Bijkomende maatregelen fraudebestrijding Inhoudsopgave Inhoudsopgave ........................................................................................................................................................ 1 Observatorium voor fraudebestrijding ................................................................................................................... 2 Betere detectie en strengere aanpak van grote fraude .......................................................................................... 2 Meer slagkracht voor de Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) ......................................................... 2 Maatregelen voor een transparantere goudhandel ........................................................................................... 2 Misbruik van vennootschappen ......................................................................................................................... 3 Datamining BBI ............................................................................................................................................... 3 Slapende vennootschappen ........................................................................................................................... 3 Aangifteplicht buitenlandse levensverzekeringen .............................................................................................. 3 Invoering van een nieuw misdrijf “ernstige fiscale fraude”................................................................................ 3 Fiscale fraude gepleegd met valse documenten kan niet verjaren zolang de ontdoken belasting niet wordt betaald ................................................................................................................................................................ 3 Strafuitvoering voor alle misdrijven waar winsten uit voortgevloeid zijn (buitontneming) ............................... 4 Extra maatregelen Sociale Fraude .......................................................................................................................... 4 Betere preventie van sociale fraude ................................................................................................................... 4 Bestrijden van uitkering– en bijdragefraude met beëindigingsvergoedingen ............................................... 4 Controle van fictieve aansluitingen ................................................................................................................ 5 Betaling eerste bijdrage en toekenning van sommige uitkeringen ................................................................ 6 Betere detectie van fraude ................................................................................................................................. 6 Bestrijding detacheringsfraude ...................................................................................................................... 6 Responsabilisering van instellingen, belast met uitbetaling van uitkeringen of sociale prestaties. .............. 7 Bonus voor fraude-opsporing werkloosheidskassen, OCMW’s en mutualiteiten .................................. 7 Responsabilisering van adviserende geneesheren ............................................................................. 7 Versterking van datamining, gegevensuitwisseling en gegevenskruising ...................................................... 8 Fictieve adressen............................................................................................................................ 8 Toekenning leefloon: verplicht gebruik KSZ ...................................................................................... 8 Creatie van computercommunicatiestroom tussen RVA en RSVZ ....................................................... 8 Cumul uitkeringen RVA/RIZIV aanpakken ......................................................................................... 8 Controle van onregelmatigheden .................................................................................................................. 9 Controle op abnormale schommelingen in het loon .......................................................................... 9 Meer middelen en personeel bij de inspectiediensten .................................................................................. 9 Uitbreiding inspectie RVA ............................................................................................................... 9 Versterking DAG............................................................................................................................. 9 Leiding SIOD .................................................................................................................................. 9 Betere inning .................................................................................................................................................... 10 Verjaring terugvordering onterecht betaalde sociale uitkeringen ............................................................... 10 Hoofdelijke aansprakelijkheid RSZ ............................................................................................................... 10 Uitbreiding derde weg RSZ ........................................................................................................................... 10 Dwangbevel dienstencheques ondernemingen ........................................................................................... 11 Behandelingstermijn verslagen inspecties ................................................................................................... 11
1
In het kader van het begrotingsakkoord heeft de regering een nieuw pakket antifraudemaatregelen goedgekeurd. De maatregelen liggen in het verlengde van het actieplan fraudebestrijding dat de regering in mei voorstelde. De focus ligt op de aanpak van de grote fraude. De nieuwe maatregelen moeten in totaal 216 miljoen euro extra opbrengen voor de begroting 2013. De opbrengsten van fraudebestrijding zullen voor een stuk naar de economie terugvloeien.
Observatorium voor fraudebestrijding Er wordt een observatorium voor fraudebestrijding opgericht omdat er nood is aan objectieve cijfers en evaluatiemethodes. Dat observatorium zal jaarlijks het volgende becijferen:
de omvang en evolutie van de informele economie in haar totaliteit, per regio en/of sector;
de directe en indirecte opbrengst en impact van fiscale en sociale fraudebestrijding;
de evaluatie van het rendement van de investeringen in fraudebestrijding.
