eenmalige aanpassing opdracht/instructie zware tak in takvrije zone
32
formuleren VTA-opdracht (1x/3jr) jaarlijkse VTA-lijst VTA+/NO-opdracht VTA+ NO-opdracht Aparte opdracht werk obv NO werkvoorbereiding boombestek(1x/3jr) orientatie beeldbestek opstellen beeldbestek Inboetopname inboetbestek jaarlijkse inboetlijst (boombestek) Snoeibestek jaarlijse snoeilijst (boombestek) eenmalige opname/registratie perm.vz eenmalig uitwerken onderhoud perm.vz opnemen onderhoud perm.vz in boombestek jaarlijkse lijst permanente vz (boombestek) monitoring groeiplaatsvz/-constructies vervangen knotwilgen dunnen platanen/populieren Brandev. dreef Rooibestek eenmalige optimalisatie watergeven Opdracht water geven Groenbestek boompalen/maaipalen / onkruid Bestrijding ziekten en plagen Advisering en behandeling aanvragen** Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen Totaal Totaal per afdeling
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
10
0
0
50 5 25
15
25
30
15
80
300
0
0
120 15 0
0
0
180
25
75 15 0
0
10
150
25 40 25
115 50 0
57 50 105
0 0 0
90 200 0
0 800 0
262 1100 105
487
402
445 1334
942
1265 2207
3541 3541
78
2013 Boombeheerder
Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen bosplantsoen Eenmalige inhaalslag bosplantsoen
Groenbeheerder
Technisch medew.
Boomopzichter
Wijkopzichter
Totaal
ETT ETT (BOR.GA) (BOR.GA) (BOR.GA) (WE.WIJ) (WE.WIJ)
0 0
0 10
250 0
0 0
0 0
250 10
Werkvoorbereiding en toezicht Periodiek overleg (4x/jr) eenmalige opzet massaria-controle massaria controle opdracht massaria controle (2x/jr) VTA-opdracht eenmalige aanpassing opdracht/instructie zware tak in takvrije zone formuleren VTA-opdracht (1x/3jr) jaarlijkse VTA-lijst VTA+/NO-opdracht VTA+ NO-opdracht Aparte opdracht werk obv NO werkvoorbereiding boombestek(1x/3jr) orientatie beeldbestek opstellen beeldbestek Inboetopname inboetbestek jaarlijkse inboetlijst (boombestek) Snoeibestek jaarlijse snoeilijst (boombestek) eenmalige opname/registratie perm.vz eenmalig uitwerken onderhoud perm.vz opnemen onderhoud perm.vz in boombestek jaarlijkse lijst permanente vz (boombestek) monitoring groeiplaatsvz/-constructies vervangen knotwilgen dunnen platanen/populieren Brandev. dreef Rooibestek eenmalige optimalisatie watergeven Opdracht water geven Groenbestek boompalen/maaipalen / onkruid Bestrijding ziekten en plagen Advisering en behandeling aanvragen** Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen Totaal Totaal per afdeling
32
32
25
60
50 5 25 25
64 0 0 0 0 0
0
120
0
0 85 0 100 10 50 145 0 0 180 70 0 420 0 100 115 100 0 0 0 0 195
0 0
25 40 220
50 80 405
0
0 95
50 5 25 25
15
25
30
15
80
300
0
180
25 100 100 50
0
15 50
75 0
0
10
150
25 40 25
120 50 0
60 50 105
0 0 0
97 200 0
0 800 0
277 1100 105
692
405
540 1637
1009
1265 2274
3911 3911
79
2014 Boombeheerder
Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen bosplantsoen Eenmalige inhaalslag bosplantsoen
Groenbeheerder
Technisch medew.