Betere detectie en strengere aanpak van grote fraude Meer slagkracht voor de Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) De CFI werd in 1993 opgericht in het kader van de strijd tegen witwassen. De Cel fungeert als een soort kenniscentrum en doorgeefluik tussen de private sector (banken, boekhouders, fiscale adviseurs, …) en het gerecht (parketten). De samenwerking is bedoeld om verdachte verrichtingen en feiten op te sporen. Verrichtingen moeten aan de CFI worden gemeld wanneer er een vermoeden van witwassen van geld bestaat. De regering heeft beslist dat ernstige fiscale fraude systematisch en sneller moet worden gemeld aan de CFI. Ze volgt zo de nieuwe internationale normen van de Financiële Actiegroep. Bij een vermoeden van witwassen gerelateerd aan fiscale fraude moet momenteel aan twee voorwaarden zowel ernstig als georganiseerd - worden voldaan vooraleer er een melding moet gebeuren. Door de wetswijziging zal de meldingsplicht in het kader van de preventieve witwaswetgeving voor alle ernstige fiscale fraude, al dan niet georganiseerd, gelden. Door de meldingsplicht te verruimen zal er meer ernstige fiscale fraude in het vizier van de CFI komen en stijgt de pakkans voor ernstige fiscale fraudeurs.
Maatregelen voor een transparantere goudhandel De goudhandel is een risicosector voor witwaspraktijken en ernstige fiscale fraude. Een deel van die handel gebeurt volledig buiten de officiële boekhouding om. Door de gestegen goudprijzen kiezen criminelen vaker goud als beleggingsproduct voor hun vermogens. In tegenstelling tot banken en diamantairs zijn goudhandelaars niet verplicht hun klanten te identificeren en te registreren. De regering voert de identificatie- en registratieverplichting nu ook in voor goudhandelaars. Daarnaast werkt de regering een lacune weg in de wet op het verbod op betalingen in contanten. De beperking voor cashbetalingen tot 5.000 euro wordt uitgebreid naar particulieren die goud aan handelaars verkopen. Voortaan zullen goudhandelaars dus geen grote sommen cash meer kunnen betalen aan hun particuliere klanten en worden dergelijke transacties traceerbaar.
2
Misbruik van vennootschappen Datamining BBI Investeringen in het dataminingproject van de BBI zorgen voor een betere en snellere detectie van grote fraude en fraudenetwerken. Concreet zet de BBI in op de snellere detectie van scherm- of buffervennootschappen (die gebruikt worden om fraudeconstructies voor de inspectiediensten te verbergen) en de detectie van fraudegevoelige slapende vennootschappen. Slapende vennootschappen Een strikte naleving van de neerleggingsplicht van de jaarrekeningen is niet alleen fundamenteel voor een correct handelsverkeer. Voor inspectiediensten zijn de jaarrekeningen nuttig in het kader van de risicoanalyse. Het grootste probleem is echter dat slapende vennootschappen in allerhande fraudestructuren kunnen worden ingezet. De regering heeft beslist dat vennootschappen die drie opeenvolgende jaren geen jaarrekeningen neerleggen voortaan ambtshalve uit de Kruispuntbank van ondernemingen worden geschrapt. Slapende vennootschappen die mogelijk voor fraude kunnen worden ingezet, worden zo preventief onschadelijk gemaakt.
Aangifteplicht buitenlandse levensverzekeringen De aangifteplicht in de personenbelasting van buitenlandse rekeningen wordt uitgebreid met de verplichting tot aangifte van buitenlandse overeenkomsten voor levensverzekeringen. Door deze aangifteverplichting wordt een vluchtweg gesloten voor vermogens die verborgen willen blijven via constructies met buitenlandse levensverzekeringen.
Invoering van een nieuw misdrijf “ernstige fiscale fraude” In de fiscale wetboeken wordt een nieuw misdrijf ingeschreven, nl. ‘ernstige fiscale fraude’. In dat geval zal er een zwaardere straf kunnen worden opgelegd, tot vijf jaar gevangenisstraf. Hiermee voert de regering een belangrijke aanbeveling uit van de parlementaire onderzoekscommissie naar de grote fiscale fraudedossiers. Huidige wetgeving:
Fiscale fraude: 2 jaar gevangenisstraf
Gebruik van fiscaal valse stukken: 5 jaar gevangenisstraf
Nieuw:
Ernstige fiscale fraude: 5 jaar gevangenisstraf (bv. iemand die op grote schaal BTW ontduikt gebruikt niet noodzakelijk valse stukken maar pleegt wel ernstige fraude)
Fiscale fraude gepleegd met valse documenten kan niet verjaren zolang de ontdoken belasting niet wordt betaald Bij gebruik van valse documenten om de fiscus te misleiden en daardoor belastingen te ontduiken, geldt de regel dat het misdrijf ten aanzien van de fiscus pas stopt als de ontdoken belastingen effectief betaald zijn. De verjaring van dit misdrijf begint dus pas te lopen als de belasting volledig
3
betaald is. Het louter ontdekken door de fiscus of het gerecht dat de documenten vals zijn volstaat niet om de verjaringstermijn te laten lopen. Dit kan bijvoorbeeld gaan om valse aankoopfacturen in een boekhouding. Zolang de fictieve kosten niet uit de boekhouding zijn verwijderd, de belastingaangifte is gecorrigeerd en de belastingen correct zijn betaald, blijft het misdrijf duren en begint de verjaring niet te lopen.
Strafuitvoering voor alle misdrijven waar winsten uit voortgevloeid zijn (buitontneming) De regering neemt een aantal maatregelen zodat de winsten die uit criminele activiteiten voortvloeien, hen ook effectief ontnomen worden na hun veroordeling. Tijdens het onderzoek gaan politiediensten al naar die opbrengsten op zoek, maar dikwijls kan niet alles worden teruggevonden. De uitvoering van verbeurdverklaringen die de rechter uitspreekt komt nu bij de diensten van de FOD Financiën terecht. De administratie heeft echter onvoldoende middelen en mogelijkheden om effectief op zoek te gaan naar die criminele vermogens waardoor de verbeurdverklaring soms onuitgevoerd blijft. De uitvoering van de strafrechtelijke verbeurdverklaring wordt effectiever gemaakt door:
De invoering van een strafrechtelijk uitvoeringsonderzoek (SUO) waarbij politiediensten in het kader van de strafuitvoering de opdracht kunnen krijgen om de criminele gelden actief op te sporen.
Het mogelijk maken van informatie-uitwisseling tussen de CFI en de parketten/politie in het kader van een SUO door een aanpassing van de CFI-wet van 11 januari 1993.
De verlenging van de termijn voor de verjaring van de verbeurdverklaring.
De invoering van het beslag bij malafide derden (anderbeslag) waar de opbrengsten van een misdrijf werden ondergebracht.
De aanduiding van gespecialiseerde ambtenaren bij de diensten van de domeinen en/of penale boetes, belast met de invordering van verbeurdverklaarde goederen.
Extra maatregelen Sociale Fraude Ook de extra maatregelen voor de sociale fraudebestrijding steunen op het Actieplan Fraudebestrijding 2012-2013. Om sociale fraude aan te pakken zet de regering in op een betere detectie, een grotere pakkans en een strengere en effectievere bestraffing. Deze aanpak moet vooral ontradend werken. Er wordt extra personeel aangeworven bij de administraties om de gerichte antifraudemaatregelen snel en efficiënt te kunnen uitvoeren. Meer kruising en uitwisseling van gegevens zijn cruciaal voor de verschillende diensten die met fraudebestrijding te maken hebben. Die werkwijze leverde vorig jaar recordresultaten op die dit jaar minstens geëvenaard zullen worden.