Boomopzichter
Wijkopzichter
Totaal
ETT ETT (BOR.GA) (BOR.GA) (BOR.GA) (WE.WIJ) (WE.WIJ)
0 0
0 10
250 0
0 0
0 0
250 10
Werkvoorbereiding en toezicht Periodiek overleg (4x/jr) eenmalige opzet massaria-controle massaria controle opdracht massaria controle (2x/jr) VTA-opdracht eenmalige aanpassing opdracht/instructie zware tak in takvrije zone formuleren VTA-opdracht (1x/3jr) jaarlijkse VTA-lijst VTA+/NO-opdracht VTA+ NO-opdracht Aparte opdracht werk obv NO werkvoorbereiding boombestek(1x/3jr) orientatie beeldbestek opstellen beeldbestek Inboetopname inboetbestek jaarlijkse inboetlijst (boombestek) Snoeibestek jaarlijse snoeilijst (boombestek) eenmalige opname/registratie perm.vz eenmalig uitwerken onderhoud perm.vz opnemen onderhoud perm.vz in boombestek jaarlijkse lijst permanente vz (boombestek) monitoring groeiplaatsvz/-constructies vervangen knotwilgen dunnen platanen/populieren Brandev. dreef Rooibestek eenmalige optimalisatie watergeven Opdracht water geven Groenbestek boompalen/maaipalen / onkruid Bestrijding ziekten en plagen Advisering en behandeling aanvragen** Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen Totaal Totaal per afdeling
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
32
32
25
60
50 5 25
50 5 25
64 0 0 0 0 0
15
20
12
65
250
10
25 75
0
120
0
0 0
25 40 220
0 85 0 100 10 50 0 0 0 180 30 65 0 347 0 0 0 35 150 0 0 195 0 50 80 405
0
0
0
180 30
20
75
75
30 0
0
0
10
150
25 40 25
130 50 0
62 50 105
0 0 0
105 200 0
0 800 0
297 1100 105
497
404
435 1336
977
1295 2272
3608 3608
80
2015 Boombeheerder
Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen bosplantsoen Eenmalige inhaalslag bosplantsoen
Groenbeheerder
Technisch medew.
Boomopzichter
Wijkopzichter
Totaal
ETT ETT (BOR.GA) (BOR.GA) (BOR.GA) (WE.WIJ) (WE.WIJ)
0 0
0 10
250 0
0 0
0 0
250 10
Werkvoorbereiding en toezicht Periodiek overleg (4x/jr) eenmalige opzet massaria-controle massaria controle opdracht massaria controle (2x/jr) VTA-opdracht eenmalige aanpassing opdracht/instructie zware tak in takvrije zone
32
32
64 0 0 0 0 0
formuleren VTA-opdracht (1x/3jr) jaarlijkse VTA-lijst VTA+/NO-opdracht VTA+ NO-opdracht Aparte opdracht werk obv NO werkvoorbereiding boombestek(1x/3jr) orientatie beeldbestek
50 25
15 60
50 5 25
0
50 5 25
50
50
opstellen beeldbestek Inboetopname inboetbestek jaarlijkse inboetlijst (boombestek) Snoeibestek jaarlijse snoeilijst (boombestek) eenmalige opname/registratie perm.vz eenmalig uitwerken onderhoud perm.vz opnemen onderhoud perm.vz in boombestek jaarlijkse lijst permanente vz (boombestek) monitoring groeiplaatsvz/-constructies vervangen knotwilgen dunnen platanen/populieren Brandev. dreef Rooibestek eenmalige optimalisatie watergeven Opdracht water geven Groenbestek boompalen/maaipalen / onkruid Bestrijding ziekten en plagen Advisering en behandeling aanvragen** Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen Totaal Totaal per afdeling
15
20
12
65
250
10
25 75
0
120
0
0 0
25 40 220
65 85 0 100 10 50 0 150 0 180 30 65 0 347 0 0 0 35 150 0 0 195 0 50 80 405
0
50
0
180 30
20
75
75
30 0
0
0
10
150
25 40 25
140 50 0
65 50 105
0 0 0
112 200 0
0 800 0
317 1100 105
607
407
485 1499
1049
1295 2344
3843 3843
81
2016 Boombeheerder
Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen bosplantsoen Eenmalige inhaalslag bosplantsoen
Groenbeheerder
Technisch medew.