Betere preventie van sociale fraude Bestrijden van uitkering– en bijdragefraude met beëindigingsvergoedingen De huidige regeling van beëindigingsvergoedingen is bijzonder complex en incoherent. De ontslagvergoeding waarop een lid van een ondernemingsraad recht heeft is bijvoorbeeld onderworpen aan RSZ-bijdragen en niet cumuleerbaar met een werkloosheidsuitkering. De 4
ontslagvergoeding waarop bijvoorbeeld een zwangere werkneemster, ontslagen omwille van haar zwangerschap, recht heeft is dan weer vrijgesteld van bijdragen en wél cumuleerbaar met een werkloosheidsuitkering. In totaal bestaan er een dertigtal verschillende ontslagvergoedingen, maar zonder objectieve criteria die bepalen waarom de ene wel en de andere niet onderworpen is aan bijdragen, net zomin als waarom de ene vergoeding wel en de andere niet cumuleerbaar is met uitkeringen. Onderhandelingen in ontslagdossiers kunnen tot optimalisatie van het systeem leiden, door de vergoeding kunstmatig zo te kwalificeren dat er geen bijdragen op moeten worden betaald en ze cumuleerbaar is met een werkloosheidsuitkering. De nieuwe regeling wil een uniforme behandeling van alle ontslagvergoedingen, zowel wat betreft de erop verschuldigde bijdragen als wat betreft de cumulatie met sociale uitkeringen. De wijziging wordt ingevoerd na overleg met de sociale partners. Controle van fictieve aansluitingen Buitenlanders die zich in ons land als zelfstandige willen vestigen moeten bij de sociale verzekeringsfondsen een specifiek attest aanvragen om een verblijfsvergunning te kunnen krijgen. Dat attest kan misbruikt worden om een verblijfsvergunning en indirect een leefloon van het OCMW te krijgen. Het gebeurt dat personen zonder een beroepsactiviteit zich toch bij een sociaal verzekeringsfonds aansluiten als zelfstandige. Vaak hebben ze geen sociale bijdragen betaald of hiervoor uitstel verkregen. Om dergelijke praktijken te voorkomen vraagt het sociale verzekeringsfonds nu al om een vragenlijst in te vullen aan al wie het specifiek attest vraagt. Op basis van die vragenlijst gebeurt een eerste controle op de echtheid van de zelfstandigenactiviteit. Die controle heeft al gezorgd voor een daling van het aantal frauduleuze aansluitingen als zelfstandige, vaak door Oost-Europeanen. De maatregel wordt nu nog versterkt. Om dat specifiek attest voor een verblijfsvergunning te krijgen moet de aanvrager de vragenlijst binnen de 15 dagen volledig ingevuld, gedateerd en ondertekend terugbezorgen. Gebeurt dat niet correct, zal het sociale verzekeringsfonds de aansluiting tot het zelfstandigenstelsel ambtshalve schrappen. Wordt het attest wel correct teruggestuurd, dan zal het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (RSVZ) dit controleren. Het RSVZ zal zich dan binnen de 3 maanden uitspreken over de beroepsactiviteiten van de aanvrager. Als blijkt dat er geen werkelijke beroepsactiviteit is, dan zal het RSVZ het sociale verzekeringsfonds vragen om de aansluiting te schrappen. Het RSVZ informeert ook de Dienst voor Vreemdelingenzaken (DVZ). Met deze maatregel wordt de illegitieme toegang tot het zelfstandigenstelsel moeilijker gemaakt en beter gecontroleerd. Dit moet leiden tot minder fictieve aansluitingen en minder onterecht toegekende leeflonen. Vanaf 1 januari 2013 zal binnen het RSVZ een koepel ‘Controle’ een meer diepgaande controle uitvoeren in sectoren waar nieuwe vormen van fraude worden vastgesteld. Deze koepel verenigt alle verantwoordelijke diensten voor het toezicht op de uitvoering van de verplichtingen van het sociaal statuut. Bij het RSVZ zal nieuw personeel aangeworven worden om de uitvoering van bovenstaande maatregelen mogelijk te maken.
5
Betaling eerste bijdrage en toekenning van sommige uitkeringen Sinds 1 april 2010 is elke zelfstandige verplicht zich aan te sluiten bij een sociaal verzekeringsfonds op de eerste dag van zijn activiteit. Per kwartaal moet de zelfstandige zijn sociale bijdragen aan het fonds betalen. In ruil daarvoor heeft de zelfstandige recht op gezinsbijslagen, ziekte-, moederschapsen invaliditeitsverzekering, pensioen en faillissementsverzekering. De zelfstandige geniet deze rechten meteen van bij zijn aansluiting bij het fonds, ook zonder al bijdragen te hebben betaald. Personen die geen zelfstandige activiteit uitoefenen kunnen hier misbruik van maken door zich bij een sociaal verzekeringsfonds aan te sluiten, enkel om uitkeringen te verkrijgen. Starters zonder vaste verblijfplaats in België zullen hun eerste bijdrage verschuldigd zijn binnen dezelfde termijn die momenteel geldt (einde van het eerste kwartaal met mogelijkheid van uitstel). Socialezekerheidsrechten, vooral geneeskundige verzorging en gezinsbijslagen, zullen echter pas vanaf de eerste effectieve betaling worden geopend. Indien een frauduleuze aansluiting zou worden vastgesteld, moet de genieter naast de betaling van een administratieve geldboete ook de achterstallige eerste bijdrage betalen.
Betere detectie van fraude Bestrijding detacheringsfraude Door het vrij verkeer van diensten kan een bedrijf, gevestigd in een EU-lidstaat, een aantal van zijn werknemers naar België sturen om een tijdelijke opdracht (max. 24 maand) uit te voeren. De werknemers worden dan ‘gedetacheerd’. Ze moeten volgens onze loonvoorwaarden worden betaald maar blijven wel onderworpen aan het socialezekerheidsrecht van hun land. Een Pools bedrijf bijvoorbeeld detacheert een aantal Polen naar België. Het loon van die Polen hier moet minstens ons minimumloon bedragen. Omdat ze onderworpen blijven aan het Poolse socialezekerheidsrecht, moet hun werkgever hier geen RSZ-bijdragen op hun loon betalen. In geval van zo’n detachering levert de administratie van het land van herkomst een A1-attest af (een verklaring dat de werknemer in orde is met zijn sociale zekerheid), dat bindend is voor de Belgische administraties en rechters. De huidige regelgeving zet de deur wagenwijd open voor misbruiken. Detacheringen worden gesimuleerd om te ontsnappen aan de bijdrageplicht in België. Er worden constructies opgezet om buitenlands personeel hier tegen lagere lonen te laten werken. Een extreem voorbeeld van zo’n constructie is een Belgisch bedrijf dat een postbusvennootschap opricht in Tsjechië. De firma schrijft zijn Belgische werknemers in bij de postbusvennootschap en detacheert hen naar België. De Tsjechische administratie levert het A1-attest af. Op die manier kan het bedrijf zijn eigen werknemers aan het minimumloon inschakelen en hoeft het geen sociale bijdragen te betalen. De Belgische rechter heeft geen stok achter de deur door het bindend karakter van het A1-attest en kan niets beginnen tegen het frauderend bedrijf. Een ander voorbeeld is een constructie met een fictief Grieks bedrijf dat werknemers naar België detacheert. Sociale bijdragen worden niet betaald en zelfs onze minimumlonen worden niet gerespecteerd, wat op zich al onwettelijk is. De Griekse werknemers worden ferm onderbetaald maar aanvaarden dit omdat het loon hier nog altijd een stuk hoger is dan wat ze thuis kunnen verdienen.
6
Deze praktijken leiden tot deloyale concurrentie en sociale dumping. De buitenlandse werknemers worden vaak uitgebuit met te lage lonen, gebrek aan sociale bescherming en veiligheid op het werk, enz. Bovendien loopt de Belgische sociale zekerheid inkomsten mis. Om detacheringsfraude te bestrijden wordt er een wettelijke bepaling ingevoerd op basis waarvan de Belgische rechter in geval van misbruik, de frauduleuze detacheringsconstructie en het A1attest naast zich neer kan leggen. Vier extra controleurs worden aangeworven om de taskforce ‘grensoverschrijdende fraude’ te versterken. Responsabilisering van instellingen, belast met uitbetaling van uitkeringen of sociale prestaties. Bonus voor fraude-opsporing werkloosheidskassen, OCMW’s en mutualiteiten Uitkeringen die onterecht worden uitbetaald, hetzij door een fout in de aanvraag, door uitkeringsfraude of door een misrekening van de bevoegde instelling, betekenen een verlies voor ons sociaal zekerheidssysteem. Een groot deel ervan wordt nu al teruggevorderd, maar dat kost veel tijd en mankracht en verloopt dus moeizaam. Fraudeopsporing en voorafgaande controle door de verzekeringsinstellingen (werkloosheidskassen, hulpkassen) en de mutualiteiten wordt vandaag onvoldoende aangemoedigd of beloond. Nochtans kan zo’n preventieve check de uitbetaling van een onverschuldigde uitkering verhinderen, zodat het bedrag achteraf niet moet worden teruggevorderd. OCMW’s leveren vandaag al inspanningen om fraude op te sporen. Maar zij worden hiervoor niet rechtstreeks financieel beloond, want het onterecht uitgekeerde bedrag wordt automatisch door de POD Maatschappelijke Integratie ingehouden op