Boomopzichter
Wijkopzichter
Totaal
ETT ETT (BOR.GA) (BOR.GA) (BOR.GA) (WE.WIJ) (WE.WIJ)
0 0
0 10
250 0
0 0
0 0
250 10
Werkvoorbereiding en toezicht Periodiek overleg (4x/jr) eenmalige opzet massaria-controle massaria controle opdracht massaria controle (2x/jr) VTA-opdracht eenmalige aanpassing opdracht/instructie zware tak in takvrije zone formuleren VTA-opdracht (1x/3jr) jaarlijkse VTA-lijst VTA+/NO-opdracht VTA+ NO-opdracht Aparte opdracht werk obv NO werkvoorbereiding boombestek(1x/3jr) orientatie beeldbestek opstellen beeldbestek Inboetopname inboetbestek jaarlijkse inboetlijst (boombestek) Snoeibestek jaarlijse snoeilijst (boombestek) eenmalige opname/registratie perm.vz eenmalig uitwerken onderhoud perm.vz opnemen onderhoud perm.vz in boombestek jaarlijkse lijst permanente vz (boombestek) monitoring groeiplaatsvz/-constructies vervangen knotwilgen dunnen platanen/populieren Brandev. dreef Rooibestek eenmalige optimalisatie watergeven Opdracht water geven Groenbestek boompalen/maaipalen / onkruid Bestrijding ziekten en plagen Advisering en behandeling aanvragen** Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen Totaal Totaal per afdeling
Bomenplan Helmond: Bomenbeheerplan 2012 -2017
32
32
25
60
50 5 25 25
0 95
50 5 25 25
?
?
64 0 0 0 0 0
15
20
12
65
250
10
25 75
0
120
0
0 0
25 40 220
0 85 0 100 10 50 145 0 0 180 30 65 0 347 0 0 0 35 150 0 0 195 0 50 80 405
0
?
0
180 30
20
75
75
30 0
0
0
10
150
25 40 25
150 50 0
70 50 105
0 0 0
120 200 0
0 800 0
340 1100 105
542
412
530 1484
1017
1295 2312
3796 3796
82
MJP
2012 2013 2014 2015 2016
2005
2010
2011
250 0 0
250 0 0
250 10 0
250 10 0
250 10 0
250 10 0
250 10 0
250 10 0
0 0
0 0
64 40
64 0
64 0
64 0
64 0
64 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 85 0 100 10 50 0 0 0 180 30 65 0 347 0 0 0 35 150 0 0 195 0 50 80 405
0 65 85 0 100 10 50 0 150 0 180 30 65 0 347 0 0 0 35 150 0 0 195 0 50 80 405
0 0 85 0 100 10 50 145 0 0 180 30 65 0 347 0 0 0 35 150 0 0 195 0 50 80 405
Taak Registatie en gegevensbeheer Opname, registratie en mutatie Opname bomen bosplantsoen Eenmalige inhaalslag bosplantsoen Werkvoorbereiding en toezicht Periodiek overleg (4x/jr) eenmalige opzet massaria-controle massaria controle opdracht massaria controle (2x/jr) VTA-opdracht eenmalige aanpassing opdracht/instructie zware tak in takvrije zone formuleren VTA-opdracht (1x/3jr) jaarlijkse VTA-lijst VTA+/NO-opdracht VTA+ NO-opdracht Aparte opdracht werk obv NO werkvoorbereiding boombestek(1x/3jr) orientatie beeldbestek opstellen beeldbestek Inboetopname inboetbestek jaarlijkse inboetlijst (boombestek) Snoeibestek jaarlijse snoeilijst (boombestek) eenmalige opname/registratie perm.vz eenmalig uitwerken onderhoud perm.vz opnemen onderhoud perm.vz in boombestek jaarlijkse lijst permanente vz (boombestek) monitoring groeiplaatsvz/-constructies vervangen knotwilgen dunnen platanen/populieren Brandev. dreef Rooibestek eenmalige optimalisatie watergeven Opdracht water geven Groenbestek boompalen/maaipalen / onkruid Bestrijding ziekten en plagen
0
160
160
0
0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 275 0 0 155 0 0 0 0 0 0 0 0 65 0 50 80 50
0 0 0 50 0 0 50 0 0 0 275 0 0 420 0 0 0 0 0 0 0 0 265 0 50 80 405
0 0 0 50 0 0 50 0 0 0 180 70 0 420 0 0 0 0 0 0 50 60 195 0 50 80 405
10 65 85 0 100 10 50 0 0 0 180 70 0 420 0 0 0 0 0 0 0 0 195 30 50 80 405
0 0 85 0 100 10 50 145 0 0 180 70 0 420 0 100 115 100 0 0 0 0 195 0 50 80 405
Advisering en behandeling aanvragen Advisering bij ruimtelijke plannen Behandelen klachten, meldingen en vragen Behandelen kapaanvragen
50 1050 420
225 247 262 277 297 317 340 1100 1100 1100 1100 1100 1100 1100 105 105 105 105 105 105 105
Totaal
2445
3435 3586 3541 3911 3608 3843 3796
83