de toelage die ze de OCMW’s toekent. De OCMW’s die investeren in een correcte besteding van de middelen en bijgevolg fraude bestrijden, kunnen de investeringen in personeel niet terugverdienen. Een financiële incentive zal de instellingen aanmoedigen om mee te stappen in het verhaal van fraudebestrijding, om correcte uitkeringen te betalen en meer onverschuldigde betalingen terug te vorderen (werkloosheidsuitkeringen, leeflonen, equivalent leeflonen en arbeidsongeschiktheidsuitkeringen). Voor 1 juli 2013 zal, na nauw overleg met de betrokken instellingen, het systeem van bonussen worden ingevoerd. Ze zullen een deel van de uitkeringen waarbij onterechte toekenning is vastgesteld mogen behouden of alsnog toegekend krijgen. Deze extra middelen moeten dan worden ingezet voor de verbetering van de detectie en opsporing van fraude. Responsabilisering van adviserende geneesheren Een ander fenomeen is de fraude met arbeidsongeschiktheidsattesten om een uitkering te krijgen. Een paar maand geleden nog kwam een extreem voorbeeld in de pers. Het ging om een arts uit Brussel die voor een habbekrats attesten afleverde. Het RIZIV gaat na hoe het voor elke arts informatie kan bijhouden over de attesten die zij/hij aflevert. In het Actieplan Fraudebestrijding is er sprake van de oprichting van een kadaster. Uiteraard moet hierbij rekening gehouden worden met de bescherming van het privéleven van de patiënten en het beroepsgeheim van de artsen. Maar we moeten in staat zijn om abnormaal voorschrijfgedrag te
7
detecteren. Al impliceert dat niet altijd dat er een probleem is; er kan immers altijd een goede reden zijn. Er wordt een werkgroep opgericht waarin de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, de staatssecretaris voor Fraudebestrijding, het RIZIV, de Orde der Geneesheren en de verzekeringsinstellingen vertegenwoordigd zijn. Zij zullen de nodige maatregelen ontwikkelen om het misbruik met medische attesten aan te pakken. De werkgroep zal tegen maart 2013 een eerste verslag uitbrengen. De overeengekomen maatregelen moeten in werking treden vanaf 1 juli 2013. Versterking van datamining, gegevensuitwisseling en gegevenskruising Alle gegevens die nodig zijn om uitkerings – en bijdragefraude te bestrijden zijn vandaag al binnen de overheidsdiensten aanwezig. De informatie-uitwisseling tussen de verschillende diensten is echter op bepaalde punten nog voor verbetering vatbaar. Daarom wordt het web van communicatiestromen tussen de overheidsdiensten nog uitgebreid om fraude met domicilie, werkloosheidsuitkeringen, leeflonen en arbeidsongeschiktheidsuitkeringen beter op te sporen. Fictieve adressen Voor de strijd tegen domiciliefraude wordt een samenwerking opgezet tussen drie partners: de lokale politie, de parketten en de sociale inspectiediensten. De parketten en de sociale inspectiediensten zullen informatie uitwisselen. Op basis van de extra informatie kan het parket of de sociale inspectiedienst de lokale politie vragen om een onderzoek naar de verdachte situatie in te stellen. Toekenning leefloon: verplicht gebruik KSZ Vooraleer het OCMW een leefloon toekent voert de maatschappelijk assistent een sociaal onderzoek. Op basis van het sociaal verslag wordt beslist om het leefloon al dan niet uit te keren. Vandaag gebeurt het sociaal onderzoek niet op een uniforme wijze. Het sociaal onderzoek zal gestroomlijnd worden door het te onderwerpen aan minimumvoorwaarden. Die zullen worden bepaald in overleg met de sector. OCMW’s worden verplicht gebruik te maken van de gegevens die beschikbaar zijn via de KSZ (Kruispuntbank voor Sociale Zekerheid). Via een applicatie, die alle gegevens van de KSZ bevat, krijgen de OCMW’s alle nodige informatie om te oordelen of iemand recht heeft op een leefloon. Op die manier kan men preventief fraude detecteren en voorkomen. Creatie van computercommunicatiestroom tussen RVA en RSVZ Een zelfstandige in bijberoep kan aanspraak maken op een werkloosheidsuitkering van de RVA. Wijzigingen in de status van werkloosheidsuitkeringen (bv. een sanctie of een uitsluiting) zullen door de RVA aan het RSVZ worden gemeld. Dit kan, na onderzoek, resulteren in een herkwalificatie van het zelfstandig statuut van bijberoep naar hoofdberoep waarbij de bijhorende voltijdse bijdragen betaald moeten worden. Deze maatregel geldt voor elke beslissing van de RVA vanaf 1 januari 2013. Cumul uitkeringen RVA/RIZIV aanpakken De controle van de cumul van werkloosheidsuitkeringen met niet toegelaten andere inkomsten gebeurt zowel preventief als a posteriori. Bij de preventieve controle worden de data bij de RSZ, het RSVZ en de RVP gecheckt. De controle na de uitbetaling gebeurt door een deels geautomatiseerde 8
kruising met gegevens van de RSZ, RSVZ, RIZIV, arbeidsovereenkomsten, faillissementen, pensioenen en andere vergoede arbeidsprestaties. Door de nieuwe maatregel kunnen uitbetalingsinstellingen (dat zijn de vakorganisaties en de hulpkas voor werklozen) nagaan of een aanvrager een ziekte- en invaliditeitsuitkering geniet voor ze de uitkering uitbetalen. In geval van een ongeoorloofde cumul zal de aanvrager geen werkloosheidsuitkering krijgen. Daardoor wordt niet alleen misbruik vermeden, maar ook omslachtige terugvorderingen met bijkomende kosten. Ook de a posteriori controles worden geoptimaliseerd en verder geautomatiseerd. Deze maatregelen leiden naar een betere vaststelling van onterechte cumul met andere inkomsten. Controle van onregelmatigheden Controle op abnormale schommelingen in het loon De aangifte van een te hoog loon kan wijzen op fictief werknemerschap. Als het aangegeven loon nooit werkelijk wordt betaald kan er sprake zijn van uitkeringsfraude. Een te laag loon is in de meeste gevallen een gevolg van zwart werk. De RSZ zal de controles op de aangegeven lonen opvoeren. Een systematische analyse van de loonaangiftes maakt duidelijk waar de abnormale schommelingen zich voordoen. Dit is een indicator voor de RSZ om een situatie te onderzoeken. Meer middelen en personeel bij de inspectiediensten Uitbreiding inspectie RVA Er komt een personeelsuitbreiding bij de inspectiedienst van de RVA om de snelheid en effectiviteit van controles te verhogen. In totaal komen er 20 sociale inspecteurs bij zodat elk werkloosheidsbureau één inspecteur ter beschikking krijgt. Het Fraudeobservatorium krijgt er vier. Door die personeelsuitbreiding kunnen controleacties in de werkloosheidsbureaus beter aangestuurd en gecoördineerd worden. De gerichte datamatching en datamining kan verder worden uitgebouwd. Versterking DAG Bij een sociale overtreding beslist het parket om strafrechtelijk Administratieve Geldboetes (DAG) een geldboete te laten opleggen. toegenomen, waardoor de DAG een achterstand heeft opgebouwd. efficiënt te kunnen wegwerken en de behandelingstermijn van een worden 17 mensen in dienst genomen.
te vervolgen of de Dienst De instroom van dossiers is Om de achterstand snel en nieuw dossier in te korten,
Leiding SIOD Vanaf 1 januari 2013 zal de leiding van de SIOD (Sociale Inlichtingen – en Opsporingsdienst) door drie leidende ambtenaren gebeuren, onder de vorm van een beurtrol:
de Sociale Inspectie van de federale overheidsdienst Sociale Zekerheid,
de algemene directie Toezicht op de sociale wetten van de federale overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg, 9
de algemene directie van de inspectiediensten van de RSZ,
de inspectiedienst van de RVA,
de directie-generaal Zelfstandigen van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid of de Dienst Inspectie van het RSVZ.
Betere inning De instellingen van de sociale zekerheid lopen te vaak inkomsten mis doordat ze onterecht betaalde uitkeringen of achterstallige sociale bijdragen soms moeizaam kunnen terugvorderen. Onderstaande maatregelen moeten de terugvordering in de toekomst makkelijker maken. Enerzijds door bepaalde procedures aan te passen, anderzijds door personeelsuitbreiding. Verjaring terugvordering onterecht betaalde sociale uitkeringen Wanneer de sociale inspectie ontdekt dat iemand onterecht een sociale uitkering kreeg kan de bevoegde instelling het bedrag terugvorderen. Maar vaak weigert de schuldenaar die uitkering terug te betalen. Wanneer de instelling een herinnering ter betaling naar de schuldenaar stuurt wordt de verjaring gestuit. De verjaringstermijn om tot het betalen van de schuld over te gaan wordt zo telkens uitgesteld. Wanneer de schuldenaar een beroep instelt loopt de verjaring echter gewoon verder . Door de procedure te rekken, bijvoorbeeld vragen om bijkomende onderzoekdaden om alsnog zijn/haar gelijk te staven, kan ze verjaren. De achterstallige uitkeringen moeten dan niet meer worden terugbetaald en de staat loopt inkomsten mis. In de fiscale wetgeving bestaat er al een wetsartikel dat de verjaringstermijn gedurende de gerechtelijke procedure schorst. Dat artikel wordt overgenomen in de sociale wetgeving. Zo kan een lange gerechtelijke procedure niet langer misbruikt worden om te ontsnappen aan het terugvorderen van onterechte uitkeringen. Hoofdelijke aansprakelijkheid RSZ In de bouwsector worden vaak complexe constructies van aannemers en onderaannemers aangetroffen. De opdrachtgever werft een aannemer aan, die een onderaannemer in dienst neemt, die op zijn beurt weer een onderaannemer inschakelt, enz. Het probleem stelt zich als één van die onderaannemers niet in orde is met het betalen van RSZbijdragen of fiscale schulden heeft. De opdrachtgever heeft er alle belang bij te weten of een aannemer schulden heeft bij de RSZ of de fiscus, alvorens hij er een overeenkomst mee sluit. Van zodra een opdrachtgever een contract afsluit moet hij dit aan de RSZ melden. Die meldingsplicht laat de RSZ toe om het overzicht te behouden op de volledige keten. Naar analogie met de bouwsector, willen nu ook andere sectoren die meldingsplicht toepassen. Uitbreiding derde weg RSZ Wanneer een werkgever moeite heeft met het terugbetalen van achterstallige sociale bijdragen, kan hij een afbetalingsplan aanvragen om niet in financiële moeilijkheden te verzeilen. Vroeger gebeurde dit via een gerechtelijke procedure, sinds 2005 kan de RSZ zelf de termijnen en voorwaarden bepalen waarbinnen werkgevers hun openstaande schuld moeten vereffenen. In 70% van de gevallen zijn een afbetalingsplan en de daarbij horende begeleiding voldoende om de bedrijven erbovenop te krijgen. 10
In sommige gevallen leidt de terugbetaling van achterstallige bijdragen echter tot faillissementen. Extra personeel garandeert een betere begeleiding en zorgt er zo voor dat meer bedrijven hun schulden op een billijke manier kunnen afbouwen. Dwangbevel dienstencheques ondernemingen De programmawet van 29 maart 2012 verplicht de RSZ om bij dienstenchequebedrijven die hun bijdragen niet of onvoldoende betalen, over te gaan tot invordering via een dwangbevel. Niet zelden zijn ze al RSZ-schuldenaar en verwikkeld in een gerechtelijke procedure. Deze nieuwe procedure, het opstellen van een dwangbevel, vergt een grondige analyse van de handel en wandel van deze werkgevers. Behandelingstermijn verslagen inspecties Na iedere controle brengen de sociale inspectiediensten verslag uit bij de RSZ. Die is verplicht de verslagen binnen een termijn van 3 maanden te behandelen. Na 1 maand moeten ze de betrokken inspectiediensten inlichten of het verslag al dan niet volledig is, of er nog bijkomende onderzoeken nodig zijn. Dit zorgt ervoor dat het aantal dossiers bij de RSZ zal toenemen en de dienst problemen kan krijgen met de voorziene behandelingstermijn. Om achterstand te vermijden en om elk dossier van een gevolg te voorzien wordt het personeelsbestand uitgebreid.
11